PRESTATIEGRAFIEKEN VAN GEREEDSCHAPPEN (Een nieuw informatiesysteem voor terugkoppeling op korte en lange termijn)
door
J.M.A. van de Molengraft
Report EUT/BDK/23 ISBN 90-6757-023-0 Eindhoven 1986 Eindhoven University of Technology Department of Industrial Engineering and Management Science Eindhoven, Netherlands
CIP-GEGEVENS KONINKLIJKE BIBLIOTHEEK, DEN HAAG Molengraft, J.M.A. van de Prestatiegrafieken van gereedschappen : een n~euw informatiesysteem voor terugkoppeling op korte en lange termijn / J.M.A. van de Molengraft - Eindhoven: University of Technology. - (Report / EUT, Eindhoven University of Technology, Department of Industrial Engineering & Management Science, ISSN 0167-9708 ; BDK/23) Met lit. opg. ISBN 90-6757-023-0 S180 650.8 UDe 621.7-7 Trefw.: gereedschappen.
PRESTA'I'IEGRAFIEImN VAN GBREEDSCBAPPEH
(Een nieuw informatiesysteem voor terugkoppeling op korte en lange termijn) J .M.A. van de Iblengraft
Eindhoven, 23 april 1985
I
SAMBHVA'!"l'IRG
Het VOor u liggende rapport beoogt een schriftelijke verslaglegging
te
deeropdracht die, drijfskundig Eindhoven, and
zijn
aan de
uitgevoerd
Metalware
afsluiting
als onderdeel
ingenieur is
ter
bij
Factor ies),
van
een
afstu-
van de studie voor
Technische PMF
dat
Hogeschool
Eindhoven
deel
bete
(Plastics
ui tmaakt
van
het
Philips-concern. Voor de begeleiding van het afstudeeronderzoek zorgden
ir.
A.A.M.
M.
Bliek
Vermeulen
(PMF),
dr.
ir.
H.H.
van
Mal
en
ir.
(beiden THE).
In het kader van wat men bij PMF "gereedschapbeheer" noemt,
werd
de
opzet
van
afstudeeropdracht
als
voIgt
geformu-
leerd:
De
een
inforllatiesystee. ten
beboeve van
de terugkoppeling vanuit bet reparatie en onderboud gebeuren, in de rui.ste zin des woords, naar de constructieve uitvoering van de gereedscbappen.
Uitg3ande van de reeds aanwezige gegevensverzameling betreffende in het verleden aan gereedschappen verrichte
reparatie-
en
onderzoek gedaan
onderhoudswerkzaamheden naar
de
bruikbaarheid
mingen van de geregistreerde gegevens.
(R&O)
is
een
en de tekortkoDit
is gecombi-
neerd met het definieren van de informatiebehoeften van de toekomstige gebruikers van het op te zetten informatiesysteem. De gebr ui kte onder zoe ksaanpa k, methode
die
bekend
leidde tot de
staat
onder
die veel
de
naam
leek op een
"prototyping",
introductie van "de prestatiegrafiek".
Deze grafiek blijkt op basis van een drietal kentallen
(zijnde
kwaliteit
en
afgeleiden kosten)
van
de
3
informatie
beheersaspecten te
kunnen
tijd,
verschaffen
Samenvatting
omtrent
het
prestatieverloop
loop van de kentallen
II
tijd.
van
een
gereedschap
in de
De combinatie van prestatiegrafiek en
blijkt een groot
aantal mogelijke
toepassing-
en op te leveren:
1.
De
prestatiegrafiek
kan
op
korte
termijn
signalen
afgeven over het prestatieverloop van gereedschap. 2.
Het
prestatieverloop
gelijke
van
gereedschappen
condities gebruikt
worden
die
kunnen
onder
direct
on-
derling vergeleken worden. 3.
De
prestatiegrafiek
van de 4.
De
R&O dekking
5.
Van
de
kan
uitgangspunt
reedschappen)
leiden
in de
prestatiegrafiek
pelijk
kan
bij
tot
(product) dienen
aanpassing
codeprijs.
als
overleg
een
een
gemeenschap-
(ten aanzien van ge-
tussen de diverse betrokkenen.
prestatiegrafiek
kan
een
preventieve
werking
uit gaan. 6.
De
drie
langere planning
kentallen
kunnen,
periode,
gebruikt
van
de
als
benodigde
gemiddelden
worden R&O
voor
over
een
capaciteit
een
betere
op
basis
een
basis
van het productieprogramma. 7.
De
kentallen
vormen
voor
schappen.
kunnen een
op
langere
(statistische)
Op deze
manier
kan
termijn analyse
het
9 ere e d s c hap b e h e e r g ere ali see r d
een
terugkoppeling
schappen
ter
de
ondersteuning
gereed-
uiteindelijke doel
van
naar
van
wo r den,
n arne 1 i j k
ontwerpfase
van
gereed-
van
ten
aanzien
keuzes
van gereedschapconstructies. 8.
De prestatiegrafiek is, gezien de benodigde basisgegevens,
bij metaalwaren en kunststoffen
Uitgaande van de prestatiegrafiek
is een
toepasbaar.
informatie-
systeem ontworpen en geYmplementeerd, dat naar verwachting,
bij
consequent
gebruik,
in
de
toekomst
bij
zal
kunnen dragen aan een daadwerkelijke realisatie van het ngereedschapbeheern
bij PMF.
III
VOORWOORD
Dit verslag opd r ach t
bi j
vormt PMF
Bedrijfskunde king
van
komen In
aan
velen
de
afsluiting
Ei nd hoven, de
TH
zou het
en
van
daar mee
Eindhoven. niet
mijn van
Zonder
in deze
afstudeer-
vorm
de
de tot
st ud ie
medewerstand ge-
zijn. dit
voorwoord
de heren Bliek bedanken
voor
wil
(PMF), de
ik
daarom
in
de
eerste
van Mal en Vermeulen
prettige
wijze
waarop
plaats
(beiden THE)
zij
mij
bij
de
uitvoering van de afstudepropdracht begeleid hebben. Daarnaast
bedan"{
ik
met
name
~eidingsteam,
Slaets
en
Vos
voor
medewerkers die mij
hun
de
overige
de
heren
leden
Mutsaers,
medewerking,
op enigerlei
van
alsmede
wijze
het
bege-
Reekers, alle
behulpzaam
PMF zijn
geweest tijdens mijn afstudeerperiode.
J.M.A.
Eindhoven,
8 mei 1985
van de Molengraft
INBOUD
IV
1. Plastics and Metalware Factories. 1.1.
PMF Eindhoven.
3
1.2.
Technisch Management.
5
2. Probleeastelling en opdrachtforaulering.
6
3. Bet onderzoeksplan.
8
4. Bet informatiesysteea en zijn oageving.
11
4.1.
Model.
11
4.2.
De relaties met de afdelingen.
14
4.3.
Het gereedschaptraject.
17
5. Bepaling van de inforaatiebehoeften.
20
5.1.
Inleiding.
20
5.2.
De methode
5.3.
De huidige registratie.
25
5.3.1.
Geproduceerde aantallen.
26
5. 3. 2.
R& 0
5.3.3.
Oorzaak buitenbedrijfsstelling.
28
5.3.4.
Tijdstip aanduiding.
29
(prototyping).
u r en.
21
27
5.3.5. Bevindingen gereedschapmaker.
30
5.3.6.
Conclusie.
31
5.4.
De eerste iteratie.
32
5.5.
De tweede
35
5.6.
De derde
iteratie. iteratie:
introductie van de
prestatiegrafiek.
6. Toepassingen van de prestatiegrafiek.
37
41
6.1.
Inleiding.
41
6.2.
De terugkoppeling op korte termijn.
42
6.2.1. Voorbeeld toepassing.
49
6.3.
54
De terugkoppeling op lange termijn.
v
INBOUD
6.3.1.
Analyse van prestaties.
56
6.3.2.
Relatie productie en R&O.
59
6.3.3.
Preventieve onderhoudswerkzaamheden.
61
6.3.4.
Het gebruik van de gereedschappen.
63
64
7. Systeemkeuze. 7.1.
Keuze van het computersysteem.
64
7.2.
De bestandsopbouw.
67
69
8. Aanbevelingen en conclusies.
69
8.1.
De gegevensverzameling.
8.1.1.
De registratie van geproduceerde aantallen.
69
8.1.2.
De registratie van R&O uren.
69
8.1.3.
De registratie van de R&O frequentie.
71
8. 2.
De prestatiegrafiek bij overleg.
72
8. 3.
Tot besluit.
73
Bij lagen:
1•
De oorspronkelijke opdrachtformulering.
74
2.
Omzet PMF per vestiging
76
l.
Aantal werknemers PMF per vestiging
".
Om z e t
5.
Beleidsplan.
79
6.
Het stampproces.
81
7.
Kostenopbouw PMF.
84
8.
R&O kosten per afdeling metaalwaren
9.
Opbouw codeprijs.
86
10.
Reparatiebon.
87
11 •
Registratie gereedschapbeheer.
88
12.
Aantallen-registratie stamperij.
89
13.
Afwijkingen aantallen-registratie.
90
met a a 1 war en
(1984). (1984).
77 78
(1 984 ) .
(1984).
85
Inhoud
VI
(vervolg)
14.
Gegevens eerste
iteratie.
91
15.
Gegevens
tweede
iteratie.
92
16. Gegevens derde
iteratie.
94
17 •
To eli c h tin g
18.
Basic programma.
104
19.
Fo rmules
108
20.
Top 40 producten.
Referenties.
systeem.
93
interpolatie.
109 111
HOOFDSTUK 1 PLASTICS AND METALWARE FACTORIES
In dit
hoofdstuk
zal een globale beschrijving gege-
ven worden van de organisatie,
waarin het
afstudeeron-
derzoek zich heeft afgespeeld, opdat de lezer die hiermee niet bekend is zich een beeld kan vormen van de omgeving, waarbinnen probleemstelling en opdrachtformulering gezien moeten worden. PMF, ofwel Plastics and Metalware onderdeel Als
van
de
multinationale
hoofdtoelever ingsgroep
en metalen onderdelen, de,
aan
andere
in
hun
producten
is een
Philips-organisatie.
(HTG)
alsook
Factories,
levert
PMF
kunststof
samenstellingen van
Philips-bedrijven, gebruiken
die
deze
bei-
onderdelen
(consumentenartikelen
en
professionele goederen). Via
het
ter
beschikking
stellen
van
de
uitgebreide
kennis op het gebied van fabricagetechnieken, worden de productie-activiteiten gecombineerd nen
van
diverse
van
onderdelen.
ontwikkelingscentra oit
met
het
oog
met
het
ondersteu-
de
vormgeving
bij
op de maakbaarheid en
reproduceerbaarheid van de onderdelen, die in het algemeen aan hoge eisen moeten voldoen. In aIle uit te voeren activiteiten dient PMF concurrerend te zijn qua qualiteit, levertijd en prijs, omdat afnemers
(Hoofdindustriegroepen van
Philips)
niet ver-
plicht zijn hun onderdelen bij PMF in te kopen: gen
deze
ook
elders
inkopen
of
zelfs
in
zij mo-
eigen
beheer
produceren.
Figuur zien.
1.1
laat
de
Onder de directie
organisatiestructuur
van
PMF
zijn een aantal centrale afde-
lingen
geplaatst,
alsmede
gingen
(Eindhoven, Hasselt,
een
vijftal
productievesti-
Lommel, Sittard en Zwolle),
drie laboratoria op kunststof en metaalgebied
(C.M.C.L.
Plastics and Metalware Factories
2
(Centrum voor Metaalchemie en Lakken), boratorium
en
metallurgisch
kunststoffen la-
laboratorium),
en
een
on-
derdeel dat werkzaam is op het terrein van de bedrijfsmechanisatie
(ITM
=
Industriele Technologie en Mechani-
satie) .
Figuur 1.1. Organigram van PMF.
De
prod uct ievest ig ingen
van ± 340 mIn. gulden voegde
waarde
behaalden
(zie bijl.
ongeveer
50%
van
in
1984 een omzet
2), waarbij de
de
codepr ij s
toegebedroeg
(zie bijl. 7). De personeelsbezetting is weergegeven in bijlage 3.
3
Plastics and Metalware Factories
1.1. PMF EINDHOVEN
PMF Eindhoven vestigingen. onderdelen dan
zien
Deze
(zie
we
is de grootste vestiging
fig.
onder
1.2).
de
van
omvat
een
bedrijfsleiding
die verdeeld
zijn over
waren-sector
(incl.
een
vijf aantal
productiebedrijfs-
Beschouwen we het organigram
steunende afdelingen en een aantal
Figuur
de
een
aantal onder-
productie-afdelingen
kunststoffen- en een metaal-
de galvanische afdeling).
1.2.
Organigram PMF Eindhoven.
Als
voorbeelden
van
de
onderdelen
die
er
geproduceerd
worden noemen we:
-
schermkappen, ta alwar en) •
contactveren,
doppen,
beugels
(Me-
Plastics and Metalware Factories
spoelkokers, tehelften -
drukknoppen,
De bewerkingen
in de productie zijn globaal te
ren
spuitgieten
zowel
afgeleverd
casset-
(Samengestelde Onderdelen).
in drie groepen,
worden
startermantels,
(Kunststoffen).
schakel'aars
(metaal)
4
en los
aan
weten
als
de
aan
stampen
(metaal),
galvanise-
(kunststoffen).
band
afnemers
in te delen
die
(metaal in
Producten
+ samengesteld)
figuur
1.3
genoemd
worden. In een
de
bijlagen
omzetverdeling
taalwaren
en
een
4
en
5
over
de
passage
zijn
ter
diverse uit
het
verdere
afdelingen beleidsplan
productie-eenheid Eindhoven opgenomen.
~
OMZET PER KLANT
.(,II
40 311
~ 110
i 0
i: •
30
III 20
111
10
II
0
Figuur
1. 3.
Percentuele omzetverdeling over
informatie
afnemers.
van van
mede
Plastics and Metalware Factories
5
1.2. TECBNISCH MANAGEMENT In geven
deze van
paragraaf de
de afdeling
zullen
afdeling
we
een
Technisch
Deze
drijfsonderdeel
verantwoordelijk
aanmaken,
het
reedschappen. delingen gebied Kerij
zien we
afdeling
repareren
1.4). dri~
TM-Beheergroep,
(KB).
die
Bovendien
door
de
is
en
dit
als
ondersteunend
voor
het
be-
construeren,
het onderhouden van ge-
afdelingen,
omvat een aantal af-
als
Voorts
Department
resorteren
centrale
wordt
locale
namelijk Gereedschapma-
Engineering
vens van geheel TM bijhoudt,
steund
omdat
Zowel op metaal- als kunststoffen-
Industrial
Konstruktiebureau
jecten".
Management,
(±18D werknemers)
TM
(fig.
(GM),
omschrijving
is van waaruit het afstudeeronderzoek heeft
plaatsgevonden.
het
korte
(lED)
onder
stafafdeling
de
TM
en de
gege-
en de groep "Speciale pro-
het
T.M.
TEO-afdeling
geadviseerd/onder(Technische
Effi-
cU:!ncy en Organisatie).
-------METAALWAREN - - - - - -..
Figuur
. . . - - - - - - KUNSTSTOFFEN - - - - - -
1.4.
Organigram Technisch Management.
BOOPDS'l'UK 2
6
PROBLEEMS'1'ELLING EN OPDRACB'1'FORMULERING
Vanaf medio bij
het
1982
zijn er binnen PMF Eindhoven
bedrijfsonderdeel
kunststoffen,
gegevens
metaalwaren,
verzameld
alsook
betreffende de
zowel
bij
de
uitge-
voerde reparatie- en onderhoudswerkzaamheden aan de gereedschappen pels,
bij
(bij metaalwaren spreekt men ook van stem-
kunststoffen van matrijzen).
Per gereedschap zijn bijvoorbeeld de aard van de opgetreden holpen
storingen,
zijn,
en de
de
wijze
waarop
de
Kosten vastgelegd.
hiermee voor ogen had,
was discipline
storingen
ver-
Het doel dat men te verkrijgen
in
het verzamelen van de gegevens.
Twee jaar later
(medio 1984)
zijn er
zoveel gegevens
verzameld, dat de tijd rijp geacht wordt nig
te rangschikken dat,
om deze
zoda-
naast branden-blus acties, ook
meer doelgerichte acties rondom de gereedschapconcepten genomen het
kunnen
ver zamelen
weinig
worden. van
de
Er
lij let
gegevens
genoeg bereikt,
disc ipline en
het
in
heeft
zin gegevens te blijven verzamelen zonder er
in-
formatie uit te putten.
Tegen deze achtergrond werd de volgende opdrachtformulering opgesteld
Deopzet de
van
(zie ook bijl.
een
terugkoppeling
gebeuren,
1):
inforaatiesysteea vanuit
bet
ten
reparatie
beboeve
van
en onderboud
in de rui.ste zin des voords, naar de con-
structieve uitvoering van de gereedscbappen.
Deze opdrachtformulering heeft gediend als uitgangspunt van het onderzoek en is in de loop van de tijd gelnterpreteerd en uitgewerkt zoals ven.
in dit verslag
is beschre-
probleemstelling en opdrachtformulering
Bij
1.
de opdrachtformulering
Is
het
mogelijk
werden
7
vier
een model op te
vragen gesteld:
zetten,
waarmee het
verloop van de R&D kosten in relatie tot de gerealiseerde
resultaten
in
de
tijd
zichtbaar
gemaakt
kan
worden?
2.
Kan er via historische gegevens een relatie aangegeven
worden
bricage
en
plaats
3.
zijn
tussen de
het
productieprogramma
benodigde
R&D
capaciteit
in
in
de
de
fa-
werk-
(gereedschapmakerij)?
er
uit
treffende
de
de
preventieve
gegevens
aanwij zingen
wenselijkheid
van
het
onderhoudswerkzaamheden
te
halen
be-
uitvoeren
van
aan
de
gereed-
schappen?
4.
Kunnen
er
uit
het
R&D
conclusies getrokken
beeld
worden
van ten
de
gereedschappen
aanzien van het ge-
bruik van de gereedschappen?
Al veer de aanvang van het in dit verslag beschreven onderzoek werden twee beperkingen aan het onderzoeksgebied gesteld,
-
te weten:
Het onderzoek dient
zich te
richten op de metaal-
kant van PMF. -
Er
zal
de
stamperij
van
uitgegaan
de
8H
worden
de
plaatsvindt,
gereedschappen
(zie bijl.
van die
en
daar
productie, daarmee
die
in
derhalve
gebruikt
worden
6).
Deze beperkingen zijn vooraf gesteld in de hoop de kans op
resultaat,
alamede
de
hanteerbaarheid
bleem positief te belnvloeden.
van
het
pro-
HOOPDSTUK 3
8
HET ONDERZOEKSPLAR
Na
een
oriE~ntatie
eerste
binnen
PMF Eindhoven
werd
op grond van de probleemstelling en de opdrachtformulering
een
onderzoeksplan
opgesteld,
bestaande
uit
een
wat
hun
aantal achtereenvolgende stappen:
1. Bepaal welke de
belanghebbenden
zijn,
en
doelstellingen zijn.
2.
Stel
de
informatiebehoeften van de verschillende
belanghebbenden vast. 3. Beschouw de
huidige
gegevensverzameling
en
stel
eventuele tekortkomingen vast. 4.
Bepaal
welke
gegevens
nodig
zijn:
waar,
wanneer
en door wie moeten ze geregistreerd worden?
5.
Structureer de gegevens.
6.
Ontwerp de bestandsopbouw.
7. Schrijf programmatuur en implementeer het ontwerp
tot een werkend systeem. 8.
Gebruik
het
systeem ten
behoeve van gereedschap-
beheer. Als
toelichting
op
bovenstaande
onderzoekspunten
mer ken we het volgende op. Om een bruikbaar zullen
we
eerst
informatiesysteem te kunnen bouwen,
moeten
bekijken
in
welke
omgeving
het
systeem dient te functioneren,
wie erbij betrokken zul-
len
welke doelstellingen van
zijn
(belanghebbenden)
en
Het onderzoeksplan
de
toekomstige
9
gebruikers
tot
uiting
moeten
komen
in
het te ontwerpen informatiesysteem. Na
het
beantwoorden
informatiebehoeften
van
van
deze
de
vragen,
gebruikers
te
dienen
we
bepalen.
de Dit
houdt in, dat getracht moet worden samen met de toekomstige gebruikers van het systeem te komen tot een juiste specificatie van de door hen gewenste informatie. Vervolgens
kan de
bestaande gegevensverzameling
be-
schouwd worden, en de wijze waarop deze tot stand komt, om te zien in hoeverre de verschillende gegevens,
zowel
qualitatief
basis
voor
de
als
C'uantitatief,
voortbrenging
kunnen
van door
de
dienen
als
gebruikers
gewenste
informatie. Daarna kunnen we een uitspraak doen over welke gegevens
wellicht
aan de
huidige verzameling ontbreken, of
er teveel, dan weI te weinig geregistreerd wordt. om,
we
neer
bepalen welke gegevens nodig
ze geregistreerd moeten worden,
Kort-
zijn, waar en wanen door
welke af-
deling. Ais het voorgaande beantwoord
is,
wordt het tijd de
gegevens te structureren, om vervolgens te komen tot de bestandsopbouw, het schrijven van de benodigde programmatuur
en de
vitelten werkend
implementatie van het systeem.
zullen systeem,
tot
slot moeten
dat
informatie
resulteren oplevert
Deze actiin
een
een
voor
de
ge-
bruikers.
De opdracht is aldus gericht op de opzet van een informatiesysteem,
waarbij
gedacht wordt aan geautomati-
seerde gegevensverwerking.
De reden hiervan is de grote
hoeveelheid
verwerkt
gegevens,
die
moet
worden:
jaar-
lijks worden er reparatiegegevens geregistreerd betreffende
ruim
200
gereedschappen.
per week ligt op ongeveer 65
Het
aantal
reparaties
(dat is ± 3000 per jaar).
Het onderzoeksplan
10
Wat betreft het verkrijgen van informatie ten behoeve van het onderzoek vermelden we dat deze verkregen is via gesprekken met betrokkenen en via het lezen van interne publicaties over gereedschapbeheer. De voortgang van het onderzoek is steeds tijdens een twee
a
drie
dingsteam
wekelijkse
getoetst
zoeksplan •. Het
aan
bijeenkomst het
van
hiervoor
begeleidingsteam
het
begelei-
beschreven
bestond
voor
onderwat
be-
treft de PMF vertegenwoordigers uit:
- Technisch manager. - Hoofd gereedschapmakerij metaalwaren. - Hoofd locale TEO. - Hoofd TM-beheergroep. - Medewerker Kwaliteitsdienst.
We merken nu practijk niet
zo
reeds
op dat
rechtlijnig
het
onderzoeksplan
verliep als
stuk wordt voorgesteld, doch dat de aantal punten meer
het
karakter
in de
in dit hoofd-
uitvoering van een
van een
iteratief pro-
ces heeft gekregen toen bleek dat dit, om tot een goede functionele te komen,
specificatie
van
het
op
te
zetten
voordelen bood ten opzichte van het
orde uitvoeren van de diverse stappen.
systeem in volg-
HOOPDS'!'UI: 4
11
HE'!' IRPORMATIESYSTEEM ER ZIJR OMGEVING
4.1. MODEL
Tijdens begrippen
het naar
onderzoek voren,
komt
voortdurend
namelijk gegevens,
een
drietal
informatie
informatiesysteem.
Terwille van de
duidelijkheid
het
voorafgaand
de
daarom
nuttig
aan
gaan en modelmatig weer teem is.
lijkt
beschrijving
de onderzoeksstappen op deze drie begrippen nader
en
van
in te
te geven wat een informatiesys-
Allereerst geven we twee definities:
Gegeven
elke
==
voorstelling,
kan worden toegekend
waaraan
een
betekenis
(bijvoorbeeld letters, cijfers,
woorden, getallen). In foraatie == zijn, dat zij
nit
wetende
gegevens, bruikbaar
kunnen we
een
we 1 ke
d usd an ig
ger ang sch i kt
zijn voor een bepaald doel.
informatiesysteem modelmatig
weergeven zoals in figuur 4.1.
9 eg evens
verwerking
opslag
Figuur 4.1. Model van een informatiesysteem.
informatie
Het informatiesysteem en zijn omgeving
Een dat
(op
schikt) door
de
informatiesysteem zich tot
is
te
nietszeggende)
12
zien
als
gegevens
een
systeem,
verwerkt
(rang-
informatie, die als bruikbaar wordt ervaren
gebruiker.
De
verwerking
vindt
plaats
volgens
bepaalde procedures en algorithmen. Een vaak geziene definitie
Ben
informatiesysteem
is de volgende
is
het
geheel
[15]
van
.ensen,
aiddelen en procedures gericht op het verzamelen, bewaren en verwerken van gegevens, en de voortbrenging van infor.atie. Het model kan nu de
relatie
van
uitgebreid worden met het
informatiesysteem
schaptraject laat zien
(zie par.
figuur met
het
4.2,
gereed-
4.2 en 4.3).
regelmogelijkheden doelstellingen restricties
informatie
beslissings regels
r-------
_
-
-
-?I'
gereedschaptraject--
I
I
I I I
I fabricage
constructie
reparatie
aanmaak
&
aanloop
onderhoud
1
-
I
I I
----------~
Figuur 4.2. Uitbreiding model
informatiesysteem.
dat
13
Het informatiesysteem en zijn omgeving
Hieruit
is
te
zien dat
informatie beslissingsonder-
steunend moet zijn. Via beslissingsregels lijk
zijn
van
restricties)
wordt op grond van
sing genomen. men die,
regelmogelijkheden,
(die afhanke-
doelstellingen
en
informatie een beslis-
Hierop worden vervolgens acties onder no-
wat betreft het onderzoeksgebied, effect heb-
ben op het gereedschaptraject. De koppeling tussen informatie en beslissing daarop volgende
actie)
is essentieel.
(met de
Is deze
relatie
er niet, dan kan blijkens de gegeven definitie niet van inforaatie worden gesproken. Ten
aanzien
van
een
informatiesysteem
algemeen als doel gesteld dat evenwicht
tussen
kosten
er
een
wordt
voorts
zo goed mogelijk
en opbrengsten dient
te
zijn.
Men spreekt dan van het maximaliseren van de "informatiewaarde", zijnde het verschil tussen de verwachte opbrengst van een beslissing, genomen na het inwinnen van extra
informatie en de verwachte opbrengst van een be-
slissing
zonder
kosten
om de
opzet
van
steeds
rekening
extra
extra
het
informatie,
informatie
te
krijgen [17].
informatiesysteem moeten
houden.
verminderd zullen
Omdat de
met
de
Bij de
we
hiermee
kosten
en op-
brengsten in de practijk zeer moeilijk te quantificeren zullen zijn, natieven
het
zal via een rationele afweging van alterontwerp
stand moeten komen.
van
een
informatiesysteem
tot
Het informatiesysteem en zijn omgeving
4.2. DE
RELA~IES
MET DE AFDELINGEN
In hetgeen hiervoor zaak
14
beschreven werd,
bleek de
nood-
tot het vormen van een beeld van het gereedschap-
beheer
[1,2,3,4,5J
1 ing en.
Da arom
in
relatie
zullen
we
in
tot de ze
de
pa r ag r aa f
ideaal beeld schetsen, dat naar voren woorden
van
vertegenwoordigers
betrokken
van
komt de
een
uit de
afdesoor t ant-
belanghebbende
afdelingen als hen gevraagd wordt hoe zij de plaats van gereedschapbeheer, teem, in
zien
het
in
en
daarmee
relatie
bedrijf.
Dit
tot is
de
van
het
informatiesys-
verschillende
schematisch
afdelingen
weergegeven
in
de
volgende figuur.
GEREEDSCHAP BEHEER
CONSTRUCTI E GEGEVENS
CONSTRUCT IE AANWIJZIN GEN
PLANNING NORMF.N
ONTlI IKKELI NG
NOR MEN CAP AC ITE ITSPLANN ING RIC HTLIJ"EN
Rio GEGEVENS
PRODUCTIE AANW IJZ INGEN 1iEBRUIKS ERVARINGEN
PRODUCTIE GEGEVENS
PRODUCTIE
STORINGS INDICATIE GEBRUIKS AANWIJZINGEN
REPARATIE & ONDERHOUD
Figuur 4.3. Relatie gereedschapbeheer met het gereedschaptraieet.
Het informatiesysteem en zijn omgeving
15
De verschillende afdelingen, die in het gereedschaptraject
een
primaire
a an 9 e 9 eve n
met
voorgaande
kunnen
0
rol
vervullen
n t wi k k eli n g, hierbij
zijn
pro d u c tie
eenvoudig
in en
de
het
schema
R& 0 •
Na
he t
afdelingen
ge-
plaatst worden. In figuur functies catie
gegeven.
Deze
relaties
relaties
betreffen
is
een
drietal
tussen de
de
gegevens/informatie-uitwisseling)
(=
Globaal
4.3 zijn de onderlinge
communi-
onderling.
soorten communicatie
te
onder-
scheiden, te weten: -
tussen de drie operationele functies
(aanwijzingen
en terugkoppeling). -
tussen de drie
functies
en gereedschapbeheer
(ge-
gevensaanvoer) • -
tussen gereedschapbeheer rugkoppeling
van
en de drie
informatie
ten
functies
behoeve
van
(teont-
wikkeling, productie en R&O).
De eerste soort betreft het gebruik en R&O van de operat ionele
ge reed schappen.
De derde betr eft
te r ugkoppe-
ling van informatie op een hoger niveau, dat wil zeggen ten behoeve van een betere afstemming tussen activiteiten en verantwoordelijkheden van de diverse afdelingen die
een
ject.
belangrijke
Dit
toekomst
betreft uit
het
rol
ook
spelen
het
in
het
gereedschaptra-
trekken
van
lessen
functioneren
van
de
voor
de
gereedschappen
nu. De informatie moet overeenstemmen met doelstellingen
en
verantwoordelij kheden
van
de
betreffende
afde-
lingen. IE en
KB
staan voor
het
ontwerpen
van gereedschap-
constructies, die een optimale kosten-opbrengst verhouding
gedurende
hun
gebruiksduur
(levensduur)
geven. Anders gezegd: gereedschappen
te
zien
!!!:~;,optimaal
pres-
Het informatiesysteem en zijn omgeving
teren
in
de
productie
inspanningen. kijken
Dit
naar de
in
houdt
relatie in
dat
16
tot de men
vereiste R&O-
niet
aIleen
productie-eigenschappen van
moet
een gereed-
schap, maar ook naar de onderhoudbaarheid daarvan. De
stamperij
brengen
van
baarheid,
5H heeft
producten.
qualiteit
van
tot doel het efficient voortDaarbij het
zijn
product,
de
leverbetrouw-
alsook
productie-
rendement van groot belang. De
gereedschapmaker ij
afdeling
de
ductiegereed" ode.
Hierbij
taak
defecte
heeft
als
serv ice-ver lenende
gereedschappen
opnieuw
"pro-
te maken voor een zo lang mogelijke perizijn zowel
kosten,
als
reparatiedoorloop-
tijd en reparatie-qualiteit van belang. De afdelingen kunnen gezamelijk een bijdrage leveren aan elkaars doelstellingen door de
informatie-uitwisseling
te zorgen voor een goe-
onderling.
Dit
wordt
nog
eens symbolisch weergegeven in figuur 4.4.
GEREEDSCHAPBEHEER
REPARATIEI ONDERHOUD
PRODUCTIE
CONSTRIJCTIE
Figuur 4.4. Informatie-uitwisseling tussen functies
(afdelingen).
Bet informatiesysteem en zijn omgeving
17
4.3. BET GEREEDSCBAPTRAJECT
In
het
voorgaande
reedschaptraject.
In
werd
reeds
gesproken
deze
paragraaf
zal
van
daar
het nader
geop
ingegaan worden.
Bet gereedschaptraject volgende
fasen
tijdens
is
de
het geheel van achtereen-
levensduur
van
een
gereed-
schap [6,7]. Dit aan
traject
de
(zie
poten t UHf'
resulteren
in
fig.
4.5)
afnemer
een
order
start
van
van
PMF
de
Deze
fase
wordt waarna
bij
Philips
gonnen
van de kan
die
kan
Bierop voIgt de
waarbij
samenstelling
worden met
een computer
afgesloten
de constructie, een
offerte,
gereedschap worden bekeken en uit-
gewer kt, deels ondersteund door tion).
een
prod ucten,
klant.
constructie van het gereedschap, en details van het
met
met de
(CAD sta-
vrijgave
van
in de eigen gereedschapmakerij, machinefabrieken of de
aanmaak
van
extern
be-
het gereedschap.
Daarbij worden tevens de noodzakelijke reserve-onderdelen aangemaakt. Bet daarop volgende beproeven, perfectioneren en het maken
van
een
meetrapport
(gereedschapmakerij gereedschap
de
en
tie beginnen,
qualiteit
Dan
hetgeen
inhoudt,
geoptimaliseerd
schap voor
zover
noodzakelijk
tiemiddel
productie.
levert,
Na de
wordt,
en
Indien
het
wordt
het
het
gereed-
aangepast wordt voor gevrijgave van het produc-
kan de productie daadwerkelijk
gewisseld met
plaats
dat het productieproces
en
in de
intern
kan de aanloop van de produc-
geevalueerd
bruik
altijd
kwaliteitsdienst).
gewenste
product vrijgegeven.
vindt
reparatie en onderhoud
beginnen,
(R&O)
af-
van het ge-
reedschap. Uit
het
gereedschaptraject
is
direct
af
te
leiden,
Het informatiesysteem en zijn omgeving
welke
afdelingen het meest bij
18
het gereedschap betrok-
ken zijn, namelijk: 1.
IE
(Industrial
bureau)
bij
Engineering)
de
en
KB
(konstruktie-
ontwikkeling/aanmaak
van
het
ge-
reedschap. 2.
Stamperij
SH
(Productie-afdeling)
bi j
de
prod uc-
tie met het gereedschap. 3. Gereedschapmakerij
en
stamperij
bij
R&O van
het
gereedschap.
We kunnen nu stellen, dat, als we een informatiesysteem willen
opzetten
hulpmiddel heersing
te van
bovengenoemde
dat
uiteindelijk
zijn om (delen
te
komen
van)
afdel ingen
het
tot
participeren
schapbeheer, (concepten) is
enkele
dat
in,
zullen
wat
het
een
moeten Zij
genoemd
beter
doel
heeft
een
verbeterde
be-
gereedschaptraject,
de belangrijkste belanghebbenden. ten
als
be schouwen
als
zullen allen moe-
wordt,
beheren
we
het
van
gereed-
gereedschap
tracht te bevorderen. Dat gereedschapbeheer jaren
geleden
opgezet
als
een
soort
"drie-
trapsraket" [1], bestaande uit: 1. Opbouw
van
een
gegevensverzameling
betreffende
R&O van elk gereedschap. 2. Gegevens analyseren. 3. Voortbrengen van beleidsinformatie. Tot nog toe heeft men aIleen de eerste stap gerealiseerd, de
en is men er
niet
in geslaagd de
volgende stap te maken.
overgang
naar
De opdrachtformulering moet
mede gezien worden als een poging om de tweede stap te realiseren middels de opzet van dat dient ter ondersteuning, het gereedschapbeheer.
een
informatiesysteem,
en deel zal uitmaken van,
::z: (1)
"iJ
::z:
.....
(1)
r1'
l.Q
(1)
c:: c:: ..,
(1) (1)
,.. •
0.
VI •
l.Q
.., CIl
o ::r
III
'tl
r1'
~
..,
OFFERTE
~
CONSTRUCT IE
- SAMENSTELLING
III (1)
- DETAILS
o
r1'
- CAD: TEKENEN BEREKENEN ARCHIVEREN ETC.
::J
HI
..,o 51
~
AANMAAK
r1'
u.
VRIJGAVE PRODUCTIEMIDDEL
VRIJGAVE PRODUC
VRIJGAVE CONSTRUCTIE
ORDEF KLAN
....
- VERVAARDIGING GEREEDSCHAP + RESERVEONDERDELEN - BEPROEVEN - PERFECTI ONEREN - MEETRAPPORT (KWAL. DIENST)
~
~
AANLOOP
III
FABRICAGE
r1'
..... (1)
fIl
'<
- REPARATIE EN ONDERHOUD (R&O)
- OPTIMALISEREN PROCES - NEUTRALlSEREN RENDEMf.JHSVERL. AANLOOPRUN
fIl r1'
(1) (1)
51 (1)
::J N
.....
u. ::J
- AANPASSING GEREEDSCHAP
o 51
l.Q II)
- PROCESBEHEERSING I - EVALUATIE PROCE
< ..... ::J 1l.Q
1
•
T E C H N I S C H MAN AGE MEN T
.
• F A B RIC AGE
~
\0
HOOFDSTUK 5
20
BEPALING VAN DE IRFORMATIEBEBOBFTEN
5.1.
INLEIDIRG
In het voorgaande hebben we de plaats van het informatiesysteem beschouwd. het op te
ten
opzichte
Oaarmee zetten
is
van
tevens
het
gereedschaptraject
bepaald
informatiesysteem
zal moeten
neren, en wie
(afdelingen, personen)
trokken
We
zijn.
kunnen nu dus
in welke omgeving functio-
er primair bij be-
een onderzoek gaan doen
naar de informatiebehoeften van die toekomstige gebruikers. oit kan op verschillende manieren,
namelijk via een
interview, enquete, vergadering met gebruikers etc. Onafhankelij k
van
de
methode,
antwoord op de vraag: tiebehoeften?
Na
die
we
kiezen,
willen
we
wat zijn nu eigenlijk uw informa-
enkele
orienterende
pogingen
bij
di-
verse personen blijkt dat het moeilijk is op deze vraag een concreet
antwoord
te
krijgen.
In
eerste
instantie
weet men het niet, en vervolgens, na het doen van enige suggesties, blijken de informatiebehoeften schier onbeperkt
te
zijn:
men
wil
zelfs
weten
dat
snijder
x
op
tijdstip y na z slagen gebroken isl Hieruit
komt het
probleem naar voren op welk niveau
we gegevens moeten gaan ten genereren.
Kijken
registreren
we globaal
naar
van gereedschappen, of detailleren onderdeel.Het
behoeft geen
Bovendien gegevens
ook
practisch
is, niet
is het de vraag of het op
verkrijgen grond
zal een in
van deze
hoger
het
het
functioneren
tot
het
"gedrag"
overwegingen
kleinste
en een dergelijke uitvoerbaar
niet
abstractieniveau
een geschikte methode om de palen, waarover
we
informatie moe-
betoog dat het laatste uit
kosten-oogpunt niet aanvaardbaar registratie
en
van en
de
mogelijk een
zijn. is met
inzicht
gereedschappen.
feiten
is gezocht
informatiebehoeften
in de volgende paragraaf meer.
te Op
naar
te be-
Bepaling van de informatiebehoeften
5.2. DB
MB~BODE
21
(PRO~O~YPING)
De methode, welke in deze paragraaf besproken wordt, laat een
aanpak
zien die grote overeenkomsten vertoont
met een methode die
in de
literatuur
vaak
prototyping
wordt genoemd.
In
[16] vinden we de volgende definitie van deze me-
thode:
"prototyping is een methode voor het in de func-
tionele
specificatiefase
van
wikkelingstraject op een menwerking
met
ontwikkeling
de
het
iteratieve wijze
toekomstige
zijnde
informatiesysteemontin nauwe
gebruiker(s)
informatiesysteem
in
van
sa-
het
een vrij
in
kort
tijdsbestek ontwikkelen van een prototype, met als doel het verhogen van de qualiteit van de functionele specificaties". In deze definitie wordt de nadruk gelegd op een tweetal punten,
namelijk de gebruikersparticipatie en de snel-
heid van de ontwikkeling. De
mate
van
onzekerhe id
t iebehoeftebepal ing c r iter i urn van
om
word t
even t ueel
prototyping.
Zoals
toekomstige gebruikers
in
ge z ien
over we
het te
kiezen voor
gaan
van
het op
zagen
voor naamste
het
is
informatoepassen
het
inderdaad moeilijk hun woorden
voor
de
informa-
te brengen.
Door
een onderzoeksaanpak, die qua karak-
teristieken nauw aansluit komstige
als
reeds
tiebehoeften nauwkeurig onder nu te
proces
gebruiker
bij
prototyping,
ondersteund
van zijn informatiebehoeften.
worden
bij
kan de toehet
bepalen
Aan [16]ontlenen we het
schema dat weergegeven is in figuur 5.1. We
onderkennen
gevormd
door
het
hierin
vijf
fasen.
vooronder zoek.
Fase
De twee
eerste
wordt
betreft het
opstellen van de specificaties van het prototype en het ontwerp daarvan.
Vervolgens wordt
in de derde fase
ontwerp gelmplementeerd voor gebruik
(fase vier).
het
Bepaling van de informatiebehoeften
De
resultaten,
welke
slot geevalueerd ten de
met
een
wensen
voldoet,
het
worden.
antwoord
prototype oplevert kunnen Deze
op de
evaluatie wordt
vraag
of het
(informatiebehoeften) of
dat
op
grond
van
prototype gebouwd moet worden. herhalend
(iteratief)
22
proces
van
de
afgeslo-
prototype
de
evaluatie
eindigt
aan
gebruiker(s) een
Aldus ontstaat dat
tot
als
nieuw
een
zich
aIle
be-
langhebbenden zich kunnen vinden in een prototype. FASE 1
SPECIFICATIB
FASE 2
" ONTWERP
PASE 3
FASE 4
FASE 5
Figuur 5.1. Prototyping in fasen [16J.
De
vraag
is
nu
methode tot uiting zoek.
hoe
de
komen
kenmer ken van de in
klant
ontwerptraject aan
trachten kennen
hier
beschreven onder-
Laten we daartoe eens kijken naar de analogie met
het productontwerptraject, Het
het
prototyping
de de
en,
start
ontwerper. wensen
die
eventueel
zoals beschreven in
na
met
een
Vervolgens bij
de
klant
opdracht zal
de
leven,
her formuler ing,
mee
[14]. van
een
ontwerper te
leren
te
nemen
23
Bepaling van de informatiebehoeften
in het
nieuwe ontwerp.
product
weI
en
niet
Hierbij
moet
gaat het dus om wat het
doen,
met
andere
functionele specificatie van het product. volgens veelal
in overleg met de
klant
woorden
de
Deze zal ver-
vertaald moeten
worden naar de producteigenschappen en productopbouw. De ontwerper werkend
model
richt
zich
aldus
op het maken
(functioneel
model
of
haalbaarheidsstudie.
Activiteiten
van
een
en
een
prototype)
hierbij
zijn
onder
andere:
1.
Inventarisetie van klantenwensen.
2. Genereren
van
idieeen
om
aan
(klanten)wensen
te
voldoen. 3.
Uitvoeren van experimenten.
4.
He t
maken
van
een
we r kend
model
van
een
aan tal
alternatieve mogelijkheden.
Beschouwen we nu een duct als
en
het
klant,
informatiesysteem als een pro-
begeleidingsteam dan
zal
de
van
de
analog ie
weergave van het onderzoek
(fig.
afstudeeropdracht
met 5.2)
de
schematische
duidelijk zijn.
Zowel de iteratieve werkwijze als de nauwe samenwerking
tussen systeemontwerper
kers
van
het
prototyping,
en de
informatiesysteem, komen
hierin
tot
toekomstige gebrui-
beide
kenmerkend
uiting.
Zolang
prototype tijdens de evaluatie niet volledig voldoen
aan
u i tg evoerd
de
klantenwensen,
worden,
doorlopen worden. van
het
speelt
waar b ij Verder
ontwerpproces op
zich
de
een
een
stappen
mer ken
dat
eveneens
zal
zich
nieuwe
voor
als blijkt
het te
iteratie
3 tIm 7 opn ieuw
we op dat het gedeelte bij
de
iteratief
ontwerper karakter
af-
heeft.
Ook hierbij wordt voortdurend geevalueerd of het prototype al aan de klant aangeboden kan worden, of dat nogmaals de stappen 4 tIm 6 uitgevoerd moeten worden.
Bepaling van de informatiebehoeften
24
ONTWERPER
KLANT
-
1
1
Opdracht
Inventarisatie wensen
2
1 3
Opstellen/aanpassen Functionele specificatie
-
1
...
"
• Genereren van ideeen Om aan wensen te voldoen
4
1
I.
.
• Experlmenten ultvoeren
5
~6
I
• Prototype maken
! t
evaluatie - - - - - - - - - '
7
-
Figuur 5.2. Schema van de gebruikte methode.
In paragraaf 5.4 en volgende zullen we verder op
de
uitwerking
(herhaald
van
doorlopen
de
van
achtereenvolgende
de
stappen
3
ingaan
iteraties
tim 7).
Omdat
we
bij de achtereenvolgende iteraties gebruik maken van de gegevensverzameling die voor gereedschapbeheer aangelegd
(zie hoofdstuk
gende paragraaf
bekijken
2)
zullen we eerst
wat deze
reeds is
in de vol-
verzameling
inhoudt,
en welk gedeelte we bij het onderzoek kunnen gebruiken.
25
Bepaling van de informatiebehoeften
5.3. DE HUIDIGE REGISTRATIE Alvorens de achtereenvolgende iteraties te beschrijven,
zullen we eerst de huidige geqevensverzameling be-
handelen, punt
die
dient.
zoals
Deze
is
tot grote omvang,
reeds in
en
als
informatiebron.
ken
welke
eerder
de
is
gezegd
afgelopen
vooralsnog
In deze
jaren
uitgangs-
uitgegroeid
nauwelijks gebruikt
paragraaf
gegevens geregistreerd
als
zullen we bekij-
worden,
waar
en
wan-
neer dat gebeurt, en wat de betekenis is van de diverse gegevens.
Vervolg~ns
bruikbaar
zijn van de verzamelde gegevens.
wordt
ingegaan op het
al dan niet
De huidige registratie ten behoeve van gereedschapbeheer
komt neer op het bijhouden van vijf soorten gege-
vens.
De ze
worden
waard
in een
per
gereedschap
zogenaamde
in
getypte
"gereedschapmap".
vorm
be-
De map wordt
per week aangevuld met de recente gegevens.
Dit gebeurt
bij de TM-beheergroep door een persoon. Hierbij
wordt gebruik gemaakt
van
twee bronnen,
melijk de reparatiebon en de urenverantwoording. paratiebon ontstaat gereedsc~ap
zodra de
na-
De re-
productie met een bepaald
wordt beeindigd vanwege het gereed zijn van
een order of de directe noodzaak reparatiewerkzaamheden te verrichten.
In het eerste geval gaat het gereedschap
naar de gereedschapmakerij am het "productie-gereed" te maken voor een volgende order
(door
tie
tweede
en/of onderhoud),
in
het
middel van
repara-
geval om het
weer
productiegereed te maken voor het hervatten van een onderbroken order Bijlage
10 geeft een
reparatiebon. te
(door middel van reparatie).
Hierop
worden
registreren gegevens
heer vastgelegd:
voorbeeld dr ie
van een gereedschapvan
de
volgende
vijf
ten behoeve van gereedschapbe-
Bepaling van de informatiebehoeften
A:
aantal
producten dat
gemaakt
26
is
sinds de
laatste
reparatie. B: oorzaak buitenbedrijfsstelling.
c:
bevindingen gereedschapmakerij.
D: weeknummer. E:
R&O uren.
De gegevens A en B worden door
de machinebediende,
die
als laatste met het gereedschap heeft geproduceerd, genoteerd,
zodra het gereedschap van
de
machine
gehaald
wordt. Gegeven C wordt op de bon vastgelegd door de gereedschapmaker,
nadat hij
gereedschap uitgevoerd komstig van de
de
R&O werkzaamheden
heeft.
Gegevens
urenverantwoording
per
D en E zijn afweek.
per gereedschap af te leiden hoeveel tijd er paa Ide wee k ten
behoeve
van
R&O
is
aan het
Hiervan
is
in een be-
be steed.
Door
el ke
gereedschapmaker wordt wekelijks een urenverantwoording gemaakt.
De
ver an twoord ingen
worden
per
week
sameng e-
voegd om de totale hoeveelheid bestede uren te verkrijgen. Me t
behulp van
zullen behandelen, gereedschap een
de
genoemde
geg evens,
komt aldus via het
gegevensverzameling
die
we
hier na
R&O gebeuren
tot
stand,
per
waarvan
in bijlage 11 een voorbeeld te zien is.
5.3.1. Geproduceerde aantallen Bet
is
de
bedoel ing
dat
het
gereg istreerde
aantal
overeenkomt met het aantal producten dat sinds de vorige storing aan een gereedschap is gemaakt. Dit betekent dat men vanaf het moment dat een gereedschap
ingesteld
is, tot aan het moment van productieonderbreking of beeindiging, moet bijhouden wat er geproduceerd wordt.
In
de practijk leidt de huidige werkwijze tot grote afwij-
27
Bepaling van de informatiebehoeften
kingen
tussen geregistreerde en
leverde
aantallen.
in bijlage 13.
Een
voorbeeld
De uitkomsten
te grote afwijkingen
in
zijn
werkelijkheid
hiervan
is
spreken voor
niet
te
afgevinden
zich: derma-
acceptabel,
hetgeen be-
tekent dat deze aantallen niet als basis voor een gegevensverwerkend systeem kunnen dienen. Voor de grote afwijkingen zijn de volgende redenen aan te geven: 1. Geproduceerde
aantallen
worden
regelmatig
niet
ingevuld. 2. Onjuiste aar.tallen worden geregistreerd, bijvoorbeeld omdat men niet weet of vergeet wat vorige ploegen gemaakt
is.
3. Omdat het grote aantallen betreft nen)
kunnen
er
er door
(veelal miljoe-
gemakkelij k schr ij ffouten gemaakt
worden. 4. He t
n iet
voldoende
onder kennen,
door
mach inebe-
dienden, van het nut van een juiste registratie. 5.3.2. R&O uren.-
Bet
tweede gegeven,
hoeveelheid het
aan tal
R&O R& 0
uren. ur en
voor
de
opgemerkt
aanmaak worden
hebben op de rij
heeft
zullen beschouwen,
uren
pe r
hebben
wee k
aan
van
nieuwe de
uren
tijd die men uren
is de
betrekking
een
Hierin zit ook de
dat
besteed:
we
Deze
da t
reedschap is besteed. is
dat
op
bepaald ge-
tijd die
onderdelen.
nodig
Voorts
uitsluitend
moet
betrekking
in de eigen gereedschapmake-
uitbesteed
werk
zijn
derhalve
niet meegeteld. De
R&O
betekent
uren dat
worden
we
niet
per
weten
reparatie heeft gekost. van
een
reparatie
is
week
hoeveel
Ook het
niet
geregistreerd, uren
een
hetgeen bepaalde
begin- en eindtijdstip
altijd
exact duidelijk:
het
Bepaling van de informatiebehoeften
komt
regelmatig
voor dat
28
voor een reparatie een aantal
weken achtereen uren worden opgeschreven. Verder mer ken we op dat de geregistreerde uren niets zeggen over de doorlooptijd van een reparatie. immers
niet
continu
door
een
man
aan
een
Er hoeft
bepaald
ge-
reedschap gewerkt te worden. Het
blijkt
dat
de
uren
aanmaak van onderdelen den op het gen
de
zogenoemde
oudste,
nog
gemaakt
tengevolge
van
de
in het verleden geschreven wereerste gereedschap, dat wil
in
gebruik
zijnde,
zeg-
uitvoering
van
een bepaald ontwerp (dus niet op de repeat gereedschappen).
Hier in
is
verander ing
gekomen
door
de
invoer ing
van een zogenaamd OO-gereedschap, een speciaal codenummer waarop aIle onderdeel-kosten voor gelijke constructies verzameld worden.
Dit betekent
ech~er
weI dat men
het inzicht in de kosten per gereedschap verkleint. In tegenstelling tot de aantallen-registratie zullen we ervan uitgaan dat de urenregistratie op zich weI een betrouwbaar ge z ien
het
beeld
geeft
voorg aande,
van de
de gemaakte
vr aag
ges te ld
uren, mag
waarbij
worden
of
de registratie niet veranderd zou moeten worden. We komen hier
later op terug
als we
het
zullen
hebben
over
de vraag hoe gedetailleerd de gegevens verzameld dienen te worden voor het verkrijgen van een betrouwbaar beeld van het gedrag van een gereedschap. 5.3.3. Oorzaak buitenbedrijfsstelling, Onder oorzaak buitenbedrijfsstelling geeft de machinebediende aan waarom hij d~ productie met het gereedschap heeft onderbroken.
De oorzaken-registratie geeft
aanleiding tot de volgende opmerkingen. Bekijken we het voorbeeld breed
van
scala
volgende:
bijlage van
11
nogmaals
omschrijvingen
dan
aan.
treffen
we
Bijvoorbeeld
een de
29
Bepaling van de informatiebehoeften
- dop nr. x gekarteld. - olieleiding stuk. -
leipen gevreten.
- nippel stuk. - diverse doppen te hoog. - heeft misgestampt. - ophangbout stuk. Deze registratie leidt tot de volgende conclusies: 1.
Er
is
geen
eenduidigheid
Verschillende
in
de
omschrijvingen.
omschrijvingen duiden menigmaal op
hetzelfde verschijnsel. 2.
De registratie geeft niet de oorzaken, waarin men gei:nteresseerd
is,
maar
op de gevolgen daarvan. als
oorzaak
instellen,
slijtage
heeft meestal betrekking Bijv.
hebben,
foutieve
"nippel maar
stuk"
ook
materiaaltoevoer,
kan
verkeerd etc.
Ret
zal duidelijk zijn dat het moeilijk is, om op deze manier van oorzaakregistratie achter de werkelijke storingsoorzaken te komen.
Een en ander be-
tekent dat we deze gegevens niet kunnen gebruiken als basis voor hulp
van
een
een
systematische
9 ea utoma t i seerd
analyse met be-
gegevensver wer kend
systeem: de daarvoor te gebruiken gegevens moeten eenduidig zijn, dat wil
zeggen
zij
moeten ondub-
belzinnig weergeven wat er bedoeld wordt. 5.3.4.
~ijdstip
Aan de
--~
aanduiding_
urenregistratie
koppeld.
Er
wordt
volgorde
van
immers
reparaties,
dere
reparaties
niet
terug
aan
te vinden
een
is direct per als
week er
het weeknummer gegeregistreerd.
binnen
gereedschap
een
week
De
meer-
plaatsvinden,
is
in de registratie,-:-:,:flet weeknummer
Bepaling van de informatiebehoeften
geeft
slechts
aan
in
uren is gemaakt en beschr even
zi j n
beeindigd zijn. bepaald
welke
week
30
een
hoeveelheid
in welke week de werkzaamheden
onde r
"bev ind ingen
R&O (die
ger eed schapmaker" )
vervolgens merken we op dat het bij een
weeknummer
geregistreerde
aantal
geen
betrek-
king hoeft te hebben op de betreffende week, maar reeds weken eerder opgeschreven kan zijn ~ezelfde
ratie niet in
week beeindigd hoeft te zijn als
waarin het gereedschap ter Conclusie dienst
van
dit
alles
kunnen doen
(dit omdat een repa-
reparatie
kan
zijn
werd
dat
aangeboden).
de
weeknummers
als een grove tijdsaanduiding, doch
niet meer dan date
5.3.5. Bevindingen gereedscbapaaker , Over kern
de
gegevens
kunnen
min
worden als bij ze een
of
meer
"bev ind ingen dezelfde
gereedschapma-
opmerkingen
"oorzaak buitenbedrijfsstelling".
kolom treft men een omschrijving aan van wat gereedschap
gedaan
men ten te verhelpen. gen
onder
is
om
In deer
aan
de geconstateerde manke-
Het is opvallend dat de bevindin-
van de gereedschapmaker
heden welke men,
gemaakt
veelal duiden op werkzaam-
gezien de oorzaak van buitenbedrijfs-
stelling, niet direct zou verwachten. De gereedschapmaker stelt duidelijk zijn eigen diagnose en doet wat hem het
beste
heeft.
lijkt
De vraag
registreren zou
het
en
waar
hij
op
moment
komt nu op, wat dan het nut
van de oorzaak van
niet
dat
beter
zijn
in
tijd
voor
is van het
buitenbedrijfsstelling.
plaats
daarvan
een
betere
communicatie tussen de productie-vloer en de werkplaats te bewerkstelligen? Ook voor de gegevens onder "bevindingen gereed$chapmaker"
is
de
eenduidigheid
conclusie in
dat
taalgebruik
geautomatiseerde verwerking.
ze
vanwege
niet
een
bruikbaar
gebrek zijn
aan voor
Bepaling van de informatiebehoeften
31
5.3.6. Conclusie. Samenvattend schouwing
van
kunnen
de
we
aan
het
eind
van
huidige gegevensverzameling
ren dat slechts een gedeelte daarvan (geautomatiseerde)
verwerking.
registreerde R&D uren.
deze
be-
conclude-
bruikbaar
is voor
Dit zijn de per week ge-
De geregistreerde aantallen kun-
nen vanwege de gebleken grote afwijkingen met de werkelijkheid
niet
gebruikt
Bovendien
om~chrijvingen
niet-eenduidigheid de tenbedrijfsstelli'lg
worden.
en
zijn
vanwege
onder oorzaak bui-
bevindingen
gereedschapmaker
evenmin voor verwerking geschikt. Voor de oorzaak buitenbedrijfsstelling geldt dien dat den
in
willen,
feite
boven-
niet geregistreerd wordt wat we zou-
namelijk
de
(technische)
oorzaak
van
een
storing.
Bij het uitvoeren van het onderzoek naar de informatiebehoeften schreven
(prototyping)
wordt,
gegevensverzameling
gemaakt van de
R&D uren
per
wat
de
betreft, week.
zoj uist
aIleen
Tevens
be-
gebruik
kan door
op-
tellen nog een ander bruikbaar gegeven aan de registratie ontleend worden, te weten het aantal reparaties per week
(frequentie).
Daarbij
gebruiken we de
registratie
van afgeleverde aantallen, afkomstig van de stamperij. De
genoemde
dr ie
soor ten gegevens
in de volgende paragrafen rol
bij
het
onderzoek
zullen
naar
de toekomstige gebruikers.
de
hoeften
gegevens
te voorzien.
zien,
zoals
we
een belangrijke
informatiebehoeften
van
Belangrijk punt bij dit ge-
deelte van het onderzoek is, geregistreerde
spelen,
te bepalen
bruikbaar
zijn
in hoeverre de om
in
Oat wordt onderzocht door
die
be-
achtee-
eenvolgens verschillende combinaties van de deie soorten
gegevens
te
verwerken.
Drie
iteraties
zullen
vol-
doende blijken om het gewenste resultaat te bereiken.
Bepaling van de informatiebehoeften
32
5.4. DE EERSTE ITERATIE Met
het
onderzoek
(zie
fig.
5.2)
trachten
we
ant-
woord te krijgen op drie vragen, namelijk:
1.
Kunt u de gepresenteerde grafieken als informatie gebruiken?
2.
Zo ja, wat gaat u er dan mee doen?
3. Welke informatie mist u bij deze presentatie? Voor
het
uitvoeren
van
bepaald product met de voorbeeld gebruiken. de
4116)
gekozen,
we
een
bijbehorende gereedschappen
als
Hiervoor
waarvoor
acht gereedschappen 5806,
de
iteraties
is de zogenaamde dop (co-
op het moment van onderzoek
in gebruik
8401 en 8402).
zullen
zijn
(codenr's
5801
Twee redenen om voor dit voorbeeld
te kiezen zijn dat de dop een top-product van de perij
is
(zie
bijl.
tim
20),
en dat
van de dop de
stam-
produc-
tieaantallen per gereedschap bijgehouden zijn sinds begin
1984,
dit
in
tegenstelling
tot
andere
producten
waarvan slechts totalen over aIle gereedschappen worden geregistreerd.
Voor
meer
informatie
over
de
dop
zij
verwezen naar bijlage 9. In dit verslag zullen we ter
illustratie een gereed-
schap steeds als voorbeeld gebruiken
(5805).
uitgaande van de per week geproduceerde aantallen en de per week aan het gereedschap bestede aantal R&O uren bestaat de eerste iteratie uit het op verschillende manieren
combineren
gegevens.
Hierbij
en
verwerken
wordt
voor
van
deze
iteratie
I
twee
uitgegaan
de gegevens, die in bijlage 16 weergegeven zijn. gevens
worden verwerkt
met
soorten van
De ge-
behulp van een IBM personal
computer in combinatie met het programma Lotus 123.
33
Bepaling van de informatiebehoeften
De
combinatie
uren
in
de
van
tijd
geproduceerde
kan
op
vele
aantallen
manieren
en
bekeken
R&D
worden,
bijvoorbeeld: - per week op elkaar delen en uitzetten in de tijd. - cumuleren in de tijd en op elkaar delen. -
voortschrijdend gemiddelde van quote bepalen.
-
etcetera.
Een meer uitgebreid verslag van deze eerste iteratie is
te
beeld het
vinden (fig.
in
[10].
5.3),
waarin
voortschr ijdend
quote te zien
is
We
volstaan
hier
voor
vijfde
het
gemiddelde
(R&D quote
van
is het
de
bepaald
laatste
door
het
13 weken
te
cumulatief delen door
een
voor-
gereedschap
zogenaamde
R&D
aantal R&D uren ge-
deeld door het geproduceerde aantal). te
met
Steeds is de quo-
aantal
uren
over
de
het cumulatief geprodu-
ceerde aantal over de laatste 13 weken.
Als resultaat van de eerste iteratie komt naar voren dat
de
diverse
betrokkenen
(grotendeels
vertegenwoor-
digd in het begeleidingsteam) weliswaar zeggen informatie aan de gepresenteerde grafieken te kunnen ontlenen, maar men weet niet goed wat ermee te doen, ontbreken
van
een
stuk
toekomstige gebruikers paratiefrequentie uren.
Dit
iteratie.
is
dan
in ook
informatie.
Het
vanwege het
blijkt
inzicht willen hebben combinatie het
met
uitgangspunt
de
dat
in de
bestede
voor
de
de reR&O
tweede
Bepaling van de informatiebehoeften
34
GEREEDSCHAP 5805 OVIRZICHT 19M 1.2 1.1 1; iii
A
1 0.9
I'
D:
0.8
1\
1;
0.7
i-o
U
::J
Q
0
/ V\ \ I \ I I L
llo
~
~
0.8
D: 1&1
llo
O.~
1; Iil
0."
D: :J
j
0.3
0
~
D:
0.2
~
-"'..
0.1 0 4-01
~
'"
J"\ / \/ v
I
I
I
I
I
I
1
I
I
I
40~
409
,'13
+17
+21
+25
+28
~3
~7
....1
WlBDUY:Y:BR
Fig u u r 5. 3. Verloop van de R&O quote.
I
++5
U9
35
Bepaling van de informatiebehoeften
5.5. DE TWEEDB ITERATIB Bij
de
tweede
iteratie
leggen
we
de
relatie
tussen
de storingsfrequentie en de R&O uren.
Een schatting van
deze
door
het
frequentie aantal
wordt
kan
verkregen
worden
reparatie-registraties
een groot
(bijl.
is
in [11]).
Een van de grafieken
is
de
deeld
per
week
11).
van
Wederom
aantal verschillende grafieken gemaakt
(waarvan verslag gedaan
waar in
telling
de
uren
onderstaande
over
de
laatste
(fig. 13
5.4)
weken
I
ge-
zijn door d! gererealiseerde storingfrequentie.
GEREEDSCHAP 5805 OVBRZICBT 191' Ui 14A
13
...r4~
12
~
11
r4
l1;
9
l1;
8
r4 At
7
Z
10
r4
6
:J
!5
0
4-
~
/
l1;
oW
l1;
/
/
f\ / '\ / \
Y1
I
'\
~
/
r-I
~.
V
- --J
3 2 1 0
I
401
405
409
4-13
4-17
4-21
4-2!5
4-29
WBSDUWWIR
Figuur 5.4. Verloop van de R&O duur.
433
437
441
~
U9
Bepaling van de informatiebehoeften
Evenals de
bij
de
vorige
gepresenteerde
immers
de
tatie
van
informat ie
relatie
zichtbaar.
iteratie
met
de
niet
36
komt
naar
volled ig
geproduceerde
voren is:
dat
nu
aantallen
is
niet
Er blijkt aldus een behoefte aan een preseninformatie
waarbij
zowel
aantallen,
als
en storingsfrequentie tegelijk inzichtelijk zijn. een of andere manier willen we een totaal "prestatie"
van
het
gereedschap.
Dat
uren Op de
inzicht in de
betekent
dat
de
informatie het verband moet laten zien tussen de geproduceerde aantallen in relatie tot het aantal storingen, en de R&O uren in relatie tot het aantal storingen. De derde schreven
iteratie, die
wordt,
gangsgegevens over
een
in
totaal
is
in de volgende
daarom
een
een
grafiek
poging
te
om
paragraaf bede
verwerken,
drie om
uit-
daarmee
beeld van de prestatie van een gereed-
schap te kunnen beschikken.
37
Bepaling van de informatiebehoeften
5.6. DB DERDB ITBRATIE:
De
relatie
tussen
INTRODUCTIE PRBSTATIEGRAPIBK
de
drie
basisgegevens
zouden
we
ala voIgt schematiesch kunnen weergeven:
frequentie
gem.
geprod.
R&D duur
aantal'-----------~R&O uren
R&O quote
Figuur 5.5. Relatie tussen gegevens.
We zien dat we twee zijden van de driehoek bij de vorige
iteraties
bekeken
als twee zijden van de derde
eenduidig
hebben.
Verder
merken
bovenstaande driehoek is vastgelegd.
Hier
we
op
bekend
dat, zijn,
kunnen we op de
volgende manier gebruik van maken. De
enige
relatie van,
zijde die we
tussen
nog
frequentie
en
zijnde het gemiddeld
stor ingen lengte
(reparaties),
noemen.
=
runlengte quote
=
a,
x,
Laten de
zullen nu
a
de
van
en
wordt.
Deze
normlijn.
Door
y-coordinaat
te
een
normlijn
gereedschap weergegeven
quotient
we
de
hier-
gemiddelde
dat
=
R&D duur
twee run-
de
gemiddelde
y,
en
relatie y
voorgecalculeerde
=
de a
R&D
*
x.
R&D quote
waarop noch winst, noch verlijn
van
kan
een
een
worden
punt in
aldus gezien
bepaald
berekenen,
als
is de
producten tussen
dan bestaat wiskundig de
lies gemaakt
x-
Het
stellen
gemiddelde
in, dan ontstaat een lijn,
een
bekeken hebben
uren.
aantal
we
Vullen we hierin voor
als
niet
een
worden
gereedschap de
kan
nu
de
ten
opzichte
grafiek.
prestatie
In
van
de
figuur
Bepaling van de informatiebehoeften
5.6 is dit gedaan voor
duct
dOPi
38
een achttal gereedschappen
gereedschapnummers
5801
tim
verwijzen
en
5806
(pro-
8401
en
8402) •
Voor
een
nadere
Door
het
berekenen
over
een
vast
figuur
5.7
toelichting van
aantal
het
een
naar
voortschrijdend
producten
verloop
we
van
kan
de
nu
[12].
gemiddelde
ook
prestatie
zoals
in
in
de
tijd
he t
ve r -
weergegeven worden. Om d a t
de z e
pre sen tat i e v 0 r m n i e t
loop in de tijd
laat
zien,
d u ide 1 i j k
onstaat de wens
een grafiek
te maken, waarin dit weI duidelijk tot uiting komt. leidt van
tot
de
zijn
een
grafiek,
waarin
achtereenvolgende
uitgezet,
de
x-
en
waarnemingen
verbonden
door
een
Dit
y-coordinaten
op
een
lijn
tijdsas
(fig.
5.8).
Voorts wordt in deze grafiek een lijn uitgezet, die het teveel
of
tekort
aan
R&O
dekking
(in
uren)
laat
zien
(a*x minus y). In
het
vervolg
zullen
we
de
eerste
presentatievorm
prestatiegrafiek 2 noemen, de tweede duiden we voortaan aan met prestatiegrafiek Bij
presentatie
trokkenen nu,
van
1. deze
grafiek
dat
de
be-
in tegenstelling tot de vorige iteraties,
vinden dat de informatie volledig baar voor gebruik. uitgebreid
blijkt
laten
is,
en daarmee bruik-
In het volgende hoofdstuk
zien
zullen we
wat de gebruikers met de presta-
tiegrafiek kunnen doen. De
presentatie geeft
snel
een
prestatie van een gereedschap en steuning langere trekking
van
beslissingen
termijn
kan
deze
rond
globaal
kan dienen een
wer kwij ze
tot de
prestaties
van
ties opleveren,
kunnen die
kentallen
middel bij
de planning
gebruikt worden, etc.
van
beeld
van
ter
onder-
gereedschap. kent allen
de
met
Op be-
verschillende constructevens
als
hulp-
R&O- en productiecapaciteit
Bepaling van de informatiebehoeften
Daar de resultaten van deze mogelijkheden lijken
te
39
iteratie goede gebruiks-
bieden
is deze
presentatie Van
informatie gekozen als uitgangspunt voor een proefopzet van een informatiesysteem in de practijk.
PRESTATIEGRAFIEK VBRGBUJK:ING GBRBEDSCBAPPIN 30
28
--.
28
"
/'
2.
a:
22
Q
20
~ ~
. ..9 .. .:II .. 0
18
III
18
Q Q
C
x
)(
./
l'12 10
/
8
8 /'
4-
2 0
V
V
./
V
./
/
V
/'
/'
./ ./
./ x x
./
'"
./
o
eo
20
GBKIDDBLD! RUNLBNGTB
Figuur 5.6. Vergelijking van de gereedschappen.
Bepaling van de informatiebehoeften
40
PRESTATIEGRAFIEK 2 7'l1l1 _
llI05 DO.
-~
30
II 2lt ~
U
• ao 1. .. • ~ ~
1/
0
1.
.9 ..i Q Q
0
l'
/
/
/'"
10
• •, 0
V
/
7"
12
2
/
/
12
Q
M
V
./
.....t--....
~V
---- ---
\....-
'"'"
/ ./ o
.....v --......::-
ao
Figuur 5.7. Prestatiegrafiek 2 van gereedschap 5805. PRESTATIEGRAFIEK 1 7'l1l1 1II. lIIO!l DO. 10
30
20
10
o
-1'
•
o RUlII.non
400
100
+
1111
1_
_
CUM. .AAII'rAL PaoDocrn (1WIl RIoO DOUR . 0 DIImRlftUCIIIL
Figuur 5.8. Prestatiegrafiek 1 van gereedschap 5805.
....
41
HOOPDS'I'UIt 6 'I'OBPASSINGBM VAM DB PRBSTATIBGRAPIEIt
6.1.
IMLBIDING
In
dit
hoofdstuk
zal
nader
ingegaan
worden
op
de
vraag waarvoor de prestatiegrafiek en de resultaten van onderliggende worden. voIgt
Om
een
berekeningen
hierop
een
(kentallen)
antwoord
onderscheid
met
te
gebruikt
geven
betrekking
kunnen
maken
tot
het
we
als
gebruik
van via gereedschapbeheer verkregen informatie:
1.
Informatie,
die
vrij
snel
(dat wil zeggen op Korte teweegbrengt).
actie
tot gevolg heeft
termijn
een verandering
Informatie
en
betrekking op het gebruik van
actie
hebben
hier
een gereedschap op
een bepaald moment.
2•
In for mat ie, van
die
9 e b r ui kt
(structurele)
hebben
wo r d t
v0
0
r
he t
t r e k ken
lessen op langere termijn. Hier
informatie
en
actie
betrekking op de con-
structie en het gebruik van gereedschappen
in de
toekomst.
In deze van
de
volgende
indeling de
onder
andere
prestatiegrafiek
het deel van wordt
paragrafen
uitmaakt
en
de het
mogelijke
toepassingen
informatiesysteem
besproken worden,
ingegaan op de vragen,
lering zijn toegevoegd
zullen gebruik makend van
waarbij
waar
tevens
die aan de opdrachtformu-
(hoofdstuk 2).
Toepassingen van de prestatiegrafiek
42
6.2. DB TBRUGKOPPBLIRG OP KORTB TERMIJR In deze van
de
paragraaf
zullen
prestatiegrafiek
we
als
ingaan
op
hulpmiddel
het
bij
gebruik
het
nemen
van beslissingen omtrent een gereedschap op korte
ter-
mijn.
Daartoe zal eerst ingegaan worden op de verschil-
lende
soorten
beslissingen
die
genomen
kunnen
worden
als op een bepaald moment de toestand en het gedrag van een gereedschap bekeken worden. voorbeeld ook
We denken
hierbij
bij-
aan de qualiteit van de afgeleverde pro-
ducten.
In principe
kan
in eerste
instantie onderscheid ge-
maakt worden tussen twee mogelijkheden. lijkheid
is
geen
het gereedschap.
actie Dit
te
ondernemen
ten
aanzien
van
betekent dat het gereedschap vol-
doet aan de gestelde normen: veelheid
De eerste moge-
producten met
het levert de
juiste hoe-
een goede qualiteit.
Kortom het
gereedschap is productiegereed. De
tweede
mogelijkheid
is
dat
geconstateerd
wordt,
dat het gereedschap niet langer volledig aan de gestelde
eisen
voldoet.
Deze
constatering
kan
in
beginsel
leiden tot een van de volgende vier mogelijkheden:
1. Niets doen. De ze
besl iss ing
reed schap ondan ks produceren mijn
kan een
genomen bepaa Id
producten
moet
afleveren
afmaken) •
Met
andere
van
dien
dat
de
aard
meer
echter
weI
de feet
als
men
verder
he t
ge-
willa ten
(bijvoorbeeld omdat men binnen bepaalde ter-
wil niet
worden
vervuld
kan
bepaalde
werkzaamheden
een
of
woorden,
omdat het
men
defect in
productie-functie word en.
risico's: veel
Verder mogelijk
grotere
order
een is
het
geheel
produceren krijgen
omvang.
niet
houdt de
R&O
Meestal
zal
daarom de volgende mogelijkheid gekozen worden.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
43
2. Reparatie en onderhoud. R&D activiteiten zijn in het algemeen gericht op het opnieuw
in
optimale
reedschap opdat kan vervullen. den,
staat
het
van
een
zijn productiefunctie
bepaald naar
ge-
behoren
oit houdt in dat defecten verholpen wor-
bijvoorbeeld door
derdelen.Oe
brengen
het
beslissing
vervangen
met
van versleten on-
betrekking
tot
de
vraag,
welke R&D activiteiten op een bepaald moment uitgevoerd moeten
word en
factoren
als
en
hoe
u i tg ebre id,
productiedruk
gerepareerd
worden
productie),
de
op
want een
machine capaciteit
(het
het
bepaald
is
word t
ingeg even
gereedschap dringend
moment
door
moet
nodig
snel in
beschikbare
in de gereedschapmakerij
de
man/
en de
aard
van het defect. Naarmate voerd
men
worden
preventief vervangen
meer
tijd
heeft
kan
meer
aandacht
en
onderhoud van is
kans groter
dat
wordt
er
e.d.). sneller
R&O
beter
besteed
(schoonmaken
onderdelen
beschikbaar
kan
worden
gereedschap, Naarmate
het gereedschap na een vrij
waarneembare gevolgen
van
een
R&D.
storing
en
aan
tijdig
minder
gerepareerd
ductieperiode opnieuw terugkomt voor
uitge-
tijd is
de
korte pro-
Oe
uiterlijk
zullen
in eerste
instantie vaak de te nemen actie en de duur daarvan bepalen. Als de mogelijkheid tot het plegen van R&O geen uitkomst meer biedt, moet wellicht gekozen worden voor het volgende.
3. Revisie. Dp schap dels
een in de
bepaald een
moment
dermate
normale
R&D
(bedrijfszekerheid) gebracht kan worden.
kan
slechte
het
staat
activiteiten
niet meer
zijn dat
een gereed-
ver keert, het
op een
dat mid-
productiegedrag
accept abel niveau
Toepassingen van de prestatiegrafiek
De
activiteiten
schap van die te
brengen
voor
die
20
op gericht
zijn om een gereed-
toestand min of meer
zullen
een revisie
veelal
er
tot
we
revisie
is vaak de
30%
van
de
44
in
staat
[18].
noemen
van
nieuw
Kenmerkend
hoogte
van de
kosten,
die
initHHe
kosten
van
het
ge-
overwegen
van
een
reedschap bedragen. Een
aantal
factoren
revisie een rol spelen,
kan
bij
het
zoals:
- kan het gereedschap nog gereviseerd worden? - hoeveel producten moeten er eigenlijk nog geproduceerd worden met het gereedschap? -
zijn
er
nog
andere
gereedschappen,
waarmee
die
productie gemaakt kan worden? - wat zijn de kosten van een eventuele revisie?
Voorts
kunnen
bijvoorbeeld
de
volgende
redenen
min
of
meer dwingen tot een revisie:
- een wijziging
in
het
product
(materiaal
en
tole-
ranties) • - het gereedschap moet
aangepast
worden
aan een
an-
dere pers. - de materiaalkeuze voor het gereedschap blijkt verkeerd geweest te zijn. Al dan niet na overleg met de afnemer van de producten
wo r d t
dat
het
be s lot en
wellicht
0
fee n
rev i s i e
verstandiger
is
no od z a k eli j k
over
te gaan
is
0
f
tot het
aanmaken van een nieuw gereedschap.
4. Repeat/nieuw gereedschap. In bepaalde gevallen kan besloten worden tot het bestellen
van
een
nieuw
gereedschap
ter
vervang ing
van
Toepassingen van de prestatiegrafiek
het oude.
Het betreft
hier
een
45
repeat gereedschap
uitvoering een copie van het vorige gereedschap) nieuw gereedschap
(gewijzigde constructie
(qua
of een
ten opzichte
van het vorige). Belangrijke factoren bij de beslissing om een nieuw gereedschap aan te maken zijn:
- welke aantallen afgenomen - wat
worden door
de
klant gegarandeerd
(garantie-aantal)?
zijn
de
Kosten
voor
repeat/nieuwbouw
(vaak
kiest men voor repeat/nieuwbouw als de revisiekosbed~agen
ten meer
dan ± 60% van de
initiele kosten
van een nieuw gereedschap)? -
De
levertijd van
een
nieuw gereedschap
(i.v.m. de
af te leveren hoeveelheid producten).
Het ook
aanmaken
ingegeven
van
een
worden
gereedschap
door
het
feit
kan dat
bijvoorbeeld de
klant
meer
producten vraagt dan men met de bestaande gereedschappen
aankan,
of
uit
het
(een reserve-gereedschap)
oogpunt
van
bedrijfszekerheid
mits het garantie-aantal vol-
doende groot is. De beschreven beslissingsmogelijkheden zijn schematisch samengevat in onderstaande figuur. niets doen defect R&O
revisie geen defect nieuwbouw/repeat
Figuur 6.1. Beslissingsmogelijkheden.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
Nu
we
nomen
een
k unnen
kunnen
we
daarbij
inzicht hebben word en
ingaan
kan
steuning).
ten
op
dienen
Dit
de
aan z i en vraag
als
wordt
in de
46
beslissingen die gevan
hoe
een
de
hulpmiddel
vervolgens
9 er eed schap,
prestatiegrafiek
(beslissingsonder-
toegelicht
aan de
hand
van een concreet voorbeeld.
De
essentie
van
de
prestatiegrafiek
beeld gepresenteerd wordt van het gedrag
is,
het
op
een
bepaald
moment
(gemiddelde
runlengte
en
tieduur).
Hieruit
het
kental,
bepaald zien
worden.
als
en
verloop
zijn
tijd
(R&D quote). dr ie
de
repara'-
in
feite
te
namelijk
(gemiddelde
Dit
kentallen
twee
R&D quote,
beheersaspecten,
runlengte),
de
van
gemiddelde
kentallen
van drie
kosten van
derde
drie
(gemiddelde
paratieduur) het
Deze
afgeleiden
qualiteit
we
kan
Dit gebeurt
berekenen
kentallen
een
(de prestatie)
van een gereedschap in de loop van de tijd. middels
dat
re-
impliceert dat
kunnen
gebruiken
als hulpmiddel bij de beheersing van het gedrag van een gereedschap. Met beheersing bedoelen we dan in dit verband het
het
nemen
optimaal
van
beslissingen
beYnvloeden
van
de
en
acties
prestatie
gericht van
een
op ge-
reedschap. We zagen reeds dat we voor een compleet beeld van de prestatie de drie kentallen in hun onderlinge samenhang moeten
bekijken.
tussen
de
twee
Dmdat
kentallen
kentallen
(gem.
is
er
een
het
lineair
voldoende
runlengte
en
verband het
gem.
bestaat
verloop
van
reparatieduur)
in een grafiek te presenteren, gecombineerd met een berekend dekkingsverschil op R&D. Deze presentatie stelt ons de
prestatie
qend
is.
van
in staat te signaleren of
een gereedschap
oit gebeurt
al
dan
niet
in de eerste plaats door
naar de gemiddelde runlengte.
Deze geeft
bevredite kijken
immers
infor-
Toepassingen van de prestatiegrafiek
matie
over
de
reedschap. de
We
runlengte
ties
qualiteit
zoals
kunnen
van
de
productie
stellen dat
hoger
ligt
(onder
stampsnelhe id,
47
met
het
naarmate de gemiddelgelijkblijvende
ma ter iaal,
tierendement en de opbrengsten
ge-
etc.)
condi-
het
prod uc-
(kostendekking)
ook ho-
ger zullen zijn. Daar we niet aIleen naar de opbrengst moeten kijken, maar als
ook
naar
de
kosten
tweede criterium
nemen
we
het
dekkingsverschil
(dit dekkingsverschil
is
afhanke-
lijk van de voorgecalcalculeerde R&O quote en het
uur-
tar ief van de gereedschapmaker ij).
Om nu· de gemiddeide
runiengte
te
en
het
dekkingsverschil
kunnen
gebruiken
als stuursignalen,
zullen we over een vergelijkingsnorm
moeten beschikken.
Voor
norm vast:
het dekkingsverschil
ligt deze
als het dekkingsverschil nul bedraagt, wordt
precies
voldaan
Wa t
betr e ft
minimumgrens
aan de
de
voorgecalculeerde
gem idde Ide
r unleng te
kunnen vaststellen.
onderv indel ij k
(empir isch)
R&O
zouden
Deze grens
vastgesteld
en zal per gereedschap verschillen,
quote. we
een
zal proef-
moeten
worden,
dit vanwege varia-
ties qua gereedschapconstructie, product en proces. Omdat een gereedschap veelal niet geleidelijk om nog
een
slechter
gaat
tweede grens
paald
gereedschap
te
geven.
het
Deze
zinnig
zullen
op
mIn.
slagen,
(in het vervolg actiegrens)
voorbeeld op 2/3 van 1 mIn. is arbitrair en
lijkt
zal
we
Stellen we deze voor een be-
bijvoorbeeld
zouden we het minimum
beide
presteren,
aan
waarschuwingsgrens noemen.
ineens, maar vaak
kunnen leggen.
dan bij-
De keuze van
in de loop van de tijd zoda-
nig vastgesteld moeten worden, dat aIleen op de momenten
dat
het
echt
slecht (er)
gaat
met
een
gereedschap
wordt gereageerd. Voor maal,
het ene gereedschap is
terwiji dat
voor
1 mIn.
hetandere
siagen heel nor-
onhaalbaar
is,
bij-
48
Toepassingen van de prestatiegrafiek
voorbeeld
omdat
een
bepaald
onderdeel
een veel
kortere
standtijd heeft. Met
het
aangeven
van de diverse grenzen
tatiegrafiek volledig voor leringsfunctie.
Op
grond
is de pres-
het vervullen van de van
deze
signalering
signakan
het
beslissingsproces zoals in de eerste paragrafen van dit hoofdstuk beschreven
We
zullen
in
de
is, geYnitieerd worden.
volgende
paragraaf
het
gebruik
van
de prestatiegrafiek toelichten aan de hand van een concreet voorbeeld.
/
49
Toepassingen van de prestatiegrafiek
6.2.1. Voorbeeld toepassing In
deze
uit de
paragraaf
practijk
bekijken.
overzicht van de grafiek zijn
voor
zullen
we
concreet
voorbeeld
We geven daarvoor
eerst een
situaties die
kunnen
aangegeven
in
dE" grensgevallen,
doen.
gemiddelde runlengte, d
zich
De
figuur
6.2
waarbij
een
het
een
diverse (met
r=w/r=a,
is
in
prestatie-
mogelijkheden
verwaarlozing en/of d=O:
r
van
is de
dekkingsverschil,
a
is
actiegrens, w is waarschuwingsgrens).
d
2
d
3
d
6
d>O
r
r>w
w
a
Figuur 6.2. Indeling prestatiegebieden.
In het vervolg van deze paragraaf zullen we spreken van een toestand, prestatie
zich
zijnde het prestatiegebied waarin de
bevindt,
en
een
overgang,
zijnde
de
verplaatsing van de prestatie van
een gebied
naar
ander
we
volgende
gebied.
Deze
voorbeeld gebruiken.
termen
zullen
bij
het
een
Toepassingen van de prestatiegrafiek
Nemen we de grafiek uit fig. zien
we
gangen
de
prestatie
van
en
naar
van
het
vier
maken gedurende 1984
van
50
6.3 als voorbeeld dan
gereedschap de
zes
(1,4,5 en 6).
vijf
over-
prestatiegebieden
De volgorde is ach-
tereenvolgens geweest:
A. prestatiegebied 6
B. Prestatiegebied 5
c.
prestatiegebied 4
D. prestatiegebied 5 E. prestatiegebied 4 P. Prestatiegebied A.
We zien dat de grafiek hier een keer de waarschu-
wingsgrens
raakt,
waarna de
prestatie weer boven deze
grens komt te liggen. We krijgen een waarschuwingssignaal, maar
uit het verdere verloop blijkt dat er niets
ernstigs aan de hand is.
B.
Een
aantal
signaal,
maar
wordt.
We
blijkt
dat
echter
niet
weken
deze
wachten de
later
keer
de
krijgen
omdat
de
volgende
gemiddelde
Dit
opnieuw
actiegrens
waarnemingen
runlengte
overtuigend.
we
is
weer
reden
om
geraakt
af
wat
een
en
dan
oploopt,
het
verdere
verloop nauwlettend te blijven volgen.
c.
Enkele
blijkt
dat
weken de
nadat
de
gemiddelde
actiegrens runlengte
een bedenkelijk laag niveau Dit
is
het
aan
de
orde
zinking
is.
signaal te In
van
de
in
stellen eerste
machinebediende indicatie
om
actie
te
de
wordt zou
komen
oor zaak
instantie
oorzaak
terecht
werd,
komt
op
(onder de actiegrens).
wat
gevraagd
benaderd
en van
betekent
of
hij
kunnen
immers met het gereedschap gewerkt).
de
vraag
deze
in
dat
de
dit
misschien
geven
(hij
een
heeft
Toepassingen van de prestatiegrafiek
51
Soms zal de oorzaak van de verslechtering duidelijk zijn, maar vaak is dit niet het geval
(oorzaken kunnen
gezocht worden bij de machinebediende, de machine, het gereedschap,
het materiaal,
etc.).
Verder
kan ook
de gereedschapmaker een oordeel gevraagd worden. dit niet tot een oplossing,
dan
zouden de
aan
Leidt
betrokkenen
van IE en KB, gereedschapmakerij en productie zich met elkaar over het gereedschap kunnen beraden. Ret
blijkt
dat
in
de
periode,
waarin
voorbeeld gebruikte gereedschap een laat
zien,
bij
voor
hetzelfde
waarneembaar
andere
is.
(dop
Cit geeft
4116)
moet
worden,
maar
gemeenschappelijke rend
stellen
liggen,
we
omdat er
in
het
oorzaak
aan de
op
misschien
gebruikte materiaal. f ieken
niet
Bij
Wellicht
inderdaad
aal
te
zijn
Verder
aan
of
man
tot
een
aanzienlijke
met
cit
een
redene-
machine
wordt
moet
er
de
kan ge-
betekent
worden
bij
het
toetsing achteraf van de grabl ij ken
problemen met
geweest,
is
vinden.
gezocht
daling
tot de gedachte
acht machines.
wer kel ij khe id
periode
prestatie
eenzelfde
ploegen gewerkt
reedschappen wisselend dat de
te
dit
het gereedschap ge-
elders.
oorzaak
dat
bij
in
gereedschappen
aanleiding
dat de oorzaak misschien niet zocht
slechte
vergelijkbare
product
het
hetgeen daling
er
in
de
bewuste
het gebruikte materiklaarblijkelijk
leidde
van de prestatie bij
aIle
gereedschappen [13]. C.
Nadat op een gegeven moment de materiaalproblemen
zijn opgelost
zien
we
de gemiddelde runlengte
uitgebreide
R&O
wingsgrens.
cit blijkt echter van korte duur.
E.
Enkele
gang
naar
beurt)
weken
het
later
weer
stijgen
reeds
actiegebied.
zien
Ceze
tot
we
keer
de
weer ligt
(na een
waarschu-
een de
over-
oorzaak
Toepassingen van de prestatiegrafiek
bijna
zeker
niet
reedschappen
is
bij
52
het materiaal.
namelijk
Bij
hetzelfde
de
andere ge-
verschijnsel
niet
waar
te nemen
F.
Vervolgens blijkt dat de prestatie verder daalt.
Ret
[13J.
dekkingsverschil
geen
betekent
wordt.
Bekend
daalt
dat
er
te
is
dat
zelfs
weinig
bepaalde
tot
onder
R&O dekking delen
van
nul,
het-
ontvangen
het
gereed-
schap in slechte toestand verkeren.
Samen met het sig-
naal
vanuit
dit
zich
te beraden over de
te
voeren
de
prestatiegrafiek
actie:
revisie moeten
dit
zijn
is
het
te nemen beslissing
zou
in
dit
(zie par.
geval
moment
om
en de
uit
misschien
een
6.2).
PRESTATIEGRAFIEK 2 7422 589 5805 DOP
30
I
28
28
• ~ ~
Q
. • 0
DII
22
I
./
18 18
/'
14,
...
10
C
,
ao
12
:.DII
/'
U
9DII Q Q
I
/'
/'
~.
r---
/'~
}..~
8 ./
4,
0
V
/'
/'
8
2
V
,/
V
/
,/
/
/
I I
./ o
I~ ::....
~
--
V
I
80
20
GBMIDDBLDB RUNLBlIIGTI
Figuur 6.3. Prestatiegrafiek van gereedschap 5805.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
We concluderen het
volgende met
53
betrekking
tot het
gebruik van de prestatiegrafiek:
1. De prestatie van een gereedschap kan vrij rig 2. Met
nauwkeu-
in de tijd gevolgd worden. behulp
r ij ke
van
de
prestatiegrafiek op
fluctuaties
kor te
kunnen
belang-
gesignaleerd
termijn
worden. 3.
De prestatiegrafiek kan dienen als een gemeenschappelijk uitganCJspunt bij overleg tussen de betrokken partijen.
4. Vergelijkingen van gereedschappen onderling is eenvoudig mogelijk en gezien het behandelde voorbeeld zeer aan te bevelen. 5.
De prestatiegrafiek
kan
het
begin zijn van een te-
rugkoppeling vanuit het gebruik
van gereedschappen
naar het ontwerp van nieuwe gereedschappen
(en pro-
ducten). Bij het besproken voorbeeld kan de les getrokken worden dat een bepaald materiaal in de toekomst
niet
meer
gebuikt
mag
worden.
Aldus gaat
er
preventieve werking van de prestatiegrafiek uit. 6. Door kan
adequaat de
duur
op van
de een
prestatiegrafiek slechte
periode
te
reageren
aanzienlijk
verkort worden, doordat eerder naar de storingsoorzaak gezocht kan worden. Oak dat is preventie.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
54
6.3. DE TERUGKOPPELIRG OP LARGE TERMIJR In
deze
termijn
paragraaf
bekeken
zal
worden.
drachtformulering die
de
terugkoppeling
Gezien
als
de
is,
lange
oorspronkelijke
uitgangspunt
deeronderzoek geformuleerd
op
voor
belanden
we
op-
het afstuhier op een
belangrijk punt, namelijk de uiteindelijke doelstelling van het instituut gereedschapbeheer binnen PMF. Men wil immers
uit het gebruik
(inci.
R&O)
van de
huidige ge-
reedschappen lessen trekken voor de toekomst. Met andere woorden: de wens leeft om keuzes die in het ontwerptraject
van
een
nieuw
gereedschap
aanzien van de constructie op ondersteunen met ervaringen hiervan
is
te
komen
tot
gemaakt
een of
uit
het
betere
direct aan de
initiele kosten
ook de
gereedschappen die
een
grote
een
laten zien.
invloed
kunnen
we
(aanschaf en de benodigde en de R&O kosten. We mogen
stilstandtijden
volge van gereedschapstoring
te
Ret doel
kosten van een gereedschap den ken
voorraad reserve-onderdelen) echter
ten
andere manier
verleden.
gunstiger kosten/opbrengst verhouding Wat betreft de
worden
in
niet
hebben
van mens- en machinecapaciteit
de
productie
vergeten, op de
(bijl.
ten
ge·-
omdat deze
benuttingsgraad
7).
Met betrekking tot de prestatiegrafiek, merken we op dat de gemiddelde standfrequentie reedschap. per
runlengte
ten
gevolge
Is de gemiddelde
tijdspanne
relatief
bepalend van
een lage gemiddelde runlengte. steld
worden
dat
een
voor
reparatie
runlengte
minder
is
hoog,
stilstanden In
het
aan
stil-
het
dan
ge-
treden
op dan
algemeen
hogere gemiddelde
de
bij
kan ge-
runlengte
gun-
stig is onder voorwaarde van voldoende productqualiteit en niet meer dan evenredig toenemende R&O kosten. Ret al dan niet evenredig zijn van deze kosten komt, zoals we
zagen,
tot
uiting
in de gemiddelde reparatie-
55
Toepassingen van de prestatiegrafiek
duur
(het aantal uren R&O per
nen met behulp van het
run
is direct om te reke-
uurtarief van de gereedschapma-
kerij) • Beide kental,
kentallen te
weten
samen
de
zijn
bepalend
gerealiseerde
voor
het
R&O quote,
die
derde laat
zien hoe we ten opzichte van de voorgecalculeerde waarde zitten. Het zal inmiddels duidelijk zijn dat de drie kentallen,
wa arove r
st eed s
9 espro ken
word t,
een
be 1 ang r i j ke
rol kunnen spelen als basis voor een analyse van de gereedschap termijn.
prestaties
en
een
terugkoppeling
op
langere
In de volgende paragrafen gaan we hier uitvoe-
rig op in.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
56
6.3.1. Analyse van prestaties Van elk gereedschap kunnen op elk moment tot aan het einde
van
worden.
zijn
levensduur
De gedachte
is
de
nu dat
drie de
kentallen
kentallen
bepaald
(gemiddel-
den), die aan het eind van de levensduur met behulp van de
gegevens
worden,
een
over
de
gehele
levensduur
vrij
betrouwbaar
beeld
bepaald
geven
van
kunnen wat
het
gereedschap gepresteerd heeft. Daarmee wordt dan
in feite een uitspraak gedaan over
de qualiteit van de constructie van het betreffende gereedschap en de
keuzes die
bij het ontwerp daarvan.
in het verleden gedaan
De vraag
is
nu
welke
zijn
factoren
bepalend zijn voor de prestatie van een gereedschap. principe
categorie~n
kunnen we vier
onderscheiden,
In na-
melijk:
1. Gereedschapkenmerken. 2. Productkenmerken. 3. Proceskenmerken. 4.
Overige kenmerken.
Ad 1-
Hierbij
zijn
tal
van
kenmerken
te
noemen.
Tijdens
gesprekken blijkt steeds weer dat men de voudigheid van het gereedschap als
een
belangrijke
schouwt, hoewel een bewijs hiervoor kan
worden.
een
steeds
voeligheid, maar
Duidelijk grotere
is
dat
men
voudigheid
kan
bedrijfszekerhiid,
invloedsfactor (nog)
niet
optimale voudigheid Ook
(i.v.m.
naar
storingsge-
reparatieduur, ligt
en
etc.), wat
de
is.
het materiaal
(stempelstaal,
niet geleverd onbeperkt
het probleem blijft waar de grens
be-
gehard
waaruit de staal,
stempel
etc.)
en
de
gemaakt soort
wordt bewer-
57
Toepassingen van de prestatiegrafiek
king ken
(snijden,
trekken,
buigen
interessante factoren.
geleiding,
veren,
of
een combinatie)
voorts
kunnen
lij-
we denken
aan
insteltoleranties en dergelijke.
Ret
zal weinig moeite kosten dit met een groot aantal andere factoren aan te vullen. Ad 2. Naast
de
kenmerken
van
het gereedschap zelf
het product een belangrijke tatie. vorm
Hierbij
van
moet
het en
kunnen
naar
we
bijvoorbeeld
product
materiaal
invloed
(vlak,
hebben op de
gedacht
getrokken,
~coducttoleranties.
de
believen
zal ook
uitbreiden
pres-
worden aan de gebogen),
het
Ook deze
kenmerken
en
detaille-
nader
reno Ad 3. ltiermee trekking wijze
doelen
hebben
waarop
snelheid heid),
op
het
(aantal
soort
we
op
kenmerken
het
gereedschap,
gebruikt slagen
machine
die
wordt.
van
de
(tonnage)
niet doch
We
meer
noemen
machine en
direct
de
per
smering
op
bede
stamp-
tijdseen-
van
het
ge-
reedschap. Ad 4. Hieronder
vangen
we
kenmerken
als wie heeft het ge-
reedschap geleverd, wat waren de initiele kosten, etc.
Na het noemen van al deze sant welke
zijn
als
we een
factoren
factoren
uitspraak
veelal
zou het
zouden
interes-
kunnen doen over
doorslaggevend
zijn.
We
zoeken
met andere woorden naar bepaalde wetmatigheden. Wat het nut vanae drie kentallen hierbij Welnu, de
door
prestatie
leggen, bepaalde stellen
van
elk
relevant
ontstaat
een
verzameling
sorteercriteria van
zijn?
gereedschap de
veronderstelde
ten
die
waaruit
aan
aanzien
kenmerken
deelverzamelingen
gereedschappen
kan
de
men
vast
van te
middels
kan
gestelde
samenvoor-
Toepassingen van de prestatiegrafiek
waarde(n)
voldoen.
schappen met
een
kunnen
We
zouden
verdelen
voudigheid
bijvoorbeeld
over
kleiner
58
twee
dan
15
de
groepen: en
de
gereed-
een
groep
andere
groep
met een voudigheid groter dan of gelijk aan 15. Met behulp van
statistische methoden
kan
vervolgens getoetst
worden of er significante verschillen zijn tussen beide groepen
wat
hiermee
betreft
kunnen
de
prestatiekentallen.
Let
uiteraard geen causale verbanden
weI,
aange-
toond worden. Mits we echter verzamelingen
uitgaan
van
niet
al
te
kleine deel-
(aantal sorteercriteria beperkenl)
kunnen
we met een redelijke mate van zekerheid aannemen dat er een verband
bestaat
tussen
combinatie van factoren)
een
bepaalde factor
(of een
en de prestatie, als er duide-
lijk significante verschillen naar voren komen. Het
resultaat
voorbeeld
kunnen
van
een
zijn:
dergelijke
analyse
zou
bij-
"met een redelijke mate van
ze-
kerheid kan gesteld
worden dat de gemiddelde runlengte
bij
kleiner
een
voudigheid
dan
15
hoger
een voudigheid groter dan of gelijk aan waarschijnlijk dat
een
ligt
dan
15" of "het
snijtrekgereedschap met
bij is
normale
veren een hogere gemiddelde reparatieduur heeft dan een soortgelijk gereedschap met stikstofveren".
Inherent dat
we
aan de
eerst
van
prestatiekentallen analyses
te
kunnen
waarschijnlijk
dat
beschreven wijze een
groot
vast
moeten
maken. er
aantal
oit
enkele
van
analyseren
is
gereedschappen
de
stellen, betekent
jaren
om in
zullen
vervolgens de
practij k
verstrijken
eer de verzameling gereedschappen, waarvan de kentallen bepaald zijn, groot genoeg is voor een zinvolle statistische verwerking.
59
Toepassingen van de prestatiegrafiek
6.3.2. Relatie productie en R&O De het
tweede
additionele
onderzoek
gesteld
vraag
werd,
was
zijn een relatie aan te geven gramma
in de
fabriek
en de
die
bij
de
of
het
tussen
het
aanvang
van
mogelijk
zou
productiepro-
benodigde R&O capaciteit
in
de werkplaats. We willen derhalve uitgaande van de productieplanning
een
schatting
maken
van
het
benodigd
aantal R&O uren in de gereedschapmakerij, of weI we zoeken
naar
omvang. een
de
verhouding
tussen
prod U(~t ie-omvang
De
optelling
van
de
de
productie-
kunnen
we
van
de
als
de
ver-
Deze aantallen zijn direct ge-
relateerd aan het aantal slagen met een stempel tuurlijk
R&O-
beschouwen
productieaantallen
schillende productcodes.
en
voudigheid).
De
R&O-Omvang
(en na-
bestaat
uit
de
som van het aantal R&O uren dat per gereedschap besteed wordt. Aldus
redenerend
geproduceerd
komen
we
aantal/aantal
weer R&O
uit op de verhouding uren,
ofwel
de
R&O
leggen
met
quote. Dit
wetende
kunnen
pre s tat i e 9 r a fie k •
De
we
een
R& 0 quo t e
relatie is
die uit de prestatiegrafiek naar tal
zou gebruikt
R&O
capaciteit
termijn).
Met
kunnen in
de
behulp
een
van de
voren
worden voor de
van
de
ken tall e n
komen.
Dit
planning
gereedschapmakerij
de
(op
productieplanning
ken-
van de langere (deze
geeft het verwachte te produceren aantal producten)
kan
nu door vermenigvuldiging met de R&O quote het verwachte aantal R&O uren bepaald worden
(de
R&O quote
is
im-
mers niets anders dan het verwachte aantal R&O uren bij de productie van een bepaald aantal producten). We
lichten
dit
met
een
voorbeeld
toe.
Stel
dat
we
een productieplanning hebben waarin staat dat er in een jaar tijd 15*10 9 doppen geproduceerd moeten worden.
Toepassingen van de prestatiegrafiek
.
60
R&O quote voor de dop bedraagt 0,5 uur per 10 6 producten. We kunnen derhalve 15*10 9 ". (0,5/10 6 ) = 7500 De
uur
aan R&O verwachten. Hierbij gaan we ervan uit dat de
via
gebruiksgegevens:
niet
uit
de
R&O quote
voorcalculatie)
redelijke benadering van de werkelijkheid is. van
het
getal
zal
dichter
bij
de
(bepaald een
De waarde
werkelijkheid
liggen
naarmate het gemiddelde betrekking heeft op een langere periode,
en de gegevens
nu de som over alle
juist geregistreerd
zijn.
in een bepaalde periode
Door
te gebrui-
ken gereedschappen te berekenen kunnen we een schatting rna ken van de vereiste R&O capaciteit in de gereedschapmakerij.
Vanwege
de
spreiding
in
R&O drukte
en
gezien
de doelstelling van de gereedschapmakerij snelle service
te
verlenen,
zal
hieraan een bepaald percentage ex-
tra capaciteit toegevoegd moeten worden. kan
bepaald
worden
door
over
langere
Dit percentage
per iode
het
ver·-
loop van het beslag op R&O capaciteit te onderzoeken.
De zojuist beschreven wijze van het tot stand brengen
van
een
koppeling
wel dat van de kentallen
tussen
R&O
en
productie
te gebruiken gereedschappen
(R&O quotes)
beschikbaar
zijn,
vereist
betrouwbare
hetgeen
bete-
kent dat zij betrokken moeten worden bij het verzamelen van
de
meer
benodigde
productie-
gereedschappen
hierbij
en
R&O gegevens.
betrokken
worden
Naarmate zal
een
betere koppeling tussen R&O en productieplanning kunnen ontstaan. Bovendien R&O
quotes
corrigeren,
kunnen
we
eventueel
met
de
zodat deze
behulp van de gerealiseerde
voorgecalculeerde
meer
kelijkheid komt te liggen.
in de
richting
R&O
dekking
van de wer-
Toepassingen van de prestatiegrafiek
61
6.3.3. Preventieve onderhoudswerkzaamheden Onder
preventieve
onderhoudswerkzaamheden
we de activiteiten, zowel
in de stamperij
verstaan
als in de ge-
reedschapmakerij, die gericht zijn op het uitstellen en voorkomen van gereedschapdefecten. Wat betreft de stamperij moet hierbij verwijderen van
bijvoorbeeld gedacht
vuil
en
het
len van het gereedschap. daarnaast van
ook
(bijna)
tijdig
Bij
bijvoorb€eld
verr leten
worden
aan het
smeren van onderde-
de gereedschapmakerij het
vroegtijdig
onderdelen
tot
de
zal
vervangen
preventieve
werkzaamheden behoren. De effectiviteit van de preventieve de stamperij va tie
van
wordt
de
activiteiten
in
in grote mate bepaald door de moti-
mach inebed iend e
hem vanuit de organisatie
en
de
geboden
mogel i j kheden
worden
om
een
die
opti-
maal functioneren van het gereedschap te bevorderen. We den ken hierbij
aan het geven van gebruiksinstructies en
het maken van goede stelplannen bij de gereedschappen. De naast
effectiviteit de
motivatie
schapmaker
ook
functioneren de
af
van
gedachten
bij
in en
van
het de
(delen het
de
gereedschapmakerij
vakmanschap aanwezige
van)
een
inste11en
van
kennis
de
gereed-
omtrent
gereedschap. van
hangt het
Een
van
gereedsbeheer
was
dat men middels een analyse van de registratie van oorzaak buitenbedrijfsstelling en bevindingen gereedschapmaker
uitspraken
(delen van) dig
te
zijn
zou kunnen doen over de
standtijd van
een gereedschap. Dit blijkt niet zo eenvouvanwege
de
a1
eerder
gesignaleerde
niet-
eenduidigheid van taalgebruik en betekenis, en het niet bekend zijn van exacte cijfers betreffende geproduceerde aantallen tussen twee storingen. Mede vanwege het grote
aantal
storende
factoren dat
Toepassingen van de prestatiegrafiek
de standtijd beYnvloedt
62
(slecht materiaal, verkeerd ge-
bruik van het gereedschap,
interactie onderdelen, etc.)
lijkt het onmogelijk op deze wijze bruikbare informatie boven tafel te krijgen. proefopzetten specifiek gericht op het beproeven van een
object
lijken daarvoor
meer
geschikt.
geYnitieerd worden via periodiek overleg tie, gereedschapmakerij De vraag
tieve
kunnen
tussen produc-
en IE.
is nu in hoeverre de voorgestelde gegevens-
verzameling, fieken,
Deze
gekoppeld
gebruikt
kan
maatregelen.
aan
het maken van
worden
Ter
voor
prestatiegra-
het nemen van preven-
illustratie
wordt
het
volgende
voorbeeld gegeven. Bij
het
bleek,
uitvoeren
toen
voor
van
zeven
de
gereedschap
[13]. ken
een
zien,
waar in
de
gemiddelde
snelle
intrad.
afwisseling
snel repareren,
stamper ij), blijkbaar
weer
niet
resulteerden Hier
zich
de bij
verschijnsel
gevolge
niveau bevond,
is
geweest
5.6)
dop
de
vrijwel voordeed
zich
R&O
van
productie
en
nodig
Men
uit
in de
slaagde
te
voeren
er die
in een stijging van de gemiddelde runleng-
tevoorschijn.
Na
onderschrijding
een van
uit oogpunt van preventie meer het goed oplossen van de hiermee
er
(weer defect), op-
etc.
activiteiten
een
in zo'n periode
(gereedschap dringend mankement,
op
zander dat
tussen
kort produceren
een
in
runlengte
komt nu het preventief gebruik van de
tiegrafiek
kan
voor.
Dit betekent dat er
nieuw snel repareren
teo
dat
(par.
De gereedschappen lieten een periode van ± 10 we-
verbetering
R&O:
waren,
opvallend
bedenkelijk constant laag
een
iteratie
gereedschappen
prestatiegrafieken gemaakt elk
derde
een
of de
twee
presta-
signalen
actiegrens
zal
ten men
tijd moeten besteden aan
storingsoorzaak.
Zoals Qlijkt
slechte periode voorkomen worden,
geen zal resulteren in een hoger machinerendement.
het-
Toepassingen van de prestatiegrafiek
63
6.3.4. Bet gebruik van de gereedscbappen Als vierde en laatste vraag ring,
werd
geduid
op de
bij
de opdrachtformule-
eventuele mogelijkheid
gegevens conclusies te trekken bruik van gereedschappen.
ten
Hierbij
aanzien van
van
van het
een gereedschap in de stamperij.
gaven we
al aan dat
dit
in
de
het ge-
werd voornamelijk ge-
dacht aan een mogelijke verbetering ren
uit
functione-
In par.
belangrijke mate
6.3.3
beinvloed
wordt door de motivatie en kennis van de machinebediende.
Graag
zouden
we
via
gereedschapbeheer
verkrijgen in eventuele hiaten
een
inzicht
in kennis en vaardigheid
van de machinebedienden, om deze met extra instructies, opleiding en dergelijke op te
kunnen vangen.
Uit het onderzoek mogen we echter de conclusie trekken
dat
we
verzamelen
niet in
kostbaar
en
taat op.
Veel
onbeper kt
het
Kader
Levert
in
beter
is
gegevens
van
kunnen
en
gereedschapbeheer.
moeten Oat
is
verhouding weinig of geen resulhet
te
trachten
via een
betere
communicatie met de productie problemen bij het gebruik van de gereedschappen weg te nemen. wat
betreft
de
toepassing
van
de
prestatiegrafiek
kan de volgende vraag gesteld worden.
zou het een posi-
tief effect op het gebruik van de gereedschappen als de betreffende prestatiegrafieken aan de verantwoordelijke machinebedienden getoond tatiegrafiek
dan
functioneren
voor de mensen die Oat goed
zou
een
te
aan
zou men
hetzelfde
doende
een
het
kunnen
gebruiken,
sneller
Licht
aanzet
als
een
kan de pres-
terugkoppeling
een met bepaald gereedschap werken.
stimulans
mogelijk
worden? Wellicht
komen.
zijn
gereedschappen
waardoor In
kunnen
doen.
kunnen
zijn
de
hiaten
gereedschapmakerij
Deze tot
wellicht
zo
werkwijze
een
zou
zo-
verbetering
van
de communicatie tussen de diverse betrokkenen en kan zo leiden tot een beter gebruik van de gereedschappen.
HOOFDSTUK 7
64
SYSTEEMKBUZB
In het vorige hoofdstuk hebben we uitgebreid de toepassingen kunnen
van de
prestatiegrafiek
realiseren
zullen
we,
bekeken.
uitgaande
tiegrafiek, een practijkopzet maken. een geautomatiseerd
systeem nodig.
een computersysteem nod ig melde gegevens
kunnen
hebben,
verwer ken
Om
deze
van de
te
presta-
Hiervoor hebben we Dit
betekent dat we
waarmee
we de ver za-
tot de gewenste
infor-
matie.
7.1. KBUZB VAH BBT COMPUTBRSYSTEBM Bij
het
kiezen
van
een
computersysteem,
dat
de ge-
wenste mogelijkheden biedt, gaan we in principe uit van de bij PMF aanwezige mogelijkheden. ren
spelen hierbij
De volgende
een belangrijke rol: de bij
paald systeem beschikbare programmatuur, gemak,
de
mate
waar in
de
combinatie
het
factoeen
be-
gebruiks-
hardware/software
aan de gewenste mogelijkheden voldoet,
de gebruikskos-
ten, de opslagcapaciteit van het systeem. Wat betreft de programmatuur
zijn de volgende moge-
lijkheden vereist:
- Aanmaken en wijzigen van bestanden. -
Uitvoeren van berekeningen
(voornamelijk cumuleren
en interpoleren). - Tekenen
van
grafieken
(plotten
en/of
printen
+
grafisch scherm. Bovendien moeten de mogelijkheden met elkaar kunnen
worden
vanwege
de
uitwisselbaarheid
gekoppeld van
vens, alsmede uit het oogpunt van gebruiksgemak.
gege-
65
Systeemkeuze
Bij
een
inventarisatie
van de mogelijkheden
blijken
de volgende alternatieven in min of mindere mate aan de gestelde wensen te voldoen. 1. Via terminal op IBM (rekencentrum Boschdijk).
Dit MABRA
vereist
een
koppeling
(gegevensverwerking)
van en
de
software-paketten
SUPERPLOT
middels een zelf te schrijven programma. heden dienen daar bij den.
bovendien
zelf
(grafieken)
Rekenmogelijk-
ingebouwd
te wor-
Orienterend2 gesprekken gaven als resultaat:
- Kostbare methode. Koppeling
tussen diverse
paketten
is moeilijk
tot
stand te brengen. - Complexe materie. - Weinig ondersteuning te verwachten.
2.
IBM personal computer
Deze
mogelijkheid
(IBM p.c.).
vereist
een
koppeling
tussen
het
software-pakket Symphony (gegevensverwerking en grafieken)
en zelf te schrijven programmatuur ten behoeve van
rekenen en
realisatie van
koppeling.
Opmerkingen hier-
b ij :
Eenmalige behoren
investering (o.a.
in personal
printer/plotter)
computer + toe-
en
programmatuur
(Symphony) • '.
-
Direct toegankelijk
- Minder complex. - Weinig ondersteuning nodig. - Er
is een trend computerwerkzaamheden te verleggen
naar de werkplek
(decentralisatie m.b.v.
personal
computers die steeds meer mogelijkheden bieden). -
Standaard te weinig opslagcapaciteit
(geheugen).
Systeemkeuze
3.
66
(IE-kunststoffen).
BP coaputer
Deze
computer
biedt mogelijkheden middels
software op cassettes de drie genoemde eisen sereno
Hierbij
moet
echter
het
volgende
aanwezige te
reali-
worden
opge-·
merkt:
-
Geheugencapaciteit te klein Vrij
weinig
standaard
(1,1
Mb beschikbaar).
tekenmogelijkheden:
veel
zelf definieren. Koppeling
tussen
bestand
en
grafiek
is
lastig
te
realiseren. -
Apparatuur
is,
hoewel
pas
enkele
jaren
oud,
niet
meer gangbaar. Voor- en nadelen afwegend is daarom het voorstel gedaan om gebruik
te maken van een IBM p.c
met het programma Symphony.
in combinatie
Gezien de benodigde opslag-
capaciteit voor de grote hoeveelheid te verwerken gegevens
is
verder
breiden met
besloten
een
harddisk
de ter
geheugencapaciteit grootte van
5 Mb.
uit
te
Dit om
te voorkomen dat de bestanden opgeslagen moeten worden op
een
groot
aantal
diskettes
harddisk van 5 Mb kan de
van
inhoud van
±
300
Kb
(op
een
17 diskettes gezet
worden) •
/
\
67
Systeemkeuze
7.2. DB BESTANDSOPBOUW Nu met
we
gekozen
behulp
van
hebben
het
voor
verwerking
prog rammapakket
van
gegevens
Symphony hebben
de mogelijkheid om gegevensbestanden op te bouwen vorm van een zogenaamd spreadsheet rijen der
en
voor
kolommen: de
zie
bijl.
17,
we
in de
(matrixstructuur met
waarin
toekomstige gebruikers
in
het
een vrij
bijzon-
uitvoerige
toelichting op het systeem wordt gegeven).
Per dat
gereedschap
naast
enkele
gegevens per no e md )
vaste
week
een
Hier in
bevatten.
gebruilc:t
staat
wordt
Een
per
rij
in
opgebouwd,
uit
(vaak
fig u u r
of
rijen
die
"record"
ge-
7. 1 z i j n we e r -
aangekruist
basic
programma).
de
voerd.
De overige gegevens worden op twee na binnen het berelc:end.
De
gebruiker
De
vier
automatisch
door
waarbij
eerste
spreadsheet
worden
bestand
bestaat
gegeven
(grafiek
gegevens
apart
gegevens
be vat dee 1 em e n ten die
gegeven. het
wordt
gegevens
inge-
8
en
9
(R&D uren en R&D frequentie over de laatste hoeveelheid h
producten,
zie
bijl.
19)
worden
schreven basic programma berekend Dp basis van een bestand den gegenereerd,
\
via
een
(bijL
kunnen vier
hiertoe
ge-
18). grafieken
wor-
namelijk:
\ \
-
'\
"
GRAPH 1 : prestatiegrafiek 1GRAPH2:
prestatiegrafiek 2.
GRAPH 3: verloop van de gerealiseerde R&D quote ten opzichte van de voorgecalculeerde R&D quote.
\,
-
Kosten \
Dok
GRAPH 4:
globaal (dekking
verloop versus
van
de
Kosten)
initilHe ten
en
R&D
opzichte
van
het voorgecalculeerde verloop. ~oor
een
toelichting
naarbijlage 17.
op de grafieken,
verwijzen we
Systeemkeuze
68
GRAPH 1 1•
121314
INTERP
Weeknummer
x
Aantal geproduceerd
x
2. 3. 4.
Aantal R&O uren
x
R&O frequentie
x
5.
Cum.
aantal geproduceerd
6.
Cum.
aantal R&O uren
x
7.
Cum.
R&O frequentie
x
8.
Aantal R&O uren gei:nterpoleerd
x
9.
R&O frequentie gelnterpoleerd
x
x
x
1 O.
Gemiddelde runlengte
x x
11-
Gemiddelde R&O duur
x x
2. 1 3. 1 4.
Dekkingsverschil
x
Waarschuwingsgrens
x
1 5.
Ac t ieg rens
x
1 6.
R&O norm
1 7.
R&O quote
1 8.
Kosten werkelijk
x
1 9.
Kosten norm
x
1
Gerealiseerde R&O quote
x
x
x
I
x
x
/ / ,./
I I
Figuur 7.1.
j
Record-indeling.
/ I
I
69
BOOFDSTUK 8 AARBEVELIRGBR EN CORCLUSIES
In van
dit
de
hoofdstuk
conclusies
zal
en
een
o"erzicht
aanbevelingen
wo r den uit
die
9e 9 e" e n
het
uitge-
"oerde onderzoek naar "oren komen.
8.1. DE GBGEVBNSVERZAMBLING Zoals we gezien hebben
is de
huidige gegevensverza-
meling slechts ten dele bruikbaar als basis voor de informatie heer.
die
nodtg
is
ten
aanzien
van
gereedschapbe-
Bet ontworpen informatiesysteem zal betere infor-
matie opleveren
naarmate
beter
aan
het
volgende
wordt
voldaan.
8.1.1. De reqistratie van qeproduceerde aantallen nit
gebeurt
ducten
dat
momenteel
afgeleverd
op
basis
wordt.
van
Bet
het
aantal
verd ient
echter
prode
voorkeur om voor gereedschapbeheer het aantal slagen te registreren.
nit
is de
meest
elementaire
wijze
waarop
de productie met een gereedschap geregistreerd kan worden, qua
en
is bovendien de enige manier
productie
lijken den).
rechtstreeks met
(zonder Medio
omrekenen
maart
'85
elkaar
met
zijn
om gereedschappen te
verschillende
de
eerste
als voordeel
vens
de
de
voor
hebben dat
prestatiegrafiek
kentallen op een
en
voudighe-
proeven
met een "slagenteller" op het gereedschap. eindelijk
kunnen verge-
genomen
Dit kan uit-
alle benodigde gege"oor
de
plaats geregistreerd
bepaling
van
kunnen worden
(gereedschapmakerij) •
8.1.2. De reqistratie van R&O uren, Ook bij
de registratie van de R&O uren
ideale situatie.
Bet
probleem
is dat
zien we geen
..:w~L,gei:nteresseerd
Aanbevelingen en conclusies
zijn in een aantal punten,
A.
70
te weten:
Hoeveel R&O uren worden besteed per gereedschap?
B. Hoeveel onderdelen worden besteed per gereedschap?
c.
Wat zijn de R&O Kosten per gereedschap?
Enerzijds is
inzicht gewenst
pa~iteitsplanning
het
gebruik
heersing).
van
gereedschapmakerij),
de
onderdelen
kunnen
vaststellen
onderdeel zijn.
(ca-
anderzijds
(voorraad-
en
(mater iaal + loonkosten)
dat
zal
gebruikt
daarom
wordt
in
een
principe
prijs
in
kostenbe-
Beiden willen we uitgedrukt zien in geld.
de Kosten van onderdelen te
in het aantal uren
juist
van
bekend
Om elk
moeten
Ook gereviseerde onderdelen zullen van een prijs-
kaartje voorzien moeten worden. Vervolgens is de vraag wanneer de Kosten gebracht
moeten
aangemaakt het
worden:
worden
oogpunt
van
gekozen moeten
of de
zodra
pas
als
de ze
worden,
maar
wat
(reserve) onderdelen
gebruikt
administratie
in rekening
zal
worden.
voor
betreft
het
het
uit
eerste
meten
van
de prestatie van een gereedschap verdient de tweede mogelijkheid zeker de voorkeur. Nog
moeilij ker
aanmaken
die
wordt
voor
een
het
als
aantal
we
reserve-onderdelen
gereedschappen
gebruikt
kunnen worden. Gezien het
de
nuttig
zojuist
te
streven
kort
beschreven
naar
een
problemen
tweetal
1 ij k t
gescheiden
re-
gistraties.
1.
Kostenregistratie voor administratie. Hierbij
worden
dat ze ontstaan. aal
+
uren)
product.
Kosten
geregistreerd
op
het
Kosten van reserve-onderdelen
worden
direct
toegerekend
aan
een
moment (rnqteribepaald
71
Aanbevelingen en conclusies
2. Kosteftregistratie voor gereedschapbeheer. Kosten
worden
toegerekend
schap op het moment dat
aan
een
bepaald
gereed-
ze daadwerkelijk als R&O kosten
gezien kunnen worden.
Op deze manier
zou een betere situatie ontstaan. Het
is echter discutabel of een en ander s t r uc t u r e n
en
pro c e d u res
Bovendien moeten we ons
go e d
binnen de
9 ere ali see r d
afvragen of de
een zodanig gewijzigde registratie
huidige
ka n
wo r den.
opbrengsten van
zo groot zijn dat de
daarvoor benodigce inspanningen overtroffen worden. Wat betreft gereedschapbeheer ste plaats aanzien He t
lessen te
van
b1 i j kt
gemaakt
het d at
zijn
trekken
gedrag de
met
is het doel
uit heden
(prestatie)
van
de
en verleden
die
huidige
tot
n og
Cm bruikbaar)
betrouwbaar
tatieverloop overgang
van
naar
een
een
gereedschap
ndubbele"
beeid van het kunnen
is
toch pres-
geven.
kostenregistratie
daarom niet direct noodzakelijk, maar
toe
uren/kostenre-
gistratie, ondanks de aanwezige onnauwkeurigheden, een vrij
ten
van gereedschappen.
pre s tat i e 9 r a fie ken, behuip
in de eer-
weI
het
Een lijkt over-
wegen waard.
8.1.3. De registratie van de R&O frequentie. Bij de uitgevoerde experimenten is de R&O frequentie geschat door het tellen van de reparatie-omschrijvingen per
week
in de gereedschapmap.
Deze werkwijze zal voor
vaak gebruikte/gerepareerde gereedschappen een bruikbare
benadering
reedschappen waarmee
in
runlengtes betere
van die
de
werkeIijkheid
minder
verband
met
verwezenlijkt
schatting
nodig.
gestreefd moeten worden
frequent de
opleveren. ingezet
orderg rootte
kunnen Om naar
dit een
worden,
slechts
worden, te
Bij
kunnen
is
geof
kleine
echter
een
bereiken
zal
registratie
per
repa-
Aanbevelingen en conclusies
ratie,
waarbij
de
week,
wordt, genoteerd wordt. gescheiden per de
week
uren
Ook
meerdere
de
hier
voor
weken
reparatie
zouden
nodig
geregistreerd
kostenregistratie,
over
waarin
registraties
de
72
en een waarbij zijn)
eigenlijk
zijn:
worden
beEHndigd
een
ten
twee
waarbij
behoeve
per reparatie
geregistreerd
wordt
van (kan
ten
be-
hoeve van gereedschapbeheer.
Samenvattend tratie
van
aantallen
schapbeheer krijgen, worden
kunnen
momenteel
zeer
stellen dat
(slagen)
temeer daar
een
we
de de
ten
een goede
behoeve
hoogste
prioriteit
kentallen die
belangrijke
rol
van
regisgereed-
dient
te
hiermee berekend
spelen
bij
de
presta-
tiebeoordeling van een gereedschap.
8.2. DE PRESTATIEGRAFIEK BIJ OVERLEG uit het onderzoek grafiek
een
komt naar
hulpmiddel
beslissingen
en
kan
acties
voren dat de
zijn
die
ter
genomen
prestatie-
ondersteuning resp.
van
uitgevoerd
worden met betrekking
tot een gereedschap. Hierbij moet
met
worden
nadruk
opgemerkt
aIleen niet genoeg rende
is om te
gereedschappen.
plaats moeten tureel)
en
mee wordt
kr ijgen
bedoeld
dat
waarbij
heeft het TM begin zichter" het
van
de
functione-
van
zal
formeel
een
(str uc-
tussen betrokkenen.
Hier-
een goede communicatie tussen de
en de
met
stamperij
de
1985 een
aangesteld [9].
beheer
kader
bovendien ook
samenwerking
prestatiegrafiek
prestatiegrafiek
in het
trokken dienen te worden [7, In
een
komen tot beter
informeel overleg
gereedschapmakerij blijft,
De
dat
IE
is
en
en KB voortdurend be-
8]. productiestaf zogenoemde
Zijn
outillage
onontbeerlijk
taak
Metaalwaren
"gereedschapop-
heeft betrekking op
(gereedschappen)
en op de
Aanbevelingen en conclusies
73
technisohe
IE
en
KB,
de
informatiestroom vanuit de productie naar gereedschapmakerij
signaleringsfunctie,
die
vult ten aanzien van de lijkt
het goed
dat hij
de
tussen
de
vice
Gezien
gereedschapopzichter
daarvoor,
gebruik
afdelingen
de
ver-
een gereedschap,
naast de directe com-
Zodoende kan hij,
diverse
versa.
prestatie van
municatie op de werkvloer, tatiegrafieken.
en
kan maken van
pres-
indien nodig, overleg
initiE!ren.
Daarnaast
kan
de prestatiegrafiek gebruikt worden bij een meer periodieke vorm van overleg tussen de afdelingen als een gemeenschappelijke ringsoorzaken
uitgangspunt
en het
bij
analyser en
het
van
zoeken
naar
sto-
gereedschapgedrag.
Daarmee kan een goede terugkoppeling vanuit het gebruik en R&O gerealiseerd worden
8.3.
~o~
Aan
fig.
4.3).
BESLUIT
het eind van dit
prestatiegrafiek veel een daadwerkelijke schapbeheer
bij
formatiesysteem t rouwbar e
(verg.
verslag
concluderen
mogelijkheden
invulling van
PMF.
kan
Voorwaarde
en
te
dat
komen
de tot
instituut gereed-
hierbij
functioneren
geg evensver zamel ing
het
biedt
we
is dat het
op basis b innen
van
he t
in-
een
be-
kader
van
een goede communicatiestructuur tussen de verschillende afdelingen. een
Daarmee
belangrijk
zal
stempel
schapbeheer bij PMFI
de
prestatiegrafiek
kunnen
drukken
op
het
wellicht gereed-
BIJLAGE 1
74
DE OORSPRONKELIJKE OPDRACBTPORMULERING
AFSTUDEEROPDRACHT
J.M.A. van de Molengraft
~-09-11-MTM191/MB
Opdracht De opzet van een informatiesysteem t.b.v. de terugkoppeling vanuit het R & 0 gebeuren, in de ruimste zin des woords, naar de konstruktieve uitvoering van de gereedschappen.
Inleiding : De afgelopen twee jaar zijn er zowel in het kunststoffen als metaalwaren gebied gegevens verzameld betreffende R & O. vastgelegd zijn b.v. per gereedschap de aard van de storing, hoe de storing verholpen is en wat de kosten geweest zijn. Doel van deze twee jaren periode was: discipline verkrijgen in de gegevensverzameling. De tijd is nu rijp om deze gegevens struktureel zo te rangschikken dat er, naast de branden blus akties, ook wat meer doelgerichte akties rondom de concepten gereedschappen gepleegd kunnen worden.
Mogelijke uitwerking 1.
Begrens het onderzoekgebied op een sektor : Metaalwaren.
2.
Onderzoek of de verzamelde gegevens uit het R & 0 gebeuren voldoende zijn (dit kwa kwaliteit en kwantiteit) om konklusies uit de gegevens te kunnen trekken. Zo nee, welke gegevens ontbreken.
3.
Ontwikkel een informatiemiddel aan de hand van de gevonden resultaten. Toets dit via een simulatieprogramma.
4.
Doe voorstellen betreffende: bestandsopbouw. opzet gegevensverzameling. procedures enz.
De oorspronkelijke opdrachtformulering
75
Additionele vragen : 1.
Is het mogelijk een model op te zetten waardoor het verloop van de R & 0 kosten in relatie tot de gemaakte resultaten in de tijd zichtbaar wordt. Doel: alleen aktie nemen wanneer de hellingshoek van de R & 0 kosten per x produkten toeneemt.
kosten
I -I ---) tijd
2.
Is het mogelijk om via historische gegevens een relatie aan te geven tussen het produktieprogramma in de fabriek en de benodigde R & 0 kapaciteit in de werkplaats.
3.
Zijn er uit de gegevensstroom gegevens te halen betreffende de wenselijkheid van preventief onderhoud.
[I.
Zijn er konklusies te trekken uit het R & 0 beeld t.a.v. het gebruik van de gereedschappen.
BIJLAGE 2
76
OMZET PMF PBR VESTIGIRG (1984)
In de onderstaande 1984 weergegeven,
grafiek
is de omzet van PMF over
verdeeld over de vijf productievesti-
gingen.
OMZET OVER f 984 PRODUCTIB-VB8TIGIHGBH PWP
160 USO
lfO 130 120 110
'"
100
:ll
90
E-o .
80
til
70
S
v
....
:.0
60
eo fO 30
20 10 0
BDfDBOVBR
BASSILT
LOIOIIL
SITTARD
BOLLI
BIJLAGB 3
77
AARTAL WBRKRBNBRS PMF PBR VESTIGIRG (1984)
In van
de onderstaande grafiek
PMF
over
1984
is het aantal werknemers
weergegeven,
verdeeld
over
de
vijf
productievestigingen.
PERSONEELSBEZETTING 1984 PRODUCTIB-VlSTIGIlfGBN PMP 800
700 800
aoo
300
200
100
o mDHonK
1lAS81LT
LOIOOL
SI'l"l'ARD
ZWOLLI
BIJLAGE 4
78
OMZET METAALWARER (1984)
In
de
Eindhoven,
onderstaande wat
grafiek
is
betreft Metaalwaren,
de over
orozet
van
1984 verdeeld
over de verschillende productie-afdelingen te zien.
OJiZET OVER 1984 Al'DILUlGII IOTAALWARIlf
50
E-
M til
:II
o
20
10
o
PMF
79
BIJLAGB 5 BBLBIDSPLAN
Hieronder voIgt een passage uit het beleidsplan 1984 voor
de
productie-eenheid
Eindhoven,
waarin
duidelijk
een aantal doelstellingen tot uiting komt.
"
Het voldoen aan de wens van de Raad van Bestuur
om te beschikken over de productiecapaciteit, die noodzakelijk is om deze kenniscentrumfunctie, houd als draagvlak, doen aan de eis,
zowel qua in-
in stand te houden. Tevens het vol-
fat de
totale
kosten
gelijk
zijn
aan
de opbrengsten van deze diensten en producten. De PMF fabriek Eindhoven levert een bijdrage aan de verwezenlijking
van
deze
algemene
doelstelling
door
zich als fabricage-eenheid te specialiseren in:
1.
Het met hoge automatiseringsgraad
fabriceren
grote
kunststof
series
(kleine)
metalen
en
van pro-
ducten en samengestelde onderdelen.
2. Het ten behoeve van productontwikkeling op flexibele
wijze
produceren
van
kleine
series
metalen
en kunststof producten.
3. Het leveren van oppperviaktebewerkingen door middel
van
chemische
en/of galvanische bewerkingen.
Als fabricage-eenheid met eigen gezag en verantwoordelijkheid dient de PMF fabriek te
dragen,
qualiteit
dat van
prijsstelling, haar
producten
Eindhoven er
zorg voor
leverbetrouwbaarheid in
voldoende
plaats in de markt garanderen en continueren.
mate
en
haar
Beleidsplan
80
Daartoe dient een "no-profit no-loss" streefd te worden voor
interne
male winstrealisatie voor Op deze wijze dient gevormd
te
waarborgen bouwen.
De
worden en
de
binnen
om
situatie nage-
leveringen
en
een maxi-
leveringen extern.
een voldoende primair
stabiel draagvlak
eigen
continulteit
kenniscentrumfunctie fabriek
Eindhoven
verder
aanwezige
uit
te te
kennis
ten aanzien van fabricage en technologie dient gebruikt te
worden
verwerven
ten
"
behoeve van
klan ten om daarmee orders
te
81
BIJLAGE 6 BET STAMPPROCES
De~e
zijn
bijlage
met
het
is
opgenomen
stampproces,
om degenen,
een
indruk
die
te
onbekend
geven
van
de
wijze waarop in de stamperij geproduceerd wordt. Het
productieproces verloopt globaal
uitgangsmateriaal
is
metaalband
op
als voIgt.
een
haspel.
Het Deze
wordt afgewikkeld en de materiaalstrook wordt via aanvoerwalsen naar de stampautomaat gevoerd.
Het
onderstempel.
gereedschap
bestaat
Hiertussen
van
de
stoter)
ger ede
in
de
afvalstrook
of
wikkeld op eenhaspel. opening
in
de
gangsmater iaal kunnen
als
de
prod uc ten
In
figuur
is
producten
het
(b ij v. proces
gevormd.
De ze
bandproducten opge-
afgevoerd.
afdeling
voor z ien worden
en
Via afvoerwaisen
producten
gerede
in de galvanische
bede k king etc.).
onderstempel
boven-
(op- en neergaande be-
worden de Losse
een
achtereenvolgende
producten kunnen aan band of los zijn. wordt
met gereedschap
uit
wordt,
fasen, middels een aantal slagen weg ing
(pers)
worden Zowel
via het
(los
of
een uit-
band)
van een oppervlaktever t inn en,
verchromen
schematisch
in
beeld
gebracht.
Stoter
Leiplaat
Snijder of pons -~iiiiIO~
Materiaalstrook Aanvoerwalsen
Figuur 1. Het stampproces.
Het stampproces
Figuur
2
82
laat
in
vier
stappen de
van een snijgereedschap.
Stap
stampbeweging
zien
Hierin is:
1: gereedschap in uitgangspositie.
Stap 2:
bovenstempel
wordt
de leiplaat komt S tap 3: deb 0 v en p I a a t drukt,
tot
met
waardoor
door
de
stoter
rust op de onderplaat.
sni j de r
de
neergedrukt,
wo r d t
snijder
ve r d e r
door
de
door 9 e -
metaalband
gaat en een product uitsnijdt. Stap 4:
Na het
uitsnijden van het
venstempel teruggebracht
Volgens
dit
principe
werken
gebruikte gereedschappen,
of
het
product
wordt
de
bo-
in de uitgangspositie.
aIle, nu
in
om
stamperij
snijden,
ken, buigen of een combinatie daarvan gaat.
SH
trek-
Het gereed-
schapbestand van de stamperij bestaat uit ± 300 gereedschappen, die als voIgt verdeeld kunnen worden:
1 • Volgsnijgereedschappen
18, 4 %
2.
Volgsnijtrekgereedschappen
29,4 %
3.
Volgsnijbuiggereedschappen
40,6 %
4.
Over ig
1 1 ,6 %
De gereedschappen laten een grote varieteit aan voudigheid
zien
slag
wordt
~en,
maar
(dit
is
bewerkt).
het Er
aantal
zijn
producten
dat
in
een
enkelvoudige gereedschap-
ook gereedschappen die
51
producten
tegelijk
afleveren.
De heid)
productiesnelheid kan
afhankelijk
(aantal
van
chine oplopen tot 60.000
a
slagen
gereedschap,
per
tijdseen-
product
70.000 slagen per uur.
en
ma-
Bet stampproces
83
1.
GELEIDEPEN
// /'~~A+-:-~+- BOVENPLAAT
1"":~l'"flh~~J.....J~-HEFPEN
"t-~~t-t--t-- SNIJDER
R0~~~R-- LEIPLAATVEER
I~~~~~~~::t1~=LEIPLAAT MATERIAALSTROOK /f---+----'r'///~__.___+?l-MATRIJS lCd.-+-.ICL.<::L:L..d-.-T----l.~~~::i:%I~ONDERPLAAT
2.
3.
4.
Figuur 2.
Stappen van het stampproces.
~B...;:I...;:J...;:L;.;;,A;;.;G;;.;E=--7:....-
--=::8 4
KOSTEROPBOUW PMF
De
kostenopbouw van
als voIgt
PMF metaalwaren
ziet
Materiaal
2.
Magazijnkosten
3.
Loon + kosten
4.
Gereedschap nieuw
7, 1 %
5.
Gereedschap R&D
4,2
6.
Toesl agen
mIn.
globaal
uit:
1-
De
er
38,0
1, 7 % (man + machine)
38,9
%
%
10 , 1 %
totale We
%
kosten
zien
dat
slechts
een
kosten.
Waarom
bedroegen
R&D
relatief is
over
1984
gereedschap klein
aandeel
R&D gereedschap
ongeveer
(zie
ook
heeft
in
dan
toch
bijl. de zo
160 8)
totale belang-
r i j k?
loon + kosten
De post
(toegevoegde
de helft van het totaal. (R&O nodig) daarnaast van
man
geeft
is
bijna
Als nu een gereedschap uitvalt
dan veroorzaakt natuurlijk R&D kosten, maar
heeft en
een
waarde)
dit
ook direct effect op het
machine veelvoud
R&O beheersen
(dus van
loon de
R&D
is daarom niet
+ kosten). kosten.
De
rendement
Dit
laatste
hoeveelheid
in de eerste plaats
inter-
essant vanwege verlaging van de R&O kosten, maar vanwege
verhoging
zelfs
dat
hoogd
mogen
van
het
eventueel worden
productierendement. de
R&D
(bijv.
houd aan gereedschappen), ment mogelijk wordt.
kosten door
in
meer
nit
zekere
betekent mate
preventief
ver-
onder-
als daardoor een beter rende-
BIJLAGB 8
85
R50 KOSTBR PBR APDBLIRG MBTAALWARBR (1984)
Reparatie en onderhoud
kunnen
we definieren als het
geheel van activiteiten en beslissingen die
uitgevoerd
resp. genomen worden om een productiemiddel in een toestand
te
brengen of
wordt
voor
het
te
houden
vervullen
van
die de
noodzakelijk geacht
productiefunctie.
Met
productiemiddel wordt in dit verslag gereedschap (stempels)
bedoeld.
R&O
kosten
zijn dan de
zaakt worden.
Hierbij
moet gedacht
ur en
ger eed schaprr aker i j,
len,
uitbesteed
werk
kosten die ur en
m.b.t.
veroor-
worden aan arbeids-
t. b. v.
R&D.,
hierdoor aanmaak
onderd e-
materiaalkostem
derdelen en een deel van de machine- en overige van
de
GM).
gereedschapmakerij
Bier toe
siekosten
behoren
(is
n iet de
verwerkt
in i t UHe
in
kosten
on-
kosten
uurtarief en
rev i-
(deze behoren immers ten laste van de initie-
Ie kosten te komen). Bieronder schap
over
is een verdeling van de R&O kosten gereedde
ver sch illende
prod uct ie-afdel ingen
Metaalwaren.
R&D CEREEDSCHAP OVER 1984 APDILDIGIR MlTAALWARIR
3
2.8 2.8 2.4-
2.2 2 1.8 1.8
1.41.2 1
0.8 0.8 0.4-
0.8
o KLlDr s18m
s.,
van
BIJLAGE 9
86
OPBOUW CODEPRIJS
In
onderstaand
productcode
4322
histogram 048
4116
ven als voorbeeld van de
is
de
kostprijsopbouw
(snijtrekdop
1,68)
van
weergege-
kostprijsopbouw van de produc-
ten die door de stamperij gemaakt worden. De ten.
codeprijs
bedraagt
2,52
per
100
vrijgave
tieafdeling
voor
productie),
en
voor
toeslagen. een
in feite nemers. voIgt
manDe
product
brieks Verreken prijs)
en
machinekosten,
prijs
krijgt,
die de
We
merken op dat de
berekend
kan
*
worden:
R&D quote
22 20
18 18
1" 12
10
8
• " 2
o
F.V.P.
(Fa-
dekking
voor de dop als
R&O/uurtarief
GM
::
10 6 )/64,5 hetgeen ongeveer een half uur
OPBOUJr CODBPRIJS
lU
produc-
ligt lager dan de codeprijs, die
per mIn producten betekent.
II
de
te zien is als een richtprijs voor externe af-
«0,226/6730)
21
produc-
(kosten voor een gereedschap tot moment
materiaalkosten
ao
gram
Deze codeprijs bestaat uit een aantal componenten:
initiele kosten van
f.
87
BIJLAGB 10 RBPARA!'IBBOIlil
Hieronder t iebonnen
is een voorbeeld
afgedrukt van de repara-
zoals die momen teel
gereedschap voor
R&O van
de
gebr u i k t
stamper ij
worden naar
als
een
de gereed-
schapmakerij gaat. Machine no. Pers wacht Stop Vertrek Aantal prod.
bl~_R.7422-S89-S8010 GRP.l "~
~.
kJOlhR.4J22-048-4116-3 Af ).
t
~rR.BR.120
OPS.3.1
PElS • .s:e:t.KAISER
,I KO""~~~~.43
~.ll
'IOa.31
SLAG.
"" SHY. TR .1. 68,
.I.(~ wel/~
4
d.d
Aankomst
'
d.4
4~f~'#,.,.,~FtUJ
hA'TeA'MA'L.
Ix ~.eKN';;/L'/ #II'A'/r/}";'-if;(/~. £. )( J':IF.c:;;i£..< v/~It'N h'-~1/.0. ffx fNfJP~A' t/L'It'~"",,ytli~;c/
../;II'AI;;'6" v/A"..v,..s?..,rd"'/"..v' //##..9Kr
Gew. UNn
6722 600 01641
' .. uur
Bevindingen ... d.......IChapIMk..ij
b'~'L"b,~W6"
' .. uur
...
I
t5K
-iJ.::,
!
!
'I""-~_~_aa_re_Zegd ~_.:~__.:._:.·_.~_.:._·.:_·u_·u_r _~i Beschi\jaar
I>oo,f
_
d.d. ~ =-.. . .£ I. <> .. : .....••~ uur : 1.J?tP.Q.{?.•.t;u*,;(:).
00rUIk buitlnbedrtfstellint
AI~'p.:r1 rrvK
. I
..,
'. .~I',..~.120,O Op•••• 3.7
:'-'
,
\.leek
Rep
~""';:i'~~
;.,:,
,.
'/
.'.'-.-
o
-,,".,
Diverse doppen kartelen. StallPt rill118tjea. Nr.31 en 33 kartelen.
o o
Opzetbeveilig!ll11 stuk. Rus losRetrokken. .
Zie ltunje.
o Nr.6 karte1d.
o Nr.l11 kerteld.
Nr.24 en 32 gekarteld.
o Nr.19 en 31 stepelen.
o
Bus ~ getrokken. 40500 Rlnnenmaet te klein. 92250 Sl'l1jbu apsatrokk.en. o Nr.19 stropt ope o Trekgroef in nr.19 en 23. 4500
o
9000
o
1:'12
"
7 ,0
0
~IgeStallPt. Strock'&aD )a1t~1jae
beschad1Bd,nippel atuk.
2x )(ls~ta.lpcaoorafha1dtel'.lCr.27 8tapelt,nr.~ en 23
'.
Dop nr"lboG~ 1,45
Va.It' 8~ uit' OP op•• t.
10,0 .47500 Rand plcari:elct.. 310 0 ..ftCI-1P*brte1~;nr~32. 334 14162S Wr.21, bmI,f;' ;, 336 'OJ .,,, . . --:,", . 0)(i888_t • '11 ,5-;~, . Nr.22'UrMlJ,lItageatlll\l1lt •. 333
Kodenr. ~evindlnRen
Om.chr.Snijtrekdop 1,68 Omschr.
Rereedschapmaker.
R1ngetjes 1n onderstempel.schoonmaken. Le1pen en 2x le1bus vern.,laten Inlopen. - Snljder vern.Trekrlngen gepolljst.Lelset laten Inlopen. -Ix Snljder,lx treknlppel en 2x snljrlng vern. Vuil in "",trljs.Veren en tangetjea vern. Rlnp.etjes in stempel. Vull In stempel,tangetjes vast. Nr.6 en R vuH In stempel. Reveilir.lng vern. Ix Snljrinp, stuk,2x snljcler stuk,blokkering inRebouwcl. - 'pi np,et.1"s eTuft p,ehllald ,Ix snljrinp, vern. 1'anr,et jes vern., achoon"",ken. Treknippel veranrlercl. Treknlppels r,epollj8t. J x Trek ni ppel vern. -Ix Tre1
...m
/l) /l) {II
o
....
III
I-' I-'
~
M
tlIl
..,r1'
r1' ,., III....
IlII
::r 11) /l)
en
iD
......
I-i
G'2 IlII
11)
G'2 IlII
loti l:G
)I
C
"0 0"
~
t" lJII
lil:I
tlIl
0 CIa
n
til lJII "l:I
lJl
l:llI
til !:Ill tlIl
~
v8t11tzitten.na",.
!:nijrlDR vern.,37x sni.lder vern. -' Ix Snl.1der,lx trekrin~,4xsnijrinp, en - Ix leihusje van snijcler vern. 2" ~nijring,lx veer, Ix trek ring en Ix treknlppel vern. Rln~etje" uit p,er.r.ehllald.!lni.1r1ftR vern. Opne",er nar,ekeken. is l'oed. VuU in ","trijA. Vuil in Ml\t~ij8.Leip..nn .. n vern. Ringet.~ in ~3trlj". Vull In ger.,echoonmaken. - Rx Rinp,et.~ In mlltrljs,2x stukje uit snijcler,lx veer -1..,(
Aeeft
t~~"""'"
411~.2
Q,
Dekk.R&O
Dop nr.j6 ltar,teid. Leipen .-.ret••• lIt.lIPt riD&~je••
o o o o
o
Kodenr.4322 048
-
L.c!.3.~C·~ Md.21 . Cll'J!.l
Aant Gonad: b'd~c!t'ijf;etell1nll. xl000
o o
323
•
Pen 32T Kabel'
lJl
IlII G'2
/l)
Cer.nr.7422 589 5805Vd1t.l
...
lil:I
lQ
vern.
<:
o ..,o 0" /l)
iD I-'
0.
0"
<:
I
I~
BIJLAGB 12
89
AA.~ALLBR-RBGIS~RA~IB STAMPBRIJ
Voor de dop (code 4116) worden de geproduceerde aantallen ais voigt bijgehouden per week.
"
o
~
A.
.., c
•
a:
I"ltl.
~II
~ I
~ II)
,
~
~
,. ~
\r"
.J ~
I
~ I
~ ~
.,.,c"
•
:.=
,"'."
BIJLAGE 13
90
APWIJKINGER AANTALLER-RBGISTRATIE
Als
voorbeeld
van
de
(grote)
gistratie van geproduceerde van de dop
(code 4116)
afwij kingen
aantallen
in
de
re-
zijn de gegevens
als basis gebruikt.
De aantallen in de registratie van gereedschapbeheer te vinden zijn, worden in onderstaande grafiek vergeleken
met
verde
de
(en
in
werkelijkheid
geregistreerde)
ontstaat spreekt voor kelijkheid bij
meer
dan
gereedschapbeheer
treerd
wordt.
Reden
gebruik
is
gemaakt
treerde
aantallen
dat momenteel reedschap maar
van
de
gereedschap
door dop
aIleen voor
Het
wordt
er
afgeleverd
de
het
dop de
zijn:
voor
gebruikt
dient
in wer-
dit
er
geregisopgemer kt
producten is
wat
onderzoek
aantallen
wordt
zo
geregis-
stamperij
(hierbij
dat
van
verdere
de
afgele·-
beeld
reparatiebonnen
bij
de
bijgehouden
een
de
waarom van
stamperij
gemiddeld
dubbele
via
de
aantallen.
zich: het
door
per
ge-
waarvoor uiteraard
ook het geval).
AFJrIJKINC AANTALLEN
......
;
... .•.... 0
~
180 180 170 160 150 14-0 130 120 110 100 80 80 70 60
SNUTBDDOP 1.88
, r
l
t=
T"
~
~
~
l;:;
I./-
L~
r./-
I/.
'/.
'/.
t/
1/
V
X
~
X
~ '/
"
v.. .
t/
7"0
V
t/
V
V
X
V
V
5(
.....,
~
~
~
~
~
~
S<
~ ~
~~ / ~
:'/
"
0 ~)<
~
~
L1
5l
5(
~
~
IT'"
L1 r...,.
v/ ~
Ir7
~
'/ ~
~~
/
/r\.
/r\.
/t\.
' / l'\.
.... "-
fA ~
/
'./ r\.
/t\..
'./ t\.
"
' / t\..
~ r\.
v" r\.,
~ t\..
/K"" V V
b
"~ " HOl I
.... V
V
"
" "
""/
V
"
,,~
I
H03
/r\.
V
1'/
--
::x
'/.
v/
:;l'Ii
~~
~~
.
r./"7-
- v.. .
v.. .
....
--
~ ~
L'l
~
,
~
~
~
0
1)0
4-0 30 20 10 0
~
'7
T
"
" I
/. ~~
V
V
."
V
V
" "1l'I r
'/. ~
~ t\.. V
V
"
" I
NOl
L1
~~ Ih ~ ./ ~
v" V V
,," r;x;
"
T
~
91
BIJLAGB 14 GBGBVBRS BBRSTE ITBRATIE
UITGANGS6E6EVENS : TOTAAL 13 WEKEN :RESULTAAT ---------------------------+------------------+--------WEEK MLN UREN : AANTAL UREN : (2)/(1) NUMMER PRODUCTEN R&D (1) (2): ---------------------------+------------------+--------401 76.50 0.0 R~O
402 403 404
405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432
433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451
11.25 33.75 51.75 60.75 38.25 74.25 69.75 49.00 76.75 67.75 55.00
76.2~
76.50 56.25 83.50 60.75 0.00 33.75 69.75 47.25 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 4.50 33.75 9.00 56.63 4.70 63.00 60.75 38.00 63.00 20.25 33.75 58.50 56.25 40.50 27.00 27.00 47.25 56.25 13.50 0.00 0.00 54.00 47.25 76.50 27.00
Output IBM p.e.
14.0 8.5 11.0 2.5 11.7 6.5 6.5 7.0 0.0 ~,
7 .v
9.5 3.0 0.0 10.0 11.0 12.0 12.5 18.0 8.0 2.0 16.5 30.5 3.0 14.5 38.5 40.5 0.0 23.3 0.0 4.0 0.0 0.0 11.0 0.0 15.0 28.5 0.0 7.0 16.5 24.7 16.5 13.0 16.7 48.5 0.0 12.0 19.0 13.2 8.5 50.2
664.75 664.50 729.75 752.25 784.00 784.00 745.75 705.25 705.25 703.50 626.75 559.00 504.00 427.75 351.25 299.50 249.75 198.00 254.63 225.58 218.83 232.33 270.33 333.33 353.58 387.33 445.83 497.58 504.33 522.33 492.70 535.25 528.50 481.25 443.25 380.25 414.00 427.50 445.50
84.2 87.2 73.2 74.7 74.7 84.2 85.0 96.5 98.0 93.0 109.5 133.0 126.5 138.0 176.5 • 207.0 196.0 207.3 194.8 180.8 172.8 170.8 165.3 134.8 146.8 160.8 122.3 88.8 105.3 106.7 123.2 132.2 148.9 197.4 186.4 198.4 202.4 187.1 195.6
0.13 0.13 0.10 0.10 0.10 0.11 0.11 0.14 0.14 0.13 0.17 0.24 0.25 0.32 0.50 0.69 0.78 1.05 0.77 0.80 0.79 0.74 0.61 0.40 0.42 0.42 0.27 0.18 0.21 0.20 0.25 0.25 0.28 0.41 0.42 0.52 0.49 0.44 0.44
92
BIJLAGB 15 GBGBVBRS
~BBDB
ITBRATIB
UITGANGSGEGEVENS
: TOTAAL 13 WEKEN
:RESULTAAT
----------------------------+-------------------+--------WEEK UREN FREQUENTIElUREN R&O FREQUENTIEl (2)/(1) NUMMER R&D R&D : (U (2) : ----------------------------+-------------------+--------401 0.0 (I
402 403 404 405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432
433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451
14.0 8.5 11.0 2.5 11.7 6.5 6.5 7.0 0.0 7.0 9.5 3.0 0.0 10.0 11.0 12.0 12.5 18.0 8.0 2.0 16.5 30.5 3.0 14.5 38.5 40.5 0.0 23.3 0.0 4.0 0.0 0.0 11.0 0.0 15.0 28.5 0.0 7.0 16.5 24.7 16.5 13.0 16.7 48.5 0.0 12.0 19.0 13.2 8.5 50.2
Output IBM p.c.
2
1
2
1 1
1
2 2
o 4
2 1
o 2 1 2
4 4
1 1 1
1 1
1 1
5
o 1 o 1 o o 3 o 3 3
o 1
2
3 4 2 2 3
o 1 1
3 1 2
87.2 87.2 83.2 85.7 86.7 96.7 103.0 104.5 100.0 109.5 140.0 136.0 141.0 176.5 217.0 207.0 219.3 207.3 198.8 180.8 172.8 181.8 165.3 149.8 175.3 160.8 129.3 105.3 130.0 123.2 136.2 148.9 197.4 197.4 198.4 217.4 215.6 195.6 245.8
19 19 19 19 19 22 25 25 24 23 24 21 20 20 25 23 23 21 18 14 13 15 14 16 18 17 17 14 17 20 22 23 26 26 24 25 25 23 25
4.59 4.59 4.38 4.51 4.56 4.40 4.12 4.18 4.17 4.76 5.83 6.48 7.05 8.83 8.68 9.00 9.53 9.87 11.04 12.91 13.29 12.12 11.81 9.36 9.74 9.46 7.61 7.52 7.65 6.16 6.19 6.47 7.59 7.59 8.27 8.70 8.62 8.50 9.83
o
In
C t1'
In
'0
c
t1'
I-C ~
3:
.o
'0
IllI
_________________~!!~~~~~~~~~ WEEK HLN NUHMER PRODUCTEN
CUM.
~N R~O
i~I~~~~~~~
CUM.
FREQUENTIE I ~N R&O CUM.: INTERP.
i---------~~~TA~~~~----------i---------
FREQ. I 6EI1. INTERP. lRUNLENBTE
GEM. DUUR
R~O
RllcO QUOTE
lDEI
---------------------------------------------------------+------------------+----------------------------+--------o 0.0 0.0 o 76.50 76.50 401 402 403 404 405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432 433 434 435 436
437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447
449·
449 450 451
11.25 33.75 51. 75 60.75 38.25 74.25 69.75 49.00 76.75 67.75 55.00 76.25 76.50 56.25 83.50 60.75 0.00 33.75 69.75 47.25 0.00 0.00 0.00 0.00 0.00 4.50 33.75 9.00 56.63 4.70 63.00 60.75 38.00 63.00 20.25 33.75 58.50 56.25 40.50 27.00
~7.oo
47.25 56.25 13.50-., 0.00 0.00 54.00 47.25 76.50 27.00
87.75 121.50 173.25 234.00 272.25 346.50 416.25 465.25 542.00 609.75 664.75 741.00 817.50 873.75 957.25 1018.00 1018.00 1051.75 1121.50 1168.75 1168.75 1168.75 1168.75 1168.75 1168.75 1173.25 1207.00 1216.00 1272.63 1277.33 1340.33 1401.08 1439.08 1502.08 1522.33 1556.08 1614.58 1670.83 1711. 33 1738.33 1765.33 1812.58 1868.83 1882.33 --1882.33 1882.33 1936.33 1983.58 2060.08 2087.08
14.0 8.5 11.0 2.5 11.7 6.5 6.5 7.0 0.0 7.0 9.5 3.0 0.0 10.0 11.0 12.0 12.5 18.0 8.0 2.0
16.5 30.5 3.0 14.5 38.5 40.5 0.0 23.3 0.0 4.0 0.0 0.0 11.0 0.0 15.0 28.5 0.0 7.0 16.5 24.7 16.5 13.0
16.7 48.5 0.0 12.0 19.0 13.2 8.5 50.2
14.0 22.5 33.5 36.0 47.7 54.2 60.7 67.7 67.7 74.7 84.2 87.2 87.2 97.2 108.2 120.2 132.7 150.7 158.7 160.7 177.2 207.7 210.7 225.2 263.7 304.2 304.2 327.5 327.5 331.5 331.5 331.5 342.5 342.5 357.5 386.0 386.0 393.0 409.5 434.2 450.7 463.7 480.4 528.9 528.9 540.9 559.9 573.1 581.6 631.8
2
1 2 1 1 1
2 2
o 4
2
1
o 2 1 2
4 4
1 1 1 1 1 1 1 5
o 1 o 1 o o 3 o 3 3
o 1
2 3 4
2 2 3
o 1 1
3
1 2
2 3 5
Col t'f
>'
= • ... In IllI
f I)
ilID
6 7 8
10 12 12 16 18 19 19 21 22 24 28 32 33 34 35 36 37 38 39 44 44 45 45 46 46 46 49 49 52 55 55 56 58 61 65 67 69 72 72 73 74 77 78 80
IllI
as
I-l
GI
C
IllI 67.7 55.2 52.5 49.1 35.5 40.5 41.6 52.5 65.0 82.0 82.0 76.3 92.8 123.3 126.3 140.8 179.3 219.7 218.3 241.3 240.3 244.3 240.2 230.7 236.7 225.4 222.5 234.8 228.1 110.6 94.1 106.7 123.2 132.2 148.9 197.4 197.4 209.4 218.2 230.6 195.6 245.8
12
1-
13 13 11 12 10 12 16 19 17 16 17 18 19 20 21 26 25 26 26 27 26 25 27 26 23 23 22 15 14 16 20 21 23 26 26 27 25 28 23 25
41.7 37.5 37.5 39.0 43.9 40.9 48.4 41.7 31.3 25.7 30.2 31.4 29.5 27.9 26.4 25.1 23.9 19.3 19.6 19.0 19.2 18.5 19.1 20.3 18.4 19.6 21.3 21.8 22.6 34.0 37.0
31.3
25.0 23.8 21.7 19.2 19.2 18.5 19.8 17.9 21.7 20.0
5.6 4.1 3.9 3.8 3.1 3.3 4.0 4.4 4.1 4.2 4.9 4.8 5.5 6.9 6.7 7.1 8.6 8.5 8.6 9.2 9.2 9.0 9.2 9.4 8.7 8.8
9.5 10.2 10.3 7.5 7.0 6.7 6.2 6.3 6.5 7.6 7.6 7.8 8.7 8.2 8.5 9.8
0.14 0.11 0.11 0.10 0.07 0.08 0.08 0.11 0.13 0.16 0.16 0.15 0.19 0.25 0.25 0.28 0.36 0.44 0.44 0.48 0.48 0.49 0.48 0.46 0.47 0.45 0.44 0.47 0.46 0.22 0.19 0.21 0.25 0.26 0.30 0.39 0.39 0.42 0.44 0.46 0.39 0.49
15.2 14.6 14.8 15.7 18.8 17.1 20.2 16.5 11.6 8.6 10.1 10.9 9.3 7.1 6.5 5.5 3.4 1.2 1.2 0.3 0.4 0.2 0.4 0.8 0.5 1.0 1.2 0.7 1.0 9.5 11.5 9.0 6.3 5.6 4.4 2.0 2.0 1.5 1.3 0.7 2.4 0.2
I-l
Ii IllI
= Ii
I-l
IllI
\Q
W
BIJLAGE 17
94
TOELICHTING SYSTEEM
1. DE HARDWARE Om de mogelijkheden van het opgezette informatiesysteem
optimaal
te
kunnen
benutten
is
een
configuratie
nodig bestaande uit de volgende componenten: 1. C.P.U. van
de
ningen
(Central
Processing
configuratie. en
de
programma-pakket Memor y)
CPU
communicatie
systeemcomponenten. Access
De
Unit):
dit
i.s
verzorgt
tussen
de
aIle
gehe ug en
is
gewenst
bereke-
te gebr ui ken
een met
hart
verschillende
In verband met het
(software)
het
RAM een
(Random
capac i te i t
van 512 Kb. 2. Keyboard: toestsenbord
waarop de
gebruikers
comman-
do's geeft aan het systeem. 3. Monitor: scherm waarop
tekst
en grafische voorstel-
lingen zichtbaar gemaakt kunnen worden. Hierbij zijn er twee mogelijkheden, namelijk: -
een gecombineerd tekst-grafisch scherm.
-
tekstdisplay en grafisch display gescheiden,
het-
geen twee aparte schermen betekent. 4. Diskdrives (twee): d ienen voor de
deze
ui tvoer
zijn
ingebouwd
(opslag)
en
in de CPU en
invoer van gege-
vens op een flexibele schijf). 5. Harddisk (vaste geheugenschijf):
deze schijf
stemd voor de opslag van gegevens teit
5 Mb).
aantal van ca.
60
Kb)
en
(voor
elk
be-
(benodigde capaci-
In verband met de opslag
bestanden
is
van
gereedschap
een groat
een
bestand
gebruikersvriendelijkheid
grate vaste opslag-capaciteit meer
is
een
geschikt dan
een
groat aantal diskettes van ± 300 Kb. 6. Printer: afdrukeenheid,
waarop
fieken afgedrukt kunnen worden.
zowel
tekst
als gra-
95
Toelichting systeem
7. plotter
(6 kleuren):
apparaat voor het tekenen ofwel
plotten van grafieken, de
pr inter
kleuren
waarbij
gebruikt
in
tegenstelling
kunnen
worden
door
tot het
wisselen van kleurpennen.
monitor
f0-
r--
keyboard
I
C.P.u.
harddisk
L drive A
Figuur
~
-
printer
plotter
drive B
1-
Samenstelling hardware.
2. DE SOPTWARE Er wordt gebruik gemaakt van de volgende programmatuur:
1. DOS 2.10
(Disk Operating System versie 2.10).
2. Symphony (incl. 3. Basica.
printgraph).
Toelichting systeem
Ad
96
1-
DOS
2.10
wordt
computersysteem
gebruikt
en
zorgt
voor
voor
het
de
opstarten
van
communicatie
het
met
en
tussen de diverse systeemcomponenten.
Ad
2. Door
de
keuze
gelijk de
voor
gebruiken. baar, een
van de beschreven hardware
die
Voor
de
apparatuur IBM p.c.
beschikbare
is er
"spread-sheet"
software
te
een pakket verkrijg-
"Symphony", dat vele mogelij kheden
zg.
is het mo-
programma,
dat
biedt.
Dit
uitgaat
van
is een
matrix-vormig werkblad, waarin celsgewijs gegevens verwerkt
kunnen
worden.
Het
programma
uitgebreide grafische mogelijkheden om ged ur ende maken uit
naar
te
het
DOS
laten
we r ken
om
een
voeren,
met
heeft en
het
Symphony een
zelfgeschreven
en
voorts
vervolgens
is mogelijk ui ts tapj e
basic
weer
vrij
te
programma
naar
Symphony
terug te keren. De gebruiker sheet
zelf
van
Symphony
bepaalde
routine-handelingen
kan
bovendien per
handelingen die
spread-
programmeren,
normal iter
een
groot
toetsaanslagen vragen, met een druk op de
zodat aantal
(twee)
knop-
pen automatisch uitgevoerd worden. Uitgaande geboden een
van
worden,
is
ten
behoeve
welke
van
ontworpen.
We
door
Symphony
gereedschapbeheer zullen
de
op
bouw
in de volgende paragraaf bekijken.
3.
Basica ken
mogelij kheden
basis-spreadsheet
van dit werkblad
Ad
de
van
is een compiler Basic
voor
programma's.
het vertalen en verwer-
Hiervan
wordt
gebruik
ge-
maakt voor het uitvoeren van een programma dat geschreven is om te interpoleren.
97
Toelichting systeem
be
samenhang
van de gebruikte
software
is
weer9~ge
ven in onderstaande figuur.
DOS 2. 10
PRINTGRAPH
BASICA
SYMPHONY
Figuur 2. Samenstelling software.
3. DE OPBOUW VAN RET SPREADSHEET De voor
bedoeling
van
elk gereedschap
standaard-vorm. kingen
op
de
het
basis-spreadsheet
een
bestand
aan
is
kunnen
dat
we
leggen
in
Dit heeft als voordeel dat we de bewergegevens
vergaand
kunnen
automatiseren
doordat de opbouw van het bestand steeds voor
ieder ge-
reedschap gelijk is. We onderscheiden
twee gedeelten
in het
spreadsheet:
1. Vaste gegevens. 2. Variabele gegevens. In het vaste gedeelte worden de min of meer vaste gege-
Toelichting systeem
vens
per
gereedschap
codenummer, te,
etc.
staat door
zoals
een
tweede
gedeelte
aantal
kolommen,
9 e b r u ike r
kolommen
gezet,
gereedschapnummer,
initiele kosten, voorgecalculeerde R&O quo-
Het
uit de
98
in 9 e v u 1 d
worden door
de
van
het
waarvan
k un n e n
computer
spreadsheet de
eerste vier
wo r den:
de
0
berekend.
De
diverse
kolommen vormen de basis voor het maken van fieken,
v e rig e
(vier)
gra·-
namelijk:
GRAPH1
1.
be-
(Prestatiegrafiek
runlengte,
de
I):
gemiddelde
dekkingsverschil als lijnen
geeft de gemiddelde
reparatieduur in de
tijd
en
het
weer,
ge-
combineerd met waarschuwings- en actielijn. 2. GRAPH2
(prestatiegrafiek II): geeft de gemiddelde
reparatieduur
uitgezet
tegen
de
gemiddelde
run
lengte in de tijd weer. 3. GRAPH3
(Grafiek R&O quote): geeft het verloop van
de gerealiseerde R&O quote in de tijd weer. 4. GRAPH4
(Dekking
loop van de
kosten IK en R&O): geeft het ver-
kostendekking
initiele en R&O kosten weer
met
betrekking
tot
de
in de tijd.
4. GEBRUIK VAN SYMPHONY In deze paragraaf zal puntsgewijs een globale opsomming worden gegeven van de werkwijze die men volgt
bij
gebruik van het spreadsheet.
4.1. Opstarten van het systeem. -
Schakelaar harddisk aan.
-
DOS
2.10
in drive A.
(incl.
opstartmogelijkheid
harddisk)
99
Toelichting systeem
- Schakelaar IBM p.c. aan. - Scherm aan. Resultaat op scherm: C 4.2. Opstarten van Symphony. - Symphony Program disk in drive A. - Toets Sin. - Bij
volledige
tekst
op
het
scherm:
druk
op de
return-toets. Resultaat op scherm: leeg spreadsheet. 4.3. Gewenst spreadsheet op scherm brengen. - Toets in F9 File Retrieve. - Maak keuze uit bestandsnamen
(kies voor het aan-
maken van een nieuw bestand DEF.wrk) Resultaat op scherm: gewenst spreadsheet. 4.4. De mogelijkheden zijn nu: - Gegevensinvoer door
(inc!.
de cursor
naar
wijzigen):
de gewenste
dit
plaats
gebeurt te
stu-
ren en vervolgens het gegeven in te voeren. - Keuze
maken
ui t
Men u:
d it
komt
in
beeld
door
intoetsen van Alt M. N.B.
Combinaties
met Alt dienen
gelijktijdig
ingedrukt te worden. 4.5. Keuze uit het Menu - Alt M Met
een
combinatie
van Alt en
een
letter-toets
kunnen de verschillende mogelijkheden geactiveerd worden. vens Basic
Het
altijd
is
wensel ij k na
eerst Alt
programma
worden
het
A uit dan
de
te
invoer en voeren.
van Via
ge een
actuele geinterpo-
leerde waarden berekend en ingevuld.
Toelichting systeem
Daarna
kunnen
grafieken
de
benut
100
commando's worden.
voor
Gekozen
het kan
maken
van
de
worden
uit
de
volgende opties:
Alt B
-
initieren voor plotter.
Alt C
-
initieren voor printer.
Alt D
-
initieren schaalverdeling.
Alt E
-
initiihen GRAPH1
weergeven grafiek op scherm.
Alt B
-
Alt I
- grafiek opslaan op discette
Alt J
-
Alt F Alt G
Alt B
(range) •
initiE!ren GRAPH2/GRAPH2/GRAPH3
(range) •
afdrukken spreadsheet op printer. in drive B.
spreadsheet opslaan op harddisk
(drive C)
en Alt C
Bij het initieren
(definieren)
ten
geschikt
de
grafieken
van de grafieken moe-
gemaakt
worden
voor
af-
drukken op de plotter of de printer. Voor de plotter is
het
voldoende
d e r s c he i d printer worden len. zorgt
gem a a k t moet
8
voor
ka n
een
tekenen,
wo r den d. m• v •
van
grafieken
combinatie
waartussen k leu r en.
onderscheid
combinatie
definieert de
te
daarentegen
middels
Alt
lij nen
van
lijnen
Bi j
de
aangebracht
lijnen met
on-
en
symbo-
lijnen, Alt en
symbolen
C en
hoeft slechts gebruikt te worden voor GRAPH1.
Alt D Deze optie dient voor het definieren van de horizontale en verticale assen van de grafieken. Achtereenvolgens wordt gevraagd naar de kleinste waarde x-as, grootste waarde x-as, ste waarde y-as.
kleinste waarde y-as en groot-
Toelichting systeem
10 1
Alt B
Na het definieren van de schalen kan aangegeven worden
welke
waarden
spreadsheet
uit
uitgezet
de
diverse
moe ten
worden
Dit kan met behulp van de cursor Deze
gaat
achtereenvolgens
staan, waarbij
aIleen maar
gegeven hoeft te worden
kolommen
in
in
de
van
grafiek.
aangegeven de
juiste
het
worden. kolommen
het gewenste gebied
aan-
(Alt E is voor GRAPH1).
Alt po
Ais Alt B
maa~
nu voor GRAPH2,
GRAPH3 en GRAPH4.
Alt G
Met deze optie kan naar
keuze een van de vier moge-
lijke grafieken op het scherm worden bekeken.
Alt B
Optie voor het afdrukken van een spreadsheet.
Alt I
Optie voor
het opslaan van een bepaalde grafiek on-
der een op te geven naam op een discette in drive B. Alt J Optie voor het opslaan van een spreadsheet onder een op te geven
naam op de harddisk
gebruiken: dit
(nooit de
naam
DEF
is namelijk de naam van het origineel
van het basis-spreadsheet). De volgorde waarin de verschillende opties gekozen en uitgevoerd kunnen worden
is in principe vrij,
doch bepaalde volgorden zijn minder zinnig dan andere
(bijv.
een grafiek weergeven op het scherm alvo-
rens deze gemaakt is heeft weinig
kans van slagen).
Toelichting systeem
102
5. GEBRUIK VAN PRINTGRAPB Voor
het
printen
en
aparte
programmaschijf
schijf
kan
worden
commando
PGRAPB
een
in
menu
te
geven.
dat
van
van
grafieken
beschikbaar:
opgestart
beeld
bewerkstelligen
plotten
de
door Na
juiste
PRINTGRAPH. op
een Deze
DOS-niveau
korte
tijd
kan
worden
gebruikt
is
het
verschijnt
instellingen.
voor Men
het gaat
hiertoe als voIgt te werk:
5.1.
Image-Select. Selecteer
de
gewenste
grafieken
door
deze
met'
aan te geven. De grafieken worden in de aangegeven volgorde afgewerkt.
5.2. Settings Bardware Interface. Voor printer: geef
Ope
Voor plotter: geef 2 op gevolgd door 6
(baudrate
=
2400) •
5.3.
Settings Hardware Printer. Selecteer printer of plotter.
5.4. Settings I.age Size. Kies Full of Balf.
5.5. Settings I.age Pont 1. Selecteer lettertype voor font 1.
5.6. Settings I.age Pont 2. Selecteer letter type voor font 2. 5.7. Settings I.age Hue 1 t / . 7. Selecteer de
kleuren
voor de
zeven ranges
(aIleen
bij plotter te gebruiken). 5.8.
Go. Afdrukken van de
grafieken.
Bij
plotter papier
en
penn en verwisselen indien gewenst. N.B.
Op de volgende
bladzijden
is
van
elk
van de
mogelijke grafieken een voorbeeld geplot.
vier
PRESTATIEGRAFIEK 1 7-'22 58' 0902 PIN 60
30
20
10
o -10
o C
RUNLINGTI
200
+
4-00
AANTAL PRODUCTEN (IILN) R.kO DUUR <> DIUaCINGSVERSCHIL
PRESTATIECRAFIEK 2 7422 584- 0902 PEN
I I
35
I
30
25
20
-.-
ltV ,/
us
>rz 7
10
5
o
/rfY-
~~
" / v ~ o
20
60 GEMIDDILDB RUNLINGTI
VERLOOP R&O QUOTE 74-22 584-
6
090~
PBN
.....,..--------------------.-------------,
'" Z ..:I ~
II: r4 At
Z r4 p;
...,l:J r4 fot 0
l:J
a
3
2
0
Jd
II:
1
o o
200 . CUM. AANTAL PRODUCTEN (llLN)
4-00
DEKKINC KOSTEN IK + R&D 7+22 58.. 0902 PEN 100000
'" ..:l ra. ....,
=
80000
- t - - - - - - - - - - - - - - - . c ..---.c
_._ . -
60000
- - t - - - - - - - - - - - - - - - - . - - --.-.
+DOOO
- f - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - --..
~ ~
~
"-'.r'
Q
+ Z
-20000
- - - - - - ; ' ' - - - - . - - . -.....
- '-7""
-----7~
/
- --.. ---, .. -.- .-
------11
,
. - ----- ----- ---- j - .- ..._. _. --!
-+-------~--~--
_..-- -' -- ----, ..--j
-80000 .
-+-------7"'--~---------------
Vl
-120000
- t - - - - - - ; - - - - - . . - ' ' ' ' - - - - - - - - - - - . - - - - - - . - - ---
-140000
- - - - _ .. -
~
---- -·------l
/~~
-100000
0
•..••.... - - - - - - - - . - - - -
0
-60000
.___ ---
~;;-/~--;
~
£-I
_c_,,_
//'"
20000
-+0000
~-c------
.c_/~ //
CJ
...Z
__.__ ..
-,.
-
uo _ _
-'._-
-~-
i
--"
'-"'-~-'i
I
.-----..----.-.-----,--J
I
-. ---------- ---'---l
..
-- ' '--'-'-' - ---- ----_._-------._j
-160000 -180000
_ _ _ _ _ _ _,.
-
..
-
-
._
C'"
__ • _ _ •
•
••
_.~
I
-200000 0
200
CUM. AANTAL PRODUCTEN (AttN)
UP EN
~
~
0,
n':'~?9.,!B):
uti'''1 ~~'l)F~
IOU 1 J 'j :I :",'() .i .. :,'... i J ·:1·') !. (",I
()
11\1F' Ui !, j···.tF'L.rl
IF
10
X:-~(.~ (i
E~
]':=1 ~
~3-'E~'
:L
'T:l
"
L=:::>:
0
~ ~
>
(i-:.. '.';<) '::'..1 =!=f \. "
,:.:j .: ! ,.:.') ,{i (I , J " ,14 ( I •
>::)
*t 1.
{.~
L. ,,:. ; r:~ ( L. " :l ) '.! Pi (L ., ,U)=0 IHEN GOrO 280
~:;':::
~\l
'!
';
',l
Fr::TNI L. J t· H', i. ': .q. )',-1 l'i,' it.. : ./10 HLtL,!'=•...', ( (.'1 L.. .', ::. i, f,:\ I, L ~ H.' ':::[-"1 0
J L:~,)
E:,::::(i:
(i
oj
t'l
'.'
(·i '~1...
H ': i ",,::,) • (. (! '~i i . ( f'"::' i "s:':i!: L. ~ .(~ j '.t i::': (1... ',' ~:.:;.;} 'f (:j
'j
':
:I :I j
:
I, : ••.
".',"
'1
t:)'"
,,'
I
'
1:'1
i l,
HND r·, (L '. i! :1"H ( I ".il
! • il· )·H"lfJElj''',:j ': I.. ,<:I) .I i (i, (i ,'-1.1 ',i... , :::: ) .... (Ii ( I • :",:i) + Hl...1 L. F'!h\ ( i • .: ) ~: L, '1 ~~:.) "-(':'1 ('1 '! IS) +!"iLiL.F"i{:-(·1 ( : " ':::,.1
'j,
j' :
(E
'J
,-ilk:')
r I..': 'Ii
iiL, ~(i
::" .
~~V
n(E,I}~O:
AIE.8):O: GOrD 18v 1·· 1 [J I:;:: \) '1' ~"l E. t\~ (3 CJ .r L.J
:..: .•:j.(J
J. :. l~ ( E ,~ ..:1- ) hi 1 I U :'-':,7J')
'..:: ~
t'~1 (t:,
~~': t:.. i..)
E. :.-;: I :
11', L '. il j--(, ,; I .<:1
Of
. / .+ ;:;.
I.) ~
.:;; 'f +
i .. i.'iU 1:1,' ,:Uu C;L. U~:iFH 1 £"!' , FUr;: \"':1 it.! L
{~I
(r .
Of
:>
>1·ILJl-::V
~:3 :> :::;; ()
J.
".:i,.)
-~;(:)(~}
:I () 1\1:':. I; I " I Ci.I.. I~:;!:'.I:i:,: "::~ ~::~ 'f I:" .!"! :';.j '.. ' I i,lL' 'j
:.. ·,!. .I
~::;IEJ'
P~~ll\"I#~~(~(;~,'!)
I,
\:
:.< 0 I-i
"+ .I
Cl\l ::0 'T:l
0
t"l
'"i ?-\
t'o!
:l. I. ()
J I·
.::' I.)
....
)I
,'i u >~
'.-{
21 Ioi
t. ". J.. t··'~
t:Jt,! I Ll
';
0
'f l ...'.-
":.!J.. :
j
~
',I::. '0·4) :::: >1-iCH~\)
.I ,A(X~8j
lal
j.... > en
INPUT#3,HOEV: CLOSE#3
4()
.i.
CD
"i.' ,it i ,"UEh\t31!\1. F'Pi\~l! ' U ' , *t.,:" l! f:lF.h \l:iUUr • I:';' hI\j " '1 ,#:3, "GEFi: \, HClEV. F'F:N"
LIFtl! UF'!::f l
J"
fl"iL.I',·,1 tiD lu ~':: :.:,:1 1.,)
:/:-,1)
'" 15 , I
:0:
BIJLAGE 19
108
PORMULES IRTERPOLATIE De delde
waarden
voor
de
gemiddelde
en
de
R&O
R&O duur
quote
runlengte, worden
de
op de
gemid-
volgende
manier berekend.
Zij
weeknummer
i
ai
aantal
in week i
(producten of slagen)
ui
uren R&O in week i
fi
= reparatiefrequentie
cai
= cumulatief aantal tim week i
cUi cfi h
in week i
cumulatief R&O uren tim week i = cumulatief frequentie
tim week i
hoeveelheid waarover gemiddeld wordt
u(wi)= geinterpoleerde
R&O
uren
over
hoeveel-
over
hoeveel-
heid h voor week i f(wi)= geinterpoleerde
frequentie
heid h voor week i Dan
cui-CUi_j+Ui_j*----------------( ca i_j- Ca i_j_l)
f(wi)
= cfi-cfi_j+fi_j*----------------( ca i_j- Ca i_j_l)
Hieruit volgt: gem. gem.
runlengte = h/f(wi> R& 0 d u u r
= u(wil/f(wi)
R&O quote
tijd-as:
= u(wi)/h
i-~_~
_ h
~:
109
BIJLAGE 20 TOP 40 PRODUCTEN
Hieronder ven die
zijn de codenummers
verantwoordelijk
zijn
de omzet van stamperij SH. product-assortiment van de omzet
dat
(producten)
voor
een groot
deel van
Het gaat hier om 20% van het
verantwoordelijk
(mIn. hfl),
weergege-
is
voor
80%
en daarmee ook voor een even-
redig groot deel van de R&O kosten t.b.v. gereedschap.
PRODUCTCODE
BEJIAMING
OMZET/JAAR
CUM. OMZET
4322 048 4116
Snijtrekdop 1 ,68
4.026.960
4.026.960
5722 690 0130
Kontaktveer
2.593.139
6.620.099
8222 291
Snijtrekdop 1 , 68
2.545.200
9.165.299
5722 690 0125
Veer VPP fos.
1.635.755
10.801.054
4322 047 4937
Kontaktveer band
1.239.810
12.040.864
3122 1 21
Pen
916.600
12.957.464
4322 047 2584
printlip A.B.
866.040
13.823.504
3322 081
0100
Hoekstuk 26
800.800
14.624.304
4322 048 4007
DOp SFR 16T
723.303
15.347.607
5722 690 0141
Switch-spring
534.872
15.882.479
3222 990 0520
Cap R6
521.400
16.403.879
3322 081
5840
Hoekstuk 22'PL
516.000
16.919.879
4322 021
3178
Beugel
478.800
17.398.679
3322 081
8460
Hoekstuk 20"
461.500
17.860.179
3122 1 21
6230
Kontaktveer
439.753
18.299.932
3222 990 0720
Bodemplaat R6
347.600
18.647.532
4322 052 7006
Kontaktveer band
347.546
18.995.078
4322 047 4930
Middenkontakt
344.960
19.340.038
3222 990 0540
TOp LR-6
336.700
19.676.738
8122 151
Afschermbeugel
333.900
20.010.638
4219
6038
0308
br.
Top 40 producten
11 0
OMZET/JAAR
CUM. OMZET
Rode ring R6
316.000
20.326.638
5722 690 0189
Gitternetzband
315.000
20.641.638
3122 1 1 1 6565
Veer A.
band
307.976
20.949.614
8222 040 6729
Hoekst.
66FS-59
306.680
21.256.294
4322 052 6771
Kontaktveer band
303.970
21.560.264
4322 048 0077
Dop 4,04
300.000
21.860.264
3322 082 0020
Hoekstuk 1 4 "
298.800
22.159.064
4322 052 7021
Aansl.lip cold
276.619
22.435.683
4322 047 2488
Centreerbus
253.500
22.689.183
4322 052 7002
Kontaktveer band
243.200
22.932.383
4322 047 4966
Sam.
238.022
23.170.405
4322 021
Beugel
234.360
23.404.765
3222 990 0501
Top R20 NAS
233.750
23.638.515
3222 990 0500
Cap R20
227.900
23.866.415
PRODUCTCODE
BENAMING
3222 990 0620
3184
kontv. band
4304 1 01
2074
Middenkont.A.B.
224.450
24.090.865
4304 101
2076
Buitenkont.A.B.
218.250
24.309.115
4304 101
2077
Buitenkont.A.B.
218.250
24.527.365
4322 048 0957
Dop 2,86
193.600
24.720.965
4322 052 7019
Aansl.lip hot
190.546
24.911.511
4322 048 0192
DOp 5,67 ST
170.000
25.081.511
111
REPBRENTIES
Interne rapportage PMP: 1. B. Regeer - Beheer gereedschap.
17 februari 1981.
Nr. PHR16-06-099/08/1. 2. B. Regeer -
Over gereedschap. 5 januarie 1982.
3. H. Regeer - Raamwerk rond reparatie en onderhoud gereedschappen. 4. M. BIlek - Dp structuur van R&D. 26 maart 1982. Nr.
02-094-605.
5. M. BIlek - Gereedschapbeheer Metaalwaren. 27 april 1982. Nr. 02-094-611. 6. M. Bliek - Bet aanmaken en perfectioneren van gereedschappen. Nr. 02-094-615. 7. M. Bliek - De functies en taken van IE + KB. 22 juni 1983. Nr. MTM113. 8. M. Bliek - Taken en verantwoordelijkheden van het Technisch Team. februari 1984. Nr. MTM162. 9. M. Bliek - Gereedschapozichter.
18 mei 1984.
Nr. MTM175. 10. J.
van
de
Molengraft -
Experimenten
met
gereed-
met
gereed-
schapsgegevens. 24 october 1984. 11. J.
van
de
Molengcaft -
schapsgegevens II.
Experimenten
16 november 1984.
Referenties
11 2
12. J. van de Molengraft -
De prestatiegrafiek.
26 november 1984. 13. J. van de Molengraft -
De prestatiegrafiek II.
11 december 1984.
Literatuur: 14. B. van Mal - Technische processen.
1984.
Dictaat TH Eindhoven. 15. G. de Boer -
Gestructureerd Ontwerpen van
Informa-
tiesystemen. 1984. Dictaat TH Eindhoven. 16. R. Vonk - Prototyping, concepten en richtlijnen. Informatie jaargang 27 nr. rapport cat. nr.
1, 1985
(int. Philips
432227020461).
17. B. Alblas, S. Boersaa en B. Rebergen -
Informatie
en informatiesystemen. NIVRA opleiding juni 1981, 2 e druk. 18. W. Geraerds - Onderhoudsbeheersing. Dictaat TH Eindhoven.
1984.
EINDHOVEN UNIVERSITY OF TECHNOLOGY I DEPARTMENT OF INDUSTRIAL ENGINEERING AND MANAGEMENT SCIENCE RESEARCH REPORTS EUT/BDI
r
/
Internal rate of retJrn - an investment decision criterion of full applicability Miroslaw M. Hajdasinski A portfolio approach to the capital budgeting decision L.A. Soenen PatIent scheduling: A review R.J. Kusters Researchinspanningen, technische innovatie en werkgelegenheid: Een internationaal vergelijkende studie door middel van research-indicatoren P.W. Huizenga, C. Botter Investeren in flexibele produktie-automatisering H.J. Hagenberg Diagnosemethoden; vraag, aanbod en kwaliteit: Een interpretatieve inventarisatie H.G. Schotman De bruikbaarheid van ontwikkelingsmodellen voor management H.G. Schotman, R. Vonk en advisering Het functioneren van HBO-verpleegkundigen in de praktijk van de gezon~heidszorg B.Th.M.M. Pieterse, J.A. Verwey Techni sche p. 'ocessen, procesbeheersi ng, ontwerpkaart H.H. van Mall F. Kools, E.J. Hekma Variatie in onderwijsvormen binnen probleemgestuurd onderwijs: Evaluatie van een experiment E. de Graaff, R. MercM The cost of downtime for maintenance: Preliminary considerations W.M.J. Geraerds Production and inventory control with the base stock system J.P.J. Timmer, W. Monhemius, J.W.M. Bertrand Participative development of a budget system for operational control Johan J.A. Bakker, Johan C. Wortmann, Jacques A.M. Theeuwes Integrating management control and operational control Johan J.A. Bakker, Jacques A.M. Theeuwes, Johan C. Wortmann Halffabrikaten van koper en koperlegeringen: Een analyse van produktie en afzet in mondiaal perspektief Ad Sannen Studie-bijeenkomst contingentie-benadering Vakgroep Organsiatiekunde Internationale industri~le produktie; De economische I them-Ie en de bedl"ijfskundige praktijk A.D.M. v.d. Ven Flexibele produktie-automatisering: Het bedrijfskundig beoordele~ ervan tijdens het ontwerpproces van produktiesystemen bij Volvo Car B.V. H.C.M. Schepers De organisatie van de verplegingsdienst in algemenE ziekenhuizen R.J.M. Mercx On the applications of energy analysis and second law analysis W. Willeboer Een economische kijk op energiesubstitutie l uitgaande van processen P. van den HeLlvel Interne budgettering van dE klinische verplegingsdienst op ba:;:.is van werk1a:stenonderzoek P. van Stiphout Prestatiegrafieken van gereedschappen (Een nieuw informatiesysteem VOOr terugkoppeling op korte en lange termijn) J.M.A. van de Molengraft
