Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
15 juli 2008
2070825310
VD. 2008/1589
26 augustus 2008
doorkiesnummer
bijlagen
onderwerp
datum
Kamervragen over de risico's van een uitbraak van runder-TBC in Nederland
Geachte Voorzitter, In antwoord op vragen van het lid Thieme (PvdD), gesteld op 15 juli jl., over de risico’s van een uitbraak van rundertuberculose (runder-TBC) in Nederland, bericht ik u, mede namens de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het volgende: 1 Kent u het bericht runder-TBC bij kalveren in Nederland? Ja.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Directie Voedselkwaliteit en Diergezondheid Cluster Dier Bezuidenhoutseweg 73 Postadres: Postbus 20401 2500 EK 's-Gravenhage Telefoon: 070 - 3786868 Fax: 070-3786141 Fax: 070 - 3786100
2 en 3 Kunt u uiteenzetten of behandeling van besmette dieren mogelijk is en zo ja, op welke wijze? Kunt u uiteenzetten waarom in Nederland besmette dieren niet worden behandeld, maar worden geruimd? Tuberculose (TBC) is een bacteriële infectie. Bacteriële infecties worden over het algemeen behandeld met antibiotica. De behandeling van TBC bij zowel mensen als dieren is lastig en kostbaar. Gedurende een lange periode (drie tot zes maanden) moeten besmette individuen behandeld worden met een hoge dosis antibiotica. Behandeling van runderen met antibiotica kan leiden tot resistentieontwikkeling bij bacteriën. De bacterie die TBC veroorzaakt, wordt steeds minder gevoelig voor antibiotica. Dit brengt risico’s met zich mee voor de behandeling van TBC bij mensen en dieren. Vanwege de zwaarte en de hoge kosten van de behandeling en vanwege mogelijke resistentieontwikkeling bij de tuberculosebacterie, worden besmette runderen niet behandeld met antibiotica.
Datum
Kenmerk
26 augustus 2008
VD. 2008/1589
Paraaf:
Vervolgblad 2
4 Kunt u uiteenzetten of de transporteurs die deze besmette dieren naar Nederland hebben vervoerd, gesanctioneerd worden voor het in gevaar brengen van de diergezondheid en volksgezondheid in Nederland? Zo ja, op welke wijze en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet? De transporteurs die de besmette kalveren naar Nederland hebben vervoerd, worden niet gesanctioneerd. De transporteurs hebben niet in strijd met de regelgeving gehandeld, import van kalveren uit het Verenigd Koninkrijk is immers niet verboden. De besmette kalveren komen van een officieel tuberculosevrij bedrijf, dat achteraf besmet bleek te zijn. 5 en 6 Is het waar dat alleen besmette dieren worden geruimd of kan het voorkomen dat ook gezonde dieren worden afgemaakt ter preventie van verspreiding? Kunt u uiteenzetten hoeveel dieren tot nu toe zijn afgemaakt die zijn besmet met runder-TBC? TBC verspreidt zich niet zo snel als bijvoorbeeld mond-en klauwzeer, waarbij bij een besmetting het hele bedrijf wordt geruimd. In bepaalde gevallen kan besloten worden om kalveren uit voorzorg toch af te maken. De twaalf kalveren die besmet waren met TBC zijn gedood. Deze twaalf kalveren waren alle afkomstig van hetzelfde bedrijf uit het Verenigd Koninkrijk en vertoonden zeer ernstige tuberculose-afwijkingen bij sectie. Om de risico’s van verspreiding naar mens en dier te beperken, zijn uit voorzorg vier kalveren gedood die van hetzelfde Britse bedrijf afkomstig zijn als de twaalf besmette kalveren. Deze vier kalveren vertoonden bij sectie gelukkig geen afwijkingen. De twaalf besmette kalveren waren verspreid over zes bedrijven. Op deze bedrijven zijn alle overige dieren onderzocht op TBC. Verder zijn op 21 bedrijven die contact hebben gehad met de besmette bedrijven alle runderen onderzocht. Onderzoek op de bedrijven vindt plaats door tuberculinatie. Tuberculinatie is een snelle test die een goede indicatie geeft, maar voor een definitieve diagnose is het noodzakelijk sectie te doen met aansluitend bacteriologisch onderzoek. Daarom worden alle dieren die positief op de tuberculinatie reageren en alle dieren met een dubieuze uitslag door de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) overgenomen en afgevoerd voor voortgezet onderzoek. Op de zes bedrijven waar de besmette dieren uit Engeland stonden, hebben in totaal 32 dieren positief gereageerd op tuberculinatie en hadden 60 dieren een dubieuze uitslag. Op vier contactbedrijven waren 13 dieren met een dubieuze uitslag. In totaal zijn er dus 121 dieren gedood. Bij sectie zijn naast de twaalf kalveren uit het Verenigd Koninkrijk bij drie andere dieren tuberculosehaarden aangetroffen (gesloten TBC). De overige dieren die positief gereageerd hadden op de tuberculinatie zijn waarschijnlijk wel met de TBC-bacterie in aanraking geweest, maar hadden nog geen ziekte ontwikkeld.
Datum
Kenmerk
26 augustus 2008
VD. 2008/1589
Paraaf:
Vervolgblad 3
7 en 8 Kunt u uiteenzetten waarom het is toegestaan runderen te importeren uit een land dat zijn controle en registratie van runder-TBC niet goed op orde heeft? Kunt u uiteenzetten waarom er geen importverbod is ingesteld van kalveren uit het Verenigd Koninkrijk om verdere uitbraken te voorkomen, omdat de controle op runder-TBC ontoereikend is? Nederland is lid van de Europese Unie en verbindt zich daarmee aan de Europees geldende regelgeving. Het Verenigd Koninkrijk heeft een bestrijdingsprogramma waarbij onderscheid gemaakt wordt tussen besmette en vrije bedrijven. Het is alleen toegestaan om dieren te importeren van bedrijven die vrij zijn van runder-TBC. Bedrijven worden regelmatig gecontroleerd op het aanwezig zijn van de TBC-bacterie. In dit geval is de besmetting op het bedrijf pas gevonden toen de dieren al geëxporteerd waren. Het eenzijdig afkondigen van een importverbod voor uit het Verenigd Koninkrijk afkomstige dieren is in strijd met de Europese gedachte van één markt en geharmoniseerde regelgeving. 9 Deelt u de mening dat de kalversector laat zien dat zij geen eigen verantwoordelijkheid neemt in de preventie van dierziekteuitbraken in Nederland omdat zij onverminderd doorgaat met de import van runderen uit het Verenigd Koninkrijk terwijl LTO en de NBHV oproepen tot een importverbod? Ik deel de mening dat de kalversector haar eigen verantwoordelijkheid in deze dient te nemen en heb de kalversector meerdere malen gewezen op haar verantwoordelijkheid. 10 Kunt u uiteenzetten of u een indicatie heeft dat inmiddels ook mensen besmet zijn met runder-TBC? Er heeft overdracht plaatsgevonden van koe naar koe. Omdat de overdracht naar mensen op dezelfde wijze plaatsvindt, moeten we er vanuit gaan dat overdracht naar mensen mogelijk is geweest. De GGD-en hebben in het gebied waarin de besmette stallen zich bevinden onderzoek gestart bij de betrokken personen. Mensen die het meest intensief contact hebben gehad met een besmette (zieke) koe lopen het meeste risico. Daarom zijn in eerste instantie alleen de mensen onderzocht die regelmatig betrokken zijn bij de verzorging van de dieren. Daarnaast zijn ook mensen met een verminderde afweer onderzocht, omdat zij eerder kans hebben op het ontwikkelen van TBC. De eerste resultaten van de onderzochte mensen laten geen besmettingen zien. Over acht tot tien weken worden de mensen nogmaals gecontroleerd.
Datum
Kenmerk
26 augustus 2008
VD. 2008/1589
Paraaf:
Vervolgblad 4
11 Kunt u uiteenzetten op welke wijze runder-TBC zich bij mensen manifesteert, welke ziekteverschijnselen zij krijgen, of besmette mensen andere mensen kunnen besmetten, en of deze ziekte dodelijke gevolgen kan hebben? Ziekteverschijnselen, overdracht en ziekteverloop zijn gelijk voor TBC veroorzaakt door Mycobacterium bovis (runder-TBC) en Mycobacterium tuberculosis (de bacterie die meestal TBC bij mensen veroorzaakt). Jaarlijks is er in Nederland een tiental mensen met ziekteverschijnselen veroorzaakt door M. bovis (totaal TBC in Nederland +/- 1000 per jaar). Meestal zijn dit immigranten of oudere Nederlanders die vroeger in contact zijn geweest met runder-TBC. Geïnfecteerde mensen kunnen andere mensen alleen besmetten als zij zelf ziek zijn van TBC. Het duurt geruime tijd voordat mensen ziek worden. Gezien de periode dat de geïnfecteerde kalveren in de stallen hebben gestaan, is de kans dat mensen nu al ziek zijn en andere mensen kunnen besmetten erg klein. 12 en 13 Deelt u de mening dat de sector aansprakelijk gesteld dient te worden als mensen ziek worden van zoönosen die zij heeft veroorzaakt. Zo ja, welke voorzieningen wilt u hiervoor treffen en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet? Deelt u de mening dat door de stijging van het aantal uitbraken van dierziekten die ook gevaarlijk zijn voor mensen, zoals runder-tbc, Q-koorts, MRSA en vogelpest, steeds meer burgers het slachtoffer kunnen worden van de uitwassen van de bio-industrie? Zo ja, welke preventieve maatregelen neemt u en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet? Juridisch gezien kan van aansprakelijkstelling van een gehele sector als zodanig geen sprake zijn. Voor het overige geldt dat op de verhoudingen tussen individuele houders van dieren en andere burgers de reguliere aansprakelijkheidsregelgeving van toepassing is. Indien een burger daartoe gronden aanwezig acht, kan hij een veehouder aansprakelijk stellen. Ten algemene zijn dierziekten en zoönosen van alle tijden en zullen deze ook altijd blijven voorkomen. In het geval van runder-tbc is er geen sprake van een stijging van het aantal uitbraken. Vroeger kwam deze ziekte endemisch voor in Nederland. Juist door de goed georganiseerde veehouderij en strenge hygiënemaatregelen hebben we in Nederland deze ziekte en vele andere dierziekten kunnen uitroeien. 14 Bent u bereid het gesleep met kalveren door Europa te verbieden om zo de verspreiding van zeer besmettelijke dierziekten te voorkomen? Zo ja, op welke wijze en binnen welke termijn? Zo neen, waarom niet? Het vervoer van levend vee vormt een belangrijke risicofactor voor de verspreiding van besmettelijke dierziekten. Om dit risico te verkleinen mag dit transport alleen plaatsvinden onder de voorwaarden die in de Europese regelgeving zijn vastgelegd. Hiermee wordt het risico belangrijk gereduceerd.
Datum
Kenmerk
26 augustus 2008
VD. 2008/1589
Paraaf:
Vervolgblad 5
Omdat het altijd enige tijd duurt voordat een besmetting ontdekt wordt, blijft er altijd een zeker risico. Ik ben geen voorstander van een verbod op het intracommunautaire vervoer van kalveren. DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg