ARBOKENNISSYSTEEM 28.A: Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van asfalt- en betonwegen M 0028-0001 Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.01 Gritstralen 28.02 Werpstralen 28.03 Frezen van beton/asfalt 28.04 Zagen van beton/asfalt en frezen van sleuven 28.05 Vegen van verhardingen (handmatig) 28.06 Vegen van verhardingen (machinaal) Voor hakken/breken van beton/asfalt zie de groep “Bewerken van steenachtige materialen en sloopwerk”. Raadpleeg voor richtlijnen met betrekking tot het bewerken van teerbevattend asfalt het daartoe opgestelde protocol (VBW-Asfalt/Arbouw).
1
1.
ALGEMEEN 028-0002
In dit document worden de veel voorkomende risico's, maatregelen en oplossingen bij het bewerken van asfalt en beton beschreven. Materialen: -
Asfalt bestaande uit een mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5 gewichtsprocenten). In het asfalt kan teer aanwezig zijn. Soms zijn andere materialen toegevoegd zoals polymeren, afdruipremmers (vezels), secundaire grondstoffen.
-
Beton bestaande uit een mengsel van mineraal aggregaat en cement als bindmiddel.
-
Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken, puingranulaat, asfaltgranulaat).
-
Stralen: diverse soorten grit zoals smeltslak, koperslak, vasilgrit of aluminiumsilikaat (straalmiddel mag niet meer dan 1% kwarts bevatten)
Materieel: -
Vrachtwagen (voor vervoer (vrijkomende) materialen of materieel)
-
Mechanische veger, veeg-/zuigwagen
-
Zaagmachine (met of zonder watertoevoer) met benzine- of dieselmotor. Handzaag (gewicht ca 10 kg) voor kleine klussen en zaagsneden van beperkte diepte. Voor grotere klussen en/of diepe zaagsneden wordt een zaagmachine op een verrijdbaar onderstel gebruikt, soms voorzien van een plateau waarop de bediener plaatsneemt.
-
Freesmachine op verrijdbaar onderstel die kan worden voorzien van verschillende soorten frezen.
-
Werpstraalapparaat
-
Straalapparatuur; compressor
-
Auto met aanhangwagen voor vervoer van het materieel.
-
Waterreservoir
Gereedschappen: -
Schop, veger, kruiwagen
-
Handgereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen
2
2.
ARBORISICO'S
028-0003 Toxische stoffen: Stof: Bij diverse werkzaamheden (zagen, stralen, frezen, vegen) wordt men blootgesteld aan stof vrijkomend uit asfalt of beton, waarin doorgaans kwarts en verder ook PAK aanwezig kunnen zijn. De hoogste concentraties zijn te verwachten in situaties waarin de luchtverversing gering is bijvoorbeeld bij windstil weer, bij wegen omzoomd door bomen en in tunnels. De grenswaarde voor hinderlijk stof (10 mg/m3 voor inhaleerbaar stof) kan worden overschreden.
Kwartsstof kan bij langdurige blootstelling aan te hoge concentraties tot
silicose leiden. Ook is aangetoond dat blootstelling aan kwartsstof bij de mens longkanker kan veroorzaken. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof (0,075 mg/m3) zal bij diverse werkzaamheden regelmatig worden overschreden. In asfaltstof kan een geringe hoeveelheid polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK) aanwezig zijn. De PAK-concentratie is hoger indien het asfalt teer bevat. PAK staan op de lijst van kankerverwekkende stoffen en processen en kunnen longkanker veroorzaken. Bij bewerking van asfalt met teer zijn maatregelen nodig om werknemers tegen PAK te beschermen. Uitlaatgassen: Uitlaatgassen zijn afkomstig van het materieel waarmee wordt gewerkt (freesmachine, veeg-zuigwagen, vrachtwagen, zaagmachine, ander materieel) en langsrijdend verkeer.
3
Toxische bestanddelen zijn gassen zoals koolmonoxyde (CO), stikstofoxide (NO2) en roetdeeltjes. Dieseluitlaatgassen staan op de lijst van kankerverwekkende stoffen en processen en kunnen longkanker veroorzaken. In hoge concentraties treedt irritatie van ogen en luchtwegen op. Voor de lange termijneffecten van DME (dieselmotoremissies) is (nog) geen grenswaarde vastgesteld. Gezien de kankerverwekkende eigenschappen van dieseluitlaatgassen moet de blootstelling eraan zo veel mogelijk worden beperkt. De hoogste concentraties zijn te verwachten bij windstil weer. De mate van blootstelling is verder afhankelijk van de lengte en plaatsing van de uitlaat en onderhoudstoestand van de motor. Geluid: M 028-0004 De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door het materieel waarmee, of in de omgeving waarvan, men werkt en bedraagt vaak 90 dB(A) of meer. De grenswaarde (zie Voorschriften) wordt bij veel werkzaamheden overschreden en bij onvoldoende bescherming is er kans op gehoorschade. Trillingen: Machinisten en chauffeurs worden blootgesteld aan lichaamstrillingen via het zitvlak en/of via de plaat onder de voeten. Per dag vindt ca. 4 tot 6 uur blootstelling plaats. Blootstelling aan lichaamstrillingen kan leiden tot vermoeidheid en op lange termijn tot gezondheidseffecten zoals aandoeningen van de wervelkolom. De grenswaarden voor lichaamstrillingen (zie Voorschriften) kunnen worden overschreden. Klimaat:
4
028-0005 Het werk vindt, met meestal buiten plaats. Bij slecht weer staat men bloot aan kou, wind en neerslag. Dat kan bij onvoldoende bescherming leiden tot spier- en gewrichtsklachten en tot verkoudheid. Met name in de zomerperiode en bij zonnig weer treedt blootstelling op aan UV-straling die kan leiden tot huidverbranding en oogirritatie. Jarenlange blootstelling kan leiden tot huidkanker op latere leeftijd. Veiligheid:
5
028-0006 Diverse oorzaken kunnen aanleiding zijn tot ongevallen, zoals stoten, bekneld raken tussen onderdelen van de machine, overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, overrijden/aanrijden van collega's. Vooral in de winter is het in de ochtend soms te donker om goed bij te kunnen werken en is verlichting van de werkplek noodzakelijk. Dat geldt ook voor werk in de nacht. Onvoldoende verlichting belemmert het werk en vergroot de kans op ongevallen. Weersomstandigheden, met name mist, kunnen leiden tot slecht zicht en daardoor tot aanrijdingen. Een glad wegdek kan een langere remweg betekenen en daardoor de kans op aanrijdingen vergroten. Fysieke belasting:
6
028-0007 Bij machinisten/chauffeurs is vaak sprake van een statische werkhouding. Machinisten van freesmachines
en
veegmachines
zitten
regelmatig
langdurig
in
een
gedwongen
werkhouding. Dat is een gevolg van de soms slechte inrichting van de cabine en de situering van bedieningsmiddelen. Ook regelmatig in- en uitstappen kan belastend zijn. Het werk van de machinisten/chauffeurs is niet energetisch zwaar belastend. Dat geldt wel voor het werk van werknemers die met handgereedschap werken (vegen, pneumatisch hakken). Bij het vegen met een bezem is de werkhouding ongunstig doordat men in een gedraaide houding moet werken. Het is fysiek belastend door de ongunstige werkhouding in combinatie met het repeterende karakter.
7
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: Hou rekening met de oplossingen beschreven in het blad Aanpak dieselmotoremissies in de bouwnijverheid Voor groot materieel buiten: •
Uitlaat verlengen naar boven
•
Onderhoud volgens specificaties
•
Alle materieel volgens Euro-2-norm
•
Gebruik van een zelfregenererend combifilter (CRT); een CRT moet in samenspraak met de leverancier op het motorvermogen worden afgestemd.
Voor klein materieel buiten: •
Motoren onderhouden en afstellen volgens schema
•
Uitlaat van de werknemer af
•
Oxydatiekatalysator
Overige oplossingen: -
Materieel moet goed toegankelijk zijn en voorzien zijn van een stoel en een bedieningspaneel die voldoen aan ergonomische criteria; het zicht op het werk moet zodanig zijn dat het buiten de cabine leunen niet noodzakelijk is; de geluidemissie moet zo gering mogelijk zijn en de machine moet zijn voorzien van een stoel en een bodemplaat met trillingsdemping.
-
Het materieel moet zijn voorzien van een glij-vaste op- en afstapmogelijkheid en leuningwerk en van een noodstop.
-
Oplossingen in verband met stof: watertoevoer; afzuiging; overdrukcabine
-
Plaats het juiste type afzetting conform de van toepassing zijnde richtlijnen.
-
Stofvorming door heen en weer rijdend materieel kan worden voorkomen door regelmatig sproeien met een waterwagen.
-
Maatregelen gericht op het beperken van de blootstelling aan geluid: - geluidreducerende vloermatten - geen onnodig hoog toerental; rustig rijden - goede isolatie van materieel - gesloten houden van ramen en deur - zo kort mogelijk buiten de cabine verblijven - omkastingen gesloten houden en kieren dichtmaken - PBM met ingebouwd communicatiemiddel (kan de cabine gesloten blijven) 8
Organisatorisch: -
Hou rekening met de voorschriften die gelden wat betreft de Risico-Inventarisatie en -Evaluatie en het V&G-plan (zie het hoofdstuk “Voorschriften”).
-
Indien teer of asbest-bevattende materialen aanwezig kunnen zijn, voer het werk dan uit conform de regels die gelden voor het werken met kankerverwekkende stoffen
-
Tref alle voorzieningen en maak afspraken (met alle betrokken instanties) om de kans op ongevallen door langsrijdend verkeer tot een minimum te beperken (zie voor de organisatorische aspecten “Handleiding Veilig werken aan wegen” en voor specifieke maatregelen de geldende richtlijnen (zie literatuurlijst)); zorg (in overleg met de opdrachtgever/wegbeheerder) waar dat mogelijk is voor een volledige afsluiting van de weg voor verkeer; verkeersmaatregelen aanpassen aan de plaatselijke omstandigheden, b.v. in geval van gladheid borden met langere remweg plaatsen en het begin van de afzetting op grotere afstand plaatsen. Bij een project RI&E moet dit naar voren komen.
-
Bevorder de samenwerking tussen machinisten en andere werknemers door hand- en armseinen via vast patroon.
-
Indien dichte mist en gladheid tot een onveilige situatie leiden, de werkzaamheden stoppen.
-
Regel het inzetten van een waterwagen, indien op grond van de uit te voeren werkzaamheden
stofvorming
wordt
verwacht
(volgens
de
door
VIANED
voorgestelde methode; bij droge en warme condities 1 keer per uur sproeien, zie CROW rapport 02-07) -
Voorlichting over het op een juiste wijze uitvoeren van de werkzaamheden.
-
Zorg voor goede hygiënische omstandigheden, schaft- en sanitaire voorzieningen.
-
Gebruik alleen schone handschoenen.
-
Laat werkkleding regelmatig chemisch reinigen.
-
Zorg voor goede voorzieningen in het kader van de bedrijfshulpverlening (onder meer brandblussers, EHBO-voorzieningen, brandcard).
-
Bij zwaar werk en bij langdurig innemen van dezelfde houding (machinisten), de mogelijkheid bieden om regelmatig een korte pauze te nemen.
Individueel: -
Neem de voorschriften geldend voor werk- en rusttijden in acht.
-
Instructie hoe veilig te werken.
-
Gebruik voor het reinigen van handen of kleding geen gasolie of benzine. 9
-
Neem de voorschriften die gelden voor het veilig werken langs de weg (zie “Handleiding Veilig werken aan wegen” en overige relevante publicaties van het CROW). Dat houdt onder meer in: - let goed op en werk met het gezicht in de rijrichting - werk vanuit een veilige plaats (b.v. berm, voetpad) - zorg voor goede zichtbaarheid (schone signaalkleding, verlichting) - blijf altijd binnen de verkeersafzetting - loop via de berm naar de werkplek - steek haaks over - plaats borden van buiten naar binnen en verwijder ze van binnen naar buiten - zorg voor goede leesbaarheid, zichtbaarheid (ten minste 200 meter) en stabiele opstelling (niet kunnen wegrollen, wegglijden, verdraaien of omwaaien) - kegels en geleidebakens niet door elkaar gebruiken - hou tenminste 60 centimeter afstand tussen de feitelijke werkplek en de rijbaan - parkeer auto’s op een veilige plek (voldoende afstand, op de handrem) - laat afzettingen niet onnodig lang staan om irritatie bij weggebruiker te voorkomen - breng borden die tijdelijk zijn afgedekt terug in de oorspronkelijke staat
10
4.
VOORSCHRIFTEN
RI&E en V&G-plan: Bedrijven zijn verplicht op grond van de Arbowet een Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) op te stellen en bijbehorend Plan Van Aanpak (PVA). De aard van de risico’s en de te treffen maatregelen verschillen echter vaak per bouwproject. Bovendien zijn bij een project vaak meerdere aannemers betrokken. Daarom moet ook een project-RI&E worden opgesteld. Voor bouwprojecten wordt de project-RI&E en het bijbehorende V&G-plan, opgesteld door de aannemer/werkgever die door de opdrachtgever is belast met de veiligheids- en gezondheidscoördinatie. Alle betrokken aannemers dienen de V&G-coördinator in staat te stellen het V&G-plan op te stellen, door aanleveren van de noodzakelijke informatie over te verwachten risico’s en te treffen maatregelen van de eigen werkzaamheden. Dat kan door aanleveren van de RI&E met betrekking tot de eigen werkzaamheden op het project leidend tot een ‘deel-V&Gplan’. De V&G-coördinator verwerkt die informatie in het V&G-plan voor het gehele project. Het V&G-plan moet tijdens de looptijd van het project regelmatig worden geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Fysieke belasting: Fysieke belasting mag geen gevaren voor de gezondheid van de werknemers met zich meebrengen, indien dit wel het geval is, moet de werkgever maatregelen nemen om de risico's af te wenden. Fysieke belasting heeft betrekking op de werkhoudingen, uit te voeren bewegingen en uit te oefenen krachten. Arbeidsmiddelen: De werkgever moet de nodige maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat alle ter beschikking gestelde arbeidsmiddelen zodanig zijn uitgerust en/of aangepast dat de veiligheid en gezondheid van de werknemer tijdens het gebruik zijn gewaarborgd. Hiertoe dienen de risico's te worden geïnventariseerd en maatregelen te worden genomen om deze weg te nemen dan wel te verminderen. Voorschriften voor constructie en gebruik van arbeidsmiddelen zijn vastgelegd in de arboregelgeving en in NEN-normen. Toxische stoffen: Voor stoffen die bij inademen in stofvorm of gasvorm, schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid worden grenswaarden (MAC-waarden of wettelijke grenswaarden) opgesteld. 11
De grenswaarde is in het algemeen een tijdgewogen gemiddelde concentratie (TGG) over een periode van 15 minuten en/of een periode van 8 uur. Indien de grenswaarde wordt overschreden moeten maatregelen worden getroffen om de concentratie tot onder de grenswaarde te verlagen. Indien het technisch (nog) niet mogelijk is de concentratie tot onder de grenswaarde te verlagen is het gebruik van ademhalingsbescherming noodzakelijk. Bij sommige stoffen kan ook een concentratie lager dan de grenswaarde tot gezondheidsschade leiden. Dat geldt met name voor kankerverwekkende stoffen waarvoor geen drempelwaarde kan worden vastgesteld. Bij die stoffen kan het dragen van ademhalingsbescherming ook bij een concentratie lager dan de grenswaarde noodzakelijk zijn. Geluid: Bij geluidsniveaus hoger dan 80 dB(A) moeten gehoorbeschermingsmiddelen ter beschikking worden gesteld en moet voorlichting worden verstrekt. Bij geluidsniveaus hoger dan 85 dB(A) moeten maatregelen worden getroffen om het geluidsniveau te verlagen, moet de gevarenzone worden gemarkeerd en moet gehoorbescherming worden gebruikt. Trillingen: Voor lichaamstrillingen geldt een drempelniveau van 0,25 m/s2, een actieniveau van 0,5 m/s2 en een maximumniveau van 0,7 m/s2. Voor hand-arm trillingen geldt een drempelniveau van 1 m/s2, een actieniveau van 2,5 m/s2 en een maximumniveau van 5 m/s2. Bovenstaande niveaus gelden voor een blootstellingsduur van 8 uur per dag. Boven het drempelniveau is voorlichting verplicht. Boven het actieniveau zijn maatregelen ter vermindering van de blootstelling verplicht, tenzij dit redelijkerwijs niet kan worden gevraagd. Boven het maximumniveau moet de blootstelling worden verlaagd door onder meer een beperking van de blootstellingsduur. Persoonlijke beschermingsmiddelen: Indien de werknemer aan gevaren wordt blootgesteld moeten die worden bestreden. Zolang dat (nog) niet op afdoende wijze is gebeurd moeten doelmatige, passende, op de werknemer afgestemde persoonlijke beschermingsmiddelen door de werkgever ter beschikking worden gesteld en door de werknemer worden gebruikt. Om een goed functioneren te realiseren zijn voorlichting over het gebruik, periodiek onderhoud en reiniging/ontsmetting noodzakelijk. 12
5.
LITERATUUR
Stichting Arbouw: -
Handboek Arbozorg en Verzuimbegeleiding in de bouwnijverheid; deel 2 en 3: Bouwberoepen en specifieke werkzaamheden, 1997.
-
Gezondheidsrisico's in de asfaltwegenbouw, 1993.
-
Inventarisatie stofarme sloopapparatuur, 2000.
-
Kwartsstofblootstelling bij freeswerkzaamheden in de asfaltwegenbouw, 2000.
-
Kwarts- en PAK-blootstelling bij freeswerkzaamheden; de invloed van maatregelen, 2002.
-
Lawaai in de bouwnijverheid; bijlagen, 2002.
-
Inventarisatie van eenvoudige lawaaibeheersmaatregelen op de bouwplaats, 2002.
-
Ergonomie van cabines voor mobiele machines, april 2002.
-
Stof in de bouwnijverheid.
-
Blootstelling aan PAK in de wegenbouw. Arbouw/CROW, april 1993.
-
Werk en werkomstandigheden in de asfaltwegenbouw, Informatiepakket, 1993.
-
Aanpak dieselmotoremissies in de bouwnijverheid, 1999.
-
Diverse rapporten in het kader van: Project Onderzoek (On)Veiligheid Wegwerkers.
-
Arbouw-adviezen voor de bouwnijverheid. - no 1: Hygiënische voorzieningen op de bouwplaats. - no 2: Wegafzettingen Bebording Bebakening. - no 5: Persoonlijke beschermingsmiddelen.
Aboma+Keboma: -
Abomafoon nr. 1.39 Besluit Arbeidsmiddelen.
-
Abomafoon nr. 2.05 Wegafzettingen en verkeersvoorzieningen
-
Abomafoon nr. 3.02 Beveiliging van achteruitrijdende voertuigen.
CROW: Diverse publicaties met betrekking tot wegafzettingen en verkeersvoorzieningen: -
Richtlijnen voor maatregelen bij werken in uitvoering op autosnelwegen (publ. 96a)
-
Richtlijnen voor maatregelen bij werken in uitvoering op niet-autosnelwegen buiten de bebouwde kom (publicatie 96b)
-
Tijdelijke afschermingsvoorzieningen bij werken in uitvoering op autosnelwegen.
-
Handboek wegafzettingen op autosnelwegen (kantonniersboekje)
-
Verkeersvoorzieningen bij werken in uitvoering in de bebouwde kom (publ. 35). 13
-
Handleiding veilig werken aan wegen (publicatie 129).
-
Stofbestrijding bij werkzaamheden in de wegenbouw (rapport 02-07) 2002.
Overige: -
EAPA/VBW-Asfalt: Veiligheid en gezondheid in de asfaltwegenbouw; leidraad voor het management, oktober 1992.
14
6.
CHECKLIST
Ontwerp/V&G-plannen/werkvoorbereiding: -
Hou rekening met de voorschriften wat betreft het opstellen van RI&E en V&G-plan (zie het hoofdstuk “Voorschriften”).
-
Stel vast welke maatregelen / voorzieningen noodzakelijk zijn om veilig en gezond werken in de uitvoeringsfase mogelijk te maken; regel dat deze worden gerealiseerd.
-
Stel vast of teer of asbest-bevattende materialen aanwezig zijn en voer het werk in dat geval uit conform de voorschriften die gelden voor het werken met deze materialen.
-
Tref voorzieningen en maak afspraken (met alle betrokken instanties) om de kans op ongevallen door langsrijdend verkeer tot een minimum te beperken; zorg waar dat mogelijk is voor een volledige afsluiting van de weg voor verkeer en spreek daar zo nodig de opdrachtgever op aan.
-
Tref waar nodig maatregelen om een te hoge blootstelling aan stof, geluid, dieseluitlaatgassen, en dergelijke te verminderen en de veiligheid en ergonomische aspecten (toegankelijkheid materieel, werkhouding, bediening) zo goed mogelijk te maken (zie
oplossingsvoorstellen
in
dit
document
en
bij
de
verschillende
deelwerkzaamheden). -
Regel dat voorlichting/instructie over het op een veilige/gezonde wijze uitvoeren van de werkzaamheden wordt verstrekt en betrek daarbij ook de samenwerking/communicatie tussen machinisten en andere werknemers.
-
Zorg dat er op het werk goede hygiënische- en sanitaire voorzieningen (toilet, schaftgelegenheid, mogelijkheid tot handen wassen) aanwezig zijn, inclusief schone handschoenen en werkkleding. Verontreinigde werkkleding chemisch reinigen.
-
Zorg voor het aanwezig zijn van de nodige beschermingsmiddelen, afgestemd op de te verwachten risico’s.
Uitvoeringsfase: -
Controleer of de vereiste (zie onder meer V&G-plan) voorzieningen / maatregelen om veilig en gezond werken mogelijk te maken, zijn gerealiseerd.
-
Zorg ervoor dat het personeel geïnstrueerd is in het gebruik van de persoonlijke beschermingsmiddelen en overtuigd is van het belang ervan. Controleer of de te dragen middelen aanwezig zijn en ook daadwerkelijk worden gebruikt.
-
Verontreinigde handschoenen/kleding moeten worden vervangen.
-
Controleer of de voorschriften in verband met veiligheid en gezondheid in acht worden genomen, gegeven instructies regelmatig herhalen. 15
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.01: Gritstralen M 028-0008 Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”. Verder wordt ook verwezen naar de groep “Oppervlakbehandeling en reiniging”.
16
1.
ALGEMEEN
Omschrijving van de werkzaamheid: 028-0009 Gritstralen van een beton-, asfalt-, of metaaloppervlak om een (aangetaste) bovenlaag te verwijderen (b.v. markeringen), of het oppervlak geschikt te maken voor het aanbrengen van nieuwe lagen. Bij gritstralen wordt perslucht vermengd met (staal)grit onder druk via een slang en een spuitpistool op de ondergrond geblazen. De straler wordt meestal geassisteerd door iemand die de compressor en de toevoer van grit bedient. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Gritstraler
Materialen: -
Ondergrond: asfalt, beton, steen of metaal; diverse soorten grit zoals smeltslak, koperslak, vasilgrit of aluminiumsilikaat (straalmiddel mag niet meer dan 1% kwarts bevatten)
Materieel: -
Straalapparatuur; compressor; vrachtwagen voor vervoer van de apparatuur
Gereedschappen: -
Schop, bezem, handgereedschap.
17
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen (bij
(kwarts)stof*
PAK**
overige***
- binnen/overdekt
- rood
- rood
- geel/rood
- buiten
- rood
- rood
- geel/rood
fysische factoren:
geluid
hand-arm-
droog stralen zonder
uitlaatgas sen
stofafzuiging): - geel?
trillingen
fysieke belasting:
- rood
- geel?
statische belasting
duwen en
(nek, schouders):
trekken
- rood
- rood
veiligheid: - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij belemmering van het zicht door de stofnevel - kans op ongevallen door onder hoge druk vrijkomend grit * Geldt alleen indien de gestraalde ondergrond kwarts bevat zoals asfalt en beton. ** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval kan ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact. *** Bij het stralen van materialen met een coating, komen eventuele toxische stoffen in de coating vrij.
18
2.
ARBORISICO'S 028-0010
Toxische stoffen: De werknemers worden bij het stralen blootgesteld aan uitlaatgassen van de compressor, vrachtwagen en ander materieel in de omgeving, waaronder dieseluitlaatgassen. Ook is blootstelling mogelijk aan uitlaatgassen afkomstig van het langsrijdende verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel in combinatie met een ongunstige windrichting. Het materiaal dat wordt gestraald bestaat soms grotendeels uit een minerale fractie (asfalt of beton), waarvan een aanzienlijk deel kan bestaan uit kwartsbevattende materialen. Bij droog stralen zonder afzuiging komt zeer veel stof vrij. De grenswaarde voor hinderlijk stof en kwartsstof worden in het algemeen ver overschreden. Bij droogstralen zonder afzuiging worden behalve de gritstraler ook andere werknemers in de omgeving aan hoge stofconcentraties blootgesteld. Bij gritstralen met afzuiging en bij nat-gritstralen komt veel minder stof vrij. Ook bij nat-gritstralen kan in situaties met weinig ventilatie de grenswaarde voor respirabel kwartsstof echter worden overschreden. Indien een coating of een markeringslaag door stralen wordt verwijderd zullen de daarin aanwezige toxische stoffen in het stof aanwezig zijn. Indien een teerbevattende laag wordt gestraald zullen PAK vrijkomen en kan de straler aan een te hoge concentratie PAK worden blootgesteld. Geluid: M
028-0011
Blootstelling aan geluid door het onder hoge druk (2 tot 8 bar) en met grote snelheid (200 m/s) vrijkomende straalgrit. Terugslaand en tegen de straalhelm komend split kan eveneens een bijdrage leveren. Het gemiddelde geluidsniveau bij het gritstralen is ca. 110 dB(A). De grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt ver overschreden. Ook de gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag ligt in het algemeen ver boven de grenswaarde. Trillingen: Het is niet bekend in welke mate de gritstraler wordt blootgesteld aan handarmtrillingen en of die blootstelling tot effecten op de gezondheid zou kunnen leiden. Veiligheid:
19
028-0012 Ongevallen kunnen optreden door overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, struikelen, geraakt worden door wegspringend gruis, niet gebruiken van veiligheidsvoorzieningen. Bij werken op hoogte bij het stralen van constructies is er kans op vallen, indien de beveiliging van de werkplek onvoldoende is of ontbreekt. De hoge snelheid waarmee het grit/lucht-mengsel uit de straalpijp komt kan leiden tot ongevallen indien de straal in aanraking komt met lichaamsdelen. Daartoe moet de straalpijp zijn voorzien van een dodemansknop. Onvoldoende zicht (bij droog gritstralen zonder afzuiging) en verlichting belemmeren het werk en vergroten de kans op ongevallen. Fysieke belasting: 028-0013 Bij het gritstralen is sprake van fysiek zwaar belastend werk. Over een werkdag wordt veelal meer dan 4 uur gewerkt. Er wordt staand/lopend gewerkt. Het onder controle houden van de slang en de straalpijp en het verplaatsen van de slang vergt veel kracht (meer dan 200 Newton). Het onder een bepaalde hoek en in een bepaalde positie houden van de straalpijp kan leiden tot een aanzienlijke statische belasting van nek en schouders. Gemiddeld wordt meer dan 4 uur per dag het hoofd tussen 25 en 85 graden gebogen en de bovenarm meer dan 60 graden geheven. De energetische belasting wordt vergroot doordat in een afgesloten pak wordt gewerkt.
20
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Vocht/nevel gritstraalapparatuur (ca. 5 tot 30 liter waterdosering per uur), waardoor het vrijkomen van fijnstof sterk wordt beperkt (ca. 95% reductie).
-
Zuigkopstralen (vrijkomende grit/stof afgezogen door afzuigmond die rondom de straalpijp is aangebracht).
-
Werpstralen (stalen kogels worden tegen het oppervlak geslingerd waarbij vrijkomend stof wordt afgezogen) bij het stralen van verhardingen.
-
Reinigen met water onder hoge druk.
-
Straalapparatuur gemonteerd op een mobiel frame, zodat de straalpijp alleen hoeft te worden gericht, met spatscherm ter bescherming tegen terugspringend grit.
-
Geluidgedempt materieel.
-
Verwijder stof/gruis met een stofzuiger/afzuigapparatuur.
-
Straalapparatuur met een goed functionerende dodemansknop die in geval van struikelen, etc., de toevoer (ter plaatse van de straalpijp) afsluit.
-
Leuningen aanbrengen bij werken op hoogte.
Organisatorisch: -
Maak gebruik van een communicatiesysteem waardoor tijdens het (grit)stralen overleg met de straler mogelijk is
-
Zorg bij het gritstralen (in verband met de belasting die het werk met zich meebrengt) voor regelmatig in lassen van rustpauzes, bijvoorbeeld werkperiodes van 40 minuten afgewisseld met pauzes van 20 minuten
-
Stem het werk af met andere werkzaamheden (zo mogelijk niet gelijktijdig)
-
Het werkgebied afzetten.
Individueel: 028-0014 -
persoonlijke beschermingsmiddelen (gehoorbescherming (geluidreductie 35 dB); ademhalingsbescherming (bij droog stralen zonder afzuiging een kap/helm met toevoer van gefilterde perslucht; werknemers in de omgeving ademhalingsbescherming voorzien van aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht; bij nat stralen of stralen met afzuiging wordt bij weinig ventilatie (b.v. kelders, tunnels) gebruik van ademhalingsbescherming met aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht aangeraden;
21
gelaatsbescherming; veiligheidsschoenen; handschoenen; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding.
22
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.11
Schoonmaken verhardingsoppervlak
31.01.23
Ruwen oppervlak van beton
31.01.24
Ruwen oppervlak van asfalt
31.07.21
Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt
31.07.22
Stroef maken verhardingsoppervlak van beton
31.07.51
Behandelen van vette vlekken
32.01.41
Verwijderen markering
42.51.02
Bewerken van verharde betonoppervlakken
56.21.01
Voorbehandelen staal, nieuwbouw
56.22.01
Voorbehandelen staal t.p.v. roestvorming, onderhoud
56.22.02
Voorbehandelen staal t.p.v. verflagen, onderhoud
56.24.01
Voorbehandelen verzinkt staal, t.p.v. de roestvorming, onderhoud
56.24.02
Voorbehandelen verzinkt staal t.p.v. de verflagen, onderhoud
23
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.02: Werpstralen Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”. Verder wordt ook verwezen naar de groep “Oppervlakbehandeling en reiniging”.
24
1.
ALGEMEEN
Omschrijving van de werkzaamheid: Werpstralen van een beton-, asfalt-, of metaaloppervlak om een (aangetaste) bovenlaag te verwijderen, of het oppervlak geschikt te maken voor het aanbrengen van nieuwe lagen. Bij werpstralen wordt apparatuur gebruikt waarmee een ondergrond wordt bewerkt met metalen kogeltjes (gesloten systeem). Vrijkomend stof en gruis worden af-/opgezogen en de kogeltjes worden na afscheiden hergebruikt. Werpstralen wordt niet toegepast op verticale vlakken. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Straler
-
Betonwerker
Materialen: -
Ondergrond: asfalt, beton, steen of metaal
Materieel: -
Werpstraalapparaat; vrachtwagen voor vervoer van de apparatuur
Gereedschappen: -
Schop, bezem, handgereedschap.
25
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen:
kwartsstof*
PAK**
uitlaatgassen
- binnen/overdekt
- geel?
- geel?
- geel/rood
geluid
hand-arm-
- buiten fysische factoren:
trillingen - rood fysieke belasting:
-?
duwen en trekken - rood
veiligheid: - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht
* Geldt alleen indien de gestraalde ondergrond kwarts bevat zoals asfalt en beton. ** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval kan ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact.
26
2.
ARBORISICO'S
Toxische stoffen: Bij het werpstralen treedt blootstelling op aan uitlaatgassen van het werpstraalapparaat en ander materieel in de omgeving, waaronder dieseluitlaatgassen. Ook is blootstelling mogelijk aan uitlaatgassen afkomstig van het langsrijdende verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel in combinatie met een ongunstige windrichting. Het materiaal dat wordt bewerkt bestaat soms grotendeels uit een minerale fractie (asfalt of beton), waarvan een aanzienlijk deel kan bestaan uit kwartsbevattende materialen. Bij een vlakke doorlopende ondergrond komt in het algemeen weinig stof vrij. Langs randen en oneffenheden kan wel stof vrijkomen. De grenswaarde voor kwartsstof kan in binnenruimten worden overschreden. Geluid: Blootstelling aan geluid door het werpstraalapparaat en eventuele andere bronnen in de omgeving. Het gemiddelde geluidsniveau bij het werpstralen is niet bekend. De grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt naar verwachting overschreden. Ook de gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag overschrijdt naar verwachting de grenswaarde. Trillingen: Het is niet bekend in welke mate de werknemer die het werpstraalapparaat bedient wordt blootgesteld aan handarmtrillingen. Veiligheid: Ongevallen kunnen optreden door overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, struikelen, bekneld raken. Fysieke belasting: Bij het bedienen van het werpstraalapparaat is sprake van fysiek belastend werk. Er wordt staand/lopend gewerkt, gedurende meer dan 4 uur per dag. Het onder controle houden en verplaatsen van het apparaat vergt duw- en trekkracht (meer dan 200 Newton).
27
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Reinigen met water onder hoge druk
-
Geluidgedempt materieel
-
Verwijder stof/gruis met een stofzuiger/afzuigapparatuur en niet door vegen of schoonblazen met perslucht
Organisatorisch:
Individueel: -
Persoonlijke beschermingsmiddelen: gehoorbescherming; ademhalingsbescherming (in binnenruimtes en bij ongelijkmatig oppervlak waardoor stof vrijkomt), bijvoorbeeld middel voorzien van aangedreven gefilterde (P3-filter) lucht; veiligheidsschoenen; handschoenen; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UVfilter en zonnebril met UV-filter.
28
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.25
Ruwen oppervlak van beton
31.01.26
Ruwen oppervlak van asfalt
31.07.23
Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt
31.07.24
Stroef maken verhardingsoppervlak van beton
31.07.52
Behandelen van vette vlekken
32.01.42
Verwijderen markering
56.21.02
Bewerken van verharde betonoppervlakken
29
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.03: Frezen van beton/asfalt M
028-0015
Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.
30
1.
ALGEMEEN
028-0016 Omschrijving van de werkzaamheid: Het bedienen van de freesmachine vindt plaats door een machinist en vaak ook een assistent. Er wordt gefreesd in dieptes tot maximaal 300 mm en in breedtes tot maximaal 2,1 m. Afhankelijk van het te frezen oppervlak, de freesdiepte en -breedte, wordt gesproken over frezen ten behoeve van aansluiting, facetfrezen, bakfrezen, profielfrezen, vlak- of rijspoorfrezen, oppervlakfrezen of sloopfrezen. Het freesgranulaat kan blijven liggen, maar wordt meestal via een transportband op een vrachtwagen gebracht. Incidenteel wordt warm gefreesd waarbij de asfaltlaag wordt verwarmd, die techniek wordt hier niet besproken. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Machinist GWW (freesmachine); assistent freesmachine
Materialen: -
Asfalt (mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5 gewichtsprocenten bitumen)). 31
-
Beton (cementgebonden).
-
Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken, puingranulaat, asfaltgranulaat).
-
Frezen van teerbevattende materialen wordt hier niet besproken
Materieel: -
Freesmachines met instelbare werkbreedte/freesdiepte, al of niet voorzien van een cabine.
-
Vrachtwagen voor afvoer van het freesgranulaat.
-
Veegwagen
Gereedschappen: -
Gereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen.
32
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen:
stof
kwartsstof
PAK*
uitlaatgassen
- binnen/overdekt
- groen/geel
- rood
- rood
- rood
- rood
- rood
- geel/rood
- buiten fysische factoren:
geluid
lichaamstrillingen**
fysieke belasting:
- rood
- geel/rood
statische
klimmen
tillen
- geel**
- rood***
belasting (nek en lage rug): - rood** - geel*** veiligheid: - kans op ongevallen van de machinist en anderen door het door hem gehanteerde materieel of door langsrijdend verkeer - kans op bekneld raken tussen draaiende delen van de freesmachine - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist
* Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact. ** Geldt voor de machinist. *** Geldt voor de assistent.
33
2.
ARBORISICO'S 028-0017
Toxische stoffen: Blootstelling
aan
uitlaatgassen,
waaronder
dieseluitlaatgassen,
afkomstig
van
de
freesmachine, ander wegenbouwmaterieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting. Stof ontstaat tijdens het frezen en het transporteren van het granulaat naar de vrachtauto. Ook kan stof vrijkomen door andere werkzaamheden in de omgeving (vegen). De grenswaarde voor hinderlijk stof zal meestal niet worden overschreden. Dat is vaak wel het geval voor de grenswaarde voor respirabel kwartsstof. Bij aanwezig zijn van teer is blootstelling mogelijk aan een verhoogde concentratie PAK. Ook kunnen in het vrijkomende stof andere toxische stoffen aanwezig zijn, indien in het gefreesde oppervlak secundaire grondstoffen zijn verwerkt. Geluid: M 028-0018 De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door de freesmachine. Tijdens het frezen zijn geluidniveaus gemeten tot 105 dB(A). De grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt ver overschreden. De gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag ligt, afhankelijk van het type freesmachine, tussen 90 en 100 dB(A). Trillingen: De machinist wordt blootgesteld aan lichaamstrillingen. De trillingsintensiteit is niet precies bekend en is afhankelijk van het type frees, de instelling, ondergrond en rijsnelheid. Overdracht vindt plaats via zitvlak en voeten. Per dag vindt circa 4 tot 6 uur blootstelling plaats. De grenswaarden voor lichaamstrillingen (zie “Voorschriften”) worden naar verwachting overschreden. Veiligheid: 028-0019 Ongevallen kunnen ontstaan door stoten, bekneld raken tussen onderdelen van de machine, overreden/aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, overrijden/aanrijden van collega's. 34
Weersomstandigheden, met name mist, kunnen leiden tot slecht zicht en daardoor tot aanrijdingen. Tijdens het frezen kan aanrijgevaar ontstaan indien de freesmachine bij het draaien buiten het afgezette wegvak komt. Achterblijvende beton-/asfaltresten kunnen leiden tot ongevallen. Manoeuvreren met ingeschakelde frees kan leiden tot terugslag van de freesmachine. Verhelpen van storingen terwijl de freesmachine in bedrijf is kan leiden tot ernstige ongevallen. Tijdens controle van het freesproces treedt de werknemer soms buiten het afgezette wegvak. Fysieke belasting: Voor de machinist is er geen sprake van fysiek zwaar belastend werk. Er wordt afwisselend zittend of staand gewerkt. De werkhouding is vaak ongunstig doordat de machinist ter controle van het freesproces in een scheve of gedraaide houding moet werken. Het langdurig (meer dan 4 uur per dag) in een dergelijke houding werken kan klachten van de nek en de rug veroorzaken. De bedieningsmiddelen zijn soms op een ongunstige plaats aangebracht waardoor reiken noodzakelijk is. De cabines van freesmachines zijn soms slecht toegankelijk waardoor het moeilijk is voor de machinist om op of van de freesmachine te komen. De assistent verricht af en toe fysiek zwaar belastend werk bij het verhelpen van storingen en het verwisselen van de freestanden. Er wordt langdurig (meer dan 4 uur per werkdag) staand/lopend gewerkt. De werkhouding is ongunstig bij het verhelpen van storingen en het verwisselen van de freestanden. Er worden regelmatig gewichten van meer dan 15 kg getild, vaak in een asymmetrische werkhouding.
35
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Draaiende en bewegende delen afschermen.
-
Beveiliging van de freesmachine waardoor de machine automatisch stopt indien er zich een werknemer voor/achter zou bevinden.
-
Zorg voor een goede bereikbaarheid van onderdelen van de freesmachine zodat de belasting bij het verwisselen van de freestanden (werkhouding, uit te oefenen kracht) wordt beperkt.
-
Oplossingen om het vrijkomen van stof tegen te gaan: - sproeien/vernevelen van water onder hoge druk tijdens het frezen; - zorgen voor voldoende watertoevoer tijdens het frezen (minder stofvorming tijdens het frezen en tijdens het transport naar de vrachtwagen); - overkappen van de transportband om verwaaien van stof tegen te gaan.
Organisatorisch: -
Manoeuvreren met uitgeschakelde freesaandrijving.
-
Storingen alleen verhelpen met een uitgeschakelde machine. Assistent en bestuurder van de freesmachine dienen een goede communicatie te hebben.
-
Binnen de afgezette wegvakken blijven.
-
Gefreesd wegdek schoon achterlaten.
-
Zorg voor voldoende watertoevoer tijdens het frezen.
Individueel: -
Persoonlijke beschermingsmiddelen: Gehoorbescherming (zware kap of zonodig dubbele bescherming (kap + doppen)); ademhalingsbescherming tegen respirabel kwartsstof, bijvoorkeur voorzien van aanblaasfilter (tenzij met metingen is vastgesteld dat de maatregelen tegen stof hebben geleid tot kwartsstofconcentraties onder de grenswaarde); veiligheidsschoenen; handschoenen; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UV-filter.
-
Instructie hoe de freesmachine veilig te bedienen.
36
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.21
Frezen asfalt t.b.v. aansluiting
31.01.22
Verwijderen asfalt d.m.v. frezen
31.01.23
Ruwen oppervlak van beton.
31.01.24
Ruwen oppervlak van asfalt.
31.07.21
Stroef maken verhardingsoppervlak van asfalt.
31.07.22
Stroef maken verhardingsoppervlak van beton.
31.07.51
Behandelen van vette plekken.
31.07.52
Behandelen van grove of schrale plekken.
37
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.04: Zagen van beton/asfalt en frezen van sleuven M 0028-0020 Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.
38
1.
ALGEMEEN
Omschrijving van de werkzaamheid:
0028-0021 Met een zaag voorzien van een diamantzaagblad worden zaagsnedes aangebracht in een asfalt- of betonverharding. Zaagsnedes met een diepte tot ca 13 cm kunnen worden aangebracht met een handzaag. Voor grotere dieptes is het gebruik van een grotere verrijdbare zaag noodzakelijk. Er wordt bij diamantzagen meestal gewerkt met waterkoeling. Smalle sleuven in het wegdek, zoals bijvoorbeeld bij het herstellen van scheuren, worden met een freesmachine aangebracht. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Vakman GWW
Materialen: -
Asfalt (mengsel van mineraal aggregaat en bitumen (ca. 5 gewichtsprocent bitumen)).
-
Beton (cementgebonden).
-
Steenachtige materialen al of niet gebonden met cement (steenmengsel, slakken, puingranulaat, asfaltgranulaat).
39
Materieel: -
Zaagmachine (met of zonder watertoevoer) met benzine- of dieselmotor. Handzaag (gewicht ca 10 kg) voor kleine klussen en zaagsneden van beperkte diepte. Voor grotere klussen en/of diepe zaagsneden wordt een zaagmachine op een verrijdbaar onderstel gebruikt, soms voorzien van een plateau waarop de bediener plaatsneemt.
-
Freesmachine op verrijdbaar onderstel die kan worden voorzien van verschillende soorten frezen voor het aanbrengen van sleuven van 10 tot 30 mm breed.
-
Auto met aanhangwagen voor vervoer van de zaagmachine.
-
Waterreservoir
Gereedschappen: -
Gereedschap voor onderhoud en het verhelpen van storingen.
40
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen:
stof
kwartsstof
PAK***
uitlaatgassen** **
- binnen/overdekt
- rood*
- rood*/rood**
- rood*/rood**
- rood
- buiten
- geel/rood*
- rood*/geel**
- rood*/geel**
- geel
fysische factoren:
geluid
hand-arm
lopen
statische
trillingen
fysieke belasting:
- rood
- groen/rood
tillen
dragen
belasting (lage rug en knieën): - geel
- geel
- geel
- geel
veiligheid: - kans op ongevallen van de machinist en anderen door het door hem gehanteerde materieel of door langsrijdend verkeer - geraakt worden door wegspringende delen * Zagen/frezen zonder watertoevoer. ** Zagen/frezen met watertoevoer *** Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact. **** Geldt voor zaag/frees met dieselmotor
41
2.
ARBORISICO'S
Toxische stoffen: 0028-0022 Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van de zaag/freesmachine, ander wegenbouwmaterieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting. Stof ontstaat vooral bij het droog zagen of frezen. De grenswaarde voor hinderlijk stof kan bij droogzagen worden overschreden. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof kan bij nat zagen/frezen worden overschreden en wordt bij droog zagen vaak ver overschreden. Bij aanwezig zijn van teer kan ook de grenswaarde voor PAK worden overschreden. Ook kunnen andere toxische stoffen in het stof aanwezig zijn indien in de verharding/fundering secundaire grondstoffen zijn verwerkt. Geluid: M 0028-0023 De blootstelling aan geluid is het gevolg van het geluid veroorzaakt door de zaag/freesmachine. Tijdens het zagen/frezen zijn geluidsniveaus mogelijk van 100 dB(A) of hoger. De grenswaarde voor geluid (85 dB(A)) wordt ver overschreden. Ook de gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag ligt in het algemeen boven de grenswaarde. Trillingen:
42
0028-0024 Blootstelling aan hand-armtrillingen. De trillingsintensiteit bij het werken met handzagen ligt gemiddeld op circa 6 tot 7 m/s2. De grenswaarden voor hand-armtrillingen (zie “Voorschriften”) kunnen worden overschreden indien langer dan ca. 1 uur per dag met deze apparatuur wordt gewerkt. Blootstelling aan lichaamstrillingen is mogelijk bij het werken met een zaag/frees, staande op het bedieningsplateau. Veiligheid: 0028-0025 Ongevallen kunnen ontstaan door stoten, bekneld raken tussen onderdelen van de machine, in aanraking komen met draaiende delen, geraakt worden door wegspringende delen, overreden of aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer. Weersomstandigheden, met name mist, kunnen leiden tot slecht zicht en daardoor tot aanrijdingen. Fysieke belasting: 0028-0026 Er is sprake van fysiek matig tot zwaar belastend werk. Dat geldt vooral voor laden, lossen en verplaatsen van de kleinere zaagmachines, die vaak handmatig worden verplaatst. De
43
grotere machines zijn dermate zwaar, dat handmatig verplaatsen niet mogelijk is. Er wordt lopend (verrijdbare zaag) of knielend (handzaag) gewerkt.
44
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Draaiende en bewegende delen afschermen.
-
Maak waar mogelijk gebruik van watertoevoer of van een zaag/frees voorzien van stofafzuiging.
-
Gebruik scherpe zaagbladen en frezen.
Organisatorisch: -
Zorg voor aanwezig zijn van water en voor voldoende watertoevoer tijdens het zagen/frezen.
-
Maak in verband met de fysieke belasting (en ook de stofblootstelling) waar mogelijk gebruik van een verrijdbare zaag in plaats van een handzaag.
-
Zorg voor aanwezig zijn van een hulpmiddel voor laden en lossen.
Individueel:
0028-0027 Let op 0027 is ook gebruikt in 28.06
45
-
Persoonlijke beschermingsmiddelen: gehoorbescherming (zware kap of otoplastieken; ademhalingsbescherming tegen respirabel kwartsstof, bijvoorkeur voorzien van aanblaasfilter (bij droog zagen altijd en bij nat zagen in situaties met weinig ventilatie); veiligheidsschoenen; handschoenen; gelaatsscherm; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UV-filter.
-
Instructie hoe de zaag-/freesmachine veilig te bedienen.
46
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.22
Verwijderen asfalt d.m.v. frezen
31.01.41
Zagen verharding
31.07.31
Repareren van scheuren in asfalt
31.07.32
Repareren van scheuren in beton
31.07.61
Herstellen voegvulling in betonverharding
31.33.01
Aanbrengen dwarsvoegen
31.33.02
Aanbrengen langsvoeg
47
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.05: Vegen van verhardingen (machinaal) M 0028-0027 Let op, deze code is ook gebruikt in het vorige blad Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.
48
1.
ALGEMEEN
Omschrijving van de werkzaamheid:
0028-0028 Verwijderen van gruis/stof van het wegdek door machinaal vegen, bijvoorbeeld aansluitend op het frezen van asfaltlagen met een frees, of vegen van overtollig split. De machinist zorgt zo nodig ook voor het verplaatsen van de machine naar de plaats van de werkzaamheden; verder zorgt hij voor onderhoud en het verhelpen van storingen. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Machinist GWW
Materialen: -
Asfalt/beton/overige verhardingen
Materieel: -
Mechanische veger, veeg-/zuigwagen
Gereedschappen: 49
-
Schop, bezem, handgereedschap.
50
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen:
stof
kwartsstof
PAK*
- binnen/overdekt
- groen/geel
- rood
- rood
- geel/rood
- geel/rood
- buiten fysische factoren:
fysieke belasting:
geluid
lichaamstrillingen
- geel/rood
- geel/rood
statische belasting (lage rug): - geel
veiligheid: - kans op ongevallen door langsrijdend verkeer - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist
* Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact.
51
2.
ARBORISICO'S
Toxische stoffen:
0028-0029 Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van wegenbouwmaterieel en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting. Bij het mechanisch vegen komt vaak veel (kwarts)stof vrij. Ook kan stof vrijkomen door andere werkzaamheden in de omgeving (frezen). De grenswaarde voor hinderlijk stof zal meestal niet worden overschreden. De grenswaarde voor respirabel kwartsstof kan wel worden overschreden. Bij aanwezig zijn van teer kan de machinist worden blootgesteld aan te hoge concentraties PAK. Bij gebruik van een veeg-/zuigwagen is de hoeveelheid stof die wordt geproduceerd in het algemeen kleiner dan bij gebruik van een mechanische veger of bij handmatig vegen. Geluid: M
0028-0030
Blootstelling aan geluid veroorzaakt door de veeg-/zuigwagen en overig materieel in de omgeving. Geluidsniveaus hoger dan 80 dB(A) zijn mogelijk De grenswaarde voor geluid
52
(85 dB(A)) wordt soms overschreden. De gemiddelde blootstelling over een 8-urige werkdag ligt naar verwachting tussen 80 en 85 dB(A). Trillingen: Blootstelling aan lichaamstrillingen. De trillingsintensiteit is niet precies bekend en is afhankelijk van het type veeg-/zuigwagen, ondergrond en rijsnelheid. Overdracht vindt plaats via zitvlak en voeten. Per dag vindt circa 4 tot 6 uren blootstelling plaats. De grenswaarden voor lichaamstrillingen (zie “Voorschriften”) worden naar verwachting overschreden. Veiligheid: 0028-0031 Ongevallen door aangereden worden door materieel of langsrijdend verkeer, door het zelf veroorzaken van aanrijdingen. Extra kans op aanrijdingen bij slecht zicht (mist). Aanrijdgevaar indien de veegmachine bij draaien buiten het afgezette wegvak komt. Kans om geraakt te worden door tijdens het vegen wegspringende delen. Fysieke belasting: De werkhouding is soms ongunstig doordat de machinist in een scheve of gedraaide houding moet werken. Per werkdag wordt 1 tot 4 uur in deze houding gewerkt. Er is sprake van een statische belasting van de lage rug. De bedieningsmiddelen zijn soms op een ongunstige plaats aangebracht waardoor reiken noodzakelijk is. De wagen is soms slecht toegankelijk waardoor het moeilijk is voor de machinist om op of van de veeg-/zuigwagen te komen.
53
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Gebruik een veeg-/zuigwagen in plaats van een mechanische veger.
Organisatorisch: -
Binnen het afgezette wegvak blijven.
Individueel: -
Persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsschoenen; handschoenen; ademhalingsbescherming tegen (kwarts)stof; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding.
54
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.11
Schoonmaken verhardingsoppervlak
55
ARBOKENNISSYSTEEM Werkzaamheid 28.06: Vegen van verhardingen (handmatig) Voor een volledig overzicht van arborisico's en oplossingsmogelijkheden is het noodzakelijk ook de volgende documenten te raadplegen: 28.A: “Algemene risico's en oplossingen bij het bewerken van wegen”.
56
1.
ALGEMEEN
Omschrijving van de werkzaamheid: Verwijderen van gruis/stof van het wegdek door handmatig vegen, bijvoorbeeld aansluitend op het frezen van asfaltlagen met een frees, of vegen bij oppervlakreparaties. De werkzaamheid heeft betrekking op het beroep: -
Asfaltafwerker
-
Opperman
Materialen: -
Asfalt/beton/overige verhardingen
Materieel: -
(Vrachtwagen)
Gereedschappen: -
Schop, bezem, kruiwagen.
57
Samenvatting belastende factoren:
Beoordeling per factor: geel: verhoogd risico, maatregelen opnemen in een plan van aanpak rood: sterk verhoogd risico, maatregelen direct noodzakelijk toxische stoffen:
stof
kwartsstof
PAK*
- binnen/overdekt
- geel/rood
- rood
- rood
- buiten
- groen/geel
- geel/rood
- rood
fysische factoren:
geluid - groen/geel
fysieke belasting:
statische
repeterende
belasting
handelingen
(lage rug):
(schouder):
- rood
- rood
veiligheid: - kans op ongevallen van de werknemer die veegt door activiteiten van andere werknemers of langsrijdend verkeer - grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht en bij mist * Geldt alleen indien teer aanwezig is; in dat geval zal vaak ook sprake zijn van blootstelling aan teer via huidcontact.
58
2.
ARBORISICO'S
Toxische stoffen: Blootstelling aan uitlaatgassen, waaronder dieseluitlaatgassen, afkomstig van materieel in de omgeving en langsrijdend verkeer. Onder ongunstige condities kunnen klachten optreden, bijvoorbeeld door emissies van verouderd of slecht onderhouden materieel, ongunstige positionering van de uitlaat in combinatie met een ongunstige windrichting. Bij het handmatig vegen komt vaak veel (kwarts)stof vrij. Ook kan stof vrijkomen door andere werkzaamheden in de omgeving (frezen, machinaal vegen). De grenswaarde voor hinderlijk stof kan worden overschreden. Dat geldt ook voor de grenswaarde voor respirabel kwartsstof. Bij aanwezig zijn van teer kan de werknemer worden blootgesteld aan een te hoge concentratie PAK. Veiligheid: Ongevallen door aangereden/overreden worden door materieel of langsrijdend verkeer. Grotere kans op ongevallen bij werk in de nacht of bij mist. Geraakt worden door wegspringende delen door werk in de buurt van een veegmachine. Fysieke belasting: Het handmatig vegen is energetisch zwaar belastend. Het lopen met een kruiwagen, scheppen en vegen van materialen vormt een belasting voor de rug en schouders. Tijdens het vegen wordt de lage rug statisch belast. Tijdens het vegen worden in een gebogen houding (statische belasting rug) duw en trekbewegingen gemaakt, die repeterend van karakter zijn (schouder). Deze werkzaamheden worden 1 tot 4 uur per dag verricht. De schouder wordt meer dan 60 graden geheven en de lage rug meer dan 20 graden gebogen.
59
3.
OPLOSSINGS- EN VERBETERINGSMOGELIJKHEDEN
Technisch: -
Gebruik een veeg-/zuigwagen.
-
Ergonomisch vormgegeven handgereedschap.
Organisatorisch: -
Zorg voor scheppen en vegers met verschillende steellengtes zodat werknemers een optimale steellengte kunnen kiezen.
Individueel: -
Verlicht het werk door taakroulatie.
-
Persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsschoenen; veiligheidsbril (bij werk in de buurt van een veegmachine); handschoenen; ademhalingsbescherming tegen (kwarts)stof; kleding die afdoende bescherming biedt tegen kou/wind/regen; veiligheidsvest/signaleringskleding; bij zonnig weer crème met UV-filter en zonnebril met UV-filter.
60
4.
VAN TOEPASSING ZIJNDE RAW- EN STABU-CATEGORIEËN
RAW: 31.01.11
Schoonmaken verhardingsoppervlak
Verder vormt handmatig vegen een onderdeel van diverse bewerkingen (en de daarop van toepassing zijnde RAW-categorieën) van het verhardingsoppervlak
61