D 0601b
五福娃 Over de mascottes van de Olympische Spelen Beijing 2008
© St. Werkgroep Het Zevengesternte
Over de mascottes van de Olympische spelen van 2008
Op 11 november 2005 presenteerde de organisatie van de Olympische Spelen in Beijing de mascottes *1 voor de spelen van 2008. Het zijn er vijf en ze zullen bekend staan onder de naam Wu Fu Wa *2 (‘The Five Friendlies’). Wu is Chinees voor het getal vijf en Wu Fu Wa vertalen wij als de ‘Vijf Geluks Wa’. De term ‘Wa’ is ontleend aan Wawa of Wazi *3, in China gangbare termen voor baby of kindje. De vijf vriendjes wensen u: voorspoed, vrolijkheid, enthousiasme, gezondheid en geluk *4. In december 2006 besloot het Olympisch Comité de Engelse naam te laten vallen en de mascottes voortaan nationaal en internationaal met de ‘Fu Wa’ aan te duiden. Volgens het officiële bericht gaat het om “de vier populairste dieren van China en het Olympische vuur.” Deze dieren zijn: de vis, de pandabeer, de Tibetaanse antilope en de zwaluw. Wie bekend is met de Chinese cultuur, zal bij deze toelichting de wenkbrauwen hebben gefronst. Voor de vis gaat de claim – o.a. als symbool voor overvloed - natuurlijk wel op, de panda is sinds kort (en met name voor de ‘buitenwereld’) een populair dier, voor de Tibetaanse antilope zou het - als het om een gewoon hert, symbool voor een lang leven en een goed inkomen, zou gaan wel geloofwaardig zijn en de zwaluw is weliswaar bekend in de Chinese symboliek en als decoratie, maar beslist niet een van de populairste. Draak, feniks, tijger en vleermuis of ekster zouden als ‘populairste dieren’ absoluut meer voor de hand hebben gelegen. Voor ons een goede reden om eens op zoek te gaan naar de achtergronden van dit gekozen vijftal. De dieren worden voorgesteld met de namen Beibei, Jingjing, Huanhuan, Yingying en Nini *5. Als we van deze namen alleen het eerste karakter nemen dan krijgen we: Bei Jing Huan Ying Ni *6 en dat klinkt hetzelfde als: Beijing huanying ni *7, oftewel ‘Beijing verwelkomt U’. Het verdubbelen van een naam of klank heeft in China dezelfde functie als bij ons de verkleiningstoevoegingen ‘-tje’ of ‘-je’ zoals in ‘broertje’ of ‘hondje’. Het onderwerp, het dier of de persoon wordt er liever en aaibaarder van en het geeft over het algemeen een sfeer van iets wat als vanzelf, ordelijk en soepel gaat. Zo gebruikt men in huiselijke kring ‘gege’ *8 voor een oudere broer en ‘didi’ *9 om een jonger broertje mee aan te spreken of aan te duiden. Naast de mascottes zien we af en toe de tekst ‘linggan laiyuan’ *10 (de bron van inspiratie) toegevoegd en soms worden de mascottes afgebeeld met een rood vignet op hun buik. Het stelt een dansend en enthousiastmerend figuurtje in de vorm van het karakter Jing *11 voor en is geinspireerd door het tweede karakter in Beijing (Peking). Het moet de associatie oproepen van een zegel zoals Chinese kunstenaars die met rode inkt plaatsen op hun schilderijen of tekeningen bij wijze van handtekening. De kleuren De kleuren van de Fu Wa zouden zijn ontleend aan de kleuren van de vijf ringen *12 van de Olympische vlag: blauw, zwart en rood staan bovenin en geel en groen zijn de kleuren van de onderste twee ringen. Het symbool werd in 1912 - zestien jaar na de eerste spelen in 1896 door Pierre de Coubertin ontworpen (toen nog als vijf ringen naast elkaar). Hij diende het idee in 1913 in en gaf daarbij als toelichting dat de vijf ringen de continenten symboliseerden en dat de © St. Werkgroep Het Zevengesternte
2
zes kleuren (de witte ondergrond meegeteld) alle kleuren vertegenwoordigden van de vlaggen van alle, toen bekende, naties. Het zou tot 1920 duren alvorens de ringen voor het eerst als vignet en daarna als vlag in gebruik genomen werden, maar sinds die tijd is het een van de meest bekende ‘handelsmerken’ ter wereld. Het wit wordt overigens in veel recente documentatie over de Olympische Spelen achterwege gelaten, maar het organisatiecomité van Beijing heeft alle kleuren wel mee laten tellen - zij het met een typisch Chinees tintje: Het wit is het wit van Jade (een kostbare zeer harde steensoort waarvan de witte variant als bijzonder zeldzaam geldt en daarom buitengewoon gewaardeerd wordt). Het zwart is het zwartgrijs van de Grote Muur. Het blauw is het kobaltblauw van het in het Westen meest bekende Chinese porselein. Het groen is het gebladerte van de Huai Shu *13 (Sophora Japonica, bij ons beter bekend als Pagodeboom of Geleerdenboom). In China is deze boom al bekend vanaf de Zhou-dynastie (circa 1200- 200 voor Christus) en een typische boom voor Beijing al was het maar omdat Chongzheng, de laatste keizer van de Mingdynastie, zich op 19 maart 1644 aan zo’n boom heeft opgehangen toen zijn legers niet opgewassen bleken tegen het boerenleger van Li Zicheng. Deze bewuste boom is overigens nog steeds te zien in het Jingshan park – bij toeristen beter bekend als ‘Coal Hill’ - vlak achter de Verboden Stad, en is door de eeuwen heen zowel het onderwerp van haat als van verering geweest. De pagodeboom staat in de symboliek ook voor de achtste maanmaand, maar daarover later meer. Het geel is het keizerlijk geel van de dakpannen van de Verboden Stad en het rood (in China de kleur van alle gelukbrengende zaken) is ontleend aan het roodoker van de muren van de Verboden Stad. Overigens zou voor het selecteren van een vijftal mascottes een verwijzing naar de vijf klassieke Chinese Elementen *14 meer voor de hand gelegen hebben. De klassieke volgorde zou dan Hout, Vuur, Aarde, Metaal en Water *15 zijn geweest met als corresponderende kleuren groen, rood, geel, zwart en blauw, maar blijkbaar heeft men ervoor gekozen met deze (mooie) traditie te breken en de gelegenheid deze weer eens over het voetlicht te kunnen brengen aan zich voorbij te laten gaan. Daarentegen is Confucius wel weer uit de kast gehaald (na decennia lang verbannen te zijn geweest vanwege zijn ‘reactionaire’ levensvisie) en wordt hij ten tonele gevoerd als de wijze voorouder die in de zesde eeuw voor onze jaartelling al wees op het belang van een gezond lichaam en een gedisciplineerde geest die men kon cultiveren door het beoefenen van boogschieten, boksen, paardrijden, vissen, jagen, lopen en bergbeklimmen. Uiteindelijk zou hij zes disciplines als meest belangrijke classificeren: (het bestuderen en uitoefenen van) de riten, de muziek, het boogschieten, het schrijven en de wiskunde. © St. Werkgroep Het Zevengesternte
3
Laten we nader kennismaken met de vijf mascottes: Beibei
貝貝 [贝贝]
Het karakter Bei betekende oorspronkelijk ‘cowrie schelp’ en dat was één van de oudste betaalmiddelen van China. Later werd het meestal gebruikt om ‘geld’ (in het algemeen) mee aan te duiden. De vis is in China populair vanwege het feit dat in het Chinees ‘vis’ *16 en ‘overvloed’ *17 hetzelfde klinken (yü). De vis – en de karper in het bijzonder is dan ook een populaire afbeelding op porselein, in snijwerk en op (nieuwjaars)prenten. Op nieuwjaarsdag wordt altijd vis opgediend opdat het komende jaar veel overvloed mag brengen. Hierbij wordt alleen het deel van de vis gegeten waar men makkelijk bij kan zonder hem om te draaien. Deels omdat men overvloed nooit in zijn geheel moet opsouperen en deels omdat – volgens een gangbaar bijgeloof – het omdraaien van de vis ook het omslaan van een vissersboot zou kunnen veroorzaken. ‘De karper die door de drakenpoort springt’ is een bekend Chinees gezegde waarmee men iemand aanduidt die iets bijzonders heeft gedaan, promotie heeft gemaakt of een studie heeft afgerond. Er is in de provincie Honan een waterval die de ‘drakenpoort’ heet en men zegt dat een karper, die deze waterval ongeschonden kan passeren, sterk genoeg is om een draak te worden. Een goudvis heeft in China dezelfde naam als bij ons en heeft dus als bijbetekenis: ‘goud in overvloed’. Vier vissen zijn een geliefde decoratie op porseleinen voorwerpen en daarmee spreekt men de wens uit dat de ontvanger (bezitter) ervan onkreukbaar en oprecht mag blijven. In de mascotte zijn oude watermotieven uit de Chinese pre- en protohistorie verwerkt en de hoofdversiering (toushi *18) symboliseert volgens de officiële lezing de oceaan *19. Beibei is de mascotte die voor alle watersporten staat (en wonderlijk genoeg ook voor ritmische gymnastiek). Samen met Nini, de zwaluw, zien we haar nog in de roeiwedstrijden.
© St. Werkgroep Het Zevengesternte
4
Jingjing
晶晶
Het karakter waarmee deze mascotte wordt aangeduid bestaat uit drie zonnen en betekent dan ook ‘schitterend’. In de verdubbeling heeft het de betekenis van ‘helder en schitterend’. De reuzenpanda *20 of grote pandabeer is als symbool en handelsmerk vooral bekend geworden door het Wereld Natuur Fonds. In China zelf worden dagelijks tientallen schoolklassen langs de hokken in de dierentuin ‘gejaagd’ om – in het gunstigste geval – een traagbewegende panda te zien (het is nu eenmaal een nachtdier). Redelijk betrouwbare bronnen vermelden dat de reuzenpanda al een plaatsje had in de keizerlijke dierentuin van Xian tijdens de Westelijke Handynastie (206 voor Christus - 24 na Christus). Door de eeuwen heen was het dier een gewild ‘tribuutobject’ en ook de pels werd zo nu en dan aan en door edelen geschonken. Verder wist het dier zich een twijfelachtige reputatie te verwerven in de traditionele Chinese geneeskunst. De reuzenpanda (Ailuropoda Melanoleuca) werd door pater David als eerste westerling pas in 1869 ontdekt. Het zou tot 1936 duren voordat de eerste levende panda naar Europa kwam. Diezelfde pater David zag zijn naam in het Westen verbonden aan een zeldzaam hert uit de keizerlijke paleistuinen, het Pater Davidshert. De kop van de panda is in vergelijking met die van andere beren erg groot ten opzichte van zijn lichaam en dat verschaft hem zijn ‘lieftallige’ uiterlijk. De voorpoten hebben zes vingers omdat het polsbeen zich tot een opponeerbare 'duim' heeft ontwikkeld en dat geeft hem iets menselijks. Volgens psychologen heeft dat – samen met zijn koddige manier van bewegen en de tekening rond zijn ogen - bijgedragen tot de gevoelens van vertedering die wij voelen bij het zien van dit dier. Het blijven echter beren en het is dan ook in de praktijk verstandig om op enige afstand te blijven. Reuzenpanda’s kunnen wel 1.90 m. lang worden en rond de 125 kilo wegen. De vrouwtjes zijn over het algemeen zo'n 20 procent kleiner en lichter. De berin is slechts enkele weken per jaar vruchtbaar en een worp bestaat meestal uit één jong. Als ze geboren worden wegen ze amper 150 gram en ze blijven dan ook vrij lang (zo’n anderhalf jaar tot twee jaar) onder de hoede van hun moeder. Ze leven solitair op een hoogte van 1.200 tot 3.500 meter in de bamboebossen langs de oostzijde van het Tibetaanse plateau (in de provincies Sichuan, Gansu, and Shaanzi) en ze eten zo'n 12 tot 15 kilo bamboe per dag; als ze verse bamboescheuten vinden zelfs meer dan het dubbele! Ze eten echter ook wel eens een vogeltje, een knaagdier of andere – niet vegetarische – kost. © St. Werkgroep Het Zevengesternte
5
Deze beer behoort tot een van de meest bedreigde diersoorten ter wereld en in China is men in 1955 begonnen met een serieus fokprogramma. Sinds 1965 boekt men echter pas de eerste resultaten daarmee. Dat hij zijn naam deelt met en verwant zou zijn aan de kleine panda (Ailurus Fulgens) komt overigens louter en alleen voort uit het feit dat de mannelijke geslachtsdelen van beide soorten naar achteren gericht zijn; echt ‘familie’ zijn ze niet van elkaar. Behalve door het dier heeft men zich bij het ontwerpen van deze mascotte laten inspireren door het lotusbladmotief van een kom uit de Sungdynastie (960 – 1279), een periode uit de Chinese geschiedenis waarin bijna de hele Chinese geschiedenis werd herschreven. Het hoofdornament symboliseert het woud *21. Huanhuan
歡歡[欢欢]
Het karakter Huan is afgeleid van het geluid van een soort reiger die daarmee de lach van een mens imiteert. Letterlijk betekent het ‘vrolijk’. Huanhuan vertegenwoordigt het Olympisch vuur *22 en men heeft zich hierbij laten inspireren door zowel de afbeeldingen van de fresco's bij de plaats Dunhuang in het afgelegen gebied van Noordwest China als door een borduurpatroon van een vlammende parel. Dunhuang is een klein dorp tussen de woestijnen van de Gobi en de Taklamakan, in een verre en dunbevolkte uithoek van China. Het is van de vierde eeuw tot aan het eind van de Yuandynastie (1368) een religieus centrum geweest en gedurende die hele periode heeft men er met enige regelmaat grotten uitgehakt en die van binnen beschilderd met allerlei boeddhistische afbeeldingen. Het complex raakte in de vergetelheid en pas in 1900 werd het door een taoïstische monnik herontdekt. De eerste westerling (Aurel Stein) bezocht deze grotten in 1907 en vond er het oudste gedrukte boek ter wereld, uit het jaar 868. Er zijn in de eerste helft van de twintigste eeuw veel kostbaar-heden gestolen, gesloopt en verkocht uit de grotten. Van de oorspronkelijke 2000 grotten en nissen zijn er nog slechts een kleine 500 over, maar die zijn toch nog steeds de moeite van het bezoeken waard. Niet alle grotten zijn voor het publiek toegankelijk, maar de 2.000 beelden en 45.000 fresco’s die er nog zijn heeft men inmiddels allemaal in kaart gebracht en daarvan zijn fraaie boeken in omloop gebracht die regelmatig door hedendaagse kunstenaars als inspiratiebron worden gebruikt. De parel is volgens de oude Chinese filosofie de ‘tastbare manifestatie van het maanlicht en een geconcretiseerde essentie van het Yinprincipe’. Omdat de draak gezien wordt als een uitgesproken Yang-manifestatie zien we ze vaak samen afgebeeld. De uitdrukking “Twee draken vechten om een parel” betekent © St. Werkgroep Het Zevengesternte
6
overigens dat geen van beide partijen de strijd kan winnen. Ook in de boeddhistische ‘zeven kostbaarheden’ en ‘acht waardevolle voorwerpen’ staat de parel op een prominente plaats. De vlammende parel wordt ook wel gezien als de belichaming van de donder of als de stem van de keizer (bijvoorbeeld bij het uitvaardigen van een edict). Yingying
迎迎
Het karakter Ying betekent iets of iemand tegemoet treden, je richten naar iets of iemand welkom heten. De mascotte is afgeleid van de (Xi) Zang Lingyang *23 oftewel de Tibetaanse antilope en dat is feitelijk niet eens een echte antilope, maar een soort bok. Behalve het diertje zelf, hebben ook de kleding en de maskers van een minderheidsgroep uit deze streek en de volkeren van de provincie Xinjiang (Sinkiang) model gestaan voor dit ontwerp en de versiering op het hoofd verwijst naar de aarde *24. Opvallend is dat men hier niet gezocht heeft naar een embleem of een vorm die de Uygur, de getalsmatig grootste (en hoofdzakelijk islamitische) bevolkingsgroep van de provincie Xinjiang, aanspreekt. De keuze is ook op andere vlakken een beetje wrang want ‘antilopenhoorn’ (bekend als Cornu Antilopis in het Latijn en ‘lingyang jiao’ in het Chinees) is een bekend ingrediënt binnen de klassieke Chinese geneeskunde. Hoewel met die term officieel alleen de hoorn van de Saiga antilope bedoeld wordt, worden plaatselijk ook andere soorten hiervoor geslacht. De Saiga komt namelijk alleen voor in het noorden en noordoosten van China en het transport over lange afstanden maakt dit ingrediënt voor de klassieke geneeskunde natuurlijk erg duur. Omdat de naam van de Saiga (lingyang) overeen komt met die van de Tibetaanse antilope, is dit voor velen een zeer acceptabel alternatief. Van het totale bestand van zo’n 75.000 dieren vallen er dan ook jaarlijks zeker 20.000 antilopen ten prooi aan stropers. Het beest leeft uitsluitend op het met meer dan zeventig meren bezaaide Qinghai-Tibetaans plateau (het gebergte van Hol Xil) op een hoogte van 3.700 tot 6.000 meter. Uiteraard steken ze af en toe de grens met India over en we vinden ze dan ook in Jammu en Kasjmir. Het dier laat zich overigens niet makkelijk vangen en kan snelheden halen van wel honderdtwintig kilometer per uur. Daarom is hij volgens het organisatiecomité in Beijing een perfect symbool van de Olympische geest. Bij ons is hij bekend onder de namen Chiru of Orongo (de wetenschappelijke naam is Pantholops Hodgsoni) en befaamd als ‘leverancier’ van Shahtoosh (Konings-wol). Hiervan maakt men sjaals die maar een paar ons per stuk wegen, heerlijk warm zijn en waarvoor men in het Westen 15.000 tot 25.000 euro per stuk betaalt. Dat de antilope gedood en gestroopt zou worden voor de wol is een broodje-aap verhaal. In India weigert men zelfs om van de wol van gedode dieren sjaals te maken, omdat die wol stinkt. Zodra het dier sterft komt er een kwalijk-riekende stof vrij die in de haren gaat zitten en die er niet uit te krijgen is. In New Delhi heeft men dit inmiddels ook wetenschappelijk vastgesteld en kunstmatige (anti)geurstoffen blijken het bij het veranderen van temperatuur en vochtigheidsgraad toch steeds te verliezen van de natuurlijke ‘doodslucht’. Hoe zit het dan wel? Van nature schurken de dieren zich tegen takken en bomen aan om zich te krabben; daarmee stimuleren ze ook de haargroei en raken ze dode haren kwijt (net als bizons). De fijne wol blijft tussen het schors en aan de takken van de bomen zitten en het ‘oogsten’ daarvan is dan ook een eenvoudige bezigheid – afgezien van het feit dat je als ‘shahtoosh-boer’ naar grote hoogten moet klimmen. De Tibetaanse antilope wordt overigens behoorlijk groot: de © St. Werkgroep Het Zevengesternte
7
schofthoogte kan oplopen tot 90 centimeter en ze kunnen een gewicht halen van rond de 50 kilo. De meeste indruk echter maken de horens die wel 70 centimeter lang kunnen worden. Overdag en ’s nachts maken ze vaak gebruik van kuilen in de bodem waardoor ze een beetje uit de wind kunnen liggen, want zelfs in de zomer wordt het op deze hoogte knap koud. Ze grazen het liefst in de vroege ochtend en bij zonsondergang en dat is ook de tijd waarop men ze op zoek ziet gaan naar water. De mannetjes en vrouwtjes leven gedurende de zomermaanden meestal in gescheiden groepen. Tijdens het paarseizoen (in de maanden november en december) vormen de bokken – na zeer felle gevechten – hun harems, soms met wel twintig vrouwtjesdieren. Deze dieren werden reeds in de achttiende eeuw bejaagd, maar het voortbestaan van de soort kwam onder druk te staan toen aan het eind van de jaren 70 en het begin van de jaren 80 van de vorige eeuw er een enorme hoeveelheid Chinezen naar dit gebied trokken op zoek naar goud. Uiteindelijk streken er bijna 100.000 avonturiers neer op een gebied waar weinig natuurlijke voedselbronnen waren en alles wat aangevoerd werd, was natuurlijk duur. Er werd in die jaren veel gejaagd op de Chiru, niet alleen voor het vlees, maar ook om van het vel jassen te maken. In het jaar 2000 besloot de Chinese regering de laatste – weinig fortuinlijke - gelukszoekers naar huis te sturen en werd de Chiru officieel ‘beschermd’ verklaard. In het algemeen is de bok in China niet bijster populair en de keuze voor bijvoorbeeld een hert (en soort) zou een minder grote verrassing zijn geweest. Het hert is niet alleen een symbool voor ‘lang leven’, maar hert (lu) *25 klinkt ook hetzelfde als: ‘geluk’, ‘welvaart’, ‘hoog inkomen’ en ‘een ambtenaren salaris’ *26. Herten zijn dan ook een populaire metgezel of rijdier voor vele goden en worden ook vaak afgebeeld op (nieuwjaars)prenten. In Zuid-China spreekt men het karakter voor hert uit als ‘liu’ en dat klinkt daar dan weer hetzelfde als ‘zes’. Hiermee wordt ‘overal’ of ‘alomvattend’ mee bedoeld omdat het getal zes verwijst naar de hemel, de aarde en de vier windrichtingen. Nini
妮妮.
Het Chinese karakter wordt gebruikt om een ‘meisje’ of ‘jonge vrouw’ mee aan te duiden en is gestalte gegeven door een zwaluw (yanzi *27). De ontwerper heeft zich volgens het persbericht laten inspireren door een vlieger en het dier zelf en de versiering op het hoofd symboliseren beide de hemel *28. Ook hier komt de Chinese klassieke geneeskunde weer om de hoek kijken: zwaluwnestjes *29 van de zeezwaluw (Hirundo esculenta) zijn zeer proteïnerijk en - op de ginsengwortel na - de meest gewilde aanvulling op het dagelijkse menu in China. Dat dit de zwaluw in het voortbestaan van de soort bedreigt moge logisch zijn, temeer omdat de nesten meestal drie maal per jaar ‘geoogst’ worden - zij het voor het grootste deel buiten China. Zwaluwvlees, -veren en -eieren worden © St. Werkgroep Het Zevengesternte
8
eveneens in de klassieke Chinese apotheek gebruikt, maar dan voor meer specifieke klachten. De afgebeelde zwaluw is de Yue Yan *30 (Hirundo Rustica Tylleri, Jerdon) en deze wordt officieel niet voor medische doeleinden gebruikt. Maar de geïnteresseerde koper zal vaak moeilijk kunnen vaststellen om welke van de soorten het precies gaat, zeker als zo’n diertje geplukt op de markt wordt aangeboden. Vroeger werd Beijing ook wel Yanjing (Zwaluw Hoofdstad) genoemd omdat er zoveel zwaluwen woonden en dat kan een rol gespeeld hebben bij de keuze van deze mascotte. Als een zwaluwpaar besluit om bij iemands huis, schuur of opslagplaats een nest te bouwen dan wordt dit in grote delen van China nog steeds als een gunstig voorteken beschouwd. In China is de zwaluw ook een van de symbolen van de lente en daarmee van het nieuwe jaar en de nieuwe kansen. In China kent men de term ‘zwaluwen’ als equivalent van ons begrip ‘tortelduifjes’ en deze karakters worden ook veelvuldig gebruikt voor ‘pasgehuwden’ of om een goed huwelijk mee aan te geven. Mooie vrouwen en met name hun gracieuze bewegingen worden al vanaf de Handynastie vergeleken met zwaluwen. In literaire (en gunstige) zin werd het praten en lachen van vrouwen wel eens vergeleken met het kwetteren van deze vogels. Een ‘zwaluwnest’ is overigens ook een term voor een wat onzekere en zelfs gevaarlijke positie waarin men zich - in overdrachtelijke zin - kan bevinden (“Hij heeft een zwaluwnest gebouwd op een gordijn”). De twaalfde Hemelse Herberg (een sterrenbeeld) heet ‘Gevaar’ en wordt gesymboliseerd door de zwaluw. Zwaluw is ook uitwisselbaar met vrede en rust *31 omdat hiervoor in het Chinees dezelfde klank wordt gebruikt. Het spreekt voor zich dat dit ook heeft bijgedragen aan de populariteit van de zwaluw als decoratief symbool. Een bijzonder (en heel typisch Chinees) gebruik is om het karakter voor zwaluw te schrijven om een rijke maaltijd, een banket of een feest mee aan te duiden. Het officiële karakter lijkt er wel iets op, maar is toch echt anders *32 en dat is – zeker voor Chinezen – heus wel duidelijk. Waar dit gebruik vandaan komt en wanneer dat is ontstaan is ons echter (nog) niet duidelijk. Een ‘nachtzwaluw’ is overigens een alternatieve benaming is voor een vleermuis en met de term ‘wielewalen en zwaluwen’ bedoelde men vroeger courtisanes. Tot slot willen we nog kort ingaan op de symboliek van de getallen vijf en acht die in deze Olympische Spelen een prominente plaats in nemen en die in de Chinese cultuur overdadig zijn verbonden met vooral gunstige associaties. Het getal vijf Meestal worden hier de ‘vijf zegeningen’ mee bedoeld (lang leven, rijkdom, gezondheid, oog voor het goede en een zachte dood). Deze worden soms afgebeeld als vijf geluksgoden, waarbij de laatste twee dan eufemistisch ‘deugd’ en ‘welzijn’ worden genoemd. Er zijn vijf Elementen (beter gezegd ‘aggregatievormen van de eeuwige energie’): Aarde, Metaal, © St. Werkgroep Het Zevengesternte
9
Water, Hout en Vuur. Hieraan heeft men talloze associaties gehangen die in het dagelijks leven een grote rol spelen. Zo hoort bij Hout: de ogen, de lente, het oosten, kippenvlees, de kleur blauw-groen, wind, boosheid, de smaak zuur, als orgaan de lever, etc., etc. In het oude China was het een ideaal om met vijf generaties onder één dak wonen. Toen keizer Kao Tsung, beter bekend onder de naam Chien Lung [Qianlong] (1735-1796), betovergrootvader was geworden, liet hij iedereen in het land, die ook met vijf generaties woonde, een extraatje geven. De vlag van de Chinese republiek (1911 - 1949) kende vijf gekleurde banen: rood voor Mantsjoerije, geel voor China, blauw voor Mongolië, wit voor de Islamieten en zwart voor de Tibetanen. De vlag van de Volksrepubliek draagt ook nu nog vijf sterren. Het getal acht De Olympische Spelen van Peking zullen beginnen op 8 augustus 2008 om 8:00 uur (’s avonds) en dat is geen toeval. Het getal acht heeft in de Chinese cultuur een bijzonder gunstige symbolische waarde en men heeft niet nagelaten om dat nog eens uitvoerig te benadrukken – zelfs de pagodeboom (zie ‘De kleuren’), symbool voor de achtste maanmaand, heeft hierbij een plaatsje gekregen. Maar er is meer: Acht is ‘het maximale yin’ en de volmaakte harmonie. Acht is ‘alles’ (de acht windrichtingen) vertegenwoordigend. Er zijn acht trigrammen, drielijnige combinaties uit het Boek der Veranderingen (de I Ching), waaraan – net als bij de vijf Elementen- een scala van associaties wordt gehangen. Er zijn (waren) acht gronden van privilege en aanzien: betrekkingen met het keizerlijk huis, een langdurig dienstverband, verdiensten, wijsheid en deugd, bekwaamheid, een staatszegel, een hoge officiële rang en afkomstig zijn uit een goede familie. Bij alle belangrijke beslissingen in het leven worden de acht karakters van de geboortehoroscoop berekend en in het licht van de relevante vraag (huwelijk, reis, start van een bedrijf, etc.) geïnterpreteerd. Er zijn twee karakters voor het jaar, twee voor de maand, twee voor de dag en twee voor het uur. Bij feestdiners is het gebruikelijk om acht hoofd- en acht bijgerechten te serveren en de tafelschikking kent altijd acht couverts. Voor een completere lijst van de getalswaarden vijf en acht verwijzen wij u naar het boek ‘Chinese Goden en Symbolen’ van Marjolein Grubner – pagina 222 en verder. Nieuw in het straatbeeld: Vanaf januari 2007 lopen er nog een ander soort mascottes rond in China. Zij dragen een soort Teletubbie-pakjes waarop de tekst ‘Wo canyu’ *33 (Ik doe mee) staat te lezen. Het is een onderdeel van een campagne om de Chinese bevolking slechte manieren af te leren (zoals voordringen, op straat spugen, etc.) en goede manieren aan te leren (glimlach eens naar een buitenlander). Of ingesleten gewoontes zich hierdoor laten imponeren, wagen wij te betwijfelen.
© St. Werkgroep Het Zevengesternte
10
Noten (tussen vierkante haakjes worden – indien van toepassing - de vereenvoudigde karakters gegeven). 1. 吉祥物 2. 五福娃 3. 娃娃 of 娃子 4. 繁榮 [繁荣], 歡樂 [欢乐], 激情, 健康 en 好運 [好运] 5. 貝貝 [贝贝], 晶晶, 歡歡[欢欢], 迎迎 en 妮妮. 6. 貝晶歡迎妮 [贝晶欢迎妮] 7. 北京歡迎您 [北京欢迎您] 8. 哥哥 9. 弟弟 10. 靈感來源 [灵感来源] 11. 京 12. 五環 [五环] 13. 槐树 14. 五氣 [五气] 15. 木, 火, 土, 金 en 水 16. 魚 [鱼] 17. 餘 [余] 18. 頭飾 [头饰] 19. 海洋 20. 大熊猫 21. 森林 22. 奧林匹克聖火 [奥林匹克圣火] 23. 藏羚羊 24. 大地 25. 鹿 26. 祿 27. 燕子 28. 天空 29. 燕窩 [燕窝] 30. 越燕 31. 宴 en 晏 32. 醼 33. 我参與 [我参与]参与
© St. Werkgroep Het Zevengesternte
11