26 In Beeld
Tom De Visscher
De Visscher groeide op tussen beeldhouwers en was al van kindsbeen af gefascineerd door beeldende kunst. Hij deed zijn humaniora in Sint-Lucas Gent, was vooral geïnteresseerd in schilderen en tekenen en studeerde nadien vrije grafiek. Hij werd een artistiek buitenbeentje dat eigenlijk toevallig in de fotografie terecht kwam. "Ik tekende heel veel rond het menselijk lichaam, en had dus heel veel modellen nodig. Aangezien tekenen veel tijd vergt van de modellen, was het makkelijker en sneller om ze eerst te fotograferen en dan te schilderen. Op een gegeven moment wil je dan mooiere foto’s, koop je een beter toestel en dan beginnen je foto’s ook beter te worden. Uiteindelijk ben ik dan na mijn studies vrije grafiek ook echt fotografie gaan studeren." Met schilderen is hij ondertussen gestopt, tekenen bedraagt nog ongeveer 5% van zijn beeldend werk, en dat zijn dan vooral schetsen ter voorbereiding van zijn fotografisch werk. Zijn tekenvaardigheden vormden wel een goede basis voor zijn fotografie, en zijn vooral nuttig en handig voor zijn fotomontages. Photoshop is daarbij zijn belangrijkste tool. "Het is mijn werkmiddel. In principe, mocht ik het niet nodig hebben, dan zou ik het ook niet gebruiken. Maar ik heb het nu eenmaal nodig. Ik kan het niet anders vergelijken dan met een tube olieverf voor een schilder of een programma op de computer: basisgereedschap dus. Het is geen doel op zich. Mocht ik een ander middel hebben om hetzelfde doel te bereiken, en dat andere middel werkt vlotter en beter, dan zou ik dat gebruiken." Bij negentig procent van de dingen die hij doet, vertrekt hij van een basisidee. Meestal is dat een schetsje of meerdere schetsen of een zin. "Maar zeker een van die twee dingen, een zin of een schets, daar vertrekt alles van. Als ik dan op de set ben of ik ben een shoot aan het doen, kan dat wel nog helemaal veranderen. Ik laat ruimte voor toeval, improvisatie, dingen die er bij komen. Daardoor kunnen er ook compleet nieuwe dingen ontstaan. En dat geeft vaak de leukste resultaten. De dingen die je vooraf bekokstooft of in gedachten hebt, zijn meestal wel goed. Maar de dingen die het meest verandering in je werk teweeg brengen zijn de dingen die je geïmproviseerd hebt." Op basis van dat eerste idee gaat hij dan op zoek naar modellen. Heeft hij iemand nodig die heel bleek is, of iemand die ziekelijk mager is, dan gaat hij ook zo iemand zoeken. Heeft hij een stoere tante nodig of een oudere dikke man, dan zoekt hij specifiek daar naar. En met die modellen en
personages starten de opnames. "Ik maak geen opnames die ik niet goed vind. Ik blijf kijken. Ik werk in mijn hoofd nog zeer zuinig. Een voordeel van digitaal werken is wel dat, als ik voel dat een personage nog niet helemaal juist zit, ik blijf doorgaan tot het juist zit. Maar ook al maak ik 100 opnames, wat behoorlijk veel is, dan gebruik ik er nog altijd eentje. En soms ga ik inderdaad manipuleren, dan plaats ik de ogen van een ander beeld er in, of gebruik ik een achtergrond die op een ander beeld beter is. Dan switch ik gewoon. Dat is het gebruiksgemak van een digitaal beeld. Maar op zich, als ik het in één beeld kan doen, dan blijft het ook bij één beeld." Zijn werk laat dat wel niet altijd toe. "Bij heel veel van de dingen die ik doe, weet ik al op voorhand dat ik 3 of 4 opnames zal nodig hebben om dat bepaald beeld te maken. Op dit moment ben ik zelfs bezig met beelden met heel veel verschillende personages, die ik ook allemaal op een verschillend moment opneem. Ik heb dus heel veel opnames nodig om uiteindelijk tot 1 of 2 beelden te komen." Tijdens de opnames begint het puzzelen aan de beelden al. "Tijdens dat werkproces denk ik na over waar ik nog mensen nodig heb, wat ik waar ga doen. En dan begin ik aan een compositie te werken. Zo komen er nieuwe ideeën bij, duiken er tekorten op of merk je na een paar bewerkingen waar er dingen niet goed zitten. En dan ga je weer dingen weglaten of bijvoegen, nieuwe opnames maken enzovoort. Zo krijg je soms een heel ander beeld dan je beginidee. Maar ik laat die ruimte open. Dat is het boeiende er aan. Eigenlijk lijkt het een beetje op een beeldhouwer die met klei werkt en stukken klei toevoegt en weer weglaat, hier een duw geeft en daar gaat bijvijlen. Na het afgieten wordt dan nog alles gepolierd.
In Beeld 27
28 In Beeld
Mijn fotografie lijkt daar zeer hard op. Waarschijnlijk is dat ook een gebied waar ik voor 90% compleet verschil van andere fotografen. Ik zie het echt als een materie waarin ik kan kneden. Op dat gebied zal ik veel dichter liggen bij een grafisch vormgever die zijn beeld gaat bewerken, dan bij een klassiek fotograaf of bij een reportagefotograaf, want die geven echt de werkelijkheid weer. Ik steek het absoluut niet weg dat ik manipuleer. Het ligt er soms heel dik op. Het is mijn manier van fotograferen. Zolang je niet pretendeert dat het allemaal echt is, vind ik het ook eerlijke fotografie. Het is een werkwijze. Punt." Zijn inspiratie haalt hij uit zijn gewone dagdagelijkse leven. Hoe kom je dan tot zo'n absurde beelden? Blijkbaar door betekenissen los te koppelen en andere betekenissen eraan vast te kleven. "Soms haal ik gewoon mijn inspiratie uit dingen die ik tegenkom. Bijvoorbeeld de reeks rond de hysterische of emotionele vrouwen.
Dat komt vooral uit mijn relaties, en de slechte keuzes van vrouwen die je maakt. Je hebt zo van die vrouwen die op slechte mannen vallen, wel, bij mij is dat omgekeerd (lacht)." Bij andere reeksen, zoals de panoramareeks met mythologische wezens en surrealistische toestanden, vormt het leggen van associaties de basis. "Dat zijn beelden die op een heel speelse, frivole manier ontstaan. Het is niet dat ik zit te zoeken of mijn kop zit te breken over wat ik ga doen. Dat komt vrij spontaan. Associaties die gemaakt worden en die ik dan heel leuk vind. En plots zeg ik: dat wil ik doen! En dan begin ik er gewoon aan." Ik vraag hem of er een reden is waarom hij zelf vaak
In Beeld 29
voorkomt op zijn beelden. Is het om de herkenning te bevorderen, want met zijn rode krullen valt hij natuurlijk direct op? Of is het uit ijdelheid? "De meest voor de hand liggende reden is eigenlijk omdat ik een altijd aanwezig model ben. Ik heb er totaal geen problemen mee om zelf voor de camera te staan. Ik ben van het principe dat wat je aan je modellen vraagt, je ook zelf moet durven en moet doen. Als je daar niet voor open staat, dan kan je je niet verplaatsen in de wereld van een model. Ik weet effectief zelf wat het is om te poseren. Het helpt anderzijds ook mee voor de herkenbaarheid. Als ik een ander mannelijk model in de buurt heb, als ik mezelf niet nodig heb, dan gebruik ik wel dat andere model. Ik ben niet zo ijdel dat ik er per se altijd zelf wil opstaan. Het zijn ook geen zelfportretten, het is eerder een 'kunstenaarspersonage' dat ik creëer. Ik sta niet als mezelf op de foto's, maar als een soort alter ego dat vaak dingen doet die ik zelf in mijn dagelijks leven niet zou doen. Die alter ego's kunnen vaak zeer agressief of net onderdanig uit de hoek komen, terwijl ik dat in werkelijkheid niet met mezelf zou kunnen rijmen." De beelden die in dit nummer getoond worden zijn allemaal beelden uit de witte reeks. Het is zijn meest recente reeks, en momenteel ook De Visscher zijn lievelingsreeks. "Ik werk er heel graag aan. Mijn oorspronkelijke beelden zijn heel eenvoudig. Op dit moment ben ik aan een aantal zeer complexe beelden bezig, die maanden werk vergen. Er zijn veel personages en dat vraagt heel veel tijd en werk. Hoe minder personages, hoe sneller het gaat. De witte beelden vormen mijn meest grafische reeks. Je voelt dat ook onmiddellijk: het is zeer zwart-wit, tekenkundig zit er wel wat in. Mijn grafische achtergrond komt weer bovendrijven. Dat voel je ook aan het gebruik van die zeer harde slagschaduwen, en ook door de kledingkeuze die altijd zwart-wit zal zijn. Het is zeer zelden dat er gekleurde kleding in deze reeks voorkomt. En als het toch zo is, dan zal het zo minimaal mogelijk zijn. Maar in principe heeft iedereen die er in voorkomt zwart-witte of grijze kleren aan. En dan is de enige kleur die aanwezig is de huid en het haar, of een boom, die heeft wel zijn oorspronkelijke kleur natuurlijk. Maar al de rest is echt wit en zwart en zal ook zo behandeld worden, heel contrastrijk allemaal. Heel vaak zijn de slagschaduwen ook belangrijker dan of zelfs groter dan de foto op zich. Ze gaan bovendien hun eigen leven leiden, zijn ook allemaal anders. Ze doen onwezenlijk aan." Bij de foto waarop hij op de grond ligt en bespuugd wordt door een vrouw in avondjurk, ontdek ik rode schoenen bij de vrouw. Ik vraag waarom hij deze dan ook niet zwart maakt. "Ja, betrapt (lacht). Dit model had enkel deze klassieke schoenen. Soms ga ik ze dan wel zwart maken, maar in dit geval vond ik het niet echt storend. Het past wel bij het vurige karakter van dat meisje. Het is zo'n punkgevalletje, en dat rood versterkt het duivelse karakter. Dus hier heb ik het toegestaan. Ik vind ook dat regeltjes er zijn om overtreden te worden. Dus het is niet dat ik kleur echt compleet wegban, maar 90 % van wat er is, is gewoon zwart-wit. En ook hier gaan er weer heel absurde situaties naar voor komen waarbij ik mezelf, als meest aanwezige model, ga gebruiken, maar waar ik ook altijd met tegenspelers werk. Tot nu toe zit ik in elk van de beelden van deze witte reeks. Maar het zou kunnen dat het anders wordt. Ik ben met andere beelden bezig die ik aan het bewerken ben, waarin ik zelf nog niet voorkom. Ga ik het nodig achten dat ik er bijkom of niet, dat merk ik wel." Een van de leukste beelden uit de reeks is dat van De Visscher overgeleverd aan de charmes van een geüniformeerde vrouw uit de luchtmacht. De foto is gebaseerd op een beeld van de Duitse fotograaf Alfred Eisenstaedt. "Hij
werkte voor LIFE Magazine, en nam de bewuste foto tijdens V-day, Victory Day, in New York. Hij fotografeerde een matroos met een donkerblauw uniform die alle vrouwen die hij passeerde gewoon kuste. Eisenstaedt zag een heel mooie verpleegster staan en wist dat de matroos haar zeker zou kussen. Die foto is de meest gepubliceerde foto van LIFE geworden. Mijn referentie was zo groot omdat ik het in het echt ook meegemaakt heb. Op een gegeven moment grijpt een dame me gewoon vast en kust mij. Dat bleek dan een zeer assertieve militaire te zijn. Vandaar dat mijn link zeer snel gelegd was. Ik vond het een ongelooflijke referentie om te leggen. Ik heb wel heel veel moeite in dat beeld moeten steken hoor. De houding die ik aanneem dat meisje is natuurlijk kleiner dan ik – is heel lastig. Maar ik wou de houding van Eisenstaedt aannemen. Ik wou het rollenpatroon volledig omdraaien, want daarover gaat die foto ook. Het is een heel goed beeld om uit te leggen hoe ik werk. Het is een combinatie van kunstgeschiedenis, wat voor mij heel belangrijk is, en nieuwe dingen. Ik refereer heel veel naar andere kunstenaars, naar de geschiedenis en naar voorgaande beelden. En ik ga de dingen die ik tegenkom daarmee combineren. Zo versmelten ze tot een nieuw beeld. Ik hertaal sommige beelden tot nieuwe beelden. Andere dingen zijn dan weer compleet nieuw." En zolang hij de reeks leuk vindt, blijft hij beelden maken. "Als ik een beeld heb, dan kijk ik, in welke reeks het past. Als ik een idee heb of een locatie zie, dan denk ik niet voor welke reeks ik een beeld ga maken. Dat zou ook niet slim zijn, omdat ik mijn reeks boeiend wil maken en houden. Ik probeer altijd zoveel mogelijk van nul te beginnen. En dan blijkt achteraf dat het in een bepaalde reeks past. Aangezien de beelden, de manier van werken en de vormentaal zo bepaald is, wordt dat moeiteloos een reeks. Bijvoorbeeld bij de panoramareeks zit je met een bepaald formaat. Alles wat daar bijkomt, hoe anders de beelden ook zijn, daarbij voel je dat het past in die reeks door het formaat. Of door de locatie, de kostumering of de dingen die er in gebeuren. De canon van die beeldentaal is soms zo sterk dat het alle twijfel wegneemt over of de beelden bij elkaar passen of niet."(je) n Wil je meer werk zien van Tom De Visscher, dan kan je een kijkje nemen op zijn website, www.tomdevisscher-photography.com. Tom De Visscher is ook een van de geselecteerde fotografen van Photo View (zie p.13).
30 In Beeld
In Beeld 31
Alle foto's pag.26 tot en met pag.31 © Tom De Visscher.