Brief aan de leden T.a.v. het college
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
(070) 373 8022
bijlage(n)
4
onderwerp
ons kenmerk
datum
handreiking en typetest
SEZ/U200600082 Lbr. 06/09
27 januari 2006
popbeleid Samenvatting
Bij deze ontvangt u in tweevoud de publicatie Pop met beleid, Handreiking voor gemeenten inclusief de Typetest Gemeentelijk popbeleid (wij verzoeken u een exemplaar te verstrekken aan uw ambtelijke apparaat). De publicatie is een initiatief van POPNL, de landelijke organisatie van provinciale popondersteunende instellingen. Hierbij is samengewerkt met de Vereniging van Nederlandse Poppodia en -Festivals en de VNG. Ook is inhoudelijk afgestemd met het Nationaal Pop Instituut en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Naast financiële bijdragen van deze partners zijn er gelden voor de publicatie ontvangen van de Stichting Cultuurfonds van de Bank Nederlandse Gemeenten, negen provincies en vijf gemeenten. De website www.popnl.nl en de lidinstellingen van POPNL bieden ondersteuning bij de implementatie van de handreiking en de typetest. In deze ledenbrief behandelen wij de belangrijkste facetten van de publicatie plus relevante bevindingen van het symposium hierover op 13 januari jl. tijdens het landelijke popfestival Noorderslag.
© VNG
Extra exemplaren van deze brief kunt u downloaden van het VNG-net, www.vng.nl/vngbrieven/ledenbrieven. Kopiëren t.b.v. intern gebruik door leden VNG is toegestaan.
Postbus 30435 Nassaulaan 12
2500 GK 2514 JS
Den Haag Den Haag
Tel 070 373 83 93
Fax 070 363 56 82
www.vng.nl
Aan de leden
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
bijlage(n)
(070) 373 8022
4
onderwerp
ons kenmerk
datum
handreiking en typetest popbeleid
SEZ/U200600082 Lbr. 06/09
27 januari 2006
Geacht college,
Bij deze ontvangt u in tweevoud de publicatie Pop met beleid, Handreiking voor gemeenten inclusief de Typetest Gemeentelijk popbeleid (wij verzoeken u een exemplaar te verstrekken aan uw ambtelijke apparaat). De publicatie is een initiatief van POPNL, de landelijke organisatie van provinciale popondersteunende instellingen. Hierbij is samengewerkt met de Vereniging van Nederlandse Poppodia en -Festivals en de VNG. Ook is inhoudelijk afgestemd met het Nationaal Pop Instituut en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Naast financiële bijdragen van deze partners zijn er gelden voor de publicatie ontvangen van de Stichting Cultuurfonds van de Bank Nederlandse Gemeenten, negen provincies en vijf gemeenten. De website www.popnl.nl en de lidinstellingen van POPNL bieden ondersteuning bij de implementatie van de handreiking en de typetest. In deze ledenbrief behandelen wij de belangrijkste facetten van de handreiking en de typetest plus relevante bevindingen van het symposium hierover op 13 januari jl. tijdens het landelijke popfestival Noorderslag. De handreiking bestaat uit: een inleiding; een beschrijving van de popsector; de taakverdeling tussen de overheden en een checklist voor lokaal popbeleid. Dit alles is voorzien van gemeentelijke praktijkvoorbeelden en van een aan de zijkant meelopende tekst met de geschiedenis van de popmuziek. In de bijlagen staan handzame gegevens over rijkssubsidies; landelijke organisaties; provinciale ontwikkelingen; lokale poppodia; wet- en regelgeving; gemeentelijke subsidies; cultural governance en lidinstellingen van POPNL. Wij raden u aan eerst de typetest te doen, die wij dan ook als eerste behandelen.
Postbus 30435 Nassaulaan 12
2500 GK 2514 JS
Den Haag Den Haag
Tel 070 373 83 93
Fax 070 363 56 82
www.vng.nl
Typetest De typetest brengt op hoofdlijnen ideeën in beeld over de rol die u kunt spelen bij het popbeleid. Het kan ook de discussie op gang brengen. Want het is goed denkbaar dat er ambtelijk en bestuurlijk verschillend over de popsector wordt gedacht en dat dit tevens afwijkend is van de meningen in het veld. Het gaat er om dat duidelijk wordt welke opvattingen, wensen en beleidsuitgangspunten u hebt voor de popsector zodat op basis daarvan een dialoog met het veld kan plaatsvinden. Aan de hand van de beantwoording van de vragen in de typetest komt u tot een bepaalde score. Deze score correspondeert met de volgende vier typen: 1. de zelfregulerende popmarkt; 2. pop mede mogelijk gemaakt door de gemeente; 3. de gewaardeerde popsector; 4. de popgemeente. U kunt de typetest ook digitaal doen via www.popnl.nl, waarbij meteen uw score wordt berekend. Handreiking 1. Inleiding De Inleiding laat zien dat er van oudsher een spanningsveld is tussen de veelal matig georganiseerde popsector en de regulerende lokale overheid, maar dat ze elkaar steeds meer nodig hebben. Aan de ene kant heeft de sector in toenemende mate te maken met kostenverhogende wet- en regelgeving, ook van lokale zijde. En aan de andere kant wordt de sector van steeds groter algemeen lokaal belang gelet op de culturele, economische, sociale, cultuureducatieve, multiculturele en promotionele waarde. Tijdens het Noorderslag-symposium werd gesteld dat veel gemeenten ontgroenen en vergrijzen. Om dit te keren moet er onder andere een aantrekkelijk voorzieningenniveau voor jongeren zijn. Een inleidende gemeente aldaar zette daartoe een popprojectontwikkelaar in. 2. Popsector Het hoofdstuk Popsector beschrijft de ontwikkelingen in de popmuziek. Het bevat gegevens over de podia. Tevens biedt het inzicht in het publiek dat de podia en de concerten bezoekt: in 2003 ging het om eenderde van de bevolking. Ook wordt een CJP-onderzoek besproken dat laat zien dat belangstelling voor kunst en cultuur bij jongeren niet vanzelf komt: daarvoor is toeleiding noodzakelijk en popmuziek kan hierbij een relevante rol spelen. Tijdens het Noorderslag-symposium werd het belang van cultuuroverdracht via het onderwijs en de moeder benadrukt. Bij de festivals toont de handreiking de kosten in relatie tot het aantal bezoekers. Daarnaast worden de verschillende poporganisaties belicht. Het hoofdstuk eindigt met gegevens over de doorlopende leerlijn die er in de popeducatie bestaat.
3. Overheidsbeleid In dit onderdeel van de handreiking komt allereerst het rijk aan bod. Het belang dat staatssecretaris mevrouw mr. M.C. van der Laan namens het kabinet aan de popsector toekent is tijdens het Noorderslag-symposium als volgt geciteerd: ‘Popmuziek vandaag is een volwassen stroming met nieuw aanstormend talent, bestaande bands en helden van weleer. Met een sector waar eigen initiatief, creativiteit en ondernemerschap voorop staan en succesvol zijn. Dit laatste, ondernemerschap, is vaak een reden om het juist als een minder volwaardige factor in de kunst- en cultuurwereld te zien. Dat vind ik niet terecht. Zeker als we het hebben over het belang van jongeren en cultuur – nog steeds een hot item binnen de cultuurwereld – is popmuziek het meest vanzelfsprekende aanknopingspunt.’ Relevante beleidsinstrumenten van rijkswege zijn thans: het landelijke sectorinstituut; subsidies aan lokale poppodia via het Fonds voor Podiumprogrammering en Marketing voor kwalitatieve activiteiten, projecten en bijzondere programmering alsmede gelden voor festivals en productiehuizen van landelijke betekenis. Op 1 februari a.s. is in de OCW-Kamercommissie de behandeling van de SPInitiatiefnota over de popmuziek Oorstrelend en hartveroverend, die beoogt het rijksbeleid te intensiveren. De handreiking beschrijft vervolgens het provinciale beleid: de provincies blijken de directe ondersteuning in diverse varianten voor hun rekening te nemen. Tot slot worden de gemeenten kort belicht en wordt aandacht gevraagd voor de situatie rond de gesubsidieerde banen. In algemene zin blijkt dat de gelden in het kader van het Actieplan cultuurbereik alsook van Cultuur en school de afgelopen jaren een stimulerende werking hebben gehad voor de popsector. 4. Checklist lokaal popbeleid De Checklist kent de volgende onderdelen: inventarisatie lokale popsector; visie, doel, betekenis en type beleid; positie, rol en verantwoordelijkheid lokale overheid; beleid en instrumenten; organisatie en samenwerking; financiën en tot slot evaluatie. Dit alles wordt toegelicht met praktijkvoorbeelden van de gemeenten Alphen aan den Rijn, Dordrecht, Harderwijk, Lelystad, Weert en Werkendam. Relevant is ook het ringenmodel voor gemeentelijk cultuurbeleid dat op pagina 34 naar het popbeleid is vertaald. Dit onderkent drie categorieën gemeenten: tot 30.000 inwoners met een kernachtig beleid, van 30.000 tot 90.000 inwoners met een uitgebreid beleid en gemeenten vanaf 90.000 inwoners met een alomvattend beleid. Bij de eerste categorie gemeenten moet de popsector op onderdelen gebruik maken van algemene cultuur- of welzijnsvoorzieningen.
Follow-up De website www.popnl.nl en de lidinstellingen van POPNL bieden ondersteuning bij de implementatie van de handreiking en de typetest. Echter, de ondersteuning is door de hoogte van de provinciale subsidie niet overal even intensief. De namen en adressen van de lidinstellingen kunt u vinden via de genoemde website. Op de site zal actuele informatie bijgehouden worden over de implementatie van Pop met beleid in het land. Er komen onder andere diverse provinciale symposia over popbeleid voor gemeenten en veld zoals op 3 februari 's middags in de provincie Limburg te Venlo (www.spl.nl) en op 13 februari eveneens 's middags in de provincie Utrecht te Soest (www.zimihc.nl) Deze ledenbrief staat ook op VNG-net. Kijk op www.vng.nl onder VNG-brieven.
Hoogachtend, Vereniging van Nederlandse Gemeenten
mr. R.J.J.M. Pans, voorzitter directieraad