oo
X
Enkel of dubbel
k
A
korte klinker één medeklinker
X
m
dubbele medeklinker
R
1.
Los de rebussen op!
b=m s
+
A
nen
+
nen o=i
m
2. Welk speelgoed hebben Sofie en Bart? Schrijf de juiste naam bij de tekening.
X
3. Schrijf de woorden op de juiste plaats. Kies uit: klimmen, frisse, rillen, rommel, willen, takken
f ee
n
Jonathan en Hannelore zijn bij de scouts en Ze hebben wat enkele
thuis ook een kamp maken.
gevonden en maken met een mooie hut. Ze
op de ladder om het hele bos goed te kunnen zien. Af en toe er een
ze wanneer wind waait.
10
THBAS3W-inner.indd 10
01-08-2007 08:41:03
Niet één goede buur maar twee goede Niet één vriend maar veel Niet één pen maar een doos vol Niet één boom maar een bos vol
4. Vul de juiste woorden in het rooster in. Welk woord lees je in de gekleurde vakjes? 1
1
Ze varen op de rivieren
2
Je kan een huis kopen of
3
Speelkaarten met een rode figuur.
3
Tip: het zijn niet de harten
4
2
4
Zij leven in het water
5
5
Hij heeft een
6
6
Een boom
7
Dit eet het paard van Sinterklaas.
8
Tip: Het woord begint met een R
9
achter de deur 7
8
Vóór het eten
9
Niet binnen maar
10
we onze handen.
10
lees je ? vanWelkbovenwoord naar beneden?
Met mijn hoofd slaap ik op een
5. Maak jij meervouden? Verbind met het juiste stukje! kip bus
vis klok
schop
klas
sen trap
pop blok
ken pen
Noteer je moeilijke woorden achteraan.
13
THBAS3W-inner.indd 13
01-08-2007 08:42:47
4. Vul in: 1
De bus is snel, de
bus.
2
De weg is vlak, de
weg.
3
De soldaat is dapper, de
4
De band is lek, de
band.
5
De ezel is dom, de
ezel.
6
De snelweg is druk, de
7
Het nieuws was kort, het
8
De renner is snel, de
renner.
9
De schroef is los, de
schroef.
10
Het park is net, het
park.
soldaat.
snelweg. nieuws.
5. Schrijf de vetgedrukte woorden in de juiste kolom. Feest Vandaag is Hannelore jarig. Al haar vriendjes komen naar het toffe feest om te hollen en te dansen en te spelen. Hannelore is 7 jaar geworden. Overal hangen ballonnen. De papa van Hannelore is bakker en hij bakt wel honderd wafels voor de kinderen. Om drie uur stoppen ze met spelen en rennen ze naar binnen om te smullen van de lekkere wafels. Nadien krijgen ze allen een mooie puzzel. Daarna vertrekken ze naar huis.
de e van bellen
de u van mussen
de a van ballen
de o van mollen
Noteer je moeilijke woorden achteraan.
19
THBAS3W-inner.indd 19
01-08-2007 08:46:16
2. Maak er meer van. een beer
In de Zoo van Antwerpen zitten veel
een plas
De jongens springen in de
een stal
De paarden van boer Jos staan in de
een vlek
Bert maakt
een vlag
De
een blik
Hoeveel
een rem
Mijn fiets heeft twee
. . . op zijn hemd.
hangen vrolijk te wapperen. staan er in de voorraadkast? .
3. Beeldkruiswoordraadsel. R R
R
R
R
R R
R
R R
R R
Noteer je moeilijke woorden achteraan.
27
THBAS3W-inner.indd 27
01-08-2007 08:51:02
oo
Weetwoorden: op -eren, -elen en -enen
k
A
X
1.
Rangschik de woorden in de juiste kolom. tekenen – wisselen – rekenen – goochelen – kinderen – kantelen – bibberen – aardappelen – gisteren – oefenen – smokkelen – volkeren – toveren
X
-eren
-elen
-enen
m
2. Met welk stukje uit de rechterkolom kan je telkens een nieuw woord maken? Omkring het juiste antwoord!
s
eren
A
kind
blad
m X
eren
enen
wond
enen
elen
elen
eren
eren
enen
aardapp
enen
elen
elen
3. Vul het juiste woord in. De beginletter is al gegeven. Schrijf nadien het woord nog eens helemaal.
meubelen – gisteren – wandelen – zilveren – veroveren – schommelen – oefenen – babbelen – bliksemen – bibberen – regenen – trappelen – schilderen Jonathan en Hannelore w
f ee
n
hevig te r
( (
Ze b
) in het bos. Plots begint het ) en te b
(
(
) van de kou en t
). (
)
van ongeduld om naar huis te kunnen. De boswachter brengt hen naar huis. Thuis mogen ze mama helpen met het s m Ze b
(
(
) die ze g (
) van de (
) had gekocht.
) honderduit over hun avontuur.
42
THBAS3W-inner.indd 42
01-08-2007 08:59:56
oo k
A
X
Weetwoorden: verkleinwoorden
1.
Schrijf elk woord opnieuw… maar het verkleindwoord. hond
X
m s
A
hondje
klas
balk
bak
neus
bus
reus
ijs
boek
paard
dief
hoed
boef
zak
doek
plek
kaas
mand
jas
lied
voet
doos
hok
koek
buik
brief
klasje
2. Verkleinwoorden op -je, -tje of -pje. Schrijf de woorden in de juiste kolom. m
boompje – raampje – duimpje – seintje – huisje – kraampje – dochtertje – rijmpje – deurtje – beertje – boontje – bosje – haakje – haasje – roosje – muurtje – kalfje
op -je
op -tje
op -pje
X
f ee
n
Noteer je moeilijke woorden achteraan.
48
THBAS3W-inner.indd 48
01-08-2007 09:03:25
