UINK19309
GEMEENTE HELLENDQORN Behand.:
OKT 2014
C o l l f g e voor Arbcidszakeii/VNK.
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad
ABVAKAHO
FNV
A/BStuk ĮTrefw.: Werkpr.. Kopie aan: Archief DI N. reeks IV ívTFtrľ:
Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden
CNV
Publieke zaak
r.MHľ
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
betreft
bijlage(n)
15
(070) 373 8393 ons kenmerk
uitwerking cao 2013-2015 (3)
ECWGO/U201401852
salarismaatregelen
Lbr. 14/070
datum
2 oktober 2014
C v A / L O G A 14/05
Samenvatting Met deze brief informeren wij u over de wijzigingen van de gemeentelijke salarisbedragen en de eenmalige uitkeringen die voortvloeien uit de Cao sector Gemeenten 2013-2015. In de cao gemeenten 1995-1997 zijn afspraken gemaakt over de invoering van een nieuwe salarisstructuur. Deze salarisstructuur is per 1 april 1996 ingevoerd. Vanaf 1 april 1996 moeten alle nieuwe medewerkers bij de gemeente zijn aangesteld in de nieuwe salarisstructuur. In de bijlage bij deze brief hebben wij ter informatie een schema opgenomen. Als in uw gemeente er nog medewerkers zijn in de oude salarisstructuur, kunt u controleren of dat klopt.
V N G P o s t b u s 3 0 4 3 5 , 2 5 0 0 G K D e n H a a g T e l 0 7 0 - 3 7 3 83 93 www.vnq.nl E - m a i l :
[email protected]
Landelijk Overleg Gemeentelijke
(College vtKir
A a n d e Sedan
Arbeidsvoorwaarden
ABVAKAB( ) 1'NV í 'ÍN V' Publieke '/aak
{ :mhi
informatiecentrum te!.
uw kenmerk
bijlage(n)
betreft
ons kenmerk
datum
uitwerking cao 2013-2015 (3)
ECVVGO/U201401852
2 oktober 2014
(070) 373 8393
salarismaatregelen
15
Lbr. 14/070 CvA/LOGA 14/05
Geacht college en gemeenteraad, 1. Inleiding Deze brief gaat over de uitwerking van de Cao Gemeenten 2013-2015. De uitwerking van de Cao Gemeenten 2013-2015 staat naast deze ledenbrief in twee andere ledenbrieven. De drie ledenbrieven vormen samen één pakket: «
Uitwerking cao 2013-2015 (1) Algemeen
*
Uitwerking cao 2013-2015 (2) CAR-UWO teksten
»
Uitwerking cao 2013-2015 (3) Uitwerking salarismaatregelen (deze ledenbrief)
Met deze brief informeren wij u over salarismaatregelen die voortvloeien uit de Cao Gemeenten 2013-2015 die loopt van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2015. Deze brief bevat uitleg (Ywŭŗ ţwy'ŕşćï sslansmaaireQejen: s
wijzigingen van de gemeentelijke saiarisbedragen (paragraaf 3)
In paragraaf 4 gaan wij in op de gevolgen van de salarismaatregelen op uitkeringen in verband met ontslag en werkloosheid. In paragraaf 5 gaan wij in op de bepalingen rondom het
minimumloon en de gevolgen voor de vakantietoelage. Bijzondere personeelscategorieën komen aan de orde in paragraaf 6, waarna u geïnformeerd wordt over de inwerkingtreding, de rechtskracht en een overzicht van de bijlagen in de paragrafen 7, 8 en 9. 2. Eenmalige uitkering Het akkoord bevat een eenmalige uitkering in oktober 2014 van ë 350 bruto. Technische uitwerking Doelgroep Alle medewerkers die op 15 juli 2014 een aanstelling of arbeidsovereenkomst hebben op grond van de C A R - U W O , hebben recht op de eenmalige uitkering. De leden van de vrijwillige brandweer hebben geen recht op de eenmalige uitkering. In artikel 19:24 C A R is bepaald dat de vrijwillige brandweer de L O G A afspraken voor salaris volgt voor zover dit de algemene salarismutatie betreft. Een eenmalige uitkering is geen algemene salarismutatie. De eenmalige uitkering heeft geen invloed op de hoogte van bovenwettelijke uitkeringen in verband met ontslag en werkloosheid (uitkeringen op grond van hoofdstuk 9, 9a, 9b, 9c, 10, 10a, 10d, 11 en 11a van de C A R ; zie ook paragraaf 4). Ten slotte vallen buitengewone ambtenaren burgerlijke stand niet onder de C A R - U W O . De eenmalige uitkering is daarom niet automatisch op hen van toepassing, zie verder paragraaf 5. Peilmoment Het peilmoment voor de eenmalige uitkering ís 15 juli 2014. Een medewerker die op die datum in dienst was, heeft recht op de eenmalige uitkering. Grondslag Voor deeltijders en voor medewerkers die een arbeidsduur hebben van meer dan 36 uur per week (gebruik van artikel 2:7a C A R ) geldt een bedrag naar rato van het dienstverband op de peildatum. Ook zieke medewerkers hebben recht op de eenmalige uitkering. Dit geldt ook voor medewerkers die met (gedeeltelijk) betaald of (gedeeltelijk) onbetaald verlof zijn. De eenmalige uitkering wordt niet gekort. Dit betekent dus dat medewerkers die onder het FLO-overgangsrecht vallen en in de periode van gedeeltelijk betaald verlof of onbezoldigd volledig verlof zitten recht hebben op de eenmalige uitkering. De betaling van deze eenmalige uitkeringen gebeurt rechtstreeks vanuit de werkgever aan de medewerker. Loyalis heeft daarin geen rol. De eenmalige uitkeringen worden niet verwerkt in de maatwerkpercentages werkgeversbijdragen levensloop omdat ze niet vallen onder de term oude bezoldiging in het FLO-overgangsrecht.
Betreft uitwerking cao 2013-2015 (3) salarismaatregelen Datum 2 oktober 2014
02/09
Oproepkrachten in de kunsteducatie Speciale aandacht is er voor oproepkrachten in de kunsteducatie. Voor oproepkrachten is het aanta! gewerkte uren in juli 2014, rekening houdend met de minimumurengarantie van 15 uur per maand, de maatstaf voor de deeltijdfactor. Dií betekent dsí ais een oproepkracht in julí 2014 20 uur geweiKi heefí, hij 20/156 unlvangi van de eenmalige uitkering; en dat als een oproepkracht in juii 2014 7 uur gewerkt heeft, hij 15/156 van de eenmalige uitkering ontvangt. Doorwerking in salarisafhankelijke
uitkeringen
De eenmalige uitkering werkt niet door in salarisafhankelijke uitkeringen zoals de eindejaarsuitkering, de werkgeversbijdrage levensloop en de vakantietoelage. Het salaris en de bezoldiging van de medewerker wijzigen met de eenmalige uitkeringen immers niet. Uitbetalingsmoment De eenmalige uitkering dient bij de reguliere salarisbetaling van oktober 2014 uitbetaald te worden en anders zo spoedig mogelijk bij de volgende reguliere salarisbetaling. Uitbetalen bij een volgende reguliere salarisbetaling kan nodig zijn ais de salarisverwerker de mutaties niet meer kan verwerken in de systemen. Pensioen Op grond van artikel 3.2 van het A B P Pensioenreglement behoort de eenmalige uitkering tot de pensioengrondslag. De pensioengrondslag voor 2014 wordt niet met terugwerkende kracht herberekend. De eenmalige uitkering wordt dus meegenomen bij het bepalen van de pensioengrondslag voor 2015.
3, Wijzigingen van de gemeentelijke salarisbedragen Per 1 oktober 2014 worden de salarissen met 1 Zo verhoogd. Uitgangspunt voor verhoging van de 0
gemeentelijke salarisbedragen per 1 oktober 2014 zijn de bedragen die gelden sinds 1 april 2012 (zie LOGA brief van 29 juni 2012, U201200956). In de bijlagen vindt u de verschillende salaristabellen die vanaf 1 oktober 2014 gelden. Per 1 april 2015 worden de salarissen met 50 euro verhoogd. Uitgangspunt voor de verhoging van de gemeentelijke saiarisbedragen pet 1 april 2015 zijn de bedragen die geiden vanaf 1 oktober 2014. In de bijlagen vindt u daarom eveneens de verschiiiende saiaristabeiien die vanaf 1 april 2015 gelden.
b e t r e f t uitwerking c a o 2 0 1 3 - 2 0 1 ; ) (3) s a l a r i s m a a t r e g e l e n D a t u r n 2 o k t o b e r 2 0 1 4
03/09
Uitbetalingsmoment De nieuwe salaristabellen dienen bij de reguliere salarisbetaling van oktober 2014 respectievelijk april 2015 toegepast te worden en anders zo spoedig mogelijk bij de volgende reguliere salarisbetaling, waarbij dan een nabetaling plaatsvindt. Onderwijzend personeel in de kunsteducatie Voor onderwijzend personeel in de kunsteducatie geldt een afwijkend salarisgebouw Daarom zijn in bijlagen 9 en 10 salaristabellen toegevoegd met de salarissen voor het onderwijzend personeel in de kunsteducatie per 1 oktober 2014 en 1 april 2015. Gemeenten zijn gebonden aan de in de tabellen opgenomen bedragen. Vrijwillige brandweer De vrijwillige brandweer heeft gezien het bepaalde in artikel 19:24 C A R recht op de algemene salarismutaties zoals die in het L O G A worden afgesproken. Daarom worden alle vergoedingen per 1 oktober 2014 met 1 Zo verhoogd en per 1 april 2015 met 1,4^0. In het akkoord is namelijk 0
opgenomen dat voor de vrijwillige brandweer de salarisverhoging van 50 euro per 1 april 2015 een stijging van de vergoedingen met 1 ,A fo betekent. 0
Medewerkers in de oude salarisindeling In de cao gemeenten 1995-1997 zijn afspraken gemaakt over de invoering van een nieuwe salarisstructuur. Deze salarisstructuur is per 1 april 1996 ingevoerd. In december 1995 bent u per ledenbrief (Lbr 95/259 - C V A / L O G A 95/32 ARZ/509414) geïnformeerd over de overgang naar deze salarisstructuur en de overgang van medewerkers van de oude structuur naar de nieuwe. Vanaf 1 april 1996 moeten alle nieuwe medewerkers bij de gemeente zijn aangesteld in de nieuwe salarisstructuur. In de bijlage bij deze brief hebben wij ter informatie een schema opgenomen. Als in uw gemeente er nog medewerkers zijn in de oude salarisstructuur, kunt u controleren of dat klopt. Wij willen u verzoeken om voor de medewerkers die bij uw gemeente nog in de oude salarisstructuur zijn ingeschaald te controleren of dit overeenkomstig de afspraken is en zo niet, de afspraken alsnog toe te passen. Omdat het om een relatief beperkte groep medewerkers gaat, ontvangen wij graag van die gemeenten waar dit van toepassing is een overzicht van het aantal medewerkers dat per 1 januari 2015 nog in de oude salarisstructuur is ingeschaald en de uiterlijke datum van einde dienstverband (pensioendatum). U kunt deze gegevens mailen naar
[email protected] onder vermelding van. informatie oude salarisstructuur.
Betreft uitwerking cao 2013-2015 (3) salarismaatregelen Datum 2 oktober 2014
04/09
4. De invloed van de salarismaatregelen op uitkeringen in verband met ontslag en werkloosheid De eenmalige uitkering heeft geen invloed op de hoogte van bovenwettelijke uitkeringen in verband met ontslag en werkloosheid (uitkeringen op grond van hoofdstuk 9, 9a, 9b, 9c, 10, 10a, IGd, 11 en 11a van de CAR). Dit betekent dat uitvoerdêis van bijvöūi beeld ue boveriweueiijke werkloosheidsuitkering deze eenmalige uitkeringen voor die medewerkers niet in hun berekeningen moeten meenemen. Zou dat wel het geval zijn, dan zouden de eenmalige uitkeringen namelijk een structurele component worden. Dat is niet de bedoeling. Indexering bovenwettelijk
werkloosheidsuitkeringen
De structurele salarisstijgingen van 1"A per 1 oktober 2014 en 50 euro per 1 april 2015 werken wel door naar de reeds ingegane uitkeringen op grond van hoofdstuk 9, 9a, 9b, 9c, 10, 10a, 10d, 11 en 11a van de C A R volgens de in de desbetreffende hoofdstukken beschreven indexatiesystematiek. Hieronder wordt apart ingegaan op de indexeringssystematiek van bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen op grond van hoofdstuk 10a en 10d C A R , Indexering bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen
op grond van hoofdstuk 10a CAR
Bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen op grond van hoofdstuk 10a C A R worden per 1 januari en 1 juli van een jaar geïndexeerd, voor deze indexeringsdata is aangesloten bij de data van indexering van de uitkeringen op grond van de Werkloosheidswet. Deze vindt plaats op 1 januari en 1 juli van elk jaar. Daardoor lopen de indexeringen van de bovenwettelijke uitkeringen voor de gemeentelijke sector niet per definitie gelijk met de data van de in cao's afgesproken salariswijzigingen in de gemeentelijke sector. De indexering is gebaseerd op de loonstijging in de zes maanden voorafgaand aan de indexering. 0
De eerstvolgende indexering is per 1 januari 2015 en het percentage bedraagt dan 1 Zo. De indexering daarna is per 1 juli 2015 en bedraagt dan dus 50 euro. Aangezien de Cao 2013-2015 loopt tot eind 2015 kan nu ai gezegd worden dat het indexeringspercentage per 1 januari 2016 O^o is. Hei LOGA verzoekt gemeenten om deze indexatiepercentages voor de bovenwettelijke werkloosheidsuitkering op grond van hoofdstuk 10a C A R door te geven aan de organisatie die hoofdstuk 10a C A R voor hen uitvoert. Op deze wijze wordt gewaarborgd dat aiie uitvoerders de indexering op geìijke wijze toepassen.
riuituK uitwerking cao 2 Ü Ì 3 - 2 G 1 5
(3)
salarismaatregelen D a t u m 2 oktober 2 0 Í 4
05/09
Indexering bovenwettelijke werkloosheidsuitkeringen
op grond van hoofdstuk 10d CAR
Uitkeringen op grond van hoofdstuk 10d C A R worden geïndexeerd met de generieke salarisverhoging in de gemeentelijke sector (zie artikel 10d:2, onderdeel b CAR). Dit betekent dat ex-medewerkers met een uitkering op grond van hoofdstuk 10d C A R vanaf 1 oktober 2014 een maandelijkse uitkering krijgen die ÎVo hoger ligt en dat de uitkering per 1 april 2015 met 50 euro stijgt.
5. Minimumloon en minimum vakantietoelage De Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML) geldt in principe niet voor gemeentelijke werkgevers. In de cao gemeenten 2013-2015 is echter afgesproken dat als het schaalbedrag dat hoort bij de inschaling van de medewerker onder het voor de medewerker geldend wettelijk minimumloon ligt, de medewerker het voor hem geldende minimumloon ontvangt overeenkomstig de bepalingen in de Wet Minimumloon (WML). Voor medewerkers jonger dan 23 jaar is dit het wettelijk minimumjeugdloon dat afhankelijk is van hun leeftijd. Over dit bedrag ontvangt hij dan ook zijn vakantietoelage, waardoor altijd de wettelijke minimumvakantietoelage wordt uitbetaald. Deze afspraak zal ook aangegeven worden in een voetnoot bij de salaristabellen. Het minimumloon wordt tweemaal per jaar vastgesteld. Op 1 januari 2014 wordt zowel het minimumloon als het minimum jeugdloon voor het jaar 2014 vastgesteld. Vervolgens wordt door de overheid een nieuwe calculatie gemaakt waardoor op 1 juli 2014 het loon weer wordt bijgesteld. Het meest recente minimum(jeugd)loon kunt u vinden op www.riiksoverheid.nl.
6. Overige groepen Indexering VUT- en FPU De Cao sector Gemeenten 2013-2015 heeft geen directe invloed op de uitkeringen van personen die een V U T - of FPU-uitkering genieten. De VUT- en FPU-regeling kennen namelijk een indexatiesystematiek die erop neerkomt dat de uitkeringen elk jaar op 1 januari geïndexeerd worden overeenkomstig de gemiddelde salarismutatie bij de overheid. Ook invaliditeits- en ouderdomspensioenen volgen deze systematiek. Politieke
ambtsdragers
De salarisontwikkelingen van politieke ambtsdragers in de gemeenten volgen de afspraken die worden gemaakt voor de medewerkers in de sector Rijk. De Cao sector Gemeenten 2013-2015 is dus niet van invloed op de salarissen van de politieke ambtsdragers. Buitengewone ambtenaren burgerlijke stand Ten slotte vallen buitengewone ambtenaren burgerlijke stand niet onder de C A R - U W O . De in
Betreft uitwerking cao 2013-2015 (3) salarismaatregelen Datum 2 oktober 2014
06/09
deze brief besproken salarismaatregelen zijn daarom niet automatisch op hen van toepassing. Als de gemeente de voorbeeldrechtspositieregeling voor de B A B S integraal heeft overgenomen dan werken de structurele salarismutaties op grond van artikel 3 van deze regeling ook door in de aan hen uitbetaalde vergoedingen. Zij hebben geen recht op de eenmalige uitkering.
7. Inwerkingtreding De gewijzigde CAR-artikelen over de verschillende maatregelen treden op verschillende data in werking: «
De salarismutatie van ľyó per 1 oktober 2014 treedt in werking met ingang van 1 oktober 2014.
®
De salarismutatie van 50 euro per 1 april 2015 treedt in werking met ingang van 1 april 2015.
8 Rechtskracht ä
Op grond van de statuten van de V N G en het reglement van het CvA zijn gemeenten gehouden om uitvoering te geven aan de in het L O G A overeengekomen CAR-bepalingen en de nadien overeengekomen wijzigingen daarvan. Voor gemeenten die bij de UWO zijn aangesloten, geldt dat eveneens voor de zogenoemde UWO-bepalingen. De C A R en de UWO zijn geen C A O in de zin van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst, waardoor overeengekomen wijzigingen niet rechtstreeks doorwerken in de aanstelling van individuele ambtenaren. Op grond van artikel 125 Ambtenarenwet en artikel 160 Gemeentewet is het college verplicht, respectievelijk bevoegd, voor gemeenteambtenaren een lokale arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregeling vast te stellen in de vorm van een algemeen verbindend voorschrift. Op grond van artikel 107e Gemeentewet heeft de raad deze bevoegdheid voor de griffie. De gemeentelijke rechtspositieregeling is een algemeen verbindend voorschrift. Artikel 139 Gemeentewet bepaalt dat besluiten, die algemeen verbindende voorschriften inhouden, pas verbinden wanneer zij op de juiste manier zijn bekendgemaakt. Sinds 1 januari 2014 dient dit te geschieden door vermelding in een elektronisch en algemeen toegankelijk gemeenteblad, overeenkomstig de 'Regeling elektronische bekendmaking en beschikbaarstelling regelgeving decentrale overheden'.
tíeííeît
uiìwerking c a o 2 0 1 3 - 2 0 1 b (3) s a i a i l s m ŕ i a ì i e y e l e n D a i u r n 2 o k t o b e r 2 0 İ 4
07/09
9. Bijlagen In de bijlagen vindt u achtereenvolgens de volgende tabellen: Bijlage 1
CAR-tekst met toelichting per 1 oktober 2014
Bijlage 2
CAR-tekst met toelichting per 1 april 2015
Bijlage 3
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 oktober 2014, nieuwe structuur
Bijlage 4
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 oktober 2014, oude structuur
Bijlage 5
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 april 2015, nieuwe structuur
Bijlage 6
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 april 2015, oude structuur
Bijlage 7
Inpassingtabel betreffende de gemeentelijke garantiesalarissen per 1 oktober 2014
Bijlage 8
Inpassingtabel betreffende de gemeentelijke garantiesalarissen per 1 april 2015
Bijlage 9
Salarisschalen kunsteducatie per 1 oktober 2014
Bijlage 10
Salarisschalen kunsteducatie per 1 april 2015
Bijlage 11
Vergoedingentabel vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 oktober 2014
Bijlage 12
Vergoedingentabel vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 april 2015
Bijlage 13
Gebruteerde vergoedingentabel vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 oktober 2014
Bijlage 14
Gebruteerde vergoedingentabel vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 april 2015
Bijlage 15
Overgang oude salarisstructuur naar nieuwe salarisstructuur
Rechtskrachtbepaling. Op grond van de statuten van de V N G en het reglement van het CvA zijn gemeenten gehouden om uitvoering te geven aan de in het L O G A overeengekomen CAR-bepalingen en de nadien overeengekomen wijzigingen daarvan. Voor gemeenten die bij de UWO zijn aangesloten, geldt dat eveneens voor de zogenoemde UWO-bepalingen. De C A R en de UWO zijn geen C A O in de zin van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst, waardoor overeengekomen wijzigingen niet rechtstreeks doorwerken in de aanstelling van individuele ambtenaren. Op grond van artikel 125 Ambtenarenwet en artikel 160 Gemeentewet is het college verplicht, respectievelijk bevoegd, voor gemeenteambtenaren een lokale arbeidsvoorwaarden- en rechtspositieregeling vast te stellen in de vorm van een algemeen verbindend voorschrift. Op grond van artikel 107e Gemeentewet heeft de raad deze bevoegdheid voor de griffie.
Betreft uitwerking cao 2013-2015 (3) salarismaatregelen Datum 2 oktober 2014
De gemeentelijke rechtspositieregeling is een algemeen verbindend voorschrift. Artikel 139 Gemeentewet bepaalt dat besluiten, die algemeen verbindende voorschriften inhouden, pas verbinden wanneer zij op de juiste manier zijn bekendgemaakt. Sinds 1 januari 2014 dient dit te geschieden door vermelding in een elektronisch en älyciiiccīi LũēQäììReiijR ğëmēeĩìíēuî āu, úvēiēénkoiiìšíig lit; 'Ruyoiiny eieRíruriisuíie bekendmaking en bëschiRbāäľSíeîìirìCj regelgeving decentrale overheden'.
Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden
Mw. mr. S. Pijpstra secreiaris
Deze ledenbrief staat ook op www.vnq.nl onder brieven.
B e i r e í í uitwerking c a o 2 0 İ 3 - 2 G İ 5 (3) s a l a r i s m a a t r e g e l e n Datum 2 oktober 2 0 1 4
09/09
Bijlage 1 bij U201401852 -tekst met toelichting per 1 oktober 2014
Bijlage 1, Salarisverhoging, wordt als volgt aangevuld: Met ingang van 1 oktober worden de schaalbedragen verhoogd met ~\Vo. Degenen die op 15 juli 2014 in dienst zijn van de gemeente krijgen in die maand een eenmalige uitkering van C 350 bruto bij een volledige betrekking. Bij een deeltijdbetrekking wordt dit bedrag naar rato vastgesteld. De uitkering werkt niet door naar de pensioenen en de uitkeringen in verband met ontslag en werkloosheid, zowel wat betreft opbouw als indexatie.
Bijlage 2 bij U201401852 CAR-tekst met toelichting per 1 april 2015
A
Bijlage 1, Salarisverhoging, wordt als volgt aangevuld: Met ingang van 1 april 2015 worden de schaalbedragen verhoogd met 50 euro.
(OCB'-'íSOMmNONin »ocomsoM't(ĎO)T-ío LOh-OOOOCNCO-tfLOCOCOO) O CNICNCNCMCOCOCOCOCOCOCOCO
00
ioNooo)i-CMnin(DcoaixO'íooMSi-incîxoNT-co n m s o N i f i s a i c M ' í s o ) cococot^-h-i^-i^r^oooooooo
T—
'ílDMtũO'^CBCOST-CCO 0 1 0 ) 0 0 - - T - C N C M C O M T | -
C O ^ C O N O O O Í O T CNICOTI-UO C M C M C N J C M C N C N C O C O C O C O C O C O
O)
COCOCMI^-CMCO—- W O t O T Í OOOCOLOOOOOOLOCOOCMLO (DOlr-COincŭOCM^NOlTt"- i n i o t o t û t o c o s s s N S o o
c O o E E c E CD XI C
cu CN—•ir-ocjîcooor^-r^coLO'aiíi'ínNOcnoostDLO'tco CNCNCNCNCNCNCMCMCMCNCOCO 00
T - CnN-CO-^-CN OOON -LOOOCN COCOxt-LOtOt^COOOCDOt-CM T-comNcS'-nmsoN'* co
CMCO-'Ĵ-COCD h-LOCOx- c n o O C O T f C N O C O C O 000)0-— 1 - CN C0-«fLOCOCOI^—- r- CNCMCMCNCMCNICMCMCNICNI
O)
E CU
T—
• * L O r ^ r ^ C 3 5 0 i -
X! CU
O O >
0)S(DIÍ)'ţfCMT-OCB0!XÛl0 OOtD^-NOCOíD'tT-CBMn Sffii-nifliooūocMnios LO •^^LOLOLOLOLOCDCOCDCOCO
Q.
O o CU CU
—T i—
L000T-0)00C0C0CMOC0C0L0 CO'ÍCNOr^LOCO-i-OJCD'SÍ'CN (ONoocorooi-Mcvico^m co
— - — - — - — • T - C N C M C N C N C M C N C N
coLOi-comt-oouocNOjLocNi incONNCOCÍOOT-CMCO^ T - v - - v - —- — - T - CNCNCMCMCNCN
o m a i - t o o f O o o r o o D C M N T -
LOOLOv-COCMl^COOO-'tCJÎLO ^•(OSOîOCslCOKXOCOOIr•^•^••^•'ŤLOLOLOLOLOLOLOCO •«t
(O^NOCOIO^fCMOCOtÛ't 00—••"*I--OJC\ILOC0T-COCOO) 1 - CO-*tLOCDOOO)OC\ICO"tf-LO •"3-'*'«4-- *-*-*'*LOLOLOLOLO
C O O O C M C N — - — - — - — - T - O O O
t-OOLOCNO)COCOOf--^|-'r-CO win(DNM»cnooi-(NiiN
Ŝ CU cu E cu X! ť cu cu XI
,
00
c o o
—"
LO
CU
'tU)'*NO(0(0^NO00S 'ŤSOcoiocoí-'tsocMin S M O T - C M n W t D S O Ì O T CM C O C O ^ ^ ^ - ' í - ^ - ^ l - ^ l - ' ļ ' L O L O
0 XI
c 0 OCMUOOOOOOCDOO—••^•r^CD scoromcMoũ^oscocsin •ŤWlíllûNNCOOÌCBOOico
11A
X)
(OtOSSSlOitMOSffl^ MlfiCOT-^NOCOtOCOT-'* •^LOCOOOOSOCNICO-ţfLOr^OO cococococo^j-^t-^^t^t^i-^t
cu O) l— CU
—:
I CM-^-C3)h~LO CO ontooníooíN'íNon T-(M(oin(DS»oi-N^ m COOOOOCOOOOOCO'^-Tř'^-'^--^-
CMCMINm-OOOOlfflō) COOOCOtOCOOOCOCOCONCMK 't^-inincoíûssoocoaiO)
O O O O O J O O i -
CM
OOCNOO-^l-T-r^cOCDLOCNIOO-'t OîroioO'^ST-'ţfooNino)
<
CDC\ir~-COO)LOOCDC\lr--OCO LO 00 O CO LO 00 —- CO CO 00 —- CO CNCO-sl-CO r^O O O T—-CM
C O O ) — CMCNJCOCOCOCOCOCOCOCO'Ť't
O
CU X!
cu E j cu 3
?*
g3 c CU — x: c i - cu cu en xi ç o to X 5? ŗo j2 a
X ! CU CD X I
İ oi-cMn'tmcosooffiŞ^
periodiek
periodiek
CO
Oi-CMCO^líXOSCOffiŞ^
0
5
CO
ja c ÍŽ o . C CU
» 2 * O
Bijlage 4 bij U201401852 C A R : bijlage II
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 oktober 2014, oude structuur* Nr.
A1 A2 1 2 3 4 5 6 6a 7 8 9 9a 10 11 12 12a 13 14 15 15a 16 17 17a 18 19 19a 20 21 21a 22 23 24 25 25a 26 27 28 29 30 31 31a 32 34 36 38 38a 40 42
Salaris 1-4-2012 1385 1435 1487 1520 1553 1587 1619 1649 1662 1684 1721 1768 1776 1822 1886 1949 1959 2009 2070 2127 2138 2186 2243 2257 2299 2358 2378 2415 2471 2500 2530 2591 2654 2725 2739 2791 2848 2909 2973 3032 3087 3103 3142 3253 3377 3486 3505 3597 3706
Salaris 1-102014 1398 1449 1502 1535 1569 1603 1635 1666 1678 1701 1738 1785 1794 1840 1905 1969 1979 2030 2091 2149 2159 2207 2265 2280 2322 2382 2402 2440 2495 2525 2556 2617 2680 2752 2766 2819 2876 2939 3003 3063 3117 3134 3173 3286 3410 3521 3540 3632 3743
Schaal A
1
0 1 2
0
3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
0
4
2
5
3 6 8
1
0 1
2
2
3 4
3
7 9
4 5 6
0 1 0 2 1 3
0
10 2
1
4 5
3
2
6 7 10
4 5 6
3 4
12
7 8
5 6
2
11
7 8
3 4
0
9
5 6
1
7 8 9
2
0
1
3 4
1
2
5 6 7 8 9
2
3
3
4
4
5
5 6 7
6 7 8 9
0 1 2
10 11
3 4
11 9 11
0 1
13
14
13 0
10
10
10
8
12
13
14
15
16
17
18
Nr.
44 44a 46 48 50 52 54 55 55a 56 58 60 62 64 65 65a 66 68 70 71 71a 72 74 76 78 78a 80 82 84 84a 86 88 90 90a 92 94 96 96a 98 100 102 102a
Salaris 1-4-2012 3830 3896 3951 4066 4181 4296 4407 4467 448S 4524 4639 4750 4866 5010 5080 5105 5153 5297 5442 5511 5539 5586 5738 5894 6055 6090 6248 6447 6653 6688 6865 7084 7310 7348 7544 7785 8033 8073 8290 8555 8829 8872
Salaris 1-102014 3868 3935 3991 4107 4223 4339 4451 4511 4533 4569 4686 4798 4914 5060 5131 5157 5204 5350 5496 5566 5594 5641 5795 5953 6115 6151 6310 6512 6719 6755 6934 7155 7383 7422 7619 7863 8114 8154 8373 8641 8917 8961
Schaal A
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
0 1 2 3 4
0 1 2
5 6 7
3 4 5
0 1 2
6 7 8
15
16
17
3 4 5 6
0 1 2 3
0
7 8
4 5 6
1 2 3
0
7 8
4 5 6
1 2 3
7 8
4 5 6
18
5 12 6 7 8 9 10
0 1 O 3 4
11 5 6 7 8 9 10
8
9
9
9
9 7 8 9
* Als het schaalbedrag onder hei voor de medewerker geldende minimumloon ligt, heeft de medewerker recht op het voor hem geldende minimumloon overeenkomstig de bepalingen in de W M L .
in S CO CB "- N CO lí) (O CO C » f LOQ5COr--CMCOO-tfOOCMCO —-
( o c B T - i r s o c M i n N O N i o
comcoo(\nnsc»T-'ŤCoco
( D S C O O r - N C O ' í t ũ S C O O ) C M C M C M C O C O C O C O C O C O C O C O 0 0
C 0 L 0 0 0 O C 0 L 0 0 0 O C M L 0 ľ - - O C O C O í O S S S N C O C O C O C O O ì CO
O
c O O E ' Í C O N ( 0 0 ' ţ f ō ) ( O S ' i - ( 0 0 i í l f l O l f X O l O l O S S O O O O O l •^•LOCON-OOC3)OT-CMCO'Ñ|-LO
CNCNCMCMCMCMCOCOCOCOCOCO
1^
wooNSNfflT-inoiřco'ţiC 0 L 0 0 0 O C 0 L 0 C 0 O C 0 L 0 r » - O SO)T-^CDOOOnU)SO)M LOLOcocococor^-t^i^-r--r~-oo
E c E 0
c
CO
Ni-'i-OOíOOCONNCOinit ocBcoNin^cofMT-oroco CMCMCO'ÍLOCOt^OOOOOTCMCMCMCNCMCNCNICMCMCOCOCO
co
i - O í S C C Í C M O C O M f l C O C O O O O O i - C N C O C O ' t U Î C T - C O L O O O O C M - * C O O O O C M L O I O I O U ) ( 0 « 0 ( 0 ( C C C S
C M O N r J N S
0 XI 0 O)
E 0 x: O O
>
O I * - C O L O ' ' Í C \ 1 ' « - O O T O O C D L O C M O O O t O T t O O — -
O)
M
ň
c o t - a ) r ^ L O c o — - en co ^ N
CO T--
O J O O i - C M C O l f l f l í ) Í O N »
•— CNCMCMCMCMCMCMCMCMCMCM
o
COOi-COLOI^OiOCM^t-COOO LO
T f L O L O L O L O L O L O C D C O C D C D C O
-t—' 0 -C D. O
x: O 0 1— i0
—: O L O O O ^ f - O O C O C O C O O O C M r ~ - T O l O O C O r - N N O Ŭ C O f f l ^ O L O C O O O C R i - C M T ř L O f ^ O O O C M
LOCO—-CDCOCOCOCMOOOC0LO r - ( J ) N ^ ( M O ( Ŭ ( C ľ f í-fflS sscoroo-T-CMco'ťtií) co T - — - — - T - CMCMCMCMCMCMCMCM
"í'íififmininwinincoco
0
5
0 XI 0
E 0 XI
OOLOr-
LO
C O C D O I N - Í N O C O Í O C O T - ^ C M C O - Ť C O r ^ O O O — - CMCOLOCO
co ^ • ^ • ^ ^ • ' ' í ' í i o i O L O i o i n m
TtLO-^-CMOOOCO'vfCMOCOhO I N I O C O T - M C O O C M I O S O
C O 0 0 C M C M T - T - — - — - t - O O O
(OCOOS^T-COinCMOKOCO incũsscooiooT-t-cMn
"*
NOlO'-nitlOCĎCOCDOIN CM
coco-^--^-^t--^--^--*-^--"tLOLo
iť 0 0 XI J—'" O)
c O O E E 'c
mi
C O L O - — 00LOCMO5LOCM ococooo-r-aico^t-CMcrir^Lo t O f f l S C O C S O i O T - N N n - i —- —- —- — - 1 - - T - CM CM CM CM CM CM
CO^CMOCOCO-ÍCMOOOCO^t-
0 XI
c
0 XI
OCMLOCOOCOCDCO—--tf-r^Oi CMC0-3-Or^C00)L0CM00'*O
co
0 O) 1— 0
cococococO'^-'^-'^-'^-^ř'Ť^-
— La.:
• * C O r ^ 0 0 C 5 ) i -
11A
inwiDSSeoeooiooi-N
COCOSNMOlfMOSCO'í SOCOCOCBCMlOOOi-COCOO)
CMCOLOCOt^CO
0
Ŝ
0 XI 0
E —İ
4-» c 0 x: c 1— 0
COCMSCOOÌinOCDCMSOCO O C O L O C O O C O C D O O T - C O C O O O O i O ' - N ' í i n c C N C B O T - CM CNCOCOCOCOCOCOCOCO'^-^l-'Ť
0 XI
O)
c c O cCoL O) 0 X2
co
XL I- 0 0 XI X) ÇO
0
Oi-CMco^intONcoc»^^
x: to
< *
ink
co co x: E O co O -t-l 0 0
l—
ve
O t - C M C O ^ I O I O S C O C S ^ ^
periodiek
•^•^LOLOLocDCDCDr^t^ooco T—
10A
i f C O ' - i n O X M t D C B C O S O ^
periodiek
de
•íininiDíCNswoorocso CM
0 XI 1— VOO
co co o o o T - C M - — O LO CO mooT-incoT-ifsoicMioco T- C M - ^ L O C D C O O O t - C O - ^ - L O COCOCOCOCOCOCO^^-^-lf'*
T- i -
N N C\l v O O O dl OIO) 0 0 C O 0 0 C O 0 0 C O C 0 C O C O C M f - ~ C \ I
O
Bijlage 6 bij U201401852 C A R : bijlage II
Salaristabel gemeenteambtenaren per 1 april 2015, oude structuur* Nr.
A1 A2 1 2 3 4 5 6 6a 7 8 9 9a 10 11 12 12a 13 14 15 15a 16 17 17a 18 19 19a 20 21 21a 22 23 24 25 25a 26 27 28 29 30 31 31a 32 34 36 38 38a 40 42
Salaris Salaris 1-101-4-2015 2014 1398 1448 1449 1499 1552 1502 1535 1585 1569 1619 1603 1653 1635 1685 1666 1716 1728 1678 1751 1701 1788 1738 1785 1835 1844 1794 1890 1840 1955 1905 2019 1969 2029 1979 2030 2080 2091 2141 2149 2199 2159 2209 2207 2257 2315 2265 2280 2330 2372 2322 2432 2382 2402 2452 2440 2490 2495 2545 2525 2575 2556 2606 2667 2617 2730 2680 2752 2802 2766 2816 2869 2819 2926 2876 2989 2939 3053 3003 3113 3063 3167 3117 3184 3134 3173 3223 3336 3286 3460 3410 3571 3521 3540 3590 3632 3682 3793 3743
Schaal A
1
0 1 2
0
3
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
0
4
2
5
3 6 8
1
0 1
2
2
3 4
3
7 9
4 5 6
0 1 0 2 1 3
0
10 2
1
4 5
3
2
6 7 10
4 5 6
3 4
12
7 8
5 6
2
11
7 8
3 4
0
9
5 6
1
7 8 9
2
0
1
3 4
1
2
5 6 7 8 9
2
3
3
4
4
5
5 6 7
6 7 8 9
0 1 2
10 11
3 4
11 9 11
0 1
13
14
13 0
10
10
10
8
12
13
14
15
16
17
18
Nr.
44 44a 46 48 50 52 54 55 55a 56 58 60 62 64 65 65a 66 68 70 71 71a 72 74 76 78 78a 80 82 84 84a 86 88 90 90a 92 94 96 96a 98 100 102 102a
Salaris Salaris 1-101-4-2015 2014 3868 3918 3935 3985 3991 4041 4107 4157 4273 4223 4389 4339 4451 4501 4511 4561 4533 4583 4569 4619 4686 4736 4848 4798 4914 4964 5110 5060 5181 5131 5157 5207 5204 5254 5400 5350 5496 5546 5566 5616 5644 5594 5641 5691 5845 5795 5953 6003 6115 6165 6151 6201 6360 6310 6512 6562 6719 6769 6805 6755 6984 6934 7155 7205 7433 7383 7422 7472 7619 7669 7913 7863 8114 8164 8204 8154 8373 8423 8641 8691 8917 8967 8961 9011
Schaal A
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
15
16
17
3 4 5 6
0 1 2 3
0
7 8
4 5 6
1 2 3
7
4 5 8
13
14
0 1 2 3 4
0 1 2
5 6 7
3 4 5
0 1 2
6 7 8
18
5 12 6 7 8 9 10
0 1 2 3 A
11 5 6 7 8 9 10
8
9
0
9 Q
1 3
9 7 8
4 5 6
9 7 8 9
* Als het schaalbedrag onder het voor de medewerker geldende minimumloon ligt, heeft de medewerker recht op het voor hem geldende minimumloon overeenkomstig de bepalingen in de WML.
Bijlage 7 bij U201401852 Inpassingtabel betreffende de gemeentelijke garantiesalarissen per 1 oktober 2014
Regelnummer 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 53 57 59 61 63 67 69 73 75 77 79 81 83 85 87 89 91 93 95
Garantieschalen 3229 3349 3467 3574 3687 3804 3928 4049 4165 4281 4393 4628 4739 4856 4987 5277 5423 5713 5859 6026 6189 6353 6532 6724 6917 7111 7303 7496 7692
Bijlage 8 bij U201401852 Inpassingtabel betreffende de gemeentelijke garantiesalarissen per 1 april 2015
Regelnummer 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 53 57 59 61 63 67 69 73 75 77 79 81 83 85 87 89 91 93 95
Garantieschalen 3279 3399 3517 3624 3737 3854 3978 4099 4215 4331 4443 4678 4789 4906 5037 5327 5473 5763 5909 6076 6239 6403 6582 6774 6967 7161 7353 7546 7742
Bijlage 9 bij U201401852 CAR: bijlage IVa1 Salarisschalen kunstzinnige vorming per 1 oktober 2014
aanloopbedrag 1 aanloopbedrag 2 aanloopbedrag 3 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 uitloopbedrag 1 uitloopbedrag 2 uitloopbedrag 3
5 1691
6 1727 1812
7 1764 1867
1764 1812 1867 1934 1998 2060 2122 2181 2241 2299 2357
1934 1998 2060 2122 2181 2241 2299 2357 2417 2476 2533 2594
2476
2721 2861
1998 2060 2122 2181 2241 2299 2357 2417 2476 2533 2594 2656 2721 2794 2861 2919 3048 3164
8 1812 1934 2060 2181 2241 2299 2357 2417 2476 2533 2594 2656 2721 2794 2861 2919 2983 3048 3109 3278 3462 3574
9 2060 2181 2299 2417 2476 2533 2594 2656 2721 2794 2861 2919 2983 3048 3109 3164 3221 3278 3335 3462 3574 3687
10 2417 2533 2656 2721 2794 2861 2919 2983 3048 3109 3164 3221 3278 3335 3399 3462 3519 3574 3628 3742 3861 3987
Bijlage 10 bij U201401852 C A R : bijlage IVa1 Salarisschalen kunstzinnige vorming per 1 april 2015
aanloopbedrag 1 aanloopbedrag 2 aanloopbedrag 3 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 uitloopbedrag 1 uitloopbedrag 2 uitloopbedrag 3
5 1741
6 1777 1862
7 1814 1917
1814 1862 1917 1984 2048 2110 2172 2231 2291 2349 2407
1984 2048 2110 2172 2231 2291 2349 2407 2467 2526 2583 2644
2526
2771 2911
2048 2110 2172 2231 2291 2349 2407 2467 2526 2583 2644 2706 2771 2844 2911 2969 3098 3214
8 1862 1984 2110 2231 2291 2349 2407 2467 2526 2583 2644 2706 2771 2844 2911 2969 3033 3098 3159 3328 3512 3624
9 2110 2231 2349 2467 2526 2583 2644 2706 2771 2844 2911 2969 3033 3098 3159 3214 3271 3328 3385 3512 3624 3737
10 2467 2583 2706 2771 2844 2911 2969 3033 3098 3159 3214 3271 3328 3385 3449 3512 3569 3624 3678 3792 3911 4037
Bijlage 11 bij U201401852 C A R : bijlage VI
Vergoedingentabel betreffende de vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 oktober 2014
1. Aspirant manschap A
uurbedrag uurbedrag voor uurbedrag voor oefeningen en brandbestrijding en langdurig jaarvergoeding cursussen e.d. hulpverlening aanwezigheid 325 10,06 18,81 12,53
2. Manschap A, Chauffeur, Voertuigbediener, Gaspakdrager, Brandweerduiker, Verkenner gevaarlijke stoffen
325
11,56
21,73
14,48
3. Manschap B, duikploegleider, langer dan 5 jaar manschap A, manschap A en ten minste twee specialisaties uit categorie 2 4. Bevelvoerder
325
12,82
24,04
16,03
488
16,06
30,19
20,13
5. Officier van dienst
3848
0,00
38,48
0,00
6 Hoofdofficier van dienst, adviseur gevaarlijke stoffen
5526
0,00
55,26
0,00
7.Commandant van dienst
8220
0,00
61,66
0,00
Bijlage 12 bij U201401852 CAR: bijlage VI
Vergoedingentabel betreffende de vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer per 1 april 2015
1. Aspirant manschap A
uurbedrag uurbedrag voor uurbedrag voor oefeningen en brandbestrijding en langdurig jaarvergoeding cursussen e.d. hulpverlening aanwezigheid 330 10,20 19,07 12,71
2. Manschap A, Chauffeur, Voertuigbediener, Gaspakdrager, Brandweerduiker, Verkenner gevaarlijke stoffen
330
11,72
22,03
14,68
3. Manschap B, duikploegleider, langer dan 5 jaar manschap A, manschap A en ten minste twee specialisaties uit categorie 2 4. Bevelvoerder
330
13,00
24,38
16,25
495
16,28
30,61
20,41
5. Officier van dienst
3902
0,00
39,02
0,00
6 Hoofdofficier van dienst, adviseur gevaarlijke stoffen
5603
0,00
56,03
0,00
7.Commandant van dienst
8335
0,00
62,52
0,00
Bijlage 13 bij U201401852 Gebruteerde vergoedingsbedragen vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer Inpassingstabel per 1 oktober 2014 jaarvergoeding uurbedrag voor oefening en cursussen
uurbedrag voor brandbestrijding en hulpverlening
uurbedrag voor langdurig aanwezigheid
1. Aspirant manschap A
329
10,20
19,13
12,74
2. Manschap A, Chauffeur, Voertuigbediener, Gaspakdrager, Brandweerduiker, Verkenner gevaarlijke stoffen
329
11,78
22,17
14,77
3. Manschap B, duikploegleider, langer dan 5 jaar manschap A, manschap A en ten minste twee specialisaties uit categorie 2
329
13,05
24,43
16,29
4. Bevelvoerder
496
16,33
30,65
20,43
5. Officier van dienst
3922
0,00
39,22
0,00
6 Hoofdofficier van dienst, adviseur gevaarlijke stoffen
5625
0,00
56,25
0,00
7.Commandant van dienst
8374
0,00
62,76
0,00
In deze bijlage is de tabel opgenomen die uitsluitend geldt voor de zeer beperkte categorie vrijwilligers bij de brandweer voor wie de vergoedingen tot het inkomen in de zin van het Pensioenreglement worden gerekend. Het gaat hierbij om personen die vóór 1 januari 1980 een aanstelling hadden als vrijwilliger bij de gemeentelijke brandweer. Onder bepaalde voorwaarden vielen zij onder de werking van de Algemene Burgerlijke Pensioenwet (ABP-wet). Op 1 januari 1980 is de regeling op dit punt gewijzigd en zijn vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer uitgesloten van het ambtenaarschap in de zin van de A B P . Bij de wijziging in 1980 is een overgangsmaatregel getroffen. Deze hield in dat vrijwilligers die op 31 december 1979 al ambtenaar waren, het ambtenaarschap behielden zolang zij in dezelfde dienstverhouding werkzaam bleven. Op grond van deze overgangsbepaling zijn er nu nog vrijwilligers bij de brandweer die overheidswerknemer zijn en pensioen opbouwen bij het A B P . Degenen die na 1 januari 1980 zijn aangesteld, zijn per definitie geen ABP-deelnemer. Voor hen is deze bijlage niet van belang, maar geldt bijlage 11.
Bijlage 14 bij U201401852 Gebruteerde vergoedingsbedragen vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer Inpassingstabel per 1 april 2015 jaarvergoeding uurbedrag voor oefening en cursussen
uurbedrag voor brandbestrijding en hulpverlening
uurbedrag voor langdurig aanwezigheid
1. Aspirant manschap A
334
10,34
19,40
12,92
2. Manschap A, Chauffeur, Voertuigbediener, Gaspakdrager, Brandweerduiker, Verkenner gevaarlijke stoffen
334
11,94
22,48
14,98
3. Manschap B, duikploegleider, langer dan 5 jaar manschap A, manschap A en ten minste twee specialisaties uit categorie 2
334
13,23
24,77
16,52
4. Bevelvoerder
503
16,56
31,08
20,72
5. Officier van dienst
3977
0,00
39,77
0,00
6 Hoofdofficier van dienst, adviseur gevaarlijke stoffen
5704
0,00
57,04
0,00
7.Commandant van dienst
8491
0,00
63,64
0,00
In deze bijlage is de tabel opgenomen die uitsluitend geldt voor de zeer beperkte categorie vrijwilligers bij de brandweer voor wie de vergoedingen tot het inkomen in de zin van het Pensioenreglement worden gerekend. Het gaat hierbij om personen die vóór 1 januari 1980 een aanstelling hadden als vrijwilliger bij de gemeentelijke brandweer. Onder bepaalde voorwaarden vielen zij onder de werking van de Algemene Burgerlijke Pensioenwet (ABP-wet). Op 1 januari 1980 is de regeling op dit punt gewijzigd en zijn vrijwilligers bij de gemeentelijke brandweer uitgesloten van het ambtenaarschap in de zin van de A B P . Bij de wijziging in 1980 is een overgangsmaatregel getroffen. Deze hield in dat vrijwilligers die op 31 december 1979 al ambtenaar waren, het ambtenaarschap behielden zolang zij in dezelfde dienstverhouding werkzaam bleven. Op grond van deze overgangsbepaling zijn er nu nog vrijwilligers bij de brandweer die overheidswerknemer zijn en pensioen opbouwen bij het A B P . Degenen die na 1 januari 1980 zijn aangesteld, zijn per definitie geen ABP-deelnemer. Voor hen is deze bijlage niet van belang, maar geldt bijlage 11.
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
Schema Controle Inschaling medewerkers in oude salarisstructuur In de cao gemeenten 1995-1997 zijn afspraken gemaakt over de invoering van een nieuwe salarisstructuur. Deze salarisstructuur is per 1 april 1996 ingevoerd. In december 1995 bent u per ledenbrief (Lbr 95/259 - CVA/LOGA 95/32 ARZ/509414) geïnformeerd over de overgang naar deze salarisstructuur en de overgang van medewerkers van de oude structuur naar de nieuwe. Vanaf 1 april 1996 moeten alle nieuwe medewerkers bij de gemeente zijn aangesteld in de nieuwe salarisstructuur. Met het volgende schema kunt u controleren of het klopt dat de medewerkers die bij u nog in de oude salarisstructuur zitten, nog niet over zijn naar de nieuwe salarisstructuur. Per medewerker kunt u dit schema doorlopen om deze controle uit te voeren.
B i l l Was de medewerker voor 1 april 1996 in dienst in de gemeentelijke sector (aanstelling of arbeidsovereenkomst op grond van de CAR-UWO) én is hij sindsdien onafgebroken in de sector (vallend onder de CAR-UWO) in dienst geweest?
Heeft de medewerker sinds 1 april 1996 een andere functie gekregen binnen de gemeentelijke sector met een inschaling in een hogere schaal?
naar vraag 2 Deze medewerker hoort ingeschaald te zijn volgens de nieuwe salarisstructuur (artikel 3.1 lid 3 sub b CAR)
naar vraag 3
Is de medewerker ingeschaald in de schalen 1 t/m 5? naar vraag 4
Is de huidige inschaling (schaal en trede) van de medewerker gelijk aan het voor hem geldende perspectief?
Is het perspectief van de medewerker in de oude salarisstructuur beter dan het perspectief in de nieuwe salarisstructuur?
Deze medewerker hoort ingeschaald te zijn volgens de nieuwe salarisstructuur (artikel 3.1 lid 3 sub b CAR)
Deze medewerker hoort ingeschaald te zijn volgens de nieuwe salarisstructuur
naar vraag 5
Deze medewerker hoort ingeschaald te zijn volgens de nieuwe salarisstructuur (artikel 3.1 lid 5 2e gedachtestreepje)
Deze medewerker hoort ingeschaald te zijn volgens de nieuwe salarisstructuur
oude salarisstructuur. De V N G wil graag weten hoeveel medewerkers dit binnen uw gemeente nog betreft en wat hun pensioendatum (of datum einde dienstverband) is.