4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
Toets Administratie 1.
Wat zijn de plaatsingscriteria?
A Bovenaan de wachtlijst eerst, kinderen van medewerkers hebben geen voorrang, tweede kind wel voorrang, geestelijke en lichamelijke verzorging. (Kunnen wij dit kind met deze handicap op verantwoorde wijze opvangen?) B Bovenaan de wachtlijst eerst, kinderen van medewerkers hebben voorrang, tweede kind wel voorrang, geestelijke en lichamelijke verzorging. (Kunnen wij dit kind met deze handicap op verantwoorde wijze opvangen?) Buitenlandse kinderen hebben voorrang. C We kijken niet zo nauw. D Bovenaan de wachtlijst eerst, kinderen van medewerkers voorrang, tweede kind wel voorrang, geestelijke en lichamelijke verzorging. (Kunnen wij dit kind met deze handicap op verantwoorde wijze opvangen?) Antwoord D 2. Wat krijgen nieuwe ouders toegestuurd, wanneer en met welk doel? A Een factuur om te betalen voordat het kind daadwerkelijk start. B Een videoband met informatie over de vestiging. C Welkomstbrief (begin van de maand ervoor) om afspraak met pedagogisch medewerksters te laten maken en welkom te heten. D Een evaluatieformulier. Antwoord C 3. Wie krijgen er een jaaroverzicht en wie niet (en waarom niet)? A Alle klanten van het afgelopen jaar, behalve degenen die een betalingsachterstand hebben. Die moeten eerst betalen en dan ontvangen zij het jaaroverzicht. B Alle debiteuren. C Alle klanten, behalve klanten die ook op het dagverblijf werken. D Alle klanten van het afgelopen jaar. Antwoord A 4. Hoe kunnen klanten opzeggen? A B C D
Via de mail. Via het wijzigingsformulier op de site. Telefonisch. Persoonlijk op kantoor. Antwoord B
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010
4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
5. Wat doe je als je een probleem hebt met een collega? A Je probeert extra aardig te doen, zodat het probleem niet zo belangrijk meer is. B Je gaat gewoon je eigen gang in de hoop dat het probleem overwaait of je collega erover begint. C Je bespreekt waar je mee zit met je collega. Je praat vanuit jezelf en vanuit je gevoel. Je valt de ander niet aan. Als je er samen niet uitkomt, vraag je hulp van de leidinggevende. D Je bespreekt waar je mee zit met je collega. Je praat vanuit jezelf en vanuit je gevoel. Je valt de ander niet aan. Als je er niet uitkomt, dan heb je het in ieder geval geprobeerd. Antwoord C 6. Wat is het verschil tussen een functioneringsgesprek en een beoordelingsgesprek? A Bij een beoordelingsgesprek kun je aangeven of je bijscholing wilt, bij een functioneringsgesprek niet. B Het is allebei hetzelfde. C Het functioneringsgesprek is gericht op de toekomst en een dialoog tussen jou en je leidinggevende. Een beoordelingsgesprek is gericht op het verleden en een monoloog. D Het functioneringsgesprek is gericht op de toekomst en een dialoog tussen jou en je leidinggevende. Een beoordelingsgesprek is gericht op het verleden en een monoloog. De leidinggevende beoordeelt. Antwoord D 7. Welke scholing stellen we verplicht om onze kwaliteit en deskundigheid hoog te houden? A Toetsen, EHBO, BHV, filteravond, vakliteratuur, tilcursus, 4 grote vergaderingen. B EHBO, BHV, filteravond, vakliteratuur, tilcursus, 4 grote vergaderingen. C Toetsen, EHBO, BHV, filteravond, vakliteratuur, tilcursus, 4 grote vergaderingen, knutselcursus. D Toetsen, EHBO, BHV, filteravond, vakliteratuur, tilcursus, 4 grote vergaderingen, schrijfoefeningen. Antwoord A 8. Waar is een Arbodienst voor? A B C D
Deze kun je bellen als je werkgever geen aangepaste stoel wil aanschaffen. Deze geeft advies bij werkomstandigheden en veiligheid en bij ziekte. Deze geeft advies bij werkomstandigheden en veiligheid. Deze komt kijken of je beeldscherm goed is opgesteld. Antwoord B
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010
4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
9. Als je ziek bent, hoe laat meld jij je dan ziek en wanneer meld je je weer beter? A Je belt naar de medewerkers op de groep om je ziek te melden om 7 uur ’s ochtends en meld je om 19 uur ’s avonds weer bij hen beter. B Zo snel mogelijk bij je leidinggevende en je meldt je beter voor 17 uur ’s middags voor de volgende dag. C Zo snel mogelijk bij je leidinggevende en je meldt je beter voor 16 uur ’s middags voor de volgende dag. D Op de administratie meld je je alleen ziek bij je collega’s zodat zij weten dat je er niet bent. Antwoord C 10. Wat kan je als collega doen bij een langdurige zieke naaste collega? A B C D
Af en toe bellen hoe het is, een kaartje sturen, bloemen laten bezorgen. Je laat je collega met rust, ze is tenslotte ziek. Af en toe bellen hoe het is. Op de hoogte houden van de ontwikkelingen binnen de organisatie. Antwoord A
11. Wat zijn de afspraken omtrent het thuis blijven als je ziek bent? A De eerste drie dagen thuis blijven tot controle, daarna voor 10.00 en tussen 12.00 – 14.30 thuis zijn. B De eerste vijf dagen thuis blijven tot controle, daarna voor 10.00 en tussen 12.00 – 14.30 thuis zijn. C De eerste tien dagen thuis blijven tot controle, daarna voor 10.00 en tussen 12.00 – 14.30 thuis zijn. D De eerste vijf dagen thuis blijven tot controle, daarna voor 10.00 en tussen 12.00 – 17.00 thuis zijn. Antwoord B 12. Wat is een goede beroepshouding omtrent het ziek zijn? A Probeer niet bij ieder wissewasje ziek te zijn en bedenk goed dat jij je collega’s extra werkdruk oplevert. Wees aan de andere kant ook zuinig op je lijf: als je ziek bent, ben je ziek en rust dan goed uit en voel je niet schuldig. B Als je ziek bent, ben je ziek en kom je niet werken. C Probeer of je thuis nog wat kunt doen, als je niet lekker bent. D Probeer niet bij ieder wissewasje ziek te zijn en bedenk goed dat jij je collega’s extra werkdruk oplevert. Wees aan de andere kant ook zuinig op je lijf: als je ziek bent, ben je ziek en rust dan goed uit en voel je niet schuldig. Probeer eerst of het lukt. Als het echt niet gaat, ga je naar huis. Antwoord D
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010
4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
13. Welke instrumenten zijn er binnen de organisatie om schriftelijk je mening neer te leggen? A B C D
Weekverslagformulier Reactieformulier en enquête Mail Welkomstbrief Antwoord B
14. Hoe lang van tevoren vraag je jouw verlof aan? A B C D
2 weken 8 weken 1 dag Ik ga gewoon op vakantie Antwoord A
15. Wat doe je als je vakantie wilt op een manier die in strijd is met de afspraken rond verlof? A B C D
Je bespreekt het met je collega Je praat met je leidinggevende, uitzonderingen kunnen altijd bekeken worden. Je doet de aanvraag en kijkt wel wat ervan komt. Je vindt dat je vakantie verdient en met regels heb je niets te maken. Antwoord B
16. Wat moet je in de gaten houden ten aanzien van de privacy van de kinderen? A Je praat nooit met buitenstaanders over de kinderen en je zorgt dat gegevens van kinderen niet rondslingeren. B Je zorgt dat gegevens van kinderen niet rondslingeren. Gegevens kun je wel aan andere ouders geven, zodat kinderen bij elkaar kunnen spelen. C Je praat niet met collega’s over de kinderen. D Je geeft geen informatie aan andere klanten, maar wel aan hulpverleningsinstanties. Antwoord A 17. Wat is jouw taak in de documentenprocedure? A B C D
Zelf het document wijzigen en de versiedatum aanpassen. Zelf documenten ontwikkelen om het werk te vergemakkelijken. De documenten op de juiste wijze gebruiken. De documenten doornemen en aangeven als er iets gewijzigd moet worden of als de werkwijze is veranderd. Antwoord D
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010
4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
18. Wie is er verantwoordelijk voor de algemene ruimte? A B C D
Iedereen die binnen de vestiging werkt. Leidinggevende is eindverantwoordelijk. De huishoudelijk medewerker. De algemeen directeur. De pedagogisch medewerkers. Antwoord A
19. Waar moet je opletten als er spullen worden aangeschaft? A B C D
Dat het duurzaam is. Dat het goedkoop is. Dat het een leuk kleurtje heeft. Dat het ergonomisch verantwoord is. Antwoord D
20. Wat doe je als een klant opzegt? A Je belt de ouders met de vraag naar de reden van de opzegging. B Je stuurt per mail een bevestiging van de opzegging. C Je stuurt per mail een bevestiging van de opzegging en stuurt als bijlage het groepsevaluatieformulier mee. Je past de einddatum aan in debiteurensysteem. D Je belt de ouders en bevestigt dat je de opzegging hebt ontvangen. Antwoord C 21. Wat doe je als ouders een betalingsachterstand hebben? A Je stuurt de ouders een mail dat er nog een betaling moet plaatsvinden. Als ouders niet betalen vindt er een eerste aanmaning plaats. Dan neem je telefonisch contact op. Lukt dit niet dan stuur je nog een aanmaning per post (voor als het e-mailadres niet klopt). En dan gaat de derde aanmaning eruit. B Je stuurt de ouders een mail dat er nog een betaling moet plaatsvinden. Als ouders niet betalen vindt er een eerste aanmaning plaats. Dan neem je telefonisch contact op. Lukt dit niet dan gaat de derde aanmaning eruit. C Je neemt telefonisch contact op om te melden dat er een betalingsachterstand is en je vraagt wanneer er betaald gaat worden. D Je schakelt een deurwaarder in. Antwoord A
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010
4.1.1.3.1 J1 vragen admini geheel
22. Wat doe je als ouders bellen om zich in te schrijven? A Je verwijst ze naar de site voor het invullen van een wijzigingsformulier en vermeldt dat ze na verzending binnen 2 weken bericht krijgen of de plaatsing door kan gaan. B Je verwijst ze naar de algemeen directeur. C Je verwijst ze naar de planningsmedewerker. D Je verwijst ze naar de site voor het invullen van een inschrijfformulier en vermeldt dat ze na verzending binnen 2 weken bericht krijgen of de plaatsing door kan gaan. Antwoord D
Aangepast door de instelling op datum: feb. 2010