mr L.P.M. Knoops Koninginnestraat 24 3311 WR Dordrecht
Gemeenteraad Dordrecht Stadskantoor, Spuiboulevard 300 Postbus 8 3300 AA Dordrecht
Dordrecht, 8 juli 2009 Betreft: funderings-/grondwaterherstel Koninginnestraat 22/28 (3311 WR), A.011.02 Hoogedelachtbare heer, Edelachtbare dames & heren, Na vruchteloze correspondentie met wethouder A.G. Kamsteeg betreffende in hoofde genoemd onderwerp en meer specifiek de onderliggende rapportage dienaangaande met bijhorende conclusies en haar rechtsgevolgen, richten wij ons tot U als controlerend orgaan van het gemeentebestuur waartoe de heer A.G. Kamsteeg in zijn functie van wethouder hoort. Geschil Samengevat hebben wij een dispuut over de rechtskracht van inspectierapportage die in de funderingsproblematiek van de gemeente Dordrecht opgesteld is. Ons verschil van inzicht dat wij hierover hebben met de gemeente Dordrecht, hebben wij getracht te slechten met de heer A.G. Kamsteeg, als wethouder van Volkshuisvesting, Zorg & Welzijn (met de portefeuille Volkshuisvesting en Stedelijke Vernieuwing, Bouwen en Wonen, Monumentenzorg en Archeologie, WMO en Zorg, Welzijn en Regionale samenwerking). De correspondentie die wij hierover gevoerd hebben, zijn als bijlage bij deze brief meegestuurd. Deze correspondentie is dermate informatief over het ontstane en bestaande conflict dat deze naar onze mening een onlosmakelijk geheel met dit schrijven vormt. De inhoud van het geschil betreft, zoals hiervoor geschreven, de rechtskracht van de funderingsrapportage, uitgevoerd door in casu Gemeentewerken Rotterdam. Buiten kijf staat dat de gemeente Dordrecht opdrachtgever is van Gemeentewerken Rotterdam om een rapport samen te stellen inzake de staat van de fundering in al haar aspecten. Dit staat als zodanig geschreven in de "Projectomschrijving" van de rapportage. Zoals uit meegestuurde correspondentie blijkt, dient de rapportage met de grootst mogelijke zorg samengesteld te worden, omdat: • Gemeente kan bestuursdwang uitoefenen op basis van dit rapport (en is hiertoe volgens rapport van de rekenkamer zelfs toe verplicht); • Bank verstrekt hypotheek op basis van dit rapport; • Makelaar zet prijs op basis van dit rapport; • Taxateur waardeert woning op basis van dit rapport; • Koper koopt/verkoper verkoopt woning op basis van dit rapport;
Aantoonbaar is de zorgvuldigheid in deze rapportage met voeten getreden. Zowel op inhoudelijk niveau als bij de conclusie zijn grove omissies te ontwaren. Hierdoor hebben wij ons huis gekocht op basis van een foutief rapport. Daar de gemeente Dordrecht opdrachtgever is van deze rapportage (en niet wij als eigenaar), hebben wij geen aanspraak richting opdrachtnemer Gemeentewerken Rotterdam. De gemeente Dordrecht als opdrachtgever is degene die wij mogen aanspreken op haar verantwoordelijkheid. Deze verantwoordelijkheid wordt niet alleen vermeden, maar ook wordt in de correspondentie met de heer Kamsteeg op geen enkele wijze ingegaan op onze bezwaren betreffende de rapportage zelf. Dit ontwijkende gedrag laat bij ons diepe sporen na in onze gevoelens van rechtszekerheid en rechtvaardigheid. Ook de waag of wij als koper hadden moeten beseffen dat een rapport van een daartoe aangesteld expertisebureau niet zou deugen, kan ons niet aangewreven worden. Zelfs de verkopend makelaar Waltmann erkent dat ook als makelaar geen enkel probleem gezien werd in deze rapportage, waarbij gesteld kan worden dat een makelaarskantoor (tevens taxateur) geen leek is. Waltmann is bereid geweest dit op schrift te zetten. Deze brief hebben wij eveneens als bijlage meegestuurd. Ergo, wij als koper en Waltmann als makelaar en taxateur hebben niet kunnen bevroeden dat deze rapportage ondeugdelijk zou zijn, dermate dat wij daaraan geen rechten en juiste kennis aan hadden kunnen/mogen ontlenen. Daarenboven dient de gemeente Dordrecht te handhaven middels bestuursdwang op basis van dit rapport, waardoor grootst mogelijke zorgvuldigheid aangenomen mag worden. Nu de rapportage aantoonbaar niet zorgvuldig is samengesteld, verzoeken wij de gemeente een mate van verantwoordelijkheid hierin te nemen en samen naar een oplossing te zoeken voor dit ontstane geschil van inzicht. Een minnelijke schikking zou dan te prefereren zijn. Conclusie Wij menen dat de gemeente Dordrecht een verantwoordelijkheid is toe te kennen inzake de funderingsproblematiek en meer specifiek de rapportage daaromtrent, niet alleen inzake emotionele schade maar ook de financiele schade die wij lijden door prijsstelling, op basis van een rapport, die, ware het rapport kundig geconcludeerd, lager zou zijn geweest. De zorgvuldigheid die betracht dient te worden in dergelijke kwesties is bespaard gebleven, en gegeven het belang dat alle partijen aan dergelijke rapportage hechten, mag aangenomen worden dat de gemeente Dordrecht als opdrachtgever hiervan verantwoordelijkheid neemt, teneinde een oplossing naar ieders tevredenheid te waarborgen. Op deze manier wordt gevoel van rechtszekerheid hersteld door bewoners in hun gemeente. Mocht U naar aanleiding hiervan nog nadere vragen hebben, dan vernemen wij graag van U. Met voorbehoud van alle rechten en weren. Gelief, Hoogedelachtbare heer Bandell en edelachtbare dames en heren, de gevoelens van onze zeer bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.
2/2
DORDRECHT
Retouradres: Postbus 8, 3300 AA DORDRECHT
Projectmanagement Spuiboulevard 300
De heer L.P.M. Knoops Koninginnestraat 24 3311 WR DORDRECHT
3311 GR DORDRECHT
T +31 (0)78 639 6875 www.dordrecht.nl
Contactpersoon D van Leersum
T +31 (0)78 800 74 22 Datum
29 april 2009
Ons kenmerk
PM/2009/Z128381
Uw kenmerk
E
[email protected]
Funderings-/ grondwaterherstel Koninginnestraat 22/28 (3311 WR), A.011.02
Kopie aan
A. Kamsteeg, A.M. Groeneveld, }. van Eijnsbergen
Bijlage(n) Betreft
Gesprek van 1 april 2009 mbt funderingsproblematiek Koninginnestraat 24
Geachte heer Knoops, Op 1 april 2009 heeft op uw verzoek een gesprek plaatsgevonden met de heer A.M. Groeneveld van Projectmanagement, mevrouw D. van Leersum van het Juridisch Kennis Centrum en ondergetekende. De bedoeling van het gesprek was, mede naar aanleiding van uw brief van 19 maart 2009, u hiermee eenduidige informatie te geven omtrent de mogelijkheden tot grondwaterherstel, het verruimen van de handhavingstermijn van uw woning en de verantwoordelijkheid van de gemeente voor het opstellen van onderzoeksrapporten. Uit eerdere communicatie tussen u en de gemeente is gebleken dat onduidelijkheid over de desbetreffende onderwerpen bij u bestond. Met deze brief wil ik de onduidelijkheid bij u wegnemen. Tijdens het gesprek kwam aan de orde dat het treffen van maatregelen voor grondwaterherstel door de gemeente in openbaar gebied slechts tot de mogelijkheden behoort wanneer de kosten hiervan per woning niet meer bedragen dan de subsidie die men op grond van de Subsidieverordening Funderingsproblematiek zou kunnen ontvangen voorfunderingsherstel. Om die reden werd het aanbrengen van water vanuit de Spuiboulevard naar de Koninginnestraat te kostbaar geacht. Naar een andere mogelijkheid, het aanbrengen van water via een drainage, wordt op dit moment nog onderzoek gedaan. Onderzocht moet worden of er, met name in de zomermaanden, voldoende water beschikbaar is om het grondwater ter plaatse van Koninginnestraat 24 te kunnen herstellen. Los van de uitkomst van het onderzoek, zal grondwaterherstel niet met zich meebrengen dat de funderingstechnische handhavingstermijn (de termijn waarbinnen nog geen funderlngsherstel nodig is) voor de woning verhoogd zal worden. Deze termijn zal slechts opschuiven vanaf het moment dat zeker is dat
Pagina 1/2 Mixed Sources Productgroep uit goedfoeheefdebossed en andeie geamlralecrde btonnen www.fK.W9 Cenno.ClKOC-BDB390 O 1996 Forest Stewardihip Counui
DORDRECHT Kenmerk
Funderings-/ grondwaterherstel Koninginnestraat 22/28 (3311 WR), A.011.02
Betreft *
Gesprek van 1 april 2009 mbt funderingsproblematiek Koninginnestraat 24
de funderingpalen onder water staan. Aangezien grondwaterherstel vooralsnog in ontwikkeling is, kan geen garantie op zekerheid worden gegeven. Bovendien heeft grondwaterherstel geen invloed op de kwaliteit van de funderingspaal zelf. De kwaliteit van de funderingspalen van Koninginnestraat 24 heeft geresulteerd in een handhavingstermijn van 10 tot 20 jaar en dit geldt dus ook in de situatie wanneer op dit moment grondwaterherstel zou plaatsvinden In eerste instantie bleek uit het rapport van het funderingsonderzoek (le fase) van 29 juli 2002 dat een funderingstechnische voorziening eerst na 30 jaar zou moeten worden getroffen. Na gecorrigeerde meetresultaten diende de conclusie uit het rapport echter naar beneden te worden bijgesteld, tot een termijn van 10 tot 20 jaar. U lijdt hierdoor schade. U bent van mening dat het de gemeente, als opdrachtgever aan het onderzoeksbureau Ingenieursbureau Gemeentewerken Rotterdam, valt aan te rekenen dat onzorgvuldig genandeld is bij het onderzoek naar de kwaliteit van de fundering. Uw mening dat de gemeente aansprakelijk dient te worden gehouden voor de schade die u lijdt, deel ik niet. Uit de conclusie van het desbetreffende onderzoeksrapport van 29 juli 2002 blijkt weliswaar dat de funderingstechnische handhavingstermijn van de bouweenheid (waaronder Koninginnestraat 24) 30 jaar bedraagt, maar vervolgens is eveneens als conclusie opgenomen: "gezien het. resultaat van de peilbuiswaarnemingen en de metingen van het grondwaterniveau in de putten, wordt aanbevolen het grondwaterniveau te beheersen cq. te monitoren.", Eerder is op pagina 10 van datzelfde rapport opgenomen: "Het Is ook mogelijk dat wordt geadviseerd een 2e fase monitoring onderzoek te starten. Dit gebeurt als op basis van het le fase onderzoek wordt verwacht dat de beoordeling, na aanvullend onderzoek in de vorm van monitoring, wellicht nog kan worden aangepast Hieruit moet dan blijken ofde funderingstechnische handhavingstermijn alsnog tenmtnste 25 jaar bedraagt of dat funderingsherstel inderdaad noodzakelijk is." Op basis van deze bevindingen had u er bij de aankoop van uw woning rekening mee behoren te houden dat de handhavingstermijn van de fundering van uw woning nog zou kunnen wijzigen. Wij gaan ervan uit dat uw vragen hiermee voldoende zijn beantwoord en dat het standpunt van de gemeente in het bovenstaande voldoende helder is verwoord.
Hoogachtend, Het college van Burgemeester en Wethouders namens dezen, de wethouder Volkshuisvesting, Zorg en Welziijn
A.T. Kamsteeg
Pagina 2/2 Mixed Sources Productgrcep uit goerf beheerte bossen n sndere geconuoleerde bran ftai.SK.org CennaClKOC-8 ft 1936 Forest Stewardship Cuundl
Gemeente Dordrecht Stadskantoor, Spuiboulevard 300 t.a.v. de edelachtbare heer A.G. Kamsteeg Postbus 8 3300 AA Dordrecht
Dordrecht, 19 maart 2009 Betreft: funderings-/grondwaterherstel Koninginnestraat 22/28 (3311 WR), A.011.02 Geachte heer Kamsteeg, Gisteren, 18.03.2009, hebben mijn echtgenote en ik een gesprek gehad met de heren A.H. Groeneveld en J. van Einsbergen om een technisch en financieel inhoudelijk vervolg te geven aan ons onderhoud van 17.12.2008 betreffende de mogelijkheden van grondwaterherstel en de financiering van grondwater- en/of funderingsherstel voor zowel onszelf als onze onderbuunnan, de heer W. Fok {Koninginnestraat 22) wiens kapitaalkracht om herstel uit te voeren onvoldoende is en blijft. Dit gesprek is op sommige punten verhelderend geweest en op andere punten teleurstellend. Middels dit schrijven verslaan wij in resume dit gesprek met als conclusie dat een volgend onderhoud met U gewenst is in bijzijn van dezelfde heren en het hoofd van Uw juridische afdeling zodat de (mate van) teleurstelling wegenomen kan worden. Grondwaterherstel Technische opties Gebleken is dat er twee manieren van grondwaterherstel mogelijk zijn, te weten een dure (niet -fmancierbare) optie en een betaalbare optie. De onderbouwende techniek is helder uitgelegd en alle partijen genoegzaam bekend doch niet relevant voor dit schrijven. Van belang is dat de dure optie weliswaar meer zekerheid van succes geeft en de goedkopere optie sowieso eerstens nader bestudeerd wordt de komende weken voordat van enige mate van succes blijk kan worden gegeven, maar van groter belang is de wetenschap dat door grondwaterherstel toe te passen de handhavingstermijn niet verruimd wordt en dat in het gunstigste geval, door stabilisatie van schimmel- en bacterievorming op de houten fundering, de handhavingstermijn gehandhaafd blijft zoals die neergelegd is in het eindrapport van Gemeentewerken Rotterdam (hierna: GWR).
Overigens is het rapport op basis waarvan deze mogelijkheden zijn onderzocht opgesteld door Fugro per 16.08.2005 en was de handhavingstermijn van de betreffende bouweenheid (A.I 1.02) net als de belendende bouweenheid (A.12.04) meer dan 25 jaar. Bij eindrapport de dato 14.05.2007 van de hand van GWR was de handhavingstermijn van A. 11.02 beperkt tot 10-20 jaar en werd de handhavingstermijn van A.12.04 gehandhaafd. Dit gegeven werpt de vraag op of grondwaterherstel voor A. 11.02 nog immer mogelijk is, maar ten behoeve van dit schrijven wordt dit wel als zodanig aangenomen. Verruimde handhavingstermijn De mededeling dat de handhavingstermijn niet vergoot wordt, heeft bij ons de wenkbrauwen doen fronzen. Tijdens ons gesprek op 17.12.2008 is bij ons namelijk de indruk ontstaan dat grondwaterherstel wel degelijk een goede optie is om de handhavingstermijn te verruimen. Als zodanig hebben wij dit zelfs meegenomen in de verkoopbrochure van onze woning, namelijk dat herstelkosten (die ingeval van grondwaterherstel geprognosticeerd veel lager uitvallen dan in geval van funderingsherstel) reeds verrekend zijn in de vraagprijs voor onze woning. Dit doet toch sterk vermoeden dat onze indruk over verruimde handhavingstermijn door grondwaterherstel erg sterk is geweest. Nu dit niet zo blijkt te zijn, wordt ons aanstaand verkoopverlies nog groter dan verwacht. Financiering De kosten van grondwaterherstel zijn veel lager dan de kosten van funderingsherstel. Niettemin is de financiele/kapitaalkrachtige situatie van de heer Fok penibel. Tijdens ons gesprek van 17.12.2008 hebben wij dit aangegeven. U heeft toen door laten schemeren dat er altijd wel oplossingen te vinden zijn voor dergelijke gevallen, op voorwaarde dat er bijvoorbeeld een overwaarde in de woning is of anderszins zekerheid gesteld kan worden. Daar de heer Fok reeds lange tijd op hetzelfde adres woont en vermoedelijk van een significante hypotheekschuld geen sprake meer is, waren er wegen te bewandelen waardoor grondwaterherstel zou kunnen plaatsvinden. In mijn e-mail aan U van 01.02.2009 refereer ik ook hieraan. Tijdens het gesprek van gisteren is gebleken dat er geen enkele mogelijkheid bestaat financiele hulp te bieden wanneer grondwaterherstel als optie gekozen wordt. U begrijpt dat ook deze mededeling zeer frustrerend overkomt. Conclusie grondwaterherstel Na ons gesprek van 17.12.2008 hebben wij onze buren benaderd met de volgende berichtgeving: • grondwaterherstel is mogelijk, • de handhavingstermijn wordt hierdoor verruimd, en • er bestaat eenfinancieringsmogelijkheidvoor de heer Fok De buren hebben dit alles als zeer positief ervaren en er ontstond consensus over de te volgen route. Nu blijkt echter dat grondwaterherstel waarschijnlijk niet mogelijk is (meest reele optie is te duur binnen de openbare ruimte), de handhavingstermijn wordt in het meest gunstige geval gehandhaafd en er is geen financieringsmogelijkheid voor de heer Fok.
2/6
Daar onze perceptie van ons gesprek van 17.12.2008 lijnrecht staat tegenover de berichtgeving die wij van U bij monde van de heren Groeneveld en Van Einsbergen gisteren ontvingen, menen wij dat wij een verkeerde voorstelling van zaken gekregen hebben. Graag vernemen wij Uw visie hierop en van de heer Mollema die bij dit gesprek aanwezig was. Funderingsherstel - verantwoordelijkheid Nu funderingsherstel vermoedelijk als enige optie van herstel overblijft, hebben wij gisteren ook vernomen dat U zich namens de gemeente Dordrecht niet sterk wil maken voor een tegemoetkoming van de te maken herstelkosten, al dan niet volledig, ofwel een compensatie van ons verkoopverlies. Deze mededeling werd in onze optiek gedaan als ware er sprake van een vanzelfsprekendheid en van welke vorm van verantwoordelijkheid dan ook kan natuurlijk geen sprake meer zijn. Niet alleen is dat naar onze mening zeker geen vanzelfsprekendheid (waarop we hierna terugkomen), maar ook werd op dit punt tijdens ons gesprek van 17.12.2008 een indruk gewekt dat een tegemoetkoming hierin bespreekbaar zou zijn; letterlijk werd gezegd dat beoordeeld zou worden in hoeverre de gemeente kan meedenken op dit punt en dus niet ofde gemeente hierover wilde nadenken. De teleurstellingen hoopten zich op, zeker gezien het gemak waarmee verantwoordelijkheidsgevoel werd weggewuifd. Situatieschets Eerst een korte situatieschets ter volledige documentatie voor de lezer. • Per 29.07.2002 is het rapport Eerste fase funderingsonderzoek door GWR afgegeven. De conclusie vermeldt: • Defunderingstechnische handhavingstermijn van de bouweenheid bedraagt 30jaar • Gezien het resultaat van het onderzoek zijn maatregelen en verder onderzoek niet nodig (bold:LK) • Gezien het resultaat van de peilbuiswaarnemingen en de metingen van het grondwaterniveau in de putten wordt aanbevolen (bold: LK) het grondwaterniveau te beheersen c.q. te monitoren De conclusie is niet sluitend. De gebreken ervan heb ik met hulp van Fugro getracht aan te tonen ondermeer bij brief van 02.06.2008. • Per 2 augustus 2004 hebben wij onze woning gekocht met een "positief' rapport in de hand als ondersteuning voor de prijsbepaling • Bij tussenrapport in 2005 is gesteld dat de conclusie gestand gedaan wordt • Bij rapport van 14 mei 2007 is gesteld dat de handhavingstermijn bijgesteld meet worden naar 10 tot 20 jaar. Achteraf bezien met hulp van Fugro blijkt dat in het allereerste rapport nooit de conclusie van een handhavingstermijn van 30 jaar had mogen worden afgegeven, met de resultaten van het onderzoek die daarbij horen. De verkeerde conclusie is getrokken door een professioneel bureau in Uw opdracht. Dit is als zodanig ook erkend en dit hebben wij in ons gesprek van 17.12.2008 ook besproken.
3/6
Verantwoordelijkheid Tijdens onze bespreking van 17.12.2008 hebben wij betoogd dat de gemeente een zekere verantwoordelijkheid inzake onze financiele schade aangewreven kan worden. Onze argumenten hiervoor (die ook verspreid over meerdere brieven gericht aan de burgemeester te lezen zijn) betreffen niet-Iimitatief en in willekeurige volgorde: 1. Er is een verkeerde conclusie getrokken in het eerste rapport in 2002 die gestand werd gedaan in 2005. Het rapport is daarmee misleidend. 2. GWR heeft het onderzoek verricht in Uw opdracht 3. Dit rapport is gebruikt als basis voor prijszetting van onze woning 4. Aan dit rapport wordt veel waarde gehecht; a. Gemeente kan bestuursdwang uitoefenen op basis van dit rapport; b. Bank verstrekt hypotheek op basis van dit rapport; c. Makelaar zet prijs op basis van dit rapport; d. Taxateur waardeert woning op basis van dit rapport; e. Koper koopt/verkoper verkoopt woning op basis van dit rapport; Juist omdat veel waarde wordt gehecht aan dit rapport, dient de inhoud samengesteld te worden met betrachting van de grootst mogelijke zorgvuldigheid. Aantoonbaar is dit niet gebeurd; de conclusie was niet in overeenstemming met de onderzoeksresultaten en het rapport is dus misleidend voor alle andere betrokken partijen die niet met dezelfde kennis behept zijn als een professionele organisatie die nota bene zelf het onderzoek geleid heeft en het daaruit volgende rapport heeft samengesteld. Kort gezegd kennen wij U wel degelijk een verantwoordelijkheid toe. Voor U was deze verantwoordelijkheid niet evident doch vormde voor ons relaas zeker grond om te bezien in hoeverre de gemeente hierin toeschietelijk zou kunnen zijn. Dat U nu bij monde van de heer Groeneveld hierop terugkomt, is als uitermate teleurstellend te beschouwen en contrair. Immers, enerzijds kent U groot belang toe aan alle rapportages en conclusies (ondermeer wegens mogelijkheid van bestuursdwang), maar anderzijds bent U niet van plan verantwoordelijkheid hiervoor te nemen. Deze contradictie kan in onze optiek niet door de beugel en is in strijd met beginselen van behoorlijk bestuur. Ons gevoel van rechtszekerheid en vertrouwen in openbaar bestuur wordt ernstig geschaad. Omvang vergelijkbare gevallen Eveneens in onze optiek zou, ingeval U alsnog bereid bent een vorm van compensatie te verlenen, de omvang van precedentwerking uiterst beperkt zijn. • In heel Dordrecht hebben ongeveer 1.200 woningen funderingsproblemen. • Van deze 1.200 woningen is slechts een beperkt deel verkocht in de periode van eerste onderzoeksrapport tot en met eindrapport (opvraagbaar bij Kadaster) • Van al deze woningen wijken de conclusies van de aanvangsrapporten bij een gedeelte van al deze woningen significant af van de eindrapporten. • Van alle verkochten woningen in deze beperkte periode waarvan de aanvangsrapporten significant afwijken van de eindrapporten, zijn de aanvangsrapporten misleidend door verkeerde conclusies.
4/6
Ergo, naar onze mening is er slechts een handvol vergelijkbare situaties. Uiteraard kunnen wij dit niet staven met cijfers, maar de kring van gelaedeerden neemt per beperking in rap tempo af, dusdanig dat van een grote groep gelaedeerden geen sprake kan zijn. Vergelijkbare gevallen dienen gelijk behandeld te worden, dus ongeh'jke gevallen ongelijk, maar in mate van ongelijkheid. Op basis van dit grondwettelijk principe vindt U grond om slechts in deze specifiek vergelijkbare gevallen een financiele handreiking te doen c.q. verantwoordelijkheid te nemen. Niet-financigle schade Naast de hiervoor besproken schade van financiele aard (aankoopverlies en/of herstelkosten en/of verkoopverlies) is er eveneens sprake van niet-financiele, emotionele schade die wij niet onbesproken willen laten, temeer daar in ons gesprek van gisteren elk gevoel van verantwoordelijkheid als abject ervaren werd en ons het gevoel bekroop dat de gemeente Dordrecht zich er met een Jantje-van-Leiden vanaf wil doen. Zoals kort besproken tijdens ons gesprek van 17.12.2008 heeft ons gezin emigratieplannen, die voor een belangrijk deel voeding gevonden hebben in deze kwestie. Om de lijn direct naar de funderingsproblematiek te trekken heeft mijn echtgenote een postnatale depressie gehad als gevolg van de vernietigende conclusie van het eindrapport toen onze zoon zeer kort daarvoor geboren was. Onze beslissing om niet alleen Dordrecht, maar ook Nederland te verlaten werd hierdoor versneld, temeer daar wij reeds andere confrontaties met de gemeente Dordrecht (inzake onze onderbuurman) zagen verzanden in hulpeloosheid. Ons gevoel van rechtvaardigheid rijmde bij lange na niet meer met de werkelijkheid die de gemeente Dordrecht kennelijk voorstaat. Onze vlucht uit het Nederlandse wordt alleen door dezelfde funderingsproblematiek afgeremd, zo niet afgestopt, en mijn echtgenote heeft intussen meerdere werkaanbiedingen (die zij ambieerde) in het buitenland moeten afwijzen wegens onverkoopbaarheid van onze woning. Hierbij zij opgemerkt dat onze woning reeds te koop staat sinds voor de economische crisis toesloeg in de huizenmarkt. Haar positie op de arbeidsmarkt loopt hierdoor schade op. U kunt zich voorstellen dat het zonder meer afwijzen van welke verantwoordelijkheid dan ook een dieper gat slaat in ons resterend gevoel van rechtvaardigheid en daarmee de emotionele schade niet ten goede komt. Conclusie 1. Op het gebied van grondwaterherstel is ons een verkeerde voorstelling van zaken gegeven: zowel op gebied van technische uitvoerbaarheid, financiering als verruimde handhavingstermijnen blijkt Uw mening nu niet verenigbaar te zijn met ons beeld van het gesprek dat wij voerden op 17.12.2008. 2. Wij menen dat U wel degelijk een verantwoordelijkheid is toe te kennen inzake de funderingsproblematiek, niet alleen inzake emotionele schade maar ook de financiele schade die wij lijden door prijsstelling, op basis van een rapport, die, ware het rapport kundig geconcludeerd, lager zou zijn geweest. 3. De publieke verantwoordelijkheid is niet alleen gewenst en gerechtvaardigd, maar ook zijn wegens het zeer beperkt aantal vergelijkbare gevallen de potentieel toekomstige gevallen op basis van precedentwerking beperkt in aantal: toekomstige kosten, voor zover deze zich kunnen voordoen zijn daarmee niet alleen naar richtige schatting te bepalen, maar ook beperkt in omvang.
5/6
Graag verzoeken wij U tot het organiseren van een vervolggesprek met U in bijzijn van de heren Groeneveld, Van Einsbergen en het hoofd van juridische afdeling, zodat niet alleen alle partijen nu dezelfde informatie ter ore krijgen, maar ook gezocht kan worden naar een oplossing die wel bevredigend is en tegemoet komt aan een gevoel van rechtvaardigheid waarbij U in het publieke domein Uw positie kunt handhaven (wegens beperkte precedentwerking, tegemoetkoming aan de beginselen van behoorlijk bestuur en de optie tot vordering uit wanprestatie richting GWR) en wij met financiele compensatie en/of vergoeding naar geluk kunnen zoeken met ons gezin. Om de parallel met de kleermaker uit Miinster, Jan van Leiden, nog een keer te trekken, hopen wij dat de gemeente Dordrecht zich niet laat kenschetsen door syne bedriechlicke scherpsinnicheydt ende cloeckheydt, maar dat onder verwijzing naar zijn historische geboorteplaats een "bestand" kan worden gesloten dat recht doet aan rechtvaardigheidsgevoelens en dat een eeuwigheid kan dienen na lange tijd van onrust. Mocht U naar aanleiding hiervan nog nadere vragen hebben, dan vernemen wij graag van U. Met voorbehoud van alle rechten en weren. Gelief, edelachtbare heer Kamsteeg, de gevoelens van onze zeer bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.
6/6
I M A K E L A A R S NVM De heer LP'.M. Knoops Koninginnestraat 24 3311 WR DORDRECHT
Dordrecht, 23 juni 2009
Betreft: Funderingsrapport Koninginnestraat 24 te Dordrecht
Geachte heer Knoops, Aangezien wij als kantoor bij de verkoop van bovengenoemde woning betrokken zijn geweest heeft u mij verzocht om een interpretatie te geven van de conclusie van het funderingsrapport d.d. 29 juli 2002. Als makelaar zie ik regelmatig dit soort rapporten de revue passeren. De vraag die wij ons dan stellen is of de potentiele koper van een woning zich in de toekomst zorgen behoeft te —makeu over deJundering_Als maatstaf harrteren-wij net als»d©-gemeente-Dordrecht een-—— handhavingstermijn van 25 jaar of langer en of er aangegeven wordt of er maatregelen of vervolgonderzoek nodig is. In het onderhavige rapport wordt gesproken over een termijn van 30 jaar en gezien de resultaten zijn er geen maatregelen nodig. Dat er in de conclusie een aanbeveling staat het grondwaterniveau te beheersen (door de Gemeente) lijkt mij niet meer dan logisch aangezien er in het verleden al voldoende schade is aangericht door een slechte grondwaterstand beheersing. Gezien het feit dat het onderzoek is uitgevoerd door een erkend bedrijf kan mijns inziens niet van verkoper of koper verlangd worden dat er toch nog nader onderzoek wordt gedaan. Vertrouwende u hiermede voldoende te hebben geTnformeerd, verblijven wij, met vriendelijke groet, WALTMANN & CO. MAKEl
rriakelaar/ taxateur