Versie 27-01-12
Opleidingsplan
Applicatie ontwikkelaar
Crebo nummer
: 90020
Leerweg
: BOL
Sector
: Techniek
Afdeling
: ICT
Cohort
: 2010/2011
Uitstromen :
Applicatie ontwikkelaar
90020
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
1
Inhoudsopgave 1.
Beeld van het beroep ...................................................................................... 3
2. Het opleidingstraject ............................................................................................ 5 2.1 Beroepsgericht: kerntaken en werkprocessen ................................................................. 6 2.2 Generieke onderdelen ..................................................................................................... 6 2.2.1 Nederlands ................................................................................................................ 6 2.2.2 Rekenen .................................................................................................................... 7 2.2.3 Loopbaan en Burgerschap ........................................................................................ 7 2.2.4 Moderne Vreemde Taal ............................................................................................. 7 2.3 Fases in de opleiding en BPV model ............................................................................... 7
3. Begeleiding ........................................................................................................... 8 3.1 Studie loopbaan begeleiding ........................................................................................... 8 3.2 Beoordeling ..................................................................................................................... 8 3.3 Keuzes maken................................................................................................................. 8
4. Onderwijs .............................................................................................................. 9 Inleiding ................................................................................................................................. 9 1e leerjaar periode 1 .............................................................................................................. 9 1e leerjaar periode 2 .............................................................................................................10 1e leerjaar periode 3 .............................................................................................................11 1e leerjaar periode 4 .............................................................................................................11 2e leerjaar periode 1 .............................................................................................................12 2e leerjaar periode 2 .............................................................................................................12 2e leerjaar periode 3 .............................................................................................................13 2e leerjaar periode 4 .............................................................................................................14 3e leerjaar periode 1 .............................................................................................................15 3e leerjaar periode 2 en 3 .....................................................................................................15 3e leerjaar periode 4 .............................................................................................................16
5. Examens .............................................................................................................. 17 5.1 Inleiding ..........................................................................................................................17 5.2 Examenplan ...................................................................................................................17 5.2.1 Beroepsgerichte exameneenheden ..........................................................................17 5.2.2 Moderne Vreemde taal Engels .................................................................................18 5.2.3 Beroepspraktijkvorming (BPV)..................................................................................18 5.2.4 Nederlands en rekenen niveau 4 opleidingen ...........................................................18 5.2.5 Loopbaan en burgerschap........................................................................................20 5.3 Aantal malen per jaar waarop je examen kunt afleggen .................................................23 5.4 Diploma eisen.................................................................................................................23
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
2
1. Beeld van het beroep Het werk binnen Applicatieontwikkelaar bestaat uit vier kerntaken: 1. De applicatieontwikkelaar inventariseert (onderdelen van) de informatiebehoefte en/of wensen van klanten om vervolgens een applicatie te ontwerpen die in die informatiebehoefte voorziet en/of aan de wensen voldoet. Hij onderzoekt hoe een applicatie een bijdrage kan leveren aan de geconstateerde informatiebehoefte of wensen. De applicatieontwikkelaar overziet de consequenties van verandertrajecten voor de gebruikers. Op basis van het ontwerp inventariseert de applicatieontwikkelaar de uit te voeren activiteiten en maakt een plan van aanpak. In het plan van aanpak staan zowel de planning van de werkzaamheden als de kostenraming specifiek beschreven. De applicatieontwikkelaar richt in overleg met zijn leidinggevende/de projectleider de ontwikkelomgeving in conform de eisen van het ontwerp. Tevens zorgt hij voor het beheer van de ontwikkelomgeving. Dit houdt in dat hij (specifieke) software installeert en configureert, apparatuur koppelt, hard- en software onderhoudt, problemen signaleert en zorgt voor een oplossing. 2. De applicatieontwikkelaar brengt in kaart welke gegevens in de gegevensverzameling/database moeten komen en gaat na hoe gegevens worden aangeleverd. Hij bepaalt hoe gegevens gebruikt gaan worden (output) en stelt de structuur en specificaties voor een eenvoudige gegevensverzameling/database vast. Vervolgens bepaalt hij aan de hand van de structuur en specificaties de benodigde middelen en aanpassingen en doet eventueel een voorstel voor aanschaf van software/modules/uitbreidingen en bespreekt dit met zijn leidinggevende. De applicatieontwikkelaar maakt zich de aangewezen programmeertaal en -methodieken (indien nodig) eigen. De applicatieontwikkelaar realiseert (onderdelen van) een applicatie en/of voegt met collega‟s onderdelen van (bestaande) applicaties samen. Hij realiseert ergonomisch verantwoorde interfaces op basis van een bestaand ontwerp, bespreekt tussentijdse resultaten met de opdrachtgever en/of leidinggevende en past de applicatie zo nodig aan. Daarnaast zorgt hij tijdens en na het realisatieproces voor de documentatie. De applicatieontwikkelaar test de werking en functionaliteit van de gerealiseerde applicatie en/of interfaces en voert zo nodig aanpassingen door of doet verbetervoorstellen. 3. De applicatieontwikkelaar schrijft een implementatieplan waarin hij aangeeft hoe de applicatie technisch en organisatorisch wordt uitgewerkt. Hij presenteert het implementatieplan zodat betrokkenen volledig en juist geïnformeerd worden en voorbereid zijn op veranderingen. De applicatieontwikkelaar stelt een acceptatietest op en voert deze samen met het projectteam uit of biedt ondersteuning bij de uitvoering van acceptatietests. De resultaten van de implementatie en de uitgevoerde tests bespreekt en evalueert hij met de betrokkenen. De applicatieontwikkelaar legt de uitkomsten van de evaluatie schriftelijk vast. 4. De applicatieontwikkelaar richt een onderhouds-/beheerprocedure in om structureel informatie te verzamelen over incidenten, eisen en wensen. Hij b eheert en onderhoudt de applicaties volgens geldende procedures/contractafspraken (SLA‟s). Ook registreert en documenteert hij incidenten, eisen en wensen en interpreteert deze op correcte wijze.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
3
Waar werkt een functionaris die zich bezighoudt met Applicatieontwikkeling? Een applicatieontwikkelaar werkt bij bedrijven die besturingsoftware, toepassingssoftware, gamingentertainmentsoftware en/of IT-media producten ontwikkelen. Dit kunnen bedrijven zijn in zowel het klein-, midden- als het grootbedrijf. Wat moet een Applicatieontwikkelaar kunnen? De hoofdtaak van de applicatieontwikkelaar is het ontwikkelen en realiseren van (delen van) software en/of IT-media producten. Te denken valt aan besturingsprogrammatuur, toepassingsprogrammatuur, netwerkprogrammatuur, webbased applicaties, games en andere entertainmentsoftware, interactieve informatiedragers zoals cd-rom‟s en websites met bijvoorbeeld juridische teksten, statistische gegevens, cursusmateriaal, televisiebeelden, etc. Ook is de applicatieontwikkelaar betrokken bij de implementatie van een applicatie en voert hij onderhoudsactiviteiten uit t.b.v. bestaande applicaties. De werkzaamheden worden veelal in projectvorm uitgevoerd waardoor planning van werkzaamheden en samenwerking met collega‟s van belang is. De applicatieontwikkelaar dient zijn werkzaamheden zelfstandig te kunnen uitvoeren en af te stemmen met de projectleider/leidinggevende en collega‟s. Hij werkt onder de verantwoordelijkheid van de leidinggevende/projectleider, maar is verantwoordelijk voor de correcte uitvoering van zijn eigen werk. De applicatieontwikkelaar staat vaak in direct contact met klanten en met collega‟s. Afhankelijk van de organisatie en branche waarin hij werkt, heeft hij tijdens het uitvoeren van zijn taken ook contact met ICT- en applicatieontwikkelaars, mediavormgevers, communicatie-adviseurs en tekstschrijvers.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
4
2. Het opleidingstraject Landelijk is vastgesteld welke onderwerpen aan de orde moeten komen in een MBO-opleiding. Dit zijn beroepsgerichte onderwerpen en algemene onderdelen. De beroepsgerichte onderdelen zijn beschreven in het “kwalificatiedossier‟‟ dat door de Minister wordt vastgesteld. Het zijn de kerntaken en werkprocessen die je in je toekomstige beroep moet uitvoeren. De algemene, of generieke onderdelen bestaan uit Nederlands, Rekenen en Loopbaan en Burgerschap. Elke beroepsopleiding kent verschillende taalvaardigheids eisen en rekenvaardigheids eisen waar je wettelijk aan moet voldoen. Voor sommige opleidingen is ook een vreemde taal verplicht. In het onderdeel Loopbaan en Burgerschap gaat het om je persoonlijke ontwikkeling en loopbaan en over het burger zijn in Nederland en Europa. Dat betekent kennis en deelname aan politiek, werknemer zijn en een gezonde levensstijl hebben: een politiek-juridische, economische, en sociaalmaatschappelijke dimensie en vitaal burgerschap. Het onderdeel Loopbaan gaat over je mogelijkheden en je toekomst. Dat kan zowel zijn in een beroep als in een vervolgstudie. Hieronder is uitgewerkt welke onderdelen voor jouw opleiding zijn vastgesteld. Deze onderdelen zul je straks tegen komen in het onderwijs, de beroepspraktijkvorming en in de examens.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
5
2.1 Beroepsgericht: kerntaken en werkprocessen
2.2 Generieke onderdelen De generieke onderdelen zijn Nederlands, rekenen, Loopbaan en Burgerschap en voor sommige opleidingen Moderne Vreemde Talen. Hieronder kun je zien aan welke niveaus voor taal en rekenen je moet voldoen. Ook zie je of je voor een bepaald onderdeel een centraal ontwikkeld examen krijgt. De eisen zijn voor Engels, Spaans en Duits beschreven in de niveaus van het Europees Referentiekader, voor Nederlands en Rekenen staan de eisen beschreven in het Referentiekader Taal en Rekenen. 2.2.1 Nederlands Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Netwerkbeheerder zich op het volgende niveau: Mondelinge taalvaardigheid: 3F Leesvaardigheid: 3F Schrijfvaardigheid: 3F Taalverzorging en taalbeschouwing: 3F
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
6
2.2.2 Rekenen Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Netwerkbeheerder zich op het volgende niveau: Getallen: 3F Verhoudingen: 3F Meten en meetkunde: 3F Verbanden: 3F 2.2.3 Loopbaan en Burgerschap Bij het vak Burgerschap gaat het om je persoonlijke ontwikkeling bijvoorbeeld over het burger zijn in Nederland en Europa, kennis van - en deelname aan politiek, een werknemer zijn en een gezonde levensstijl hebben. 2.2.4 Moderne Vreemde Taal Indicatief bevindt de beroepsinhoud van de Netwerkbeheerder zich op het volgende niveau: Luisteren: B1 Lezen: B1 Gesprekken voeren: B1 Spreken: B1 Schrijven: B1
2.3 Fases in de opleiding en BPV model Drenthe College verdeelt elke schooljaar in vier onderwijsperiodes van negen weken. Aan het eind van een periode krijg je een beoordeling over je vorderingen( zie hoofdstuk 4). In de volgende periode krijg je een nieuwe rooster en zul je misschien ook andere vakken krijgen. BPV staat voor Beroeps Praktijk Vorming. In een BOL-opleiding noemen we dit ook wel stage. De BPV is een belangrijk onderdeel in elke beroepsopleiding. In het onderstaande schema kun je zien in welke onderwijsperiodes de BPV voor jouw opleiding gepland is. Wat je tijdens een BPV periode precies moet doen staat in een BPV-boek. Dit krijg je als je aan je BPV begint. Leerjaar 1 Leerjaar 2 Leerjaar 3
Periode 1 School BPV School
Periode 2 School School BPV
Periode 3 School School BPV
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
Periode 4 BPV School BPV/School
7
3. Begeleiding 3.1 Studie loopbaan begeleiding Binnen Drenthe College krijgt iedere student een Studieloopbaan begeleider (SLB-er). Je SLB-er is degene die je begeleidt bij je studie. Hij is voor jou het eerste aanspreekpunt als je iets wilt bespreken over bijvoorbeeld je voortgang en welbevinden op school. Binnen de opleiding is de studieloopbaanbegeleiding als volgt georganiseerd: Wekelijks vinden voortgangsgesprekken plaats (gemiddeld 15 minuten per leerling) tussen SLB en leerling. Daarnaast zijn er SLB-uren die klassikaal worden ingevuld.
3.2 Beoordeling Na elke periode van negen weken wordt beoordeeld welke voortgang je geboekt hebt op de verschillende onderdelen. We noemen dit de voortgangsbeoordeling en dit wordt weergeven in een rapport. Op grond van deze beoordelingen wordt bepaald of je „nog op schema ligt‟ met de opleiding, of dat je misschien ergens extra aandacht aan moet besteden. De voortgangsbeoordeling heeft dus invloed op het vervolg van je studie. Dat is iets anders als een examen. Pas als je bepaalde stof voldoende geoefend hebt ga je examen doen in een bepaald onderdeel. De examens hebben te maken met je diploma en zijn daarom beoordelingen die meer officieel zijn en aan meer voorwaarden moeten voldoen. Zowel de resultaten van je voortgang als de examens zul je gaan bespreken met je SLB-er. De voortgangs beoordelingen kun je vinden onder het kopje “Onderwijs”. De examens hebben een eigen hoofdstuk.
3.3 Keuzes maken Gedurende je opleiding zul je bepaalde keuzes moeten maken. Dat kan zijn over het vervolg van je studie of bijvoorbeeld de keuze voor een uitstroomrichting. Je SLB-er zal je helpen die keuzes te maken.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
8
4. Onderwijs Inleiding In de onderstaande schema‟s zie je welke vakken voor de verschillende onderwijsperiodes gepland zijn. Wijzigingen in dit schema zijn mogelijk gedurende de opleiding. De genoemde vakken en uren worden uitgewerkt in een lesstofoverzicht van het betreffende vak. Het kan zijn dat je aan bepaalde voorwaarden moet voldoen om naar een volgende periode te gaan of aan een volgende onderdeel van de studie te mogen beginnen. Dit noemen we een „bevorderingscriterium‟. Als dat het geval is staat dat onder de betreffende onderwijsperiode. e
Studielast
Voortgang sbeoordeli ng
Lesuren
Werkproc es
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
1 leerjaar periode 1
Totaal periode 2 400 uren
toets
Nederlands
Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
2
Engels
2
toets
Burgerschap
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Politiek
1
Toetsen + opdrachten
Cisco IT ess. 1
H1 – H5
1.4
2
Toetsen
Databases
Normaliseren
2.1
4
Schriftelijke toets
Programmeren 1 Webdevelopme nt Rekenen
Basiskennis programmeren XHTML en CSS
2.2
1 0 4
Praktijkopdrachten
Domein 1 (getallen)
2.2
Praktijkopdrachten Domeintoets 3F
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
9
e
Voortgang sbeoordeli ng
Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
2 Totaal periode 2 400 uren
toets
Engels
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Arbeid Domein 2 (verhoudingen) H6 – H10 Access SQL Website maken met HTML en CSS
2
toets
1
Opdrachten Domeintoets 3F
2 2 2 6
Toetsen + final Praktijktoets Schriftelijke toets Project opleveren
1 0
Eindopdracht
Burgerschap Rekenen Cisco IT ess. 1 Databases Databases Project 1
Programmeren 2
Werkproc es
Nederlands
Vak
Lesuren Studielast
Thema/on derwerp/le erinhoud
1 leerjaar periode 2
Basiskennis programmeren
1.4 2.2 2.2 1.1 tm 2.3 2.2
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
10
e
Voortgang sbeoordeli ng
Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
2 Totaal periode 3 400 uren
toets
Engels
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Consument
2
toets
Burgerschap
Rekenen Cisco IT ess. 1 Programmeren 3 Project 2
Werkproc es
Nederlands
Vak
Lesuren Studielast
Thema/on derwerp/le erinhoud
1 leerjaar periode 3
Domein 3 (Meten en meetkunde) H11 – 16 Gevorderd programmeren Website maken met HTML, PHP en CSS
Werkstuk/presentatie
Domeintoets 3F 1.4 2.2
2 6
Toetsen + final Praktijktoets
1.1 tm 2.3
8
Project opleveren
e
Voortgang sbeoordeli ng
Lesuren
Werkproc es
36
Studielast
BPV
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
1 leerjaar periode 4
Totaal period e2 400 uren
BPV opdrachten
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
11
e
36
Voortgang sbeoordeli ng
BPV
Studielast
Lesuren
Werkproc es
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
2 leerjaar periode 1
Totaal period e 1, 400 uren
BPV opdrachten
e
1.4
4
Voortgang sbeoordeli ng
Lesuren
H1 – H5
Studielast
Werkproc es
Cisco Discovery 1 Engels
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
2 leerjaar periode 2
Deeltoetsen C1 tm C5
2
toets
2
toets
Nederlands
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
Rekenen
Domein 4 (Verbanden)
Webdevelopme nt 2 Databases
Javascript
2.2
5
Praktijkopdracht
PHP en Databases
1.2
6
Praktijkopdracht
Project 3
HTML, CSS en PHP
1.1 tm 3.3
1 0
Opleveren project
Domeintoets 3F
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
12
e
Lesuren
1.4
4
1.1
6
1.1 tm 3.3
1 0
Rekenen
Domeinen 1 en 2 herhaling Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
Engels
Nederlands
Voortgang sbeoordeli ng
Werkproc es
Hfd 6 tm 9 + skills + final Ontwikkelmethoden/U ml HTML, CSS, Javascript en PHP
Cisco Discovery 1 Informatieanaly se 1 Project 4
Studielast
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
2 leerjaar periode 3
Totaal periode 3, 400 uren
Deeltoetsen C6 tm C9 + skill + final Praktijkopdracht Opleveren project
Domeintoetsen 3F 2
toets
2
toets
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
13
e
Oefenend examinerend project Engels
Nederlands
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
Burgerschap
Alle domeinen
Rekenen
Domeinen 3 en 4 herhaling
Voortgang sbeoordeli ng
2.2
Studielast
Object oriented programming Functionele requirements/use case diagrammen Oefenend examineren project
Lesuren
Werkproc es
Programmeren 4 Informatieanaly se 2
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
2 leerjaar periode 4
Totaal periode 4, 400 uren
Praktijkopdracht
1.1
6
Praktijkopdracht
1.1 tm 4.3
10
Opleveren project
2
toets
2
toets
Politiek: toets, Arbeid: opdrachten+ stagebeoordeling, Consument: werkstuk, Maatschappij: werkstuk, Gezondheid: werkstuk Domeintoetsen 3F
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
14
e
Werkproc es
Lesuren
Object oriented programming vervolg
2.2
4
Informatieanaly se 3 Examinerend project Nederlands
Activiteitendiagramm en Examinerend project
1.1
2
1.1 tm 4.3
10
Mondelingetaalvaardigheid Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Taalverzorging en taalbeschouwing
2
toets
Engels
Luisteren: Lezen Gesprekken voeren Spreken Schrijven Alle domeinen
2
toets
Rekenen
Voortgang sbeoordeli ng
Thema/on derwerp/le erinhoud
Programmeren 5
Studielast
Vak
3 leerjaar periode 1
Totaal periode 1, 400 uren
Schriftelijke toets
Praktijkopdracht
Domeintoetsen 3F
e
Voortgang sbeoordeli ng
Lesuren
Werkproc es
36
Studielast
BPV
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
3 leerjaar periode 2 en 3
Totaal periode 2 , 400 uren en periode 3 400 uren
BPV opdrachten
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
15
e
10
Examenmap
8
Voortgang sbeoordeli ng
BPV
Studielast
Lesuren
Werkproc es
Thema/on derwerp/le erinhoud
Vak
3 leerjaar periode 4
Totaal period e 4, 400 uren
BPV opdrachten
Examenmap compleet
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
16
5. Examens 5.1 Inleiding Op een goed moment ben je zo ver met de studie dat je aan het examen begint. Welke examens je voor je opleiding moet doen kun je in dit hoofdstuk vinden. Je SLB-er bespreekt met jou je vorderingen en met hem overleg je ook over je examens. Welke examens je moet doen staat in het examenplan.
5.2 Examenplan Het examen is onderverdeeld in de onderstaande examenonderdelen. Ook vind je hierbij aangegeven op welke manier je dit examen moet afleggen: mondeling of schriftelijk tentamen, via het aanleveren van een bewijsmap of door het afleggen van een proeve van bekwaamheid. 5.2.1 Beroepsgerichte exameneenheden Naam Vorm Afname Kern-taak exameneenheid Kerntaak 1
Werkproces(sen)
Competentie
Bewijzen
periode (s) Bewijs map
1
1,2,3,4
HI
-
JKLM NQRS Kerntaak 2
Bewijs map
2
1,2,3,4
DE I JK MN OPQS TV
-
-
Kerntaak 3
Bewijs map
3
1,2,4
BJKL MRST V
-
-
De bewijzen van de werkprocessen en de bijbehorende beoordelingsformulieren Reflectie Tentamen basiskennis hardware Tentamen basiskennis software De bewijzen van de werkprocessen en de bijbehorende beoordelingsformulieren Reflectie Tentamen basiskennis netwerken Tentamen basiskennis ISP De bewijzen van de werkprocessen en de bijbehorende beoordelingsformulieren Reflectie Tentamen datacommunicatie 1 Tentamen datacommunicatie 2
Alle exameneenheden moeten met een voldoende zijn afgesloten.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
17
5.2.2 Moderne Vreemde taal Engels Beroepsspecifiek Exameneenheid
Vorm
Afname Vaardigheid periode
Beheersings niveau
Luistervaardigheid
Schriftelijk
1-2
Luisteren
B1
Spreekvaardigheid
Mondeling
1-2
Spreken
B1
Gesprekken voeren Mondeling
3-4
Gesprekken voeren
B1
Leesvaardigheid
Schriftelijk
3-4
Lezen
B1
Schrijfvaardigheid
Schriftelijk
3
Schrijven
B1
Voor het behalen van dit onderdeel wordt eerst het eindoordeel per vaardigheid bepaald. Vervolgens moeten minimaal drie van de vijf taalvaardigheden met een voldoende zijn op het vereiste niveau. 5.2.3 Beroepspraktijkvorming (BPV) Het beoordelingsformulier BPV waaruit blijkt dat de beroepspraktijkvorming voor de betreffende uitstroomdifferentiatie met een voldoende is afgesloten. 5.2.4 Nederlands en rekenen niveau 4 opleidingen De onderstaande exameneenheden van Nederlands en rekenen vormen één examenonderdeel. De onderliggende exameneenheden worden met een cijfer op 1 decimaal nauwkeurig beoordeeld.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
18
Nederlands Naam exameneenheid Vorm
Afname Vaardigheid periode
Beheersings Uren niveau
1. Mondelinge taalvaardigheid: Gesprekken
Mondeling examen
gesprekken voeren
3F
20
2. Mondelinge taalvaardigheid:: Spreken
Mondeling examen
Spreekvaardigheid : spreken
3F
20
3. Schrijven
Schriftelijk
Schrijfvaardigheid
3F
20
examen
Begrippenlijst en taalverzorging NL
4. Mondelinge taalvaardigheid: Luisteren
Centraal ontwikkeld Schriftelijk examen
Luisteren
3F
20
5. Lezen:
Centraal ontwikkeld Schriftelijk examen
Leesvaardigheid
3F
24
zakelijke teksten
De instellingsexamens Gesprekken, Spreken en Schrijfvaardigheid, worden gemiddeld tot één beoordeling en afgerond op 1 decimaal. Alle exameneenheden wegen daarbij even zwaar. Deze beoordeling van de instellingsexamens wordt gemiddeld met het resultaat van het centraal ontwikkelde examen (lezen/luisteren): ook hier wegen beide onderdelen even zwaar. Het cijfer wordt afgerond tot een geheel getal. Dit vormt het eindcijfer Nederlands.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
19
Rekenen Naam exameneenheid 1. Getallen
Vorm
Afname Vaardigheid periode
Schriftelijk tentamen
Notatie, taal en betekenis
Beheersing s niveau
Uren
3F
25
3F
25
3F
25
3F
29
Verbanden leggen en gebruiken 2. Verhoudingen
Schriftelijk tentamen
Notatie, taal en betekenis Verbanden leggen en gebruiken
3. Meten en meetkunde
Schriftelijk tentamen
Notatie, taal en betekenis Verbanden leggen en gebruiken
4. Verbanden
Schriftelijk tentamen
Notatie, taal en betekenis Verbanden leggen en gebruiken
Eindbeoordeling Nederlands en rekenen Voor het behalen van het diploma mag voor Nederlands of rekenen een eindwaardering van tenminste 5 zijn behaald mits voor het andere onderdeel tenminste het cijfer 6 is behaald. 5.2.5 Loopbaan en burgerschap Naam Vorm Kerntaak exameneenheid
Leren en Loopbaan
Bewijsmap 1. Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt daarbij middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken
Werkproces
Competentie
Bewijzen
1.1. Benoemt leerdoelen voor eigen ontwikkeling
A) Beslissen en activiteiten organiseren
Beoordelings-formulier 1
1.2. Inventariseert geschikte manieren van leren
J) Formuleren en rapporteren
1.3. Kiest bij de situatie en bij zichzelf passende manieren van leren
N) Onderzoeken
M) Analyseren
0) Creëren en innoveren P) Leren
1.4. Plant zijn eigen leerproces en voert het uit 1.5. Evalueert de gekozen manier van leren
Q) Plannen en organiseren
Weergave van evaluatiegesprek over eigen ontwikkelingen en leerproces Relevant onderdeel van je POP (zie criteria beoordelingsformulier 1) Relevante onderdeel van je PAP (zie criteria beoordelingsformulier 1)
W) Gedrevenheid en ambitie tonen Beoordelings-formulier
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
20
2.1. Reflecteert op eigen kwaliteiten en motieven
2 -
2.2. Onderzoekt welk werk er is en wat bij hem past 2. Stuurt de eigen loopbaan
2.3. Stuurt de eigen loopbaan en onderneemt acties die daarbij nodig zijn
A) Beslissen en activiteiten initiëren D) Aandacht en begrip tonen G) Relaties bouwen en netwerken
-
Weergave van reflectiegesprek over eigen kwaliteiten en motieven Relevant onderdeel van je POP (zie criteria beoordelingsformulier 2) Relevante onderdeel van je PAP (zie criteria beoordelingsformulier 2)
M) Analyseren N) Onderzoeken U) Omgaan met veranderingen en aanpassingen W) Gedrevenheid en ambitie tonen
Burgerschap
Bewijsmap 3. Participeert in het politieke domein, in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding
3.1. Oriënteert zich op onderwerpen waarover politieke besluiten genomen worden
A, H, M, N, T
Beoordelings-formulier 1 Politieke domein
3.2. Vormt een eigen mening 3.3. Onderneemt acties naar aanleiding van eigen keuzes
4.1. Gedraagt zich als werknemer bij het uitvoeren van werk
4. Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie
4.2. Maakt gebruikt van werknemersrechten 4.3. Stelt zich collegiaal op
A, E, F, H, N, P, S, T, U, V
Beoordelings-formulier 2 Functioneren als werknemer
5.1. Oriënteert zich op de consumenten-
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
21
markt en houdt rekening met eigen wensen en mogelijkheden
5. Functioneert als kritisch consument
5.2. Onderneemt acties om producten en diensten aan te schaffen
A, E, H, J, K, M, N, 6.1. Neemt deel in P ,T diverse sociale verbanden en leeft in openbare ruimte
Beoordelings-formulier 3 Functioneren als kritisch consument
6.2. Voert activiteiten uit voor de leefbaarheid van zijn sociale omgeving
7.1. Zoekt informatie over een gezonde leefwijze
6. Deelnemen in allerlei sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte
7.2. Beslist op basis van informatie en handelt ernaar 7.3. Onderneemt activiteiten om de gezondheid te bevorderen
A, D, E, F, Q, T
Beoordelings-formulier 4 Deelnemen in sociale verbanden
7. Zorgt voor de eigen gezondheid
A, E, F, K, L, M, N,T Beoordelings-formulier 5 Zorgen voor de eigen gezondheid
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
22
Alle exameneenheden loopbaan en burgerschap moeten zijn voldaan
5.3 Aantal malen per jaar waarop je examen kunt afleggen Aan het begin van het schooljaar wordt bekend gemaakt in welke weken de examens worden afgenomen. De examencommissie geeft dan ook aan of je je moet aanmelden om aan een examen deel te nemen en vóór welke datum dat dan moet.
5.4 Diploma eisen Om voor het diploma in aanmerking te komen moet je alle bovenstaande examenonderdelen met een voldoende hebben afgesloten.
TE-IC-90020-BOL-2010-applicatieontwikkelaar-4
23