banner 150x25_Layout 1 21/02/13 16:34 Page 1
ARCHITECT @WORK
ak BELGIUM
25 & 26 april 2013 Kortrijk Xpo (10:00-20:00) 23 & 24 mei 2013 F.I.L. Liège (13:00-20:00) WWW.ARCHITECTATWORK.BE
Maak het verschil met SmartZone tot
268
-24 E-punten!
• Intelligente vochten CO2-gestuurde afvoer van vervuilde lucht • Ventileren waar de bewoner zich bevindt dankzij het revolutionaire SmartZone-principe
●● Pag 4: Shigeru Ban
●● Pag 5: Claus en Kaan
●● Pag 8: Martine De Maeseneer (MDMA)
architectenkrant
EVO I I
www.renson.be
maandelijks - 18de jaargang - februari/maart 2013 - P505193 - afgiftekantoor Brussel X - ISSN 1374-5352 - verschijnt niet in juli. Verantwoordelijke uitgever: P.C. Maters, Alsembergsesteenweg 842, 1180 Brussel - www.architectenkrant.be
architectenkrant_NDL_1012_100x100.indd 1
23/10/12 11:26
Universiteit Bordeaux (FR) - Rudy Ricciotti (architect)
Nieuwe campus voor Rudy Ricciotti Het gebouw in zelfverdichtend beton wordt gekenmerkt door de vele openingen en verspringende terrassen. Het door Rudy Ricciotti voor Domofrance ontworpen onroerend goedcomplex zal het imago vergroten van de universiteitscampus van Bordeaux. Op zoek naar nieuwe energiezuinige modellen wist de verhuurder van sociale woningen Domofrance te innoveren met de lancering van zijn eerste gemengde operatie op de campus van de universiteit van Bordeaux in het kader van een vergunning voor tijdelijke bewoning. Naar aanleiding van een ontwerp-realisatie wedstrijd koos het bedrijf voor de combinatie van ‘DV Construction’ en de architect Rudy Ricciotti.
Komende zomer start Domofrance met de bouwwerkzaamheden van een complex van 147 woningen in Pessac (Gironde) op de universiteitscampus van Bordeaux. De oplevering is voor aanvang 2015 gepland. Het complex van 8.077m² woonoppervlakte en faciliteiten wordt ontwikkeld op een perceel van 2.600m². De operatie omvat sociale woningen (39), studentwoningen (68) en woningen voor doc-
torale onderzoekers (40). Daarnaast zijn er ruimtes gepland voor Siumps (Service Interuniversitaire de Médecine Préventive et de Promotion de la Santé). Gezamenlijk zullen ze een binnenplaats van 650 vierkante meter delen. “Het is zelfs interessanter dan het uitlijnen van campuscellen in U-vorm, want alles precies gelijk en met een eenpersoonsbed is een afknapper”, zegt Rudy Ricciotti, winnaar van de Grand Prix Nationale de l’Architecture.
Het project dat in het kader van de campusoperatie zal worden uitgevoerd in het kader van de overheidsaanbesteding, is in meer dan een opzicht uniek. Het gebouw in R+10 zal van wit zelfverdichtend beton zijn en beschikken over een groot aantal openingen van verschillende omvang en verspringende terrassen die de gevels accentueren en spelen met licht- en schaduwcontrasten. Verdichtend beton is zeer soepel en laat zich zonder trillingen onder het effect van zijn eigen gewicht en zijn vloeiende eigenschappen plaatsen. Het verbindt zich met de complexe vormen van de ondersteuning en biedt daarmee vele voordelen:
• het neemt minder tijd in beslag door hogere productiviteit en bespaart arbeidskrachten; • het biedt betere en veiligere arbeidsomstandigheden; • het biedt meer kwaliteit van het bovenvlak. Naast de gewenste spectaculaire architectuur om de universiteitscampus een ander imago te verlenen, wordt deze operatie onderscheiden doordat zij onder aanbesteding is van een sociale verhuurder die het programma beheert voor de duur van 33 jaar, onder een regeling van vergunningen voor tijdelijke bewoning (AOT, ‘Autorisation d’occupation temporaire’). Aan het einde hiervan is het gebouw eigendom van de overheid. lll
Universiteit Bordeaux (FR) - Rudy Ricciotti (architect)
“
De architect heeft alle ramen bedacht op verschillende hoogtes en breedtes
Vergunning voor tijdelijke bewoning “Dit project is met name van belang daar we voor de eerste keer werken voor de academische wereld. Het stelt ons in staat om nieuwe energiebesparende modellen te testen. We moeten in feite effectief zijn om het gebouw voor de duur van de AOT te kunnen afschrijven. We zijn verplicht tot goed onderhoud en beheer, ter voorkoming van een vacuüm en om de overheid een gebouw dat goed functioneert terug te geven. Vandaar onze keuze voor een project dat een architecturaal model is voor wat betreft de technische en ecologische prestaties”, verklaart Jean-Loup Métivet, directeur projectontwikkeling van Domofrance. Met deze operatie worden allerlei type woningen voorgesteld (van een tot vier kamers) voor een bedrag dat neerkomt op 1.800 euro
per vierkante meter woonoppervlakte. “We realiseren onze projecten liever voor 1.000 euro per vierkante meter, door de grondbelasting erin op te nemen,” zegt Jean-Loup Métivet. Het ontwerp van Rudy Ricciotti lijkt op een wit schip van 10 verdiepingen, waarvan de structuur door de inrichting op de diverse verdiepingen een verlichtend effect heeft. De architect heeft alle ramen bedacht op verschillende hoogtes en breedtes, zowel beneden als boven. Enkele balkons in verschillende vormen leggen een extra accent op de gevel. “Ten eerste weten we niet wat de thermische isolatie via de buitenkant over tien jaar zal opleveren. Voor het opvangen van het licht vertrouw ik op de eigenschappen van het zelfverdichtend beton. Bovenal is het materiaal ter plaatse gemaakt. Ik ben een patriot die zich betrokken voelt bij
“
de lokale werkgelegenheid, ik wil geen materiaal dat in China gefabriceerd is onder het voorwendsel dat het goedkoper is. Ook al is er nog geen oplossing voor de doorgang van de leidingen, we gaan ons uitstekend vermaken met mijn complexe ontwerp hiervoor. In ieder geval is er flink wat werk in het verschiet.” “Duurzame ontwikkeling is eveneens een ethisch aspect dat aan de basis ligt: hiermee slagen we om 150 woningen en facilitaire ruimtes op een perceel van 2.600 vierkante meter te implanteren”, vervolgt de architect. De huurtarieven voor studenten, onderzoekers en medewerkers van de universiteit worden nog bestudeerd. De verhuurder is tenslotte ook kandidaat in de komende aanbestedingen voor universiteitswoningen die tijdens de vernieuwing van de campus ontwikkeld zullen worden. ✖
Geberit Monolith
De kunst van het sanitair. Wie aan renovatie denkt, heeft zelden gebrek aan ideeën. Dankzij zijn modulaire structuur kan deze sanitaire module worden geïnstalleerd zonder bouwkundige aanpassingen. Er wordt een compacte sculptuur tussen de muur en het porselein gecreëerd. Geberit Monolith biedt een oplossing om je toiletruimte of badkamer te verrijken met een fascinerend kunstwerk. Hedendaagse kunst! Makkelijk te plaatsen in bijna alle bouwsituaties. Meer informatie over Geberit Monolith: → www.geberit.be
Christchurch (NZ) - Shigeru Ban (architect)
De gipsen heiligen van Shigeru Ban De Anglicaanse kathedraal van Christchurch in Nieuw-Zeeland die zwaar beschadigd werd door de aardbeving op 22 februari 2011, zal tijdelijk worden vervangen door een gebouw van kartonnen buizen. Het project werd toevertrouwd aan de Japanse architect Shigeru Ban, die sinds lang gefascineerd is over het gebruik van eenvoudige bouwmaterialen, recycleer- en herbruikbaar, in het bijzonder van kartonnen buizen en zeecontainers. De Japanse architect (1957) is eveneens sterk betrokken bij de noodarchitectuur sinds de aardbeving die Kobe in 1995 verwoestte. Voor deze Japanse stad ontwierp hij een provisorische kerk van kartonnen buizen die voor een decennium in gebruik was. In het midden van de jaren ’90 werkte hij samen met de VN om huisvesting te bouwen voor de gevluchte genocidenslachtoffers van Rwanda. Zijn bureau heeft vrijwilligerswerk verricht in talrijke door rampen getroffen gebieden.
de determinatie van onze tijd”, verklaart hij.
“Deze aanpak vormt onderdeel van mijn sociale verantwoordelijkheid. We maken meestal gebouwen voor bevoorrechte mensen die hun geld en macht gebruiken om monumentale gebouwen te creëren Maar ik denk dat we meer moeten bouwen voor het publiek (...), waaronder voor mensen die door een ramp alles verloren hebben. Zelfs op zulke plaatsen wil ik als architect prachtige constructies maken, mensen ontroeren en hun leefwijze verbeteren. Als ik niet in die geestesgesteldheid zou zijn, zou het onmogelijk zijn om architecturale werken te creëren en gelijktijdig een bijdrage aan de samenleving te bieden. Hoe architecten de samenleving dienen, in het bijzonder de minderheden, kan een belangrijke rol spelen in
De massieve silhouet van basalt stond ooit als symbool voor Christchurch, de tweede grootste stad in de archipel van Nieuw-Zeeland. De aardbeving met een magnitude van 6.3, veroorzaakte 185 doden en verminkte definitief de in 1864 gebouwde kathedraal, waarvan de toekomst (restauratie of nieuwbouw) nog niet is beslist. De wederopbouw van de tweede stad, waarvan enkele wijken volledig zijn gesloopt, zal Nieuw-Zeeland circa 12,5 miljard dollar kosten.
De gevolgen van deze rampen - volgens hem nog verergerd door het instorten van gebouwen die door mannen en architecten zijn gemaakt - zijn in dit opzicht een soort van morele verplichting. “De mensen zijn niet gedood door de aardbeving, maar door de ineenstorting van de gebouwen”, laat hij weten. Een kathedraal in overgangsfase
Het ontwerp aan de hand van Shigeru Ban is een tentachtige structuur, bestaande uit 64 kartonnen buizen met een diameter van 83 cm en een lengte van tussen de 18 en 22 meter, afgedicht met brandwerend polyurethaan. De fundering is
van containers gemaakt. Deze tijdelijke kathedraal biedt plaats aan 700 mensen. Shigeru Ban bevestigde dat het gebouw een tiental jaar kan bestaan, mogelijk nog langer als de gebruikers dat willen. “Het is een prachtig gebouw dat de mensen graag zullen betreden, het is luchtig en licht en geeft een gevoel van verheffing”, zegt projectleider Johnny McFarlane. “De kathedraal in overgangsfase staat symbool als hoop voor de toekomst van de stad, naast het feit dat het project betaalbaar en duurzaam is”, voegt hij eraan toe. Kartonnen buizen De architect gebruikt voor zijn tijdelijke gebouwen meestal gerecycleerde materialen zoals containers of bierkratten. Verzwaard met zandzakken kunnen ze zodoende dienen als huisvesting. Maar zijn favoriete materiaal is van karton dat volgens hem na een ramp altijd direct beschikbaar is, in tegenstelling tot hout of staal. De nieuwe kathedraal van Christchurch zal in april 2013 worden voltooid, 132 jaar na de wijding van zijn oorspronkelijke stenen versie. Het zal het grootste kartonnen gebouw van Shigeru Ban zijn. Verzekeringen en publieke giften hebben
geholpen om 5 miljoen Nieuw-Zeelandse dollars (3,1 miljoen euro) te verzamelen voor deze ongewone kerk waarvan de basis van cement is, terwijl de buizen de driehoekige lijn aftekenen en de containers tot de instandhouding van de muren zorgen. Het gebrandschilderde glas en het dak in polycarbonaat beschermen de structuur tegen de elementen, waardoor de levensduur zelfs op vijftig jaar wordt geschat. De parochieautoriteiten zijn van plan het voor een tiental jaar te gebruiken, de tijd die nodig is om een traditionele kerk te bouwen, maar Shigeru Ban hoopt dat het enthousiasme van de gelovigen de curve van dit lot zal keren. “Als de mensen ervan houden, dan zal het duurzaam zijn, ik hoop dit zal gebeuren,” aldus de Japanse architect. Duurzame creaties Shigeru Ban had al op 12-jarige leeftijd de wens om architect te worden. Nadat hij afgestudeerde aan de prestigieuze Cooper Union School of Architecture in New York en na gewerkt te hebben voor Arata Isozaki in Tokio, startte hij in 1985 zijn eigen bedrijf. Hij wordt geïnspireerd door Le Corbusier en de van Duitse afkomst Amerikaan Ludwig Mies van der Rohe (1886-1969), maar ook door Alvar Aalto (1898-1976), die hij ontdekte tijdens een reis naar Finland. Shigeru Ban is sinds 2010 lid van de Franse Orde van Kunst en Letteren en geeft sinds 2011 les aan de Kyoto University of Arts and Design. Hij werkt momenteel aan projecten in Spanje, Libanon en in India, waar hij de bouw van een hotelgroep in Goa voorbereidt.
Shigeru Ban ontwikkelt een architectuur gericht op harmonisatie van verschillende architectonische verhoudingen met ruimtelijke, sociale en ecologische factoren in elk van zijn prestaties. Het maakt gebruik van kartonnen buizen (PTS) als structuur zonder te breken met de geschiedenis van de architectuur. In zijn verschillende prestaties, kunnen we zelfs een aantal elementen zien die doen denken aan de geschiedenis van de architectuur, zoals de Griekse agora voor de galerie Issey Miyake in Tokyo in 1994 en de verwijzing naar de nieuwe tijd met Paper House en Furniture House. Maar de verwijzing stopt daar, het stijve, vaak vierkante ontwerp is geheel vrij in haar aanzicht. De PTS-module, zowel toegepast in bouwelementen als meubels, lost de stijfheid van het vlak op door de samenstellingen die de ruimte vloeiend maken. Het ensemble is zodoende toegankelijk voor het milieu en er deel van uitmaken als fragment. “Een van mijn favoriete gebouwen is het Farnsworth House van Mies van der Rohe.” Het is een revolutionair werk dat er in geslaagd is de continuïteit te verwezenlijken tussen de binnen- en buitenkant via een volledig glazen gevel. “Men vindt er echter nooit de specifieke fysische continuïteit terug van de traditionele Japanse woonruimtes waar meerdere verplaatsbare schermen zijn geplaatst tussen de binnenen buitenkant”, beaamt de architect. De keuze van het project van Shigeru Ban illustreert het kennisniveau dat de Japanse architect aanwendt in het gebruik van gerecycleerde materialen voor de bouwindustrie. Dit gaf hem de kwalificatie van ‘groenarchitect’ die, hoewel het heeft bijgedragen aan zijn wereldwijde bekendheid, hij nauwelijks waardeert. ✖
Crematorium Siesegemkouter, Aalst - Claus en Kaan (architect)
Crematorium Heimolen bij Sint Niklaas - Claus en Kaan (architect)
Claus en Kaan ontwerpt crematorium in Aalst Claus en Kaan Architecten heeft eind 2012 de Open Oproep gewonnen voor een nieuw crematorium in Aalst. Het gebouw wordt gerealiseerd op bedrijventerrein Siesegemkouter aan de westkant van de stad. Voor dezelfde opdrachtgever, Intercommunale Westlede, ontwierp Claus en Kaan het Crematorium Heimolen bij Sint Niklaas (2004 - 2008). Dit project won de Betonprijs 2009. Voor het crematorium in Aalst tekende Claus en Kaan een vierkante tweelaags gebouw dat wordt onderbroken door patio's met kunstwerken. Het gebouw krijgt de voor Claus en Kaan kenmerkende eenduidige en ingetogen vormgeving, in zowel het interieur als exterieur. Het programma beslaat 4.400 vierkante meter en voorziet in drie ovens en twee aula's, met bijhorende familiekamers en een wachtruimte en wordt vergezeld door strooiweides in de vorm van beplante duinpannen. Er komt ook een ruimte waar rouwmaaltijden gehouden kunnen worden.
Vanuit de wachtruimte voor de aula's is er een uitzicht op de tuinen. Recht voor de ovens is er een ruimte voorzien waar de as aan de familie overhandigd kan worden. Indien gewenst, kunnen nabestaanden vanuit deze ruimte van achter een venster zien hoe de kist in de oven wordt geschoven. Het gebouw zal volgens de ambities van het bedrijventerrein zichzelf van energie moeten voorzien. Om dit te bereiken worden pv-cellen op het dak geïnstalleerd en energie bespaard met tal van maatregelen, van witte dakbedekking om de uitstraling van warmte ’s nachts te verminderen tot hergebruik van de warmte van de crematieovens voor verwarming. Verwacht wordt dat in de tweede helft van 2014 kan worden gestart met de bouw en dat in 2015 de opening volgt. ✖
Knauf Horizon Systems
CD-profiel
De hogeschool van precisie
Onberispelijke afwerkingen van hoge wanden en plafonds in gipsplaat behaal je best door Knauf Horizon Systems toe te passen. Horizon Boards geeft met zijn 4 afgeschuinde kanten een vlakheid als een perfect rechtlijnige horizon.
Horizon Board 4 afgeschuinde kanten
Horizon Board 4 afgeschuinde kanten
WE INVENTED THE HORIZON
Stadsproject Wet, Brussel - Christian de Portzamparc (masterplan)
Snoeiing in Stadsproject Wet Het Stadsproject Wet is het eerste van twaalf stedenbouwkundige en architecturale programma’s van het richtschema voor de Europese wijk dat in april 2008 aangenomen werd door de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Dit project was ontworpen om katalysator te zijn voor de herontwikkeling van het Europese gewest, met als doel om de eerste internationale en Europese tewerkstellingspool in het Gewest te combineren met een gediversifieerde stedelijke woon- en welzijnspool, bestaande uit parken en culturele en recreatieve voorzieningen die voor iedereen toegankelijk zijn. Het lag in de bedoeling om dit stadsdeel te transformeren in een wijk met gemengde functionaliteiten die passen binnen de eisen van duurzame ontwikkeling in een compacte en drukke stad. Het project behelst een verdubbeling van de huidige oppervlakte om totaal te komen tot 880.000 m² over de gehele omtrek, gebaseerd op een netwerk tussen de belangrijkste openbaarvervoerverbindingen. Het project biedt ruimte voor 400.000m² extra kantoren in de directe omgeving bestemd voor de
Europese Commissie, als aanvulling op de ruimte van 800.000 m² die zij momenteel in de Europese wijk bezet. Dit is een vermeerdering van 230.000 m² kantoorruimte voor de Commissie in de directe omgeving van het Stadsproject Wet. Daarnaast is er een oppervlakte van 110.000m² bestemd voor woningen, samen met voorzieningen en winkels op een totaaloppervlakte van 60.000m². Het ‘Stadsproject West’ (SPW), in 2009 door de Franse architect Christian de Portzamparc ontworpen, voorziet in een opzet van drie ‘fronten’ hoogbouw van 8 tot 16 m, 45 tot 55 m en van 77 tot 114 m, met uitzondering van de drie Europese torens die op 165m waren gepland. Een zeer afwisselende architectuur met ‘speciale aandacht voor het doordringen van het licht in de straten en de huizenblokken’. Het uiteindelijk doel van het SPW was om de Wetstraat en de directe
omgeving van het Schumannplein te transformeren in een levendige wijk met ‘nul-uitstoot’. De autoriteiten wensen hiermee de stedelijke autosnelweg vanaf de Wetstraat met haar rechtlijnige kantoorgebouwen te transformeren in een meer gemengde wijk. Het project houdt ook rekening met de aansluiting van de straten en wijken in de buurt, echte niemandslanden, door de aanleg van kleine stadsparken (‘pocket parks’) volgens het model van de meeste grote moderne steden. Een andere belangrijke spilfunctie waarop de SPW zich richt is: mobiliteit. In de Wetstraat zouden de vier autorijstroken worden teruggebracht tot twee stroken met een tramlijn in het midden. Oorspronkelijk was hiervoor een ander scenario bedacht, namelijk de aanleg van een tunnel onder de Wetstraat. Maar thans richt men zich liever op een vermindering tot drie stroken. Ongeacht het feit dat de aanleg van
de RER en de ontwikkeling van het trein- en metronetwerk voorwaardelijk zijn voor de geplande werkzaamheden. “De hoogte van de torens alsook de oppervlakte zal worden teruggebracht”, meldde Charles Picqué, de Minister-Voorzitter van het Brussels Gewest. Een dossier over de impact van de nieuwe torens (wind, schaduw...) ligt momenteel op tafel van de regering in Brussel. Gedeputeerde Écolo Marie Nagy verklaart na ondervraging van de Commissie voor Ordening en Huisvesting van het Gewest dat de Europese eisen momenteel minder veeleisend zijn dan op het moment van de wedstrijd toen architect Christian de Portzamparc werd aangewezen voor het ontwerp van SPW. Maar waarom moeten deze wolkenkrabbers, die de hoogte van de Toren van Financiën zouden overschrijden nu inkrimpen? “Ondanks
het meetellen van de toetreding van Kroatië, is het onze bedoeling om zowel het aantal ambtenaren als de oppervlakte voor kantoorruimte te verminderen”, vertrouwde de woordvoerder van de Commissaris voor Administratie toe aan Brusselnieuws. De omvang van het voorgestelde project van Portzamparc strookt dus slecht met het verlangen om de uitgaven te beperken; zelfs indien de wens om meer diensten te concentreren actueel blijft voor de Commissie, waarvan de middelen worden verdeeld over 66 gebouwen. Wij spreken dan ook over een aanvullende ruimte van 100.000 m² tegen 2020. “Vanaf nu zal ik meer specifieke verzoeken van de Commissie verlangen”, verzekerde Charles Picqué de Commissie voor Ordening en Huisvesting. Volgens Marie Nagy zijn het “de vastgoedontwikkelaars die zich in de handen wrijven.” ✖
De weber.floor-oplossingen zitten als gegoten ! Ontdek nu het weber.floor gamma met ondermeer een volledig assortiment designvloeren (cementgebonden of epoxy). Voor alle technische informatie, bestekteksten of professionele uitvoerders, contacteer ons op 02 254 78 54, via
[email protected] of surf naar www.weber-belgium.be
www.weber-belgium.be
adv WEEBER.FLOOR architectenkrant 257x297.indd 1
21/02/13 15:21
Bronks Jeugdtheater, Brussel - Martine De Maeseneer Architects (MDMA) - foto : © M.F. Plissart
Architectural intelligence als drijfveer voor innovatie Een gesprek met architect Martine De Maeseneer: over het wedstrijdklimaat in België, over de Mies van der Rohe Awards en over de architect van de 21e eeuw.
Bronks Jeugdtheater, Brussel - Martine De Maeseneer Architects (MDMA) - foto : © Filip Dujardin
Door Egon Verleye
Een Belgisch architectenbureau op de shortlist van de Mies van der Rohe Awards. Martine De Maeseneer Architects (MDMA) slaagde er in 2011 in om met het ontwerp voor het Brusselse Bronks Jeugdtheater op de shortlist te eindigen voor wat de Oscars onder de architectuurprijzen wordt genoemd. Zelf blikt Martine De Maeseneer met gemengde gevoelens terug op deze gebeurtenis: “Zo’n finaleplaats brengt natuurlijk de nodige aandacht en erkenning met zich mee, maar het is zeker niet zo dat we nu op onze lauweren kunnen rusten. Bij elke nieuw project is het weer alle hens aan dek!” Negentien december 2012. De kerstgekte is volop toegeslagen in hartje Brussel. Het kantoor van MDMA (Martine De Maeseneer Architects) is maar een steenworp verwijderd van de überkitscherige kerstmarkt op de Place Sainte Catherine. Het is dan ook een ware verademing om na de jungle van Glühwein, Kerstschlagers en foute hoofddeksels, te
kunnen uitkijken op een zonovergoten strand met palmbomen. Het ludieke behangpapier in de inkomhal van het hoofdkwartier van MDMA zorgt meteen voor een warm welkom gevoel. De toon is gezet voor een pittig gesprek met een dame die er een vooruitstrevende kijk op nahoudt wat betreft architectuur in België én daar buiten. Martine De Maeseneer uit zich daarbij kritisch over het huidige wedstrijdcircuit in ons land: “Door de beperkte budgetten bij wedstrijden creëert men nog steeds te weinig ruimte voor onderzoek.” Mevrouw De Maeseneer, u heeft een erg bevlogen jaar achter de rug. De race naar de WAF Awards, de tentoonstelling rond de Mies van der Rohe Awards, uw deelname aan de Architectuurbiënnale van Venetië… Hoe blikt u terug op het voorbije jaar? MDM: Voor mij was het bijzonder interessant om met MDMA opgenomen te worden in internationale
discussies, debatten en tentoonstellingen. Hiervan was de architectuurbiënnale in Venetië een onbetwistbaar hoogtepunt. Dit was één van de belangrijke architectuurevenementen van 2012 en een plek om avant-gardistische ideeën uit te wisselen met collega-architecten van over de hele wereld. Het was werkelijk een unieke kans om als architect en docent in contact te komen met diverse internationale architectuurscholen en hun visie op architectuuronderwijs. Tijdens deze ontmoetingen bleek dat er heel wat collega’s mijn interesse delen voor wat men noemt ‘social logic of space’ & spatial logic of society’ (naar architect en stedenbouwkundige Bill Hillier, The Bartlett, University College London), wat in grote lijnen neerkomt op het lezen van de maatschappij van vandaag om tot ontwerpen te komen. Dit theoretisch kader gaat ervan uit dat de sociologische samenstelling in onze samenleving zijn neerslag kent in het denken rond ruimte. Er wordt
dus rekening gehouden met tal van maatschappelijke factoren zoals politiek, economie, technologie, ecologie… Maar ook lokale aspecten zoals bijvoorbeeld plaatselijke belangengroepen komen aan bod. Architectuur en maatschappij zijn volgens u dus onvermijdelijk met elkaar verbonden. Daarbij valt op dat u de nadruk legt op het grensoverschrijdende karakter van architectuur en de nauwe samenwerking met andere disciplines. Hoe belangrijk is het voor een architect in de 21e eeuw om samen te werken met andere disciplines? MDM: Voor MDMA en de projecten die we realiseren is het van cruciaal belang om samen te werken, of op zijn minst in dialoog te treden, met ander disciplines. Ik denk dan in eerste instantie aan de filosofie. Tijdens een creatieproces is het uiterst belangrijk om als bureau aan zelfreflectie te doen. Jezelf steeds weer in vraag stellen hoort daar bij. MDMA
doet dit ondermeer door essays in te leveren bij academische symposia. Momenteel zijn we de laatste hand aan het leggen aan een inleidende tekst voor wat binnenkort een boek moet worden met alle essays van de laatste tien jaar, telkens verwijzend naar een project uit die periode. Naast een bijzondere aandacht voor filosofie, hecht MDMA enorm veel belang aan een goede samenwerking met de ingenieurs die instaan voor de techniek en stabiliteit van onze projecten. De wisselwerking tussen ontwerpers en technische experts leidt vaak tot zeer innovatieve architectuur. U neemt met MDMA geregeld deel aan wedstrijden. Hoe belangrijk zijn deze deelnames? MDM: Vermits vandaag zo goed als alle interessante publieke projecten worden gerealiseerd via wedstrijden zijn ze voor ons heel belangrijk. Als bureau trachten wij in onze pro-
Woning 'Canopy,' Vlaams Brabant - Martine De Maeseneer Architects (MDMA)
jecten zoveel mogelijk onderzoekend te werk te gaan. In die zin dat je eerst en vooral het (opgelegde) programma in vraag stelt, daar onderzoek naar verricht, om vervolgens tot een valabele oplossing te komen. Momenteel wordt er echter bij het uitschrijven van wedstrijden zo goed als geen ruimte of middelen voorzien om überhaupt aan onderzoek te kunnen doen. In welke mate kan het budget voor een wedstrijdproject doorslaggevend zijn voor het innovatieve karakter van het uiteindelijke ontwerp? MDM: Kijk, er wordt vandaag aan architectenbureaus stelselmatig gevraagd om vernieuwend te werk te gaan, met oog voor het ecologische en het duurzame verhaal. Wij willen niet liever dan duurzame projecten realiseren waarbij de nadruk ligt op een zo klein mogelijke ecologische voetafdruk. Maar dan moet men ons wel de ruimte geven om op die domeinen innoverend te kúnnen zijn. De budgetten voor wedstrijdprojecten in België zijn veel beperkter dan die in onze buurlanden. In Zwitserland bijvoorbeeld ligt dit anders. Daar worden vijf architectenbureaus geselecteerd om een voorstel in te dienen. Zij worden alle vijf voldoende vergoed om aan grondig onderzoek te kunnen doen. Dat is natuurlijk een compleet andere benadering dan bij ons… Zoals reeds aangehaald was u met het Bronks Jeugdtheater in Brussel geselecteerd voor de shortlist (één van de zes finalisten) van de prestigieuze Mies van der Rohe Awards in 2011. Dit project is tevens het resultaat van een deelname aan een wedstrijd. Hoe blikt u daarop terug? MDM: Naast de Mies van der Rohefinaleplaats, werden we met het
Bronks Jeugdtheater nog voor de WAF Awards (2012) en de Lensvelt Interior Prize (2009) genomineerd. We zijn blij met de aandacht en erkenning dat deze nominaties met zich meebrengen, maar het is zeker niet zo dat we nu op onze lauweren kunnen rusten. Bij elke nieuw uitdaging is het weer alle hens aan dek! Ondanks de positieve aandacht merken we dat het nog steeds vechten is voor elke nieuwe opdracht. De reden hiertoe is het feit dat de projecten die we met MDMA realiseren, getuigen van een zekere ruimtelijke complexiteit. Bij velen staat ruimtelijke en technische inventiviteit nog steeds gelijk met ‘duur’, een gegeven dat in het huidige economische landschap nogal gevoelig ligt… Spijtig, want volgens mij is innovatie dé sleutel om uit de huidige crisis te geraken. Naast zaakvoerder van MDMA bent u ook docent aan Sint Lucas Hogeschool Architectuur. Hoe belangrijk is het om als praktiserend architect in contact te staan met de toekomstige generatie architecten? MDM: Ik denk dat je net door die ervaring in de praktijk een ruim pakket aan kennis, zeg maar architectural intelligence, kan doorgeven aan je studenten. Ik heb het dan niet louter over het overbrengen van kennis rond de conceptualisatie, ik leg evenveel de nadruk op het kunnen realiseren van een project. Daarnaast probeer ik aan mijn studenten mee te geven dat het belangrijk is om bezig te zijn met visiebepaling, dus om jezelf te leren positioneren in een groter architectuurdebat. Om dat te kunnen doen moet je natuurlijk wel op de hoogte zijn van de heersende debatten in je vakgebied. Veel studenten kijken nog te veel naar westerse architectuuriconen als voorbeeld, terwijl er elders ook belangrijkste evoluties in
de architectuur vandaag plaatsvinden. Ik denk dan in eerste instantie aan Azië. Daarom zie ik het als docent als een bevoorrechte taak om hen via samenwerkingsprojecten in contact te brengen met interessante architectuurvisies. Zo werk ik momenteel samen met de Sint Lucas Hogeschool aan een alfaproject in Zuid-Amerika. Ziet u een rol weggelegd voor de overheid om dergelijke grensoverschrijdende projecten te stimuleren? Of is dat iets dat vanuit academische hoek moet komen? MDM: Ik vind dat het promoten van Belgische architectuur in het buitenland één van de kerntaken zou kunnen zijn van de overheid. Maar vandaag wordt er van overheidswege te weinig gedaan om architectuur uit België in de schijnwerpers te zetten. Als je ziet hoe Nederland dit wel doet en simultaan een tiental tentoonstellingen rond Nederlandse architectuur wereldwijd organiseert, waarom kan dat dan bij ons niet? Dergelijke tentoonstellingen vormen een forum waar architecten geïntroduceerd worden aan buitenlandse investeerders, ontwikkelaars en collega-architecten. Dat heeft in het geval van Nederland al aardig zijn vruchten afgeworpen. De projecten van MDMA hebben vaak een grote invloed op hun omgeving. Daarbij schuwt u de confrontatie niet. Ik denk dan in eerste instantie aan het Bronks Jeugdtheater aan de Varkensmarkt in Brussel. Hoe bepalend is een locatie voor het ontwerp? MDM: In het geval van Bronks was de locatie cruciaal omdat het om een publiek project ging dat een zekere impact op zijn omgeving voor ogen had. In die zin dat het kon gelden als een soort van motor
om een stadsdeel van Brussel weer leefbaarder te maken. Door mijn eindwerk aan de universiteit van Londen, dat een studie inhield rond de kanaalzone in Brussel, ken ik de specifieke plekken in die zone die kunnen gelden als potentiële centra. Voor het Bronks-project maakten we gebruik van een eerder gemaakte morfologische studie met als doel een locatie te selecteren voor een publiek gebouw dat het sociaal-culturele leven in de buurt een boost kan geven. Dat is dus de Varkensmarkt geworden. Dat bleek achteraf een zeer goede keuze want de komst van Bronks heeft voor een waar aanzuigeffect gezorgd. Horecazaken fleurden op: ‘De Laboureur’ wat vroeger een bruine kroeg was, is nu één van de hipste bars van Brussel(euforisch). Inmiddels hebben ook tal van ontwerpbureaus en modezaken zich op en rond de Varkensmarkt gevestigd. Heel de loop rond de Vismarkt en de Dansaertstraat kent sinds introductie van Bronks een nooit geziene heropleving. Daarom kan het project rond het Bronks Jeugdtheater werkelijk gelden als een voorbeeld van positive centrification, waarbij integratie van de, in hoofdzaak allochtone, lokale bewoners centraal staat. Een containerbegrip dat vaak wordt geassocieerd met projecten die een sociaal-culturele boost voor ogen hebben, is het fameuze ‘Bilbao-effect’. Is dat bij het Bronks Jeugdtheater van toepassing? MDM: Bronks is echt een duurzaam project dat met zijn wortels is verankerd in haar omgeving. De omgeving rond de Varkensmarkt heeft een veel directere invloed ondervonden van de komst van een culturele hotspot. De artistieke leidster van Bronks, Oda Van Neygen, is bijvoorbeeld actief bezig met de buurt te betrekken bij alle initiatieven en projecten die ze organiseert. Bovendien was het Bronks Jeugdtheater het eerste hedendaagse gebouw dat zich in het historisch centrum van Brussel ging vestigen, wat in de beginfase van het project voor de nodige controverse zorgde. Het debat rond de integratie van hedendaagse architectuur in een historische context in Brussel of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest stond nog in de kinderschoenen. Wat inhield dat we het debat rond deze problematiek van nul hebben moeten opstarten. Mede daardoor heeft de totale verloop van het project zeventien jaar geduurd. Bij dergelijke gevoelige projecten, waarbij bijvoorbeeld het al dan niet raken aan historisch erfgoed centraal staat, wordt de visie van de architect vaak overstemd door de me-
ning van andere betrokken partijen. Wordt de expertise van de architect volgens u nog te vaak onderschat? MDMA: Je moet natuurlijk elk project apart bekijken en ik denk dat er altijd ruimte moet zijn voor dialoog. Tijdens het bouwproces moet je rekening houden met de visie van de klant en de expertise van de aannemer. Maar ik ben zeker niet voor een consensusmodel waarbij wordt gekozen voor de grootste gemene deler. Daarom denk ik dat het belangrijk is om als architect steeds meerdere opties in het achterhoofd te hebben, zonder te raken aan de initiële ontwerpvisie. Elk architectenbureau heeft een zeker DNA dat resulteert in een eigen stijl. Wat is kenmerkend voor de ontwerpen van MDMA? MDM: Wat ons karakteriseert is de link met de psychologie en de ervaring die je opdoet door gebouwen te leren kennen. Het is onze ambitie om unieke gebouwen te ontwerpen met telkens een eigen specifieke belevingswaarde. Daarnaast zijn we constant bezig met het in vraag stellen van reeds bestaande standaardtypologieën. Daarbij gaat de aandacht in mindere mate naar de esthetiek, maar focussen we ons in hoofdzaak op de diepere, genotypische organisatie van ruimte. Wat maakt een architect vandaag een goede architect? MDMA: Een goede architect is iemand die zijn projecten weet af te toetsen aan de maatschappij waarin ze moeten opereren. Hij moet zijn tentakels kunnen uitwerpen naar de meest uiteenlopende maatschappelijke aspecten van onze samenleving. De opdrachtgever van vandaag neemt ook veel meer verschillende gedaantes aan dan vroeger. Officiële instanties, belangengroepen, technische experts, ecologen, allen moeten zij hun stempel kunnen drukken op een project. Het is aan de architect om al deze partijen samen rond de tafel te krijgen en hun ambities te realiseren in de vorm van een gebouw of in de open ruimte. De architect van de 21e eeuw moet vooral een goede regisseur zijn. Stel: u bent geen architect. Welk beroep zou een valabel alternatief zijn? MDMA: Ik denk dat ik mezelf altijd zal zien als iemand die bezig is met wetenschap en het denken rond fysieke ruimte. Zo heeft bijvoorbeeld het denken rond thermodynamica in het boek ‘Orde uit Chaos’ van Ilya Prigogine en Isabelle Stengers een zeer grote invloed gehad tijdens opstart van onze praktijk. ✖
materialen
Productinfo
Duurzaam bouwen De opleidingen en seminaries rond "Duurzaam bouwen" die worden georganiseerd door Leefmilieu Brussel richten zich tot aannemers, architecten, studiebureaus, ingenieurs, professionele bouwheren, promotoren, gebouwenbeheerders, gebouwensyndicussen, … die actief zijn in het Brussels Gewest. De opleidingen zijn zo georganiseerd dat ze zijn afg e s te m d op de specifieke noden van elkeen (residentieel / tertiair) en geven een concreet beeld van de duurzame gebouwen zoals die in de toekomst voor iedereen zullen worden opgetrokken (Passief 2015). Daarbij wordt een direct antwoord gegeven op praktische vragen rond de uitvoering, het ontwerp, de beslissingen die moeten worden genomen, … Voor elk aspect van het duurzaam bouwen is er een specifieke opleiding: energie – passiefbouw – materialen – bouwafval – akoestiek – water – ruimtelijke ordening … De opleidingen worden gegeven door ervaren sprekers en geven toegang tot de theoretische basis, technische informatie, illustraties via praktische voorbeelden of bezoeken, … Aan het einde van elke cyclus wordt een opleidingsattest afgeleverd. De seminaries rond "Duurzaam bouwen" informeren u over de reglementaire en wetgevende realiteit, helpen u bij het toepassen van technologieën die aan uw projecten zijn aangepast en bieden u de kans de actoren van de sector van het duurzaam bouwen te ontmoeten. Tijdens de verschillende seminaries in 2013 zullen onderwerpen worden aangesneden zoals "streven naar nul-energie gebouwen voor een voorbeeldgebouw", "een zomer zonder airco, het is mogelijk!", "home passive home", "installateurs hernieuwbare energie, een nieuw kwaliteitsvol certificeringsmechanisme ", …
PEFC sterk aanwezig op de Foire du Livre De Boekenbeurs (Foire du Livre) in Brussel vindt dit jaar plaats van 7 t.e.m. 11 maart op de terreinen van Tour & Taxis. Met meer dan 70.000 bezoekers is de beurs een unieke gelegenheid voor professionelen en liefhebbers van de boekenwereld om elkaar te ontmoeten. De beurs is het belangrijkste evenement voor de sector in Wallonië en Brussel.
PEFC zal er ook duidelijk aanwezig zijn want de organisatoren hebben besloten ons label te steunen. Dit doen ze onder andere door de toegangskaarten, catalogi en affiches te drukken op PEFC-papier. Bovendien zullen papieren zakken waarop het PEFC-logo prijkt vriendelijk aangeboden worden aan de exposanten om de aankopen van de bezoekers te verpakken. Ana Garcia, Algemeen commissaris van de Foire du Livre de Bruxelles licht ons dit mooie initiatief toe : "De Foire du Livre de Bruxelles is in eerste instantie een burgerinitiatief, zin geven om te lezen en het is vooral het aanmoedigen van uitwisseling, het verwerven van kennis, nieuwsgierigheid, eigenlijk alles wat een vrije geest betreft.
Wij verdedigen in onze programmatie met klem deze bezorgdheid voor anderen en het zoeken naar het beter samenleven. Deze waarden vinden we eveneens in PEFC, want we zijn zeer blij om deze vzw te kunnen rekenen bij de organisaties die de beurs ondersteunen. De partners worden nooit lukraak gekozen voor puur economische belangen."
RENSON® en NOVY ontwikkelen de Odormatic® motorloze dampkappen met geïntegreerd luchtgordijn RENSON®, trendsetter op het vlak van ventilatie en zonwering, en NOVY, specialist in keukenventilatie, bundelen hun know-how en stellen een innovatieve reeks dampkappen voor: Odormatic®. Deze geruisloze dampkappen zorgen voor de efficiënte afvoer van de kooklucht dankzij een geïntegreerd luchtgordijn en de koppeling met de Healthbox® II (Compact). De unieke regelkleppen met geïntegreerde sensoren op de Healthbox® II (Compact) bepalen automatisch het extractiedebiet van de dampkap. Als er niet gekookt wordt, wordt dit systeem gebruikt als extractiepunt voor de basisventilatie in de keuken. Daardoor blijft de kwaliteit van de binnenlucht in de keuken steeds optimaal.
VELUX® en RENSON®
WEBER
VELUX® en RENSON® ontwikkelen nieuwe zelfregelende ventilatieunit met versterkt debiet voor nieuwe generatie dakvensters.
Als lokale mortelproducent neemt Weber haar verantwoordelijkheid om de verdere opwarming van onze planeet tegen te gaan. De uitstoot van CO2 is de grootste boosdoener in die klimaatsverandering. De productie en het transport van bouwmaterialen gaat gepaard met een aanzienlijke CO2-uitstoot. Weber engageert zich om tegellijmen te produceren waarvan de CO2-uitstoot tot 70% gereduceerd wordt in vergelijking met een klassieke kleefmortel. De centraal gelegen productie-eenheid te Grimbergen zorgt er bovendien voor dat de producten
VELUX® en RENSON® hebben hun know-how gebundeld om een innovatief zelfregelend ventilatieaccessoire met versterkt debiet voor de nieuwe generatie VELUX® -dakvensters te ontwikkelen. Deze discrete ventilatieoplossing, eenvoudig monteerbaar ter vervanging van de originele afdekkap van het dakvenster, past binnen het natuurlijke ventilatiesysteem C+evoll. Deze zelfregelende ventilatie-unit zorgt
voor een EPB-wetgevingconforme ventilatie zonder risico op tocht of koudegevoel.
"Met NOVY kozen wij om samen te werken met een specialist op het vlak van keukenventilatie,” zegt Rino De Muelenaere, Hoofd R&D bij RENSON®. “De integratie van het luchtgordijn in de dampkap zorgt ervoor dat geuren en dampen ingesloten worden, waardoor de Healthbox® II (Compact) met een laag debiet de kooklucht kan afvoeren. Dit resulteert in een rendement van 80%, terwijl dampkappen zonder luchtgordijn bij eenzelfde laag debiet slechts een rendement van 30% halen. Net daarom maken de Odormatic®dampkappen integraal deel uit van het energiebesparende ventilatiesysteem C+®EVO II van RENSON®."
De binnenkomende luchtstroom wordt geregeld door een klep, die automatisch reageert op drukverschillen en windsterkte. Hierdoor blijft de binnenkomende luchthoeveelheid op elk tijdstip ongeveer gelijk, zelfs bij grotere windsnelheden. Op die manier krijgt de bewoner nooit last van tocht of koudegevoel en daalt het energieverbruik. De gebruiker moet de ventilatie immers nooit sluiten, waardoor de kwaliteit van de binnenlucht steeds optimaal blijft.
De Odormatic®-reeks omvat verschillende types – Aquito, Kona en Notus – en zal in de toekomst nog verder uitgebreid worden. RENSON® staat in voor de verkoop, distributie en service van deze dampkappen via zijn installateursnetwerk.
"Met dit zelfregelende ventilatieaccessoire met versterkt debiet ontwikkelden we een uniek en eenvoudig te installeren accessoire voor de nieuwe generatie dakvensters van VELUX® ,” zegt Christian Fosseur, General Manager van VELUX® Belgium. “Deze ventilatie-unit is compatibel met alle manuele wentelende en uitzetbare vensters, en kan bij renovatie ook in reeds geïnstalleerde VELUX dakvensters van de nieuwe generatie geïntegreerd worden."
www.renson.be
www.velux.be
een minimale transportafstand dienen af te leggen tussen productie en gebruik op de werf. Voor het eerst in deze industrie kan een productassortiment van “hoogperformante, ecologische en comfortabele tegellijmen” aangeboden worden. De tegellijmen met de innoverende E-CO2 Comfort Technologie combineren 3 technologieën : lichtgewicht, stofvrij en ecologisch. De resultaten zijn verbluffend ! Momenteel wordt ongeveer 400 kg CO2 uitgestoten tijdens de productie van een pallet klassieke kleefmortel. Met de nieuwe E-CO2 Comfort Technologie wordt slechts 120 kg tot 200 kg CO2 uitgestoten, wat een indrukwekkende vermindering van 50% tot 70% betekent. M.a.w., per 180 m² tegellijm die met de E-CO2 Comfort Technologie voorgeschreven wordt, vermindert de CO2-uitstoot met zo’n 200 kg minimum, wat overeenkomt met de uitstoot van een bestelwagen over een afstand van meer dan 1000 km, te vergelijken met drie maal de afstand tussen Oostende en Aarlen. Meer informatie betreffende deze E-CO2 Comfort Technologie, alsook de bestekteksten vindt
www.leefmilieubrussel.be/opleidingendubo
www.pefc.be
u op www.weber-belgium.be.
Zoekertjes Plaats een zoekertje via www.architectenkrant.be
OPLEIDINGEN DUURZAAM BOUWEN
Dringend gezocht: gemotiveerde en creatieve (stagiairs) (ir.-)architecten voor uiteenlopende projecten in actuele architectuur. Vlotte kennis van VectorWorks is een pluspunt. (Regio Vlaams-Brabant – Limburg) www.driewerf.eu - info@ driewerf.eu
2013
Met dank aan Dit nummer 268 van Architectenkrant wordt u
© A. LEDROIT/V. PIERRET - Foto Y. Glavie
aangeboden in samenwerking met de volgende bedrijven:
ARCHITECT@WORK, CEMBRIT, FLOREN, GEBERIT, HONDA, KNAUF, LEEFMILIEU BRUSSEL, RENSON, SAINT-GOBAIN WEBER
>>> OPLEIDINGSCYCLI VOOR PROFESSIONELEN <<< Architecten, studiebureaus, ingenieurs, professionele bouwheren, promotoren, gebouwenbeheerders, syndicussen van gebouwen, aannemers, …
OM STERK TE STAAN OP DE MARKT VAN MORGEN APRIL >> JUNI 2013
Architectenkrant maandblad uitsluitend bestemd voor de professionelen in de architectuur www.architectenkrant.be
Ruimtelijke ordening en milieu
Mogelijkheden voor sociale uitwisselingen, zachte mobiliteit, stedelijk landschap en biodiversiteit.
5 halve dagen - € 125
Water
Geïntegreerd waterbeheer: oordeelkundige gebruik van water, waterzuivering en beheer van het regenwater op het perceel.
5 halve dagen - € 125
Materialen
Acties die kunnen worden ondernomen, vanaf de ecologische keuze 4 dagen - € 200 van de materialen tot het beheer van hun afval.
Bouwafval
Beheer van bouwafval vanuit het oogpunt van preventie, nuttige aanwending en verwijdering.
3 dagen - € 150
Akoestisch
Principes van akoestische correctie en akoestische isolatie d.m.v. materialen met een gunstige ecobalans.
3 dagen - € 150
Alsembergsesteenweg 842, 1180 Brussel Tel. 02 772 40 47 - Fax : 02 771 98 01
[email protected] Redactie
[email protected] (hoofdredacteur): + 32 (0)476 74 96 53
[email protected] Publication Manager / Advertenties Bea Buyse: Tel. + 32 (0)477 77 93 68
[email protected] Totaal bereik : 13.700 exemplaren. Artikels, foto’s en tekeningen in het redactioneel
SEPTEMBER >> DECEMBER 2013
gedeelte van de Architectenkrant bevatten geen publiciteit; producten en bedrijven worden hier uit-
Energie
Gebouw met een laag energiegebruik, met inbegrip van de beheer- 6 tot 12 dagen sing van de behoeften en de keuze van de energiesystemen en - € 300 tot € 600 -bronnen. Opleiding met specialisaties «Energie-verantwoordelijke/ Energieadviseur» .
Passief en (zeer) lage energie
Doel is te komen tot een laag energieverbruik op een vooraf bepaald niveau: de nieuwbouw- en renovatietechnieken om de passief- en de zeer-lage-energiestandaard te halen.
sluitend vermeld ter informatie van de lezers. Artikels met informatie van eerder publicitaire aard worden opgenomen met de vermelding “productinfo, publireportage,…”. Alleen de auteurs zijn verantwoordelijk voor de artikels, foto’s, illustraties en standpunten die in de Architectenkrant verschijnen. Verantwoordelijke uitgever: Philippe C. Maters
7 dagen - € 350
Alsembergsesteenweg 842, 1180 Brussel
[email protected] Maatschappelijke zetel: new ATON Publishing sprl, Alsembergsesteenweg 842, 1180 Brussel
>>> Elke opleiding wordt gegeven door gespecialiseerde bureaus en lesgevers. U hebt toegang tot de
theoretische gegevensbanken, technische informatie en illustraties of bezoeken, ... Een gespecialiseerd expert helpt u om uw kennis na de opleiding in de praktijk om te zetten. <<<
BE 0830.222.307 Copyright 2013- new ATON Publishing sprl. Alle rechten voorbehouden, die van vertaling inbegrepen. Paraît également en français.
I nf o e n i n s c h ri j v i n ge n ( b eper k t aan t a l p l a a t se n : sc h ri jf u n u a l i n ) w w w. l e e f mi l i e ub ru s s e l . b e /o p l e i d i n g en d u b o
of
0800 85 775
Real Time All Wheel Drive
€ 2.000 voorde
el
Lanceringsaanbieding: € 22.999 = verkoopprijs CR-V 2.0 i-VTEC Comfort 2WD € 24.999 - lanceringskorting € 1.000 - overnamepremie € 1.000
De CR-V 2.0 i-VTEC Comfort 2WD is standaard reeds uitgerust met: 17” lichtmetalen velgen • Automatische dubbele zone airco • Cruise Control • Elektrische ruiten (voor- en achteraan) • Verwarmbare buitenspiegels • Trailer Stability Assist • Radio/CD/MP3 met USB/AUX aansluiting • Multifunctioneel stuurwiel • LED dagrijlichten
5,6 - 7,7 l/100 km
149 - 180 g/km
Prijs incl. 21% BTW, excl. toeslag voor metaalkleur. Lanceringsaanbieding geldig op wagens besteld in maart 2013 en ingeschreven voor eind maart 2013. Actie georganiseerd door Honda Motor Europe Ltd. Belgian Branch en de deelnemende Belgische verdelers. Actie enkel geldig voor particulieren en niet cumuleerbaar met andere voordelen. Model voorgesteld bij wijze van voorbeeld. Voor alle inlichtingen, raadpleeg een officiële Honda-verdeler.
CRV13_adNL0313_Architect.indd 1
150 - 155 pk
1.669 liter www.honda.be facebook.com/hondabelgium Milieu-informatie (KB 19/3/2004): www.honda.be
13/02/13 16:48