Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
1 Kijkkaarten bij spelpresentaties Om kinderen meer te betrekken bij het optreden van hun groepsgenoten, zijn kijkkaarten erg geschikt. Verdeel de kaarten onder de kinderen, individueel, per duo of per drietal. Laat ieder kind, twee- of drietal een opdracht voor haar rekening nemen. Zoek steeds welke kijkkaarten en vragen er speciaal van toepassing zijn en hanteer die. Iedereen kijkt naar het geheel, maar weet op welke vraag zij na afloop een antwoord moet kunnen geven. Natuurlijk maak je een selectie van de vragen waarop ze per spel antwoorden. Het is geen probleem als enkele subgroepjes dezelfde kaart krijgen, ieder kijkt vanuit eigen inzicht en voorkeur. Ze kunnen elkaar aanvullen. Streef ernaar om ieder een keer aan de beurt te laten komen als er vijf of zes subgroepjes presenteren. Print vooraf het totaal voor jezelf, zodat je een overzicht hebt en tijdens het spel enkele vragen kunt aankruisen die voor dat spel relevant zijn. Het bespreken van een spel is een gesprek en geen debat. Het gaat niet om goed of fout, maar om meer en minder gezien hebben, of anders gekeken hebben. Deze kijkopdrachten zijn alleen bedoeld voor lessen die dienen om het spel te verbeteren. Kijkopdrachten over de inhoud van het spel moet je zelf samenstellen. Kijkkaarten voor beginners E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Wie Wat deed de speler om de rol overtuigend te spelen?
Wie Welke stilspelmomenten van een rol kregen waardoor betekenis?
E.6 Kijkkaart Wie Waren er momenten dat je niet meer de rol zag handelen, maar de speler zelf?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Wat Wat is er gespeeld en waardoor werd dit duidelijk?
Wat Waardoor ontdekte je wat belangrijk was in de scène?
1
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Waar is er gespeeld? Waaraan kon je zien waar de spelers waren?
Waar is er gespeeld? Vergeten spelers soms waar ze zijn in het spel?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Hoe is er gespeeld? Waardoor is het begin niet interessant?
Hoe is er gespeeld? Wanneer kun je beter beginnen met deze scène?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Hoe is er gespeeld? Waardoor is het einde te laat?
Hoe is er gespeeld? Wanneer kun je deze scène beter laten eindigen?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Hoe is er gespeeld? Waardoor boeiden bepaalde momenten wel of niet?
Hoe is er gespeeld? Wat is het hoogtepunt in deze scène?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Hoe is er gespeeld? Benoem de middelen die in het spel gebruikt zijn.
Hoe is er gespeeld? Benoem waardoor de middelen toepasselijk gebruikt zijn.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Tips voor de spelers Welke houdingen kan een rol nog meer aannemen?
Tips voor de spelers Welke acties kan een rol nog meer ondernemen?
2
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Tips voor de spelers Hoe kunnen ze de ruimte beter gebruiken?
Tips voor de spelers Hoe kunnen ze de voorwerpen beter gebruiken?
E.6 Kijkkaart Tips voor de spelers Hoe kunnen ze het spel spannender maken?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Vragen aan de spelers Hoe kwamen jullie aan de ideeën (de verbeelding)?
Vragen aan de spelers Hoe groeiden de ideeën uit tot dit spel?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Vragen aan de spelers Welke problemen kwamen jullie tegen bij het spelen van het spel?
Vragen aan de spelers Wat heb je nodig om meer in het spel te geloven?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Waaraan zie je dat de spelers … … zich het spel kunnen voorstellen?
Waaraan zie je dat de spelers … … in een spelwerkelijkheid handelen?
E.6 Kijkkaart Waaraan zie je dat de spelers … … echt een rol spelen?
3
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … je ziet dat spelers meer praten dan spelen.
Benoem spelmomenten waarin … … je hoort dat spelers hun stem laten passen bij de rol.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … je emoties in de stem van de speler hoort die passen bij de rol.
Benoem spelmomenten waarin … … spelers goed samenspeelden. Geef aan waaraan je dat ziet.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … er samenspel is zonder woorden en hoe dit vorm krijgt.
Benoem spelmomenten waarin … … sterk zijn. Leg uit waarom.
Kijkkaarten voor gevorderden E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
De spelers samen Wat valt er te zeggen over het samenspel?
De spelers samen Wanneer werd er goed samengespeeld?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
De spelers samen Kwamen alle spelers goed tot hun recht?
De spelers samen Hoe is er geprobeerd de stille spelers naar voren te halen?
4
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
De spelers samen Waren er spelers die de rest ‘buitenspel’ zetten?
De spelers samen Hoe kwam het dat sommige spelers anderen ‘buitenspel’ zetten?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
De spelers samen Wie speelden veel samen?
De spelers samen Tussen wie was er geen contact?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
De spelers samen Tussen wie zou er meer contact kunnen zijn?
De spelers samen Was er ook samenspel zonder worden?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Iedere speler apart Wie kan er wat zeggen over iedere rol?
Iedere speler apart De persoon: waaraan is te zien dat deze persoon jong, oud, chic, volks, geleerd, eenvoudig, verlegen, verwaand, enzovoort, is? Denk aan bewegingen, houdingen, handelingen.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Iedere speler apart De spelkracht: welk moment was het sterkst van deze rol?
Iedere speler apart Hoe speelde zij haar rol als anderen de aandacht hadden?
E.6 Kijkkaart Iedere speler apart Welke adviezen wil je haar geven als ze dadelijk het spel mag herhalen?
5
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Verhaalopbouw Wat valt er te zeggen over de opbouw van het verhaal?
Verhaalopbouw Kan het verhaal ook in het echt zo verlopen?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Verhaalopbouw Zitten er onlogische stukjes in het verhaal die storen?
Verhaalopbouw Heeft het verhaal een duidelijk begin?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Verhaalopbouw Heeft het verhaal een duidelijk einde?
Verhaalopbouw Gaat het verhaal meteen van start of komt het traag op gang?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Verhaalopbouw Komt het einde op het goede moment of had het eerder afgelopen kunnen zijn?
Verhaalopbouw Kent het spel saaie momenten of blijft de spanning voelbaar?
E.6 Kijkkaart Verhaalopbouw Welke stukjes zou je eruit laten en waarom?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Decor en materialen Wat valt er te zeggen over het decor en de attributen?
Decor en materialen Worden alle mogelijkheden van het decor gebruikt? Is het decor overbodig?
6
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Decor en materialen Worden de attributen echt gebruikt? Zijn ze overbodig?
Decor en materialen Versterken de kleren de rol? Of zijn de kostuums overbodig?
E.6 Kijkkaart Decor en materialen Als er geen kostuums zijn: hoe had het kind dat deze rol speelt zich kunnen verkleden?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Speltechniek Wat valt er te zeggen over het technisch spelen?
Speltechniek Zijn de spelers goed zichtbaar en verstaanbaar?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Speltechniek Het spel: staan de kinderen vaak stil als ze praten? Of spelen de kinderen tijdens het gesprek door in handelingen en bewegingen?
Speltechniek De situatie: is het duidelijk waar het spel zich afspeelt? Waaraan zie je dat?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Speltechniek De spanningsopbouw: groeit de spanning gedurende het spel?
Speltechniek Hoe wordt bereikt dat de spanning groeit gedurende het spel?
E.6 Kijkkaart Speltechniek Hoe kan de spanning beter opgevoerd worden?
7
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
Kijkkaarten voor experts E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Waaraan zag je dat de spelers … … zich het spel konden voorstellen?
Waaraan zag je dat de spelers … … zich het spel konden voorstellen?
E.6 Kijkkaart Waaraan zag je dat de spelers … … echt een rol spelen?
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … je ziet dat spelers meer praten dan spelen.
Benoem spelmomenten waarin … … je hoort dat spelers hun stem laten passen bij de rol.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … je emoties in de stem van de speler hoort die passen bij de rol.
Benoem spelmomenten waarin … … je ziet dat spelers meer praten dan spelen.
E.6 Kijkkaart
E.6 Kijkkaart
Benoem spelmomenten waarin … … je hoort dat spelers hun stem laten passen bij de rol.
Benoem spelmomenten waarin … … spelers goed samenspeelden, en geef aan waaraan je dat zag.
E.6 Kijkkaart Benoem spelmomenten waarin … … er samenspel is zonder woorden en hoe dit vorm krijgt.
8
Spelen vanuit verbeelding
E.6 Materiaal bij kijkopdrachten voor spelpresentaties
E.6 Kijkkaart Benoem spelmomenten die … … sterk zijn en leg uit waarom.
9
