ANTIPESTPLAN
1.Beginsituatie september 2009 Momenteel wordt er op school vooral gewerkt rond fundamentele preventie, zoals: o een positief schoolklimaat waarin iedereen zich gerespecteerd voelt o een open communicatie cultuur vb zorgenbomen in de klas, individuele of kringgesprekken algemene preventie, zoals: o het bemiddelen bij conflicten o het signaleren vb enquête bij de leerlingen o het bevorderen van empathie o het intercultureel denken Is in mindere mate aan bod gekomen specifieke preventie o sensibilisering vb antipestweek, film: Pudding Tarzan o duidelijke regels o antipestcontract o het verschil tussen plagen en pesten Zorgcoördinator volgde de navorming „Omgaan met pesten in het basisonderwijs‟ door Hilde Leonard.(CNO)
We hebben ook een aantal voorbereidende acties ondernomen zodat het antipestbeleid op maat kon gemaakt worden. Hieronder een beschrijving van de verschillende acties tot op heden. a.Afname vragenlijst bij de leerlingen van het 5de leerjaar In deze klas heerst al geruime tijd een probleem tussen de kinderen, We vermoeden dat er leerlingen gepest worden.
4
Om een beter zicht te krijgen op de klassituatie hebben we een vragenlijst afgenomen bij deze leerlingen, klassikaal, met de volgende resultaten: zie bijlage Aan de hand van deze resultaten hebben we kleine gesprekjes gevoerd met de betrokken leerlingen. De verslagen van deze gesprekjes vind je ook in bijlage. Besluit: Uit deze gesprekken hebben we kunnen afleiden dat er niet zozeer gepest wordt in deze klas, maar dat de sfeer onder de leerlingen heel moeilijk is en blijft. Samen met de zorgjuf en de klasjuf wordt deze klas verder opgevolgd gedurende het ganse schooljaar.
b.Onderzoek Aan de hand van de vragenlijst van leefsleutels heeft onze stagiaire zorg(Katia) een onderzoek gedaan naar „pesten en hoe ermee wordt omgegaan‟ in onze school. Hieronder een overzicht van de meest gegeven antwoorden van de leerkrachten. Wordt op jouw school preventief rond het thema pesten gewerkt? Zo ja, op welke manier? - klasoverschrijdend pestproject - werken aan een positief zelfbeeld (GOK) - groepswerk en groepsactiviteiten - in de catecheselessen - witte bank op de speelplaats (om zelf een ruzie uit te praten) - in elke klas staat een zorgenboom (meldpunt) - klasdoorbrekend praten over problemen of aandachtspunten maken voor bv. De speelplaats - via overleg in het begin van het schooljaar – eerdere pesterijen - observatie op de speelplaats - zorgjuf werk met de kinderen een plan uit om pesten op te lossen en te vermijden in de toekomst
5
Werk je binnen je eigen klas preventief rond het thema pesten? Zo ja, op welke manier? - met de pestdoos: les 1: iedereen kan wel wat, iedereen heeft gebrekjes les 2: het verschil tussen ruzie maken, plagen en pesten - werken rond vrienden zijn, samen spelen, geen ruzie maken - werken rond verantwoordelijkheid - grondig bespreken van ervaringen met pesten - positieve aanpak: „wat je zelf niet graag hebt, doe je ook niet bij een ander‟ is de leuze. - W.O.-thema‟s rond zelfredzaamheid - Zorgenboom als meldpunt in de klas - Gevoelswolk voor ‟s morgens: Hoe voel ik me vandaag? - Gevoelscirkel (maandelijks) op het bord - Duidelijke gezamenlijke houding “zorgen voor elkaar” - Afspraken in het begin van het schooljaar: hoe gaan we met elkaar om? Waarom? - elk pestgedrag onmiddellijk aanpakken en bespreken met alle partijen - pester wordt zeker gestraft Hoe vaak word je als leerkracht geconfronteerd met pesten binnen de klasgroep, binnen de school? - echt pesten: niet elk jaar - ruzietjes, pesterijen: dagelijks - eigenlijk zelden - plagen, meermaals per week - éénmaal per week - meermaals per maand Waar en wanneer speelt het pesten zich af? - 9 keer aangeduid: tijdens de speeltijd - 10 keer aangeduid: tijdens de middagpauze
6
-
1 keer aangeduid: tijdens de voor- en naschoolse opvang 4 keer aangeduid: in de klas (speelse activiteiten) 1 keer aangeduid: aan de schoolpoort (grotere lln) 2 keer aangeduid: in de klas (les) als het echt gaat om „pesten‟ kan het op elk moment
Op welke manier krijg je weet van pestsituaties? - op 1 staat: melding door een ander kind of melding door het slachtoffer - op 2 staat: zelf vastgesteld - op 3 staat: melding door de ouders van het slachtoffer - op 4 staat: melding door een collega leerkracht - op 5 staat: via bevraging - zelden: melding door een ouder van de pester Hoe reageer jij op pestgedrag? - groepje samenroepen en uitzoeken wat er mis loopt en afspraken maken. Wat moeten de pesters veranderen, wat moet de gepeste veranderen. Daarna regelmatig evalueren - sanctie na bevraging wat er juist is gebeurd. Als het nog gebeurt de gepeste vragen om mij persoonlijk te verwittigen. Vragen aan een speelmakker om de gepeste te steunen en niet de pester. - Confrontatie met elkaar. Nul-tolerantie, soms een doe-straf. - Gesprek organiseren samen met de zorgjuf - Pester wordt gestraft en er is altijd een klasgesprek hierover. Speciale lessen over dit gedrag. Bestaan er binnen de school afspraken over de wijze waarop er met pesten wordt omgegaan? Zo ja, welke? - duidelijke afspraak: pesten mag niet. Anders wordt dit aangepakt door de klasjuf of de zorgjuf. - Coördinatie steeds via de zorgjuf (bij ernstige feiten of probleemkinderen)
7
- Overleg over aanpak: pesters spelen een tijdje niet mee (op bank blijven zitten) - Zo eerlijk mogelijk handelen, luisteren, observeren. - Nultolerantie tov pesten - Niet bepaald afspraken binnen onze school Zijn de kinderen op de hoogte van de wijze waarop er met pesten wordt omgegaan? - ze weten dat ze bij de juf terecht kunnen. - Vooral in de grotere klassen weten ze dat pesten wordt gestraft. Dat kan gaan van strafje schrijven tot geschorst worden. - Kinderen weten dat eraan gewerkt wordt. - Kinderen weten dat we proberen om pesten tegen te gaan. - Indien er samen met de hele klas aan gewerkt wordt (vb. evaluatie van de speeltijdmomenten) - Ze komen het zeggen, maar gebruiken het woord „pesten‟ te pas en te onpas. Zijn de ouders op de hoogte van de wijze waarop er met pesten wordt omgegaan? - ze weten wel dat hieraan gewerkt wordt en dat het niet getolereerd wordt. - Via het schoolreglement - Vooral door info via leerkracht en zorgjuf - Sporadisch komt het thema extra naar boven en wordt dit duidelijker naar de ouders , vb. pestkrant - Ouders worden in erge gevallen altijd verwittigd Wat zou er op jouw school anders of beter kunnen verlopen i.v.m. het thema pesten? - pesten blijft een zeer moeilijk thema. We hebben al zoveel geprobeerd, maar helaas geraakt de school niet pestvrij. Open dialoog, durven praten blijft belangrijk. Misschien moeten we
8
de kinderen nog meer aanmoedigen om de stap tot „spreken‟ te zetten. - Nog snellere vaststelling zou kunnen gebeuren als in de klas nog meer tijd is om over allerlei gewoon te praten. (leerstof verdringt soms aandacht voor andere zaken) - Acties, iedereen aanvaarden zoals we zijn en enkele leuke dingen naar elkaar toe zeggen.
Wat kunnen we hier al uit besluiten voor onze school? Er wordt zeker al preventief gewerkt rond het klimaat van de school en specifiek rond pestgedrag. Vooral binnen de klas worden toch heel wat lessen of projecten uitgewerkt rond dit thema. Vaak wordt het „echte pesten‟ doorgeschoven naar de zorgjuf, of weet men niet hoe men hiermee om moet gaan. Sommigen praten dit uit in de klas, terwijl anderen geen andere oplossing zien dan te straffen. We merken ook dat pesten vooral voorkomt tijdens de speeltijd en specifiek dan tijdens de lange middagpauze.
2.Doelstelling en planning Het is de bedoeling om in een eerste fase de specifieke preventie, die momenteel bij ons op school nog maar zeer matig aan bod komt, aan het ganse schoolteam en de ouders wat meer eigen te maken. In een tweede fase zal de effectieve aanpak van pesten, de no blame methode, verkend en aangeleerd worden. Navorming wordt gevolgd door zorgcoördinator die het naar het team doorspeelt. Ze doet dit in samenwerking met een stagiaire „zorg‟ die een aantal taken voor haar rekening zal nemen en mee helpt aan de integratie. Er bestaan zoveel publicaties rond pesten, dat we nu als schoolteam ons willen toeleggen om één en dezelfde visie. De no blame methode gaan we verder uitdiepen en aanleren, zodat we allemaal op dezelfde golflengte zitten.
9
Het is dus belangrijk van vooral op schoolniveau te werken, en in geval van een pestprobleem zal zich dit uiten op klasniveau. Op schoolniveau moet dit pestbeleid voor alle leerkrachten een deel worden van hun eigen verantwoordelijkheid. Dit schooljaar(2009-2010) willen we meer werken aan de specifieke preventie en dit structureel inbouwen. Ook de navorming is voor dit schooljaar gepland. Verder zal er ook nog een antipestweek met sensibilisering georganiseerd worden. Dit op het moment met de antipestdag die in de media komt. We willen het leerkrachtenteam erbij betrekken, het hun „eigen‟ maken. We willen als schoolteam meer leren en ervaring opdoen. We willen de algemene preventie nog verder uitbouwen. De ouders erbij betrekken. Belangrijk is wel dat alle maatregelen moeten passen in een integraal beleid. Dat iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt, met continu aandacht geven aan de manier waarop kinderen met elkaar leren omgaan. Vaak voelen de ouders van de gepeste leerling zich schuldig aan het feit dat hun zoon of dochter gepest wordt. We willen hier de ouders meer inlichten hoe wij op school voortaan te werk zullen gaan en hoe zijn als ouders hierbij kunnen helpen. Volgend schooljaar (2010-2011) kunnen we in september opnieuw starten met algemene en specifieke preventie Indien er een zich een pestprobleem voordoet zullen er no blame gesprekken georganiseerd worden. Het opstellen van een ouderfolder zal ook nog aan bod komen zodat die begin volgend schooljaar aan de ouders kan meegegeven worden.
Het opstellen van een pestbeleid voor de school vraagt eerst wat meer uitleg. Om preventief te werk te kunnen gaan, dienen we ons eerst enkele vragen te stellen omtrent plagen en pesten.
10
3.Theorie: Wat is plagen en wat is pesten?
PLAGEN Is onschuldig en ongepland Is maar tijdelijk Gebeurt tussen gelijken Is te verdragen Is vaak één tegen één Doet iedereen wel eens
PESTEN Is doelbewust en gepland Is systematisch en langdurig Gebeurt met een duidelijk machtsverschil Gebeurt met het doel om te kwetsen Is vaak een groep tegen één Gebeurt vaak door dezelfden
Pesten is dus berekend iemand pijn willen doen, iets vernielen of iemand laten merken dat hij waardeloos is. En dat gebeurt telkens opnieuw! Pestkoppen zijn meestal dezelfden, de slachtoffers ook. Ruzie maken mag, hoe raar dit ook klinkt. Het helpt kinderen om sociale vaardigheden te ontwikkelen. Hoe ga je om met agressie, hoe onderhandel je, wanneer ga je te ver? Terwijl ze ruzie maken, zoeken ze immers hun positie in de samenleving en geven ze zin aan hun leven. Kinderen worden alleen maar sterker als ze het zelf kunnen oplossen. Er moet dus een zone blijven waarbinnen ze kunnen plagen en ruzie maken. Definities van pesten: ‘Dan Olweus’: „herhaaldelijk, systematisch en intentioneel negatief gedrag binnen een relatie die gekenmerkt wordt door een machtsonevenwicht. Meestal zonder directe aanleiding.‟ ‘Ehrling Roland’: „aanhoudend gewelddadig gedrag, op fysiek of mentaal vlak, door toedoen van een individu of een groep en gericht tegen een individu dat niet in staat is om zich in die situatie te verdedigen.‟
11
Waar en wanneer wordt er gepest? Pesten komt vooral voor op momenten dat de klasgroep ontsnapt aan het toezicht van volwassenen: tijdens de speeltijd, in de gangen, op uitstappen, op weg van en naar school, …. Welke vormen van pesten bestaan er? Verbaal : spotten, uitschelden, afdreigen, roddelen, leugens verspreiden, vernederen,… woorden laten immers geen bewijzen na en zijn makkelijk te gebruiken. Fysiek : slaan, schoppen, vechten, duwen, krabben, … Materieel : bezittingen stelen of vernielen, iets doen verdwijnen, met iets gooien. Uitsluiten en negeren : niet laten meespelen, niet antwoorden, doen alsof iemand lucht is. Steaming : een groep kinderen die een individu afdreigen, vernederen of intimideren totdat hij geld of een voorwerp afgeeft. Cyberpesten : pesten via nieuwe media zoals internet, sms, e-mails. De anonimiteit van het cyberpesten laat zich verleiden tot grove beledigingen en vaak zware dreigementen. Het opereert tot ver buiten de schoolpoorten, tot in de veilige huiskamer toe. Welk beeld kunnen we ons meestal voorstellen van de pester en het slachtoffer? Dit stemt echter niet altijd overeen met wat we in werkelijkheid zien.
Het slachtoffer of de gepeste : hij of zij is meestal fysiek zwakker is introverter is minder zelfverzekerd is geneigd zich gedienstig te gedragen is verbaal wat zwakker is onzeker heeft een uiterlijk kenmerk dat aanleiding tot pestgedrag kan geven - vertoont soms ook provocerend gedrag -
12
- zoekt soms de veiligheid van de leerkracht op
de pester : hij of zij -
wil stoer doen en imponeren is fysiek vaak sterker dan het slachtoffer wil overheersen en zichzelf bewijzen is impulsief en reageert agressief heeft een groot idee van zichzelf omringt zich met meelopers die zorgen voor zijn aanzien is eerder gevreesd dan geliefd in de groep
Hoe herken je snel een pestprobleem? Om een pestprobleem snel te herkennen en in te kunnen schatten, dienen de leerkrachten alert te zijn voor een aantal signalen:
Signalen van slachtoffers : -
ze lijken niet echt vrienden te hebben ze worden vaak als laatste gekozen ze geven een onzekere indruk ze zien er ongelukkig uit ze worden vaak uitgelachen hun bezittingen worden beschadigd ze komen niet graag naar school
signalen van pesters : -
zo proberen te overheersen in allerlei situaties ze zijn vaak tegendraads ze aanvaarden geen tegenwerking ze doen heimelijk ze spotten, lachen iemand uit ze intimideren ze maken dingen stuk ze roddelen ze sluiten iemand uit
13
4.Uitwerking van het antipestbeleid A.Fundamentele preventie Om het welbevinden en de betrokkenheid van de leerlingen te versterken willen we vooral werken rond sociale vaardigheden. Hiervoor gebruiken we reeds „Toeka‟. We zullen dit nog eens promoten en het materiaal nog eens in de kijker zetten zodat de leerkrachten het nog meer gaan gebruiken. We moeten ook blijven nadenken over uitdagend materiaal, leuke spelmomenten,…om de lange middagen te doorbreken. We blijven werken aan een goed leefklimaat. Met onze groep collega‟s proberen we het goede voorbeeld te geven en we doen dan ook regelmatig „teambuilding‟ activiteiten. B.Algemene preventie Begin van het schooljaar gaan we trachten dat elke leerkracht met de kinderen een kringgesprek heeft over verdraagzaamheid en pestgedrag. De juf of meester moet dan duidelijk laten voelen welk gedrag thuis hoort op school en welk gedrag niet. Ook de ouders zullen per brief op de hoogte gebracht worden van de werking van de school. Alle kinderen zijn verantwoordelijk voor de sfeer in de groep. Dus iedereen draagt mee de verantwoordelijkheid om een pestprobleem aan te kaarten. Als meldpunt gebruiken we hiervoor verder onze zorgenbomen in de klas, waaraan de kinderen een briefje mogen hangen als ze met een probleem zitten, of iets kwijt willen. Voor echte pestproblemen hangen we een brievenbus aan het klaslokaal van de zorgjuf. Hierin kunnen de kinderen en de leerkrachten een briefje deponeren. Dit moet we echter wel uitproberen of het werkt. We zullen moeten afwachten of de kinderen de bus correct kunnen gebruiken. Dit moeten we regelmatig evalueren en eventueel bijsturen. 14
C.Specifieke preventie Algemeen We willen voor de leerlingen een specifieke gedragscode opstellen, zoals hieronder beschreven: 1. Pesten is iemand met woorden of met daden regelmatig en al een hele tijd met opzet pijn doen.
Wij zeggen NEEN tegen pesten.
Iedereen is anders en dat mag. Pesten is niet plagen. Plagen doe je voor de grap. Jij plaagt mij en ik plaag jou terug. We hebben allebei plezier. Pesten is niet ruziemaken. Bij ruzie zijn jullie het oneens. Je kan het probleem vaak zelf oplossen. Ruzie maken duurt ook niet zo lang. Melden is niet klikken, dus… meld ik elke pestsituatie aan een volwassene 2. Pesten is het opzettelijk uitoefenen van geestelijk en / of lichamelijk geweld door één of meerdere leerlingen tegenover één leerling. Dit gebeurt langdurig en herhaaldelijk. 3. Op onze school worden pesterijen niet getolereerd. 4. De school verwacht van de ouders dat zij elk vermoeden van pesten te melden aan de klasleerkracht of aan de directie
15
5. De school contacteert de ouders wanneer het pesten niet vermindert. 6. Ouders van gepeste kinderen worden gecontacteerd wanneer ernstige feiten aan het licht komen. Voor de leerlingen van de 1ste graad Begin van het schooljaar organiseren we een gesprek. We leggen uit wat pesten is en onderstrepen dat dat niet kan op onze school. Hiervoor kunnen de leerkrachten gebruik maken van het voorleesboek en kleurboek van Beertje Anders – 5 afspraken rond pesten. Elke afspraak wordt uitvoerig besproken met de kinderen, waarbij ze elke keer een kleurplaat hebben van Beertje Anders. Om de kinderen er elke dag aan te doen herinneren dat pesten echt niet kan, wordt een kader omhoog gehangen in de klas van beertje anders, pesten mag niet, met alle namen van de klas op.
16
Met de 2de en 3de graad zal, na een gesprek en uitleg, per klas een antipestcontract ondertekend worden. Alle leerlingen en leerkrachten die dit contract ondertekenen, zullen zich aan de afspraken moeten houden, zowel op school als daarbuiten. Hieronder een voorbeeld van zo‟n antipestcontract: ANTI-PESTCONTRACT Van het …….. leerjaar
Allen die dit contract ondertekenen, zullen zich aan de afspraken moeten houden, zowel op school als daarbuiten. 1. Naar elkaar luisteren 2. Van elkaar afblijven 3. Niemand uitschelden 4. Iedereen hoort erbij (niemand uitsluiten) 5. Je eigen afval opruimen 6. Van elkaars spullen afblijven 7. Niet zoveel letten op elkaar 8. Stop … denk… doe (eerst nadenken, dan pas iets doen) 9. Op tijd komen 10.Pesten pikken we niet 11.op tijd komen 12. ……………………………………………….. Datum: …../……./20….. Handtekening Van alle leerlingen
Handtekening leerkracht
17
We leren aan de kinderen het lied aan van Hilde Frateur „Stop met pesten‟ Ze zeggen dat ik dom ben en ik weet niet waarom Ik leerde zo hard, ik deed al wat ik kon Ze zeggen dat ik lelijk ben, onnozel en ambetant Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant? Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant? …Hey! Stop met pei, stop met pei, stop met pesten, pesten, pesten Trek je stou, trek je stou, trek je stoute woorden in Blaas op die ballon, zo groot als de zon Dan stap je rond de wereld hand in hand! Dan stap je rond de wereld hand in hand! Ze zeggen dat ik anders ben en ik weet niet waarom Ik doe zoals de anderen en doe zelfs niet zo stom Ik spreek een andere taal, ik kom van een ver land Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant? Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant? Ze zeggen dat ik gek ben, onnozel en ook stom Ik blaas net als hen, gewoon op een ballon Als ze prikken met hun naalden, dan ploft hij als een bom Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant? Wie van ons allemaal vindt zoiets plezant?
Aan deze leerlingen zal ook de no blame aanpak voorgesteld worden. Een korte uitleg wordt gegeven. De leerlingen weten op voorhand dat ze tijdens het schooljaar uitgenodigd kunnen worden voor een no blame gesprek.
18
D.Probleemaanpak: NO blame methode Voor de probleemaanpak willen wij op school gebruik maken van de No Blame methode. Hieronder een overzicht van deze methode ons aangeleerd tijdens de tweedaagse in Drongen, door Leefsleutels vzw. Vooraf:de pestsituatie wordt in kaart gebracht (er is sprake van een doelwit, regelmatige vervelende gebeurtenissen, één of meerdere pesters, een aantal meelopers, de klas/groep is op de hoogte) Stap 1: gesprek met het doelwit Informatie vragen, geen details over wat er juist gebeurd is Vraag naar beleving, gevoelens van het doelwit Uitleg over aanpak, nadruk op niet-bestraffende aspect, vraag toestemming Bespreek samen de namen om de groep samen te stellen Vraag wat je wel of niet mag vertellen over de beleving van het doelwit Vraag evt. naar een verhaal, beeldhouwwerkje of tekening over het gevoel van het doelwit Aangeven dat je steeds bereikbaar blijft voor het doelwit Stap 2: groep wordt samengeroepen Bestaat uit pesters, meelopers, vrienden en/of positief ingestelde jongeren Doelwit is niet aanwezig, dit kan de probleemoplossende aanpak bemoeilijken
Stap 3: leg het probleem uit Vertel aan de groep dat je een probleem hebt Gebruik evt. het verhaal of de tekening van het doelwit 19
Praat niet over details van gebeurtenissen Beschuldig niemand Duidelijk maken dat er een probleem is dat moet opgelost worden Stap 4: deel de verantwoordelijkheid Zeg duidelijk dat niemand in de problemen zit of gestraft wordt Elk groepslid kan bijdragen aan de oplossing Zij hebben het meeste contact met het doelwit, dus de beste kansen om het pesten te stoppen Stap 5: vraag de groep naar hun voorstellen Alle positieve voorstellen aanvaarden (niets doen is ook een positief voorstel!) Vraag om het concreet te maken, „Hoe ga je dat doen?‟ Aandacht voor de „ik-taal‟ (wees tevreden met algemene uitspraken) Intenties kunnen opgeschreven worden Stap 6: laat het aan hen over Leg de verantwoordelijkheid bij de groep; zij alleen kunnen het probleem oplossen Bedank hen en geef ze duidelijk vertrouwen Vertel dat je hen na een week individueel wil spreken ( je blijft bereikbaar) Stap 7: individuele, korte gesprekken met alle betrokkenen (een week later) Laat elk lid afzonderlijk vertellen over zijn bijdrage Gebruik de kernvragen: hoe is het nu, is het gestopt, ben je tevreden, …. Indien het doelwit niet helemaal tevreden is, kan de procedure herhaald worden.
20
5.Ondernomen acties dit schooljaar 1. Antipestweek van 5 tot 12 februari 2010 Tijdens deze antipestweek hebben we de leerlingen al bewust gemaakt van het feit dat pesten niet kan. De leerlingen en de leerkrachten droegen de ganse week een zelfgemaakt oranje antipestbandje, zodat ze er iedere keer terug aan herinnerd konden worden. Bij de opstart van deze week hebben een aantal leerkrachten een toneeltje gespeeld over een leerling die gepest werd, ter verduidelijking aan de kinderen. Het antipestlied van Hilde Frateur werd aangeleerd en werd elke dag gezongen. Voor de leerlingen van het 6de leerjaar zijn we nog een stapje verder gegaan. Van het Vlaams Ministerie van Onderwijs ontvingen we een brief omtrent de aankondiging van de Vlaamse week tegen pesten. Nieuw dit jaar was de samenwerking met Ketnet. We hebben alle leerlingen van het 6de leerjaar een coole en originele slogan tegen pesten laten bedenken. Zij kregen ook een werkbundel voor de ganse week waarin ze samen of in groepjes aan konden werken. 2. Personeelsvergadering omtrent het nieuwe antipestbeleid Op de personeelsvergadering van donderdag 25 maart hebben we aan alle leerkrachten het voorstel van een nieuw antipestbeleid voorgelegd. Op basis van de reeds ingevulde enquêteformulieren, kwamen we tot de vaststelling dat er geen eensgezindheid heerst omtrent pesten op school. Er wordt zeker al preventief gewerkt rond het klimaat van de school en specifiek rond pestgedrag. Vooral binnen de klas worden toch heel wat lessen of projecten uitgewerkt rond dit thema. Vaak
21
wordt het „echte‟ pesten doorgeschoven naar de zorgjuf, of weet men niet hoe men hiermee om moet gaan. Sommigen praten dit uit in de klas, vooral dan in de hogere klassen. Andere leerkrachten zien geen andere oplossing dan te straffen. We merken dat pesten vooral voorkomt tijdens de speeltijd en specifiek dan tijdens de lange middagpauze. We hebben vooral blijven stilstaan bij de eventuele aanpak rond pesten. De opstart naar volgend schooljaar toe en de no blame methode werd kort uitgelegd, zodat de leerkrachten dit eens konden laten bezinken.
6.Voorbereiding ouderfolder Het is zeer belangrijk dat de ouders in het begin van het schooljaar ingelicht worden over de aanpak van de school bij pestproblemen. Tijdens de info-avonden delen we een ouderfolder uit en geven hierbij de nodige uitleg. Hieronder vindt u voorbeelden van wat we in de ouderfolder kunnen opnemen: - Wat is pesten? Pesten is berekend iemand pijn willen doen, iets vernielen of iemand laten merken dat hij waardeloos is. En dat gebeurt telkens opnieuw! Ruzie maken mag … hoe raar dit ook klinkt. Het helpt kinderen om sociale vaardigheden te ontwikkelen. Terwijl ze ruzie maken, zoeken ze immers hun positie in de samenleving. Kinderen worden sterker als ze het zelf kunnen oplossen. - Hoe herken je een kind dat gepest wordt? Er bestaat geen checklist die kan zeggen of jouw kind gepest wordt of niet. We kunnen wel alert zijn voor een aantal signalen die als ze regelmatig en in combinatie met elkaar voorkomen, een teken aan de wand kunnen zijn: Vaak dingen kwijt of kapot
22
Blauwe plekken Geld nodig Met tegenzin naar school of niet willen Niets vertellen over school / vrienden Slechtere schoolresultaten Vaak hoofd- of buikpijn, moeheid Slecht slapen Niet buiten willen 2 soorten reacties: neerslachtig / agressief - De aanpak van de school bij pesten: de no blame methode In de No Blame methode maken we gebruik van een stappenplan. Wat dit stappenplan zo bijzonder maakt, is dat het erin voorziet dat het pesten op een voor alle betrokkenen veilige manier wordt opgelost en dat het kinderen leert om op een andere manier om te gaan met conflicten. Bij deze methode is de manier waarop een en ander gebeurd essentieel. Wat voorop staat is de filosofie dat het uiteindelijk niet helpt om te (dreigen met) straffen en dat het probleem samen opgelost dient te worden. Kort weergegeven behelst het stappenplan dat het gepeste kind wordt bevraagd naar zijn / haar ervaringen. Vervolgens worden pesters en omstanders bij elkaar geroepen en wordt er gezocht naar een oplossing. Later vindt er een evaluatie plaats. Als ouder wordt u uitgenodigd om zo vlug mogelijk signalen van pestgedrag door te spelen naar de school. U kan zowel de directie Guy Mertens, de klasjuf of de zorgjuf Kitty Janssen hiervan op de hoogte brengen. Telefonisch op het nummer 03/480.27.44 Per email:
[email protected] Of op het rechtstreeks nummer van Juf Kitty O488 21 77 11
23