RIS166921f_11-SEPT-2009
De gemeente Den Haag heeft met belangstelling kennis genomen van de alternatieve stedenbouwkundige studie dat E19 Architecten heeft opgesteld op verzoek van de ondernemers in de Binckhorst. We waarderen het initiatief waarbij actief wordt meegedacht over de (nadere) invulling van het plangebied. In dit verband hecht de gemeente ook veel waarde aan betrokkenheid van belanghebbenden in het plangebied. Op een aantal onderdelen sluit het initiatief aan bij de intenties van de gemeente, maar op het merendeel van de punten is het plan “Haagse Binckhorst” strijdig met de gemeentelijke intenties en kan daarom niet meegenomen worden in de uitwerkingsplannen. Hieronder wordt een inhoudelijke reactie gegeven op het plan “Haagse Binckhorst”. 1. Algemeen Een belangrijk uitgangspunt van het plan is dat transformatie van de Binckhorst gebaseerd moet zijn op de bestaande kwaliteiten in het gebied. Anders dan in de gemeentelijke visie worden niet alleen de cultuurhistorisch waardevolle panden en recent gerealiseerde panden gehandhaafd, maar wordt ook uitgegaan van bestaande bedrijven en hun onderlinge relaties. Het plan “Haagse Binckhorst”levert daarmee een waardevolle bijdrage aan de ontwikkelingsstrategie voor Nieuw Binckhorst. Ook in de uitwerking van de gemeentelijke visie zullen bestaande identiteiten nadrukkelijk in de planvorming worden betrokken. De gemeente is ervan overtuigd dat de openbare ruimten, waardevolle gebouwen en de ondernemers van de huidige Binckhorst het vertrekpunt vormen voor transformatie en vernieuwing. De studie stelt dat de splitsing van Binckhorst Noord en Zuid in aparte bestemmingsplannen leidt tot een toename van de belasting van het programma in het zuidelijke deel en aanleg van een half park. Bovendien vindt men het onduidelijk of de afgesproken m² die in het convenant zijn vastgelegd na deze opsplitsing nog steeds gelden. De keuze om eerst alleen voor Binckhorst Zuid een bestemmingsplan te maken is gemaakt omdat de ontwikkeltermijn voor de hele Binckhorst te lang is om binnen één bestemmingsplanperiode van tien jaar te realiseren. De Wet Ruimtelijke Ordening maakt bestemmingsplannen met een looptijd van meer den tien jaar onmogelijk. Voor Binckhorst-Noord geldt op grond van het Masterplan een ontwikkeling met een langere looptijd gelegen in de periode tussen de 10 en 20 jaar na nu. Het Masterplan Nieuw Binckhorst blijft als uitgangspunt overeind. Dat betekent dat ook een park van 16 ha in de uiteindelijke situatie het uitgangspunt blijft. In het bestemmingsplan Nieuw Binckhorst Zuid is de plangrens zo getrokken dat geen grote kavels verworven moeten worden waarvan een klein deel in zuid is gelegen. Op de plankaart is 11 ha aangegeven, waarbij in de bestemmingsplanregels minimaal 10 ha voor groen en water is vastgelegd. De resterende 6 ha wordt in het bestemmingsplan voor Noord meegenomen. Aanleg van het park betekent wel dat bedrijven moeten worden verplaatst of uitgeplaatst. (punt over samenhang is eigenlijk al uitgelegd.) Het op 15 juli 2008 ondertekende convenant is waar van toepassing verwerkt in het ontwerpbestemmingsplan. Zo is de in het convenant afgesproken leidraad voor de milieuzonering verwerkt in de Bestemmingsregels. Ook is de in het convenant opgenomen 20.000 m2 monofunctionele bedrijfsruimte met een beperkt aantal lagen ten behoeve van stadsgebonden bedrijven die niet of nauwelijks kunnen functioneren in combinatie met wonen en/of kantoren verwerkt. Ondanks dat het gemeentelijke plan geknipt is, is toch besloten om het hele programma van 20.000 m² aan monofunctionele bedrijfsruimten in het zuidelijke deel van de Binckhorst te realiseren. De toelichting in het ontwerpbestemmingsplan bevat een resumé van het Convenant Bedrijven Binckhorst.
2. Infrastructuur, Trekvliettracé, OV netwerk en station Voorburg Het alternatieve plan gaat uit van het doortrekken van de Mercuriusweg en aanleg van een nieuwe oprit naar de Utrechtsebaan in het verlengde hiervan met als doel om de verkeersbelasting op de Binckhorstlaan te verminderen en de doorstroming van het verkeer te verbeteren. De oprit vanaf de Maanweg kan dan komen te vervallen. Hierdoor krijgt het huidige station Voorburg voor voetgangers een betere verbinding met de Binckhorst en kan zo een belangrijke functie vervullen voor de bereikbaarheid van de kantoorwerkgelegenheid. Een directe aansluiting van de Mercuriusweg op de A12 zou de huidige op- en afrit bij de Maanweg kunnen ontlasten en de intensiteit op de Binckhorstlaan kunnen verminderen, maar er ontstaan ook mogelijk negatieve verkeerseffecten in de zin van verkeersafwikkeling, bereikbaarheid en milieueffecten. Het anders organiseren van aansluitingen van het stedelijk wegennet op het (inter)nationale wegennet heeft altijd effecten die gebiedsoverstijgend zijn, zowel op het gebied van verkeersafwikkeling en bereikbaarheid als op het gebied van milieueffecten. Zo zal het verdwijnen van de oprit Maanweg gevolgen hebben voor het verkeer aan de zuidkant van de Binckhorst en verkeer in de gemeente Leidschendam-Voorburg. Bij het realiseren van een nieuwe aansluiting Mercuriusweg moet bekeken worden of een aansluiting vanuit Leidschendam-Voorburg ter hoogte van de Maanweg tot de mogelijkheden behoort. Ook dient de nieuwe aansluiting in goed evenwicht met andere ontwikkelingen in de stad en op het wegennet te worden uitgevoerd In het nieuwe gemeentelijke verkeers- en vervoersbeleid de Haagse Nota Mobiliteit, wordt uitgegaan van de mogelijkheid tot de nieuwe verbinding, maar pas na 2020. Het voorliggende ontwerp bestemmingsplan beslaat de komende 10 jaar en in deze periode is een directe aansluiting van de Mercuriusweg op de A12 nog niet aan de orde. Om die reden is de aansluiting ook niet in het plan opgenomen. Wel wordt de optie opengehouden om de nieuwe aansluiting in de verdere toekomst mogelijk te maken door een ruimtereservering op te nemen in het bestemmingsplan. Om een betere doorvoeding van het gebied te krijgen stelt de studie van E 19 Architecten voor de Regulusweg en Wegastraat door te trekken langs het spoor en een weg parallel aan de Vliet voor bestemmingsverkeer te maken. Het Trekvliettracé dient verder doorgetrokken te worden en pas voor het nieuwe park aangetakt te worden op het stedelijk netwerk. Het doortrekken van de Regulusweg in het noordelijk deel van de Binckhorst is een mogelijkheid die, als dat nuttig blijkt te zijn, kan worden gerealiseerd. Wel moeten we ons realiseren dat op deze plek zich het emplacement van de NS bevindt en aanleg zeer hoge kosten met zich mee zal brengen. Een weg parallel aan de Vliet is een goede mogelijkheid en past binnen de bestemmingen in het ontwerp bestemmingsplan. Hoe het gebied echter exact ontsloten gaat worden is onderdeel van de uitwerking. Koppeling van de wijkontsluitingsweg aan de openbare kade is afhankelijk van de maat van de kade en de functies.Een aantrekkelijke route voor het langzaam verkeer kan hier wel worden gerealiseerd en is ook in de gemeentelijke plannen opgenomen. Het idee om het Trekvliettracé verder door te trekken en pas bij het park aan te laten takken op het stedelijk netwerk heeft voor- en nadelen. Een belangrijk voordeel is dat het kan bijdragen aan het woonmilieu in Binckhorst-Zuid. Een nadeel is wel dat de voorgestelde variant van het Trekvliettracé zo geen functie vervult voor het zuidelijk deel van Binckhorst Zuid waardoor verwacht wordt dat niet al het verkeer kan worden afgewikkeld en er congestie ontstaat. Het gemeentelijke plan gaat uit van een op- en afrit ter plaatse van de Zonweg om deze gebieden aan te sluiten op het Trekvliettrace en het doorzetten van de tunnel tot in het park. Kwalitatief beogen beide plannen hetzelfde, maar maakt het plan Haags Binckhorst de ontsluiting voor de bedrijven en bewoners in een groot deel van de Binckhorst op het rijkswegennet moeilijker. Welke variant voor het Trekvliettracé uiteindelijk gekozen wordt, wordt bepaald in het ontwerpproces van het Trekvliettracé en vormt input voor de bestemmingsplanprocedure die voor het Trekvliettracé wordt doorlopen.
De constatering, dat voor de ontsluiting van de Binckhorst en verknoping met het stedelijk netwerk tevens een nieuwe OV-verbinding noodzakelijk is, onderschrijven wij van harte.
3. Het park
Het park zou logischerwijs ingepast moeten worden rondom de begraafplaats St. Barbara, zo ontstaat een rustige groene zone die van de Vliet tot aan de treinsporen loopt. Het park is een onderdeel van de totale openbare ruimte. De grootte van dit park is afgestemd op de nieuwe functies in het gebied waarbij het grote aantal woningen dat hier gerealiseerd gaat worden doorslaggevend is. Als hart van de Binckhorst is gezocht naar een locatie die voor alle gebruikers leidt tot acceptabele afstanden. Door de vorm van het park vormt het tevens een goede overgang van het stedelijke gebied naar het hoogstedelijke deel van de Binckhorst. Het park ligt in het verlengde van de ecologische verbinding Laakzone en vormt zo de verbinding in de groen blauwe schakel Gantal-Erasmusweg-Laak-Binckhorst-Schenkstrook. In het Regionaal Structuurplan Haaglanden 2020 is deze zone als belangrijke ecologische verbinding opgenomen. Het plan “Haagse Binckhorst” inspireert doordat het bestaande groene gebieden in de Binckhorst, zoals de begraafplaats en het kasteel, incorporeert in het park. Hierdoor ontstaat de kans om een aaneengesloten groengebied met verschillende sferen te creëren dat niet doorkruist wordt door infrastructuur. Ook bij de gemeentelijke uitwerking van het parkconcept wordt gestreefd naar het verbeteren van de ruimtelijk relaties met de bestaande groengebieden van de Binckhorst. Hierbij is ingezet op complementaire kwaliteiten: de rust van de begraafplaats in contrast met de dynamiek van het grote stadspark. In de gemeentelijke plannen is 16 ha groen opgenomen, wat overigens al een minimum is gezien de landelijke normen en gecompenseerd dient te worden door goede openbare ruimte langs o.a. het water. Het plan “Haagse Binckhorst” heeft door de vele functies niet de potentie in zich om de beoogde groene kwaliteit veilig te stellen. De begraafplaats kan geen functies van het park over nemen. Ook dit plan zal uit moeten gaan van 16 ha toevoeging aan groen. Het kan wel ruimtelijk bijdragen aan een groter park. In de uitwerking van het plan zal daarom een keuze gemaakt moeten worden of deze groenelementen aan het park worden toegevoegd of juist gezocht wordt naar complementaire kwaliteiten. De waarde van de Haagse Trekvliet wordt in beide plannen onderschreven. Het gemeentelijke plan gaat uit van een stevige kade met bij het park natuurvriendelijke oevers, het alternatief heeft duidelijk gekozen voor een groene kade, waarbij het niet duidelijk is of in deze zone naast een aantal te handhaven bedrijven ook nog gewoond wordt. De keuze voor een groene kade is een keuze die te begrijpen is. Gezien het intensieve gebruik zal de inrichting echter zeer stevig moeten zijn om zijn kwaliteit te behouden en daardoor weinig mogen afwijken van de gemeentelijke plannen. 4. Bestaande bedrijven
Het ontwerpbestemmingsplan biedt weinig tot geen ruimte voor de bestaande bedrijven die willen blijven, aldus het alternatieve plan. Om enerzijds woningen te kunnen toevoegen en anderzijds de bestaande goedlopende bedrijven te handhaven stelt het alternatieve plan een aantal maatregelen voor: a. clustering van bedrijven b. modernisering van bedrijven en c. zonering van bedrijven. De gemeente heeft in het convenant met het bedrijfsleven afgesproken dat veel bedrijven in Nieuw Binckhorst kunnen terugkeren. Van de toe te voegen 65.000 m2 bedrijfsruimte zal zelfs minimaal 20.000 m2 als monofunctionele bedrijfsruimte met een beperkt aantal lagen moeten worden ontwikkeld ten behoeve van stadsgebonden bedrijven die niet of nauwelijks kunnen functioneren in combinatie met wonen en/of kantoren. Voor zover het gaat om milieubelastende bedrijven ziet ook de gemeente voordelen in clustering waardoor de milieucirkels elkaar overlappen. Toch blijven de milieucirkels dan nog steeds te groot om in de nabijheid van woningen te realiseren wat heeft geresulteerd in een oplossing buiten de Binckhorst. De verplaatsingsoperatie die het gemeentelijke plan met zich meebrengt, zal ongetwijfeld aanleiding vormen voor modernisering van bedrijven en daarmee ook tot beperking van de hinder. Uitgangspunt van het gemeentelijke plan is dat in beginsel op basis van de staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging de vestiging van bedrijven mogelijk wordt gemaakt die zonder problemen met wonen en andere gevoelige functies kunnen worden gemengd. Uit het ingediende plan wordt niet duidelijk wat er met de bedrijven gebeurt die niet in het plan kunnen terugkeren. Er wordt alleen iets gezegd over de betoncentrales. De huisvuiloverslag en talrijke andere bedrijven zullen echter even goed uit de Binckhorst moeten worden verplaatst. Het plan besteedt hier geen aandacht aan. De zonering van twee eilanden met bedrijven in het midden en in het zuiden van de Binckhorst is ongetwijfeld gunstig voor de zittende bedrijven maar trekt een zware wissel op de mogelijkheden voor aantrekkelijke woningbouw in de directe omgeving. 5. Wonen De woningen worden vooral gesitueerd langs de Trekvliet. Er worden drie woongebieden onderscheiden: a) in het noordelijk deel stedelijk wonen met een dichtheid van 170 woningen per ha. b) in de groenstrook langs de Vliet wonen in het groen met een dichtheid van 40 wo/ha. c) in het havengebied een combinatie van woningbouw met bestaande bedrijven met een dichtheid van 100 wo/ha. De Binckhorst is strategisch gelegen tegen het Haagse centrum aan. De ontwikkeling van Nieuw Binckhorst biedt daarmee uitstekende mogelijkheden om de ambities van Den Haag te realiseren. De ambities voor Nieuw Binckhorst zijn hoog. Het wordt een woon-, werk- en leefgebied met een stoere uitstraling, een ondernemend karakter, mondiale allure, stedelijke kwaliteit. Deze kwaliteit ontbreekt in het alternatieve plan; er is te veel uitgegaan van de zittende ondernemers, waarbij geen echte keuze wordt gemaakt en de ambities voor Nieuw Binckhorst niet haalbaar zijn. Binckhorst noord Het beoogde hoogstedelijke karakter van Binckhorst noord kan niet worden gerealiseerd met de helft van het aantal woningen en aan de overzijde van de Binckhorstlaan een zeer fors autocluster. Dat betekent dat ook de zeer hoge dichtheid niet meer realistisch is. De voorzieningen die bij het hoogstedelijke karakter horen zijn op basis van een veel geringer aantal inwoners niet meer haalbaar. Het winkelcentrum uit de gemeentelijke plannen is op basis van 4784 woningen niet haalbaar. Ook de verschuiving van het park in zuidelijke richting maakt een hoogstedelijk Binckhorst noord onhaalbaar.
Het havengebied. Langs de Zonweg worden woningen gedacht die aan een zijde grenzen aan de begraafplaats, aan twee zijden aan bedrijfsruimten en aan de vierde zijde aan het water met daarachter weer bedrijfsbebouwing. Hierdoor is de geambieerde kwaliteit van het park oostelijk van de begraafplaats niet haalbaar, wanneer dit gedomineerd wordt door waterberging en kantoren. Ook veel woningen aan de Saturnusstraat zijn aan alle kanten omgeven door bedrijven. De Trekvlietzone Een groot deel van de woningen in Binckhorst Zuid tussen Binckhorstlaan en Trekvliet wordt van de Trekvliet afgesneden door bedrijfsruimten in het groen. Dit past niet bij de kwaliteit die wordt nagestreefd voor de toekomstige bewoners. Onduidelijk is of de woningen in de Trekvlietzone helemaal doorgetrokken worden tot aan de Binckhorstlaan. 6. Kantoren Het kantoorprogramma kan in het alternatieve plan gesitueerd worden in het verlengde van de huidige kantoren en in het cluster van de autobedrijven langs de Binckhorstlaan. In dit opzicht wijkt het plan nauwelijks af van de gemeentelijke plannen, zij het dat de gemeentelijke plannen in het hoogstedelijke deel uitgaan van functiemenging en niet van scheiding. Wel moeten grote vraagstekens gezet worden bij de haalbaarheid van kantoren aan de rand van een groot bedrijvencomplex met autosloperijen. 7. Het programma Er wordt een alternatief programma voorgesteld: - 4.784 woningen gerealiseerd - 65.000 m² opp. bestemd voor bestaande bedrijven - 98.000 m² opp. bestemd voor autocluster - 16.000 m² park inclusief begraafplaats - 96.000 m² kantooroppervlak verdeeld over meerdere lagen - 76.000 m² groenstrook met woningen Dit programma gaat uit van functiescheiding in plaats van functiemenging zoals in het gemeentelijke plan. Het handhaven van een groter deel van de bestaande bedrijven leidt tot een aanzienlijk kleiner aantal nieuwbouwwoningen. In de gemeentelijke uitwerking wordt zo veel mogelijk met specifieke eisen van wonen, bedrijven of voorzieningen rekening gehouden om zo tot een hoogwaardig stedenbouwkundig plan te komen dat voldoet aan het ambitieniveau zoals dat is vastgelegd in het masterplan. De noodzaak om in de Binckhorst een groot aantal woningen te realiseren is onderbouwd in diverse nota’s zoals de Haagse Woonvisie 2020. Deze keuze is ook verder onderbouwd in de Structuurvisie Den Haag 2020. Ook vanuit rijk en provincie wordt gewezen op de noodzaak om binnenstedelijk te verdichten in plaats van nieuwe bouwlocaties buiten de steden te ontwikkelen. Het aantal woningen dat in het plan “Haagse Binckhorst” is opgenomen is beduidend lager. De doelstelling van Den Haag om met 35.000 woningen te groeien wordt op deze manier niet gehaald. Een bijkomend probleem is dat ook allerlei voorzieningen in de Binckhorst niet haalbaar zullen zijn als gevolg van onvoldoende draagvlak. De bedrijfsruimte is nauwelijks te vergelijken. In de gemeentelijke plannen wordt bijna 75.000 m2 bedrijfsruimte gehandhaafd. Daarnaast wordt nog 65.000 nieuwbouw mogelijk gemaakt, waarvan 20.000 m2 voor bedrijven die niet met woningbouw zijn te combineren. Daarnaast is in de plinten nog ruimte voor autoshowrooms opgenomen. In het alternatieve plan wordt gesproken over 65.000 m² bestemd voor bedrijven. Uit het kaartbeeld lijkt dit bestaande bedrijfsruimte te zijn en wordt alleen 98.000 m2 voor het autocluster toegevoegd.
Meer algemeen is de vraag of dit plan t.o.v. het gemeentelijke plan een verbetering van de grondexploitatie op NCW zou inhouden of niet. Tegenover hoge kosten van bedrijfsverplaatsingen staan in dit plan minder opbrengsten van het aanzienlijk lagere aantal te realiseren woningen.