22 mei 2016, Hoogfeest van de Heilige Drie-eenheid. Joh. 16: 12-15 21 May, The Most Holy Trinity - Solemnity Peter van Dael S.J. First: Dutch version Second: Sermon in English DRIE GODSNAMEN Inleiding Vandaag vieren wij het Hoogfeest van de Heilige Drie-eenheid. Dit feest is bedoeld als sluitstuk na de paascyclus. Vanaf Kerstmis tot en met Hemelvaart hebben we het leven van Jezus gevolgd. Wat we op de zondagen tussen Advent en Pinksteren hebben herdacht waren gebeurtenissen. Wat we vandaag vieren is geen gebeurtenis, maar – zo lijkt het wel - een abstract dogma. Maar we kunnen ook zeggen dat we vandaag de drie namen vieren die aan God zijn gegeven: Vader, Zoon en Geest. God als persoon Er zijn mensen die zeggen dat zij niet in God geloven. Anderen geloven in een macht die aan de grondslag ligt van alles, een macht die de mens te boven gaat. Voor hen is God 'iets'. Er zijn ook mensen voor wie God een persoon is, iemand die zij kunnen aanspreken. Dat gebeurt in de liturgie en in persoonlijk gebed, waarin de gelovige God lof brengt, Hem dankt en Hem zijn of haar vragen en verlangens voorlegt. Deze mensen staan in de traditie van de Bijbel. God, die aan Mozes verscheen in een vuur dat uit een doornstruik opvlamde, zei tegen hem: Ik ben de God van je vader, ik ben de God van Abraham, Isaak en Jakob (Ex. 3:6). Een persoonlijke God, die met zijn mensen verbonden is. Wanneer Mozes nadrukkelijk vraagt naar de naam van God, krijgt hij als antwoord: Ik ben degene die er altijd is (Ex. 3:14). Hij is de Aanwezige, Hij is met de zijnen, Hij is hen trouw, Hij heeft hen lief. Liefde, trouw en vertrouwen spelen zich af tussen personen. Wij zien God als persoon omdat dit het hoogste is wat wij kennen. Maar in feite kennen wij in onze wereld alleen maar personen met beperkingen en gebreken. Maar we hebben geen ander woord. God is persoon op een wijze die ons begripsvermogen te boven gaat. Behalve de naam Ik ben degene die er altijd is vinden we in de Bijbel nog meer namen: Vader, Zoon en Geest. Deze namen zijn over ons uitgesproken bij de doop. En steeds wanneer wij het kruisteken maken, noemen we deze drie namen. Drie namen in het Oude Testament Al in het Oude Testament ervoer men God niet als een oneindig verre en in zichzelf opgesloten God. Men zag vaderlijke trekken in Hem. Hij wordt vader genoemd in zijn hoedanigheid van schepper: De Heer is jullie vader, hij heeft je gemaakt, hij heeft je het leven gegeven (Deut. 32:6). Hij wordt ook vader van wezen, beschermer van weduwen genoemd (ps. 68:6). Hij is verder de vader en beschermer van Israël (Jes. 63:16). Soms wordt God direct met 'Vader' aangesproken (Sir. 23:1,4). God als vader is 'maar' een beeld. Met deze naam benoem je God niet adequaat. Men zag ook moederlijke trekken in God. Wanneer God volgens Genesis (1:27) de mens schiep
als zijn evenbeeld, mannelijk en vrouwelijk, dan is in God ook het vrouwelijke en moederlijke aanwezig. Vlak voor zijn dood zong Mozes een lied waarin sprake is van God die u gebaard heeft (Deut. 32:18). In Jesaja (66:13) spreekt God zijn volk toe als volgt: ik zal jullie troosten, zoals een moeder haar kinderen troost. In de Bijbel, product van een patriarchale cultuur, wordt God vooral als man, als vader, gezien, maar de idee van God als vrouw, als moeder, blijkt niet afwezig te zijn. Wanneer God vader van Israël heet, kan dit volk zoon van God worden genoemd. In Hosea (11:1) lezen we: uit Egypte heb ik mijn zoon weggeroepen. Meer in het bijzonder wordt de term 'zoon van God' gebruikt voor de koning. De macht, de rechtvaardigheid en de wijsheid van de koning vertegenwoordigen Gods macht, rechtvaardigheid en wijsheid. In enkele gevallen wordt het woord zoon gebruikt voor afzonderlijke, rechtvaardige mensen. Wees voor wezen als een vader... Dan zul je als een zoon van de Allerhoogste zijn... (Sirach 4:10). Wanneer de Bijbel spreekt van zonen van God, dan verwacht je ook dochters van God. Die zijn er ook: Jesaja spreekt van de terugkeer van Gods zonen en dochters na de ballingschap (43:6), Paulus laat God in een Bijbelcitaat zeggen: Ik zal jullie vader zijn, en jullie zullen mijn zonen en dochters zijn (2 Kor. 6:18). Ook wordt gesproken van Gods geest. De primaire betekenis van het woord 'geest' is lucht in beweging, dat wil zeggen wind of adem. Wat ademt, leeft. Daarom betekent 'geest' ook: levensadem, leven. Bij de schepping zweefde Gods geest als de levensadem van God over de oervloed, de wateren van de chaos (Gen. 1:2). Gods geest stelt ook bepaalde mensen in staat om wonderbare, heldhaftige daden te verrichten (bijv. Simson: Recht. 14:6). Mensen als Mozes, Jozua, David en Elia werden geïnspireerd door Gods Geest. Nieuwe Testament Ook in het Nieuwe Testament worden deze namen gebruikt. Jezus sprak over God als over zijn Vader. Tegelijkertijd leerde hij zijn volgelingen het Onze Vader te bidden. De naam Zoon wordt in het bijzonder toegepast op Jezus. In Jezus, de Zoon, beluisterde men Gods woord. Men zag hem als icoon van de onzichtbare God. In Jezus werd concreet wat God van zichzelf aan Mozes openbaarde: dat God een liefdevolle en zorgende God is. Overigens is iedere gelovige geroepen om zoon of dochter te zijn van de Vader. Iedereen is geroepen om te laten zien hoe God is. God is niet een verre, onbereikbare werkelijkheid, maar Hij is daar waar mensen het voor elkaar opnemen. Waar mensen elkaar liefhebben, laten zij iets van God zien. De jonge kerk wist zich ten slotte geïnspireerd door Gods Geest, de Geest door wie ook Jezus werd geïnspireerd. In Handelingen is te lezen hoe Petrus en Johannes een groep Samaritanen die al gedoopt waren de handen oplegden, waardoor ze de heilige Geest ontvingen (8:14-17). Zo wordt bij het vormsel door handoplegging de heilige Geest doorgegeven.
De namen Vader, Zoon en Geest zijn niet de enige namen die aan God gegeven zijn. Maar deze namen zijn in de traditie boven komen drijven. Het zijn ook geen definities, maar metaforen. Metaforen zijn woorden die werkelijkheden aanduiden die wij uit ervaring kennen. Maar die woorden worden metaforen wanneer wij daarmee een werkelijkheid aanduiden die ons begrip te boven gaat. Maar het zijn slechts menselijke woorden met al hun beperkingen. Wie en hoe God is, blijft voor ons een mysterie. Maar de traditie waarin wij staan heeft Hem in ieder geval niet ervaren als een abstract, onbereikbaar wezen, maar als een God die zich met ons inlaat, die naar ons toekomt, die ons vergeeft, die met ons meetrekt. Dit wordt uitgedrukt in de drie namen. God is Vader, zichtbaar geworden in zijn Zoon Jezus. Ook wij worden opgeroepen om zonen en dochters te zijn, om God zichtbaar te maken, door te leven in het voetspoor van Jezus. We worden opgeroepen om ons hierbij te laten inspireren door Gods heilige Geest. THREE NAMES OF GOD introduction Today we celebrate the Solemnity of the Holy Trinity. From Christmas to Ascension we followed the life of Jesus. What we commemorate on the Sundays between Pentecost and Advent are also events. What we celebrate today is not an event, but - so it seems - an abstract dogma. But we can also say that today we celebrate the three names given to God: Father, Son and Spirit. God as a person There are people who say they do not believe in God. Others believe in a power that lies at the foundation of everything, a power that is beyond human beings. For them, God is "something". There are also people for whom God is a person, someone to whom they can speak. In liturgy and in personal prayer the faithful praise God, thank Him and come to Him with their demands and desires. These people are in the tradition of the Bible. God, who appeared to Moses in a burning bush, said to him: I am the God of your ancestors, the God of Abraham, the God of Isaac and the God of Jacob (Ex. 3: 6). A personal God, who is connected to his people. When Moses asks explicitly for the name of God, He replies: I am who is (Exodus 3:14.). He is present, He is with his people, He is faithful to them, He loves them. Love, loyalty and trust become reality between persons. We see God as a person, because this is the highest being that we know. Actually we know in our world only personal beings with limitations and defects. But we have no other word. God is a person in a way that is beyond our comprehension. Except for the name I am who is, we find more names in the Bible: Father, Son and Spirit. These names have been spoken to us at baptism. And whenever we make the sign of the cross, we call these three names. Three names in the Old Testament Already in the Old Testament God was not experienced as an infinitely distant God or as a God locked in himself. He had paternal characteristics. As creator He is called father: Is this not your father, who gave you being, who made you, by whom you subsist? (Deut.
32: 6). He is also called Father of orphans, defender of widows (Ps. 68: 5). And He is the Father and Redeemer of Israel (Isa. 63:16). Sometimes God is addressed directly as "Father" (Sir. 23: 1,4). God as father is "only" an image. With this name God is not adequately indicated. Also motherly characteristics were attributed to God. When God created, according to Genesis (1:27), man in his own image, male and female, then also something feminine and motherly is present in God. Just before his death, Moses sang a song which speaks of the God who gave you birth (Deut. 32:18). In Isaiah God speaks to his people as follows: As one whom his mother comforts, so I will comfort you (66:13). In the Bible, product of a patriarchal culture, God is above all seen as a man, as a father, but the idea of God as a woman, as a mother does also exist. When God is called Israel's father, Israel can be called son of God. In Hosea we read: out of Egypt I called my son (11:1). More specifically, the term "son of God" is used for the king. The power, justice, and wisdom of the king represents God's power, justice, and wisdom. In some cases, the word son is used for a righteous man. Be like a father to the fatherless... And you will be like a son to the Most High (Ecclesiasticus 4:10). When the Bible speaks of the children of God, you also expects daughters of God. And, in fact, there they are. Isaiah speaks of the return of God's sons and daughters after the exile (43: 6) And Saint Paul lets God say: I will be a father to you, and you shall be my sons and daughters (2 Corinthians 6:18.). The Bible speaks also of God's spirit. The primary meaning of the word "spirit" is air in motion, wind or breath. What breathes, lives. Therefore, "spirit" also means: breath of life, life. During the creation of the world the Spirit of God was moving over the face of the waters (Gen 1: 2). God's Spirit also enables certain people to perform miraculous, heroic deeds (Samson. Judges 14: 6.). People like Moses, Joshua, David, and Elijah were inspired by God's Spirit. New Testament These names return in the New Testament. Jesus spoke of God as his Father. At the same time he taught his followers to pray the Our Father. The name Son is applied, in particular, to Jesus. In Jesus, the Son, God's word was heard. People saw him as icon of the invisible God. God who revealed himself to Moses as a loving and caring God, became concrete and visible in the person of Jesus. Moreover, every believer is called to be a son or daughter of the Father. Everyone is called to make visible how God is. God is not a distant, unattainable reality, but He is there where people love each other. Finally, the early Church knew that she was inspired by God's Spirit, the same Spirit that also inspired Jesus. In the Acts of the Apostles we read that Peter and John laid their hands on a group of Samaritans who were already baptized, so they received the Holy Spirit (8:14-17). So, in the confirmation rite, the Holy Ghost is communicated by the laying on of hands.
The names Father, Son and Spirit are not the only names given to God. But these names have become the most important ones. These names are no definitions, but metaphors. Metaphors are words that denote realities that we know from experience. But those words are becoming metaphors when they designate a reality which is beyond our understanding. Those name are only human words, with all their limitations. Who and what God is, remains a mystery to us. But the tradition in which we are raised does not experience Him as an abstract, unattainable entity, but as a God who is engaged with us, who comes to us, who forgives us, who inspires us. This is expressed in the three names. God, our Father, has become visible in His Son Jesus. We too are called to be sons and daughters, and to make God visible by living in the footsteps of Jesus under the inspiration of God's Holy Spirit.