Welkom bij de tentoonstelling 200 GREATEST PAINTINGS: de 200 beroemdste schilderijen van de wereld! Er zijn 7 ruimtes die jullie kunnen bekijken en ontdekken: 1. De Middeleeuwen: Steden en Staten Periode: 1000 tot 1500 2. Ontdekkers en Hervormers: Renaissance, Reformatie en Ontdekkingsreizen Periode: 1500 tot 1600 3. Regenten en Vorsten: De Gouden Eeuw Periode:1600 tot 1700 4. Pruiken en Revoluties: De Verlichting Periode 1700-1800 5. Burgers en Stoommachines: Industrialisatie Periode: 1800 tot 1900 6. Wereldoorlogen: de eerste helft van de 20e eeuw Periode: 1900 tot 1950 7. Tweede helft 20e eeuw: Televisie en Computer Periode: 1950 tot heden Elke ruimte hangt vol met beroemde schilderijen. Niet de echte natuurlijk. Die hangen over de hele wereld. Dit zijn zogenaamde reproducties. De vragen kun je beantwoorden door goed naar de schilderijen te kijken en de bordjes goed te lezen die naast de schilderijen hangen. Let even goed op schilderij nummer 1, want bij schilderij nummer 200 zie je dit schilderij nog een keer! Schrijf hieronder je naam op: Naam:
……………………
…………………………………………..
De Middeleeuwen: Steden en Staten Periode: 1000 tot 1500
De Hoge en Late Middeleeuwen in Europa zijn perioden van bloei en verval. Eerst zien we een grote bevolkingsgroei in Europa. Er komen steeds meer boeren die het land bewerken om voor genoeg eten voor de mensen te zorgen. De mens leeft steeds langer en krijgt meer kinderen. Hierdoor ontstaan er meer en grotere steden waar veel handel wordt gedreven. De macht van de adel neemt af en de macht van staten wordt groter. Staten zijn landen. De tegenstelling tussen christelijk en niet-christelijk wordt ook groter. Na 1300 neemt de bevolking in Europa weer snel af door hongersnood en hele erge ziekten, zoals de Zwarte Pest. Wel 25 miljoen mensen gaan dood! Vraag 1) Op het schilderij nummer 4 zie je een man geschilderd (portret van een dikke man). Wat maakt dit schilderij zo bijzonder? a) De man is heel dik. b) Het schilderij is heel klein. c) Het schilderij is met olieverf geschilderd.
Vraag 2) Op het schilderij nummer 5 zie je heel veel mensen staan (Lam Gods). Doe het maar eens open en dicht! Adam en Eva staan op dit schilderij geschilderd. Weet je waar ze staan? a) Als je het schilderij dicht doet, zijn het de man en vrouw links en rechtsonder. b) Adam en Eva staan er helemaal niet op. c) Als het schilderij open doet, staan Adam en Eva links en rechtsboven.
Vraag 3) Op het schilderij nummer 9 (Portret van Giovanni Arnolfini en zijn vrouw) zie je een man en een vrouw staan. De schilder heeft zichzelf verstopt in het schilderij. Zie je waar? a) De man op het schilderij is de schilder zelf. b) De schilder is op de ronde spiegel geschilderd. c) De schilder ligt onder het bed.
Ontdekkers en Hervormers: Renaissance, Reformatie en Ontdekkingsreizen Periode: 1500 tot 1600
Rond het jaar 1500 ontdekken Europese ontdekkingsreizigers steeds meer nieuwe gebieden. Amerika, Brazilië, India en andere delen van de wereld worden ontdekt. De Europeanen brengen de kerk naar deze nieuwe gebieden, maar ook erge ziekten, waardoor veel mensen in de nieuwe gebieden dood gaan. Vanaf de 16e eeuw wordt Europa steeds machtiger. In Italië komt de Renaissance op gang. In de schilderijen vind je veel figuren terug uit de Griekse en Romeinse Oudheid. Het woord ‘Renaissance’ betekent ‘Wedergeboorte’. Vraag 4) Op het schilderij nummer 14 (portret van een vrouw) zie je een vrouw met een hoofddoek. In die tijd droegen veel vrouwen in Europa ook een hoofddoek. Deze vrouw lijkt heel erg op een beroemde actrice. Dat is natuurlijk toeval, maar op wie lijkt deze vrouw? a) Angelina Jolie b) Ariana Grande c) Selena Gomez
Vraag 5) Op schilderij nummer 23 (Vitruviusman) zie je een hele beroemde tekening van Leonardo da Vinci. Deze tekening wordt ook gebruikt op een Euromunt. Uit welk land komt die munt? a) België b) Nederland c) Italië
Vraag 6) Op schilderij nummer 28 (de Mona Lisa) zie je misschien wel het meest beroemde schilderij van de wereld. Wat is het waard? a) 750 miljoen euro b) 1,5 miljard euro c) 5 miljoen euro
Vraag 7) Op schilderij nummer 46 van Bruegel (de Nederlandse Spreekwoorden) zijn 118 verschillende spreekwoorden geschilderd. We zijn op zoek naar het spreekwoord: “Door de mand vallen”. Waar zie je dat staan? a) Links onderaan b) Helemaal rechtsboven c) Rechts in het midden
Regenten en Vorsten: De Gouden Eeuw Periode: 1600 tot 1700
Tussen 1600 en 1700 willen de meeste vorsten in Europa steeds machtiger worden. Vorsten zijn Koningen en Koninginnen. De handel in producten uit verre landen neemt toe. In de Nederlanden kennen we deze periode als De Gouden Eeuw. De Nederlanden wordt een van de rijkste en machtigste landen van de wereld. In heel Europa wordt wetenschappelijke kennis steeds belangrijker. Nieuwe ontdekkingen staan vaak haaks op de Katholieke leer, wat leidt tot onrust en vervolgingen. Vraag 8) Op schilderij nummer 66 van Rembrandt (De Nachtwacht) zie je een heleboel mensen. Misschien is dit schilderij wel het beroemdste schilderij van Nederland. Waarom heet dit schilderij de Nachtwacht? a) Het is nacht op het schilderij. b) Zo heten de mensen die geschilderd zijn. c) "De nachtwacht" heeft zijn naam gekregen door een oude vernislaag die het schilderij in de 18e en 19e eeuw bedekte met een donker laag vuil. Eigenlijk is het helemaal geen nacht, maar gewoon overdag.
Vraag 9) Op schilderij 82 van Vermeer (Het meisje met de parel) zie je een portret van een jong meisje. Het is nu wel 750 miljoen waard. Weet jij wat er in 1881 voor dit schilderij is betaald? a) 1 euro b) 1.000 euro c) 1 miljoen euro
Pruiken en Revoluties: De Verlichting Periode: 1700 tot 1800
In de 18e eeuw komt De Verlichting op. Alles in het leven is door gezond verstand te verklaren. Vorsten moeten beter luisteren naar wat de burgers willen. Niet God, maar het volk moet bepalen wie hun heerser is. Het volk vindt dat ze een vorst weg kunnen sturen als hij of zij het niet goed doet. Het volk komt in opstand. Een opstand noemen we ook wel Revolutie. De bekendste opstand is de Franse Revolutie. Tijdens De Verlichting groeit de Europese macht over de rest van de wereld. Kolonialisme en slavernij worden verder over de wereld verspreid. Vraag 10) Als je omhoog kijkt zie je een geschilderd plafond. Dit is schilderij nummer 86 van Charles le Brun (De koning regeert zelf). In welk kasteel hangt dit plafond eigenlijk? a) Slot Loevestein b) Versailles c) Het Muiderslot
Vraag 11) In deze ruimte gaan de schilderijen vaak over grote revoluties. Op schilderij 95 van Savage zie je George Washington. Op welke revolutie zal dit schilderij slaan? a) De Franse Revolutie b) De Amerikaanse revolutie c) De 80 jarige oorlog
Burgers en stoommachines: Industrialisatie Periode: 1800 tot 1900 De 19e eeuw is een periode waarin veel Westerse landen moderniseren en industrialiseren. Stoommachines zorgen voor meer productie en de eerste fabrieken worden gebouwd. Burgers worden steeds mondiger en eisen stemrecht. Iets wat daarvoor alleen voor de rijke mannen is weggelegd. Politieke stromingen zoals het liberalisme en socialisme komen op. Landen buiten Europa worden steeds meer beïnvloed door de Europese grootmachten. Cultuur en politiek worden opgelegd aan de verre landen: de koloniën. Vraag 12) Wat is in deze ruimte het grootste schilderij? a) Het vlot van Medusa van Géricault (schilderij nummer 101) b) De grote golf van Hokusai (schilderij nummer 103) c) Straat in Parijs, regenachtig weer van Caillebotte (schilderij nummer 124)
Vraag 13) Er hangen in deze ruimte meerdere schilderijen van Vincent van Gogh, de beroemde Nederlandse schilder. Welk schilderij van Vincent van Gogh is het meeste waard? a) De aardappeleters b) De slaapkamer c) De sterrennacht
Vraag 14) Op het schilderij nummer 144 (De Schreeuw) van Munch zien we een man die heel angstig kijkt. Het schilderij is heel beroemd geworden. Er is zelfs een griezelfilm die dit schilderij gebruikt op de filmposter. Welke film is dat? a) Scream b) De griezelbus c) Scary Movie
Wereldoorlogen: de eerste helft van de 20ste eeuw Periode: 1900 tot 1950 De eerste helft van de 20e eeuw is een tijd van oorlog en onrust. Deze periode kent de opkomst van alleenheersers, ook wel dictators genoemd: Adolf Hitler in Duitsland en Lenin in Rusland. Tussen 1914 en 1945 worden er twee Wereldoorlogen gevoerd. Tussen beide oorlogen in is er een periode van armoede: een economische wereldcrisis. De Wereldoorlogen zijn verwoestend. In de Tweede Wereldoorlog worden miljoenen Joden gedood. Alleen maar omdat ze Joods zijn! Ondertussen proberen de koloniën langzaam los te komen van de Europese overheersers. Dit gebeurt pas echt na de Tweede Wereldoorlog. Vraag 15) We zien links in deze ruimte een schilderij van Picasso, nummer 150 (Jonge vrouw in hemd). Hoe noemen we deze stijl van Picasso? a) Roze periode b) Blauwe periode c) Zwarte periode
Vraag 16) Nog een schilderij van Picasso, nummer 181 (Guernica) Het gaat over hoe erg oorlog is. In welk land is deze oorlog waar dit schilderij over gaat? a) Spanje b) Frankrijk c) Duitsland
Vraag 17) Op het grote schilderij nummer 171 van Sargent (Na de gasaanval) zie je nog meer oorlog. Dit keer de eerste wereldoorlog. De mannen op dit schilderij zijn heel erg gewond geraakt. Waardoor zijn de mannen gewond geraakt? a) Een kanon b) Een kogel c) Een gasaanval
Tweede helft 20ste eeuw: Televisie en Computer Periode: 1950 tot nu
De komst van de televisie en de computer verandert de wereld en daarmee ook de kunstwereld. De snelheid waarmee de televisie (en later de computer) de wereld verovert, is ongeëvenaard. Mensen hebben sneller toegang tot informatie en kunnen deze informatie ook sneller met anderen delen. Vroeger duurde het dagen voordat een brief of een kaartje bij iemand anders in de brievenbus lag. Door een mailtje of een berichtje is de informatie tegenwoordig binnen een paar seconden bij de ander. Vraag 18) In deze hal van 1950 tot nu zie je direct als je binnenkomt aan je linkerhand het schilderij van Mondriaan met nummer 184 (Victory Boogie Woogie) De Nederlandse regering heeft het in 1999 voor 40 miljoen dollar gekocht. Veel geld, hè? In welke stad is dit schilderij gemaakt? a) Parijs b) New-York c) Den Haag
Vraag 19) Op schilderij nummer 194 van Magritte (Zoon des mensen) zie je een man met een appel voor zijn gezicht. Welk computermerk gebruikt nog steeds een appel als logo? a) Dell b) IBM c) Apple
Vraag 20) Op schilderij nummer 200 van Banksy zie je een graffiti. Het is eigenlijk een beetje een grapje van ons, want schilderij nummer 1 wordt hier weer weggespoten. Een graffiti breng je aan op een muur buiten, terwijl dit niet mag. Dus nooit zelf doen hoor! Met welke verf wordt een graffiti eigenlijk gemaakt? a) Vingerverf b) Een spuitbus c) Olieverf
Je begeleider heeft de goede antwoorden. Kijken jullie ze samen na? Wij hopen dat je een leuke en leerzame middag hebt gehad!