Colofon
hoofdredacteur Nico ’t Hoen
eindredacteur Arno Wiersma
art director Corniel Nobel
fotografie Arno Wiersma, Lannie Ligthart, Corniel Nobel
voorkant Sinke Mode had afgelopen najaar schaakattributen in de etalage
illustraties Corniel Nobel
03. Redactioneel 04. Voor(zitters)woord
Jan den Brok
06. Niet-schakers lezen AxiomA Nico ’t Hoen
auteurs Jan den Brok, Nico ’t Hoen, Jan Rebel, Marco Anink, Peter de Vries, Arno Wiersma, Kees van der Meer, Gert Legemaat, Joost Michielsen, Dolf Beltz, Teun Timmerman, Albert Kemeling, Corniel Nobel
redactie Buitenwatersloot 161 2613 TD Delft 015-284 02 26
uitgever Delftsche SchaakClub 7e jaargang, nummer 31 mei 2003, oplage 160
drukker Koopman & Kraaienbrink www.deprintservice.nl
advertenties Frans Smit 015-256 32 38
[email protected]
08. Post-schaak Rebellie Jan Rebel
10. Pravda
Marco Anink
11. DSC-ers op het NK Jeugd Peter de Vries
12. DSC organiseert Grand-Slam Peter de Vries
13. Tussenstand jeugd
Peter de Vries
14. Oploswedstrijd
Arno Wiersma
Delftsche SchaakClub
15. Noteboom weekendtoernooi
Teun Timmerman Van Hallstraat 29 2613 CK Delft 015-241 35 65
[email protected]
16. Prometheus kampioenschap
contactpersoon
Arno Wiersma (intern wedstrijdleider) 015-261 08 87
[email protected]
speellocatie Denksportcentrum Sebastiaansbrug Zusterlaan 114 06-25 58 87 13 (alleen op de clubavond)
dsc interactief http://www.delftseschaaksite.nl
lidmaatschap Het lidmaatschap wordt automatisch met een jaar verlengd. Eventuele opzeggingen, schriftelijk, voor 30 juni 2003 bij de secretaris: Van Hallstraat 29 2613 CK Delft
Arno Wiersma Nico ‘t Hoen
17. Overzicht externe competitie Dolf Beltz
18. DSC1 weer dichter bij promotie Kees van der Meer
18. DSC1 speelt strategisch remise Gert Legemaat
RedactioneelNieuw DSC1 fietst over Venlo heen .19 Joost Michielsen
Puzzelhoekje .20
Arno Wiersma
DSC2: Een terugblik .22 Dolf Beltz
Rekengoed 105 .24
Kees van der Meer
DSC3 is kampioen .25
Teun Timmerman
De zegereeks van DSC4 .26 Albert Kemeling
DSC7 promoveert ook .27 Nico ’t Hoen
DSC8 verrast .28
Dolf Beltz Nico ’t Hoen
NoKey .29
Kandidaat Spektakelprijs .30 Marco Anink
Tussenstand Interne .34 Arno Wiersma
Nobel in het schaakspel .35 Corniel Nobel
Agenda .36
Sommige mensen laten alles het liefste bij het oude, andere mensen veranderen wat af. Het lijkt wel of het een sport voor ze is. Een doel op zich. Een onoplettende lezer zou bij het bekijken van dit nieuwe AxiomA misschien aan de laatste groep denken. Maar gelukkig is de werkelijkheid iets complexer dan wat de onoplettende lezer opmerkt: de werkelijkheid ligt in het midden. Want hoewel er weer het een en ander is veranderd is de grote lijn gehandhaafd. Een groot deel van de zaken die wel veranderd zijn hebben een reden. Een nieuwe drukker maakte het bijvoorbeeld mogelijk om de gehele bladzijde te benutten. Een nieuw opmaakprogramma bracht ook weer nieuwe mogelijkheden. Daarom treft u in dit 31e AxiomA een aantal typografische aanpassingen aan. Het gaat hier om veranderingen die het clubblad rustiger, overzichterlijker en strakker moeten maken. Kortom het AxiomA is nog beter geworden! Want als er volgend seizoen weer een wedstrijd is, willen we natuurlijk weer hoge ogen gooien. Dit was het laatste clubblad van dit seizoen. Volgend seizoen: nieuwe deadlines en nieuwe kansen...
4
Voor(zitters)woord
Kampioenschap H
et kan niet anders of dit nummer moet gaan over kampioenschappen. Vorig jaar moest ik in mijn voorwoord schrijven dat er twee degradaties te betreuren vielen, nu zijn deze twee gelukkig weer ongedaan gemaakt. Ons vlaggenschip - het eerste - was duidelijk sterker dan de concurrentie. Met drie punten voorsprong en nog twee wedstrijden te spelen kon het kampioenschap het team eigenlijk niet meer ontgaan. Door gebrek aan concentratie werd in de voorlaatste ronde echter gelijkgespeeld. Maar uiteindelijk werd de klus toch nog geklaard. Het derde had het duidelijk moeilijker. Zij kregen de zwaarste tegenstander in de laatste ronde en moesten winnen. Dat deze klus geklaard werd mag een zeer goede prestatie worden genoemd. Zowel het eerste als het derde hebben bewezen dat hun degradatie vorig jaar een foutje was en zijn als kampioen teruggekeerd naar de klasse waar ze in thuis horen. Hulde, want het is niet makkelijk om te promoveren. In het kielzog van deze twee teams heeft ook het vierde het kampioenschap behaald. Dit is het resultaat van een jarenlange strijd om met een team te promoveren uit de tweede klasse. De laatste jaren werden wel steeds tweede en derde plaatsen behaald maar het kampioenschap ging steeds aan onze neus voorbij.
Dit jaar hadden we met het vierde, vijfde en zesde, drie ijzers in het vuur en gelukkig is het vierde nu gepromoveerd. Dit zorgt ervoor dat er volgend seizoen weer een DSC team in elke klasse van de HSB vertegenwoordigd is. De andere teams hebben het zeker niet gemakkelijk gehad, maar hebben allen hun mannetje gestaan. Niet alleen met de vertegenwoordigende teams is het goed gegaan. De hele vereniging floreert. Het ledenaantal is dermate toegenomen dat er gedacht wordt aan het creëren van een wachtlijst. De financiële situatie is gezond, de interne competitie is sterk bezet en het aantal activiteiten is groot te noemen. Er gaan zelfs stemmen op om het aantal activiteiten te beperken omdat er teveel georganiseerd wordt. Enig punt van kritiek moet mij toch van het hart. Het betreft de gezelligheid in de bar. Niet dat die er niet is, integendeel, maar met name later op de avond is het stemvolume vaak dermate groot dat er van een normaal gesprek geen sprake meer kan zijn. Ik krijg steeds meer signalen dat dit als bijzonder storend ervaren wordt. Het moet toch mogelijk zijn om het voor iedereen gezellig te houden. Ik wens u weer veel leesplezier toe met dit nieuwe nummer van AxiomA.
“Het is niet makkelijk om te promoveren”
Jan den Brok, voorzitter
(advertentie)
6
Interview met Melanie
Nico ’t Hoen Wat vinden niet-schakers van ons clubblad? Begrijpen ze iets van het schakerslatijn? In dit AxiomA geeft Melanie de Gier huisgenoot van de hoofdredacteur - haar antwoord.
H
et is woensdagavond 9 april. Ik heb met Melanie om acht uur afgesproken. Om samen met haar en Inge, mijn vriendin, te eten en om daarna haar te interviewen. Welke relatie hebben wij met Melanie? Zij huurt bij ons het achterhuis en speelt bij Inge in hetzelfde volleybalteam. Even voor achten lopen Melanie en Inge binnen. Ik ben nog aan het koken en zij dekken de tafel. Ongemerkt is het interview al begonnen.
Aperitief Zoals in al onze gesprekken, neemt Melanie spontaan het initiatief. Luchtige en zware onderwerpen wisselen elkaar af, hier en daar vergezeld met lachsalvo’s. Kabinetsformatie, Irak, volleybalteam, maar ook schaken. Hoe ik afgelopen maandag geschaakt hebt?
Met veel mazzel gewonnen van Corniel. “Nou, dat gebeurt bij het volleybal ook, maar dan winnen zij en niet wij”. Eigenlijk loopt het gesprek dus vanzelf. Een rode wijn als smeermiddel is niet nodig, maar wel lekker. Wijntje? “Ja, doe maar”. Hoofdgerecht Kip Hawaï, zonder kip. Wegens het pluimveevirus heb ik reepjes shoarmavlees. Verder als ingrediënten sperziebonen, ui, stukjes ananas en cashewnoten. Nog een wijntje? “Nou …”. Hoe zo druk, druk, druk: Haar mobieltje gaat. Melanie traint en coacht een meisjesteam. Dat team moet vrijdag spelen en de aanvoerster had tot vanavond nog niet haar teamleden gebeld om te vragen of die zouden spelen. Melanie krijgt een rapport van wie de aanvoerster
Interview met Melanie.
Veel wit leest lekker gebeld heeft, wie kan en wie nog moet worden benaderd. De gelijkenissen met het schaken zijn snel gemaakt. Ja, bij teamwedstrijden moeten veel telefoontjes worden gepleegd wie er wel of niet spelen. Bij de volwassenen valt het wel mee, want die bellen meestal al ruim van te voren naar de aanvoerder als zij zijn verhinderd. Vandaar dat ook in hun clubblad een wedstrijdagenda is opgenomen. Wat moet er meer aan noodzakelijke informatie staan in een clubblad? “Standen, spannende ontwikkelingen bij de club, roddels, interviews met leden, activiteiten die binnen de vereniging plaatsvinden”. Op de spannende ontwikkelingen en roddels na zijn dit elementen die zij in ons AxiomA terugvindt. Maar waarom die spannende ontwikkelingen en roddels? “Je moet toch weten waar de gesprekken over gaan!”. Persoonlijk vindt Melanie de columns en interviews leuk. Maar omdat ons clubblad veel gevarieerde informatie heeft, kan zij zich voorstellen dat ons clubblad voor ieder lid leuk is om te lezen. Maar misschien zou er wat meer over en door de jeugd in AxiomA moeten komen! Dessert Een bakje yoghurt vanillevla. Ook hier wordt het eten onderbroken. Nu is het haar moeder. Of Melanie nog bij Beversport in Den Haag langs gaat. De broer van Melanie trekt een half jaar de wereld over. Haar ouders
zouden haar broer in Amerika ontmoeten, waarbij zij een luchtpomp aan hem zouden geven. Die Melanie dus bij Beversport zou halen. Ik raak de draad kwijt van het telefoon gesprek en kijk op mijn vragenlijstje. Dit lijstje heb ik van tevoren ook aan haar gegeven, zodat zij een idee had welke vragen ik zou voorschotelen. “Als zij de telefoon neerlegt, moeten wij maar aan de resterende vragen beginnen”, schiet er door mijn hoofd. Het is ondertussen half elf geworden. Digestief Wijntje? “Lekker!”. En zo beginnen wij goedgemutst aan de resterende vragen op de lijst. Schaakspel Melanie heeft van haar vader leren schaken. Tot haar 14e jaar heeft zij het spel gespeeld, maar daarna niet meer. Het argument ontgaat mij, zeg ik haar als ik hoor waarom: Omdat zij geen schaakspel heeft! Nou, denk ik dan, een schaakafspraak moet snel te maken zijn! Pas was zij een weekje op Texel met haar vriend. Daar heeft zij met hem een potje gedamd. En gewonnen. Daar had zij kunnen schaken, maar ja… Het bord was er wel, namelijk de achterkant van het dambord. Ik corrigeer haar: De voorkant van het dambord. “Ha, ha, ha...”. Maar ja, er waren geen schaakstukken bijgeleverd! Ja, een schaakbord zonder stenen. Heb je nog suggesties om het schaak-
spel aantrekkelijker te maken? Het antwoord begrijp ik niet direct: “Blub-schaakspel”. En Melanie legt het lijntje naar blub-architectuur, barbapapa-gebouwen. Dit maakt volgens haar het schaakspel aantrekkelijker om te zien en zeker in combinatie met felle kleuren. Verder zou het spel sneller moeten door kortere bedenktijd. AxiomA Via mij is Melanie in aanraking gekomen met AxiomA. Of zoals zij het zelf zegt: “Opgedrongen door mijn huisbaas”. Op mijn verzoek omdat ik haar wilde interviewen, heeft zij de AxiomA’s van nummer 25 tot en met 30 van begin tot eind doorgenomen. Zelfs samen met haar vriend. Ons clubblad komt door de layout heel professioneel over. Maar er staat wel erg veel tekst op een pagina. Met meer wit zou ons blad rustiger overkomen. U ziet, haar kritiek komt overeen met het juryrapport van de KNSB! Epiloog En dan gaat de bel. Het is haar vriend. Wij kletsen nog wat bij, maar het interview is over. De dames moeten gaan slapen omdat zij morgen hun laatste wedstrijd hebben dit seizoen. “Tegen de koploper”, zegt Inge. “Nee”, zegt Melanie, “tegen nummer twee”. U ziet, deze discussies vinden net alleen bij het schaken plaats!
7
8
Rebellie
Post-schaak Rebellie Jan Rebel
Een lot uit de loterij
Voor velen van ons blijft de belangstelling voor het schaken beperkt tot het spelen van het spel. De schaaksport wordt echter ook op vele plaatsen afgebeeld, en een aantal mensen verzamelt deze afbeeldingen. Jan Rebel bericht ons over één van de onverwachte plaatsen waar de schaaksport opduikt.
e mensheid houdt van een gokje, wat een verklaring is voor het bestaan van vele loterijen in verscheidene landen. Dankzij mijn Spaanse vrienden ben ik tot de conclusie gekomen dat Spanje het land is waar de meeste loterijbriefjes met een schaakillustratie zijn uitgegeven. Hiernaast vindt u afbeeldingen van een paar loterijbriefjes uit mijn
collectie. Alle zijn uit Spanje, met uitzondering van het kleine briefje dat in1971 werd uitgegeven in Luxemburg. De meeste biljetten zijn uitgegeven door ONCE het bedrijf dat door, en ten behoeve van, blinden wordt geleid. Zeer speciaal is dan ook de afbeelding van een schaakbord voor blinden op een van de tickets. Verder ziet u een afbeelding van de schaakvlinder en van het Tutankamon bordspel. Op een biljet is de Torre del Oro uit Sevilla afgebeeld en op een ander briefje dezelfde toren, maar nu op een munt. Zoals u wellicht weet, wilden de organisatoren van de match om het wereldkampioenschap
tussen Karpov en Kasparov in Sevilla in 1987, uit toeristische overwegingen, een kleine afbeelding van de Torre del Oro op het schaakbord als toren inzetten. De grootmeesters protesteerden, want zij vonden de spitsen van de Toren te hinderlijk. Als compromis werd vervolgens met replica's van de toren zonder de spits gespeeld. Van toen af aan beschouwden vele verzamelaars van schaakattributen een postzegel met de Torre del Oro er op, als een schaakzegel. Kent iemand van de lezers nog loterijbriefjes van andere landen met een schaakafbeelding? Zo ja, dan graag een bericht naar mij.
Rebellie
9
· No 4 · “Een rondje langs de velden” MA P
K
O
auteur marco anink · titel pravda · categorie column · No 4 · Een rondje langs de velden
Een rondje langs de velden Een rondje langs de velden. Dat is de titel van een wekelijks verschijnend stukje op internetsite www.schakers.info, waar verslagen worden geplaatst van allerlei schaakevenementen van het afgelopen weekend. Over rapidtoernooitjes in achterafgelegen dorpjes tot weekendtoernooien in grote steden. Ze zijn meer van een vermakelijke dan informatieve vorm, en dat is maar goed ook. Meestal zijn de stukjes afkomstig van één van de organisatoren van het toernooi, soms van een medewerker van de site die daar heeft deelgenomen. Wat dan opvalt, is de grote hoeveelheid toernooitjes die gepropt kan worden in één weekend en hoe vaak dezelfde mensen hieraan deelnemen. Spijkenisse Zelf ben ik ook niet vies van een leuk toernooitje, zo een die je eigenlijk alleen voor de lol speelt. Daarom was ik samen met Joost Michielsen eind maart afgereisd naar Spijkenisse om daar deel te nemen aan de Open Rapidmarathon. We zouden rond half tien ’s ochtends beginnen en om 12 uur ’s avonds klaar zijn, nog net op tijd voor de laatste metro's die dan richting Rotterdam Centraal vertrokken. In de openingsronde al moesten we tegen elkaar. Joost maakte een foutje, offerde een kwal, en ten einde dit voordeeltje niet te verspelen dacht ik zo lang na dat ik op grond daarvan al kansloos werd: ik ging door mijn vlag met weliswaar een kwal
meer, maar in een inmiddels onduidelijke stelling. Dertien ronden later bevond ik me ergens in de middenmoot, en voerde Joost het veld aan met Richard Polaczek. Joost had deze speler met rating 2424 in de ochtenduren verslagen en in de andere 11 ronden 2 remises moeten toestaan. Polaczek had weliswaar verloren van Joost, maar alle andere partijen met groots spel en ogenschijnlijk groot gemak gewonnen. Hoewel Joost tot dan toe bij kon blijven liet hij in de laatste ronde nog een halfje liggen, terwijl Polaczek gemakkelijk won. En zo werd de broodspeler alsnog ongedeeld winnaar. Dat was ook terecht en verdiend, zo vond Joost zelf ook. Met 7½ uit 15 had ik precies 50% behaald en was ik terechtgekomen in dat grijze, mistige gebied. Maar toch leuk, zo'n snelschaakmarathon. Utrecht Een week later was er weer iets. In Roosendaal. Een tweetallentoernooi. Ach, waarom niet? Maar Joost moest z’n gitaarles een keertje inhalen en deed dat liever nu dan tijdens een NK. En Diederik moest werken. Maar als Martin wel kon, deden we daar mee. Nu had ik op een vrije dag in de tussenliggende week de fiets weer eens van stal gehaald, en na een lekker tochtje op een zonnig dagje had ik in Amsterdam op het Leidscheplein afgesproken met wat schakers. En die bleken aan Utrecht mee te doen. Utrecht? Ja, Utrecht. Daar werd gesnelschaakt. En daar
deden ook grootmeesters mee, zo scheen. Tja, de hoofdprijs was duizend euro, en dan wilden ze wel een dagje komen snelschaken. Martin bleek die zaterdag inderdaad bereid een toernooitje te spelen, en zo trokken we dus naar Utrecht in plaats van Roosendaal. In een half uurtje moesten we dat met de auto toch wel redden? Gelukkig nam de organisatie het niet zo nauw met de aanvangstijd. En in ronde één wachtte zo'n grootmeester. Een Russische nog wel. Meneer Glek, Igor voor intimi. Er stond ook een getalletje achter zijn naam, 2576. Dat zegt me eigenlijk dan nog het minste. Maar goed, de partij. In de vierpionnenvariant van het KoningsIndisch ken ik wel een beetje theorie. Maar bij mij houdt het een keertje op. Bij een GM niet. Nou ja, uiteindelijk liet ik ergens een toren en koning vorken, en gaf maar meteen op. Een beetje respect mag je wel hebben voor een GM, ook al heeft hij nog maar een minuut op zijn klok. Maar die theorie, ik vraag me dus echt af wat er daar op Pe8 volgt…en dus vroeg ik het meneer Glek. Over de nederlaag was ik boos noch teleurgesteld, maar van zijn antwoord werd ik misselijk. Hij gaf namelijk geen antwoord, maar haalde zijn schouders op, murmelde nog wat na en liep weg. Niet vaak heb ik iemand zo arrogant gezien. Jak. “Ik weet het wel, maar waarom zou ik het jou zeggen, aardwurm?” Nou, na mijn studie heb ik tenminste een echt beroep, meneer de profschaker. Kijk, wel meer mensen maken een hoop misbaar, over hoe goed
zij wel niet waren en hoeveel varianten ze zagen en geven dan een erg subjectieve kijk op de stelling. Ook bij ons cluppie lopen er zulke mensen rond. Ook niet altijd leuk, maar ach, ze geven toch wel wat kleur aan alles. Maar dit was gewoon erg. Tè erg. Gelukkig maar dat hij in de hoofdgroep na 14 ronden 13½ punt had, en toen plots van iedereen verloor en met 13 uit 19 eindigde. Dat zal hem leren! En dan schijnt het ook nog eens dat hij jeugdtrainer is…wat mensen al niet doen voor geld… Martin had een rampzalige voorronde en werd in zijn finalegroep 4e. Ik pakte een TPR van 2100 en flink wat punten mee in de voorronde en kon in de finalegroep geen potten meer breken. Daarvoor was ik te vermoeid. Alleen tegen meneer Ceko ging ik er nog eens goed voor zitten. Vaak werd ik echter zelfs gevlagd met stukken meer, maar niet genoeg tijd om mat te zetten. Maar ach, het was zoals gewoonlijk weer een gezellige dag. The weekend after Het weekend daarop heb ik, na op vrijdagavond kampioen te zijn geworden met DSC9 en dat ook flink gevierd te hebben, een keertje niet geschaakt. Even afkicken, dat moet ook gebeuren. Vanwege examens, die voorbereid moesten worden. Want ik geloof dat ik anders wellicht zelfs naar Urk was afgereisd, om maar èrgens te kunnen schaken...
NK Jeugd
NK Jeugd te Schagen DSC’ers presteren goed Peter de Vries Aan het NK t/m 16 jaar (B-jeugd) mochten dit jaar 2 DSC-leden meedoen (Joost Michielsen en Joram op den Kelder) en aan het NK-meisjes t/m 14 jaar (C-meisjes) deed 1 DSC-ster mee (Marianne Zelitchenko).
H
et NK werd dit jaar gehouden in Schagen (Slot SchagenRidderzaal en hotel Igesz-Koningszaal) en wel van maandag 28 april tot en met zaterdag 3 mei. De schaakvereniging Magnus in Schagen bestaat dit jaar 50 jaar en had aangeboden dit NK te organiseren. Hiertoe heeft de vereniging een stichting opgericht (de stichting Tussen de Torens), die met hulp van de sponsor Deloitte en Touch dit kampioenschap mogelijk heeft gemaakt op deze prachtige locatie. Marianne speelde een heel regelmatig toernooi en wist de partijen in de 1e ronde (tegen Christa Brandenburg), de 2e ronde (tegen Ivana Ineke), de 4e ronde (tegen Janine de Cloet), de 7e ronde (tegen Ivette Muhren) en de 8e ronde (tegen Marina van Vliembergen) winnend af te sluiten. Tegen Talitha Munnik werd in de 6e ronde remise gespeeld. Slechts in 3 meisjes moest Marianne
haar meerdere erkennen, namelijk tegen Berdy de Bie (in ronde 5), tegen Martine Middelveld (in ronde 9) en tegen de latere kampioene Pauline van Nies (in ronde 2). Marianne was als 20e gesplaatst en behaalde een prachtige 5e plaats met 5½ punt uit 9 ronden. Zij scoorde een TPR van 1631. Haar HSBjeugdrating is 1383. Joost en Joram speelden beiden in de B-categorie. Joost stond op basis van zijn KNSB-rating als 1e geplaatst, Joram als 10e. De concurrentie in deze groep is heel groot en de meeste wedstrijden erg spannend. Het verlies van één enkele pion leidt vaak al tot veel rekenwerk bij deze groep serieuze denkers en soms ook tot het
uiteindelijke verlies. Onze DSC-ers presteerden heel goed en werden met respectievelijk 6½ punt (Joost) en 6 punten (Joram) uiteindelijk tweede en gedeeld vierde. Hoewel beiden wellicht op iets meer gehoopt hadden, zijn dit, zeker in dit deelnemersveld, toch prachtige resultaten, waarbij Joram zelfs een TPR scoorde van 61 punten boven zijn rating. Joost won van Charlie Spork (ronde 2), Pieter Nobel (ronde 6), Daan Brandenburg (ronde 7) en Matthew Tan (ronde 9) en speelde remise tegen Enrico Blees (ronde 1), Jan Breukelman (ronde 3), Robert Ris (ronde 4), Chiel van Oosterom (ronde 5) en tegen de latere kampioen Jasper Broekmeulen (ronde 8). Joram won van Bram van der Velden (ronde 1), David Kerkhof (ronde 2), Sander Boogaard (ronde 4), Maarten Dijksma (ronde 6), Joost Vermeend (ronde 8) en Mitchell de Ruijsscher (ronde 9). Hij moest zijn meerdere erkennen in Daan Brandenburg (ronde 3), Chiel van Oosterom (ronde 4) en Enrico Bles (ronde 7).
11
12
Grand-Slam
Grand-Slam te Delft DSC jeugd presteerd goed in eigen huis Peter de Vries De Grand-Slam-wedstrijden zijn weekeindtoernooien voor de betere jeugd, waarbij, zowel op zaterdag als op zondag 3 partijen gespeeld worden, met een bedenktijd van één uur p.p.p.p.
Jan-Pieter
D
e bedenktijd ligt daarbij tussen de bedenktijd die de jeugd heeft op de populaire Grans-Prixtoernooien (20 minuten p.p.p.p) en de bedenktijd die gebruikelijk is op seniorentoernooien (2 uur p.p.p.p.). Aan ons toernooi deden 56 enthousiaste schakers mee, waaronder 3 uit België. Dit aantal van 56 viel wellicht iets tegen, maar tevoren was bekend dat er in dat weekeind ook een KNSB-training was en een aantal topspelers dus niet zouden kunnen komen. Het werd een geslaagd toernooi,
Marianne
met vele mooie en spannende partijen. Aan dit toernooi deden 6 DSCers mee, namelijk Marco Anink in de A-groep, Jan-Pieter de Vries en Marianne Zelitchenko in de B-groep en Roland ten Have, Berend Jongman en Owen Konsoleea in de C-groep. Van deze 6 spelers vielen er 2 in de (geld)prijzen, namelijk Marco Anink (3e plaats) en Roland ten Have (2e plaats), maar ook de anderen scoorden een TPR, die boven hun rating lag en mochten dus ook terugkijken op een geslaagd toernooi.
Roland
Stand jeugd
Tussenstand jeugd Peter de Vries
D
e kaarten zijn zo langzamerhand redelijk geschud. De jeugd heeft nog drie avonden competitie en dan zit het jaar er weer op. Jan-Pieter kan niet meer worden ingehaald en prolongeert zijn kampioenschap in groep A. De kampioen van groep B
lijkt Jop van Roosmalen te worden, maar daar zou Darren Davis theoretisch nog kampioen kunnen worden. De strijd om de plaatsen 2, 3, 4 en 5 belooft echter nog wel heel spannend te worden!
Interne A-groep 1 2 3 4 5 6 7 8
Jan-Pieter de Vries Roland ten Have Berend Jongman Marianne Zelitchenko Rick Beekenkamp Arnoud van der Linden Frederik Hagerop van Eijs Jip Zonderland
1030 726 667 663 665 644 609 575
9 10 11 12 13 14 15 16
Ben Sedee Ruben Joosse Owen Konsoleea Reinout Polders Thijs Willemsen Jordi Krempel Giordano de Franca Geert Willemsen
563 454 405 383 323 265 229 226
1206 967 851 830 768 709 704 701 687 684 664 652 635 607 593 592 589 557 538 533 511
22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41
Jon Jonoski Dion Rutten Geronimo Gerissen Jasmijn Kolmijn Maurits Luiben Eline van der Linden Marijn Kouwenhoven Rowan Hardin Max Funcke Wilriese Hofman Laila Kok Malou Allertz Emily Smeets Zedi Zhang Andreas van Veen Tim van Lit Rens Geerling Wietske van Eck Dirk Ulijn Guillamo Bonapart
501 491 490 482 470 468 441 431 428 409 388 387 356 333 331 329 252 234 183 180
Interne B-groep 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Jop van Roosmalen Darren Davis Thomas van Veen Charlotte Hagerop van Eijs Yonne Groeneveld Joep van Lit Jillian Groeneveld Ilja Boshuijer Hamish de Wild Gijs Zonderland Bob Kalkman Leo de Leeuw Lys-Anne Sirks Melvin Hardin Koos van Dongen Yuran Najl Hossain Han Xu Adinda de Vries Joost Wensveen Henk Wiersma Ilin Jonoski
13
14
Oploswedstrijd
Oploswedstrijd Arno Wiersma
H
et laatste AxiomA van dit seizoen, en dus ook de laatste oploswedstrijd. Maar we beginnen zoals altijd met de oplossingen van de opgaven in de vorige keer. De oplossingen van de opgaven deze aflevering kunnen jullie weer inleveren in de oplossingendoos die naast het magneetbord staat. Opgave 1 is voor de eerste en tweede stappers, de tweede opgave is voor de hogere stappers. Als je het goede antwoord inlevert maak je kans op een prijsje.
opgave 1
opgave 2
-+-+-+-+ zpl+-+-tR-+-vlk+-+ +-zpp+-+-+-+p+-+ zPP+-zPn+-vL-+-zP-tr tR-+-+K+-
-+l+r+-+ +-mk-+p+p -+-wq-zP-+ +p+-+-zP-+-+-+-+ tr-+-+-+-+P+-+-zP +-mKR+RwQ-
Zwart geeft mat in 1.De witte koning zit in het nauw. De toren dreigt binnen te komen, en het paard op f3 is ijzersterk. Toch is het niet een van deze stukken dat mat geeft. Timman deed iets wat vaak erg goed is in de aanval: hij haalde er een extra stuk bij!. In dit geval geeft het zelfs meteen mat.
Zwart geeft mat in 2.De witte koning heeft weinig velden. Maar hoe nu mat te geven? Na een dameschaakje kan de koning via d2 ontsnappen. Daarom:
35...¥a6 mat
35...¦a1+ 36.¢b2 Niet alleen is vluchen via de d-lijn voor de witte koning nu niet meer mogelijk, ook is veld a3 vrijgemaakt voor de dame.
36...£a3 mat
opgave 1
opgave 2
rsnlwqktr-+ zpp+pvlNwQp -+-+-+-+ +-+p+-+-+L+-+-+ +-zp-+-+P+-+-zPPzP tR-+-tR-mK-
r+-wqkvl-tr +-zp-snpzpp p+-zp-+-+ snp+NsN-+-+-+P+-+ +LzP-+-+PzP-zP-zPPzP tR-vLlmK-+R
Wit geeft mat in 1
Wit heeft net zijn dame geofferd. Zie jij hoe hij mat in 2 geeft?
Noteboom
Arno Wiersma
Leiden in Leiden
Op het Noteboom weekendtoernooi zijn ieder jaar een aantal DSC-ers te vinden. Ditmaal werd er zelfs een prijs in de wacht gesleept.
V
orig jaar was mijn Noteboomtoernooi geen doorslaand succes. Ik heb daarbij de vervelende gewoonte slecht te beginnen op weekendtoernooien. In Leiden worden de eerste twee ronden ook nog eens op weerstand ingedeeld in plaats van op rating. Gevolg: een loterij waarbij je in de eerste ronde iedereen tegen kan komen. Om het nog leuker te maken trof ik een ratingloze tegenstander. Martin Glimmerveen wist mij te vertellen dat het een jeugdspeler van zijn andere club Leiderdorp betrof. Op papier een makkie. En zowaar, na de opening won ik een pion, snel gevolgd door een tweede. Zou ik de eerste ronde dan zomaar winnen? Natuurlijk niet. Prompt gaf ik een toren cadeau. Een complete misrekening. Ik dacht gebruik te maken van een penning voor hij er was! Maar goed, de avond was nog jong dus ik nam mij voor er een lekker avondje zelfkastijding van te maken. U weet wel, een paar uur ploeteren om dan het verre eindspel alsnog te verliezen. Maar toen ik een derde pionnetje won had ik zowaar enig tegenspel. Die pion leverde mij namelijk twee vrijpionnen op. Gecombineerd met de resterende zeer actieve toren en een irritant paard kon ik lekker gaan treiteren. Toen mijn opponent het allemaal niet erg actief speelde trokken mijn
pionnen voorwaarts. De zwarte koning kwam in het nauw en een vorkje van het paard won de toren terug en tevens de partij. Hoera, de eerste ronde gewonnen! De tweede ronde wachtte Paul de Freytas. Ik had al eens van hem verloren tijdens het OKU dus ik was gewaarschuwd. Ditmaal speelde ik de opening beter dan de vorige keer. Sterker nog, mijn tegenstander
speelde het minder handig en dat leverde hem een geïsoleerde dubbelpion op. In het middenspel won ik vervolgens een pionnetje, maar het eindspel leek remise te houden. Totdat De Freytas niet de meest actieve voortzetting koos. Er sneuvelde nog een witte pion, en het resterende toreneindspel ging hopeloos mis voor wit. Dus 2 uit 2. Vervolgens kwam mijn tegenstander voor ronde 3 niet opdagen. Hij had ’s ochtends gewoon gespeeld, maar bleek daarna verdwenen. Het leverde een gratis punt op. En het AxiomA een paar foto’s aangezien het mij de kans gaf even op en neer te gaan naar Delft om een digitale camera op te halen. Maar het kon natuurlijk niet altijd goed blijven gaan. In de vierde ronde kwam ik maar matig uit de opening.
Ingraven dus. Het kostte al snel een pionnetje, maar de verdediging leek te houden. Hoewel ik het materieel gelijk trok bleef de stelling lastig, maar mijn tegenstander zag geen winstplan en wilde mogelijk op tijd gaan slapen. Dus zijn remise-aanbod nam ik graag aan! De volgende ochtend vol goede moed aan een hoog bord. En vervolgens kwam er een soepele overwinning. Mijn tegenstander speelde de opening uit het siciliaans te passief. Ik kreeg veel aanval en al rap viel zijn stelling in duigen. Dus 4½ uit 5, en kans op de eerste plaats. Er stonden vier mensen met 4½ uit 5 bovenaan. Ik speelde tegen alweer een jeugdspeler van Leiderdorp. Ik won in het vroege middenspel een kleine kwaliteit tegen een pion, wat hem tevens verhinderde te rocheren. De witte koning vond geen veilig heenkomen en toen het centrum was opengebroken was groot materiaalverlies niet meer te voorkomen. Ik was gedeeld eerste, een ongekend succes voor mij. Uiteindelijk bleek ik op SB-punten tweede na Jimmy van Zutphen; de weerstandpunten waren ook gelijk. Hopelijk mag ik volgend jaar in de A-groep spelen, want hier kom ik nooit meer overheen!
15
16
Prometheus
Prometheus 2003 Sportief en succes en zeer gezellig Nico ’'t Hoen Traditiegetrouw organiseerde Prometheus, inmiddels gefuseerd met NSV, haar toernooi. Met 13 deelnemers was onze club goed vertegenwoordigd.
H
et Prometheus toernooi begint altijd op de tweede donderdag van januari en duurt 7 ronden met tussen elke ronde een vrije donderdag. Na de laatste ronde vindt twee donderdagen verder een snelschaaktoernooi plaats tussen de deelnemers, met tussendoor de prijsuitreiking. Ik vind deze toernooiformule geslaagd, omdat ik zodoende niet iedere donderdag in touw ben. Zoals is vermeld, deden er dit jaar 13 DSC-ers mee: Walter Anema, Simon Broos, Annemaria Dokman, Arend van Dop, René Herbold, Frans van Kampen, Corniel Nobel, Koert ter Veen, Kees Venema, Hora Vlam, Arno Wiersma, Leo Zuijdgeest en ik zelf. Hoe zouden zij tegen elkaar spelen als zij elkaar zouden treffen? Ga je voor de winst om een betere plaats op de ranglijst of ga je voor de remise om elkaar te sparen? Alle DSC-ers die elkaar troffen waren in hun spel hierover erg duidelijk: voor de winst en alleen als het niet anders kan remise accepteren. Ronde 1 In de eerste drie ronden werd via de Zwitserse indeling een eerste schifting gemaakt tussen de sterkere en zwakkere spelers. De eerste ronde kent daardoor weinig verrassende uitslagen. Zo ook nu niet, of toch? De sensatie van de eerste ronde was onze eigen Corniel Nobel. Hij won resoluut van Van Staden, nadat Van Staden een foutje had gemaakt. En wat dacht u van Ger Bussmann die Arend van Dop op remise hield?
Ronde 2 In de tweede ronde verloor ik verrassend van Keuzekamp. Verder was het ook de eerste keer dit toernooi dat twee DSC-ers elkaar troffen: Koert ter Veen en Corniel Nobel. Corniel verloor. Hoogendoorn, de winnaar van vorig jaar, speelde remise. Ronde 3 Walter Anema en Koert ter Veen waren de enige DSC-ers die nog zonder puntenverlies waren. Walter verloor helaas van medekoploper De Jong. En Koert verloor van Hora Vlam. Door dit resultaat behield Hora met 2½ punt aansluiting met de top. Dit zelfde gold voor Arend van Dop na weer een winstpartij. Ik stond ondertussen nog steeds op 0 punten. Gelukkig won ik eindelijk een partij, zodat ik na de derde rond 1 punt had. Ronde 4 De nummers 1 met 3½ punt na de vierde ronde waren Hoogendoorn na winst en, na een onderlinge remise, De Jong en Van Dijk. Hora Vlam en Arend van Dop speelden voor de aansluiting met de koplopers. Na een spannend middenspel werd alsnog remise. Ook Walter Anema sloot zich hierbij aan na winst op Frans van Kampen. Ronde 5 De koplopers Hoogendoorn, Van Dijk en De Jong speelden remise en kwamen daardoor op 4 punten. En Hora Vlam won van Walter Anema zodat ook hij zich tot de koplopers
kon rekenen! Doordat Koert ter Veen won en Arend van Dop remise speelden, volgden zij de kopgroep op een half punt. Op 1 punt van de koplopers bevonden zich na 5 ronden Simon Broos, Walter Anema, Arno Wiersma en ... Corniel Nobel! Ja, Corniel Nobel, na alweer een prachtige winstpartij, ditmaal tegen Boskma. Ronde 6 Omdat Hoogendoorn zich uit het toernooi had teruggetrokken, ging de eerste plaats alleen nog maar tussen Van Dijk en De Jong. Beiden wonnen, zodat zij op 5 punten kwamen. Omdat Hora Vlam de verliezer was van Van Dijk, kwam een aantal DSCers evenals Hora op 4 punten: Arend van Dop (remise), Koert ter Veen (remise) en Corniel Nobel (winst). Op de tweede plaats had zich inmiddels van Oosterom genesteld, die na 6 ronden 4½ punt had. Laatste ronde Omdat De Jong van Van Oosterom won en ook Van Dijk zijn partij won, wonnen De Jong en Van Dijk het toernooi met 6 punten. Een mooie prestatie! Arend van Dop won ook en eindigde op een gedeelde tweede plaats met 5 punten. Hora Vlam speelde remise, waardoor hij op een gedeelde derde plaats werd met 4½ punt. De verrassing van het toernooi was zoals u wel aanvoelt, Corniel Nobel. Hij eindigde op 4 punten door verlies in de laatste ronde. Volgend jaar doe ik weer mee, u ook?
Extern overzicht
Het afgelopen seizoen DSC in euforie Dolf Beltz Het (externe) seizoen is voorbij. En wat voor een seizoen! In de HSB zijn DSC3 en DSC4 kampioen geworden en zijn DSC5, DSC7 en DSC8 op de tweede plaats geëindigd. Alleen DSC9 eindigde op de 3e plaats en DSC6 op de 4e plaats.
D
e tweede plaats van DSC7 en de 3e plaats van DSC9 kunnen nog leiden tot promotie. Het zou dus kunnen betekenen dat er 4 van de 7 HSB-teams promoveren. Een schitterende prestatie. Theo Rekveldt is onbedreigd topscorer externe competitie geworden. Als enige DSC-er bleef hij ongeslagen met 6 uit 6. Ook met de 2 teams in de KNSB competitie ging het zeer goed, want ook daar viel een kampioen te bespeuren. DSC1 werd kampioen, waardoor het volgend jaar weer in de eerste klasse uit mag komen. DSC 2 werd uiteindelijk 4e en kan met dat resultaat tevreden zijn. We kunnen dus terugkijken op een zeer mooi seizoen, waarbij geen enkel DSC team in de onderste regionen heeft meegedraaid. Hulde! Toekomst Maar wat zal dit betekenen voor het komend seizoen? Kunnen we de opgaande lijn handhaven of is deze mooie prestatie een eenmalig fenomeen en keren er volgend seizoen weer teams terug? Streven zal natuurlijk zijn om minimaal te consolideren. Hoewel het koffiedik kijken is, wil ik wel alvast ingaan op het moei-lijke seizoen 2003-2004. Doordat DSC1 promoveert naar de 1e klasse zal het weer als tiental moeten aantreden. Voorts is nog niet zeker of de huidige 8 spelers allen blijven spelen, waardoor het team misschien extra versterkt moet worden. Met het huidige arsenaal aan spelers kan DSC1 degradatie ontlopen, maar zoals vorig jaar bleek, is dat geen automatisme.
Van DSC2 is in ieder geval al bekend dat er minimaal 2 spelers (tijdelijk) stoppen en minimaal 1 speler doorstroomt naar het eerste. Als er geen nieuwe sterke spelers bijkomen, zou dit betekenen dat een aantal spelers uit het derde moeten doorschuiven. DSC2 zal het daarmee moeilijker krijgen dan dit jaar. DSC3 zal het zeer zwaar krijgen in de promotieklasse. Hoewel ik toch wel nieuw potentieel zie voor de opengevallen plekken. DSC4 zal als team zo veel mogelijk gehandhaaft blijven. Het team heeft als team een zeer goed prestatie neergezet, waardoor ze volgens mij allen zullen stijgen in rating. Ik verwacht dat DSC4 moeiteloos kan meedraaien in de 1e klasse. En dan de 3 teams in de 2e klasse, DSC 5, 6 en 7. Komend seizoen zal er in deze klasse versterkte degradatie zijn omdat we teruggaan van vier naar drie 2e klassen in de HSB. Het streven zal komend seizoen erop gericht moeten zijn om minimaal 1 kampioensteam te hebben. Maar het zal nog moeilijk worden om DSC7 dusdanig sterk te maken dat ze geen degradatie kandidaat zijn. In de 3e klasse zal DSC8 als seniorenteam blijven spelen. Ook als er een extra verstrekte promotie plaats zou vinden, waar DSC8 voor in aanmerking zou kunnen komen, zullen we DSC8 in de 3e klasse houden. Het is zeer belangrijk dat DSC met een seniorenteam vertegenwoordigt blijft in de 3e klasse. DSC9 zal waarschijnlijk promoveren en wordt daarmee het tweede team in de 3e klasse. We zijn benieuwd hoe de jeugd in dit team
zich zal ontwikkelen. In de 3e klasse zal er komend seizoen een versterkte degradatie plaatsvinden. In de vierde klasse zal er misschien nog een nieuw jeugdteam geformeerd worden. De jeugdcommissie is zich hierover nog aan het beraden. Teamopstellingen Er zijn al wat ‘bar’-discussies gestart over de opstellingen van de teams komend jaar. Ook ik ben me al aan het oriënteren op de mogelijkheden voor komend jaar. Het is mijn streven om ook dit jaar met minimaal de teamleiders af te stemmen over de opstellingen van de verschillende teams voor komend jaar. Maar ook de ideeën van anderen hoor ik graag. Door de positieve ontwikkeling qua sterkte van een groot aantal spelers op onze club, zijn vooral de indelingen voor de teams DSC3 tot en met DSC7 zeer lastig. Bij de indelingen zal het gaan om het cluben teambelang en niet om individueel belang. Het is waarschijnlijk onoverkomelijk dat er mensen in hun optiek te laag worden ingedeeld. Ik hoop uw begrip. Epiloog Al met al zijn we komend jaar in alle klassen, behalve de Meesterklasse en de 2e klasse KNSB vertegenwoordigt. Komend jaar verwacht ik wel consolidatie in de huidige klassen. De Meesterklasse zal de eerste jaren niet te halen zijn. Wel hoop ik dat DSC binnen een aantal jaren 3 KNSB teams heeft verdeel dover de 1e, 2e en 3e klasse en vertegenwoordigd is alle HSB klassen.
17
18
DSC1
Promotie weer een stap dichterbij Kees van der Meer
V
oor het kampioenschap was de wedstrijd in Roermond van groot belang. We moeten héél ver reizen om nog tegenstanders van gelijke sterkte te kunnen vinden. Verre uitwedstrijden, zoals deze in Roermond, zijn echter vermoeiend. Dat leerde ons de uitwedstrijd tegen PION in Groesbeek. Daarbij: ’t Pionneke 1 (Roermond) stond slechts één wedstrijdpuntje achter op DSC1, net als ASV 1 (Arnhem), zodat verliezen heel slecht zou zijn voor de promotiekansen en winnen erg welkom. Het begin was goed: we reden zonder omwegen rechtstreeks naar ’t Pionneke toe. Dat is te zeggen: we kwamen waar ’t Pionneke volgens de competitiegids had gestaan, in Roermond Noord. Helaas had men ’t Pionneke verzet. Het stond nu in Roermond Zuid. Misschien wel een passend gebruik met carnaval (vastelaovend) van de Remunjse Sjaakverèniging. Als sjakers hadden we daaraan natuurlijk moeten denken: pionnekes staan niet altijd
Strategi Gert Legemaat
op dezelfde plek. Wij op zoek naar ’t Pionneke! Wat waren we blij dat we Can-1 trainingen hadden gehad van kolderschaaktrainer Boogaard! We vonden ’t Pionneke vlug en hebben er meteen de strijd mee aangebonden. Na deze warming-up verliep de wedstrijd voorspoedig. Door een remise van Michielsen aan bord 1 en overwinningen van achtereenvolgens Van Dop, Legemaat en Wortel was bij de eerste tijdcontrole de stand al 1½ - 3½ in ons voordeel. En dus was de winst zeker. Er volgden nog een overwinning van Anema en remises van van der Meer en Schrik. De eindstand was daarmee 2½-5½ in ons voordeel: één concurrent minder. Bij de voortreffelijke maaltijd in een Chinees-Indisch restaurant ten noorden van ’t Pionneke in Zuid vernamen we dat ook ASV1 verloren had. Nog een concurrent minder! Daarmee is dit een belangrijke overwinning op weg naar het kampioenschap.
O
p 12 april speelde DSC1 de voorlaatste wedstrijd uit tegen D4 in Oosterhout. We hadden goede moed de promotie gelijk maar vast binnen te halen. Met een kleine overwinning van 4½-3½ zouden we een feestje kunnen bouwen en genietend de laatste ronde ingaan. Maar helaas, het mocht niet zo zijn. We waren verzwakt omdat Rachid moest afmelden, iets wat bepaald niet zijn gewoonte is. Hij had daar ook de pest over in. Maar op zich hadden we in Henk Mannen een uitstekende invaller die aan bord 2 het volle punt scoorde. Nietemin verliep de wedstrijd niet naar wens. Joost Michielsen overkwam tegen de sterke Filipek (2334) ongeveer hetzelfde wat hij normaal gesproken zijn tegenstanders aandoet. In een scherpe Siciliaan speelde hij in plaats van de cruciale zet Dd2 het foutieve h4. Hij kwam daarna snel in moeilijkheden en verloor kansloos. Zijn eerste nederlaag en een lelijke tegenvaller. Want als je een speler hebt die bijna altijd wint dan speelt dat wel lekker voor de rest van het team. Dan kun je nog eens een steek laten vallen en dan toch winnen. Maar het liep dus anders. Weliswaar wisten Van Dop en Legemaat overtuigend te winnen, maar Anema verloor, nadat hij de in de opening geofferde pionnen nooit meer terug zag. De stand was inmiddels 3-2 in ons
DSC1
sche 4-4
Hekkensluiter is geen partij voor DSC1 Joost Michielsen
voordeel, maar toen gebeurde het. De teamcaptain van D4 deed een aanbod. Hij stelde een eindstand van 4-4 voor! Met dit bijltje had ik nog nooit gehakt. Eerst maar eens langsgegaan bij de overgebleven 3 partijen. Dat was wel even schrikken. Marten Wortel stond een kwaliteit en een pion achter zonder compensatie. De stelling van Ted Barendse leek erg remise-achtig. De stelling van Kees van der Meer tenslotte zag er donkerbruin uit met een vrij grote kans op verlies. Als Marten en Kees zouden verliezen en Ted remise zouden we verliezen! Na enig overleg met diverse teamgenoten gingen we accoord met hun voorstel. Een 4-4 dus, waarbij de partij van Marten verloren werd verklaard en de andere 2 remise. Hiermee waren zij veilig en behielden wij onze promotiekansen. Of waren we misschien al gepromoveerd? Neen. Later bleek dat de enig overgebleven concurrent ASV met grote cijfers gewonnen had, waardoor zij ons nu genaderd zijn tot 2 matchpunten en 2½ bordpunt. In de laatste ronde (10 mei) speelt ASV tegen het zeer zwakke Venlo en wij tegen Schaakmaat, die nog kan degraderen, maar met 1 matchpunt veilig is. Wij zouden met 1 extra matchpunt gepromoveerd zijn. U mag zelf bedenken welke eindstand dan wel zeer aantrekkelijk wordt voor beide partijen. Dilemma. Wat is sportiviteit? En hoe zwaar weegt het?
O
p 15 maart moest DSC1 aantreden tegen rode-lantaarndrager Venlo. Venlo had nog geen enkel matchpunt behaald en moest verder alle wedstrijden winnen wilde het nog kans op behoud hebben. Maar meteen bleek al dat de Venlo’ers de moed al redelijk op hadden gegeven, omdat zij maar met 7 man kwamen opdagen. Ikzelf vond dat helemaal niet erg. Ik had namelijk de hele week hiervoor een zwaar open toernooi in Cannes gespeeld en was erg blij dat ik even kon uitrusten. De wedstrijd begon met een snelle remise van Arend van Dop, maar daarna kwamen de punten in een rap tempo binnen. Ted Barendse kwam al snel in het voordeel. Toen zijn tegenstander iets te makkelijk dacht een stuk te winnen, won Ted eenvoudig. Niet veel later zette Walter Anema zijn tegenstander, die zijn koning wel erg onvoorzichtig in het centrum liet staan, mat. Ook Hora Vlam had zijn tegenstander met vaste hand overspeeld vanuit de opening. Hij liet dit keer geen steekjes meer vallen, zodat de overwin-
ning al voor de tijdcontrole veilig was gesteld. Nu was het natuurlijk de zaak om nog zoveel mogelijk bordpunten te pakken. Rachid Schrik was handiger dan zijn tegenstander in tijdnood, raapte wat pionnen op, zodat de voorsprong op 5½-0½ kwam. Bij Kees van der Meer ging het echter een stuk minder. Nadat zijn tegenstander vlak na de opening een stuk in de aanbieding deed, maakte Kees een grote blunder. Hierdoor won de Venlo’er het stuk terug en had tevens een winnende aanval. Deze speelde het op zijn beurt ook niet heel nauwkeurig zodat Kees een toreneindspel met een pion minder kon gaan keepen. Intussen had Gert Legemaat remise gegeven in een paardeindspel tegen de enige Venlo’er die wel liet zien iets van het spel te begrijpen. Kees verdedigde het eindspel verder nauwkeurig zodat de einduitslag 6½-1½ werd. Dit betekende ook een voorsprong van 3 matchpunten op de concurrentie met nog 2 wedstrijden te gaan, dus de promotie is al bijna binnen!
19
20
Puzzelhoekje
Puzzelhoekje Arno Wiersma
D
e prijsopgave in het vorige AxiomA was erg moeilijk. Maar wat wilt u met een studie van Jan Timman! Gelukkig krijgt u in dit AxiomA de oplossing. En nieuwe puzzels om u de komende tijd weer even bezig te houden natuurlijk. De oplossing van de tweede opgave kunt u weer inleveren bij de redactie. E-mailen mag natuurlijk ook. Een goede inzending dingt mee voor een prijs.
opgave 15
opgave 16
-+-+-+-+ +-+-+-+-+-+-+-zP +-+-zP-zP-+-zp-wq-+ +-+lsn-+K -+-mk-sN-+ +-+-+-+Q
-+-+-+-+ +-+R+-+Pzp-+-mK-zP +-+-+-+-+-+-+-+ +-+-+k+-+-+-+-+ +r+-+-tr-
Wit aan zet wint
Wit aan zet
Opgave 13a
Opgave 13b
r+-tr-+k+ zpp+-zpp+-+-+-snpwQ +-zp-+lsN-+P+-+-zP wqPsN-+P+P+-+-mKP+ +-tR-+-+R
r+-+-+-+ zppwq-mkN+-+-+p+-+ +-zp-+l+p -+P+-sN-zP +P+-+PmKP+-tR-+-+ +-+R+-+-
Opgave 14 (studie Jan Timman)
-+-+-+-+ +-+K+-+-+p+-+-+ +-+-zp-+-+P+-+-+ +L+-+pmk-+-+-+-+ +-+-+-+-
20...¦d2+ 21.¢g3 ¦xg2+ 22.¢xg2 £b2+ 23.¢g3 ¤h5+
30...¦g8+
1.c5
30...¢xf7 is natuurlijk niet goed vanwege 31.¦d7+
En wit moet de dame geven omdat de koning geen velden meer heeft.
31.¤g5 ¦xg5+ 32.hxg5 h4+ 33.¢f2 £xf4+-
Na 1.¥d1 c5 verliest wit omdat hij de zwarte pion op c5 moet nemen in plaats van op c6:1.¥c2 f2 2.¥d3 ¢f3 laat wit kansloos. De e-pion is vernietigend.(Niet 2...e4? 3.¥e2! want dan is het nog remise.)
1...e4 2.¥d1! De sleutelzet: wit moet de loper geven voor een zwarte
vrijpion. Dit moet de f-pion worden, omdat dat de zwarte koning na een ongunstig veld dwingt.
2...e3 3.¥xf3 ¢xf3 4.¢xc6 e2 5.¢d7! Het enige veld! Nu blijkt waarom wit na 1.¥d1 c5! kansloos is.
5...e1£ 6.c6 En remise. U weet waarschijnlijk dat de stelling met de pion op c7 remise is.De pion staat nu echter nog op c6. Normaalgesproken genoeg voor winst. Op een dameschaakje volgt nu echter ¢c8 waarna er geen schaakjes meer zijn voor zwart waarna 8.c7 remise oplevert.
(advertentie)
22
DSC2
Best of the Rest DSC2 bij vlagen Dolf Beltz Een terugblik op de resultaten van het afgelopen seizoen. Ook toont hij ons twee aardige partijen, waarvan de reactie de laatste nomineert voor de spektakelprijs.
V
oor DSC2 was het seizoen eigenlijk al voorbij na de desastreuze nederlaag (1-7) tegen Middelburg in de 3e ronde. In ronde 4 moest nog wel aangetreden worden tegen het sterke Overschie, maar de klap van Vlissingen was hard aangekomen. We wisten dat we moesten winnen tegen Overschie om het seizoen nog wat te bieden. Helaas werd er met 4½-3½ verloren. Henk Mannen wist in deze wedstrijd schitterend te winnen van van Brandenburg. Verder wonnen Pieter Quist en Gabriel Smit, remiseerde Sicco Verwer, maar ver-
loren Arend Bosma (tegen oudclubgenoot Robert Fokkink), Marisca Kouwenhoven, Dolf Beltz en Matthijs Ransijn. Door deze nederlaag stonden we op 4 matchpunten na 4 wedstrijden. We hadden de sterkste teams dan wel gehad, maar waar moesten we dan toch nog voor spelen? Dan eerst maar in de vijfde ronde winnen om niet over degradatie zorgen te hoeven maken. En dat geschiedde. Een simpele 5-3 overwinning tegen Dordrecht volgde. In deze wedstrijd maakte Marco Anink zijn KNSB debuut en hoe. Ik heb
Partij-analyses van DSC-ers
DSC2
zeer goed
begrepen dat hij een bloedstollende wedstrijd speelde, waarin hij gewonnen stond, verloren stond maar uiteindelijk in grote tijdnood als laatste de remise veilig stelde. Echter ik heb dit van horen zeggen, want ik was er zelf niet bij. En ook de zesde ronde werd ruim gewonnen van Souburg, 5-3. De uitslag had nog veel hoger uit kunnen vallen als Arend Bosma en Gabriel Smit bij een 5-1 stand maar niet hun goede stellingen verprutsten. In deze wedstrijd maakte Joram op den Kelder zijn KNSB debuut. En hoe! Met wit verpletterde hij zijn tegen-
stander in de rauzer en als eerste haalde Joram het punt binnen. De zevende ronde werd aangetreden tegen regiogenoot WSC 2. In dit team spelen twee oudleden, Manfred Kindt en Friedhelm Veldhuijzen. Ik had de eer tegen Friedhelm te spelen en dat werd een makkie, zie hiervoor de partij. Manfred echter wist zijn partij voor WSC 2 te winnen. Helaas voor WSC 2 wisten ze nog maar een halfje te scoren, de rest ging naar DSC2. Inclusief drie overwinningen voor drie invallers. In de achtste ronde werd gespeeld in en tegen het verre Terneuzen.
s niet op het net
Alleen al van de reis daar naar toe word je moe. Gelukkig konden we met de auto en deden we er 2 uur over. Met openbaar vervoer was de reis nog aanzienlijk langer geweest. Waarschijnlijk heeft deze vermoeidheid meegespeeld bij een aantal teamgenoten. Marisca kraag al na acht zetten remise aangeboden omdat haar tegenstander herhaling van zetten deed. Maar daar had Marisca geen zin in, daarvoor had ze niet zo lang in de auto gezeten om na 15 minuten al remise te spelen. Ze speelde door, getergd maar helaas ook zeer slecht. Na 1 uur spelen stond ze al verloren. Hetzelfde geschiedde met Sicco. Hij kwam gelijk uit de opening waarna zijn tegenstander remise aanbood. Maar Sicco weigerde want de dag was nog lang en daarna kwam Sicco er niet meer aan te pas. Pieter, Gabriël en Dolf brachten de stand weer in evenwicht, nadat ook Meike Wortel haar partij aan bord 1 had verloren. In tijdnood verloor Arend de controle over zijn partij en verloor waarna Jaap Flohil overbleef in een mindere stelling. Omdat voor Terneuzen de matchpunten zeer belangrijk waren, kon Jaap wegkomen met remise. Maar helaas, de nederlaag was een feit. Toch blijft DSC2 op een derde plaats staan met 10 matchpunten. De laatste wedstrijd is op 10 mei in en tegen Sliedrecht. De spannendste partij van dit seizoen speelde ik tegen Bergen op Zoom. Terecht genomineerd voor de spektakelprijs.
23
24
Rekengoed 105
Computers rekenen vout DSC-ers rekenen goed
Kees van der Meer Voor wie ervan houdt: er zijn een aantal stellingen die computers als winst geven terwijl het volgens mensen remise is.
A
ls voorbeeld geef ik een stelling waar zwart alleen een koning en wit een koning en vijf zwartveldige lopers. Ieder mens begrijpt dat zo’n stelling niet te winnen is, computers niet. Shipof heeft een stapeltje van dit soort stellingen gepubliceerd op http://www.worldchessrating.com. Het zouden aardige voorbeelden zijn voor een column Rekenvoutjes, maar zoals u weet bestaat die bestaat niet meer. Na sinds mensenheugenis Rekenvoutjes te hebben gefabriceerd op schaakbord en schrijfpapier was het mooi geweest en heet mijn column Rekengoed. Daarom ook dat het volgende probleem een alleraardigste is: Een stelling als eerder geschetst is potremise, maar hoe zit dat als we tegenpartij het voordeel van een pion gunnen? Een rand pion om precies te zijn. Er zit natuurlijk een verhaal achter deze stelling. Het begin van dat verhaal staat in het vorige AxiomA. Het was: een koning met een onsje lopers van gelijke kleur tegen koning maakt natuurlijk remise. Het is aardig dat computers dat niet snappen. En ik vroeg me af, of een koning met gelijke lopers tegen koning en pion wint. Ik herinner me dat ik zoiets eens gezien heb. Ik meende een studie van Troitzky. Ik kon hem helaas niet vinden, maar wist wel ongeveer waar ik de oploss-
-vL-vL-vL-vL +-+-+-+p+-+-+-vL +-+-+-+-+-+-+-+ +-+-+-+-+-+-+-+ +k+K+-+-
ing moest zoeken. Die heb ik uit het geheugen gereconstrueerd. Ik heb een boekje met studies van Troitzky, maar zelfs toen ik het hele boekje nauwkeurig had doorzocht, kon ik dit thema (een feestelijk gevoel overhandigd. knuist vol gelijke lopers) niet vinden. Speel de oplossing van de Albert Herman Grooten meende, dat vooral na, met name als u denkt dat Smyslow wel eens met het idee had het niet te winnen is. Kunt u zien, zitten spelen, maar daar kwam ik ook hoezeer intuitie u kan bedriegen . niet verder mee. Nog een ding: het is natuurlijk geen Ik had dus wel een oplossing, mooie studie. Er zijn bijvoorbeeld maar wist niet of die juist was. Maar twee beginzetten: Lb8-e5 en Ld8-f6, ik dacht dat het won. Ik heb me dat is een doodzonde voor een kostelijk geamuseerd met de taxaties studie. Misschien is er wel meer mis. op het forum dat het niet te winnen Daar gaat het mij niet om, het gaat zou zijn (geen beter vermaak dan me om het thema. leedvermaak). Veel plezier bij het naspelen! En nu kwam Albert Kemeling dus met een oplossing. Met wat zetverwisselingen B) 2...¢a2 3.¢c2 a4 4.¥df6 a3 1.¥be5 ¢a2 heb ik hetzelfde; 5.¢c3 ¢xa1 6.¢b3+ ¢b1 7.¥a1 1...a5 2.¥a1 ook de pointe is a2 8.¢c3 ¢xa1 9.¢c2 mat A) 2...a4 3.¥df6 hetzelfde. Twee 2.¢c2 a5 3.¥a1 a4 4.¥df6 A1) 3...¢a2 4.¢c2 a3 5.¢c3 weten meer dan a3 5.¢c3 ¢xa1 ¢xa1 6.¢b3+ ¢b1 7.¥a1 a2 een: nu weet ik 5...¢b1 6.¢b3 a2 7.¢c3 ¢xa1 8.¢c3 ¢xa1 9.¢c2 mat het zeker. 8.¢c2 mat A2) 3...a3 4.¢d2 ¢a2 (4...a2 Ik ben daar erg 6.¢b3+ ¢b1 7.¥a1 a2 5.¢c3 ¢xa1 6.¢c2 mat) 5.¢c3 blij mee, en heb 8.¢c3 ¢xa1 9.¢c2 mat ¢xa1 6.¢b3+ ¢b1 7.¥a1 a2 de uitgeloofde fles wijn met een 8.¢c3 ¢xa1 9.¢c2 mat
DSC3
Kampioen DSC3 terug in de promotieklasse
Teun Timmerman Dit team was dit seizoen het eerste team dat zich kampioen mocht noemen. Teun neemt u mee naar die laatste wedstrijd waarin het kampioenschap kon worden behaald.
O
p maandag 31 maart j.l. speelde DSC3 in ’s Gravenzande (!) zijn laatste thuiswedstrijd tegen RHC Arena 1. De HSB had ook dit jaar een gezamenlijke ronde ingepland voor de eerste klassen, waardoor centrum De Kiem het toneel was van maar liefst acht externe wedstrijden. De situatie was duidelijk: het derde moest winnen om kampioen te worden. En liefst ook nog met een ruime score, omdat bij een krappe overwinning Tijdnood 2 nog een kleine kans had op het kampioenschap. De avond begon goed doordat Willem-Jan van den Broek het team in een vooruit gespeelde partij aan bord 5 op voorsprong zette tegen Nitsche. De oud-voorzitter van de Rotterdamse Schaakbond verkeerde in een luxe positie doordat hij ook met zijn andere team Messemaker 2 op dezelfde avond kampioen kon worden. Helaas stond het al weer snel gelijk doordat Koert ter Veen aan bord 3 in een goede stelling een taxatiefout maakte, waarna zijn tegenstander op de koningsvleugel binnenviel (1-1). Joram op den Kelder speelde aan bord 2 een solide remise, waarna het derde uit leek te lopen naar een gemakkelijke overwinning. Topscorer Jaap Flohil (6 uit 7 aan bord 1) rolde zijn tegenstander op in een degelijke partij, en super invaller Arno Wiersma (op het laatste moment
gecharterd als vervanger voor de zieke Matthijs Ransijn aan bord 4) speelde de mooiste partij van de avond: met solide aanvalsspel werd de sterke Vis van RHC Arena buiten gevecht gesteld (3½-1½). Op dat moment leek het kampioenschap een feit. Tijdnood 2 zou niet de benodigde ruime overwinning tegen Haagse Toren 2 halen (het werd uiteindelijk 4½-3½), en aan de drie staartborden moest het derde nog 1 punt halen. Camile Hol aan bord 6 had zijn voordeel laten verzanden, maar remise leek een logische uitslag. Teun Timmerman (bord 7) was teruggekomen van een pion achterstand, en ook hier leek DSC niet te kunnen verliezen. Alleen teamcaptain Astrid Micheel had het moeilijk aan bord 8. In een ingewikkelde stelling stond ze een pion achter, maar ze had wel minder tijd verbruikt dan haar tegenstander. Het slot werd een ware thriller. Teun, al geruime tijd kampend met een vormcrisis, bedacht dat dameruil de remise zou versnellen. In plaats daarvan kon zijn tegenstander opeens een pion winnen, en was ook het eeuwig schaak mechanisme uit de stelling (3½-2½). Gelukkig won Astrid snel daarna een kwaliteit, waarna haar stelling niet meer te verliezen leek. Toen zij de kwaliteit echter weer teruggaf, en op beide klokken nog zo'n twee
minuten tijd stond, wist non-playing captain Dolf Beltz niet meer waar te kijken. Gelukkig had de tegenstander van Astrid de minst sterke zenuwen. Toen hij onder het oog van wedstrijdleider Chris van Zijderveld een toren losliet op een veld dat werd bestreken door een vijandelijke loper, kon hij opgeven en was het kampioenschap een feit. Dat Camile Hol daarna tot de laatste seconde tevergeefs probeerde zijn remise-eindspel te winnen, was alleen belangrijk voor de statistieken (5-3). Eenmaal terug in Delft werd het kampioenschap uitbundig gevierd met champagne van Jan-Willem van den Broek. Zo kon hij toch nog feestvieren, al had hij met zijn team Messemaker 2 het kampioenschap net gemist. Met de nederlaag waren de druiven zuur voor RHC Arena 1, dat het gehele seizoen bovenaan had gestaan. Vorig seizoen misten zij overigens het kampioenschap van de tweede klasse op een haar door een remise in de laatste ronde tegen DSC6! Maar uiteindelijk gaf de individuele klasse en het bredere invallerpotentieel van DSC toch de doorslag. Aan het derde nu de taak om volgend jaar stand te houden in de promotieklasse, nu ondersteuning vanuit het vierde in de eerste klasse mogelijk is.
25
26
DSC4
De zegereeks van DSC4 Deel 4: slot Albert Kemeling In de voorgaande afleveringen heb ik u reeds kunnen schrijven over de wandeling van het vierde op weg naar het kampioenschap. Het slot hield u echter nog te goed. En dat krijgt u bij deze...
D
e zesde wedstrijd van het seizoen bracht ons naar Den Haag. Daar wachtte het tweede team van HSV op ons. De wedstrijdleider heette ons van harte welkom en wist te melden dat wij bij winst kampioen zouden zijn. Vlot ging de wedstrijd van start. Ik zelf deed het in de opening niet goed, verloor een stuk en kon het daarna niet meer bolwerken, 0-1. Na een korte analyse kwam ik terug bij de wedstrijd. Theo had inmiddels (gewoonte getrouw) gewonnen, en Cees Korving en Simon Broos hadden remise gespeeld zodat de tussenstand 2-2 was. Op de andere borden kon het nog alle kanten uit. Maar de kracht van het vierde bleek in deze wedstrijd opnieuw. Jan Neutel rekende beter in een scherpe stelling en kon de winst noteren. Cees Huygen schoof zijn tegenstander langzaam maar zeker weg. Sander van Gennip maakte opti-
maal gebruik van kleine foutjes van zijn tegenstander en Rene van Alfen liet zijn tegenstander in een gelijke stelling fouten maken en haalde ook winst binnen. Eindstand 6-2 en het kampioenschap was binnen. De laatste wedstrijd van het seizoen was de thuiswedstrijd tegen Pomar. Pomar was al gedegradeerd, en voor het vierde was het beste team resultaat van alle HSB teams binnen bereik. Het mocht echter niet zo zijn. Een winst van 6-2 was tenminste vereist en het werd slechts 5½-2½. Daarmee werd het slechtste resultaat van het seizoen geleverd. Maar niet getreurd. Met zeven overwinningen en daarmee het kampioenschap is een uitstekend resultaat neergezet. Volgend jaar mogen we het in de eerste klasse proberen. Theo Rekveldt tenslotte haalde het beste externe resultaat van alle DSC-spelers (6 uit 6) en mag komend seizoen de wisselbeker bij hem in de kast zetten.
DSC7
Promotie! Nico ’t Hoen
W
aarom deze titel? “Promotie!” klinkt wel erg saai, met al die teams die dit seizoen hun promotiekansen hebben verzilverd. Toch kon ik geen andere naam bedenken, omdat al voor de start van dit seizoen de verwachtingen hoog waren gespanen. Voor ons team hing de promotie toch nog aan een zijden draadje. De één na laatste wedstrijd was een uitwedstrijd tegen Promotie 8, dat uiteindelijk in tegenstelling tot wat de clubnaam aangeeft, laatste werd in de poule. Die wedstrijd werd te nauwer nood gewonnen met 4½-3½ terwijl alle andere teams met veel ruimere cijfers hebben gewonnen van dat team. In de laatste wedstrijd werd thuis de Haagse Toren 5 verpletterend verslagen met 6½-1½. Omdat wij geëindigd zijn als de tweede beste tweede in de derde klasse HSB en er plotseling geen vier maar vijf promotieplaatsen beschikbaar waren, was promotie een feit.
Zesde wedstrijd De wedstrijd tegen Promotie 8, een jeugdteam, in Zoetermeer stond op 14 februari gepland, maar werd door agenda-problemen uiteindelijk over twee avonden gespreid: drie partijen op 21 februari en vijf partijen op 28 februari. Maar ook die data bleken agenda-problemen met zich mee te brengen, namelijk bij Arnout Eykelhof, Vitaly Kalikmanov en Panamstrijder Bart Vlasblom. Hun plaatsen werden ingenomen door Wouter Offereins, Isabelle Hagerop van Eijs en Paul van Riet. Op de 21e februari traden Corniel Nobel (bord 4), Wouter Offereins (bord 5) en Marc Zimmerman (bord 8) als eersten op. Ik was die avond vanwege een personeelsuitje ook in Zoetermeer en zou na dat uitje komen kijken. Blijkens mijn voicemail met een bericht van Corniel, was de wedstrijd al om kwart voor
negen afgelopen. Maar door accuproblemen met mijn mobieltje, hoorde ik dat nieuws pas toen ik middernacht thuiskwam. De heren lieten zich meeslepen met het hoge speeltempo van de jeugdige tegenstanders. Alleen Wouter hield zich staande door te winnen. Corniel speelde remise en Marc verloor. Toen ik om elf uur bij de speelzaal aankwam, zag ik een groep bejaarde Vietnamese dames die zich op muziek langzaam voortbewogen. Op mijn vraag of dit Tai-chi was, werd lachend gereageerd: “Nee, dit is linedance, doet u ook mee?”. Er waren geen schakers te zien en de dames wisten mij te vertellen dat de schakers altijd om acht uur naar huis gaan. Totaal gedesillusioneerd ben ik naar huis gegaan, alwaar ik via de voicemail begreep wat er die avond zich had afgespeeld bij mijn teamleden. Voor deel twee van de wedstrijd knoopten mijn teamleden mijn waarschuwing goed in de oren om zich niet te laten meeslepen met het speeltempo. Na twee uur spelen had alleen ik een voordeel van een pion meer en een betere stelling. Bij René en Isabelle was het nog steeds onduidelijk naar welke kant het dubbeltje zou vallen. Simon offerde een stuk tegen veel tegenspel. Paul kreeg de partij in zijn schoot geworpen, nadat zijn tegenstander een dure rekenfout maakte terwijl die beter stond. Paul won dus. Ondertussen waren mijn Vietnamese vrienden in het zaaltje naast die van ons gearriveerd. Op Dolly Parton en Elvis Presley lieten zij mij zien dat zij sinds de vorige week vorderingen hadden gemaakt. René had in het derde uur geen controle meer over zijn partij nadat hij een stuk had weggegeven, Isabelle ging met een voorsprong in pionnen
en een stuk meer opzoek naar een pionwissel voor een dame en ik begon het ene pionnetje na het andere pionnetje op te rapen. René verloor dus en Isabelle en ik brachten twee punten binnen. Met alleen nog Simon in het strijdperk was de tussenstand 4½-2½ voor ons en was de overwinning een feit. Simon verloor net als René de controle over zijn partij. Het stuk achter begon een blok aan zijn been te worden. En toen viel zijn vlag! En werd het 4½-3½ voor ons.
Zevende wedstrijd De wedstrijd begon na één uur spelen met de eerste overwinning. De tegenstander van Corniel Nobel (bord 4) kwam namelijk niet opdagen. In het tweede uur gaf een snelle blik op de borden een lichte overwinning voor ons: René Torenstra (bord 6) stond een pion voor en positioneel beter, ik (bord 1), Arnout Eykelhoff (bord 2), Simon Dirkse (bord 7) en Gertjan van der Dussen (bord 8) stonden gelijk, Bart Vlasblom (bord 5) was aan de verliezende hand. En Vitaly Kalikmanov (bord 3) had inmiddels remise gespeeld. Het derde uur liet zien dat de tegenstanders van mij en Arnout een stuk misrekenden, waarna Arnout en ik in het vierde uur de partij daadkrachtig in ons voordeel beslechtten. Geheel onverwachts kregen in het vierde uur ook Simon en Gertjan de overwinning in hun schoot geworpen na een blunder van hun tegenstanders. Bart had in die tijd zijn bord al in de wilgen gehangen, zodat de stand op 5½-1½ kwam. René hield de aanwezigen in spanning. Wat doe je als je nog maar drie minuten op de klok hebt en je tegenstander een kwartier? Gelukkig werd deze vraag beantwoord via het omgooien van de koning en was een 6½-1½ overwinning een feit.
26
28
DSC8
Verrassend DSC8 Geen melkpak maar onbedreigd tweede Dolf Beltz Het achtste kende dit jaar een merkwaardig seizoen. Er was geen teamleider te vinden voor dit team en de eerste drie wedstrijden eindigden in 4-4.
H
et begon er al mee dat niemand de eer van teamleider op zich wilde/kon nemen, waardoor ik genoodzaakt was dit zelf te doen. Gelukkig kreeg ik bij de uitwedstrijden de hulp van Frans Smit en Aad de Jong waardoor ik zelf niet bij de uitwedstrijden aanwezig hoefde te zijn. En dan de wedstrijden. De eerste eindigde nogal gelukkig in een 4-4. Hier werd het laatste punt veilig gesteld door Frans Smit. In de tweede wedstrijd keek DSC tegen een 4-2 achterstand aan, met alleen Frans en Leo Zuijdgeest nog te gaan. Frans schoof zijn tegenstander bekwaam van het bord, maar bij Leo stond het bord in vuur en vlam. Zoals wel vaker bij Leo kwam hij beter uit de opening, verloor in het middenspel een stuk om daarna het zijn tegenstander weer zeer moeilijk te maken. In de tijdnoodfase van beide was het uiteindelijk Leo die zijn tegenstander verschalkte, ik geloof zelfs dat het mat was en daarmee onder luid gejuich het matchpunt veilig stelde. En ook de derde wedstrijd ging weer gelijk op tegen de latere kampioen Schaakhuis 2. Het clublokaal van Schaakhuis is vreselijk. Veel gerook en gedrink (het is geloof ik in een kroeg), maar ook nu wist DSC8 stand te houden en mede door 2 overwinningen van Frans en Leo werd er 1 matchpunt naar huis genomen. Er gingen al stemmen op in het team om te proberen het gehele seizoen met 4-4 gelijk te spelen. Maar in de 4e ronde
werd de remisereeks verbroken. Ruim werd Promotie verslagen. Deze prestatie werd herhaald tegen Wassenaar 2. Na 5 ronden stond DSC8 plots tweede met uitzicht op de eerste plaats. Waarschijnlijk heeft dit vooruitzicht meegespeeld in de zesde ronde. Na een zeer spannende strijd werd nipt verloren van Pomar 4. De personen die in de eerste wedstrijden belangrijk waren geweest voor de matchpunten, Frans Smit en Leo Zuijdgeest, verloren helaas in deze wedstrijd hun partij. In de 7e en laatste ronde werd gespeeld tegen Collectief 3. Op dat moment was Schaakhuis al zeker van het kampioenschap en streden Collectief 3 en DSC8 voor de tweede plaats. In deze wedstrijd toonde DSC8 haar kracht. Met 5 overwinningen en 3 nederlagen werd een ruime 5-3 overwinning geboekt. Hoe het precies ging weet ik niet, wel de persoonlijke scores. De winstpartijen kwamen van Wout Cool, Gerrit Bussmann, Aad de Jong, Leo Zuijdgeest en Frans Smit. Verloren werd door Paul van Riet, Steven van der Weele en René Herbold. De tweede plaats in deze klasse is een prima prestatie. Naast de goede prestaties van Frans Smit en Leo Zuijdgeest (die beiden 5 uit 7 scoorden), was er de prima prestatie van Gerrit Bussmann. Aan bord 2 liet hij maar 1 remise toe en won de rest. Hij kwam hiermee op 6½ uit 7! Dat is de op één na beste persoonlijke score van een DSC-er.
NoKey
Ajax uitgeschakeld in de Champions League! Ik zag die uitschakeling met een aantal Feyenoorders in een kroeg op het Stadhuisplein in Rotterdam. Die Feyenoorders juichten. Zij beseften niet dat hierdoor de derde plaats van Feyenoord in de nationale competitie betekent dat Feyenoord in het komende seizoen niet speelt in de Champion League! Ik legde het hen uit, maar kreeg geen vat op hun hersenkronkels. Ik ben een beetje moe geworden, hetzij van het uitleggen, hetzij van het drinken van bier. Ik vermoed het laatste. Ik neem plaats in de trein, terug naar Delft. Mijn gedachten dwalen af naar de Nederlandse politiek. Na r uim 2 maanden onderhandelen besluiten Balkenende en Bos hun formatiebesprekingen te stoppen. Monter springt Zalm in het gat dat Bos achterlaat. Herben ruikt regeringsdeelname, maar wordt afgeser veerd door een beter bod van Dittrich, Rouvoet en Van der Vlies. Mijn ogen vallen langzaam dicht. Ik lijk wel in een droom terecht te komen… Schakers wonnen de verkiezingen. Formatiebesprekingen zijn niet meer nodig. De sleutelpositie in het kabinet heeft toch de minister van buitenlandse zaken. Hij moet nog de diplomatieke dienst samenstellen. Het probleem is wie namens Schaakland op welk niveau naar het buitenland mag worden gezonden. De minister van buitenlandse zaken wordt van alle kanten onder vuur genomen. Iedereen meent wel een goede reden te hebben waarom hij of zij aan een bepaald diplomatieke team mag deelnemen. De minister van buitenlandse zaken is een wijs man: hij gaat niet over één nacht ijs, of in zomertermen gesproken, laat zich niet in de zon verbranden. Na inspiratie in het warme Brazilië opgedaan te hebben, inventariseert hij met de minister van binnenlandse zaken wie in diplomatieke dienst wil en op welk niveau. Ook vindt er intensief overleg plaats tussen de ministers van buitenlandse zaken en van activiteiten. Maar het volk heeft ook zo zijn eigen mening. De wildste samenstellingen van de diplomatieke dienst komen voornamelijk aan de bar aan de orde. In veelvouden van tien en acht personen passeren de kratten pils de revue. Hoe later op de avond, des te exotischer de samenstelling wordt. Een diplomatiek team met alleen maar vrouwen! Of studenten! Ja, waarom niet, een team met
alleen PSV-supporters! Of mensen uit Tanthof. Ja, er is zelfs een Hof van Delft. Mijn gedachten zijn niet meer in bedwang te houden. Een kippenteam, geveld door het SARS-virus in China. De minister van buitenlandse zaken dreigt dat gehele team uit de competitie te nemen, bang voor verdere infecties. Zie ginds komt de stoomboot! De minister geeft helemaal geen cadeautjes meer weg. Een aantal mensen moet een schaakgevecht houden, om hun diplomatieke hardheid aan te tonen. “Jaag hem door de vlag”, wappert de minister van activiteiten. En de driekleur wordt naar beneden gehaald. Ik schiet uit mijn stoel, met mijn slof nog aan! Eén of andere Ajacied heeft aan de noodrem getrokken zodat de trein met een schok tot stilstand komt. Hij begint te schreeuwen dat de godenzonen hun zegetocht zullen voortzetten. Ik ben ondertussen helemaal los. Speelden Balkenende, Rouvoet en Van der Vlies dan ook mee? En wat doet dat vrouwenteam in Irak? En die studenten op de maan? O ja, Delft, TU, techniek dus. Ik sukkel nu wel echt in slaap. “De vorige minister van buitenlandse zaken Aziz is opgepakt”, gonst het om mij heen. “Oei”, denk ik, “Als dit maar niet de huidige minister overkomt”. De kans dat dit de huidige minister overkomt is wel erg klein. Hij kan misschien wel kaarten, maar komt niet in het jokerspel van Bush voor. De onderhandelingen over de samenstelling van de diplomatieke dienst verharden zich. Een voor malige leider uit de diplomatieke dienst eist drie captainplaatsen. En een ander wil zijn reiskosten tweemaal vergoed krijgen. En de beoogde leider van het vlaggenschip eist een 60% hogere vergoeding. Commissaris Kok houdt hopelijk zijn rug recht! Alleen hij heeft vetorecht. In een mist zie ik Sieger. Hij zegt dat hij niet stinkt, niet eng is en alleen geld wil om zich in te kopen in de diplomatieke dienst. “Wat is dit!”, denk ik. Ik voel dat ik droom, maar fictie en werkelijkheid kan ik niet meer onderscheiden. "Station Delft", tettert het door de speakers. Ik word wakker. Ik heb gedroomd, gelukkig... Alle beelden die door mijn hoofd zijn geschoten berusten niet op de waarheid. En de kleine lettertjes? Alles wat ik schrijf wordt toch voor mij gebruikt!
29
30
Spektakelprijs
Kandid
Marco Anink “Kan je bij DSC nou een spektakel- of een schoonheidsprijs winnen?”, vroeg Marco zich af bij het insturen van deze partij. Zijn partij geeft hem antwoord op deze vraag: Spektakel!
D
it jaar wordt de DSC-clubavond op maandag gevolgd door lessen die om 8:45 aanvangen. Ik zeg niet dat ik er altijd om die tijd al ben, maar het is in ieder geval een streven. En wanneer ik om 15:00 dan eindelijk weer klaar ben, mag ik meteen hard doorfietsen om schaakles te geven aan basisscholiertjes. Van 15:1517:15 officieel, maar dat loopt nog wel eens uit. Bovendien moeten ze
E77
Marco Anink R. van Manen Externe (6) Den Haag, 2003
1.d4 ¤f6 2.c4 g6 3.¤c3 ¥g7 4.e4 d6 5.¥e2 Om nog eventjes de beslissing uit te stellen...
5...0-0 En nu rustig ¤f3, het klassieke Konings-Indisch, of raggen met f4, de Four Pawns Attack? Van de eerste soort heb ik een flink aantal gezien waarbij IGM Radjabov in die variant met de zwarte poppetjes zat te spelen. Op wereldtop-niveau komt bijna namelijk alleen maar de klassieke variant met ¤f3 voor. WGM Lanchava stuurt met wit gewoonlijk de f-pion vooruit en ik heb reeds ook een aantal partijen met die opzet nagespeeld, waarbij vooral het taktische gehalte hoog is. Iets om nog op te trainen, dus dat kan nooit kwaad. Bovendien speel ik deze variant zelf vaker dan het klassieke KI. Uiteindelijk werd het de meest agressieve opzet van de twee.
D
6.f4 c5 7.d5 Inmiddels zag ik dat bij Arno op bord 1 eveneens een KoningsIndiër op het bord verschenen was. Arno had daarvoor een
Spektakelprijs
daat weet het zelf ook niet vanuit de locatie waar ik les geef weer terugwandelen naar school. Al met al ben ik vaak pas na zessen weer thuis. Dat is best lastig wanneer je om 19:00 weer verwacht wordt om te vertrekken naar een externe wedstrijd. Zo ook dinsdag de 4e maart, toen ik met DSC5 naar het Nationaal Schaakgebouw moest om daar aan te treden tegen DD 6. Mijn fiets had ook nog eens een band die steeds
leegloopt - een poreuze band? Ik kon maar geen lek vinden - dus moest ik met de tram eerst ‘heen’ naar Sebastiaansbrug en dan met de auto ‘terug’ naar Den Haag. Nee, dan is het handiger om meteen naar Den Haag CS te gaan en vanaf daar met Diederik naar DD te vertrekken. Kortom, even Arno Wiersma en Diederik gebeld zodat iedereen hiervan op de hoogte was en dan nog
even snel wat eten. In de tram bellend met Diederik blijkt de speelzaal nog best ver van DH CS af te liggen, dus zouden we een tram moeten pakken. Maar welke dan? Daar aangekomen staat Diederik met twee fietsen. Mooi zo. Even doortrappen, en kort na kwart voor acht komen we beiden binnen. Zo. We kunnen beginnen:
met commentaar van Marco Anink
eigen systeempje: de loper ging naar d3 en het paard naar e2. Allemaal in de geest van Petrosian: "Pieces belong behind pawns!"
7...e6 8.¤f3 ¤a6?!N Mijn eerste indruk was: zijn dit niet 2 systemen door elkaar? Normaal is hier 8...exd5 9.exd5 en dan een aantal varianten, maar 8...¤a6 is een op zich staande variant zonder de zet c5, maar met e5. Maar wellicht kan dit ook. Ik ben in ieder geval uit m'n theorie...
Ik herinnerde me nog iets van een Benoni-variant waarbij wit ¥g5 speelt, zwart £a5 of £b6 en de witte loper op e7 terecht komt. f6 is daar de rustige voortzetting en hier de enige zet.
13.exf6 En opeens bemerkte ik het paardvorkje op e3..Ik wilde aanvankelijk namelijk ¥h4 spelen, waarna er een nuttige penning op f6 zou ontstaan. Maar dat gaat dus niet.
13...¥xf6 14.¤e4 14. ¥xf6 laat teveel van de druk los, en na afruilen zit er geen paardvorkje in vanwege ¦xf8+.
eerst de toren ontwikkelen terwijl de zwarte dame moet rondfladderen? Ach, dat kan toch nooit ongezond zijn?
19.¦f1! £d8?! En dan dreigt £d4 met dameruil, hmm, nog een keer die toren dan maar? De d-lijn is ook mooi, tenslotte.
20.¦d1?! Weer wat gemist..nouja gemist...zien jullie het? 20.¤f7!! £d4 21.¤h6+ ¢h8 22.¦f8+ ¢g7 23.¦f7+ ¢h8 24.£xd4+ cxd4 25.¦xc7 d3 26.¥d1 e3 en hoewel wit moet afrekenen met 2 verbonden ver opgerukte vrijpionnen staat je wel een stuk voor.
Partij-analyses van
9.0-0
Weer na lang denken, want nadat wit e5 speelt is er ook geen weg meer terug.
9...¤c710.e5!?ƒ
14...¥xg5 15.¤fxg5 ¤e3? 16.¦xf8+ £xf8 17.£d2!+-
Rechtdoor dan maar, want een andere nuttige zet kon ik hier niet bedenken.
En winst, waar gaat het zwarte paard heen? O wacht eens..na exd5 cxd5 kan die knol slaan op d5.
10...dxe5 11.fxe5 ¤g4
17...exd5 18.£xe3??²
Eigenlijk had ik gerekend op 11...¤d7 12.d6 ¤e8 13.¥f4 en veel zal afhangen van het voortbestaan van de witte steunpilaar op e5.
Dan dit maar met iets beter spel. Hoewel ik wel al een half uur minder op de klok heb. Toch iets gemist: 18.cxd5 ¤exd5 (Na 18...¤f5 loopt de dpion zo hard door dat 'ie onderweg een stuk meeneemt: 19.d6 ¤e6 20.d7+-) 19.¥c4! £d8 en 20.¤c3+- wint gewoon een stuk. Einde. Maar nu dus niet.
20...£f6 21.¤xe4 Ziet er gezond uit, toch?
21...£xb2!?
Herman Grooten van de dag ervoor: het afnemen van velden van de vijandelijke dame. Mijn paard was echter eigenlijk ook een machtige merrie en is nu gedegradeerd tot borstel-pony. En dat vond zij (of hij?) ook weer niet leuk. Nu de andere opties, want we hadden er maar liefst 4: 23.¤xc5 £f6² en veel is er niet aan de hand 23.£xc5!? en ik keek naar 23...¤e6?, wat m.i. reddend was, maar dat blijkt te verliezen omdat zwart mat gezet wordt: 23...£b6! 24.£xb6 axb6 25.¤d6 ¥e6 26.¦xa8 ¤xa8 27.¤xb7 is dus zwarts enige optie, en wit heeft een eindspel dat te winnen valt, maar niet zonder slag of stoot. 24.£e7+ ¢h6 en de zwarte koning stond in mijn ogen "veilig" en bovendien staat mijn loper op e2 in. Fritz gaf echter vanaf ¤e6 in iedere variant mat. 25.¤f6!! £xe2 (25...¥d7 26.¤g4+ ¢h5 27.£xh7+ ¢g5 28.h4+ ¢f4 29.£f7+ ¢e4 30.£f3+ ¢d4 31.£e3 mat) 26.¤g8+ ¢h5 27.¦d5+ g5 28.¤f6+ ¢g6 29.£xh7+ ¢xf6 30.¦f5mat In de variant 23.¤d6 dreigt wit een stuk te winnen, en lijkt 23...£f6! dat te verhelpen, maar wit heeft 24.¤e8+ ¤xe8
DSC-ers niet op het net 12.¥g5 Bij 12.¥f4 exd5 13.cxd5 ¦e8 had ik het gevoel dat het witte centrum zal instorten. Bij de analyse kreeg ik mee dat er meteen f6 gespeeld zou worden, maar dan is ¥g5 eveneens nuttiger dan ¥f4.
12...f6™
18...dxe4 En hier ging ik pas echt veel tijd aan besteden. ¤xe4, £xe4 of
Nee!! Dat kan toch niet zomaar. Nee, nee, dat zullen we eens vlug weerleggen.
22.¦d8+ ¢g7™ 23.¤c3?!±
r+ltR-+-+ zppsn-+-mkp -+-+-+p+ +-zp-+-+-+P+N+-+ +-+-wQ-+Pwq-+L+PzP +-+-+-mKGebaseerd op de training van
31
34
Interne competitie
Tussenstand senioren Arno Wiersma
Interne 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42
Arend Bosma Richard Oranje Gert Legemaat Joost Michielsen Michiel van Wissen Ted Barendse Hora Vlam Kees van der Meer Rachid Schrik Arend van Dop Matthijs Ransijn Patrick de Bas Jaap Flohil Leo Roos Koert ter Veen Astrid Micheel Camile Hol Pieter Quist Dolf Beltz Henrik Tamerus Jan-Willem Weenink Jan den Brok Martin Neuteboom Marco Anink Frans Palm Ruud Drankier Cees Huygen Marisca Kouwenhoven Sicco Verwer Teun Timmerman Kees Korving René Gelpke Simon Broos Gabriële de Boo René van Alfen Joram op den Kelder Johan van de Pol Fred Wiltenburg Jan Neutel Luc Verhees Theo Rekveldt Arno Wiersma
1425 1220 1201 1113 1112 1083 1048 986 955 944 941 918 873 852 851 827 797 793 764 752 750 745 737 729 723 716 715 714 708 703 672 661 655 652 651 634 630 630 620 619 613 610
43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83
Tom Vokurka Sander van Gennip Kees Venema Vitaly Kalikmanov Steven van der Weele Gerrit Bussmann Olivier Marincic Martin Glimmerveen David Hughes Arnout Eykelhoff Diederik van Heijgen Wouter Offereins Wout Cool Gerard Bilars Simon Dirkse Maarten Juffermans Annamaria Dokman Arnoud Bakker Albert Kemeling Nico 't Hoen Corniel Nobel Rick Plomp Bart Vlasblom René Herbold Paul van Riet Hein Rekveldt Arnoud van der Linden René Torenstra Leo Zuijdgeest Frederik Flyckt Frans Smit Aad de Jong Gerjan van der Dussen Steven Mast Robert den Uyl Isabelle Hagerop van Eijs Marcel Wessling Jan Jaarsma Dolf Mulder Marc Zimmerman Willem-Jan Wielaard
598 569 544 528 519 518 514 505 504 497 496 493 489 476 464 454 447 444 433 428 426 426 420 415 413 389 381 373 372 332 331 330 310 306 300 295 285 244 237 196 192
Nobel in het schaakspel
Ssstù-uck - Ssst, er wordt hier serieus geschaakt.Een bejaarde halfautist, knippert verre van ritmisch met zijn linkeroog. Het typerende rechter vingertje dat drukkend op de eigen lippen het sissende geluid versterkt, het morsige kopje koffie, de gele vlek boven zijn linker borstzak en het dwangmatig net beschreven notitieformulier verraden dat deze man - deze schaker - weinig afleiding kan verdragen. Geërgerd richt hij zich na deze onderbreking weer op zijn - en zijn tegenstanders - stukken. Ik loop langs de borden, werp blikken op borden zonder me in te laten met de stellingen die aan mijn ogen voorbij glijden. Dat leidt af. Ik denk, doe een poging, beschouw de wereld als een deeloplossing van een groot doch beperkt aantal deelproblemen. Daarbij maak ik geen geluid. Daarbij niet. - Hé, je broek is stuk! Een godin van net geen zestien meer - zeg maar een stuk wijst naar mijn ontblote rechter knie, waar een klein - alleen voor de alerte kijker zichtbaar - litteken op prijkt. - Nee hoor, hij is niet ssst-ù-uck. Hij doet het nog, kijk maar. Demonstratief loop ik een paar passen in haar richting. Daarbij toon ik haar dat hij niet van mijn billen afglijdt tijdens het lopen noch dat hij mij daarin noemenswaardig belemmert. - Maar er zit een gat in! - Ja, nogal logisch, daar moeten mijn benen en mijn middel doorheen. Ik kijk triomfantelijk. Ze zucht. Diep, heel diep. Haar lichaam zucht met haar mee. - Ja, maar díe niet! Nogmaals wijst ze op het gat bij mijn rechter knie. - Dat klopt, maar die is voor extra ventilatie, ik ben nogal een heethoofd, zie je. Hoofdschuddend kijkt ze me strak in de ogen. Nog strakker kijk ik terug. Ze geeft het op en naar een korte weinig nuttige conversatie verlaten we de autist. - Hé, jouw broek is stuk! Er zit een gat in. - Hè, denk ik, nog een jonge (nog jongere!) vrouw hier? Ben ik hier wel op een schaaktoernooi? Ik obser veer haar van top tot teen. Ze ziet er appetijtelijk uit. Ouder dan na navraag zal blijken. Met een hoog knuffelbaarheidsgehalte. Geen schaakster. Voor het oog niet. Ik herhaal de conversatie die ik net daar voor al voerde. - Maar het is niet stuk, maar ssstù-uck. Voeg ik er aan toen. - Ssstuk? Ze kijkt me niet begrijpend aan. - Nee, ssstù-uck! Met dubbele klemtoon. Alles wat kapot gaat is ssstù-uck. Een mooie vrouw is een stuk, en als je ruzie met haar maakt, maak je het ssstù-uck. - Snap je het verschil? - Ja ja. Ze kijkt me nogal wazig in. Of beter gezegd: ze kijkt me aan met een blik van: wat ben jij wazig zeg. Ik wend me - mij hier voor excuserend - van haar af. Slof terug naar mijn bord en schuif aan. Ik bemerk dat mijn tegenstander gezet heeft - mijn klok loopt - en pak mijn notatieboekje.
13
- Hè? Wat doet die man nu? Ik geloof mijn ogen niet. Ik wrijf mijn ogen uit, en knipper nogmaals. Verrek zeg, niet te geloven. Nog beduusd van de kans die mij hier wordt geboden, noteer ik de zet van mijn tegenstander. - Pak aan! Ik ga je stelling slopen. Je stelling moet ssstù-uck! Ik speel mijn pion op. Hoe venijnig kan dit nietig stukje hout zijn. Het lijkt wel een moker. Mijn tegenstander ziet het niet en slaat de pion. - Kaboem! Splatsch! Met één vloeiende beweging sla ik zijn paard van het bord. Bijna a-tempo slaat mijn tegenstander mijn toren terug. En dan komt het: met mijn loperschaak win ik een nu een volle toren! Mijn tegenstander geeft het op. - Ik had geen tijd meer, ik had het niet gezien. - Tja, eenzijdige tijdnood hè, dat scheelt soms een stuk.
35