???????????? Grontmij, de klimaatbewuste en duurzame onderneming
Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding De deltadijk De zandmotor Bollenmeer De klimaatneutrale waterketen Een zuivering als energiefabriek De biomassarotonde De Bavelse Berg Moderne sanitatie Duurzame behandeling ziekenhuisafval en -afvalwater Klimaatatelier Rijnenburg De charrette De klimaatbank Hotspot klimaat en landbouw Noord-Nederland Agriport A7 Actieve bijdrage aan doelstellingen Countdown 2010 Klimaatbestendigheid ondergrondse en bovengrondse infrastructuur Almere Hout Noord, een sociaal duurzame wijk Stationsgebied Utrecht duurzaam ontwikkeld Sponsoring FEE-Nederland en ECO XXI Windenergie
5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47
Windpark A7 Energieweb Zuidplaspolder Restwarmte en CO2 voor tuinders Elektriciteitopwekking met Geothermie Op zoek naar de beste afvangtechnologie Grontmij partner in onderzoeksprogramma CATO-2 Strategienota Energie en Klimaat voor provincie Zeeland Waterplas Emerput als natuurlijke koelmachine Haalbaarheid van een lokaal duurzaam energiebedrijf Waterrobuust bouwen Waterschapsgebouw Rivierenland Kantoor Westraven, Rijkswaterstaat Meten is weten (BREEAM) Maastricht krijgt duurzaamste zwembad van Nederland Logistiek Park Moerdijk met Cradle-to-Cradle-principes Geld verdienen met een pinchanalyse Filebestrijding De auto uit voor een beter klimaat! Hammarby Sjöstad (Zweden) Landfill Nanchang (China) Greenport Shanghai Colofon
49 51 53 55 57 59 61 63 65 67 69 71 73 75 77 79 81 83 85 87 89 90
3
4
Voorwoord Stelt u zich eens voor dat vanaf nu alle projecten die worden uitgevoerd klimaatneutraal en duurzaam zouden zijn. Hoe lang zou het dan duren voordat we de trend van steeds maar verdergaande klimaatverandering zouden kunnen keren? Deze vraag stellen wij ons keer op keer. Jaarlijks is Grontmij betrokken bij 15.000 projecten. Wanneer het ons lukt om samen met onze opdrachtgevers klimaat en duurzaamheid bij al deze projecten prioriteit te geven, kunnen wij een belangrijke bijdrage leveren aan het oplossen van het wereldwijde klimaatprobleem.
Vaak blijven duurzaamheidsambities bij mooie voornemens die blijven steken in procedures of financiële haalbaarheid. Met dit boekje willen wij met een aantal inspirerende voorbeelden laten zien dat het anders kan. Dat door samenwerking en creativiteit projecten duurzaam en klimaatbewust kunnen worden uitgevoerd. Gert Dral Directeur Grontmij Nederland
Essentieel daarvoor is dat al onze adviseurs de klimaatboodschap uitdragen. Daar werken wij al jaren hard aan. In 2001 heeft Grontmij zich laten certificeren voor ISO 14001, het duurzaamheidskeurmerk. Wij hebben onszelf toen opgelegd om in elke offerte onze opdrachtgevers attent te maken op duurzame oplossingen. Momenteel loopt landelijk een groot klimaatprogramma met als doel opnieuw alle medewerkers het belang van klimaat en duurzaamheid in hun werk tussen de oren te krijgen.
5
Occupatie Netwerken Ondergrond
PRAKTIJK
Mobiliteit
Industrie
Bouw
Energie
Water
Economische haalbaarheid
6
Milieu
Klimaat en duurzaamheid
WETENSCHAP EN INNOVATIE
Inleiding Het klimaat verandert en dat heeft grote gevolgen voor ons dagelijks wonen, werken en recreëren. We maken het al mee: zachte winters, warme zomers, extreme regenbuien, een stijgende zeespiegel en nieuwe planten- en dierensoorten. Tijd om in actie te komen! In de genen De samenleving en onze omgeving zijn ons werkterrein bij uitstek. Duurzaam ondernemen, maatschappelijke betrokkenheid en het ontwikkelen van een veilige omgeving zit ons in de genen. We kunnen op alle fronten waarde toevoegen. Nederland zo inrichten dat het ook op de zeer lange termijn klimaatbestendig is, veilig tegen overstromingen, en een aantrekkelijke plaats is en blijft om te leven: wonen, werken, recreëren en investeren. Integrale aanpak de enige juiste ‘Klimaat’ in Nederland gaat niet alleen om veiligheid en droge voeten. Voorbereid zijn op de toekomst ligt veel meer in de samenhang: wonen en werken, landbouw, natuur, recreatie, landschap, infrastructuur en energie. Een integrale aanpak is de enige juiste. Niet alleen met onze kennis en kunde, maar ook in de samenwerking met anderen, nationaal en internationaal. Samen kunnen en moeten we de klimaatverandering beter opvangen en nieuwe kansen creëren.
Verankering van onze ‘klimaatrol’ Grontmij speelt een leidende rol bij het oplossen van de gevolgen van klimaatveranderingen. Zolang Grontmij bestaat, bijna 100 jaar, zijn wij betrokken bij de inrichting van ons land. Met ons motto ‘planning, connecting, respecting the future’ zijn duidelijke doelstellingen gedefinieerd. Duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen is structureel verankerd in onze strategische uitgangspunten en bedrijfsprocessen. Management en medewerkers conformeren zich hier van harte aan en leveren dagelijks een gedreven bijdrage aan verdere optimalisatie van onze leefomgeving. Onze kracht Onze kracht ligt in onze decentrale vestigingen. Hierdoor hebben wij een groot netwerk en een grote gebiedskennis. Grontmij brengt partijen en opgaven samen en verbindt deze tot integrale, uitvoerbare oplossingen. Op deze manier leveren wij onze bijdrage aan een duurzame en klimaatbewuste wereld. Enrico Moens Programmamanager Klimaat en Duurzaamheid
[email protected]
7
8
De deltadijk Nederland moet zich aanpassen aan de klimaatverandering. De bescherming tegen overstromingen is daarbij onze belangrijkste prioriteit bij de aanpassing aan klimaatverandering. Dat gaat om het op sterkte houden van onze kustverdediging, rivierdijken en regionale waterkeringen.
Eigenlijk is het concept van de deltadijk heel simpel: een hele brede en hoge dijk. De dijk is zo groot dat deze niet kan doorbreken en daardoor nooit meer hoeft te worden versterkt. Op de dijk kan worden gebouwd en het dijklichaam zelf biedt mogelijkheden voor bijvoorbeeld ondergrondse infrastructuur of seizoensberging.
Dijkversterking vraagt ruimte. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst, als gevolg van zeespiegelstijging en toename van rivierafvoeren. Deze ruimte is vaak schaars. We hebben daarom de deltadijk ontworpen waarop door zijn robuustheid ook gebouwd en gewoond kan worden.
Contactpersoon: Mario Hartog
[email protected] www.klimaatdijk.nl
9
10 Foto: Henk de Jong
De zandmotor ???????????? De zandmotor is een innovatieve oplossing die de veiligheid van de kust verbetert en tegelijkertijd meer ruimte voor natuur en recreatie biedt. De zandmotor is een locatie langs de kust waar een grote hoeveelheid zand wordt afgezet. Dus veel meer zand dan de huidige jaarlijkse hoeveelheid die nodig is voor onderhoudssuppleties. Het zand wordt via de natuurlijke getijdebeweging verspreid langs de Nederlandse kust. Voor dit innovatieve staaltje van bouwen met natuur is een pilotproject van 75 hectare opgezet. Grontmij maakte een MER startnotitie voor dit uitdagende project. Hierbij zijn diverse alternatieven beoordeeld op aspecten als hydromorfologie en ecologie. Contactpersoon: Jana Steenbergen-Kajabová jana.steenbergen-kajabová@grontmij.nl
11
12
Bollenmeer ???????????? Door klimaatverandering moeten we rekening houden met drogere zomers. Dit heeft grote gevolgen voor de landbouw. De hoeveelheid en de kwaliteit van beregeningswater zullen afnemen. Het is daarom van belang dat onderzoek wordt gedaan naar waterbesparende teeltsystemen. Samen met Wageningen Universiteit en de Vries & van de Wiel is Grontmij op proefboerderij de Oostwaardhoeve in de Wieringermeer een praktijkonderzoek gestart naar innovatieve watersystemen. Op 20 hectare worden op commerciële basis bollen geteeld en tegelijkertijd wordt onderzoek gedaan naar waterbesparende systemen, zoals telen op zoetwaterlenzen, recirculatie en telen op een ondoorlatende laag (folie). Mogelijk wordt de pilot in de toekomst nog uitgebreid met onderzoek naar de toepassing van ondergrondse wateropslag. Contactpersoon: Frank Vliegenthart
[email protected] www.bollenmeer.nl
13
14
De klimaatneutrale waterketen Het bepalen van een klimaatvoetafdruk is een interessant middel om te komen tot klimaatbewuste maatregelen. Samen met KIWA, VROM en STOWA bepaalde Grontmij dat de waterketen verantwoordelijke is voor 0,8% van de totale CO2-uitstoot in Nederland. Deze uitstoot komt vrij als gevolg van het energiegebruik dat nodig is voor de productie van drinkwater en het transport en de zuivering van afvalwater. Er is winst te behalen met nieuwe sanitatieconcepten. Een voorbeeld is de gescheiden inzameling van vuilstromen, waardoor de zuivering efficiënter wordt. Een ander voorbeeld is het opwekken van energie uit zuiveringsslib door vergisting. Contactpersoon: Marijn Kunst
[email protected]
15
16
Een zuivering als energiefabriek Het energieverbruik voor de zuivering van rioolwater is hoog. Het is dus een grote uitdaging om dit energieverbruik naar beneden te brengen. Maar onze ambitie gaat verder: samen met Waterschap Aa en Maas en andere instanties onderzoeken we of een zuivering energie kan produceren! Dat doen we door reststromen uit het rioolwater, eventueel in combinatie met andere energiehoudende stromen (zoals maaisel of industriële reststromen), te vergisten tot groene elektriciteit, groen gas en warmte. Contactpersoon: Marijn Kunst
[email protected]
17
18
De biomassarotonde In Nederland komt jaarlijks veel groenafval en biomassa beschikbaar die geschikt is als bron voor duurzame energie. Vagroen is een deelneming van Grontmij met eigen opslagpunten voor groenafval en biomassa, waar deze worden verwerkt tot hoogwaardige energieproducten als houtchips, biomassapellets en schoon resthout (A-hout). Om de vrijkomende biomassa geschikt te maken is coördinatie van verschillende organische stromen en kwaliteitscontrole belangrijk. Hiervoor heeft Vagroen op diverse locaties in het land zogenaamde biomassarotondes in het leven geroepen: locaties waar inname, verwerking, kwaliteitscontrole en afzet worden gecoördineerd. Vagroen werkt daarbij samen met een netwerk van biomassaverwerkers in Nederland, België, Duitsland en Denemarken. Contactpersoon: Rudi van Hedel
[email protected]
19
20
De Bavelse Berg Nabij Breda ligt op een aantrekkelijke plaats bij stad en snelwegen een voormalige stortplaats van 23 meter boven maaiveld: De Bavelse Berg. Grontmij is eigenaar van deze locatie en herontwikkelt de stortplaats samen met ING Real Estate tot een multifunctioneel vrijetijdspark. Door krachten te bundelen en met een goede procesaanpak wordt deze locatie opnieuw ingericht waarbij interactiviteit, sport en wellness een centrale plaats innemen. De locatie wordt hoogwaardig, duurzaam en klimaatbestendig ingericht, gebruikmakend van de kennis die binnen Grontmij aanwezig is. Verwezenlijken van deze ambitie is een continue zoektocht naar technologisch haalbare en maatschappelijk aanvaardbare maatregelen. Naast het instandhouden van de huidige nazorgvoorzieningen van de afvalberg vormen innovatief bouwen, afvalbewustzijn en een duurzame omgang met mobiliteit, watersystemen en energie uitgangspunten voor het ontwerp. Na inrichting van de 65 hectare grote locatie is een park gerealiseerd waarin verschillende typen (actieve) binnen- en buitenvrijetijds-besteding een plek kunnen vinden. Ook zullen evenementen worden georganiseerd en is er plaats voor gerelateerde horeca en retail. Contactpersoon: Nicolaas Veltman
[email protected] 21
22
Moderne sanitatie Afvalwater, eens een afvalstroom die we moesten zuiveren, nu steeds meer een grondstof waar we energie en waardevolle nutriënten uit kunnen winnen. Met nieuwe toiletten en nieuwe verwerkingstechnologieën wordt gewerkt aan een meer duurzame afvalwaterketen. Door het scheiden van afvalwaterstromen kan urine als kunstmestvervanger worden toegepast in de landbouw. Dat scheelt twee keer energie. Er is minder energie nodig voor de productie van kunstmest en er is minder energie nodig om de stikstof uit het afvalwater te verwijderen. Om efficiënter met energie en nutriënten in het afvalwater om te gaan is scheiding aan de bron nodig. Dat zal op termijn het gehele afvalwaterconcept in Nederland veranderen. Niet alleen uit oogpunt van energie (en klimaat) maar ook uit oogpunt van duurzaamheid en Cradle to Cradle. Afval is voedsel! Contactpersoon: Bjartur Swart
[email protected] www.stowa.nl/Thema_s/Nieuwe_Sanitatie
23
24
Duurzame behandeling ziekenhuisafval en -afvalwater Ziekenhuizen en andere zorginstellingen produceren veel afval en afvalwater die vaak hoge concentraties farmaceutica, pijnstillers en antibiotica bevatten en het milieu belasten. Grontmij werkte in een consortium met Pharmafilter B.V. en in opdracht van STOWA een nieuw concept uit om afval en afvalwater duurzaam, efficiënt en veilig te zuiveren. De kern bestaat uit het slim verwerken en zuiveren van biologisch afbreekbare materialen en afvalwater in ingenieuze installaties. Het principe gaat uit van zuivering van gekoppelde afvalstromen waarbij serviesgoed, kleding, verpakkingen, infuusmateriaal en ander afval is gemaakt van bioplastics, een biologisch afbreekbaar materiaal. Dit afval van een afdeling wordt vermalen in een blender, die het samen met bijvoorbeeld afvalwater van toiletten en douches via een buizenstelsel afvoert naar de reinigingsinstallaties.
Het afval uit de blenders en het afvalwater wordt gereinigd in een installatieketen met een bioreactor, een ozoninstallatie en een actiefkoolfilter. De bioplastics worden vergist en omgezet in onder andere water, energie en herbruikbaar restproduct. Een deel van het afval wordt omgezet in biogas, dat vervolgens wordt verstookt. Dit levert ongeveer 50% van de energie die nodig is voor de zuiveringsinstallatie. Door middel van membraantechnologie en adsorptieve en oxidatieve technologieën wordt de afvalstroom van farmaceutica ontdaan zodat het milieu er veel minder mee wordt belast. Contactpersoon: Marijn Kunst
[email protected]
25
26
Klimaatatelier Rijnenburg In Rijnenburg, een nieuwbouwlocatie van circa 5.000-7.000 woningen, staat de gemeente Utrecht voor een aanzienlijke en bijzondere opgave. Rijnenburg is één van de nieuwbouwlocaties die vanwege de ligging en schaalgrootte kansen biedt om een voorbeeld te zijn van een duurzame wijk en van een succesvolle voorbereiding op de gevolgen van klimaatverandering. De gemeente Utrecht, de provincie Utrecht en het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden hebben gezamenlijk de ambitie uitgesproken om Rijnenburg klimaatbestendig en duurzaam te ontwikkelen. Hiervoor is het klimaatatelier Rijnenburg opgericht. De uitdaging is om gezamenlijk de vernieuwende ideeën, ontwerpen en middelen te ontwikkelen die nodig zijn voor het opstellen van een duurzame en klimaatbestendige structuurvisie. Grontmij begeleidt de partijen hierin en organiseert het proces van het klimaatatelier. Binnen het klimaatatelier is de door Grontmij ontwikkelde methode ‘climate and the city’ toegepast. Deze methode verbindt ambities op diverse thema’s aan kennis en ervaring uit wetenschap en praktijk. Met behulp van de lagenbenadering leidt dit tot een integraal, realistisch en breed gedragen ontwerp. Contactpersoon: Enrico Moens
[email protected]
27
28
De charrette Het vertalen van een duurzaamheids- of klimaatambitie naar uitvoerbare oplossingen is een grote uitdaging. De sleutel ligt in een gecoördineerde procesaanpak, waarbij alle belanghebbenden in een vroeg stadium inzicht krijgen in wat de gekozen ambitie in de praktijk gaat betekenen. Samen kan dan besloten worden over de haalbaarheid van het ambitieniveau. Een in de praktijk bewezen procesaanpak is de charrette. De charrette is ontwikkeld door Lab R+E+M, een samenwerkingsverband tussen Bosch Slabbers, KNN en Grontmij. Onder deskundige en specialistische begeleiding worden belanghebbenden uitgedaagd hun duurzaamheidsambitie concreet uit te werken in haalbare oplossingen. Bosch Slabbers landschapsarchitecten, KNN en Grontmij, delen de overtuiging dat een duurzaam gebruik van energie, een aantrekkelijke functionele ruimte en een leefbaar milieu onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Samen staan zij voor het Laboratorium voor Ruimte, Energie en Milieu. Contactpersoon: Bjartur Swart
[email protected] www.labrem.nl
29
30
De klimaatbank De klimaatbank is een concept dat Grontmij heeft ontwikkeld met Ymere, AM en Amvest. Het heeft als doel grootschalig bij te dragen aan klimaatoplossingen en klimaatbewustzijn van de bestaande stad. Het idee achter de klimaatbank is om nieuwe stedelijke ontwikkelingen aanjager te laten zijn voor duurzame maatregelen in de regio. In de klimaatbank worden regionale energie- en waterbergingsopgaven gebundeld en ingevuld. Via de reguliere infrastructuur kan de waterberging en groene energie ten goede komen aan zowel de nieuwe als de bestaande stad. Deze bundeling biedt schaal-, efficiëntie-, procedure- en synergievoordelen. De klimaatbank is feitelijk een sturingsinstrument om klimaatmaatregelen zo effectief mogelijk in te zetten en ook financieel kansrijker te maken. De klimaatbank biedt bovendien veel aanknopingspunten om burgers en bedrijven te laten participeren in duurzame klimaatoplossingen. Contactpersoon: Alex Hekman
[email protected] www.klimaatbank.nl
31
32
Hotspot klimaat en landbouw Noord-Nederland Grontmij onderkende al vroeg de invloed die de klimaatverandering zou kunnen hebben op de landbouw, en daarmee op de toekomstige ontwikkeling van het landelijk gebied. Samen met LTO Noord en de Wageningse instituten Alterra en Plant Research International is daarom onder het BSIK-programma Klimaat voor Ruimte een onderzoek naar de gewenste adaptatiestrategieën gestart. Duidelijk wordt dat verschillende gewassen door droogte, wateroverlast, warmere winters, meer warme en vochtige perioden, in toenemende mate in de problemen komen, waardoor jaarlijks per hectare voor duizenden euro’s schade kan ontstaan. Samen met de sector onderzoekt Grontmij op welke wijze door inrichtingsof beheersmaatregelen schade kan worden voorkomen en wat die maatregelen betekenen voor de regionale infrastructuur (bijvoorbeeld de waterhuishouding) en voor de andere functies in een gebied. Contactpersoon: Jelle Zoetendal
[email protected]
33
34
Agriport A7 De grootste winst wordt bereikt wanneer klimaatoplossingen kunnen worden gecombineerd met winstoptimalisatie. Deuren gaan dan een stuk makkelijker open en de klimaatwinst kan zeer groot zijn. Het glastuinbouwgebied Agriport A7 is een agribusinesscentrum in de Wieringermeer waar het concurrentievoordeel voor een belangrijk deel wordt behaald door clustering van logistieke bewegingen. Winst voor de ondernemer en winst voor het klimaat. Daarnaast zijn binnen dit nieuwe enorme glastuinbouwgebied tal van innovaties doorgevoerd op het gebied van duurzaamheid. Ondergrondse berging van regenwater, warmte- en koudeopslag systemen, hergebruik van restwarmtestromen; allemaal gericht op winstmaximalisatie door energiebesparing! Contactpersoon: Han Hartman
[email protected] www.agriporta7.nl
35
36
Actieve bijdrage aan doelstellingen Countdown 2010 Tijdens de internationale conferentie ‘European Regions As Champions For Biodiversity 2010’ in 2007 heeft Grontmij als eerste advies- en ingenieursbureau in Nederland de Countdown 2010 verklaring ondertekend. Hiermee schaarde Grontmij zich achter de Countdown 2010-doelstelling om wereldwijd de achteruitgang aan biodiversiteit tot stilstand te brengen. Omdat we steeds meer gebruik maken van ecosystemen (bossen, moerassen, zeeën) en natuurlijke rijkdommen, gaat biodiversiteit in een alarmerend tempo verloren. We zien nu al dat ecosystemen ontregeld raken, met negatieve gevolgen voor het menselijk welzijn. Deze gevolgen zullen toenemen als we geen actie ondernemen om biodiversiteit te beschermen en duurzaam te gebruiken. Met de ondertekening van de verklaring bekrachtigde Grontmij dat zij een actieve bijdrage wil leveren aan het stoppen van het verlies van biodiversiteit. Ook zetten wij ons samen met onder andere de provincie Noord-Brabant en diverse Brabantse gemeenten in om extra aandacht te genereren voor het belang van biodiversiteit.
Sinds 2007 heeft Grontmij diverse gemeenten en andere organisaties geholpen om hun ambities ten aanzien van biodiversiteit om te zetten in concrete plannen en projecten. Hiervoor ontwikkelde Grontmij op eigen initiatief een model voor een biodiversiteit actieplan. Dit is inmiddels gebruikt voor het opstellen van actieplannen voor meer dan 20 Brabantse gemeenten waaronder: ‘s-Hertogenbosch, Eindhoven, Tilburg, Best, Hilvarenbeek, Bladel, Reusel-de Mierden en Waterschap De Dommel. Samen met het waterschap stelden wij een biodiversiteitactieplan op. Elke gemeente heeft in dit kader een ambassadeursoort benoemd die het gezicht vormt voor de biodiversiteitacties. En in 2010, het internationale jaar van de biodiversiteit, neemt Grontmij ook de nodige initiatieven op het gebied van biodiversiteit. Contactpersoon: Rob van Schijndel
[email protected]
37
38
Klimaatbestendigheid ondergrondse en bovengrondse infrastructuur Klimaatverandering kan aanzienlijke gevolgen hebben voor Nederland. Veranderingen in gemiddelde regenval en temperaturen, maar vooral de stijging van de zeespiegel en de grotere kans op extreme(re) regenval, extreme(re) temperaturen en periodes van extreme(re) droogte zullen zonder aanvullende maatregelen, grote gevolgen hebben voor de Nederlandse samenleving. Deze consequenties kunnen leiden tot (tijdelijke) ontwrichting van de maatschappij en tot grote maatschappelijke en economische schade.
Een belangrijk onderdeel van het project Klimaatbestendig Nederland is de inschatting van de kwetsbaarheid van de nationale bovengrondse en ondergrondse infrastructuur. Met een workshop en interviews inventariseert Grontmij de faalkansen van de verschillende netwerken als gevolg van de mogelijk optredende klimaatextremen; de zogenaamde knikpuntanalyses. Basis daarvoor zijn de vier klimaatscenario’s van het KNMI. Contactpersoon: Kees Everse
[email protected]
Het project Klimaatbestendig Nederland van het Planbureau voor de Leefomgeving heeft als doel een aantal langetermijnstrategieën te formuleren opdat Nederland is opgewassen tegen de gevolgen van klimaatverandering. Het project wordt uitgevoerd op verzoek van het ministerie van VROM. In dit geval is een langetermijnstrategie een verzameling van opties voor aanpassing aan klimaatverandering (adaptatieopties) die zijn gekozen aan de hand van een bepaalde visie over de gewenste overheidsdoelen en ontwikkelingsrichtingen van Nederland. Recente onderzoeksprojecten uit de programma’s ‘Klimaat voor Ruimte’ en ‘Kennis voor Klimaat’ (zoals Routeplanner en Waterrobuust Bouwen) zijn al met voorstellen gekomen voor adaptatieopties.
39
40
Almere Hout Noord, een sociaal duurzame wijk Almere bereidt zich voor op een schaalsprong. In het kader daarvan heeft de gemeente corporaties gevraagd een visie in te zenden voor de ontwikkeling van Almere Hout Noord. Grontmij is adviseur van de winnende inzending en de daaropvolgende planuitwerking van woningcorporatie Ymere.
Daarnaast moet Almere Hout Noord een klimaatneutrale en ecologische wijk worden. Dat gebeurt met opwekking van duurzame energie, terugdringen van het energiegebruik, aanleg van een duurzaam watersysteem en een duurzaam sanitatiesysteem.
Almere Hout Noord bestaat uit een woongedeelte en een bedrijvenlocatie. In Hout Noord is ruimte voor ongeveer 4.200 woningen en de wijk biedt plaats aan 10.000 tot 12.000 inwoners.
Naar verwachting start de bouw in 2011. Contactpersoon: Alex Hekman
[email protected]
Almere Hout Noord wordt een sociaal duurzame wijk. Dat betekent dat de wijk met zoveel zorg en kwaliteit wordt ontworpen en gerealiseerd dat die ook in de toekomst aantrekkelijk blijft. De wijk bestaat uit een min of meer zelfvoorzienende en zelfsturende gemeenschap met bewoners die verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Hierdoor zijn bewoners betrokken bij en trots op de wijk. Om dit te bereiken wordt er een participatieonderneming opgericht die zelf het beheer voert over de wijk en een eigen duurzaam energiebedrijf exploiteert.
41
42
Stationsgebied Utrecht duurzaam ontwikkeld Het stationsgebied in Utrecht krijgt een grondige facelift. Het uiteindelijke doel is om een nieuw centrum te realiseren door van het nieuwe Stationsgebied en de oude binnenstad een geheel te maken. Tot 2030 gaan het station, Hoog Catharijne en de omgeving behoorlijk op de schop. De gemeente wil deze make-over een duurzaam karakter geven. De catalogus ‘Het Utrechtse Stationsgebied geeft duurzame energie’ legt hiervoor de basis. Eén van de duurzame oplossingen uit de catalogus is de toepassing van een ‘biowasmachine’ die warmte-koude opslag (WKO) combineert met een grootschalige grondwatersanering. Het is de eerste keer dat de combinatie van warmte-koude opslag en grondwatersanering op deze schaal wordt toegepast.
In één klap kan de gemeente een flinke slag slaan met haar beleidsdoelstelling voor duurzame energie en een schijnbaar onoplosbaar bodemsaneringsprobleem verhelpen. Begin dit jaar heeft een aantal private en publieke betrokken partijen hiervoor de ‘Intentieverklaring Bodem, WKO en biowasmachine stationsgebied Utrecht’ ondertekend. Eind 2009 wordt deze aanpak verder uitwerkt tot een convenant. De projectmanager ‘Duurzaamheid’ had een belangrijke rol bij dit convenant. Grontmij vervulde de managersrol en heeft daarmee een sleutelrol in de totstandkoming van deze ambitieuze en unieke duurzame oplossing. Contactpersoon: Rob Heijer
[email protected]
43
44
Sponsoring FEE-Nederland en ECO XXI Grontmij sloot in het najaar van 2009 een sponsorovereenkomst met FEE-Nederland. FEE-Nederland is de Nederlandse dochterorganisatie van de Foundation for Environmental Education (FEE), een non-governmental en non-profitorganisatie die duurzame ontwikkeling wil stimuleren via natuur- en milieueducatie. FEE bestaat sinds 1981 en is de internationale ‘parapluorganisatie’ voor dochterorganisaties in 59 landen wereldwijd. Met 5 milieueducatieprogramma’s werkt zij aan haar doelstellingen: • Blue Flag • Eco-Schools • Young Reporters for the Environment • Learning about Forests • Green Key Door haar sponsoring steunt Grontmij de programma’s van FEENederland en maakt zij het mogelijk nieuwe ontwikkelingen in gang te zetten. Een voorbeeld van zo’n nieuwe ontwikkeling is ECO XXI. Dit programma heeft FEE-Portugal ontwikkeld. Aan de hand van dit programma kunnen met name gemeenten de inrichting van hun gebied op duurzaamheid toetsen en verder ontwikkelen.
Grontmij heeft in opdracht van FEE-Nederland het basismodel uit Portugal vertaald naar de Nederlandse situatie en gedigitaliseerd. Dit Nederlandse model wordt op verzoek van en in nauwe samenwerking met de provincie Zeeland in drie Zeeuwse gemeenten getoetst. Het is de wens van Zeeland om de eerste provincie in Nederland te zijn die het keurmerk kan gaan voeren. Daarna willen FEE-Nederland en Grontmij het model in de rest van Nederland gaan inzetten als toetssteen voor duurzame gebiedsontwikkeling. Contactpersoon: Wim Twigt
[email protected] www.eco-XXI.nl
NEDERLAND
45
46
Windenergie Wind is er bijna altijd, is gratis en is een superschone en daardoor duurzame energiebron. Maar een windpark starten is een ander verhaal. Horizonvervuiling, effecten op Natura 2000 gebieden, slagschaduw, scheepvaartveiligheid; het zijn zo een aantal hobbels die een initiatiefnemer moet nemen. Grontmij heeft veel ervaring met windenergie, van de plaatsing van een enkele molen, tot de begeleiding van het bouwen van grote off-shore windparken. Voorbeelden zijn het off-shore park bij Egmond aan Zee en off-shore parken voor de kust van Denemarken. Wij doen dat in opdracht van bijvoorbeeld Shell, NUON of Eneco en werken daarbij samen met TNO Bouw en Ondergrond, Waardenburg, IMARES, Deltares en MARIN. Van windberekening en funderingsadvies tot milieueffectrapportage en landschappelijke inpassing. Grontmij overziet het hele traject. Contactpersoon: Herman Postma
[email protected]
47
48
Windpark A7 Verduurzaming van onze energievoorziening is één van de grootste uitdagingen in de komende decennia. Windenergie is één van de beste mogelijkheden om op korte termijn resultaten te boeken. Grontmij adviseert zowel over de planvorming en techniek van grote off-shore windprojecten als de ontwikkeling van windparken op land. Een recent voorbeeld is het Windpark A7. Dit is een project waarbij twaalf particuliere windturbines zijn vervangen door een cluster van vier nieuwe windturbines van 2 MW. In dit project heeft Grontmij de initiatiefnemers begeleid bij de planontwikkeling en het planologisch proces (artikel 19 procedure, NB-wet vergunning), inclusief beroepsprocedures bij de Raad van State. Er is nauw samengewerkt met gemeente en provincie om de planologische aspecten rond te krijgen. Met name de motivering om af te wijken van het streekplan, de wijze waarop de sanering gewaarborgd kon worden en hardnekkig verzet van enkele omwonenden vormden uitdagende kwesties die uiteindelijk succesvol werden opgelost. Het windpark is op 7 mei 2009 geopend door minister Cramer (VROM). Contactpersoon: Jaap Wisse
[email protected]
49
50
Energieweb Zuidplaspolder De Zuidplaspolder is gelegen in de driehoek RotterdamZoetermeer-Gouda. In de komende jaren zullen in dit gebied vele ontwikkelingen plaatsvinden op het gebied van woningbouw, groen en water, bedrijven en glastuinbouw. Onder leiding van de provincie Zuid Holland hebben gemeenten, provincie, milieubeweging en marktpartijen samen het initiatief genomen om deze ontwikkelingen duurzaam vorm te geven. Grontmij heeft samen met AT Osborne een convenant opgesteld en uitonderhandeld waarin afspraken zijn gemaakt over het gebruik van duurzame energie. In november 2007 hebben de partijen dit convenant ondertekend. Ook minister Cramer tekende het convenant. De kern van het convenant bestaat er uit dat minimaal 20% van de energie duurzaam wordt opgewekt. De energieprestatie op locatie score is minimaal 8. Het energiegebruik van de glastuinbouw is als eerste beschouwd, omdat daar het energieverbruik relatief hoog is. Verder moet er een CO2-leiding naar het gebied komen om in de tuinbouw duurzaam met energie om te kunnen gaan en worden er per cluster energiewebs gebouwd die indien mogelijk en nodig aan elkaar gekoppeld kunnen worden. Contactpersoon: Roelof Kooistra
[email protected]
51
52
Restwarmte en CO2 voor tuinders ???????????? Binnen de industrie komt veel restwarmte vrij die nog heel goed bruikbaar is. Dit bespaart energie en vermindert de CO2-uitstoot. Het succesvol gebruiken van restwarmte vraagt om een goed doordacht distributie- en leveringssysteem. In Terneuzen begeleidt Grontmij de engineering en uitvoe-ring van het WarmCO2-project. Restwarmte en CO2 van kunst-mestfabrikant Yara worden gebruikt binnen het 168 hectare tellende kassencomplex van Glastuinbouw Terneuzen. Een ingenieus warmtenet transporteert circa 130 MW aan warmte naar de glastuinbouwbedrijven. Door het hergebruik van energie en CO2 besparen de tuinders tot 90% aan fossiele brandstoffen. Daarmee is Glastuinbouw Terneuzen het meest duurzame glastuinbouwgebied in Nederland. Contactpersoon: Dennis in ‘t Groen
[email protected] www.warmco.nl
53
54
Elektriciteitopwekking met Geothermie In opdracht van Stadwerken München hebben Grontmij I AEW Plan het Geothermieheizkraftwerk Saurlach ontwikkeld. In deze grootste geothermie warmtekrachtcentrale van Duitsland wordt op 4.200 meter diepte met een capaciteit van 240 liter per seconde, water met een temperatuur van 140 ºC gewonnen. Hiermee wordt 8 tot 10 MW aan elektrisch vermogen opgewekt en zal circa 4 MW aan warmte aan een lokaal warmtenet geleverd worden. Geothermie is een duurzame bron van energie, het spaart het milieu en klimaat. De CO2-emissie als gevolg van het elektriciteitsgebruik voor de benodigde pompen is verwaarloosbaar en ook andere vormen van milieubelasting zijn minimaal of ontbreken geheel. Het is dag en nacht beschikbaar en goed regelbaar. Nadelen zijn de hoge aanvangsinvesteringen en het risico van tegenvallende warmteproductie. In vergelijking met de ons omringende landen wordt geothermie in Nederland nog weinig toegepast. Belangrijke toepassingsgebieden zijn nieuwbouwwijken, stadsvernieuwingsprojecten en de glastuinbouw. De focus ligt in Nederland voorlopig vooral op warmtegebruik, waar ondanks een lastige concurrentiepositie ten opzichte van de aardgasprijzen en -infrastructuur de eerste projecten nu starten in de glastuinbouw en een nieuwbouwwijk in Den Haag. Contactpersoon: Joop Suurmeijer
[email protected] 55
56
Op zoek naar de beste afvangtechnologie Nederland wil in Europa voorop lopen als het gaat om CO2uitstootreductie. In 2020 moet de uitstoot met 30% zijn verlaagd. Carbon Capture & Storage (CCS), oftewel het afvangen en opslaan van CO2, is een uitstekende manier om een snelle reductie te bereiken. Het is bovendien een belangrijk middel om tijd te kopen voor de ontwikkeling en realisatie van echte duurzame energie. Grontmij heeft samen met de Hanzehogeschool Groningen onderzoek gedaan naar de beste afvangmethodes. Een grote kans voor CO2-afvang ligt bij kolengestookte energiecentrales. Hier ligt de CO2-emissie per opgewekte kWh in vergelijking met andere centrales het hoogst. Absorptie is hier de meest gunstige afvangmethode: CO2 wordt in een absorptiekolom geblazen waar het zich bindt aan een vloeibaar absorptiemiddel. De vloeistof wordt daarna verwarmd in een stripperkolom waarna pure CO2 vrij komt dat kan worden opgeslagen. Contactpersoon: Gatse Heida
[email protected]
57
58
Grontmij partner in onderzoeksprogramma CATO-2 De Nederlandse regering heeft grote klimaatambities. Zij wil graag dat Nederland binnen Europa zijn koploperspositie behoudt op het gebied van afvang en opslag van CO2. Het Ministerie van VROM trok daarom een miljoenenbedrag uit voor het vervolgprogramma CATO -2. Grontmij is een van de partners in het onderzoeksprogramma. CO2 komt vrij bij gebruik van fossiele brandstoffen, zoals olie, gas en kolen. Fossiele brandstoffen blijven deze eeuw een dominante rol spelen in de levering van energie. Dat maakt dat CO2-afvang, -transport en –opslag hoge prioriteit heeft.
Het CATO-2 programma (2009-2013), vooral gericht op toegepaste Research & Development en op het faciliteren van demonstratieprojecten, kan worden beschouwd als hét nationaal onderzoeksprogramma waar alle expertise op het gebied van CCS in Nederland is gebundeld. Het CATO-2 programma is samengesteld uit een krachtig consortium van 39 Nederlandse organisaties uit de industrie, advies- en researchbureaus, universiteiten, maatschappelijke organisaties en overheden. Contactpersoon: Kees Everse
[email protected] www.co2.-cato.nl
De belangrijkste ambitie van de overheid is 30% CO2-reductie in 2020 ten opzichte van het Kyoto-verdrag uit 1990. Om dit te kunnen halen, moet er naast 20% duurzame opgewekte energie en 2% energiebesparing per jaar ook fors ingezet worden op CO2-afvang, -transport en -opslag. Dit betekent CO2 afvangen bij de bron, transporteren en opslaan in lege olie- en gasvelden of aquifers. De ontwikkelingen raken in een stroomversnelling. Eén van initiatieven is de start van het grootschalig onderzoeksprogramma CATO-2, waarin Grontmij participeert.
59
60
Strategienota Energie en Klimaat voor provincie Zeeland De Nederlandse provincies zetten zich in om de emissies van broeikasgassen drastisch te verminderen. Alle provincies en gemeenten hebben recent programma’s op dit gebied geformuleerd. Daarin zijn vaak vergaande ambities opgenomen. Enkele provincies en regio’s willen in 2050 klimaatneutraal zijn. De dan nog resterende emissies van broeikasgassen moeten worden gecompenseerd met opwekking van duurzame energie in de regio of andere vormen van compensatie. In de Strategienota Energie en Klimaat van de provincie Zeeland is een reeks van maatregelen opgenomen gericht op energiebesparing en opwekking van duurzame energie (wind, zon, biomassa, waterkracht, geothermie). De provincie Zeeland wil ook dat haar eigen organisatie klimaatneutraal is. Bedrijven en organisaties in de provincie waren betrokken bij het opstellen van de nota en leveren een bijdrage door zelf maatregelen te nemen die energie- en klimaatvriendelijk zijn.
Grontmij heeft de provincie geholpen met het opstellen van de Strategienota en vervolgens met het formuleren van het Uitvoeringsprogramma. Wij hebben onder andere met de meeste betrokken partijen in de provincie overleg gevoerd, zoals woningcorporaties, gemeenten, waterschappen, bedrijfsorganisaties, energiebedrijven en kennisinstellingen. Ook ontwikkelden we voorstellen voor de organisatie van het programma en de opzet van een tenderregeling voor Haalbaarheidsstudies. De provincie Zeeland heeft het Uitvoeringsprogramma in de eerste helft van 2009 goedgekeurd. Contactpersoon: Ferd Schelleman
[email protected]
61
62
Waterplas Emerput als natuurlijke koelmachine De gemeente Breda wil het energieverbruik verminderen en meer lokale en duurzame energie opwekken. Zo wordt nagedacht in hoeverre de Emerput als diepe waterplas een bijdrage kan leveren aan een duurzaam en lokaal energieconcept voor de herstructurering van bedrijventerrein Emer en omstreken. De Emerput ligt tussen het centrum van Breda en de woonwijk de Haagse Beemden. De waterplas is circa 15 meter diep en heeft een oppervlakte van 450 x 300 meter. Grontmij voert een integraal onderzoek uit naar de haalbaarheid en de randvoorwaarden om deze waterplas als natuurlijke koelmachine in te passen in een hydraulisch principeschema van een gebiedsenergievoorziening voor koeling en verwarming van het bedrijventerrein. Dit onderzoek vraagt om de expertise van stedenbouwkundigen, gebiedsontwikkelaars, installatiedeskundigen, hydrologen, biologen en ecologen. Door het multidisciplinaire karakter van onze organisatie hebben wij al deze kennis en kunde in huis. Samen werken we zo aan een integrale visie op duurzame energie voor dit gebied. Bovendien kunnen we de visie vervolgens vertalen naar ontwerpdocumenten zoals VO, DO en bestek, begeleiden we de aanbesteding en verzorgen we de uitvoeringsbegeleiding. Contactpersoon: Victor Pastoor
[email protected]
63
64
Haalbaarheid van een lokaal duurzaam energiebedrijf Veel gemeenten, provincies en corporaties hebben hoge klimaatambities. Een van de initiatieven die zij nemen, is het opzetten van een lokaal duurzaam energiebedrijf. Een lokaal duurzaam energiebedrijf zorgt voor de productie en afzet van duurzame energie op lokaal niveau. Bijvoorbeeld warmte en koude uit de ondergrond, elektriciteit en warmte uit biomassa, zonneenergie en windenergie. De duurzame energie wordt zoveel mogelijk lokaal verkocht aan huishoudens of bedrijven. Zij kunnen hiermee, op termijn, geheel in hun eigen energievraag voorzien. Naast duurzame energie kan het lokaal duurzaam energiebedrijf ook energiebesparing als concreet product leveren. Voorbeelden hiervan zijn isolatie van woningen en gebouwen, levering en installatie van zuinige verlichting.
Grontmij voerde voor de gemeenten Haarlemmermeer en voor Almere Hout Noord een haalbaarheidsonderzoek uit naar de technische, organisatorische en financiële haalbaarheid van een lokaal duurzaam energiebedrijf. De belangrijkste vraag daarbij is niet of het kan, maar wie het wil. We hebben deze studies daarom gedaan samen met de gemeenten, afvalverwerkers, ontwikkelaars en corporaties. Alleen door samenwerking ontstaat meerwaarde met een lokaal duurzaam energiebedrijf! Contactpersoon: Alex Hekman
[email protected]
Maar met welke partners ga je in zee? Wat zijn de technische mogelijkheden? Welke eisen stellen wet- en regelgeving aan nieuwe energiebedrijven? En onder welke voorwaarden kunnen (semi-)publieke partijen hierin deelnemen?
65
Waterrobuust Bouwen: de kracht van kwetsbaarheid in een duurzaam ontwerp ISBN 978 90 5367 496 3 “Een inspiratiebron en leidraad voor een waterrobuuste toekomst”
66
Waterrobuust bouwen Bouwen op de laagste plekken van Nederland zoals de Zuidplaspolder of in Almere Spiegelhout? Kan dat verantwoord, of is dat de goden verzoeken? Vooral met het oog op de toekomstige toename van neerslag. Rond dit thema is het boek ‘Waterrobuust bouwen’ tot stand gekomen binnen het platform Beter Bouwen Beter Wonen (3BW), waarvan Grontmij mede-initiatiefnemer is. Waterrobuust bouwen is het zodanig vormgeven en inrichten van het stedelijk gebied en de daarin aanwezige gebouwen, dat de impact op het klimaat zo klein mogelijk blijft. Naast een inspirerende lijst van meer dan 150 maatregelen bevat het boek een strategie om de kwetsbaarheid van een gebied voor een overschot of een tekort aan water te verkleinen: de drietrapsbenadering. Via een kwetsbaarheidsanalyse en een uitgekiende strategie kunnen door alle betrokken partijen op verantwoorde wijze maatregelen worden gekozen om te komen tot een waterrobuuste stedelijke inrichting. Op dit moment wordt de drietrapsbenadering al in een aantal projecten toegepast. Contactpersoon: Welmoed Visser
[email protected] www.3bw.nl
67
68
Waterschapsgebouw Rivierenland Gebouwen en kantoren nemen ongeveer 30% van het totale energieverbruik in Nederland voor hun rekening. Hier is dus veel winst te behalen door toepassing van energiezuinige concepten. Dat kan door isolatie, door het gebruik van duurzame energiebronnen of door hergebruik van warmte. Een voorbeeld van een energiezuinig gebouw is het kantoor van waterschap Rivierenland in Tiel. Op allerlei manieren draagt het waterschap in haar dagelijks werk duurzaamheid uit, daarom stond duurzaamheid ook voorop bij de ontwikkeling van het nieuwe kantoorgebouw. Grontmij Technical Management heeft het technisch ontwerp gemaakt dat de duurzame realisatie van het gebouw mogelijk maakte. Duurzaamheid van het kantoor zit in de milieuvriendelijke materialen, de watersystemen en de diverse innovatieve nieuwe bouw-, installatie- en energietechnieken. Het energievraagstuk is in dit kantoor op drie manieren benaderd: beperking van het energieverbruik, gebruik van duurzame energiebronnen en efficient energiegebruik. Door integratie van warmte- en koudeopslag in combinatie met betonkernactivering is een energieziunig gebouw gerealiseerd met een prettig werkklimaat. Contactpersoon: Gerke Mazier
[email protected] 69
70
Kantoor Westraven, Rijkswaterstaat Wanneer het energieverbruik van gebouwen wordt aangepakt is het binnenklimaat een belangrijk aandachtspunt. Door overmatige isolatie kan de ventilatie afnemen, met gezondheidsklachten en een vermindering van de arbeidsproductiviteit als mogelijke gevolgen. Het gebouw Westraven is een goed voorbeeld van hoe een energiezuinig concept samen kan gaan met een optimaal binnenklimaat. Daarvoor is een integraal ontwerp nodig, gemaakt door een adviseur die het geheel overziet. In het gebouw Westraven zijn allerlei innovaties doorgevoerd, zoals passieve klimaatbeheersing, warmte-koude opslag, betonkernactivering, dynamische verlichting en HR-ventilatie. Dat alles heeft geleid tot een EPC-reductie van 72% en een optimaal binnenklimaat. En het resultaat mag er zijn. Het gerenoveerde gebouw won de bouwprijs 2009! Contactpersoon: Mauk de Wildt
[email protected]
71
72
Meten is weten (BREEAM) De gebouwde omgeving draagt significant bij aan de CO2 problematiek. Deels door de materialen die worden gebruikt, deels door het energieverbruik. Bij het bouwen wordt daarom steeds kritisch gelet op de materiaalkeuze en zijn energiebesparende maatregelen van groot belang. Maar hoe goed presteert een gebouw nu echt? Meten is weten. BREEAM is wereldwijd de meest gebruikte en geaccepteerde methode om de milieuprestaties van gebouwen te beoordelen. Door het uitvoeren van een BREEAM beoordeling bij de ontwerpfase wordt duidelijk hoe bij het ontwerp de milieuprestatie van een gebouw kan worden geoptimaliseerd en de gebruikskosten kunnen worden verlaagd. In de beoordeling wordt naast energie gelet op materiaalgebruik, het welbevinden van de gebruikers, waterefficiency en ecologie. Grontmij is gecertificeerd door de BRE voor het uitvoeren van BREEAM beoordelingen. Contactpersoon: Jan Roersen
[email protected] www.breeam.nl
73
74
Beelden: © Koppert + Koenis Architecten
Maastricht krijgt duurzaamste zwembad van Nederland Maastricht heeft een hoge ambitie geformuleerd: realisatie van het duurzaamste zwembad van Nederland. En dan te weten dat zwembaden tot de grootste gebouwde energieverbruikers behoren! Een hele opgave dus.
Het zwembad krijgt zelfs geen gasaansluiting en het resterende elektraverbruik wordt gekoppeld aan een concreet windmolenproject. Het energieverbruik is hiermee volledig duurzaam.
Grontmij heeft als bouwprocesmanager samen met het ontwerpteam van het nieuwe zwembad invulling gegeven aan deze ambitie. Het resultaat is een geïntegreerd totaalconcept voor duurzaamheid en energie, verankerd in alle onderdelen van het gebouw en zijn omgeving.
Wij leverden ook een bijdrage aan de totstandkoming van de financiering. Met bijdragen van provincie, zorgstichtingen, het Maastrichtse bedrijfsleven en een aantrekkelijke groenfinanciering is het gelukt de duurzaamheidsinvesteringen volledig te financieren. De hoge duurzaamheidsambitie is hiermee ingevuld en waargemaakt: het zwembad ontvangt de hoogste GreenCalc+ score voor zwembaden van Nederland!
De hoge mate van duurzaamheid blijkt onder meer uit: • CO2-neutraliteit • EPC-reductie van meer dan 50% • ontwerp en bouw (zoveel mogelijk) volgens Cradle to Cradle • gebruik van zonne-energie voor elektra (pv-cellen) en warmte (zonne-collectoren) • gebruik van grondwater als watervoorziening en warmtebron
Start bouw voorjaar 2010. Oplevering begin 2012. Contactpersoon: Robert Klein
[email protected]
75
76
Logistiek Park Moerdijk met Cradle-to-Cradle-principes In West-Brabant, in de oksel van de A16 en A17, verschijnt een grootschalig bedrijventerrein voor logistieke bedrijven, Logistiek Park Moerdijk. Grontmij werkt in samenwerking met Studio Marco Vermeulen aan het ontwerp en het inpassingsplan, inclusief Milieueffectrapport en exploitatieplan. Het ambitieniveau voor het Logistiek Park Moerdijk is hoog. Uitgangspunt is duurzaamheid volgens het Cradle-to-Cradleconcept en tevens ruimte te bieden aan flexibiliteit en kwali-teit voor de toekomstige ondernemers. De ontwikkeling van een gebied betreft 150 hectare netto met 100 hectare landschapsontwikkeling. De unieke situering van het terrein langs snelwegen met de directe nabijheid van diep vaarwater, ontsluiting via spoor door toekomstige railservice en de mogelijkheid van containeroverslag door gebruik te maken van kadefaciliteiten, levert naar verwachting veel synergie- en milieuvoordelen op. Duurzame elementen: • multimodale vervoersafwikkeling • toepassen van de beschikbare industriële restwarmte • een CO2-neutrale energiebalans via zonne– en windenergie • (in)filtratie voor optimale waterkwaliteit
• multifunctioneel gebruik • meerlaagsbouwen • inpassing van cultuurhistorische landschappelijke en natuurlijke waarden Grontmij organiseerde, als onderdeel van de opdracht, een workshop met betrokken organisaties en de logistieke sector waarin de mogelijkheden voor duurzaamheid en Cradle to Cradle zijn afgetast. Deze werden tijdens de workshop in een eerste ontwerpschets gevisualiseerd. De ontwerpschets krijgt een nadere uitwerking in de milieueffectrapportage en het inpassingsplan. In de workshop is gebruik gemaakt van het preferred partnerschap dat wij als Grontmij hebben met het bureau EPEA Eindhoven BV. Dit bureau is direct verbonden met EPEA Internationale Umweltforschung, dat wordt geleid door Michael Braungart. Braungart heeft samen met William Mc Donough het concept Cradle to Cradle ontwikkeld. Contactpersoon: Ineke Wouda
[email protected]
77
78
Geld verdienen met een pinchanalyse Geld besparen door nog eens kritisch te kijken naar de energiestromen in je bedrijf: het kan met behulp van de pinchtechnologie! Grontmij voert een pilotstudie uit bij Teijin Aramid en Emmtec. Voor verschillende processen binnen een bedrijf zijn warmte en koude nodig. Een pinchanalyse tracht de vraag naar warmte en koude af te stemmen op overschotten elders in het bedrijf. Dat gebeurt met behulp van een warmteuitwisselingsnetwerk waaraan warmtewisselaars, warmtepompen en warmtekrachtkoppelingsinstallaties worden gekoppeld. Door de energiebesparing kan de investering in het warmteuitwisselingsnetwerk in veel gevallen in 1,5 jaar worden terugverdiend. Contactpersoon: Gatse Heida
[email protected]
79
80
Filebestrijding Momenteel is de mobiliteitsvraag zo sterk dat wij er in Nederland niet in slagen in de behoefte te voorzien. Door filevorming verbruikt het verkeer- en vervoersysteem meer energie, milieuruimte, tijd en geld dan nodig is. De stagnatie belemmert het economisch functioneren en het staat een duurzame ontwikkeling in de weg. Het bereikbaarheidsprobleem is een gebrek aan evenwicht tussen de verkeersvraag en het capaciteitsaanbod. Aan beide kanten moet worden gewerkt. De veelbesproken oplossing is het ‘Anders Betalen voor Mobiliteit’ (betalen naar gebruik van de auto en niet naar bezit) is kansrijk. Door introductie van een gedifferentieerd tarief, afhankelijk van plaats en tijd, kan kilometerreductie en congestievermindering worden bereikt. Grontmij heeft de gemeente Amsterdam geadviseerd bij de planontwikkeling voor de invoering van dit systeem. Contactpersoon: Jan Hartman
[email protected]
81
82
De auto uit voor een beter klimaat! Om mensen te bewegen uit de auto te stappen is het belangrijk hoogwaardig openbaar vervoer aan te bieden. Op diverse plaatsen in Nederland wordt gewerkt aan hoogwaardige OV-netwerken. Maar er kan meer gedaan worden om mensen te bewegen de overstap te pakken naar trein, tram of bus. Een van de sleutels waar Grontmij in gelooft is het aanbieden van actuele reisinformatie. Grontmij heeft daarom het initiatief genomen om in partnerverband aan een OV-Navigator te werken. Een persoonlijk en situationeel reisadvies via een smartphone, vergelijkbaar met de routenavigator voor de auto. Contactpersoon: Jan Hartman
[email protected]
83
84
Hammarby Sjöstad (Zweden) Hammarby Sjöstad is een innovatieve nieuwe wijk in Stockholm. De integrale milieuopgave in het Hamarby Sjöstad klimaatprogramma is om de milieubelasting met minimaal factor twee terug te brengen vergeleken met bestaande normen. Hiervoor is een ‘Environmental Load Profile’ (ELP) ontwikkeld. Dit ELP is gebaseerd op de meest relevante activiteiten in een woonwijk en de milieubelasting die dit teweegbrengt. Onder andere de emissies naar lucht, bodem en water, alsmede het gebruik van energie en water worden gekwantificeerd. Het ELP is een lifecycle-concept en omvat materialen, transport, installaties, electriciteit, verwarming en recycling. Het gebruik van het ELP heeft bijgedragen aan kennisontwikkeling met betrekking tot werkbare maatregelen om de milieubelasting van de leefomgeving terug te dringen. Contactpersoon: Veronika Borg
[email protected]
85
86
Landfill Nanchang (China) Stortplaatsen waar veel huishoudelijk afval met een hoog gehalte aan organische stof is gestort produceren veel koolstofdioxide en methaan: beide belangrijke broeikasgassen. Vooral de emissie van methaan is relatief groot en tot in de jaren 90 waren stortplaaten de grootste bron van methaan. Maar methaan is ook een waardevolle stof en kan worden gebruikt voor warmte en electriciteitsproductie. Ook kan methaan na zuivering als biobrandstof worden ingezet. Door toepassing van technieken voor het opvangen en gebruiken van methaan is de uitstoot van broeikasgas door vuilstorten aanzienlijk afgenomen.
Grontmij onttrekt en benut al sinds 1985 stortgas op de stortplaats in Bavel. Sindsdien houdt Grontmij zich op vele plaatsen, in en buiten Nederland, bezig met advisering, haalbaarheidsstudies, engineering, bouwbegeleiding en turnkey projecten met betrekking tot stortgassen. Recent adviseerde Grontmij over de stortgasextractie in Nanchang, China, en begeleidde Grontmij de bouw van de installaties. Contactpersoon: Hans Geusebroek
[email protected]
87
88
Greenport Shanghai Op initiatief van Wageningen UR, Transforum en Limburgse agrarische ondernemers is een masterplan opgesteld voor de ontwikkeling van een agrofoodpark op Chongming Island in de monding van de rivier de Yangzte, vlakbij Shanghai. Grontmij heeft het consortium ondersteund in het ontwerpen van dit masterplan. Greenport Shanghai moet de showcase worden van duurzame productie van kwalitatief hoogwaardig voedsel vlakbij een grote stad. In het park worden productie, verwerking en handelsfuncties geïntegreerd. De productie vindt hier plaats volgens de principes van Cradle-to-Cradle. Er wordt gewerkt met gesloten kringlopen waarbij alle rest- en bijproducten opnieuw worden gebruikt. Contactpersoon: Enrico Moens
[email protected]
89
Colofon Programmamanagement Klimaat en Duurzaamheid Enrico Moens,
[email protected] Alex Hekman,
[email protected] Mignon Griffioen,
[email protected] Uitgave Tweede druk, november 2009 Grontmij N.V. De Holle Bilt 22 3732 HM De Bilt Postbus 203 3730 AE De Bilt T +31 30 220 79 11 F +31 30 220 01 74 www.grontmij.nl
Deze uitgave is gedrukt op FSC gecertificeerd papier.
90
www.grontmij.nl