LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS
Vakken:
AV Lichamelijke opvoeding AV Sport (topsport tennis) Basisvorming Keuzegedeelte/basisoptie
Studierichting:
Topsport
Onderwijsvorm:
A-STROOM
Graad:
eerste graad
Leerjaar:
eerste en tweede leerjaar
Leerplannummer:
2007/010 (vervangt 2006/149)
Nummer inspectie:
2006 / 65 // 1 / T / BS / 2H / I / / D/ (vervangt 2006 / 65 // 1 / T / BS / 1 / I / / V/08)
Pedagogische begeleidingsdienst GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Emile Jacqmainlaan 20 1000 Brussel
2/2 lt/w 4/6 lt/w
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
1
INHOUD Visie ..........................................................................................................................................................2 Beginsituatie .............................................................................................................................................4 Algemene doelstellingen ..........................................................................................................................6 Leerplandoelstellingen........................................................................................................................... 15 Leerinhouden......................................................................................................................................... 24 Pedagogisch-didactische wenken en timing ......................................................................................... 37 Minimale materiële vereisten................................................................................................................. 38 Evaluatie ................................................................................................................................................ 40 Bibliografie ............................................................................................................................................. 42
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
2
VISIE Sport heeft in onze samenleving een vaste stek gevonden Topsport vervult een belangrijke maatschappelijke functie in ons dagelijks leven. Haar betekenis laat zich schetsen vanuit drie dimensies: -
de individuele ontplooiing van diegenen die meer dan gemiddeld sportief begaafd zijn;
-
de sociaal-culturele dimensie: topsport zorgt niet alleen voor topamusement. Topsport levert ook een bijzonder sterke bijdrage aan de passieve recreatie en de sociale cohesie en integratie in onze samenleving;
-
de economische betekenis van topsport voor de samenleving, die zowel in financiële zin als op het gebied van de werkgelegenheid is gegroeid, mede dankzij de sterk gestegen publieke belangstelling.
De kwaliteit van de sportprestaties is de laatste jaren sterk toegenomen. Dit is zeker het gevolg van het verhogen van zowel de kwantiteit als van de kwaliteit van de training. De moderne sporters trainen niet alleen veel meer, ze trainen ook veel intensiever, ze trainen veel rationeler! Vele Vlaamse sportfederaties sloten al een topsportconvenant af met een Vlaamse topsportschool voor de 2e en de 3e graad. Door de instroom van de aspirant-leerlingen topsport uit te breiden naar de eerste graad wordt tegemoet gekomen aan één van de belangrijkste verzuchtingen van deze sportfederaties. In tennis zijn we reeds bezig met leerlingen uit de eerste graad alsook het basisonderwijs sinds de jaren tachtig. We spreken dus uit ervaring Met het aanbieden van topsport willen we talentrijke sportieve jongeren de mogelijkheid bieden om een kwaliteitsvolle fysieke opleiding in relatie tot een gereglementeerde studieloopbaan te volgen met maximale kansen tot slagen. Aan vakken van de basisvorming wordt niet geraakt, de toekomst van deze leerlingen mag niet gehypothekeerd worden. Indien ze uiteindelijk niet voor een topsportcarrière in aanmerking komen omdat zij de vooropgestelde sportieve einddoelen niet behaalden, willen wij hen een diploma met toekomstmogelijkheden garanderen. Hoofddoel is de leerlingen op deze jeugdige leeftijd degelijk voor te bereiden op de zwaardere fysieke en mentale belastingen welke zij zullen ondervinden in hun specifieke topsportopleiding en om een evenwicht te vinden tussen topsport en studie.
Aan de trainers wordt de volgende boodschap meegegeven -
Aan ieder van u, die dit leerplan zal lezen, zou ik het volgende willen zeggen: y
dit leerplan vertrekt van onze huidige kennis over de vorming van een topsporter;
y
het is zeer belangrijk dat u de inspanning doet om de inhoud te begrijpen.
-
Gezien uw niveau van interventie als trainer, moet u de benadering kennen van de verschillende aspecten van de vorming van een speler (biomechanische, psychologische, analytische en sportfysiologische aspecten).
-
Gezien uw verantwoordelijkheid als opvoeder, moet u bekwaam zijn keuzes te maken die aangepast zijn aan de spelers/speelsters die u traint.
-
Gezien het in dit leerplan voor de eerste graad gaat om kinderen van nog jonge leeftijd is het nodige vader- en of moedergehalte in uw aanpak noodzakelijk! Vaak zijn de jonge kinderen reeds op internaat (geen verplichting, wel een mogelijkheid). Het creëren van een aangenaam thuis- en familiegevoel is een essentiële voorwaarde om het sporttechnische en onderwijskundige project een kans te geven om te renderen.
-
De norm in het Belgische tennis ligt met toppers zoals Clijsters en Henin, en ook Malisse en Rochus zeer hoog. De verwachting dat het produceren van toppers gemakkelijk zou zijn, wordt door velen als een vanzelfsprekendheid beschouwd. Niets
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) is echter minder waar. De internationale concurrentie wordt jaar na jaar scherper (mede door de vele spelers uit ‘nieuwe’ tennislanden (vroegere Oostblok, maar ook meer en meer Azië met o.m. China in het licht van Bejing 2008). Teneinde deze uitstekende resultaten te blijven realiseren voor het Belgisch tennis, hebben we de ambitie om op geregelde basis nieuwe generatie spelers te blijven vormen. -
Dit resultaat kan slechts bekomen worden indien iedere trainer, op zijn niveau, zichzelf overtuigt: y
dat de speler aan niemand toebehoort;
y
dat men zich als trainer volledig geeft (on en off court!);
y
dat het een doel op zich is veel te observeren ... en dat elke dag opnieuw;
y
dat men sterk moet zijn om ... nuttig te zijn.
3
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
4
BEGINSITUATIE 1
Niveau van de leerlingen
Om toegelaten te worden moet de leerling aan de volgende criteria voldoen: -
volgens de geldende onderwijsreglementering toegelaten worden tot het beoogde leerjaar;
-
binnen zijn leeftijdscategorie bij de besten behoren in Vlaanderen (en/of België + beschikken over een aantal vaardigheden en talenten die meer dan doorsnee zijn en die eigen worden geacht aan internationals van hoog niveau (snelheid, coördinatie, coördinatiesnelheid …);
-
ze moeten tevens in staat zijn de inhoud van dit leerplan volledig te verwerken;
-
naast het bezitten van motorische kwaliteiten, moeten de jongeren bezeten zijn van tennis en bereid zijn heel wat van hun vrije tijd te besteden aan tennis en in staat zijn uit te groeien tot een zelfstandige atleet.
Verder dienen deze leerlingen te beschikken over: -
een medisch geschiktheidattest voor sport, afgeleverd via een medisch onderzoek of via één van de erkende medische centra van de federaties.
De leerling die in aanmerking wil komen, moet aan onderstaande criteria voldoen. 1.1
Op het vlak van studie
Aangezien we ervan overtuigd zijn dat ons einddoel niet door iedereen kan bereikt worden, hechten we zeer veel belang aan de studiekansen die de topsportschool biedt op het niveau ASO en/of TSO. Studiebegeleiding Naast de normale lesuren zijn er volgende vormen van studiebegeleiding:
1.2
-
De leraren van de school organiseren op de vrije momenten en in samenspraak met de trainers inhaallessen wanneer ze oordelen dat de leerling een studieachterstand heeft voor één of meerdere vakken;
-
De trainers overleggen met de coördinator en de leraren of een training moet en kan vervangen worden door een inhaalles.
Op sportief vlak
Aangezien VTV met het project topsportschool hoog mikt kan men zich niet kandidaat stellen, maar dient men uitgenodigd te worden. Om correct te selecteren heeft VTV een uitgebreid scoutingprogramma ontwikkeld. De scouting bestaat uit 2 fases: -
inventariseren van de kwaliteiten van zo veel mogelijk talentrijke kinderen en dit vanaf zeer jonge leeftijd. In een eerst fase worden kinderen reeds gescout via fundagen en trainingsdagen (leeftijden tussen 5 en 8 jaar om opgenomen te worden in de gewestelijke trainingen). Aansluitende worden alle belangrijke midi- en jeugdtornooien en de gewestelijke trainingen op regelmatige basis verder gescout. Door de verwerking van deze tornooi- en testresultaten hebben we al een eerste indruk van de hoeveelheid talent. Deze fase loopt continu zodat nieuwe talenten onmiddellijk ontdekt kunnen worden;
-
in fase 2 worden de meest talentrijke kinderen uit fase 1 verzameld op het VTVcentrum in intergewestelijke trainingen en/of stages alsook in specifiek hiervoor georganiseerde scoutingdagen. Hier worden de betere spelers met mekaar vergeleken terwijl ze onderworpen worden aan allerhande specifieke en algemene tests (tennistechnisch, -tactisch, fysiek …).
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
5
Aangezien we zeer jong starten met dit scoutingprogramma hebben we heel wat informatie over alle talentrijke tennissertjes (meestal minimum van de laatste 4 jaar) op het ogenblik dat er moet geselecteerd worden voor de topsportschool. Dit is nog altijd geen garantie om te kunnen selecteren zonder fouten te maken, maar dit systeem heeft in al de jaren Tennis en Studie (sinds 1982) zijn nut toch bewezen.
Het selecteren van de kandidaten gebeurt op basis van selectiecriteria en herselectiecriteria De selectiecriteria worden goedgekeurd door een selectiecommissie. Deze commissie is samengesteld uit de Vlaamse topsportmanager, de vertegenwoordigers van BLOSO en het BOIC. De geselecteerde kinderen moeten naast het verwerven van de leerdoelen ook behoorlijke wedstrijdresultaten behalen om voor herselectie in aanmerking te komen. We weten immers dat een goede combinatie tussen doelgericht werken en denken en behoorlijke resultaten behalen de enige goede weg is. De geselecteerde kinderen moeten tot de Belgische top van hun leeftijdscategorie behoren en in internationale jeugdtornooien aantonen op niveau te zijn. De geselecteerde kinderen moeten in alle omstandigheden een grote motivatie tonen. De selectie voor het project Tennis & Studie wordt jaarlijks herzien en dit voor het welzijn van het kind. Van zodra we overtuigd zijn dat een kind geen kans maakt op een tenniscarrière moet dit kind in een voor hem ideale studie- en begeleidingsomgeving geplaatst worden om zijn nieuwe doelen zo goed mogelijk te kunnen nastreven. Een herselectie moet immers een meerwaarde betekenen voor de ontplooiing van het kind en mag zeker geen hypotheek op de toekomst zijn. 1.3
Op medisch vlak
Vanzelfsprekend mag de kandidaat geen contra-indicaties vertonen door intensief te trainen. Het voorafgaand medische onderzoek moet volgende aspecten aan de verantwoordelijke kunnen meedelen: -
morfologische en statische onevenwichten die de versterking van het spierstelsel en de repetitieve fasen van de trainingen zouden kunnen belemmeren;
-
visuele problemen die de perceptie of het algemene evenwicht van de rug in de weg staan;
-
de mogelijkheid bezitten om de trainingsbelasting te verhogen;
-
de bekwaamheid bezitten van lenigheid en elasticiteit;
-
chronische aandoeningen (astma of andere allergieën) die het aerobe werk erg zouden belemmeren: y
aandoeningen die het innemen van verboden producten eisen en die op de dopinglijst voorkomen.
Het medisch onderzoek zal ons nochtans niet kunnen inlichten over de evolutiemogelijkheden van sommige aandoeningen bij de verhoging van trainingsbelasting. In ieder geval mag het volume van de trainingen niet verminderen, maar wel aangepast worden aan de mogelijkheden van de speler.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
ALGEMENE DOELSTELLINGEN Het leerplan is geschreven naar de tennisser en de atleet, maar we bedoelen uiteraard ook de tennisster en de atlete. Algemene tekst IOS onderzoek KU Leuven Doeleninventaris en ontwikkelingslijnen in de realisatie van de topsportdoelen 1. Inleiding (methodologie) 2. Ontwikkelingslijnen Alle doelstellingen in ontwikkelingsperspectief veronderstellen - van een sterke begeleiding naar een meer autonoom gedrag - van een enkelvoudige doelstelling naar een complexe en geïntegreerde doelencluster
1
Ontwikkelen van motorische competentie
1.1
Leren reflecteren
1.1.1
Over de kwaliteit van bewegen van zichzelf en anderen
Van
het observeren en herkennen
tot
het begrijpen en verwoorden
1.1.2
Over het vorderen in motorische vaardigheden van zichzelf en anderen
Van
het evalueren volgens vooropgestelde criteria
tot
het bijsturen van het leerproces (vereist kennis van methodologische opbouw)
Van
het aangeven van oorzaken van fouten en tekorten via afgesproken criteria
tot
het zoeken naar en uitvoeren van oplossingen via eigen ontwikkelde criteria
1.1.3
Over de (top)sportcultuur
Van
het kritisch verwerven en verwerken van
tot het kritisch distantie nemen van en correct omgaan met sportrages, risicoactiviteiten, excessen in de sport … 1.1.4
Over de topsportstructuur
Van
inzicht in topsportstudie, -internaat, -familie en -omgeving
tot inzicht in de piramidestructuur en dropout van topsport (topsport is bevoorrechte situatie en slechts voor weinigen) 1.2
Zelfstandig leren
1.2.1
Oplossingen zoeken voor bewegingsproblemen, individueel of in groep
Van het op creatieve manier aanpakken, oplossen en bijsturen van eenvoudige leertaken (prioritaire doelen kunnen onderscheiden)
6
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) tot
het kiezen van een aan de mogelijkheden aangepaste leerweg voor bewegingsopdrachten
1.2.2
Zichzelf en anderen organiseren
Van
het onder begeleiding plaatsen en verplaatsen van materiaal
tot
het zelfstandig kiezen, opstellen en wegbergen van materiaal
Van
het (onder begeleiding) uitvoeren van eenvoudige leertaken
via
het organiseren en aanpassen van bewegingssituaties
tot
het afleggen van een ontwikkelde leerweg buiten de georganiseerde bewegingsactiviteiten
1.3
Verantwoord en zorgzaam leren omgaan in bewegingssituaties
1.3.1
In functie van hulp bieden aan anderen
Van
het kunnen helpen en ondersteunen in vereiste bewegingssituaties
tot
het kunnen fungeren als hulptrainer (mee beslissen over inhoud)
Van
het (onder begeleiding) kunnen toepassen van EHBO
tot
het zelf initiatief nemen bij (kleine) ongevallen
1.3.2
In functie van verantwoordelijkheidsafspraken
Van
het (onder begeleiding) naleven van afspraken en regels in welbepaalde bewegingssituaties
tot
het opnemen van verantwoordelijkheid in nieuwe situaties
1.4
Verbreden van motorische vaardigheid
1.4.1
Door middel van de geëigende ontwikkelingslijnen per specifieke (top)sporttak
Dit betreft: relevante kennis (over reglementering, wetgeving, geschiedenis, managementprincipes), motorische, technische, tactische, mentale en conditionele aspecten verbonden aan de specifieke sport, nl. atletiek, badminton, basketbal, golf, gymnastiek, handbal, judo, paardensport, skiën, tafeltennis, tennis, voetbal, volleybal en zeilen 1.4.2
Door middel van inzicht in en toepassing van specifieke trainingsprincipes
Van
het situeren en verklaren van het belang van alle onderdelen van een week- en jaarplanning
via
het plaatsen van bewegingen in een ruimere context van een meerjarenplan
tot het, aan de hand van didactisch opgevatte training, toepassen van bepaalde didactische principes 1.4.3
Door middel van het werken naar hogere competentie en competitieresultaat
Van het trainbaar zijn als voorwaarde en het geconcentreerd bezig zijn met een bewegingstaak, zaken memoriseren, visualiseren … via het bereid zijn zich steeds zo goed mogelijk in te spannen, het tonen van een intrinsieke motivatie als belangrijkste drijfveer én het opdoen van wedstrijdervaring tot
het constant behalen van behoorlijke wedstrijdresultaten
7
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) 1.4.4
Door middel van omgaan met het grote aanbod van actuele bewegingsvormen
Van
het kritisch kunnen omgaan, in de rol van deelnemer en toeschouwer,
tot het ervaren van duurzame bewegingsvreugde door competente deelname én het spontaan aanwenden van beweging als expressie en communicatiemiddel
2
Ontwikkelen van een gezonde en veilige levensstijl
2.1
Opbouwen van fysieke weerbaarheid
2.1.1
Door middel van basisfysieke activiteit
Van het (onder begeleiding) in een harmonische verhouding ontwikkelen van uithouding, kracht, lenigheid, snelheid en coördinatie via
het kennen en (onder begeleiding) toepassen van de basisprincipes voor het trainen ervan
tot het zelfstandig en inzichtelijk ontwikkelen, uitvoeren, evalueren en bijsturen van een conditieprogramma in functie van de eigen noden en zwakke punten 2.1.2
Door middel van regelmatig oefenen
Van
de kennis van effecten van fysieke activiteit en het belang ervan in functie van vooruitgang
via
het kunnen vergelijken van prestaties (met voorgaande) en aanwijzingen geven
tot het tonen van voldoening, inzet, positieve ingesteldheid en bereidheid tot het nemen van initiatief in functie van prestatieverbetering 2.2
Leren zorg dragen voor het (eigen) lichaam, in functie van levenslange zorg
2.2.1
Door middel van een correcte lichaamshouding
Van
het kennis hebben van
via
het ontwikkelen, aannemen, controleren en toepassen
2.2.2
tot het integreren in nieuwe werk- en leefomgevingssituaties Door middel van opwarming en cooling-down
Van
het besef van het belang en het (onder begeleiding) kunnen toepassen
tot
het zelf plannen, uitvoeren en evalueren
2.2.3
Door middel van rust en relaxatie
Van
het kennen van oorzaken van vermoeidheid en belang van rust en relaxatie
via
het (onder begeleiding) bewegen in functie van stressreductie
tot
het spontaan creëren van een rustsfeer
2.2.4
Door middel van bewegingsopdrachten die een gezonde en veilige sportbeoefening waarborgen
Van het besef dat onsportief, onbezonnen, met genotsmiddelen versterkt … gedrag ongezond en oorzaak van letsels kan zijn én het nauwgezet volgen van raadgevingen en aangepast trainingsprogramma bij kwetsuren tot
het zelf selecteren en toepassen van verantwoorde bewegingsopdrachten
8
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) 2.2.5
9
Door middel van een gezonde levensstijl
Van het kennen van de risico’s van een sedentaire levensstijl en het belang van voedingscontrole (verband tussen bewegen en gezondheid) tot
het spontaan integreren van beweging en gezonde voeding in het dagelijks leefpatroon
2.3
Leren nastreven van optimale veiligheid voor zichzelf en anderen
2.3.1
Door middel van correct omgaan met materiaal en bewegingssituaties
Van
het herkennen en inschatten
tot
het gepast reageren en op veilige manier omgaan
2.3.2
Door middel van het naleven van veiligheidsafspraken
Van
het (onder begeleiding) toepassen
tot
het spontaan achterwege laten van onveilig gedrag
2.4
Verwerven van gewoonten in verband met hygiëne
Van
het toepassen van afspraken en gebruiken van aangepaste kledij
tot
het ontwikkelen en spontaan toepassen van goede hygiënische gewoonten
3
Ontwikkelen van een positief zelfbeeld en sociale relaties
3.1
Leren zichzelf waarmaken
3.1.1
Via het taakgericht verhogen van het eigen kunnen
Van het inschatten en aanvoelen (signalen van het lichaam herkennen) van de eigen mogelijkheden en beperkingen via
het tonen ervan én durven fouten maken
tot de eigen mogelijkheden en beperkingen aanvaarden (zichzelf met concurrenten vergelijken), er mee omgaan én fouten durven toegeven, verdragen verbeterd te worden en eruit leren
Van
het inschatten en waarderen van de eigen inspanning
tot het verleggen van de eigen grenzen (zichzelf motiveren, positief denken, schrik overwinnen en zelfvertrouwen verwerven) 3.1.2
Via emotionele uitingen, binnen aanvaardbare grenzen, en mentale aanpassingen in de sportcontext
Van het tonen van een persoonlijke stijl, spontaniteit, expressie, echtheid, een variatie aan innerlijk beleven én het omgaan met elementen als fairplay, winst, verlies, succes, teleurstelling, faalangst, spanning, depressieve gevoelens … tot
het spontaan integreren ervan in andere contexten
Van
het herkennen van de ideale geprikkeldheid
tot het creëren ervan én het zich aanpassen aan verschillende mentale sferen (bijv. stresssituaties)
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) 3.1.3
Via de bevordering van een positief zelfbeeld
Van
de kennis dat fysieke activiteit het sociaal en psychologisch welbevinden bevordert
tot
de bereidheid het welbevinden door een hoge taakbetrokkenheid positief te bevorderen
3.1.4
Door middel van eigen inbreng, mening, bedoeling, standpunten en rechten
Van
het kunnen ruimte ervaren voor zichzelf
via
het kunnen verwoorden en uitdrukking geven van zichzelf
tot
het durven opkomen voor zichzelf
3.2
Leren omgaan met anderen
3.2.1
Via het kunnen van anderen
10
Van het kunnen inschatten en waarderen van elkaars grenzen en inspanningen (elkaar aanmoedigen en ruimte geven om te presteren) tot het kunnen verbeteren van anderen en en respectvol omgaan met het lichaam en de persoonlijkheid van anderen (o.m. omgang met concurrentie, bereidheid elkaars gevoelens te begrijpen) 3.2.2
Door middel van groepsactiviteiten
Van het kennen van de individuele rol in groep en de basisprincipes en voordelen van groepsactiviteiten via het (onder begeleiding) kunnen uitwerken van een taakverdeling, verschillende rollen vervullen (leiding nemen en aanvaarden) en overleggen en afspraken maken tot het spontaan kunnen samenwerken (iedereen erbij betrekken, opkomen voor elkaars rechten) én het kunnen leveren van een persoonlijke bijdrage aan de training en aan een positieve groepssfeer (dit veronderstelt een ‘zich-goed-voelen’ in de groep) 3.2.3
Via communicatie en omgang met anderen
Van het weten hoe men het best kan communiceren, leren luisteren naar anderen, uitdrukkingen van anderen interpreteren en bewust zijn van de effecten van persoonlijke acties ten opzichte van anderen via het omgaan met trainer (alles betreffende de training openlijk kunnen bespreken), bestuur, pers (interviews geven), supporters, sponsors … (houding duidelijk maken) tot het spontaan aannemen van een positief sociaalgerichte houding in het maatschappelijk leven buiten de (top)sport (topsport is immers slechts een klein facet uit de gehele samenleving)
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
4
Doelstellingen van de topsportopleiding
4.1
Algemeen
11
-
Rekruteren: de beste spelers en potentieel goede spelers die later de Belgische ploegen kunnen vormen en individueel internationaal niveau kunnen halen.
-
Verbeteren van elementen die de toetreding van opgespoorde spelers naar het hoogste niveau zouden belemmeren.
-
Gewoon maken: de gerekruteerde spelers gewoon maken aan de eisen van topprestaties.
-
Tenniscultuur verder blijven ontwikkelen: voor iedereen bereikbaar, welk ook de trainer of de structuur is waarvan de speler afhangt.
-
Het operationeel maken van deze cultuur op het niveau van het spel van de speler.
-
Het zoeken naar het niveau dat de speler zal toelaten zich helemaal te geven door te investeren in de praktijk waarbij de hoeveelheid en de kwaliteit van de training bepaald worden door de trainer van de topsportschool.
-
De toelating geven aan de speler om zich te organiseren met het doel zijn sportieve loopbaan naar de top te realiseren en in zijn studies, aangepast aan zijn bekwaamheid, te slagen zonder de gevangene te zijn van de tennisopleiding.
Om deze ambitieuze doelstellingen tot een goed eind te brengen, moet gewerkt worden vanuit de noden en de behoeften van de speler/speelster en niet vanuit structuren die kost wat kost in leven moeten gehouden worden, maar die er enkel zijn om de vorming te ondersteunen. Om te kunnen beantwoorden aan de hierboven beschreven vereisten, zal de vorming van de leerlingen - topsporter in 4 niveaus verdeeld worden:
Æ basisonderwijs (Basisscholen voor Topsport Beloften): op een aangename manier kennis maken met de basisprincipes van de sport + leren omgaan met dagdagelijkse training = ‘FUNdamentals’ & ‘learning to train’** Æ 1e graad (pre Tennis en Studie) nu de motorische vaardigheden ontwikkeld zijn is het tijd om trainen als een doel op zich te gaan zien, de manier om zijn capaciteiten tactisch en fysiek verder uit te bouwen: ‘training to train’** Æ 2e graad (Tennis en Studie+14): verder zetten van deze ‘training to train’** fase met een doorgedreven vorm van individualisatie en een intensiever en uitgebreider toepassen van het herhalingsprincipe Æ 3e graad: (Tennis en Studie +16) trainen om een sterkere atleet te worden en zich internationaal volop te meten met leeftijdsgenoten = ‘training to compete’** fase
**op de inhoud en karakteristieken van deze verschillende fasen van lange termijn ontwikkeling gaan we uitgebreider in ter inleiding van de verschillende leerinhouden
Deze onderverdeling zal de kwaliteit van de rekrutering ten goede komen om op een gezonde basis te starten voor een langere termijn van automatisering en vervolmaking. De kennis van het tennis is een prioriteit met al wat het inhoudt aan verwerven van een specifieke woordenschat en de praktische weergave ervan. Dit kan aanvankelijk op gematigde snelheid verlopen. Samengevat: de speler zal bekwaam moeten zijn om alle kennis, verworven tijdens zijn vorming, uit te drukken en dit met woorden en met daden.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
12
Het resultaat van de vorming van een jonge atleet om het maximale, competitieve niveau te bereiken is afhankelijk van zijn talenten en staat in verhouding tot zijn potentieel en de geïnvesteerde trainingsarbeid. 4.2
De combinatie topsport en studie
Ondanks het feit dat we overtuigd zijn dat kwaliteit van de training boven kwantiteit staat, mogen we niet vergeten dat we heel veel moeten trainen om het einddoel te kunnen bereiken. We trachten, in relatie met de theoretische lessen, een gunstige uitgangspositie in te nemen, zodat er een goed evenwicht bestaat tussen de geestelijke en fysieke inspanningen. De recuperatie speelt een belangrijke factor in deze niet te onderschatten combinatie. Wij trachten maximaal 5 à 6 uur theorie af te wisselen met 2 tot 3 trainingen per dag. De juiste hoeveelheid training wordt uiteraard bepaald door de draagkracht en de leeftijd van het kind, maar het spreekt voor zich dat onze geselecteerden over de nodige fysieke kwaliteiten moeten beschikken om de minimum hoeveelheden te kunnen afwerken. Wanneer de technische verantwoordelijke samen met de groep trainers en de medische staf oordeelt dat een kind klaar is om een grotere hoeveelheid training aan te kunnen, wordt het schema aangepast. We willen hierbij opmerken dat wij als topsportschool een grote impact hebben op dit totale trainingsvolume. Anders dan in vele van de ploegsporten trainen de atleten bij ons het volledige pakket. Wij zorgen m.a.w. voor een complete omkadering zowel binnen als buiten kader. Er worden m.a.w. zowel tijdens de daarvoor voorziene lestijden, als daarbuiten (naschools) trainingen georganiseerd in een coherent geheel. In samenspraak met onze fysioloog – trainingsbegeleider wordt er streng gewaakt over het beheersen en bespelen van volume en intensiteit (= impact). Ons streefdoel wat het aantal trainingsuren betreft is:
Eerste graad (jonge atleten 13-14 jaar) 13 jarigen
Tennis
14,5
(1ej)
Conditie*
6
14 jarigen
Tennis
16
(2ej)
Conditie*
6
20,5
22
1 verplichte rustdag *specifieke en algemene conditionele elementen (opwarming, specifiek coördinatie, snelheid on court zijn hier, omwille van praktische redenen, bij het tennis meegerekend, hoewel zij ook kaderen in de conditionele vorming 4.3
Persoonlijkheidsontwikkeling -
De lat wordt hoog gelegd in de topsportschool, zowel op sportief vlak als op studievlak. Maar de studie blijft primordiaal. Het behalen van goede resultaten blijft een eerste vereiste om als ‘leerling – topsporter’ te kunnen slagen. De combinatie studie en topsport vergt enorm veel: y
doorzettingsvermogen;
y
inzet;
y
overtuiging.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
4.4
13
-
De voorbereiding op een carrière van topsporter vergt echter nog meer van de leerling. Hij/zij krijgt een rol van AMBASSADEUR op de schouders gelegd en krijgt zodoende een VOORBEELDFUNCTIE toebedeeld. Hij/zij wordt zonder het zelf te willen een blikvanger die steeds in het middelpunt van de belangstelling zal staan op sportief gebied en in het dagelijks gebeuren.
-
De school en haar lerarenteam trachten een begeleidende en opvoedende taak tot een goed einde te brengen bij de uitbouw van: y
zijn/haar persoonlijkheid;
y
zijn/haar zelfstandigheid;
y
zijn/haar maturiteit, ook in de sport;
y
zijn/haar vroeg volwassen worden;
y
zijn/haar zelfdiscipline.
Het respecteren van de polyvalentie en de aandacht voor de eindtermen -
De invulling van de eindtermen gebeurt op een uitgebreide en adequate wijze. Op die manier durven we zeggen dat de opleiding Topsport-tennis beantwoordt aan een polyvalente opleiding;
-
Het aspect FYSIEK komt ruimschoots aan bod en dekt ladingen als uithouding (extensieve en intensieve uithouding), weerstand, kracht, snelheid, lenigheid …
-
Tijdens de revalidatieperiode, tijdens het tussenseizoen (de maanden septemberdecember) wordt er veel gezwommen (als uithoudingssport) als alternatief middel om conditioneel optimaal te blijven werken. Ook krijgen andere sporttakken op dat ogenblik meer aandacht. Zo worden ook tijdens de opwarmingsmomenten de andere balsporten beoefend om de coördinatie te ontwikkelen. Om de mentale belasting te minimaliseren, wordt er soms gefietst (mountainbike) en geklommen (touwenparcours, muurklimmen). Daarnaast brengen behendigheidscircuits en andere balsporten de nodige motorische ontwikkeling, een sociale vaardigheid en een gezonde en veilige levensstijl bij.
-
Naast de componenten: LOPEN, SPRINGEN en in dynamische evenwicht kunnen ZWAAIEN, SLAAN EN VANGEN komen de volgende onderdelen even veel aan bod: y
motorische ontwikkeling;
y
coördinatie;
y
proprioceptie;
y
wendbaarheid;
y
samenwerken met 1 of meerdere partner(s);
y
anticiperend denken en handelen.
Aan deze algemene basismotorische vorming zal enorm veel aandacht besteed worden, daar zij mede garant staat voor het ontwikkelen van een hoger sportspecifieke piek op latere leeftijd. 4.5
Wij werken met ‘leeftijden’ in plaats van met ‘leerjaren’
In dit leerplan wordt er niet van leerjaren, zoals bij de leerplannen LO gesproken, maar van leeftijden om duidelijk te stellen dat kinderen die een schooljaar niet met succes beëindigen toch de leerdoelen van het leerplan Tennis & Studie voor hun leeftijdscategorie moeten verwerken. 4.6
De vakoverschrijdende doelstellingen -
Internationalisering: jaarlijks wordt er deelgenomen aan een resem internationale tornooien. In tennis is de wedstrijdkalender voor de verschillend leeftijdsgroepen zeer uitgebreid met rankings vanaf de min 14 jarigen (Tennis Europe -14 en -16; alsook
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
14
International Tennis Federation -18) Aan deze tornooien wordt er deelgenomen om het prestatieniveau op te vijzelen. Daarnaast leveren deze momenten meer dan ‘gewone’ culturele- en taalervaringen op.
-
Zelfstudie. Tijdens deze verblijven met een internaatskarakter krijgen de leerlingen leerpakketten mee die door de leraren samengesteld worden. De leerlingen moeten met begeleiding de opdrachten uitvoeren of de leerstof instuderen op zelfstandige basis.
-
Ontwikkelen van autonomie in het dagelijkse leven (zelf materiaal verzorgen, tijdig bij de bus zijn, georganiseerd de dagen doorkomen …)
-
Aanvaarden en respecteren van het inwendige reglement. Vooral de volgende onderwerpen worden beklemtoond: y
Het belang van de studie. Het diploma blijft het belangrijkste streefdoel;
y
Het wederzijdse respect voor de fysieke ongeschondenheid en voor de revalidatie;
y
Het ethische gedrag is 24 op 24 uur van primordiaal belang tijdens de opleiding;
y
Een verslaving aan roken, drank of drugs heeft verwijdering tot gevolg.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
15
LEERPLANDOELSTELLINGEN Het is logisch dat bij de vorming van toptennissers de eindtermen van het leerplan LO ruim aan bod zullen komen. De doelstellingen van de mentale trainingen van ons vorig goedgekeurd leerplan zijn trouwens dikwijls terug te vinden bij de eindtermen. Aangezien bij elk leerdoel meerdere eindtermen kunnen nagestreefd, is het dan aan de trainers om deze richtlijnen binnen de individualisering per speler in te bouwen en hoe en waar te vermelden. Er wordt geen melding gemaakt van de leeftijd waarop de eindtermen moeten behaald worden omdat dit een logisch gevolg is van de leerinhouden die op de verschillende leeftijden moeten gepland worden. Daar de eindtermen voor het basisonderwijs en eerste graad hand in hand gaan en er vaak leeftijdsoverschrijdend wordt getraind werden de leerplandoelstellingen van basisonderwijs en eerste graad hier samen opgenomen in de onderstaande tekst. Op die manier is het ook voor de trainers bevattelijker om met de leerplandoelstellingen te werken.
EERSTE GRAAD ET LO
ET LO
De leerlingen – topsporters kunnen
basison1e graad derwijs Motorische competenties 1
de belangrijkste basisregels van houdings- en rugscholing in bewegingssituaties kunnen toepassen. ruim te verwerken tijdens de conditietrainingen waar rompstabiliteit op musculair en coördinatief vlak als essentiële start geldt in het kader van efficiënt bewegen en slaan (elke slagbeweging start met het inzetten van de proximale segmenten om daarna de distale te laten overnemen: "core stability" is hierbij een must! aangezien we weten dat rug- en schouderkwetsuren de meest belangrijke zijn bij tennis en aangezien we weten dat mits het afwerken van het VTV-programma heel wat van deze klachten kunnen voorkomen worden, moet de leraar continu aandacht geven aan de houding van onze atleten (tijdens het lopen, staan, zitten, heffen, conditie- en tennistrainingen …) en moet het rug- en schouderprogramma van VTV 2 à 3 maal per week afgewerkt worden tenzij er door het medisch begeleidend team een ander programma wordt voorgeschreven.
2
1,2 & 1,3 in bewegingssituaties verantwoordelijkheid kunnen opnemen omtrent mekaars veiligheid door afspraken en regels na te leven. ruim te verwerken tijdens de coördinatie- en conditietrainingen. continu aanwezig tijdens het leven op het trainingscentrum, het internaat en de school en tijdens de talrijke verplaatsingen die de kinderen moeten maken. Hieromtrent zijn zeer duidelijk afspraken gemaakt die in een document, dat in het bezit is van alle partijen (leerlingen, ouders, trainers, schooldirecties, leraren en internaatbeheerder en –opvoeders), zijn uitgeschreven (afspraken tussen spelers, ouders en trainers). 1,4 & 1,5 hun voorkeurhand en -voet kennen en efficiënt kunnen gebruiken.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
16
De leerlingen – topsporters kunnen het spreekt voor zich dat leerlingen van de topsportschool een uitgesproken voorkeur voor één van beide lichaamszijden demonstreren. De efficiëntie is anders in onze sport niet te realiseren in confrontatie met sterke leeftijdsgenoten. Dit neemt echter niet weg dat in de conditietrainingen (i.f.v. van een harmonieuze lichaamsontwikkeling) ook de niet dominante zijde zal ontwikkeld worden (daar waar in tennis vaak herhaalde eenzijdige rotatiebewegingen vaak dienen ingedrild te worden).
3
gebruik maken van de aangepaste uitrusting en kledij bij het uitvoeren van de bewegingsactiviteiten. om de trainingen op een normale manier af te werken is dit de evidentie zelf in een topsportschool; bovendien behoort dit tot de vaste regels van het huis: aangepast schoeisel i.f.v. indoor of outdoor tennis bijv.; materiaal voor conditie outdoor vs. indoor … 1,28
geconcentreerd kunnen bezig zijn met een bewegingstaak. om de trainingen op een voldoende manier te kunnen afwerken dient deze eigenschap op een zeer hoogwaardige manier ontwikkeld te zijn! Zonder intensief en nauwkeurig geconcentreerd niveau van trainen is de kwaliteit die we nastreven niet haalbaar. Het zal dan ook een vaardigheid zijn die op deze leeftijd enorm ontwikkeld dient te worden: "leren trainen".
4
1,29 & 1,30 & 1,31
zelfstandig en onder begeleiding kunnen oefenen in kleine groepen en het materiaal opstellen en wegbergen. ook dit is een evidentie: soms werkt men zelfstandige opdrachten af, soms speelt men vrij met andere leerlingen tennis, soms voert men opdrachten uit in kleine groepjes onder begeleiding van de coach. De tweede dagsessie tennis is meestal zo een collectieve sessie met kleine groepen. De eerste dagsessie wordt er meestal individueel één op één met de coach gewerkt.
5
1,6
de belangrijkste onderdelen van een bewegingsverloop kunnen benoemen. om een nieuw bewegingsverloop correct te kunnen uitvoeren en om een tekort in een bepaalde bewegingsuitvoering te kunnen veranderen, is dit inzicht noodzakelijk. Daarom worden de leerlingen intensief betrokken bij de evaluatiemomenten waar door videofeedback en vergelijkende beelden uit een vroeger stadium of vergelijkende beelden met andere (evt. top)spelers, dit inzicht wordt aangewakkerd en opgebouwd.
6
1,29 & 1,32
1,33
op basis van een aantal afgesproken criteria bij zichzelf en anderen kunnen aangeven waarom een bewegingsopdracht wel of niet lukt. -
het spreekt voor zich dat om het vorige punt (zelfevaluatie) te kunnen realiseren de leerling voldoende inzicht over bewegingsopdrachten en –verlopen zal moeten hebben en dat de leraar bij elke leerproces voldoende tijd moet besteden om dat inzicht aan de leerlingen mee te geven. Dit inzicht moet bij alle factoren (techniek, tactiek, mentaal en conditie) aanwezig zijn om topsporters te kunnen vormen.
-
dit inzicht zal ook aanwezig moeten zijn om de atleten met de nodige zelfstandigheid te doen trainen en wedstrijd spelen.
verschillende sensorische prikkels die gelijktijdig worden waargenomen kunnen detecteren en hier mee omgaan.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
17
De leerlingen – topsporters kunnen coördinatievermogen is een determinerende factor in de opleiding van jonge kinderen; koppelingsvermogen en differentiatievermogen spelen hier een doorslaggevende rol.
7
8
9
1,9
1,10
1,11
10
evenwicht zoeken, behouden en herstellen in verschillende situaties, alleen en met anderen. -
evenwicht is één van de zeer belangrijke elementen die optimaal moeten ontwikkeld worden om ooit toptennisser te kunnen worden. Het evenwicht tijdens verplaatsingen, bij het afremmen, bij het inbrengen van het gewicht om krachtiger te slaan, bij het uitvoeren van een sprongsmash … is zo belangrijk dat het in ons leerplan afzonderlijk wordt vermeld als leerstof bij het item coördinatie en nadien bij het onderdeel techniek ook ruim aan bod komt.
-
om de coördinatie optimaal te ontwikkelen moet er zo ruim mogelijk getraind worden en zullen allerlei partneroefeningen en balsporten (basketbal, handbal, hockey, voetbal …) aan bod moeten komen. Hier zal het item evenwicht niet alleen per individu getraind worden, maar ook in groepsopdrachten aan bod moeten komen.
in situaties met een hogere moeilijkheidsgraad kunnen hangen en steunen -
tijdens de coördinatie- en krachttrainingen moet deze eindterm voldoende aan bod kunnen komen.
-
touwklimmen is zo bijv. één van de vaste proeven en opdrachten
vrije sprongen en steunsprongen uitvoeren. -
tijdens de coördinatie- en krachttrainingen moet deze eindterm voldoende aan bod kunnen komen.
-
naast eenvoudige gymnastieksprongen zijn loopsprongen en hordelopen een essentieel onderdeel van de looptechniektraining
-
sprongsmash, sprongkracht i.f.v. verre volleys en i.f.v. verre returns zijn andere manieren om het aspect "springen" op een meer tennisspecifieke manier te ontwikkelen
hangen steunen zwaaien en beheerst landen. -
11
1,13
tijdens de coördinatie- en krachttrainingen moet deze eindterm voldoende aan bod kunnen komen.
een draaibeweging om de breedte as uitvoeren. -
krachtig tennis spelen veronderstelt bij bijna elke slagbeweging extreme felle en toch tegelijkertijd ook zeer beheerste rotaties om de lichaamsas (opslag, basisslagen …)
-
deze eindterm kan ook gerealiseerd worden in semi-specifieke werp en stootbewegingen tijdens de algemene voorbereidende coördinatie trainingen i.f.v. kracht met basketballen en medecin ballen
-
bij algemene vaardigheidstrainingen: koprollen; draaien tussen 2 klimtouwen; rond een rek
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
De leerlingen – topsporters kunnen
12
1,14
klimmen.
13
-
tijdens de coördinatie- en krachttrainingen moet deze eindterm voldoende aan bod kunnen komen.
-
touwklimmen is zo bijv. één van de vaste proeven en opdrachten
1,1 & 1,12 gekende oefeningen in combinatie kunnen uitvoeren. -
14
15
16
1,15
1,14
1,16
1,21 & 1,22
tijdens de coördinatie- en krachttrainingen moet deze eindterm voldoende aan bod kunnen komen. (essentiële vormen van basisgym zijn hiervoor uitermate geschikt en komen aan bod bij de algemene lichaamsvorming).
duurloop en sprint kunnen uitoefenen. -
uithoudingstrainingen in de vorm van duurlopen, intervaltrainingen, fietsen, roeien, zwemmen zijn allen vaste onderdelen van het programma in de conditietraining.
-
sprints on en off court zijn een vast onderdeel van onze conditietrainingen (specifiek en algemeen)
kunnen verspringen en hoogspringen en op een veilige manier landen: -
naast eenvoudige gymnastieksprongen zijn loopsprongen en hordelopen een essentieel onderdeel van de looptechniektraining;
-
sprongsmash, sprongkracht i.f.v. verre volleys en i.f.v. verre returns zijn andere manieren om het aspect "springen" op een meer tennisspecifieke manier te ontwikkelen;
-
Het veilig landen kan getraind worden bij oefeningen waarbij er gedoken wordt naar de bal (leren afrollen).
kunnen werpen en stoten. -
17 & 18
18
de transfer tussen onderhands werpen en FH en BH en die tussen bovenhands werpen en bovenhandse opslag en smash zijn legio; vanzelfsprekend komen deze algemene coördinatieve vaardigheden aan bod in de conditionele opbouw en coördinatieve voorbereiding op het efficiënt uitvoeren van de krachtenketens bij boven vernoemde slagen.
ritmische en dansante bewegingsvormen op verschillende tempo’s kunnen uitvoeren en beleven. -
tijdens de loop-, coördinatie-, stretching- en relaxatietrainingen op muziek moet deze eindterm ruim aan bod komen.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
De leerlingen – topsporters kunnen
19
1,17& 1,18 & 1,20
kunnen deelnemen aan een vorm van doelspel en terugslagspel.
20
1,19 & 1,20bis
-
deze eindterm komt uiteraard permanent aan bod in de tennistrainingen en zal bij onze toekomstige toptennissers zeer goed ontwikkeld moeten zijn en dit zowel in het enkel- als dubbelspel.
-
deze eindterm wordt tevens gerealiseerd worden in de vorm van alternatieve slagsporten (squash, badminton) die vaak in de transfer trainingsvormen gebruikt worden.
-
balsporten (voetbal hockey basket volley) komen allen geregeld aan bod als alternatieve vorm van conditietraining, als coördinatieve vorming en als onderdeel van de aerobe uithoudingstraining.
kunnen spelen volgens afgesproken en aangepaste regels. -
21
1,19
3,3
In het dubbelspel heeft men constant een andere rol te vervullen: serveerder, retourneerder, partner van serveerder of retourneerder: ieder heeft hier zijn eigen taak en opdracht; deze taken leren kennen en in de praktijk ook effectief omzetten is een vast onderdeel in het weekprogramma.
leren omgaan met elementen als spanning, verliezen, winnen en fairplay. -
23
deze eindterm wordt non stop gerealiseerd alleen al binnen de specifieke tennistrainingen: telling, in uit, aangepaste regels en opdrachten i.f.v. het verhogen van de moeilijkheidsgraad …
verschillende rollen kunnen vervullen in die spelsituaties. -
22
19
leren omgaan met winnen en verliezen is een leerproces op zich. Dit leerproces zal tot een goed einde moeten worden gebracht willen we topsporters vormen. Het optimaal werken met doelstellingen (zowel lange als korte termijndoelen) zal de basis zijn om deze eindterm te bereiken en te kunnen afstappen van het standpunt “winnen = goed spelen en verliezen = slecht spelen”. Door dit leerproces optimaal af te werken zullen onze atleten ook in staat zijn resultaten van anderen in te schatten en weten te waarderen i.p.v. jaloers te zijn op de prestaties van anderen.
kunnen deelnemen aan een eenvoudige vorm van verdedigingssport met het oog op veilig vallen; evenwicht bewaren, verstoren en herstellen; lichamelijk contact durven nemen binnen de grenzen van de gestelde opdracht. -
een eenvoudige vorm van verdedigingssport maakt deel uit van de coördinatietrainingen
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
De leerlingen – topsporters kunnen -
24
1,23
26
1,24
deze eindterm moet ook uitgebreid aan bod komen tijdens de evaluaties van het gemeenschapsleven op de trainingen, tijdens de verplaatsingen per bus en in het internaat.
binnen verantwoorde en milieuvriendelijke omstandigheden bewegingservaringen opdoen in de natuur. -
25
deze eindterm moet bereikt worden door het afwerken van het programma van de actieve rustperiodes waar activiteiten zoals mountainbike, fartleck … ruim aan bod komen en tijdens de uithoudingstrainingen in de natuur.
één zwemslag doeltreffend uitvoeren. -
zwemmen is een vast onderdeel als vorm van basisuithoudingstraining voor de jongere tennissers. Zeker in het kader van het sparen van de gewrichten bij atleten in de groeispurt is dit aangewezen.
-
rugslag wordt hierbij doorgaans geprefereerd in het kader van de schoudermobiliteit en –preventie.
1,3 & 1,25 voorbereidende vormen van reddend zwemmen beheersen.
1,26
-
deze eindterm moet samen met het realiseren van verantwoord en veilig bewegen bereikt worden. Het spreekt immers voor zich dat van de leerlingen steeds moet verwacht en geëist worden dat zij onveilige bewegingssituaties herkennen en steeds het nodige doen om ze te vermijden zowel voor zichzelf als voor anderen uit hun omgeving.
-
komt aanbod tijdens de lessen zwemmen.
klein motorische vaardigheden in verschillende situaties gedoseerd en ontspannen uitvoeren -
1,27
tijdens de specifieke techniektrainingen die talrijk aan bod komen alsook tijdens de coördinatietrainingen, moet deze eindterm goed ontwikkeld kunnen worden.
verschillende grepen kunnen hanteren bij het vasthouden van voorwerpen -
tijdens de specifieke techniektrainingen is het vasthouden van het racket steeds anders i.f.v. de beoogde slag: FH greep, BH greep, greep voor volleys, opslag … Zonder correcte grepen geen correcte techniek; dit komt dus uiteraard aan bod!!
Gezonde en veilige levensstijl 27
20
1,1; 2,2; 2,3
zich inzetten met het oog op fysieke fitheid en het belang van regelmatig fysieke inspanning kunnen aangeven. -
deze eindterm komt uiteraard permanent aan bod in de vorming van toekomstige topsporters. We mogen immers zeggen geen topsport zonder fysieke ontwikkeling op uitzonderlijk hoog niveau. Om deze attitude optimaal te ontwikkelen moeten de jongeren niet alleen aan sport doen, maar moeten ze ook inzicht krijgen in wat er met welk doel wordt nagestreefd en wat de noodzakelijke trainingshoeveelheden zijn in de verschillende periodes van het jaarplan. Dit inzicht moeten ze
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
21
De leerlingen – topsporters kunnen uiteraard ook kunnen verwoorden.
28
29
1,7; 1,8; 2,4
2,1
het belang van opwarming en cool down kennen en toepassen. -
opwarming is een vast onderdeel van elke training. Sommige opwarmingen gebeuren zelfstandig door de leerlingen (vast standaardschema), andere worden geleid door de trainer (meer variatie fun en doelgerichtheid)
-
voor cool down wordt dagelijks ruimte gereserveerd op het einde van elke trainingsdag (onder begeleiding); verder is dit korter standaard in voege op het einde van elke training op zich (uitlopen en stretchen)
hygiënische basisregels spontaan toepassen. -
30
naast de klassieke basisregels van hygiënisch sporten zoals verplicht douchen … moet er ook veel aandacht gegeven worden aan alle sportspecifieke verplichtingen. Hier wordt gedacht aan het sportspecifiek stretching- en krachtprogramma steeds bij zich hebben en uitvoeren (de stretching-, schouder- en rugschema’s kunnen best geplastificeerd worden en moeten steeds in de tenniszak bewaard worden en de rekkers noodzakelijk om deze programma’s af te werken kunnen best door iedere atleet individueel worden aangekocht zodat hij ook thuis voldoende kan oefenen) (zie ook eindterm 1), het verzorgen van de handen om blaren te voorkomen, het steeds bij zich hebben van een reisvriendelijk ijspakket (een tennisser is immers dikwijls op verplaatsing) …
voor zichzelf conditievorderingen kunnen aangeven. -
zelfevaluatie is, zoals reeds aangekondigd, een enorm belangrijk element om snel te vorderen. De prestaties tijdens conditietrainingen zijn zo goed meetbaar dat dit een eenvoudig te bereiken eindterm moet zijn.
-
de leraar moet steeds vertrekken vanuit de doelstellingen die vooropgesteld zijn en zo veel mogelijk onderdelen van de training meetbaar doen evalueren door de leerling om zo zeer regelmatig de kans te geven na te trekken in hoeverre dat de doelstellingen reeds bereikt zijn en de motivatie in elke training hoog te houden.
Ontwikkelen van het zelfconcept en het sociaal functioneren 31
3,6
verschillende rollen kunnen waarnemen in bewegingssituaties en groepsactiviteiten. -
bij het vormen van toptennissers in het algemeen en in het bijzonder bij leerlingen van een topsportschool (intern en heel wat uren per dag in groep) moet er aan deze eindterm veel aandacht besteed worden omdat al deze elementen een zeer grote invloed hebben op de vorderingen en de prestaties.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
32
ET LO
3,5; 3,6; 2,5; 3,7
De leerlingen – topsporters kunnen -
deze elementen zijn niet alleen belangrijk wanneer men in groep (topsportschool) traint, maar ook wanneer de leerlingen terecht komen in de nationale jeugd- en seniorenploegen of wanneer ze later op het circuit moet overleggen, afspraken maken, samenwerken, … met tornooidirecteurs, wedstrijdleiders, medespelers …
-
het spreekt voor zich dat deze eigenschappen reeds in de jeugdjaren moet ontwikkeld worden aangezien er al vanaf zeer jong gewestelijk (vanaf 8 jarige leeftijd), nationaal (vanaf 10 jarige leeftijd) en internationaal (vanaf 11-12 jarige leeftijd) wordt getennist.
-
deze eindterm kan bereikt worden langs de dubbelspel- en balsporttrainingen door de spelers verschillende rollen (groepsleider, beste speler van het team, zwakkere speler in het team, overleggen met partner, …) op te dragen en als leraar de leerlingen de nodige richtlijnen en ondersteuning te geven om op termijn atleten te hebben die zich zonder moeite kunnen aanpassen aan de rol die ze moeten vervullen.
-
het leren juist reageren moet ook uitgebreid aan bod komen tijdens wedstrijden waar de stresssituaties het zeker niet gemakkelijker zullen maken.
respect hebben voor en aangepast kunnen omgaan met omgeving en materiaal. -
33
34
3,3
3,2
22
bij het vormen van topsporters moet er aan deze eindterm veel aandacht besteed worden omdat het kunnen omgaan met de omgeving en het respect hebben voor het materiaal een zeer grote invloed kunnen hebben op de vorderingen en de prestaties. Dit moet echt als een leerproces door het ganse trainings- en competitieaanbod geweven worden en vanaf het ogenblik dat het leerproces goed is verwerkt dient de leraar deze eindterm nog steeds goed te bewaken omdat een atleet met mindere resultaten wel eens vlug de negatievere weg bewandelt.
waardering opbrengen voor elkaars prestaties en kunnen omgaan met individuele verschillen. -
leren omgaan met winnen en verliezen is een leerproces op zich. Dit leerproces zal tot een goed einde moeten worden gebracht willen we topsporters vormen. Het optimaal werken met doelstellingen (zowel lange als korte termijndoelen) zal de basis zijn om deze eindterm te bereiken en te kunnen afstappen van het standpunt “winnen = goed spelen en verliezen = slecht spelen”. Door dit leerproces optimaal af te werken zullen onze atleten ook in staat zijn resultaten van anderen in te schatten en weten te waarderen i.p.v. jaloers te zijn op de prestaties van anderen. Op deze manier wordt er ook respect gekweekt voor de kwaliteiten van mekaar, ongeacht geslacht afkomst of uiterlijk.
-
leren alle leerlingen zonder onderscheid betrekken in spel en andere groepsactiviteiten is een basiselement van de fair play.
hun eigen mogelijkheden kennen en ze naar waarde kunnen schatten. -
een goed zelfbeeld is de basis vele mentale kwaliteiten (zelfvertrouwen, motivatie, plezier in het sporten …) en een noodzaak om gezond kritisch aan zelfevaluatie te doen.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) ET LO
ET LO
35
23
De leerlingen – topsporters kunnen -
het correct inschatten van de eigen mogelijkheden is ook een noodzaak om de best mogelijke prestatie te kunnen leveren. Topprestaties kunnen immers maar geleverd worden wanneer de atleet zijn sterke punten optimaal gebruikt en zijn zwakheden zo goed mogelijk verstopt en uitsluit. Ook het leren analyseren van tegenstrevers om hun sterke en zwakke punten te ontdekken moet hier ruim aan bod komen om in staat te zijn het juiste tactische plan op te stellen.
-
voor leerlingen van de topsportschool is dit zelfbeeld ook noodzakelijk om niet te dagdromen van een topsportcarrière maar goed te weten wat er nog allemaal moet gebeuren om die droom te realiseren.
inzet en volharding tonen en eigen grenzen verleggen.
3,4
-
zonder dagdagelijkse werkdiscipline is topsport niet mogelijk; Dit stadium van de opleiding moet men dan ook benutten om te leren trainen en zijn grenzen qua inzet, concentratie, doorzetting optimaal te ontwikkelen. Dit neemt echter niet weg dat men ook moet kunnen luisteren naar zijn eigen lichaam.
-
topsport zonder kwetsuren kan niet, maar heel wat kwetsuren kunnen voorkomen worden door het lichaam goed te kennen en optimale voorzorgen te nemen (bijv. schouder- en rugprogramma). Dit leren kennen van het lichaam is een leerproces van vallen en opstaan waarbij de trainers, kinesist en het begeleidend medisch korps veel aandacht moeten aan geven om uiteindelijk atleten te hebben die, zoals men het in sportmiddens zegt, kunnen luisteren naar hun lichaam en tijdig een signaal kunnen geven zodat de aanpassing van het trainings- en/of competitieschema voor het optreden van kwetsuren kan gebeuren. Hier moet het begeleidend team wel waakzaam zijn dat deze zo belangrijke attitude niet overgaat in een middel om te ontsnappen aan minder prettige inspanningen die echter wel belangrijk zijn voor de vorming van de atleet.
-
het spreekt voor zich dat een topsporter niet alleen aan zichzelf mag denken maar met even veel respect het lichaam van medesporters moet weten te respecteren en beschermen. Tijdens de balsporttrainingen ter bevordering van de coördinatie moet de trainer optimaal zijn kansen grijpen om het belang van deze attitude in de verf te zetten.
de mogelijkheid kennen om buiten de les LO een voorkeursport te beoefenen. -
het is de logica zelf dat jonge atleten uit de topsportschool dit weten en beseffen; het is net door het beoefenen van zo'n voorkeurssport dat ze in de topsportschool zijn opgenomen geworden.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
24
LEERINHOUDEN Balyi en Hamilton (2002; 2004) veronderstellen dat sporten kunnen ingedeeld worden in “vroeg specialisatiesporten” en “laat specialisatiesporten”. Sommige sporten vereisen een vroeg gespecialiseerde training om tot topprestaties te komen. Voorbeelden van “vroeg specialisatiesporten” zijn: turnen, ritmische gymnastiek, kunstschaatsen, kunstduiken en tafeltennis. Tennis kan geklasseerd worden als een “laat specialisatiesport”. Typisch voor deze sporten is dat ze een algemene trainingsaanpak vereisen tijdens de eerste trainingsjaren. Dat betekent dat voor jonge tennistalenten dat zij fundamentele motorische en technisch-tactische (of perceptueel motorische) vaardigheden zoals lopen, werpen, vangen, kaatsen en springen moeten leren en ontwikkelen en beheersen. Op basis van de bestaande literatuur stellen Balyi en Hamilton (2004) dat de atletenontwikkeling voor “vroeg specialisatiesporten” dient te gebeuren aan de hand van een vier fasen model en deze voor de “laat specialisatiesporten” best via een zes fasen model. Verder spreken de auteurs over wat zij noemen de “windows of opportunity” voor het optimaal beïnvloeden van de ontwikkeling van de fysieke basiseigenschappen. Deze ontwikkelingslijnen worden verantwoord vanuit de inzichten in de biologische groei en literatuur voer de prestatiekenmerken van jongeren op verschillende leeftijden. De zes fasen: • FUNdamentals • Learning to train • Train to train (eerste graad) • Train to compete • Train to win • Retirement/retainment Hierna volgt een korte toelichting bij de essentie van de inhoud van de drie eerste fasen in het lange termijn plan (de twee fasen die vooraf gaan alsook de fase waarin de leerlingen van de eerste graad zich bevinden). Fase 1. “FUNdamental stage” (J 6 tot 9 jaar en M 6 tot 8 jaar) Æ eindleeftijd = leeftijd waarop spelers binnenkomen in de BTB Zoals de term laat vermoeden, gaat het hierbij om een trainingsaanpak waarbij de basisvaardigheden op een speelse manier worden aangeboden. Algemene motorische vaardigheden alsook elementaire basistechnieken voor lopen, springen, werpen en slaan worden hier ontwikkeld. Het is immers belangrijk dat eerst deze algemene, fundamentele bewegingsvaardigheden worden aangeleerd (‘physical literacy’), alvorens over te gaan naar de ontwikkeling van sportspecifieke ‘skills’. Om te komen tot een evenwichtige motorische basis, mag men maximum twee à drie keer per week de voorkeurssport beoefenen. Daarnaast dient men bijna twee keer zo vaak (drie à vier keer per week) aan andere sportactiviteiten deel te nemen Qua trainingsinhoud is het in dit stadium belangrijk om voldoende snelheidsprikkels te bieden omdat op deze leeftijd een verhoogde adaptatie aan snelheidstraining plaatsvindt. De auteurs verwijzen naar deze opportuniteitsontwikkelingslijnen met de term ‘agility, quickness and change of direction window’.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
25
Uiteraard dienen de snelheidstrainingen ook op een afwisselende en speelse manier gegeven te worden, waarbij de kwaliteit primeert op de het volume aan training. Dit pakket trachten wij binnen VTV te realiseren in onze selectietrainingen voor min 8-jarigen in samenwerking met de verschillende clubs en regio’s = stadium voorafgaand aan de topsportschool. Fase 2. ‘Learning to train stage’ (J 9 tot 12jaar en M 8 tot 11 jaar) Æ dé leeftijd van de kinderen van de BTB (basisonderwijs) Nu de basis gelegd is, kan overgegaan worden tot het verder ontwikkelen van de motorische vaardigheden. Deze periode is één van de meest belangrijke op vlak van motorische ontwikkeling. De auteurs spreken van een window van ‘accelerated adaptation for motor coordination’ en typeren deze fase als de belangrijkste ‘skill’ leerfase. Vandaar dat we de mening zijn toegedaan (mede in vergelijking met wat internationaal gangbaar is) dat het noodzakelijk is op deze leeftijd al nauwgezet en kwalitatief intensief met de talentrijke kinderen aan de slag te gaan. Dit verklaart ook onze vroege instapleeftijd. Deelname aan andere sporten blijft belangrijk, maar tegelijk dient uitvoerig gewerkt te worden aan de basistechnieken eigen aan tennis. De fysieke basiseigenschappen uithouding, kracht, snelheid en lenigheid moeten verder via goed geplande trainingen worden verbeterd. Op deze leeftijd kan men beginnen met het introduceren van competitie (VW tour). In de fase vooraf worden wedstrijdvormen nog zeer speels aangeboden (fundagen, minitoer). Experts spreken van 80/20 verhouding voor de componenten training en competitie. Binnen de trainingsmomenten dienen wedstrijdjes, competitieve spelletjes en drills wel veelvuldig aan bod te komen. Fase 3. ‘Training to train stage’ (J12 tot 16 jaar en M 11 tot 15 jaar) Æ pre-tennis en studie (eerste graad) De trainingsinhoud tijdens deze fase wordt gekenmerkt door vier belangrijke hoofdcomponenten. Ten eerste worden de motorische en sportspecifieke vaardigheden uit de vorige fases verder verfijnd. De tactiek krijgt daarbij een belangrijkere plaats in het trainingsgebeuren. Ten tweede moet men bij mannelijke atleten de basis aerobe capaciteit trainen en bij vrouwelijke atleten beginnen met krachttraining. De optimale aerobe trainbaarheid vindt plaats rond de ‘age at Peak Height Volcity’. Het is tijdens deze periode, waarin de atleet een maximale snelle lengtegroei kent, dat aerobe trainingsprikkels prioriteit krijgen. Daarnaast bestaan er volgens de auteurs twee opportuniteitsontwikkelingslijnen voor het trainen van kracht bij vrouwelijke atleten. Een eerste vindt plaats onmiddellijk na de PHV en de tweede start bij de menarche. Voor jongens voltrekt deze zich twaalf à achttien maanden na de PHV, zij hebben dus meer tijd om de periode van versnelde aanpassing aan aerobe trainingsprikkels optimaal te benutten. Ten derde grijpt ook een tweede opportuniteitscorridor plaats voor snelheidstraining op deze leeftijd. Tot slot benadrukken de auteurs het belang van lenigheidstraining omwille van de uitgesproken groei van beenderen, pezen, ligamenten en spieren. Een verhouding van zestig procent training tegenover veertig procent competitie (inclusief de wedstrijd specifieke training) wordt voorgesteld door experts tijdens de ‘training to train’ fase (Bompa 1995; Balyi & Hamilton 2003). Nog meer dan in de vorige fase moet dagelijks in competitieve situaties getraind worden. De auteurs stellen dat de ‘learn to train’ en de ‘training to train’ fasen de meest belangrijke zijn in de ontwikkeling van de atleet. Een speler wordt gemaakt of gekraakt in deze fase (Balyi & Hamilton 2004). Dit onderstreept nogmaals het belang van onze vroegtijdige instroom in de topsportschoolprojecten. Tennisclubs zijn in doorsnee niet in staat een zo volledig uitgebalanceerd programma aan te bieden (niet financieel, niet qua infrastructuur, niet qua trainingspartners …)
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
26
De tekst werd vanaf hier niet verder in volzinnen uitgeschreven. Er werden tevens afkortingen gebruikt om het volume binnen redelijke perken te houden. De lijst met gebruikte afkortingen moet het vlot lezen van het leerplan mogelijk maken. Voor meer informatie wordt verwezen naar de opleidingscursussen van VTV-VTS en naar de biblio- en videotheek van VTV.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) Gebruikte afkortingen • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
A : arm An : armen aw :achterwaarts AH : aandachtshouding B : backhand Bn : benen Bli : backhand lift Bsl : backhand slice BSM : backhand smash BV : backhand volley dr : draaien DR : drop DRV : dropvolley Elbg : elleboog F : forehand FV : forehand volley gr : greep HV : halve volley H : hand Hn : handen K : kist l : links L : lob Lich : lichaam lln : leerlingen MB : medecine bal O : opslag OH O : onderhandse opslag OPK : opkomen Opw : opwaarts oef : oefening Po : pols r : rechts Rgw : rugwaarts RP : ruimteperceptie Rp : romp Schs : schouders SM : smash T : terugslag TP : tijdsperceptie uith : uithouding vw : voorwaarts V : volley Vt : voet VL : volleylob Vtb : voetbal w : weken
27
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) Eerste graad (onder 14 jaar)
LEERINHOUDEN
1. Coördinatie, behendigheid en beenvaardigheid •
Balsporten • Accent op coördinatie, verruimen tactisch doorzicht en ontwikkelen teamgeest ¾ Hockey, rolhockey, basket-, voet-, hand- , volley-, base-en korfbal
•
Looptechniektraining • Technische onderdelen van snel en traag lopen afzonderlijk oefenen en in combinatievormen
•
Specifieke coördinatietraining op het tennisterrein • • • • • • • •
F/DR NR F/Bli/Bsl/FV/BV/SM/L in bijzondere situaties Speciale slagen: HV/DR/DRV/BSM/SM NA BOTS/VL Minitennis met coördinatieve opdrachten Maxitennis met coördinatieve opdrachten Benenspeloefeningen zonder en met bal Anticipatie Combinatievermogen Werpoefeningen ifv opslag en FH/BH
28
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN 2. Techniek algemeen • Perfectioneren en individualiseren van de technieken • Alle slagen en effecten moeten gekend zijn • Technisch mogen er geen echte zwakheden meer aanwezig zijn • Slagen met technische mogelijkheden uitbouwen tot wapens • Evolutie van de techniek en tactiek langs probleemoplossing laten ontplooien • Ifv bouw atleet • Tijdens combinaties ifv tactische mogelijkheden • Versnelling in slagen verhogen • Krachttennis vanop alle plaatsen van het terrein • Gebruik afstootbeen • Perfect snel op bots spelen • Benenspel moet perfect aanwezig zijn
29
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN 3. Techniek hoofdslagen • Aanpassen aan individueel spelpatroon van de technieken F/Bli/FV/BV/SM/L/OPK/O/T/ PAS • F/B/OPK • Snel tennissen met controle verder uitbouwen • FH • Extra opw accent en extra rotatie • Meestal met sprong als gevolg • Sprong niet aanleren • Ter plaatse roteren (geen vw accent) • Achterste Vt komt vw • Achterste Sch komt vw • Verlenging begeleiding • Ook na aw verpl • Contactpunt altijd op top bots • BH • Ook extra opw accent en extra rotatie • Minder dan bij F • Meer bij B2Hn dan bij B1H • B2Hn • Kortere en hogere voorber • Hoger contact • Controle, winners, OPK en DR NR F inslijpen volgens technische en tactische mogelijkheden van de speler • Aanpassing grootte voorbereiding aan situatie • FV/BV/L/SM/OPK/PAS • Combinaties V/SM/PAS en OPK/V/PAS uitbouwen volgens technische en tactische mogelijkheden van de speler • Beëindigen van V volgens technische en tactische mogelijkheden • SM moet zeer goed gecontroleerd zijn • OPK en OPK in 2e tijd optimaal benutten binnen totale opbouw en ifv eigen spelstijl • Hoge en lage V perfectioneren • Uitbouw defensieve en offensieve (topspin) lob
30
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
31
LEERINHOUDEN • O • 1e O • Rotatie in voorbereiding accentueren • Accent op actief bg Bn • Rechte Rg (kwetsuurvriendelijker) • Passief bg Bn • Boogvorming in de Rg • Na contact racket nog versnellen • Noodzakelijk om snelle racket bij slag te hebben • 2e O moet zeer sterk worden op deze leeftijd • Slice perfectioneren • Situaties inslijpen voor de verschillende opslagen • Opbouw situaties volgens O • Plaatsing ifv mogelijkheden tegenstrever uitbouwen • T • Agressieve keuzes ¾ Benenspel • Plaatsing ifv mogelijkheden tegenstrever (Zowel bij opk na O als bij niet opk na O) • Initiatief op 2eO
de leerlingen - topsporters kennen 2 concepten en kunnen die ook toepassen in een wedstrijdsituatie. De 2 concepten gaan over het concept met 1 cirkelspeler en het concept met 2 cirkelspelers; al de spelers moeten weten dat de hoekspelers zorgen voor diepte in het aanvalsspel en de opbouwers zorgen voor de breedte van het spel (maximale ruimte bestrijken); de timing onderling is van groot belang bij de tactische balcirculaties. 4. Techniek bijslagen • Perfect inslijpen van fijne vorm van Bsl/HV/DR/DRV/BSM/ SM na bots/VL aan wedstrijdritme • Open situaties
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN 5. Tactiek enkelspel • Alle tactieken moeten gekend zijn • Agressief verdedigen • Tegen tegenstrever die O + OPK speelt • ... • Beslissing in alle situaties volgens technische mogelijkheden en speelstijl • Mogelijkheden leren benutten • Offensief spel uitbouwen • Tempo verhogen • Korte ballen aanvallen • Korte ballen volgen naar net + net afdekken • O-OPK uitwerken • OPK in 2e tijd uitwerken • Variatie verhogen • Terrein optimaal benutten • Optimaliseren plaatsing • Hoeken leren trekken • Korte cross • Optimaal gebruik van openen/sluiten • Balsnelheid variëren • Hoogte boven net leren variëren • Spin variëren • Spin ifv tactiek • Winners minder spin • 1e contact met verbergen van intenties • Perfectioneren en individualiseren van tactiek • Start uitbouwen individueel spelpatroon • Agressief all court game • Agressieve aanvaller • Agressieve baseliner • Verschillende stijlen leren • Enkele basissituaties van elke speelstijl vastleggen • Speler kan zelf bepalen welke speelstijl voorkeur krijgt • Wapens uitbouwen
32
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN • Leren beslissen welke tactiek best gebruikt wordt ifv tactiek tegenstrever • Analyse tegenstrevers uitbouwen • Aanpassingsvermogen aan verschillende speelstijlen • Opbouw antwoord op verschillende soorten spelers • Hoe bepaalde stijlen aanvallen en verdedigen • Enkele basissystemen vastleggen • Agressieve houding in de meeste situaties • O-T... • Aanpassingsvermogen aan weers- en terreinomstandigheden • Op verschillende soorten terreinen spelen • Opbouw strategisch plan uitbouwen • Oefenvormen • Drills ifv creativiteit speler • Opbouw balwisseling vanuit O-T • O en T kunnen op deze leeftijd dodelijk zijn • Matchtraining • Analyse wedstrijden adhv videobeelden leren maken
6.Tactiek dubbelspel • • • • •
Alle tactieken verder perfectioneren Situatie 1 speler voor en 1 speler achter Situatie 2 spelers aan net tegen 2 spelers op basislijn Optreden in blok perfectioneren Hoog % 1e O in • Met topspin • Juist gebruik van kruisen en door het midden • Variatie verhogen • T slagen/plaatsen • V diep/afmaken • Uitbouw communicatiesysteem
33
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN
7. Conditietraining • Opwarming en Rekking •
Op basis van individuele schema's
• Snelle faktoren • Algemeen • Idem onder 12 • Specifiek tijdens tennistraining • 50 sprints in 5 reeksen • Idem onder 12 • (Snel)kracht • Idem onder 12 • Uithouding • 2x/j uithoudingsperiode van 6-8w • Alleen bij zeer zwakke uithouding een langere periode plannen • 4 w extensieve uithouding • Na 4w overstappen op tennis-spec uith (K, mach, interv) • Andere periodes: bosloop, benenspeloefeningen en bijzondere opdrachten tijdens balsporten • Tijdens competitie 1x/w extensieve uithouding voor onderhoud
34
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN 8.Mentale training • Speler moet continu geëngageerdheid tonen • Onafhankelijkheid en verantwoordelijkheid • Speler 100% verantwoordelijk stellen voor eigen daden • Leiderschap van zijn opleiding geven • Mentale attitudes moeten in training dezelfde zijn als in competitie • Positieve "self-talk" en positieve aanwezigheid op terrein • Concrete doelstellingen leren bepalen • Individuele en groepsdoelen • Werken met deze doelen (zie vroeger in dit leerplan) • Interne beloning verder ontwikkelen • Uitvoeren van verbale opdrachten • Al dan niet gekoppeld aan demonstraties • Arousal voor de verschillende mentale sferen (voor, tijdens en na training en wedstrijd) leren ervaren, onder controle te krijgen en terug op te roepen (psychologische mechanisme leren) • Ideale geprikkeldheid leren erkennen en creëren • Videobeelden van persoonlijke topprestaties • Weerstand tegen stress • Toepassing relaxatietechnieken tijdens wedstrijden • Rituelen optimaliseren • Positief denken • Continu toepassen relaxatietechnieken • Emotioneel stabiel reageren • Dagelijks problemen leren oplossen in training • Leren delen met allerlei externe factoren • Rationeel reageren • Eigen analyse gebruiken als eerste stap bij problemen • Opmerkzaamheid (= 1x gezegd, niet meer vergeten) • Vechtersgeest • Zelfs bij achterstand en in moeilijke trainingsopdrachten • Wedstrijdvoorbereiding uit eigen initiatief • Wedstrijdplezier moet aanwezig zijn • Competitiegeest • Niveau willen meten in hoog gekwoteerde tornooien • Hoge kwaliteit van het oefenen uit eigen initiatief zonder begeleiding moet aanwezig zijn
35
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) LEERINHOUDEN
9. Af te werken competitieprogramma’s • • • •
Gewestelijke en nationale jeugd- en seniorenkampioenschappen Selectietornooie Nationale tornooien volwassenen Internationale jeugdtornooien -14j (zeer belangrijke indicator voor toekomst)
TENNIS EUROPE RANKING 10. Allerlei • Voorbereiding op het circuit • Internationale tornooien voor jongens en meisjes onder 14j • Goede voedings- en slaapgewoontes automatiseren
36
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
37
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN TIMING De uitgebreide leerstof dient uiteraard aangebracht te worden langs een didactisch verantwoorde weg met het accent op het gebruik maken van een aangename en leerrijke leermethode. Deze tekst heeft niet tot doel de didactische en methodologische benadering van sportlessen uit te schrijven. Het belang van de pedagogische, didactische en methodologische aanpak is zo groot dat hiervoor een afzonderlijke cursus werd uitgeschreven die gebruikt wordt in de opleidingssessies. We verwijzen dan ook graag naar deze cursus (die normaal in het bezit is van alle gediplomeerde trainers en leraren) en naar de informatie die in dit leerplan is verspreid en naar de leerplannen lichamelijke opvoeding. Aangezien het technisch en tactisch leerproces zeer belangrijk is, gaan we hier toch even dieper op in. Technische trainingen moeten altijd in verband met de tactiek aangebracht worden. Een slag mag nooit geoefend worden zonder een tactisch verantwoord richtingsdoel. De individuele techniek is een belangrijk onderdeel van de tactiek. Bij de oudere jongeren moeten de technieken in tactische situaties getraind worden zonder het drillen van de technieken te verwaarlozen. Het continu implementeren van mentale training mag uiteraard nooit uit het oog verloren worden. De kwaliteit van de opleiding vereist immers volgende parameters: -
het limiteren van het aantal spelers per trainer(4 à 6 maximum en geregelde individuele één op één trainingssituaties ca. 35% van de trainingstijd);
-
duidelijke controle op de kwaliteit van de gerekruteerde spelers;
-
een goede verhouding van het aantal jaarlijkse competitiewedstrijden met de nodige trainings- en opbouwweken;
-
geregelde auto-evaluatie van de trainingen;
-
stiptheid in de opvolging van de spelers;
-
duidelijke individualisering van de trainingen van de spelers;
-
sterkere verantwoordelijkheidszin van de spelers ten aanzien van hun taken en levenshygiëne.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
38
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN1 De leerling moet beschikken over: -
voldoende tennisrackets (2 tot 5 om de ganse week door zonder besnaringsproblemen te kunnen doortrainen), waardoor hij geen enkele training met materiaalproblemen zal moeten kampen;
-
de juiste sportschoenen. De sportschoen moet aangepast zijn aan de ondergrond
-
waarop gesport wordt en aan de sportactiviteit die wordt beoefend. Ze moeten van goede kwaliteit zijn, zodat de kans op kwetsuren minimaal is. (indoor tennisschoenen/ outdoor tennis schoenen/ looppantoffels);
-
de juiste sportkledij. De wedstrijdkledij moet beantwoorden aan de internationale regelgeving en de dagelijks sportkledij moet in dienst staan van gezond sporten.
De federatie en de school zorgen voor al het nodige materiaal en de infrastructuur die noodzakelijk zijn om de realisatie van dit leerplan optimaal te kunnen verwezenlijken. Middelen Personeel: ter beschikking stellen van een voltijds kader van verantwoordelijke trainers De trainers die op het VTV-centrum werken met de geselecteerde kinderen moeten: van zeer hoog niveau zijn (Trainer A VTS, Pedagogisch diploma, Hoog tennisniveau ...) het leerplan nauwkeurig volgen. De trainers moeten hun jaarplan opstellen i.f.v. de ontwikkeling van de atleet, de belangrijkste nationale en internationale tornooien en de richtlijnen in dit leerplan. De trainers moeten hun trainingen zo uitbouwen dat de jongeren inzicht verwerven over de onderwerpen om achteraf de onderwerpen zelfstandig (onder wakend oog van de trainer) te verwerken en ze op het juiste moment in de wedstrijden te gebruiken. Het spreekt voor zich dat de eindtermen van het secundair onderwijs en de mentale eigenschappen van het leerplan tennis, welke zeer gelijklopend zijn, de rode draad vormen in elk leerproces. Infrastructuur: tennishal (indoor), outdoorbanen, conditiehal, looppiste, fitnesszaal, verzorgingskamer, vergaderzaal, video-installatie, ontspanningsruimte. “ VTV - Opleidingscentrum Roger TOURLAMAIN “, N.V. Tenniscentrum VTV, Fort VI, Edegemsesteenweg 100, 2610 WilrijkTel. 03/828.98.87 - fax 03/825.04.36 –
[email protected]
1
Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: -
Codex ARAB AREI Vlarem.
Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t.: -
de uitrusting en inrichting van de lokalen; de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel.
Zij schrijven voor dat: -
duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden;
-
de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
39
Schoolstructuur: convenant met een onderwijsinstelling die de nodige opties aanbiedt, zoals ASO, TSO ... Kwantiteit: 15 tot 30 u trainingsarbeid en geregelde deelname aan nationale en internationale competities; 12 maanden op 12 training en begeleiding (ook in de vakantiemaanden), waarbij we toch een harmonisch evenwicht trachten te behouden tussen sport, studies, vrije tijd en recuperatietijd. Kwaliteit: de trainingen moeten nuttig, tijdsbesparend en eisend zijn opdat de verworven grondslagen standvastig en goed geautomatiseerd zijn voor een toekomstig optimaal gebruik.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
40
EVALUATIE Om te kunnen evalueren, moeten de doelstellingen uiteraard eerst concreet omschreven worden en aanvaard zijn door de selectiecommissie. De federatie en haar trainers zijn dan verplicht om bij de aanvang van het schooljaar deze criteria te bespreken met de leerling en kenbaar te maken. Samen met de leerling zal dus eerst een ‘sterkte – zwakte’ balans opgemaakt worden en trainingsprioriteiten worden vastgelegd. De trainer moet vanuit dit document zijn strategie bepalen om tot de ideale doelen op jaarbasis te komen. Stemmen de doelen van de leerling en de trainer overeen, dan is er uiteraard geen probleem. Indien trainer en leerling een verschillende kijk hebben op de noden van de speler, is het aan de trainer om, aan de hand van wedstrijdanalyses en/of videobeelden, de speler tot een beter zelfbeeld te brengen. Naast deze jaarlijkse doelstellingen moeten er uiteraard ook individuele en korte termijn doelen bepaald worden. Deze doelen moeten haalbaar zijn en zullen zeer belangrijk zijn om de motivatie in elke training optimaal hoog te houden en om tijdens de tussentijdse evaluaties (alle 5 –6 weken) de leerling in staat te stellen zijn vorderingen in te schatten (procesevaluatie). De tussentijdse- en lange termijn doelen staan onder supervisie van de hoofdtrainer en de technisch directeur. Tijdens de eindevaluatie (productevaluatie) op het einde van het schooljaar komt het er dus op aan na te trekken in hoeverre de leerling - topsporter zijn doelen heeft bereikt en het recht krijgt zijn herselectie af te dwingen. Het spreekt voor zich dat de tussentijdse evaluatie en het continu werken met doelen noodzakelijk is om maximale leervorderingen te verkrijgen. Op het niveau van topsport en zeker niet voor een sport zoals tennis, waar heel wat factoren een invloed zullen hebben op de resultaten, is het niet mogelijk en zeker niet nuttig om per doelstelling een minimumnorm te bepalen per leeftijdscategorie. Op het niveau van de topsportscholen moet men steeds uitgaan van de analyse van heel wat wedstrijden. De tekorten die tijdens wedstrijden steeds terugkeren moeten dan grondig ontleed worden op technisch, tactisch, conditioneel en mentaal vlak. Uit deze analyse moet dan per nieuw lesdoel een periodisering opgemaakt worden met daaraan telkens een te behalen doel gekoppeld. Dit doel dient door de trainer i.f.v. de individuele noden van de speler bepaald te worden. Voor de resultaten conditionele factoren dienen de testresultaten van de labotesten en de conditionele testen als basis om de individuele doelstellingen te bepalen. Volgende tests bevatten allen een zekere relevantie naar tennis toe: -
lichaamslengte;
-
lichaamsgewicht;
-
leger;
-
20m met elektronisch oog;
-
stertest op HC;
-
uitstaptest (controleren op uitvoering split-step);
-
jump and reach;
-
knocker-bal;
-
MB 2 kg werpen met FH;
-
buikspieren: MB werpen uit std (inworp Vtb) (sit up moeilijk controleerbaar en in korte toestand);
-
grip strength;
-
sit and reach;
-
schouderstoktest;
-
stick reaction;
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) -
plate tapping.
Doelen van de verschillende testen: -
snelheid- en beweeglijkheidtests: 20m sprint, stertest, sneltikken 1 hand, stickreactiontest en uitstaptest;
-
krachttests: jump & reach, medecinebal-worp, inworptest, grijpkrachttest en knockerbalworp;
-
lenigheid: sit & reach en schouderstoktest;
-
uithouding: Legertest.
41
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
42
BIBLIOGRAFIE 1
BOEKEN
BASSTIAENS, K., Conditionele leerlijn voor de trainingsbegeleiding van de Vlaamse toptennis jeugd, KULeuven, 2005. BLOO – VTS, Opleidingscursussen Tennis voor Trainer A en Trainer B. BOMPA, TO, , Periodization: The theory and methodology of training, vierde editie, Champaign: Human Kinetics, 1999. BOLSSENS, L., Elementaire trainingsleer, PVLO 2002, ISBN 90 70870 49 5. BOURQUIN, O., Coordination, in Reid M; Quinn A; Crespo M (eds), Strength and conditioning for tennis, Roehampton: International Tennis Federation, 71-78, 2003. BRADEN, V., Tennis, 2000. CHU, D., Jumping into plyometrics, 2nd edition, Champaign: Human Kinetics, 176 p., 1998. COMMETTI, G., Etudes des effets de différentes séquences de travail de type « intermittent » 2003. COMMETTI, G., Specifieke krachttraining met kwaliteitscontrole. DE JONG, F., Sportschoenen als blessurepreventie, ISBN 90 06764420. DEUTSCHER TENNIS BUND, tennis lehrplan: band 1 & 2, BLV Verslagsgesellschaft. EDWARDS, S., Trainen met een hartslagmeter, Almere, support, 1995. GREGOIRE, L., Functionele anatomie van de mens, Spruyt, Van Mantegem en De Boes bijv., Leiden, 1996. GROPPEL, JL. en ROETERT, PE, Applied physiology of tennis, sports Medecine 14(4): 260-268. 1992. GROPPEL, JL., Tennis for Advanced Players, Human Kinetics Books, 1984. GROSSER, M., KRAFT, H., SCHONBORN, R., Speed training for tennis: Improve your performance around the court, Aachen: Meyer & Meyer Sport, 2000, 136 p. GROSSER, M., SCHONBORN, R., Competitive tennis for young players, Aachen: Meyer & Meyer Sport, 2002, 141 p. HELSEN, W., BOUTMANS, J., Bewegingsleer: Interactie – bewegingsvormen, Leuven: Acco Leuven, 1997,12-30 p. HESPEL, P., Fysiologie en biochemie van de inspanning, Leuven: KULeuven, 2001,155 p. KENDRICK, R., injury prevention and motor control, in Reid M; Quinn A; Crespo M (eds), Strength and conditioning for tennis, Roehampton: International Tennis Federation, 2003, 175-186p. SIEGFRIED, Het menselijk lichaam voor dummies, Addison Wesley, ISBN 90 43008095. USTA, Winning Patterns. VRIJENS, J., BOURGOIS, J., LENOIR, M., Basis voor Verantwoord Trainen, 5e en volledig herwerkte uitgave, Monografie voor LO nr. 42, Sint-Amandsberg/Gent, Publicatiefonds voor Lichamelijke Opvoeding, 2001 LOEHR, J., The new Toughness Training for Sports, Plume/Penguin. MALINA, RM., BOUCHARD, C., Growth, maturation, and physical activity, Champaign: Human Kinetics Books, 3-10. 1991. MALINA, RM., BOUCHARD, C., BAR-OR, O., Growth, maturation, and physical activity, tweede editie, Champaign: Human Kinetics, 2004, 493-506p. OLBRECHT, J., , The science of winning: Planning, periodizing and optimising swim training, Luton: Swimshop, 2000, 15-58p. PERLSTEIN, S., Winning doubles, The Lyons Press, 1995.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
43
PLUIM, B. en SAFRAN, M., From breakpoint to advantage: A practical guide to optimal tennis health and performance, Vista: Racquet Tech Publishing, 2004, 373 p. SIFF MC; VERKHOSHANSKY YV, supertraining: Strength training for sporting excellence, derde editie, Johannesburg: University of Witwatersrand, 1998, 485 p. SCHONBORN, R., Tennis Techniktraining, Meyer & Meyer Verlag, 1998. SCHONBORN, R., Advanced Techniques for Competitive Tennis, Meyer & Meyer Verlag.
2
VAKTIJDSCHRIFTEN, BROCHURES, INTERNE NOTA' S
ANDERSON, GS., TWEST, P., , Trainability of children: Use research on growth patterns and neural, muscular, skeletal and hormonal development as guides for tailoring kids’ exercise programm design, s.l.: Twist conditioning, 2005. BALYI, I. en HAMILTON, A., Long-term athlete development, trainability and pysical preparation of tennis players, in Reid M; Quinn A; Crespo M (eds), Strenth and conditioning for tennis, Roehampton; International Tennis Federation, 2003, 49-57p. BALYI, I. en HAMMILTON, A., Building pathways in Iresh sport: Towards a plan for the sporting health and well-being of the nation, 2004, 44p. BASS, S., The prepubertal years: a unique opportune stage of growth when the skeleton is most responsive to exercise?, sports Medicine 30(2), 2000, 73-78p. BASTIAENS, K., Strength training: A applied biomechanical approach, (Tennis Europe; 2004 European coaches symposium; Malta: s.l.; 30 oktober – 4 november 2004), 2004. BLIMKIE, CJR., Resistance training during pre- and early puberty: Efficacy, trainability, mechanisms, and persistence, Canadian journal of sport science 17(4): 264-279, 1992. BLIMKIE, CJR., Strenght training in youth: From research to practice,(KUL; Symposium jeugd en fitheid; Leuven: Gebouw De Nayer; 17 september 1994). DAHL, H., en WARAUG, O., Les effets de l’entraînement sur le système nerveux, in Thiebauld M; Sprumont P (eds), L’enfant et le sport: Introduction à un traité de medicine du sport chez l’enfant, Parijs: De Boeck & Larcier, 1998, 69-76p. FERRAUTI, A., Metabolic demands in tennis, Medecine and Science in tennis 7(2): 9-11. 2002. MAGNUS, L., Is uithoudingstraining voor prepubertaire kinderen zinvol?, Body Talk (Brussel) 165: 1-4 1997. MALINA, R., Growth and maturation of young Athletes: Is training for sport a factor?, in Chan K-M; Micheli LJ (eds), sports and children, 1998, 133-161p. ROMBOUTS, J., Traumatologie du sport, in thiebauld M; Sprumont P (eds), L’enfant et le sport: Introduction à un traité de medicine du sport chez l’enfant, Parijs: De Boeck & Larcier, 1998, 327-342p. SKORODUMOVA, A., Endurance for tennis, in International Tennis Federation (ed), Coaching and sport science review: the official coaching and sport science publication of the International Tennis Federation 13(35), 6-7, 2005.
3
BEELDMATERIAAL – VIDEO – CD-ROMS
Body Talk stretching gids, Kalmthout, Uitgeverij Biblo. EHBO video's van het Rode Kruis. Instructiefilm Rugscholing, De Witte, Erembodegem, 1994. Looptraining voor Spelsporters; H. Dost – looptrainer van FC Twente. Rug- en nekklachten klein krijgen met Ingrid Berghmans, Backfun basic 1, PVLO 2002. La Technique du Benjamin, Féderation Française de Tennis. Coup droit, Féderation Française de Tennis. Le renforcement du haut du corps, Féderation Française de Tennis.
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week)
44
Le retour du service, Féderation Française de Tennis. Service, Féderation Française de Tennis. Revers, Féderation Française de Tennis. Le double, Féderation Française de Tennis. Tennis Biomechanics, USTA. Complete Conditioning for Tennis, USTA. Winning patterns of play, USTA.
4
CD-ROMS
Bodyworks, Multimediagids van het menselijk lichaam, Nederlandstalige versie, TLC Domus. De Mens in 3D, Encyclopedie over het menselijk lichaam, cd-rom verkooppunten. Het lichaam van de mens, Nova Zembla,Stichting Edupro (NL), tel. 0180-461065, (Interactieve encyclopedie over het functioneren van het lichaam). Medische encyclopedie, Philips Interactive Media Benelux BV 1996 cat.nr.8145063. Voedingsplanner, voedingsmiddelentabel, NUBEL, Brussel, 1999. COMMETTI, G., Methodes modernes de musculation, Tome 1 et 2 (DVD) 1988 Univ. Dijon.
5
NUTTIGE ADRESSEN – INTERNET SITES
ATP tour = organisatie van het mannen profcircuit www.ATPtour.com Bond voor Lichamelijke Opvoeding, Waterkluiskaai 16, 9040 Gent/Sint-Amandsberg http://www.bijv.lo.be BLOSO, Koloniënstraat 31, 1000 Brussel http://www.bloso.be Educatieve site met leerlijn tennis in situaties en drills (Van Aken, Martens, Maes) www.digitaltenniscoach.com The European tennis association www.tenniseurope.org The international tennisfederation www.ITFtennis.com Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Administratie Gezondheidszorg, Markiesstraat 1, 1000 Brussel Rode Kruis - Vlaanderen, Dienst Gezondheidspromotie, Vleurgatsesteenweg 98, 1050 Brussel http://www.redcross.be SVS (Stichting Vlaamse Schoolsport), Steenweg op Jette, 1080 Brussel http://www.schoolsport.be Educatieve site met veel videomateriaal van toppers www.Tennis one.com VLOR (Vlaamse Onderwijsraad), Leuvense Plein, 4, 1000 Brussel Federatie van de Voedingsindustrie, Kortenberglaan 172, 1000 Brussel http://www.fevia.be
A-stroom – 1e graad – Basisvorming + keuzegedeelte/basisoptie Topsport AV Lichamelijke opvoeding (1e en 2e jaar: 2/2 lestijden/week) AV Sport (topsport tennis) (1e en 2e jaar: 4/6 lestijden/week) Vlaamse Diabetes Vereniging, Ottergemsesteenweg 456, 9000 Gent http://www.diabetes-vdv.be Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie, G.Schildknechtstraat 9, 1020 Brussel http://www.vig.be Vlaamse Tennisvereniging VZW www.VTV.be WTA tour = organisatie van het vrouwen profcircuit www.WTAtour.com
45