Schoolkrant Vrije School Utrecht schooljaar 2011/2012, nummer 3
n. T oen e bla en d ging
m hie r be ned en De aa ter n. E e, w nz arm ag ez onn es t
ee
al kwa
e l. hw
ch
adjes
als vanzelf, heel langz
Een tere zonnestra
zic
t tgevouwen s aan. h c i d nog ik maar schijn nop, k n n dacht, als en sc E e . l e m f hijn, o z lb oe dan ns e u e n e n n e o w e t a r n e m E n e z o nn ope g o lk ei e n stra nt u n n a he n l. He e tk ee e t h kno nop c s p l je j a e ald ra oor be s
aa m , h e e l la n g z
aam va n e en.
voorwoord
Kriebels
Lente staat in mijn ogen altijd in het teken van kriebels, zogenaamde lentekriebels. Dit jaar was de lente vroeg ingezet met prachtige dagen met VEEL zon. Maar de laatste weken, eigenlijk vanaf het moment dat we het echt lente zouden mogen noemen, is het bitterkoud. De afgelopen dagen weer met sjaal, handschoenen én muts op de fiets in de vroege ochtend. Daar krijg ik nou kriebels van. En dit keer niet van die vrolijke tintelingen omdat het lekker warm is, nee, dit keer probeert de winter landje-pik te spelen. En dat lukt helaas ook nog. De kriebels die ik nu voel zijn rillingen, ijskoude rillingen.
colofon Schooljaar 2011/2012, nr. 3 Hiëronymusplantsoen 3 3512 KV Utrecht 030-2319209 Abonnementsprijs 10 euro Voor ouders van onze Vrije School is de schoolkrant gratis. Redactie Léanne Alberts Cinta Depondt Jacqueline van Eimeren Miriam van Kreij Ellen Lennartz Annegreet Schol
vormgeving Ellen Lennartz Inlichtingen voor abonnementen en advertenties:
[email protected] VSU 030-2319209
Hoopvol op een positieve lente met vanaf morgen heel veel zon schrijf ik dit voorwoord en wens ik jullie een fijne krant toe. En jullie weten het, mocht je iets willen toevoegen aan de volgende krant, laten weten wat je wel/ niet leuk vond, stuur een berichtje naar:
[email protected]! Wij vernemen het graag.
Inleveren kopij (bij voorkeur digitaal) in de kopijbus in de hal van de school, bij een van de redactieleden of per e-mail naar:
[email protected]
Namens de schoolkrantredactie, Annegreet Schol
inhoud
4 Voor u gelezen 5 Vijf vragen over... 6 Bericht van de MR 7 Zingen met Hanne 8 Interview met Samia en Andrea 11 Pretpraatjes 12 Daar ga ik voor met Timo 12 Mee naar huis 13 Gezondheid: Pas op teken! 14 Mee naar huis 17 Knutselen: Verfbellen blazen! 18 Bij ons op de boekenplank 20 Interview met Corry-An 22 Daar ga ik voor met Aisa 23 Interview met Jasper
Materiaal uit de 3e klas 26 Mijn huisdier...van Linda 25 Antroposofie en verjaardagsrituelen 27 Onderwijs in het nieuws 28 Raden maar... 29 Goed doel, de kledingbeurs! 30 Interview met Elin 32 Wat zien ik? 33 Wat doe je als je niet oudert? 34 Leuk nieuws! Gedichtenwedstrijd 36 Mijn huisdier... met Milla 38 Mijn huisdier... met Iris 40 Interview met Fenna, Eline en Feline 42 Schoolverlaters, waar gaan ze heen? 44 Materiaal uit de 4e klas 47
24 Materiaal uit de kleuterklas van Annegreet 3 | vsu lente 2012
Voo r
eleze n
ug
vragen over...
door Marrie Kinderboek
De klas heeft een aantal favoriete verhalen. De jarige mag een voorleesverhaal kiezen. Wat kiezen de kinderen vaak? De Gruffalo. Dit is een goed opgebouwd verhaal van een kleine muis die erg slim al zijn vijanden fopt. Het Koekemannetje uit de Gouden Reeks. Dit koekemannetje wordt gebakken maar hij besluit weg te lopen. Onderweg daagt hij iedereen uit. Uiteindelijk ontkomt ook het Koekemannetje niet aan zijn voorbestemming. Grappig verhaal!
Mr. Tourette en ik.
Het boek is geschreven door Pelle Sandstrak. Hij vertelt daarin zijn levensverhaal. Hij lijdt aan het syndroom van Gilles de la Tourette en aan dwangstoornissen. Hij beschrijft zijn leven met veel humor. Tegelijkertijd grijpt het verhaal je enorm aan. Ik moest het af en toe echt wegleggen om de gebeurtenissen te verwerken. Pelle groeit op in Zweden. Van jongs af aan heeft hij tics en zelf opgelegde regels waarnaar hij moet handelen. Zijn vader leest toevallig een artikel en herkent Pelles symptomen in het syndroom van Gilles de la Tourette. Als hij Pelle meeneemt naar een neuroloog zegt deze : “Nee, Tourette dat hebben we hier niet”. Naarmate Pelle ouder wordt neemt de hevigheid van de tics en dwanghandelingen toe, hartverscheurend om te lezen. Uiteindelijk neemt hij het heft in eigen handen. Een prachtig boek!
Remedial Teaching
l o o h c op s
How 2 talk 2 kids
Regelmatig loop ik door de boekhandel op zoek naar kinderboeken of boeken met boeiende thema’s. Tijdens één van die speurtochten zag ik How2talk2kids. Ik herinnerde me dat collega Elisabeth dit ook al had gelezen. Bij het openslaan viel mijn oog op de eerste regels: “ik was een fantastische moeder voordat ik kinderen kreeg.” Zo’n tekst triggert mij en ik besloot zonder dralen het boek aan te schaffen. Nooit spijt van gehad. Het boek is erg leesbaar en toepasbaar voor ouders en leerkrachten! De inhoud bestaat uit: omgaan met gevoelens, coöperatief gedrag, alternatieven voor straf, aanmoedigen van autonomie, effectief prijzen, bevrijden van rollen en vaardigheden samenvoegen. Een boek dat ik geregeld adviseer aan ouders en stagiaires.
4 | vsu lente 2012
Behalve klasseleraren zijn er nog andere leerkrachten aan het werk op school: de remedial teachers. Wat doen zij precies, met wie, en waarom? Nienke van Leeuwen en Heleen Jongsma, die Susanne Rosendahl vervangt tijdens haar zwangerschapsverlof, legden het ons uit.
1
Remedial Teaching: wat is dat precies en hoe werkt het? Remediëren betekent ‘beter maken’ of ‘verhelpen’. Zo betekent Remedial Teaching een manier van lesgeven waarin je iets beter maakt of verhelpt. Dat ‘iets’ kan een achterstand zijn, of bijvoorbeeld leerprobleem bij lezen, spelling, rekenen, of met het handschrift. Kenmerkend is het één-op-één lesgeven, of in een groepje van 2 of 3 kinderen. Zo kunnen we ons helemaal richten op het tempo en de mogelijkheden van een leerling. Bovendien kunnen we zo het probleem waar het kind mee worstelt beter in kaart brengen. Beter maken en verhelpen: dat is het streven! Dat lukt vaak, maar soms ook niet. Dan is er sprake van een hardnekkig probleem. In dat geval vragen we of een psycholoog of orthopedagoog wil meekijken en bijv. een onderzoek doen bij de leerling.
2
Welke kinderen krijgen Remedial Teaching? Meestal gebeurt het dat de leerkracht in de klas merkt dat een leerling achterloopt met lezen, spelling of rekenen. Ook de Cito-toetsen die in januari en juni worden afgenomen laten zien welke leerling op welk gebied achterloopt. Alle kinderen die een E-score hebben (voor de Cito-toets) worden aangemeld voor RT. Blijkt er nog ruimte te zijn op het RT-rooster, dan komen soms ook leerlingen met een D-score aan bod.
3
Om hoeveel kinderen gaat het, uit welke klassen, en hoe lang zijn die er mee bezig? De Remedial Teaching wordt gegeven in ‘blokken’ van 11 weken, met 40 minuten RT per week. In de week van 26 maart is het derde RT-blok van dit schooljaar van start gegaan met 30 leerlingen. Daarvan krijgen 16 leerlingen individueel les, de anderen in twee-of meertallen. De meeste kinderen zijn leerling van klas 1, 2 of 3. Als er vermoeden is van dyslexie, dan krijgt een leerling drie maal een blok. Die drie blokken zijn namelijk voorwaarde om een aanvraag te kunnen indienen voor een dyslexie-onderzoek. Heleen en Nienke helpen ook mee bij taal- of rekenoefenuur in klas 2, 3 en 5.
4
Waarom zijn jullie Remedial Teacher geworden? Waar halen jullie het meeste voldoening uit? En hoe lang doen jullie het al? Nienke werkt sinds 1996 als Remedial Teacher op onze school. Daarvoor werkte ze als leerkracht op de school van Zonnehuis Veldheim (die naam is onlangs veranderd), met klassen van zo’n 15 kinderen. “Ook daar werkte ik graag met een leerling alleen, omdat ik me dan echt kon afstemmen op die ene leerling.” Heleen: “Remedial Teaching geven vind ik het mooiste beroep dat er bestaat. Je helpt kinderen echt vooruit en geeft ze zelfvertrouwen. Je kunt je, juist omdat je één op één
5 | vsu lente 2012
werkt, afstemmen op waar het kind moeite mee heeft en zo het kind echt vooruit helpen. Als je ziet dat nà een RT-periode van elf weken het kind met sprongen vooruit is gegaan (en dat komt natuurlijk ook doordat er thuis en in de klas veel is geoefend) geeft me dat echt voldoening.” Heleen heeft ook voor de klas gestaan maar merkte dat ze individuele leerlingen meer hulp wilde bieden. “Kinderen zijn vaak enthousiast en hebben veel creatieve ideeën. Altijd vind ik het een uitdaging om datgene te vinden wat echt bij het kind aanslaat.”
MR
5
Is Remedial Teaching geven op een Vrije School anders dan op een ‘gewone’ school? Er is niet echt veel verschil. In beide gevallen worden met spelling bijvoorbeeld de verschillende spellingcategorieën geoefend. Maar op de Vrije School zijn wel leukere taalspelletjes en worden bepaalde dingen anders aangeboden. Zoals bijvoorbeeld de ‘dikkebillendame’, waarmee je de ‘d’ en de ‘b’ beter uit elkaar houdt. Dank jullie wel, Nienke en Heleen, voor het beantwoorden van de vragen!
Hei-ho,
De winter moet nu gaan We jagen de winter uit het land en verwelkomen de lente met gezang. Probeer dit lied maar eens langzaam en gedragen te zingen, maar ook een keer heel snel. Je voelt het verschil van de winter en de lente.
Cinta
Lente is weer in 't land
Belangrijke ontwikkelingen
Een lied met eindeloos veel mogelijkheden. Niet alleen de tekst kun je variëren, maar ook wat betreft uitvoering kun je alle kanten op: je kunt het lied eenstemmig zingen of als canon.
De MR heeft zich de afgelopen maanden bezig gehouden met twee belangrijke ontwikkelingen die van belang zijn voor zowel kinderen als ouders. Verandering van schooltijden en de groei van de school. Deze twee ontwikkelingen hebben effect op meerdere vlakken: zowel pedagogisch als praktisch. En niet alleen de ouders en kinderen van nu merken er iets van, ook de kinderen en de ouders van de toekomst: We hebben besloten om te groeien! De komende generaties van de Vrije School in Utrecht gaan hier de vruchten van plukken. Meer kinderen kunnen we een plaats geven. Eigenlijk zijn we ook een beetje MR namens toekomstige ouders. Vanuit de MR hebben we kritisch gekeken naar de inhoud, maar ook naar de manier waarop wij als ouders en als MR door de school zijn meegenomen in de besluitvorming. We hebben daar constructieve en prettige gesprekken met de schoolleiding en de docenten over gehouden, waarbij voor ons voorop stond dat de ouders tijdig en inhoudelijk goed geraadpleegd en geinformeerd moeten worden. Naar onze mening heeft de school hier goed gehoor aan gegeven.
Zo kunnen we zingend de lente door! groet, muziekjuf Hanne
De komende tijd zal er nog veel besproken en besloten moeten worden. U hoort nog van ons, en wij horen graag van u! met vriendelijke groet,
Roderik Bourdrez en Judith Loman namens de MR.
Bereik ons op:
[email protected] of spreek ons aan!
6 | vsu lente 2012
7 | vsu lente 2012
in te
r
m ew et... i v
Ribisli een schat aan handwerkvaardigheid en -waardigheid
Wij vroegen Samia Brock, moeder van Midas (kleuterklas Marrie en Maureen), te vertellen over Ribisli, een organisatie die handwerk uit Hongarije een weg probeert te laten vinden naar mensen in Nederland. Zij deed dat samen met Andrea Nagy, oprichtster van en drijvende kracht achter Ribisli. Geboorte en uitvoering van een idee Andrea komt zelf oorspronkelijk uit Hongarije, maar woont sinds enige tijd in Nederland. Samia komt uit Duitsland en leerde Andrea kennen via school. “Andrea ging naar Hongarije en kwam terug met Ribisli.” Dat was zo’n anderhalf jaar geleden.“Ribisli betekent aalbes (in het Hongaars). De ronde rode bessen staan symbool voor de vrouwelijke scheppingskracht.” zegt Andrea. “Het is ook een struik die
alle kanten op kan groeien. Er is een duidelijk concept, maar we zien wel wat we tegenkomen.” Dat concept is handwerk. Andrea: “Ambachten vind ik bijzonder. In Hongarije is het heel gewoon dat bijna iedereen daarmee bezig is, maar in veel andere landen niet. Mijn oma’s naaiden allebei; de ene had een naaisalon, de ander was thuis voortdurend bezig met naaien.” Het idee van Ribisli is om deze ambachten te behouden, maar ook te vernieuwen en door te geven. Samia helpt hierbij. “Eerst zag ik mijn rol hierin niet, maar later is dat wel gekomen. Ik maak zelf kleding en volg daar momenteel ook een opleiding voor. Ook vroeger op de Vrije School sprak het handwerken me altijd erg aan. Mijn rol werd het meedenken hoe Ribisli in Nederland op de markt te zetten. Ik woon hier nu 16 jaar en zit meer in de samenleving. Ik werd dus adviseur voor Nederland. Ik heb veel gewerkt aan de website, en meegedacht over de invulling van de borduurreizen, maar ik heb ook met kraampjes op markten gestaan om de directe reactie van mensen op de producten te zien. Van het Hongaarse platteland naar de Nederlandse markt Uit de reacties heeft Andrea inmiddels ook geleerd dat de producten, om hier aan te slaan, door designers ontworpen moeten worden die hier thuis zijn. “Daar zijn we nog naar op zoek. Ik heb inmiddels ook een bibliotheek van oude motieven verzameld, maar iemand met Neder-
8 | vsu lente 2012
landse ogen zal daarin andere dingen opvallen dan mij. Ik zie vooral de spirituele, achterliggende betekenis van de motieven.” Bestellingen voor maatwerk laten nog op zich wachten. Het concept is nog vrij onbekend. “Maatwerk vereist ook geduld,” realiseert Andrea zich, “mensen moeten er op wachten tot iets klaar is.” Sinds kort heeft Ribisli een etalage (in de Twijnstraat), waar een selectie van de producten te zien is. Verkoop loopt via de website, maar graag zou Ribisli ook aan winkels leveren.
vertelt hoe haar oma’s er plezier aan beleefden dingen te maken, te creëren. Vaak gebeurde dat met hergebruik van oude materialen. “Ze hadden er geen idee van dat dat ‘duurzaam’ is. De mensen deden, en doen, dat gewoon.” Duurzaamheid is dan ook een van de basisprincipes van Ribisli geworden. “Tegen de stroom van de Donau inzwemmen’, zeggen de mensen in Hongarije,” vertelt Andrea “Zo voelt dit ook: als een tegenbeweging tegen de stroom van de massaproductie in.” “Ik mis kwaliteit in veel om ons heen,” beaamt Samia. “De kwaliteit van de producten is dan ook wat me in Ribisli het meest aanspreekt.”
Sociaal ondernemen Ribisli is dus geen liefdadigheidsinstelling, maar een zakelijk Samenwerking initiatief. Althans, in principe, Maar de goede samenwerking want kostendekkend is het op geeft eigenlijk nog de meeste dit moment nog niet. “Je zou voldoening. Samia: “Het is fijn het kunnen kwalificeren als een samenwerken omdat we elsociale onderneming,” omschrijft kaar inspireren. We hebben een Andrea. “In Hongarije is veel verschillende insteek: Andrea armoede, niet zozeer in de steden, brengt het Hongaarse gedeelte maar wel op het platteland. Het mee en is daar emotioneel sterk geeft een goed gevoel dat ik voor mee verbonden; ik heb niks met de vrouwen die met ons samenHongarije en kan meer met een werken een mogelijkheid creëer kritische blik naar het geheel om er iets bij te verdienen. Dat is kijken. We hebben heel verschilde economische factor. Maar er lende achtergronden, maar vullen is ook een psychologische facHet idee van daardoor goed aan en tor: ze denken dat hun kennis en Ribisli is om deze elkaar zitten toch organisatorisch heel hun ambacht niets waard zijn, en ambachten te erg op één lijn. We hebben vaak het komt hun gevoel voor eigendezelfde ideeën, dezelfde normen waarde echt ten goede als ze zien behouden, en waarden, en merken dat we dat dat wel zo is. Ze zijn daar maar ook te met die verschillende insteek toch dankbaar voor.” Het doel is dus vernieuwen en op dezelfde dingen uitkomen.” Ze niet alleen het verkopen van prodoor te geven. blijft daarom graag bij het initiaducten, maar ook het doorgeven tief betrokken, als het kan. van kennis en het verkrijgen van een stukje maatschappelijke erkenning. Zoals Reizen Andrea het krachtig samenvat: “Het voelt goed Ribisli bracht ook Samia naar Hongarije: “Vorige en geeft zin.” zomer zijn we met ons gezin een maand door Oost-Europa getrokken en hebben toen ook Authentieke duurzaamheid Hongarije aangedaan, nieuwsgierig gemaakt Handwerken geeft zelfstandigheid. Dingen door alle verhalen.” Andrea reist er elke vier tot voor jezelf kunnen maken geeft onafhankelijkheid– en niet alleen in economische zin. Andrea acht weken naartoe. “Ik ben daar ook bezig
�
9 | vsu lente 2012
� met het opbouwen van een netwerk. We zoeken mensen die handwerk op hoog niveau kunnen leveren en moeten dus ook selectief zijn. Tegelijkertijd zijn het ook wel heel sociale bezoeken, met uitgebreide lunches, bezichtingen van de stal etc. Het is wel alsof ik in een andere wereld ben dan. De werelden van de (potentiële) klanten en van de vrouwen die het handwerk maken staan heel ver uit elkaar.” Met de georganiseerde borduurreizen naar Hongarije begint Ribisli deze zomer. Andrea: “Ik vind het wel spannend, omdat we dan de twee werelden bij elkaar gaan brengen.” De magie van het handwerk Het gaat bij deze reizen niet alleen over het borduren zelf, het gaat ook om het gevoel dat daar bij hoort. Andrea vergelijkt het met het kleuren van mandala’s: “Het is een zich steeds herhalende beweging, het gaat langzaam, je moet geduld hebben voor er iets tevoorschijn komt. Dit brengt een soort meditatieve
toestand teweeg. Je gaat over dingen praten waarover je niet van plan was te praten of waarvan je je zelfs niet bewust was. Dit is een manier om dingen te verwerken. Vroeger was dat ook zo. Vrouwen leefden een behoorlijk onderdrukt leven, moesten enorm veel doen in huis en kregen weinig erkenning. Borduren was een manier om hun creativiteit te uiten en iets tastbaars te maken. Het helpt om je hoofd leeg te maken. Die sfeer willen we ook doorgeven.” Samia vult aan: “Het is heel sociaal: zo’n soort van samenzijn kennen wij niet veel meer. Het geeft veel voldoening om concreet iets te maken. Ook voor kinderen is dit heel fijn om mee te krijgen, zoals in de handwerklessen die op de Vrije School worden aangeboden.” Met veel dank aan Samia en Andrea voor het delen van hun ideeën en ervaringen!
Cinta
Pretpraatjes
We bakken chocoladekoekjes in de klas. Jongen (5,5 jr) zegt: ‘Het lijkt wel alsof ik uit
Engeland kom, met zulke bruine handen.’
Meisje (5,5) over jongen (5,5): Meisje in bijzijn van jongen: ‘Die jongeman
moet nog veel leren.’ Moeder van jongen: ‘Nou, jij gaat ook nog
Een jongen in de klas helpt heel goed met opruimen, juf zegt: ‘Je bent een engel’. ‘Nee, zegt meisje (5 jr.), hij lijkt eerder op God.’ Jongen (6), vol blije hoop: ‘Hoeveel rimpels heb
ik al?’ De 1e klas leert nu breien. En bij zeven ribbels mag je een nieuwe kleur.
naar school, jij moet ook nog veel leren’. Meisje: ‘Nee, ik weet alles al.’ Meisje van 4 jr. zit in de kleuterklas, spreekt alleen Engels want ze komt uit Amerika. Juf vraagt in het Engels of ze het niet vervelend vind dat iedereen Nederlands spreekt, zodat ze er niks van kan verstaan. Meisje: ‘No, I
think I’m Dutch.’ 2 kinderen in de kleuterklas evalueren: ‘Ben jij
wel eens achter het behang geplakt?’ ‘Nee, jij?’ ‘Nee.’
Juf Marrie is naar Kenia: Jongen uit haar klas zegt: ‘Vandaag is juf
Femke er, want juf Marrie is naar Ikea.’
Heb jij nog Pretpraatjes? Laat het ons weten! ...of mailen mag ook:-)
advertentie
10 | vsu lente 2012
11 | vsu lente 2012
Daar ga ik voor!
gezondheid
Hoi! Ik ben Timo en zit in de klas van juffie Annegreet Weet jij dat wandelen in de bergen heel bijzonder is? Ik weet dat al. Soms schijnt er een lekker zonnetje. Dan kan ik zonder jas klimmen en klauteren over grote rotsblokken of lekker spelen met het water uit een bergbeekje. Toen wij deze herfst bij de Mont Blanc waren, viel er zelfs sneeuw. Toen konden we sneeuwballen maken en sleetje rijden. Met mijn eigen rugzak op, met Tijger erin, naar een bergtop lopen vind ik stoer. Ik ben Timo (bijna 6) en zit in de kleuterklas van juffie Annegreet. Mijn broertje Roan komt in april ook in deze klas. Mijn papa Dennis kan goed vertellen over de bergen. Want papa is een bergbeklimmer en heeft op veel witte bergtoppen gestaan. Toen ik net zo klein als Myrte (mijn zusje van 1,5 jaar) was, zat ik net zoals zij nu bij papa in de rugdrager tijdens de bergtochten. Daar heb ik ook mijn eerste woordje geleerd: “water”. In de voorjaarsvakantie mogen Roan en ik met papa en mama mee skiën. Daar heb ik al voor geoefend op een skibaan in Utrecht. Eigenlijk vind ik verschillende sporten leuk. Het minst leuk vind ik zwemmen. Inmiddels heb ik mijn A gehaald en ben ik aan het oefenen voor mijn B. Maar ik hoop dat ik snel met zwemmen mag stoppen. Met mama ga ik sinds kort elk weekend een rondje hardlopen. Daarvoor heb ik al speciale hardloopschoenen gekregen. Ik ben aan het oefenen om het heel lang vol te houden. Dus we lopen lekker rustig, want dan gaat mijn hart niet zo hard kloppen. Ik kan al 1,5 km achter elkaar rennen, echt cool. Als ik naar de eerste klas ga, wil ik graag op atletiek: dan ga ik heel hard rennen en heel ver springen. Klimmen in de bergen blijf ik altijd doen. Want ik wil later, als ik dokter ben, ook op die witte sneeuwtoppen staan. Volgens mij kan ik dan heel veel zien.
Pas op: teken! Nu het voorjaar gearriveerd is en de korte broeken weer uit hun winterschuilplaats tevoorschijn zijn gekomen, een kleine waarschuwing voor een klein beestje dat met een kleine beet in (zeldzame) gevallen grote gevolgen teweeg kan brengen: de teek.
T
eken zijn niet alleen in de zomer actief: al vanaf maart kunnen ze in actie komen, als het maar warm genoeg is. Ze zien eruit als kleine platte spinnetjes en zitten vooral in gras, tussen dode bladeren en in bosjes, vanwaar ze over proberen te stappen op langslopende mensen en dieren. Dan bijten ze zich vast in de huid en zuigen daar bloed uit. Per jaar wordt ongeveer een miljoen mensen in Nederland gebeten door een teek. Meestal is dat niet zo erg. Maar ongeveer één op de vijf teken draagt een nare bacterie bij zich, waar je de ziekte van Lyme van kunt krijgen. Vaak kun je die herkennen aan een rode kring rond de plek van de beet.
Wat kun je doen? Vooral goed opletten, en altijd je huid en kleding controleren op teken als je in gras, hei, dode bladeren of bosjes hebt gespeeld. Als je gebeten bent door een teek, moet je hem zo snel mogelijk uit de huid trekken. Het beste gaat dat met een speciale tekentang, maar met een pincet gaat het ook. Als de teek lang in je huid heeft gezeten of als de huid eromheen rood wordt, kun je het beste even naar de dokter gaan. Tot slot nog twee websites: www.tekenradar.nl met een heleboel informative over teken. En sinds kort is er ook een online game waarin je kunt leren over teken: http://teekcontrol.rivm.nl
advertentie
Groetjes Timo
12 | vsu lente 2012
13 | vsu lente 2012
Cinta
is
m ee
G
r naa
hu
Dieren
isteren ging ik bij een leerling op groenstagebezoek bij de schooltuintjes in het Griftpark. Mijn eigen tweede klasser nam ik mee, er is tenslotte ook een speeltuin bij. Een uitgelezen kans om mezelf nog eens te bewijzen dat werk en moederschap weldegelijk te combineren zijn. Soms. Nog voordat ik een blik op de tuintjes had geworpen holde ik instinctief naar de stallen. Want hoe zou het met de konijnen gaan? Ik moest dat ineens dringend checken voordat ik aan iets anders kon denken. Met zijn ogen rollend slofte mijn zoon achter mij aan, we gingen toch alleen met dat meisje praten? Wat hadden die konijnen er nu mee te maken. Enfin, als we dan straks ook maar even in de speeltuin mochten. Zo gezegd zo gedaan. Bij de konijnen was alles stil en zacht, de cavia’s sliepen in hun houten hutjes en in een donkere hoek lagen twee pasgeboren zwarte lammetjes te dutten met hun mama. Zoon vergat even zijn speeltuin,we begroetten iedereen vriendelijk en liepen door de achterdeur weer naar buiten. In het weitje scharrelden de kippen onder luidruchtig bewind van een imposante zwarte haan. Sommige kippen scharrelden buiten het hek en de pauw spreidde even zijn staart voor ons, klapte hem weer terug en vloog zo het dak
van de stallen op. Mijn zoon zag het en maakte zich zorgen om dat loslopende pluimvee: hoe moesten ze nou weer naar huis? Toen hij zich dat hardop afvroeg stapte de haan met ferme tred op hem af. Mijn kleine blonde man op zijn gympies, hij kreeg ineens een trap tegen zijn borst van een opspringende, schreeuwende haan. En mij met mijn grote laarzen en dito zwarte jas, liet hij links liggen. Ik stormde erop af, want ik schrok me rot maar mijn jongen laat ik niet beledigen door de eerste de beste krachtpatser. Maar het was alweer klaar. Het was die haan gewoon even in het verkeerde keelgat geschoten, die opmerking over zijn vrije-uitloopkippen. En van zo’n kereltje nog wel, met zijn leren jack, je zag het hem denken. Het kereltje zelf was er trouwens niet erg van onder de indruk. Als kind omringde ik mij met knuffels en ook zoveel mogelijk met levend kleinvee, dat in en om het huis scharrelde en door mij zo vaak mogelijk mee in bed genomen werd. Op mijn kamer maakte ik bedjes van stro, waar ik zelf graag samen met hen in sliep. Ik maakte niet echt een verschil tussen knuffels en echte dieren; ik hield van allemaal, vooral van de hele erge jonkies. Mijn geheim was dat ik elke nieuwkomer en rituele kus op de snuit gaf. Een kort, plechtig moment dat ieder dier tot
14 | vsu lente 2012
leven wekte en hem bovendien verzekerde van toevertrouwd dat ze mijn liefde voor kleine en mijn liefde, of het nu van textiel of van vlees vooral pasgeboren wezens zó groot vond, dat en bloed was. Dieren vormden mijn trouwste ze vreesde voor een voortijdige zwangerschap. vriendenkring. Ik had ook mensenvrienden: Ik had intussen een dierbaar mensenvriendje zij werden geselecteerd op hun dierenliefde en praatte met hem vaak over babies. Om en met elkaar deelden we dan die vertrouwde, erger te voorkomen besloten mijn ouders tot de woordeloze wereld, thuis tussen alle levende aanschaf van dan maar een jonge hond. Of het wezens om ons heen. heeft geholpen vertelt het verhaal niet, maar Er lag een grote vanzelvigheid besloten in dat mijn eerste eigen jonkie kreeg ik pas vijftien kinderleven met alle dieren er omheen. Dat is jaar later. misschien ook de reden dat mij hierin door mijn ouders nauwelijks grenzen werden opgelegd. Waar zit het hem nu in dat een mens van jongs Mijn moeder ontroerde het juist dat haar af aan zoveel van dieren kan houden dat het “appeltje” zo aan alle gedierte verknocht was. nooit meer over gaat. Ik zou het niet kunnen Ik herinner me wel een enkele geïrriteerde zeggen, maar heb inmiddels wel vastgesteld trap van mijn vader tegen een de een het heeft, en de an“Hoe kun je nou hinderende viervoeter, waar ik der niet. En dat dat zo blijft. dan ontsteld op reageerde. Er hoeft maar een pinguïn niet van dieren Ook werd er wel eens door mijn uit zijn ei te kruipen op tv houden? Zij zijn broertje en hem met de poes en ik kan een verrukte kreet hetzelfde als wij, overgegooid door het openniet onderdrukken. Gelukstaande keukenraam. Een heel kig hebben mijn beide zonen dus dan hou je gek gezicht, waarbij ik mijn eigenlijk niet van daar veel begrip voor, dus wij lachen dan toch niet kon kreunen vaak gelukzalig in jezelf” inhouden. Het was een rommekoor wanneer wij ergens zien lig huishouden vol leven, met dat er iets of iemand wordt een open achterdeur waar altijd mensen door geboren. Je kunt je afvragen of de jongens die naar binnen kwamen, een tuin dierenliefde hebben geërfd of dat ik hierin als die door kinderen en cavia’s gedeeld werd met ouder mijn kinderen indoctrineer. Maar dat kan die van de buren, gezinsleden met hun me nou eens niks schelen. Dieren om je heen: gekkigheden (stenen slijpen in het schuurtje, het is alleen maar goed voor een mens en dat vegetarisch koken op je 8e, op voetbal!) en weet ik zeker. één kind dat alsmaar dieren mee naar huis “Alle oude mensen zonder vrienden zouden nam. Een onooglijke, zielige en kwijlende boxer een dier moeten hebben. Dan zijn ze nooit trof ik in het parkje onderweg uit school. alleen”, is de stellige overtuiging van mijn Mijn wollen sjaal bond ik hem om de nek en vijftienjarige zoon. zo voerde ik hem mee naar huis: eindelijk een “Hoe kun je nou niet van dieren houden? Zij hondje! Mijn ouders reageerden liefdevol, maar zijn hetzelfde als wij, dus dan hou je eigenlijk nog dezelfde avond stond er een opgeluchte niet van jezelf”, meent de jongste. mevrouw voor de deur om haar hond op te Aldus filosoferend verschonen wij iedere zonhalen. Ik was ontroostbaar en een paar dag met zijn drieën de dubbellaagse caviastal maanden later begreep ik niet wat Sinterklaas bij ons thuis. Zonder een spoor van gemopper nou zo bijzonder vond aan mijn boxerredding, over vieze poep, nat hooi of “zonde van het dat hij er zo’n lang gedicht over schreef. geld”. Omdat er een soort zachtheid over je Toen ik veertien jaar was kwam het er komt als je met die dieren bezig bent, een hareindelijk: een klein zacht hondje uit het asiel. monie die een mens op weinig andere plaatsen Zonder enig overleg noemde ik haar Kamiel, al in het leven zo onverstoorbaar meevoert. kwam ze voor ons allemaal en was het echt een En daar heb ik veel voor over. Huwelijkse twismeisje. Mijn moeder heeft me jaren later pas ten. Geïrriteerde buren. Stads gezwets over � 15 | vsu lente 2012
advertentie
� dieren die niet in huizen, maar in de boerderij c.q. natuur horen. En een pedagogisch mensbeeld dat de mens zo ver boven alle andere leven verheft. Van de speeltuin kwam het gisteren in het Griftpark niet meer. Wij spraken nog een hele tijd met een toegewijde dierverzorger ter plaatse. Ik zag het al meteen: hij had het ook, die hele grote liefde die je maar niet kunt verklaren maar waardoor je wel meteen vrienden bent, vanwege de verwantschap op een diep, onverklaarbaar zieleniveau. Eerst vertelde hij vol lof over de stagiaire (Lof? Zij was toch altijd vooral met mascara bezig, hield ze nu ineens van plant en dier? Had ik dan toch mijn doel bereikt met het doordrukken van die groenstage?). Toen stak hij van wal over kippensoorten en hanengedrag. Over opschepperij tegen jongetjes en waarom vrije uitloopkippen niet weglopen. Over zwarte lammetjes en de groei van pauwenveren, en waarom het mannetje eigenlijk soms mooier is dan het vrouwtje (soms!). Mijn kind en ik hingen aan zijn lippen. Uiteindelijk begon het te regenen. We fietsten
naar huis en voelden ons tevreden en vervuld. Wat hadden we weer veel meegemaakt vandaag. Vanaf deze zondag moet de caviastal thuis extra zorgvuldig worden schoongeboend. Er moet extra hooi in de hutjes en er moet extra helder water in de fles. Wij hebben namelijk een vriend te logeren gehad. Hij bleef zestien dagen, want zo lang duurt de vruchtbaarheidscyclus van een vrouwtjescavia (stel je even voor: 16 dagen!!). Of het haar zwanger heeft gemaakt weten wij niet helemaal zeker, want Wieb heeft ontzettend lang woest pluizig haar en is van nature een bolletje. Maar zij ligt steeds vaker op haar zij en ze doet heel raar en anders … Het is nu bijna vijfenzestig dagen geleden dat de vriend hier logeerde, en zolang duurt het ongeveer voordat het twee á vijf kleine pluizenbeesten kan opleveren (stel je even voor: net 2 maanden!!). Wie van ons nu het innigst hoopt op een dubbellaagse stal vol met zoveel mogelijk kleine pluizenbeesten, weet niemand. Maar zelf kan ik er haast niet meer van slapen.Y
Susanne van Hoogstraten
knutselen Verfbellen blazen
Maak je eigen kunstwerk. Je kunt het binnen of buiten doen. Dit is een knutselidee voor alle leeftijden! Kleine kindjes hebben natuurlijk begeleiding nodig. Let er vooral op dat ze door het rietje blazen, en niet zuigen! Of blaas zelf door het rietje en laat je kind het blad papier erop leggen. Wat heb je nodig? • Plakkaatverf • Afwasmiddel • Water • Potje met een lage rand. Of bijvoorbeeld het plastic deksel van een pot pindakaas. Of het deksel van een pan. • Rietje • Papier Wat moet je doen? Je doet in je potje een mengsel van plakkaatverf, afwasmiddel en water. Dan steek je je rietje helemaal in de vloeistof. Je blaast dan tot de bellen boven de rand van je potje of deksel uit komen. Komen je bellen boven je potje uit? Dan leg je je blad papier op de bellen. Druk je blad dan zachtjes aan. Dan neem je je blad weg en laat het drogen. Til je blad recht naar boven op, anders krijg je vegen. ••Tip maak een foto van jouw resultaat. Dan kunnen we je kunstwerk in de volgende schoolkrant laten zien! Je kunt je foto sturen aan
[email protected]. Zet je je naam en je klas erbij? Deze knutseltip komt van de site www.speeltijd.net. Miriam vond ‘m daar.
16 | vsu lente 2012
17 | vsu lente 2012
Bij ons op de boekenplank…
gd Jeu boeken pt geti
Soms gaat er niks boven een fijn boek op de bank (of in bed of in bad). Maar wat ga je lezen als je thuis alles al uit hebt? Speciaal voor de schoolkrant hebben we weer een aantal smakelijke leestips verzameld. Ze rolden zó uit de boekenkast van Juno (2e klas) en Hannah (kleuterklas van Annegreet) en hun ouders Rolf en Doortje.
Tips van Juno, 8 jaar Mooiste boek: Ik ben geen supermuis van Geronimo Stilton Omdat: het grappig en soms spannend en ook heel leuk is. Andere mooie boeken: De hopeloze heks van Jill Murphy, omdat alles nog niet meteen goed gaat en daarom gebeuren er leuke dingen. Superdolfje van Paul van Loon, want Dolfje beleeft allemaal leuke avonturen. Leest momenteel: Minoes van Annie M.G. Schmidt.
Tips van Rolf, 8 jaar in 1974
Hoe zouden jullie je gezin typeren, (jeugd)boek technisch? Er wordt in dit gezin, dat onder andere bestaat uit een ex-bibliothecaris, van baby af aan door de meiden al veel in boekjes gebladerd en door hun papa en mama veel voorgelezen. Elke dag worden Juno en Hannah uit een eigen boek voorgelezen. Omdat ze vaak meeluisteren met de ander hebben ze dubbel plezier. Sinds Juno zelf kan lezen is er een wereld voor haar open gegaan en heeft ze al heel wat boeken verslonden, vaak leest ze nog even in bed voor het slapengaan of als ze ‘s ochtends heel vroeg wakker wordt. Hannah wordt tegenwoordig ook door Juno voorgelezen, dat is voor de ouders wel even een “wat zijn mijn kinderen toch schattig” moment.
Tips van Hannah, 6 jaar Mooiste boek: Klaasje Klautermuis en de andere dieren uit het hakkebakkebos van Thorbjörn Egner. Omdat: Klaasje zo’n mooie liedjes maakt, die gezongen worden in het boek. Andere mooie boeken: Saskia en Jeroen van Jaap ter Haar. Verhalen van de boze heks van Hanna Kraan, met als favoriete personage: Egel. Madieke van het rode huis en Lotta van de Kabaalstraat van Astrid Lindgren, omdat Lotta zó grappig is. Leest momenteel: Lotta in de Kabaalstraat (voor de 2e keer!).
18 | vsu lente 2012
Favoriete Jeugdboek: Pietje Bell van Chris van Abkoude. Omdat: het grappig en avontuurlijk was en een echt jongensboek. Mooiste stuk: vergadering van de zwarte hand. Andere mooie jeugdboeken: De Kameleon, Dik Trom, Alleen op de wereld van Hector Malot, Vloek van de woeste wolf van Paul Biegel, Oorlogswinter van Jan Terlouw. Andere mooie boeken: Alles van Jan Wolkers, met name De walgvogel. Een Nieuwe Aarde van Eckhart Tolle.
Tips van Doortje, 6 jaar in 1982 Jeugdboek: Kinderen van Moeder Aarde van Thea Beckman. Omdat: Ik kan me niet meer herinneren waar het over ging, maar nog wel goed herinneren dat ik moest huilen toen ik de laatste bladzijde had gelezen, omdat het mooie verhaal afgelopen was. Gelukkig kon ik snel het vervolg gaan lezen, namelijk Het helse paradijs. Ook heeft het een speciale herinnering, omdat het gesigneerd is door de schrijfster met “voor mijn naamgenote”. Andere mooie jeugdboeken: de Witte Wolf van Käthe Recheis, De tocht naar morgen en De macht van de Roos van Doris Heineman Andere mooie boeken: Alles van Isabel Allende, omdat ze van die prachtige familiegeschiedenissen beschrijft vol magie en liefde, Shabono van Florinda Donner, en alle kookboeken van Lisette Kreischer, want ze zijn veganistisch, vol verrukkelijke recepten en prachtig vorm gegeven. Leest op dit moment: Malinche van Laura Esquivel, Roman over de vrouw die de geschiedenis van Mexico bepaalde.
19 | vsu lente 2012
in te
r
m ew et... i v
activiteiten als schilderen. Dit soort dingen zijn niet alleen leuk voor de kinderen, Corry-An geniet er zelf ook van! Daarom gaat ze elke dag met plezier naar school. Ze zegt wel eens: “Ik blijf het doen zolang ik het leuk vind.” Dat is hopelijk nog heel lang! Scheppend bezig zijn is heel belangrijk voor het geluk van de mensen. “Want”, zegt Corry-An, “wanneer zijn mensen gelukkig? Als ze vorm kunnen geven aan hun impulsen. Als ze scheppend bezig kunnen zijn.” Als juf levert ze een bijdrage om de bron voor elk kind te vullen met genoeg schatten. Zodat het kind er zijn hele leven uit kan putten.
Corry-An Geerling is de juf van de kleuterklas die meteen links zit als je de school in gaat. In dit interview lees je over Corry-Ans kinderen, over het advies van haar vader, over de loungeruimte voor leerkrachten en over het belang van kunstzinnige vorming. En ja, er komt ook een onthulling, best een schokkende… Maar eerst gaan we rustig kennismaken met Corry-An. Veel leesplezier!
Corry-An Kunst in de klas. nde Binnenkort een wisselen expositie in de gange van de school?
C
orry-An heeft haar eigen kleuterklas. Dat is best bijzonder: haar kleuters hebben alle dagen juf Corry-An. Ze woont met haar man Sieds in Lunetten. En Corry-An is trots op haar drie kinderen. Ze heeft twee grote dochters Maurit en Mylène, die het huis al uit zijn, en zoon Bruno van 15. Hoe kwam je op de VSU terecht? Haar dochter Maurit zat al op de peuterspeelzaal van de Vrije School. Toen kwam Corry-An er dus als ouder. Zoon Bruno was nog een baby toen Corry-An begin 1997 als leerkracht op de VSU begon. In het begin was dat een duobaan met Marrie. Corry-An werkte toen nog een paar dagen in de week bij De Spits, een reguliere basisschool in Lunetten. Daar heeft Corry-An het ook erg naar haar zin gehad. Waarom koos ze dan toch voor de Vrije School? Corry-An daarover: “Het kind staat hier
centraal, niet de leerstof. Dat spreekt me erg aan. De verbinding met de omgeving om je heen helpt om het kind zich te laten ontwikkelen. Kinderen zijn vol vertrouwen. Het is zo fijn om te zorgen dat ze zich geborgen voelen, zodat ze zich kunnen ontwikkelen.” Wat heb je hiervoor gedaan? Corry-An studeerde op de academie voor expressie door woord & gebaar. Daarna gaf ze 12 jaar les aan scholen, als consulent dramatische vorming. Corry-An is ervan overtuigd dat kunstzinnige vorming belangrijk is. “Daarmee kun je jezelf verdiepen. En verbinden met het wezenlijke van jezelf en met de wereld om je heen.” Kunst in de klas En dat kunstzinnige zien we terug in de kleuterklas. Corry-An schept in haar klas de voorwaarden waardoor de kinderen scheppend bezig kunnen zijn. Dat doet ze bijvoorbeeld met prentenboeken, met drama-spel, met een wandeling of verhaal, of met kunstzinnige
20 | vsu lente 2012
Wat is het verschil tussen kleuterjuffen en andere leerkrachten? Op mijn vraag of kleuterjuffen andere mensen zijn dan de andere leerkrachten, is Corry-An duidelijk: “Nee hoor, er is geen verschil tussen de leerkrachten. In kleuterklassen zijn wel andere dynamieken, dan in de klassen van de onderbouw. En in de klassen 1 t/m 6 is er bijvoorbeeld bij ouders ook meer focus op de leerresultaten. Dat maakt dat je als leerkracht meer gesprekken met ouders hebt daarover. In de kleuterklas heeft een leerkracht meer vrijheid om haar eigen plan te trekken. Dan kun je bijvoorbeeld 3x in de week gaan schilderen!” Wat zou je willen veranderen aan de school? Corry-An heeft daar genoeg ideeën over. “Ik zou wel een lekkere loungeruimte willen voor de leerkrachten. Met een goed koffiezetapparaat, fijne muziek. En ook een douche en wastafel om je tandenborstel neer te zetten ;). En als we dan toch bezig zijn: alle leerkrachten een eigen laptop!” Corry-An zou ook graag meer kunst in de school ophangen. Bijvoorbeeld een wisselende tentoonstelling van werk van ouders. Er zijn toch genoeg kunstenaars onder de ouders van leerlingen? Daarom hier een oproep: wie wil helpen om die wisselende collectie te organiseren? Meld je dan aan bij Corry-An!
graag kunstzinnig bezig. Ze maakt graag kleding, bijvoorbeeld jaren 50-jurken voor haar dochters, of plaids voor vrienden. Corry-An is ook graag in de weer met papier, met schilderen, met collages maken. Dat creatieve en kunstzinnige heeft ze van thuis meegekregen. Ze is de middelste van drie kinderen. Haar ouders waren trouwens ook scheppend bezig, haar vader als meubelmaker en haar moeder met stoffen. Corry-An: “Mijn moeder heeft me geleerd om van simpele dingen iets moois te maken.” Hoe zit dat met het advies van je vader? Corry-An heeft een avontuurlijke jeugd beleefd. Ze is dankbaar voor het advies van haar vader. Hij zei haar toen ze puber was: “Zorg dat je altijd, in alle situaties, zelf kunt beslissen.” Dat betekende bijvoorbeeld dat Corry-An zelf mocht weten hoe laat ze thuis kwam, als ze maar zorgde dat ze niet in afhankelijke situaties terecht kwam. Helaas is haar vader jong overleden, Corry-An was pas 22 jaar. Corry-An merkt dat het advies van haar vader haar flink gesteund heeft, haar hele leven lang. Dit is ook een advies dat ze wil doorgeven aan haar kinderen. “En,” aldus de trotse moeder, “dat maakt ze tot heel zelfstandige leuke mensen!” Ja, Corry-An is trots op haar drie kinderen. Dan de uitsmijter. Als je me echt zou kennen, dan zou je weten dat … “…ik fan ben van formule 1 races.” Wie had dat gedacht van juf Corry-An?!
Wat doe je als je thuis bent? Wat zijn je hobbies? Het zal je niet verbazen: Corry-An is thuis ook
21 | vsu lente 2012
Corry-An, dank voor het fijne gesprek!
Miriam
in te
Daar ga ik voor!
Vegetarisme Waarom eet ik geen vlees? Ik ga voor vegetarisme omdat ik het schandalig vind hoe dieren in de bioindustrie worden behandeld. Ik ga voor een wereld waarin met elk dier, dus niet alleen met “schattige” dieren zoals konijnen en cavia’s maar ook met koeien, varkens en kippen goed wordt omgegaan. Waarin met ze wordt omgegaan op een manier die past bij wat ze zijn: levende, voelende wezens, die net zoveel recht op een gelukkig leven hebben als wij. Ik ga voor een wereld waar staarten niet worden weggebrand, waar snavels niet worden afgeknipt, waar haantjes niet worden versnipperd en waar bokjes niet op dagenlange transport gaan omdat het slachten in Spanje, Moskou of zelfs China een dubbeltje goedkoper is. Wat zou ik willen? Ik hoop dat ooit alle varkens door de modder mogen rollen, konijnen door het gras springen en vissen vrij in zeeën en rivieren kunnen zwemmen, in plaats van gekweekt te worden in een tank. Voor het spotgoedkope vlees in de supermarkt betalen dieren de prijs. Als je biologisch koopt help je dieren aan een beter leven. Wat kun jij doen? Behalve door biologisch vlees en vis te kopen, help je dieren ook door biologische melk, eieren en yoghurt te kopen. Lees verpakkingen eens goed door. Het is verbazingwekkend in hoeveel spullen dieren zitten: zo worden varkens verwerkt in schuurpapier, kaarsen, niet-biologisch brood, sigaretten, winegums en ander snoep met gelatine, waspoeder, biodiesel en in het randje dat je moet likken om een enveloppe
dicht te doen. Als er “karmijn” op een verpakking staat, weet je dat er in dat product bloed uit het achterlijf van bladluizen zit. Karmijn wordt onder andere gebruikt in roze muisjes, fristi en m&m’s. Nu kijken mensen er van op als je vegetariër bent. Ik hoop dat er een wereld komt waarin mensen er van opkijken als je (nog) vlees eet. Hoe heb ik Wakker Dier geholpen? Je kunt altijd zelf iets doen om de dieren in de vee-industrie te helpen. Ik heb bijvoorbeeld samen met mijn zus en een paar vriendinnen een inzamelingsactie voor Wakker Dier gestart. We deden heitje-vooreen-karweitje, we vroegen aan de deuren “heeft u iets over voor Wakker Dier?” en we haalden geld uit onze eigen spaarpot. Toen we 310 euro hadden, zijn we naar Amsterdam gegaan om het geld zelf te geven aan de mensen die werken voor Wakker Dier. Ik hoop dat je door mijn stukje te lezen (beter) nadenkt over hoe je met dieren omgaat. Ik ga in elk geval voor een wereld waar dieren behandeld worden als mijn huisdieren: elke dag aandacht, elke dag genoeg voer en een overdosis liefde. Namens alle dieren bedankt voor het lezen van mijn stukje. Kijk voor meer informatie op www.wakkerdier.nl.
Groetjes van Aisa uit de 6e klas
22 | vsu lente 2012
r
m ew et... i v
r e p s Ja Wamsteker
1. Hoe beleeft u uw beroep? “Ik vind het heel erg leuk om te doen.” 2. Hoe vaak hebben de mensen in de ruimte contact met de aarde? “Iedere dag hebben astronauten contact met een grondstation, en heel soms met Vrienden of familie.” 3. Wat doen ze nou precies in de ruimte? “Wonen, werken, en technisch onderhoud. ISS ruimte station is een soort Laboratorium in de ruimte.” 4. Hoe lang bent u hier voor opgeleid? “Ongeveer zeven jaar” 5. Waarom heeft u voor dit beroep gekozen? “Ik vind wetenschap leuk en interessant. Ik hou ervan om moeilijke dingen leuk en Makkelijk te maken. Zo kwam ik bij de ruimtevaart. En nu ben ik hoofd Communicatie en educatie bij the Netherlands space-office.” 6. Wat gaat er aan vooraf voordat je de ruimte ingaat? “Heel veel trainen. Je moet weten hoe een ruimteschip werkt, je moet Russisch kunnen spreken, en je moet in conditie zijn.” 7. Hoe lang zijn astronauten weg van de aarde? “Andre Kuipers is zes maanden weg. Van de aarde tot het ruimte station is het drie dagen. En ze zijn in een paar uur terug.” 8. Hoeveel mensen kunnen er in een raket? “Er zijn zitplaatsen voor drie mensen.” 9. Hoe voelt het om gelanceerd te worden? “Alsof er een olifant op je gaat zitten.” 10. Heb je Andre Kuipers wel eens ontmoet?” “Ja, ik heb ‘m uitgezwaaid in Kazachstan voor hij pasgeleden vertrok.”
11. Zou je in de ruimte kunnen leven? “In het ruimtestation wel, het is wel ingewikkeld. Er is geen lucht. Er is heel veel sterke straling van de zon. Je botten worden daardoor slap Maar je kunt ook veel voorzieningen treffen.” 12. Wilde u vroeger ook al iets met de ruimte doen? “Ja, als kind was ik al heel geinteresseerd in de ruimte.” 13. Waarom lanceren ze een raket vanaf de evenaar en niet vanaf bijvoorbeeld de Noordpool of de Zuidpool? “Dat scheelt heel veel brandstof.” 14. Hoe duur is een ruimtepak? “Heel duur. Misschien wel meer dan 1 miljoen.” 15. Er zijn plannen om op de maan te wonen. Lijkt u dat niet eenzaam? “Het lijkt me echt fantastisch, maar wat je er voor moet regelen...Dat heb ik er niet voor over.” Gemaakt door: Fenna Hopstaken, Eline Buis en Machteld Van De Sande uit de 6e klas. Tip www.ruimteschipaarde.nl
23 | vsu lente 2012
e 3e e n yche uit d lisabeth T n a v r e Vad an E terklas v u le k e d Lucy uit
materiaal uit de klas
mijn huisdier
Linda (4e klas) en haar poes Tijgertje
Paaseieren & bc œ™ œ œ œ œ œ œ œ Œ œ™ œ œ œ œ œ ˙™ 'kHeb de klok - ken ho - ren
6
&b œ ˙
11
sprong - en.
lui - den. 'kHeb de klok - ken ho - ren slaan. 'kBen m'n bed gauw uit - ge -
œ™ œ œ œ œ œ
'kBen de tuin toen in
& b œ œ œ œ ˙™
daar en in het gras.
œ™ œ œ œ œ œ
˙™
ge - gaan!
œ™ œ œ œ œ œ
En watvond ik toen daar
œ™ œ œ œ œ œ œ ˙ Ei - tjes, ei - tjes gro - te, klei- ne,
œ ˙
œ™ œ
bui - ten?
Hier en
œ™ œ œ œ œ œ ˙™
ja, om - dat het Pa - sen was.
Palm Pasen Palm Pasen versier je groene tak, met linten en met ruikertjes met chocola en suikertjes, kom mee kom mee op stap, wij trekken door de stad. Palm Pasen Palm Pasen steek bloemen op je hoed, de klokken bim bam beieren, de kippen leggen eieren, van chocolade zoet, die eitjes smaken goed.
24 | vsu lente 2012
Œ
Tijgertje is buiten geboren op een mooie boerderij in de bossen. Haar moeder was een zwerfpoes die daar was komen aanlopen. Toen Tineke van de boerderij ontdekte dat er jonge poesjes waren heeft ze eerst de moederpoes gevangen. Die heeft haar heel erg gekrabd, omdat ze bang was. Daarna heeft ze de poesjes in een mand gedaan en mee naar binnen genomen. Toen haar kleintjes ook binnen waren vond de moederpoes het wel goed om daar in de keuken te wonen. De poesjes hebben veel geluk gehad dat ze niet zijn opgegeten, want wij hebben daar in de buurt een keer een hol gevonden van een das of een vos. Toen de poesjes binnen kwamen wonen gingen net hun oogjes open, en daaraan kun je weten hoe oud ze zijn: Tijgertje is een paaspoesje. De poesjes werden gevonden nèt voordat wij een paar dagen op de boerderij zouden passen en dus mochten we ook voor de poesjes zorgen. Ze waren toen ongeveer twee weken oud. Soms klom er één over de rand van de mand en dan viel hij best wel diep. Daarom hebben we de poesjes toen in een doos met een hoge rand gedaan, zodat ze niet meer zouden vallen. Een van de poesjes was veeeeeel kleiner dan de andere. Ze heette Tijgertje en ik vond haar het liefste poesje van de wereld. Tijgertje is dan ook het kleine grote kado voor mijn tiende verjaardag geworden. Omdat ze zo klein was kreeg ze naast moedermelk ook nog de fles.
Ik mocht ook de fles geven als we op de boerderij waren. Toen Tijgertje 9 weken oud was mocht ze met ons mee naar huis. De eerste 3 nachten mocht ik een bed op de keukenvloer maken om bij haar te slapen. Zo kon ze heel goed aan me wennen en voelde ze zich niet alleen. Ze sliep lekker dicht tegen me aan. Ze maakte me wèl elke morgen om 5 uur wakker, maar dat vond ik niet erg. Tijgertje is ook met ons mee op vakantie geweest in een huisje in het bos. Ik moest haar aan een lijntje met een tuigje uitlaten, zodat we haar niet kwijt zouden raken. Ik zorg helemaal zelf voor Tijgertje. Toen ze klein was klom ze in mijn benen en over mijn rug naar boven als ik op het aanrecht haar eten klaarmaakte. Eerst vond ik dat heel leuk, maar toen ze zwaarder werd niet meer, omdat het steeds meer pijn deed. Toen hebben we het haar afgeleerd. Tijgertje kan heel grappig liggen. Als ze slaapt is ze soms zo slap dat haar kop van de stoel afhangt. Ze valt dan wel eens van de stoel af omdat ze niet merkt dat ze er af glijdt. Maar vallen vindt ze helemaal niet erg. �
25 | vsu lente 2012
�
verjaardags
antroposofie en... Tijgertje houdt ook erg van muziek. Soms zet ze die zelf aan. Het knopje om een CD aan te zetten zit boven op de Cd-speler en daar zit ze graag. Verder heeft ze haar eigen ideeën over huisinrichting. Ze heeft de gordijnen nu precies zoals zij ze mooi vindt: aan flarden. Ze kan ook verdraaid gek liggen, en dan bedoel ik ook echt verdraaid. Haar onderkant op de linker zij en haar bovenkant op de rechterzij. Blijkbaar slaapt dat heel lekker want ze houdt het een hele tijd vol. Ik heb het zelf ook geprobeerd, maar ik kan het niet.
Op 25 april wordt Tijgertje 1 jaar en ik wil nooit meer zonder haar!
Linda
materiaal uit de klas
26 | vsu lente 2012
rituelen
Dit keer geen inhoudelijk verhaal, maar een blik in de klas, tijdens een verjaardagsverhaal aan het eind van de dag van juf Annegreet.
H
et verjaardagsritueel is voor heel wat jonge kleuters een nieuwe ervaring. Voor het eerst wordt zijn of haar verjaardag gevierd met de juf en de kinderen in de klas. Het verjaardagsritueel vieren we in de klas op de verjaardag van een kleuter die 5, 6 en (heel soms )7 jaar oud wordt. Ieder kleuterleerkracht viert een verjaardag op een andere manier. Hier een klein stukje van het verjaardagsverhaal in mijn klas aan het eind van de dag. De jarige zit op de gang te wachten en kiest daar zijn eigen lievelings verhaal uit een boek. De helpers van de jarige mogen daar ook bij helpen. Op een bepaald moment mogen de helpers in de klas komen, de jarige wacht (met zijn/haar ouders) op de gang. In de klas is een verjaardagstuin gemaakt, met een wereld van lapjes, houten diertjes, kaarten, bloemen, dennenappels enz. De kinderen zitten allemaal verwachtingsvol te wachten op de jarige die onder een boog (de sterrenhemel) door, de kring inkomt. Ondertussen zingen we ons lied. De jarige mag gaan zitten en juf begint te vertellen: In de hemel was eens een sterrenkindje en dat hield heel erg van (bv.) klimmen en klauteren, hij klauterde en klom de hele tijd. Hij was heel erg blij in de hemel en had ontzettend veel sterrenvriendjes, maar werd op een dag bedroefd. Al zijn sterrenvriendjes verlieten langzaam maar zeker de hemel. ‘Waar gaat iedereen toch heen?’ vroeg het kindje aan zijn beschermengel.
‘Ieder sterrenkindje gaat op een dag naar de aarde’, zei de engel en ze nam de hand van het kindje en liepen naar het einde van een wolkje. ‘Kijk, daar, dat is de aarde, er is van alles te ontdekken.’ ‘Maar waarom mag ik er niet heen?’, vroeg het sterrenkind. ‘Je moet eerst een huisje zoeken, maar niet zomaar een huisje, een huisje waar het voor jou lekker warm en gezellig is, waar een lieve papa en mama zijn om voor jou te zorgen.’ Het sterrenkindje keek en zag allerlei huisjes, grote, kleine, tentjes, stof, hout, stenen, maar daar zag het een wel heel bijzonder huisje, het leek er te stralen. De engel keek mee en zag dat het goed was, samen met de engel ging het kindje op weg. Langs de zon, maan, de sterren en ook langs de Domtoren etc. En toen kwam het aan bij het huisje en kon zo in de armen van mama komen, en het paste precies. En over de schouder van mama keek iemand mee, het was papa (of nog een mama). En er was misschien nog wel iemand. (broertje/ zusje/ hond o.i.d.) Dan zingen we velen verjaardagsliederen en mag het jarig kind op zoek naar het verjaardagscadeau in de verjaardagstuin. Na lang zoeken hebben ze de schatkist met cadeau gevonden en wordt er getrakteerd. De helpers helpen met uitdelen. De kinderen mogen een wens geven aan het jarige kind. Na het uitdelen van de traktatie en de wensen wordt er gesmikkeld en geluisterd naar het uitgekozen verhaal. De stralende jarige mag de deur opendoen aan het eind van de dag en iedereen kan het zien, dit was een bijzondere dag!
27 | vsu lente 2012
Annegreet
Onderwijs in het nieuws
Of op scouting bijvoorbeeld. Allemaal activiteiten waar kinderen lekker kunnen bewegen.
‘Bewegingsonderwijs is het belangrijkste vak op de basisschool’
Wat kun je er zelf nog aan doen? Een uur per dag bewegen is een goed uitgangspunt om de leerprestaties te verbeteren. Dat zeggen de wetenschappers. Laat je kind vooral actief spelen, naar school fietsen of buiten ravotten. En scoort je kind even wat minder op school? Denk dan niet als eerste aan het schrappen van de sportles. Ga juist samen een potje voetballen of touwtjespringen! De onderzoekers doen nog een suggestie voor ouders met grotere kinderen. Hanteer de regel: eerst spelen, dan huiswerk maken. Tot slot, de onderzoekers hebben ook ontdekt dat kinderen baat hebben bij vaste routines. Bijvoorbeeld vaste tijden voor eten en slapen. Doe er je voordeel mee!
Bewegen is belangrijk, voor kinderen en voor volwassenen. Dat weten we natuurlijk wel. Maar nu is ook wetenschappelijk bewezen dat kinderen beter presteren in rekenen en taal, als ze meer bewegen. In dit artikel lees je er meer over.
•
•
Er is dus wetenschappelijk bewijs dat bewegen goed is voor de cognitieve prestaties van kinderen. Dat sluit mooi aan op de visie van de Vrije School. Leren gaat via hoofd, hart en handen.
Waarom is bewegen goed voor de cognitieve prestaties? Fittere kinderen zijn volgens de onderzoekers beter in problemen oplossen. Ze letten beter op tijdens de les. Ze maken bewustere keuzes en ze vallen op door doelgericht gedrag. De onderzoekers noemen drie verklaringen: Door te bewegen gaat er meer zuurstof naar de hersenen. Door te sporten in teamverband leert een kind om te gaan met regels. Daar heeft een kind profijt van in de klas. Leren gaat gemakkelijker met minder stress. Sportende kinderen hebben minder last van stress, door de endorfinen die bij sporten vrij komen.
• • •
Hoeveel bewegen kinderen bij ons op school? Kinderen spelen natuurlijk veel buiten op het schoolplein. Meer gerichte beweging krijgen ze vooral tijdens de gymles, de euritmieles en het bewegen in de zaal. Na schooltijd zitten veel kinderen op zwemles of een andere sport.
28 | vsu lente 2012
De afgelopen school krant zagen jullie een r ra a heel leuke foto van juf den ma Léanne! Geraden door … (tromgeroffel) Merel en Nathan! Oud zesdeklassers die vorige keer door juf Léanne waren geïnterviewd en ook les van haar hebben gehad in de 4e klas. Goed opgelet Merel en Nathan, jullie prijs wordt opgestuurd.
. ..
Wat hebben onderzoeken aangetoond? Laatst zijn twee onderzoeken in het nieuws gekomen: De Vrije Universiteit in Amsterdam heeft bekeken hoeveel kinderen bewegen en hoe goed ze presteren op school. Er deden 12.000 kinderen van 6 tot 18 jaar mee aan het onderzoek. En wat blijkt? Er is een verband. Kinderen die meer bewegen, scoren hoger in rekenen en taal. Kinderen in de basisschoolleeftijd verbeteren met minimaal één uur bewegingsonderwijs per dag hun leerprestaties. Tot die conclusie komen ook bewegingswetenschappers van de Rijksuniversiteit en het Universitair Medisch Centrum Groningen. Ze deden tien jaar onderzoek op verschillende scholen in NoordNederland.
Artikel geschreven door
Miriam
kennen.Wanneer je wel weet wie het is, stuur dan je antwoord naar: schoolkrantvsu@gmail. com óf doe een briefje door de speciale houten schoolkrant brievenbus, die je meteen rechts ziet hangen als je de school binnenstapt. Succes met raden!
Helaas waren we de vorige keer vergeten te benoemen dat de herfstschoolkrant-foto niet geraden was. Er waren een aantal gokkers, maar er zat geen juist antwoord bij. En dit was wel een lastige. Op de foto stond juf Marrie, maar iedereen dacht juf Annegreet. En niet verder verklappen hoor, maar zelfs de mannen van deze juffen maakten dezelfde fout. Nu is er een nieuwe foto: Rara, wie is het deze keer? En ik verklap alvast iets, het is een moeilijke, want niet alle kinderen zullen de persoon
29 | vsu lente 2012
Go e
d
e do
l!
Kledingbeurs
Onze kleding hier en 2000 km verder…
Via de kledingbeurs vinden veel goede kleren een nieuwe drager. Maar er blijft ook altijd minstens de helft van de kleding over. In de nieuwsbrief laten we weten dat deze spullen met open armen ontvangen worden in Roemenië. Maar waar dan precies en naar wie?
maken voor elk gezin 1 of 2 bananendozen met spullen die ze zouden kunnen gebruiken.
J
aap van Utrecht en zijn Roemeense vrouw Irina brengen al jaren op eigen initiatief en op eigen kosten met een busje en aanhangwagen goederen naar Roemenië, zo’n 2000km rijden. Zij brengen de spullen naar Lazareni, een afgelegen arm Roma dorpje en nog vier andere Roma dorpjes. (Roma is een zeer achtergestelde en gediscrimineerde bevolkingsgroep.) De dorpjes zijn, ook na de sneeuw periode, zeer moeilijk bereikbaar met de auto. Er zijn geen wegen en soms is het zo dat Jaap en Irina niet dichter dan twee kilometer bij het dorp kunnen komen. Dat geeft niet, want de bewoners komen de spullen graag halen. Jaap en Irina kennen alle gezinnen en zoeken alle gekregen spullen al in Nederland uit en
Jaap haalt al trouw zes jaar alle kleding op die na de kledingbeurs overblijft. En elke keer weer brengt hij de hartelijke dank over van de Roma die de spullen van de kledingbeurs ontvangen hebben. Zij zijn er dolblij mee, want zelf hebben ze heel, heel weinig en zeker in strenge Roemeense winters zijn warme kleren en dekens zeer welkom. Wij geven vooral kleding door die over is van de kledingmarkt, maar er is ook grote behoefte aan andere dingen, zoals bijvoorbeeld schoolspullen (schriftjes, potloden, pennen, gummen) want…. de kinderen moeten zelf spullen meenemen willen ze naar school kunnen. De school verstrekt dit niet, zoals bij ons in Nederland. Vorig jaar vertelde Jaap ons het verhaal van het toen 4-jarig Roma-jongetje Codrut dat kampte met een onbehandelde liesbreuk. Zo’n liesbreuk is relatief makkelijk te behandelen, maar bij Codrut liep dat anders. Het kind kon als Roma niet zomaar geholpen worden en de ouders hadden geen geld voor de operatie (die met het verblijf in het ziekenkuis in de stad ongeveer 300 euro zou gaan kosten). We hebben foto’s gezien van de onbehandelde liesbreuk, onvoorstelbaar: uit de lies puilde de
30 | vsu lente 2012
huid uit tot een uitwendige zak zo groot als een flinke courgette, voornamelijk gevuld met darmen. Onhandig omdat je niet meer zo beweeglijk bent met zo’n extra courgette tussen je benen, maar ook heel kwetsbaar voor infecties en andere ellende. Dankzij de opbrengst van een kledingbeurs is Codrut geopereerd. Volgens de laatste berichten gaat het heel goed met hem, alle achterstanden had hij snel ingehaald en hij is nu een blij en gezond kind. (zie foto en bedankbriefje) Zo zie je maar wat een kleine opruimaktie in onze kleerkasten voor een verstrekkende positieve gevolgen kan hebben; voor ons hier in Nederland en op zo’n 2000 km afstand! Als laatste: Jammer genoeg is de opslagruimte van Jaap en Irina vorig jaar in vlammen op gegaan. Daarbij gingen veel goederen verloren, maar ook was Jaap zijn gratis opslag kwijt. Nu slaan Jaap en Irina de spullen op in hun eigen huisje tot ze weer naar Roemenië gaan. Dat is verre van ideaal, het huis is klein en op alle mogelijke plekken staan dozen die naar Roemenië toe moeten. Jaap is dan ook op zoek naar opslagruimte, het liefst gratis. Mocht je iets weten, neem dan contact op met een van de ondergetekenden. Hartelijke groeten
‘de kledingbeursdames’. 31 | vsu lente 2012
in te
r
m ew et... i v
Elin Dengel
Sinds Oktober 2011 zit Elin bij ons op school in de 2e klas van meester Michel en juf Aafke. Hij is erg blij om op deze school te zitten en hij wilde graag meewerken aan dit interview voor de schoolkrant. Vertel eens iets over jezelf Ik ben Elin, 7jaar oud. Ik heb een zusje Ylva van 4 jaar (kleuterklas juf Annegreet) en een oudere broer Tibe van 15 jaar. (Werkplaats) Ik hou van tekenen, pokemon poppetjes kleien en piano spelen. En misschien ga ik binnenkort nog op een vechtsport, bijvoorbeeld kapoeira of karate. In mijn nieuwe klas heb ik iets meer vriendinnen dan vrienden. Ik ben meer een 'meisjesjongen' dan een 'jongens-jongen'. Jongens zijn meestal nogal agressief en meisjes zijn rustiger. Één jongen uit mijn klas kende ik nog van vroeger, van de crèche, dat is Symen. Maar daar weet ik niet meer zoveel vanaf want toen was ik nog heel klein. Wat was je vorige school en wat zijn de verschillen met de VSU? Eerst zat ik op de Jenaplanschool en die is iets minder leuk dan deze school. We moesten daar veel rekenen en schrijven en hier mogen we ook knutselen en tekenen. Wat mis je van je vorige school? Ik mis een paar vrienden. Soms bellen we nog of spreken we af. Verder mis ik niet zo veel.
Wat vind je het leukste op onze school? Het leukste vind ik knutselen en gym. Vooral 'jagerbal' vind ik erg leuk! Op de jenaplanschool gingen we vaak turnen, bijvoorbeeld met de ringen, daar hou ik niet zo van. Wat ik ook fijn vind aan deze school zijn de diepe verhalen die worden verteld. (heiligenlegendes) Ze zijn soms best spannend en als je dan even naar de wc gaat, mis je heel veel. Sinds ik op de vrije school zit weet ik dat God bestaat. 's Avonds kon ik een keer niet slapen en heb ik hierover met m'n moeder gepraat. Dat was heel fijn. Maar ik kon er helemaal niet meer van slapen. Van m'n moeder moest ik één hand op mijn hart leggen en één hand op mijn buik. En dan daarheen ademen. Toen ging het wel beter en werd ik rustiger.
“Kreukelsjes!”
...riep mijn dochter van vier op een ochtend enthousiast toen we bij school aankwamen. Dat was in februari, misschien eind januari, toen de grootbladige bloempjes zich net bij de tere wit-groene sneeuwklokjes kwamen voegen en er inderdaad nog behoorlijk verfomfaaid uitzagen. Al snel veranderden ze – met dank aan school – in ‘krokusbolletjes die uit hun holletje kwamen en hun paarse en gele bloemen lieten wiegen op een dunne steel’. Kort daarop werd mij triomfantelijk medegedeeld dat ‘speenkruidbloempjes ook geel zijn!’ Met de knoppen die ontluikten nam ook de botanische kennis van mijn kleuter zienderogen toe. En ook het gele speenkruid konden we in de directe omgeving van de school uitbundig zien bloeien. Daarna kwamen de narcissen, in alle schakeringen van teder bijna-wit tot fel oranje-geel. Dat wist ik me van andere jaren nog wel te herinneren. Maar er kwam nog veel meer. Zeeën van blauwe klokjes, lila kelkbloempjes, frisse witte
wat zien ik?
madeliefjes en daartussen, tot mijn verrassing, her en der zachtroze hyacinthen. De ‘kreukelsjes’ vormden het verlegen begin van een uitbundige uitspatting aan bloemenpracht, en toen daar hier en daar wat verwelking in begon op te treden, waren bijna ongemerkt de eerste nieuwe groene blaadjes aan bomen en struiken uit hun knoppen gekropen. Het voorjaar ontvouwde zich in zijn volle pracht. En ergens wéét je wel dat ’t weer komen gaat, maar toch, als ’t zich dan zo voor je ogen ontvouwt, is het toch wel weer heel bijzonder... Cinta
Wat bijzonder! Vertel eens iets over je eerste dag in je nieuwe klas. Ik vond het helemaal niet spannend. Ik liep er gewoon naar binnen. Na drie dagen ‘wennen’ mocht ik zelf beslissen. Het was al gauw duidelijk: “Ik wil graag over!” Wat wil je nog vertellen aan de schoolkrantlezers? Over onze hamsters! In de vakantie hebben wij twee hamsters gekregen, die van mij heet ‘Choco-cookie’. Hij heeft een grijze vlek en is voor de rest wit. Mijn zusje Ylva heeft ook een hamster, die heet ‘Witje’. De poes vindt de hamsters ook erg leuk, soms ligt hij op de loer en moeten we hem goed in de gaten houden! De hamsters zitten allebei in een eigen hokje. Hopelijk worden ze vriendjes!
32 | vsu lente 2012
Leanne
33 | vsu lente 2012
Wat doe jij als je niet ‘oudert’? Tussen 8.15 en 8.40 vertonen ouders op het schoolplein van de Vrije School grote overeenkomsten: iedereen is lekker druk met de zorg om van alles en nog wat, hier een tas, daar een jas, en vlug-vlug nog een zoen en een zwaaitje voor dochter of zoon ter afscheid. Maar wat gebeurt er als het kroost is verdwenen?
Ben je thuis anders dan op je werk? Ja, ik moet verantwoordelijker zijn op mijn werk dan thuis. Als juf moet ik steeds rust creëren in de klas, zodat de leerlingen bij zichzelf kunnen blijven, ze worden namelijk snel druk van elkaar. Dit hoeft thuis niet in die mate. Ik doe denk ik wel net zo gek op school als thuis. Ik moet iedere dag kunnen lachen, anders word ik te serieus.
Annefleur de Savornin Lohman, moeder van Eliza (6 jaar), kleuterklas Marrie Simone Prins, moeder van Kaj, klas 5 en Mars, kleuterklas (Vrije School Zeist) Wat voor werk doe je? Ik ben docent in het voortgezet speciaal onderwijs (leerlingen met een vorm van autisme, Berg en Bosch-school in Houten) en geef de vakken Nederlands, Duits en mentorles. Ik ben mentor van een 3e klas Handel & Administratie, niveau basis- en kaderberoepsgerichte leerweg. Dit doe ik 5 dagen in de week. Waarom doe je dit werk? Ik werk liever met pubers dan met volwassenen, ik vind ze leuker. Volwassenen doen soms zo problematisch en zwaar op de hand. De droge humor van mijn leerlingen en dat rebelse en gekke gedrag maken me echt vrolijk. In dit type onderwijs ben je minder bezig met je vak, maar meer met het begeleiden van de leerlingen in hun ontwikkeling, dat past bij mij. Waar heb je voor geleerd? Na de HAVO ging ik een jaar naar Argentinië. Vervolgens deed ik een secretaresseopleiding, dat was echt niets voor mij. Ik begon met de lerarenopleiding Spaans en deed daarna ook nog Duits. Lesgeven bleek best leuk! Wist je altijd al wat je wilde worden? Nee, ik had geen idee. Mijn vader was leraar. Het beroep stond dus niet ver van me af. Toen ik eenmaal lesgaf op een ‘normale’ school, trok ik vooral naar leerlingen toe die extra aandacht nodig hadden, maar dit niet altijd konden krijgen door de grootte van de groep. Daarom ben ik in het speciaal onderwijs gaan werken. Door de bezuinigingen die komen weet ik niet of het werk leuk blijft. Het wordt zwaarder dan het nu is. Vooralsnog geniet ik maar van iedere leuke dag.
Simone Prins
Wat was jouw ‘ergste’ blunder op je werk? Ik heb ooit iets heel stoms gezegd toen ik lesgaf in Noorwegen, door een taalfout. Maar dat kan ik hier in de schoolkrant niet zeggen, is een veel te vies verhaal. Het was wel vreselijk grappig. Hier op school heb ik ook wat domme dingen gedaan. Toen ik zwanger was van Mars kon ik niet lopen, door pijn aan mijn heupen. Ik had toen een scootmobiel gehuurd van de Thuiszorg voor op mijn werk en racete daarmee door de school. Behalve over tassen heb ik toen ook regelmatig over de tenen van leerlingen gereden. Mijn laatste blunder was toen ik vorige week tegen een vrij brave jongen uit mijn mentorklas zei dat ik al zijn botten zou breken als hij niet snel stil was. Dit floepte er zomaar uit. Het klonk zo absurd dat het toch lollig was, maar ik schaamde me wel. Gelukkig kon die leerling de humor ervan in zien. 34 | vsu lente 2012
Wat voor werk doe je? Ik werk bij de Provincie Utrecht als programmasecretaris Regionaal Verkeersmanagement. In dit programma werken we met Rijk, gemeenten en provincie samen om de verkeersdoorstroming in de provincie te verbeteren door middel van techniek (groene golven, slimme instelling van verkeerslichten, dynamische route-informatie ed.).
Annefleur
Waarom doe je dit werk? Eerlijk gezegd ben ik hier toevallig ingerold. Eerder werkte ik als de Savornin L o h ma n werving- en selectie adviseur bij de provincie en toen kwam ik deze functie tegen. Het leukste vind ik het om met andere partijen contacten te hebben, hen op de hoogte te houden van wat er speelt en te zorgen dat de wensen van verschillende partijen zo goed mogelijk geborgd worden in het programma. Een beetje gek vind ik het nog steeds wel om als ‘groen’ mens in deze sector te werken. Maar ik hoop wel dat we door techniek en innovatieve maatregelen de roep om extra asfalt iets kunnen temperen. Waar heb je voor geleerd? Ik ben planoloog en heb in Wageningen gestudeerd. Momenteel doe ik de opleiding ‘Mindful Coachen’ met als doel om mezelf te ontwikkelen, maar ook om in de toekomst mensen te kunnen coachen, te trainen of bijvoorbeeld te werken op het gebied van preventie van ziekteverzuim of re-integratie. Liefst zou ik dat combineren met een kunstvorm, zoals zingen of schilderen. Hoe? Daar ben ik nog niet uit.. Wist je altijd al wat je wilde worden? Nee, nooit geweten. Ben altijd best wel zoekend geweest, met een heel brede interesse. Is dan moeilijk kiezen.. Wat was jouw ‘ergste’ blunder op je werk? Ik kan me niet 1 grote blunder bedenken. Wel schijn ik maar niet af te kunnen leren om te happen op de vele grappen van al die techneuten- mannen met wie ik samenwerk.. Ben je thuis anders dan op je werk? Wel een beetje. Soms ben ik wat verlegen of onzeker op mijn werk. Maar met vertrouwde collega’s vind ik het heerlijk om het gezellig te hebben en plezier te maken. Helaas wordt dan dus ook regelmatig met mij de draak gestoken.. :-) En thuis ben ik gewoon mama..
35 | vsu lente 2012
Gedichten
le
uk
ws eu i n
wedstrijd
L
Wisten jullie dat hier op school echte dichterstalenten rondlopen?
ars Schotel, vader van Puck (inmiddels op de bovenbouw), Mees (4e klas) en Noor (2e klas), won afgelopen januari de vierde prijs in de Nationale Gedichtenwedstrijd! Ook een andere ouder van school, Nicoline van Heijningen, moeder van Valentijn (inmiddels ook op de middelbare school) en Ruben (6e klas) eindigde in de Top 100 van diezelfde wedstrijd. Er waren bij elkaar meer dan tienduizend inzendingen, dus om bij de beste 100 te zitten is dan een hele eer. Bovendien werden alle 100 genomineerden uitgenodigd om bij de officiële prijsuitreiking in de Stadsschouwburg van Amsterdam te zijn. Die honderd beste gedichten zijn nu in een boekje verschenen, de Toverhazelaar. Het gedicht waarmee Lars op de vierde plaats eindigde is een haiku. Dat is een Japans (niet rijmend) gedicht van maar 3 regels. De eerste en de derde regel mogen 5 lettergrepen hebben, de middelste regel mag er 7 hebben. Het is eigenlijk één zin waarin een waarneming wordt beschreven. Lars schreef al eerder (over) haiku’s in de schoolkrant.
Dochter Het zwembad, ‘s avonds. Rimpelloos, als ze langs schrijdt niemand die haar duwt. Lars Schotel
•
Als je graag wilt rijmen, kies dan een rijmschema (bijvoorbeeld abab in plaats van elke regel op de volgende regel te laten rijmen: aaaa (slagrijm). Slagrijm is niet mooi. Te veel rijm achter elkaar geeft geen rust (Jan had een pan die kon wat man en Han van San kan er ook wat van zei Jan). Phew, zoveel rijm, dat geeft juist onrust bij het lezen en leest daardoor niet prettig. Een duidelijk rijmschema geeft rust voor je lezers en dan zullen ze je gedicht meestal beter vinden. Laat dus niet elke regel op de volgende regel rijmen, enzovoorts. Als je rijmt, kies je rijmwoorden dan met zorg uit. Kies geen rijmwoorden omdat ze nou eenmaal op een ander woord rijmen. Kijk goed of je gedicht er mooier of beter van wordt. Komt er een mooie of leuke zin in je hoofd op? Wen jezelf aan om mooie of leuke zinnen te noteren, je kunt ze later gebruiken voor een van je gedichten. Lees eerst eens wat poëzie voordat je zelf gaat dichten. Je zal dan ontdekken dat poëzie veel meer is dan alleen maar een rijmpje maken. Pas ook eens alliteratie toe: De hond hangt hechter aan mijn hielen. Pas ook eens middenrijm toe in plaats van (altijd) eindrijm: De hond, zijn tong is paars en hangt naar buiten als een laars van levend leer. (Herken je in de laatste twee regels de alliteratie en het middenrijm?) Denk niet, ik kan geen gedichten schrijven. Kijk om je heen: poëzie is overal. Poëzie is in de bomen en op straten, in kleine en grote levensvragen. Poëzie zit in het gezicht van je leerkracht verborgen en in het gedrag van mensen op straat. Poëzie is overal, in de ogen van je klasgenoten en poëzie woont ook in jou. Kijk eens in de spiegel en zoek de poëzie in jezelf. Poëzie zit ook in hele gewone dingen.
neren. Hoe meer kaartjes, hoe meer mogelijkheden. Je kunt, door kaartjes met zinnen erop neer te leggen, op (nieuwe) ideeën komen voor een gedicht en aan de hand daarvan de teksten aanpassen zodat het een kloppend gedicht wordt. Je kunt ook met een groepje kinderen kaartjes maken en er samen gedichten van maken.
Gedichtenmixer Maak kaartjes met mooie of leuke of rare zelf bedachte (!) zinnen, schudt ze door elkaar en leg een paar kaartjes met zinnen op verschillende volgorde neer en kijk wat eruit komt. Probeer op die manier een gedicht te compo-
Gerrit Komrij - Ambassadeur 3e editie Gedichtenwedstrijd
• • •
Benieuwd naar de overige gedichten? Kijk dan op www.turingfoundation.org/ bundel2011.html Ook dichten? Lijkt het jou ook leuk om een gedicht te schrijven? Lang of kort, rijmend of niet, alles mag! Stuur hem op naar de schoolkrantredactie, dan kiezen wij uit de inzendingen de mooiste, leukste, of origineelste en dan staat jouw gedicht misschien wel in de volgende schoolkrant! Een paar tips om een gedicht te schrijven* Verzin een duidelijk onderwerp voordat je aan de slag gaat, zodat je gedicht niet van de hak op de tak springt. Dit is erg belangrijk. Schrijf over dingen die jou interesseren of die je echt leuk of belangrijk vindt, dan lukt het meestal het beste.
•
36 | vsu lente 2012
• • •
•
(geplukt van: http://schrijven.wikidot. ** com/hoe-schrijf-je-een-gedicht) Hier nog een paar tips** van échte dichters!
“Poëzie komt pas als je er op wacht zonder nog te wachten.” Herman de Coninck Een gedicht is:
“De duidelijke uitdrukking van onduidelijke gevoelens.” W.H. Auden
“Als woorden ontwaken, worden ze gevaarlijk... Sommigen zoeken houvast in poëzie, willen een verklaring voor een vers of woord. Maar in poëzie klopt niets. Daar is alles mogelijk.”
Ramsey Nasr - Dichter des Vaderlands en juryvoorzitter van de Nationale Gedichtenwedstrijd
“Poëzie, ‘t is maar aanstellerij. Dat hoor je vaak. Maar dan, wat is een mens zonder aanstellerij? Een dooie wandelstok, en geen toverhazelaar.” www.nationalegedichtenwedstrijd.nl ** Daar kun je je ook inschrijven voor de nationale gedichtenwedstrijd van volgend jaar!
37 | vsu lente 2012
De konijnen zijn dus altijd buiten. Het hele balkon is omgetoverd tot een grote konijnenspeelplaats. De konijntjes huppelen hier vrolijk rond in hun ren, of kunnen in hun grote hok van twee verdiepingen. En sinds de konijntjes op het balkon zijn, zitten ze zelf ook vaker op het balkon, want het is zo leuk om naar ze te kijken. Dus eten ze met lekker weer vaak bij de konijntjes buiten.
mijn huisdier
De konijntjes van Milla Op een heel bijzondere dag komen we bij Milla naar haar twee konijntjes kijken. Milla is jarig. Het hele huis is versierd, tot aan het konijnenhok op het balkon toe. We worden warm onthaald met thee, sap en een zelfgebakken muffin met een vlaggetje erin, en ondertussen praat Milla honderduit over Flake en Fernando.
D
e dag dat ze de konijntjes kreeg was één van de gelukkigste dagen van haar leven, vertelt ze. Want Milla wilde al heel lang een huisdier. Maar een poes of hond kon niet op de flat waar ze wonen. Bovendien is Milla voor veel dingen allergisch. Eigenlijk waren konijnen de enige oplossing. Dus gingen ze op een dag naar de konijnenopvang om daar twee konijntjes uit te kiezen. Dat was 11 augustus 2011, Milla weet het nog goed. Milla koos voor Flake, omdat dat het liefste konijntje van de konijnenopvang was, en voor Fernando, omdat hij zo schattig was. “Want ik wilde konijntjes die je lekker kan knuffelen.” De konijntjes zijn nog jong. Flake is net één jaar, en Fernando wordt in april ook één. Flake is spierwit en heeft blauwe oogjes. Flake blijkt dan ook een afkorting van ‘Snowflake’, wat in het Engels ‘sneeuwvlokje’ betekent. Flake is een vrouwtje. Fernando is een mannetje. Hij is bijna helemaal zwart met wat lichtbruine plekjes. Hij is gecastreerd, anders zouden er natuurlijk een heleboel babykonijntjes komen. Maar nu is Flake wel schijnzwanger. Dat betekent dat ze denkt dat ze een nestje gaat
krijgen, dus is ze steeds druk in de weer met strootjes om ook echt een nestje te bouwen, en wil ze ook niet meer geaaid worden. Als je het wel doet dan begint ze te grommen, of wil ze je bijten. Terwijl het eerst een echt knuffelkonijntje was, dus dat is wel heel jammer.
Ja, Milla weet inmiddels veel van konijnen af, bijvoorbeeld ook wat ze leuk vinden om mee te spelen; bijvoorbeeld een tunneltje waar ze doorheen kunnen lopen, een doos om in te kruipen, en kranten om te verscheuren. “Wat wel heel grappig is: soms pakt Flake een worteltje en loopt er dan mee weg, dan lijkt ze net een wandelende sneeuwpop!”
“Wat ik het leukste aan ze vind?” Milla hoeft niet lang na te denken. “Nou, ik vind het gewoon leuk dat je ze kan verzorgen en knuffelen, en dat ze zo gelukkig zijn met elkaar. Dat ze niet de hele tijd in een klein hokje in het asiel zitten, vind ik ook fijn voor ze. Ik vind het gewoon heel leuk om een dier te hebben. En nu heb ik er meteen twee!”
Maar de konijntjes zijn heel lief voor elkaar, ze likken elkaar ook. Ze hebben nooit ruzie. Ze slapen ’s nachts ook lekker tegen elkaar aan. “Dan kom ik ze ’s morgens wakker maken en dan zitten hun haartjes op hun kopje echt zo’n beetje door de war, en dan komen ze een beetje slaperig naar me toe, heel schattig!” vertelt Milla. Milla laat ons ook nog een mooie map zien waarin ze alle informatie over de konijntjes bewaart. Zoals een mooie tekening van dingen die de konijntjes het liefste eten. Dat zijn dus droge broodkorsten, wilgentakjes, sla, worteltjes, en natuurlijk konijnenbrokjes en hooi, maar ook speciale lekkernijen zoals muntblaadjes, guldenroede en speciale konijnensnoepjes. “Vooral Flake wordt echt helemaal wild van sla, zo lekker vindt ze dat. Zij wil altijd het eerst bij de sla zijn, want ze is bang dat ze anders niks krijgt, omdat Fernando, die het ook heel lekker vindt, haar dan wel eens wegjaagt.”
38 | vsu lente 2012
Jacqueline en Eefje
advertentie
Oudwijkerdwarsstraat 120 3581 LJ Utrecht 030 254 4747 www.valkenburgtrainingen.nl
39 | vsu lente 2012
advertentie
mijn huisdier
Kennen jullie Kitty nog, de kleine witte en beetje eigenwijze pony van Iris uit de vijfde klas? In de vorige schoolkrant vertelde Iris dat Kitty zwanger was. Inmiddels is het veulentje geboren! De schoolkrant kreeg dit ‘geboortekaartje’:
Na la (2 weken na ng wachten de uitg is op 22 febru erekende datum) a Tiktak, dochte ri geboren: r van Kit Tiktak is gebo ren om half 11 ty. baasje Iris en broer Martien ‘s avonds en wa Dat was wel sp annend, m aa ren erbij. r ook heel mooi om mee te m a k en! Alles ging pr im a, het veulen tje was binnen een h en mocht de vo alf uurtje geboren, met trotse m a lgende dag meteen al m a Kitty buit en spelen. Tiktak is een gezond kind en nu al flink Ze m aakt wild gegroeid. in de wei, is h e sprongen ook heel lief. eel eigenwijs en Mam a Kitty is ee hele goede en lieve moeder en n we zijn heel tr ots op haar!
Geboren
! k a t k Ti
Kom eens kijken bij Rozemarijn. Eén van de gezellige winkels aan de Steynlaan met artikelen voor elk wat wils. Bent u op zoek naar een leuk kadootje, kijkt u dan eens rond in ons ruime assortiment. Van zijden hemden tot prachtige bronzen kandelaars. Voor kinderen is er een ruime keuze uit verantwoord speelgoed, en wat u ook zoekt; wij zoeken graag met u mee. Kortom; een winkel waar je met een glimlach rondloopt, zelden met lege handen de deur uitgaat en waar je altijd vriendelijk geholpen wordt. Steynlaan 46, 3701 EH Zeist, 030-6914592
[email protected] www.Rozemarijn.nl Per 1 januari 2009 is ons nieuwe adres: Steynlaan 65, 3701 EC Zeist
Lekker timmeren in de 1e klas! Handgemaakte houten kinderlampen met duurzaam karakter
www.kinderkamerlicht.nl
40 | vsu lente 2012
41 | vsu lente 2012
Fenna, Eline en Levine uit de zesde klas van juf Eva hebben een interview gedaan met de hoofdrolspeelster uit de serie “Hoe overleef ik...” naar de gelijknamige boekenserie geschreven door Francine Oomen. De boeken gaan over de belevenissen van de hoofdpersoon Rosa. Het meisje dat in de serie de rol van Rosa speelt heet Roos Wiltink, is 14 jaar en zit in de 3e klas van een Montessorischool in Amsterdam. 1. Hoi Roos, in welke films/serie/ reclames heb je gespeeld? Ik heb gespeeld in : • Terug naar de kust (heel klein rolletje) De Lockheed affaire van de Uyl • Een reclame filmpje voor pestweb A’dam en e.v.a. 2. Wat vindt je leuk aan acteren? Het leuke aan acteren is dat je even helemaal iemand anders kan zijn. Ook doe je vaak dingen die je in het normale leven nooit zou doen. 3. Lijk je op Rosa? Ik lijk niet heel erg op Rosa, zij is nogal verlegen en in zichzelf gekeerd. Ik ben meestal nogal druk en schaamteloos. Maar op sommige punten natuurlijk wel, Rosa is natuurlijk ook een meisje die even oud is als ik en gewoon naar school gaat.
4. Hoe vond je het om in de serie graffiti te spuiten/geld te stelen/van het dak te vallen? Ik vond het super vet om graffiti te spuiten! Het geeft je natuurlijk een soort van kick als je midden in de nacht op straat mag spuiten. Het geld stelen vond ik niet zo speciaal omdat ik natuurlijk na de scene het geld gewoon weer terg moest geven. Het van het dak vallen vond ik echt super eng. Ik was natuurlijk wel gezekerd en had een tuigje aan maar ik hing wel 8 meter boven de grond. Ik hoefde gelukkig niet echt van het dak af te vallen. Dat hebben ze allemaal na gemaakt. 5. Wat vond je de leukste scene? De leukste scene vond ik : de survivaltip van aflevering 12, de rap. Omdat er toen ook veel leden van de crew (de regisseur zelf bijvoorbeeld) mee deden aan de scene. 6. Hoe deed je dat met overgeven? Ik moest een mengsel van groentesoep, stukjes ei en sinasappelsap in mijn mond doen en die dan uitspugen. Dat was wel heel vies! 7. In welke film zou je / had je graag willen spelen? Ik zou graag nog een keer een hoofdrol willen
42 | vsu lente 2012
spelen in een film. Die dan in premiere gaat in Tuschinski in Amsterdam.
worden komt er wel vaak bij maar ik doe het omdat ik het acteren super leuk vind.
8. Wordt je op straat vaak herkend? Ik wordt af en toe wel eens herkend op straat maar niet echt vaak.
16. Had je je haar echt rood/rose/oranje geverfd of was het een pruik? Nee ik had gelukkig een pruik op!
9. Hoe vond je het om auditie te doen? Ik vind het altijd toch wel spannend om auditie te doen. Voor hoe overleef ik...? heb ik in totaal 8 audities gedaan. Voor hoe overleef ik..? hoefde ik altijd maar een auditie te doen dus dat was ook wel spannend. Toen ik al wist dat ik de rol van Rosa had moest ik nog een hele dag allemaal verschillende audities doen met andere kinderen, om te kijken of ik goed klikte met de andere rollen.
17. Hoe is het om een beetje bekend te zijn? Ik vind het toch wel leuk om af en toe herkend te worden.
10. Vond je het eng om in de scene van het klassenfeest met Sascha te vechten? Nee, dat vond ik helemaal niet eng. Ik vond het juist leuk, we hadden het van tevoren helemaal geoefend dus er kon niks gebeuren. 11. Wat voor soort scene vind je het leukst om te spelen? Het leukste vind ik om een scene te spelen waarin je iets mag doen wat je normaal niet doet . Bijvoorbeeld graffiti spuiten of boxen. 12. Met welke acteur/actrice zou je wel eens samen willen spelen? Ik zou natuurlijk wel eens samen willen spelen met Carice van Houten. Maar ik denk niet dat dat ooit gaat gebeuren.
18. Ben je nu ineens heel populair op school? Nee helemaal niet. Iedereen is gelukkig gewoon normaal tegen me gebleven. 19. Heb je alle “Hoe overleef ik “ boeken gelezen? Ik heb er eigenlijk geeneen boek van gelezen, haha 20. Zou je de survivaltips die je in de serie geeft zelf ook uitvoeren? Nee, ze zijn natuurlijk allemaal wel een beetje gek. Maar sommige zijn wel handig om te gebruiken. Ik hoop dat jullie genoeg antwoorden voor het interview hebben.
Liefs van Roos
13. Wie is jouw grote voorbeeld/idool? Ik heb eigenlijk niet echt een groot voorbeeld of idool. Er zijn natuurlijk wel acteurs en actrices die ik goed vind spelen maar niet die mijn grote voorbeeld zijn. 14. Wat is je lievelingsvak? Mijn lievelingsvak is drama 15. Gaat het je om het acteren of om het beroemd worden? Bij mij gaat het om het acteren. Het beroemd
43 | vsu lente 2012
illustratie is van Annet Schaap
in te
r
m ew et... i v
advertentie
buchenauer ontwerp(gestaltun )
Schoolverlaters
I
waar gaan ze heen?
n het vorige nummer lazen jullie hoe het een aantal oud-leerlingen van onze school vergaan was bij hun overstap naar de middelbare school. In deze aflevering van de reeks over schoolverlaters willen we antwoord geven op de vraag naar welke middelbare scholen de kinderen van de VSU eigenlijk gaan? Voor dit artikel is gekeken naar de uistroom over de afgelopen 10 jaren. Daaruit valt eigenlijk maar een conclusie te trekken: er is geen eenduidig antwoord op die vraag. De kinderen verspreiden zich over een groot aantal verschillende scholen, al zijn er duidelijke koplopers aan te wijzen. Duidelijke eerste is de Stichtse Vrije School met gemiddeld ruim 40% van de uitstroom. Door de jaren heen schommelt dit percentage echter behoorlijk, van 20 tot wel 70%. Er zijn dus ook jaren waarin er meer kinderen naar een andere school doorstromen. Onder de andere scholen wisselt het beeld nog sterker van jaar tot jaar. In sommige jaren trok De Werkplaats veel oud-leerlingen van onze school aan, in andere jaren gingen de meesten door naar het Herman Jordan Lyceum, een montessorischool. Opvallend is dat geen van de drie genoemde scholen zich in Utrecht bevinden: de Stichtse Vrije School en het Herman Jordan Lyceum staan in Zeist, De Werkplaats in Bilthoven. Dit betekent dat voor veel kinderen de afstand van huis naar school met de overgang naar de middelbare school beduidend groter wordt. Wat ook opvalt is dat het merendeel van de leerlingen doorstroomt naar een school die zich onderscheidt door een kenmerkende pedagogische aanpak. Wat niet wil zeggen dat een heel aantal kinderen ook niet prima hun weg vinden op de ‘gangbare’ scholen. Onder de Utrechtse scholen zijn dit vooral het Christelijk Gymnasium, Unic en het Sint Gregoriuscollege (in wisselende volgorde). Daarnaast vervolgen kinderen hun schoolcarrière aan een hele reeks
verschillende scholen, zowel binnen Utrecht als daarbuiten. Ook het niveau niveau waarop de kinderen verder leren (van technisch VMBO via HAVO tot atheneum en gymnasium) wisselt, natuurlijk van kind tot kind maar soms zou je ook bijna kunnen zeggen van klas tot klas. Kortom, een gevarieerd beeld, waaruit duidelijk blijkt dat iedereen de plek, en de school, zoekt die het beste bij hem of haar passen. In de volgende schoolkrant, voor de zomervakantie, willen we graag met een aantal zesdeklassers hun keuze voor een middelbare school bespreken. De redactie hoort graag van kinderen en/of ouders die interesse hebben om hieraan mee te doen!
(typo)grafisch ontwerp
• producten van Wolletje Winterlok • producten van vilt en producten om mee te vilten • kleurpotloden van Lyra en wasblokjes van Stockmar • accessoires voor de baby- en kinderkamer • kleine gekke cadeautjes • en nog veel meer... Kinderwinkel Westerkade is er voor iedereen die een kind wil verrassen met een bijzonder of creatief cadeautje of voor degene die iets bijzonders wil laten maken. Openingstijden: di. t/m za. 11.00 tot 17.30 uur Westerdade 19, 3512 HB Utrecht T 030 233 29 79 www.kinderwinkelwesterkade.nl
030 - 2965697 buchenauerontwerp.nl
Van Betuwse appels tot Mexicaanse koffie en van Zeeuwse boerenkaas tot Italiaanse wijnen. Estafette kiest voor 100% biologisch en eerlijke prijzen. Ontdek ons! Estafette de biologische eetwinkel van Utrecht Cinta
44 | vsu lente 2012
In onze winkel vindt u;
Biltstraat 62-64 - 3572 BE - Utrecht - tel. 030-2718169 Openingstijden: ma-vrij 08.00 tot 20.00 uur en za 08.00 tot 18.00 uur 45 | vsu lente 2012
advertentie
materiaal uit de klas
46 | vsu lente 2012
Periode Dierkunde van Linda, Mees B. Fenne, Merlijn, Finne, Sem P. en Jaime uit de 4e klas
el Ve
p le zie r
! e i t n i n de Tulpva ka
Onze schoolkrant wordt verzorgd door:
Vrije School Utrecht, Hiëronymusplantsoen 3, 3512 KV Utrecht
48 | vsu lente 2012
U kunt uw schoolkrant online bekijken op: www.schoolkrant.nl/vsu/vsu.html