Bernard van Noordwijk
Zilver voor de Zondag ‘Boecxkens met Pragtigh Sluytwerck’
Zilver.indb 3
12-09-13 15:25
Zilver voor de Zondag ‘Boecxkens met Pragtigh Sluytwerck’ Bernard van Noordwijk
ISBN 978-90-8525-038-8 NUR 640
Ontwerp omslag: Krijn van Noordwijk / Peter J. Jansen Grafisch Ontwerp Foto’s binnenwerk: Bernard van Noordwijk, tenzij anders vermeld Fotobewerking: Krijn van Noordwijk Opmaak binnenwerk: AlphaZet prepress, Waddinxveen
De bijbelteksten in deze uitgave zijn ontleend aan De Nieuwe Bijbelvertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 2004/2007.
De totstandkoming van deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door ondersteuning van het Nederlands Bijbelgenootschap, Haarlem en van Bubb Kuyper Veilingen Boeken Manuscripten en Grafiek BV, Haarlem.
© 2013 UITGEVERIJ PROTESTANTSE PERS – HEERENVEEN Alle rechten voorbehouden
Uitgeverij Protestantse Pers is onderdeel van Royal Jongbloed te Heerenveen.
www.jongbloed.com
H00-Zilver_Voorwerk.indd 4
16-09-13 15:01
Voorwoord Kerkboekjes met sloten en beslag zijn prachtige objecten die stuk voor stuk uniek zijn in hun vormgeving en samenstelling. Boeksloten en beslag zijn gemaakt door zilversmeden die de mode van hun tijd en streek en hun eigen artistieke opvattingen en technische bekwaamheid erin verwerkten. Daarnaast weerspiegelt de inhoud van de boekjes – zowel de gedrukte delen als de handgeschreven aantekeningen – in combinatie met de beeldtaal van het zilverwerk de geloofsrichting van de eigenaren. Deze prachtige combinatie van vorm en inhoud is een bijna onuitputtelijke bron van kennis en verhalen over de ontwikkeling van het boekzilver in Nederland en het geloof en leven van miljoenen Nederlanders in de vorige eeuwen. Bernard en Hilly van Noordwijk hebben dit bijzondere religieuze en culturele erfgoed ruim veertig jaar lang verzameld en zo het beslagen kerkboekje van de ondergang gered. In 2006 werd hun collectie voor het eerst getoond in het Bijbels Museum. Vele exposities volgden. In overeenstemming met de wil van de eigenaren om de verzameling in zijn geheel voor Nederland te behouden en onder te brengen bij een Nederlandse instelling, hebben het Bijbels Museum en de Bijzondere Collecties van de Universiteitsbibliotheek van de Vrije Universiteit het initiatief genomen om deze collectie uniek cultureel erfgoed voor de toekomst veilig te stellen. Zij hebben daartoe gezamenlijk de Stichting Collectie Van Noordwijk opgericht, die de verzamelde kerkboekjes heeft kunnen verwerven. De samenwerking van beide instellingen creëert een bundeling van krachten en expertise, waardoor het mogelijk wordt de collectie te exposeren, te conserveren en wetenschappelijk te ontsluiten. Het is echter dankzij de nimmer aflatende onderzoeksdrang van Bernard van Noordwijk dat wij ook kunnen beschikken over een wereld van gegevens en verhalen die de kerkboekjes met zilverbeslag in een context plaatsen. Alle facetten van het kerkboek, van boekband tot zilverwerk, christelijke iconografie, persoonlijke ornamenten, zilversmeden, productiewijze, technieken, materialen en persoonlijke verhalen van de eigenaren worden onderzocht en beschreven. Door dwarsverbanden te leggen tussen vorm, inhoud en gebruik ontstaat zo een boeiend beeld van zowel de vervaardigers van deze prachtige boekjes als het geloof en de leefwereld van de gebruikers. Het werk van Bernard van
5
Zilver.indb 5
12-09-13 15:25
Noordwijk biedt vele mogelijkheden voor nieuwe tentoonstellingen, gespecialiseerde presentaties op deelgebieden, vervolgonderzoek en vooral inspiratie om onze prachtige collectie kerkboekjes met goud- en zilverbeslag aan een groot publiek in Nederland te tonen. Juli 2013 Hermine Pool Conservator Bijbels Museum Secretaris Stichting Collectie Van Noordwijk
6
Zilver.indb 6
12-09-13 15:25
Inhoudsopgave
Zilver.indb 7
Voorwoord
5
Inleiding
9
Hoofdstuk 1
Eeuwenheugend klein boekzilver
Hoofdstuk 2
Het âlde tsjerkeboekje van Beppe zag er heel anders uit
13
als Opoe’s biebeltie
31
Hoofdstuk 3
Statieuze Staphorster statenbijbeltjes
47
Hoofdstuk 4
Noblesse oblige …
61
Hoofdstuk 5
Luxueuze lutherse liedboekjes
75
Hoofdstuk 6
Exclusief psalmboek ‘geheel op noten’ – A° 1685
89
Hoofdstuk 7
Zes braafheden op Fries bijbelzilver
105
Hoofdstuk 8
Karakteristieke katholieke kerkboekjes
119
Hoofdstuk 9
Veelsoortige antieke bijbelbandjes …
131
Hoofdstuk 10 Zilveren middenstukken op antieke kerkboekjes
149
Hoofdstuk 11 Bloemen verlevendigen antiek boekzilver
167
Hoofdstuk 12 Schitterzilver op schilderachtig schildpad
177
Hoofdstuk 13 Oma noemde haar kerkboek een ‘knipje’
191
Hoofdstuk 14 In het ganse Avondland kwam boekzilver voor
201
Hoofdstuk 15 Decoratieve Duitse devotieboekjes
219
Hoofdstuk 16 Royaal huldeblijk voor een gewaardeerde prinses
233
Hoofdstuk 17 Een juweel van een boekbandje
241
Hoofdstuk 18 Schittert boekzilver alleen op bijbeltjes?
251
Hoofdstuk 19 Herkregen cachet van een zeventiende-eeuws psalmboekje
263
Hoofdstuk 20 Vermakelijk vermaakt of onsmakelijk mismaakt
273
Hoofdstuk 21 Hand- en hartverwarmend
287
Hoofdstuk 22 Beslagen boekjes uit de oude doos
295
Hoofdstuk 23 Boekjes met gouden sluitwerk
305
Hoofdstuk 24 Uniek boekbeslag en andere witte raven
333
Termen
342
Register
350
12-09-13 15:25
Opstelling van een deel van de Collectie Van Noordwijk in het Bijbels Museum te Amsterdam
Zilver.indb 8
12-09-13 15:25
Inleiding Het voornemen om dit boek te schrijven ontstond tijdens het zoeken naar bijbeltjes, kleine missalen, psalm- en gebedenboekjes met zilveren of gouden garnituur. Sinds 1965 zagen mijn vrouw en ik alle aanleiding* om op speurtocht te gaan naar beslagen kerkboekjes op zakformaat en heeft een buitensporige eksterneiging zich van ons meester gemaakt. De ornamentiek en de iconografie op de verzamelde sierbandjes hebben zo veel boeiende cultuur- en kunsthistorische aspecten naar voren gebracht, dat het alleszins de moeite waard leek om een en ander op schrift te stellen en in beeld vast te leggen. De overweging was dat over vijftig jaar de kennis met betrekking tot dit fenomeen wellicht is verdwenen en slechts weinigen nog weten wat de functie en de betekenis waren van deze kunstvoorwerpen.
Verzamelen Verzamelen en verzamelen is twee, of misschien wel drie. Je hebt mensen die stiekem verzamelen. Bekend is het verhaal van een bibliofiel die in zijn boekenkluis nog een open plekje had van 40 x 10 centimeter, waarin precies een statenbijbel paste; deze kocht hij om vanaf die tijd vergenoegd in z’n eentje van al zijn bezittingen verder te genieten. Dan heb je de belegger die zijn verzamelobject slechts tweemaal ziet; één keer bij de aanschaf en de tweede keer wanneer hij het uit z’n bergplaats haalt om te verkopen. Ook bestaat de collectioneur, die zich vol verwondering steeds verbaast over de vele facetten van zijn verzamelde voorwerpen en er anderen deelgenoot van wil maken. Wij behoren tot de laatste categorie en hebben met geconcentreerde passie ons gericht op het bijeenbrengen van versierde kerkboekjes om daarnaast erover te vertellen en te schrijven. Met veel genoegen praten wij over onze collectie en laten deze in z’n geheel of fragmentarisch hier en daar zien. Niet alleen om details van het boek, de band of het beslag te tonen, maar ook om mededeling te doen over de herkomst en hoe de objecten in onze verzameling zijn terechtgekomen. Zoals een prachtig bijbeltje dat een
* Mijn vrouw kreeg van Tante Grada (destijds bekend van het Drentse theatergezelschap ’t Oale Volk) een zilveren armband, die – wezensvreemd – gemaakt bleek te zijn van een boeksluiting uit 1796.
9
Zilver.indb 9
12-09-13 15:25
kinderloos echtpaar – na het lezen van een publicatie over een van onze exposities – aan ons toevertrouwde, met het verzoek dit familiebezit tot in lengte van jaren op de juiste plaats te behouden. Aandoenlijk was het verhaal van een kostbaar gebedenboekje dat we kochten van een dame die vertelde dat ze dit erfstuk uit geldnood van de hand moest doen (wat achteraf niet waar bleek te zijn). Of over de voldoening die we hebben wanneer blijkt dat een drukker, binder en zilversmid in dezelfde stad terzelfder tijd één en hetzelfde beslagen kerkboek tot stand hebben gebracht.
Heibel om een bijbel Meer kerkboekjes zijn bij ons beland nadat bezoekers een tentoonstelling, onder andere in Amsterdam, ’s-Hertogenbosch, Antwerpen of Goes, hadden bezocht en onze collectie hadden gezien. Een van de mooiste exemplaren is afkomstig uit de inventaris van een boerenfamilie, waarin zich een grote statenbijbel met koperen sloten en een bijbeltje met zilveren beslag bevonden. Men vroeg of wij in een en ander geïnteresseerd waren. Daar folianten niet tot ons verzamelgebied behoren, hadden wij alleen belangstelling voor de kleine bijbel met zilveren sluitingen en hoekstukken. Dat beviel de betreffende erfgenamen – twee dochters en een zoon – niet; we moesten allebei kopen of niets. Daarover ontstond onderling gekrakeel, waarbij één dochter voet bij stuk hield en de anderen wel separaat het kerkboekje kwijt wilden. Het schijnt dat ze wekenlang onenigheid hebben gehad, totdat ook zusterlief overstag ging. Zo hebben we gemerkt dat er een groot verschil bestaat in waardering voor cultureel erfgoed. De een hecht veel (emotionele) waarde aan het bijbeltje van oma, terwijl de ander min of meer achteloos afstand doet van nagelaten boedelstukken. Toen begin 2012 in het noorden van ons land een groot kunstverzamelaar van kerkelijk zilver overleed, had geen van de erfgenamen interesse om de collectie voort te zetten en heeft een museum zich – gelukkig – over alle objecten ontfermd. Gelukkig, want soms worden onder dergelijke omstandigheden de zorgvuldig bijeengebrachte kostbare stukken een voor een of per kavel geveild. Anderzijds denkt menigeen een schat in huis te hebben als grootmoeders missaaltje ter sprake komt, terwijl het vanwege beschadigingen of mankementen slechts een geringe marktwaarde heeft. Het omgekeerde kan ook gebeuren: een nonchalant op zolder opgeborgen kerkboekje blijkt bij het tevoorschijn halen van geraffineerd mooi filigreinwerk te zijn voorzien. Zo kwamen er Nederlandse boekjes met zilveren sloten in ons bezit, die in Amerika door nazaten van vroegere emigranten van de hand werden gedaan; ze konden de inhoud toch niet lezen, dus: weg ermee.
10
Zilver.indb 10
12-09-13 15:25
Dankbetuiging Meer anekdotes over ervaringen en ontwikkelingen binnen onze collectie vertel ik nog weleens. Van deze gelegenheid wil ik gebruikmaken om mijn erkentelijkheid uit te spreken jegens allen die mij terzijde hebben gestaan bij het doornemen en beoordelen van de teksten, bij het aanleveren en bewerken van de illustraties, bij het realiseren en uitgeven van dit boek. Bedankt!
Bernard van Noordwijk
Eeuwenheugend klein boekzilver
11
Zilver.indb 11
12-09-13 15:25
Zilverwerk van joodse, rooms-katholieke, protestantse en neutrale snit
Zilver.indb 12
12-09-13 15:25
Hoofdstuk 1
Eeuwenheugend klein boekzilver Sluitingen en beslag op boekbanden kwamen in Europa al vanaf de vroege middeleeuwen voor. Oorspronkelijk diende sluitwerk om de inhoud van de banden te beschermen. Als het boekblok door de sluitingen dicht op elkaar geklemd zat, hadden vocht, schimmels en ongedierte minder kans de perkamenten of papieren bladzijden aan te vreten. Sluitingen waren aanvankelijk veters of riempjes, vaak voorzien van messing delen. In Nederland zijn koperen sloten en hoekstukken op talrijke oude drukken terug te vinden. In het algemeen betrof het bijbels, missalen en andere gewijde boeken, gebruikt tijdens erediensten. Vanaf de zeventiende tot aan het einde van de negentiende eeuw was het een luxe gewoonte om ook boekbandjes op klein formaat (van duodecimo tot octavo1) te verfraaien met – veelal – zilveren sloten en beslag.
Reliboekjes met zilver Dergelijke versierde boekjes, waarvan de strekking in de meeste gevallen van religieuze aard was, speelden in de dagelijkse geloofsbeleving een belangrijke rol. Ze werden naar kerk of synagoge meegenomen en werden thuis gebruikt voor persoonlijke devotie. De inhoud was voor velen een bron van troost, kracht en bezieling. De buitenkant werd vaak voorzien van zilveren sluitwerk, soms aangevuld met dito beslag. Rooms-katholieke boekjes bevatten gebeden voor de dagheiliging, of mis-, biecht- en communiegebeden die in de kerk werden gebruikt. Epistels, kalenders van de heiligendagen, lofzangen en de kernpunten van het geloof werden dikwijls toegevoegd. In het zilverwerk konden typisch katholieke symbolen zijn verwerkt, zoals kruisjes of engeltjes.
1
Paginaformaat van boeken: vanaf circa 12 centimeter hoog is duodecimo (12mo); vanaf circa 16 centimeter hoog is octavo (8vo).
13
Zilver.indb 13
12-09-13 15:25
Terminologie
Zilver.indb 14
12-09-13 15:25
De joodse traditie kende boekbandjes waarin dagelijkse smekingen en gebeden voor de feesten van het hele jaar waren opgenomen. Belangrijke elementen waren de vele hymnen die op gedenkdagen werden gereciteerd. Op deze boekjes werd nu en dan zilveren beslag aangebracht met voorstellingen van bijvoorbeeld een kandelaar of de wettafels. De inhoud van protestantse exemplaren verschilde per denominatie. Het meest kwamen bandjes voor waarin de bijbelboeken en de berijmde psalmen waren opgenomen, soms gecompleteerd met gezangen, belijdenisgeschriften en de catechismus. In voorkomende gevallen hadden ze afbeeldingen van Mozes, Aäron en de evangelisten in de zilveren sloten. Gewoonlijk echter werd het design van het sluitwerk tamelijk algemeen gehouden en kreeg boekzilver florale, ornamentele of zinnebeeldige decors. Aan het uiterlijk was dan niet te zien tot welke geloofsrichting de eigenaar behoorde. Ongetwijfeld waren de boekjes voor velen een kostbaar bezit en ze werden van generatie op generatie, meestal van moeder op dochter, doorgegeven.
15
Zilver.indb 15
12-09-13 15:25
Tinnen gietmallen (1797) uit de werkplaats van Geert Landeweer, Groningen (in het midden de met deze mallen gegoten boeksloten)
Zilver.indb 16
12-09-13 15:25
Boeksloten Een boekslot werd in drie delen gemaakt: een muiter, een klamparm en een aanzetstuk. De muiter werd op het voorplat van de boekband gemonteerd. De klamparm, het beweegbare deel van het boekslot, was scharnierend verbonden met het aanzetstuk. Dit aanzetstuk werd vastgezet op het achterplat van de band. Bij het dichtdoen greep de sluithaak van de klamparm in de muiter. Religieuze boekjes werden doorgaans op die manier voorzien van sloten, die aanvankelijk daadwerkelijk dienden om de boekjes dicht te houden. Later speelde het sluitwerk eveneens een versierende rol. Om de bandjes aantrekkelijker te maken, werden veel exemplaren niet van één, maar van twee sloten voorzien, dus van een stel identieke sluitingen.
Zilveren boekslot (1755) – Barent Yserlo, Amsterdam
Boekbeslag Het boekbeslag bestond uit verschillende componenten, zoals front- en rughoekstukken, middenstukken plus het zogenoemde kantbeslag. Dit laatste werd gevormd door drie- of vierzijdige randen rondom de platten. Evenals boeksloten diende het beslag oorspronkelijk ter protectie; in dit geval om kwetsbare hoeken, rug en zijkanten van de band te beschermen tegen beschadiging. Maar vanaf de zeventiende eeuw was het boekbeslag bijna alleen bedoeld als pronk. Het werd incidenteel aangevuld met bijpassende ringklampen waaraan een draagketting of een koord werd bevestigd.
17
Zilver.indb 17
12-09-13 15:25
Beeldje De zilversmid (2008) door Ineke van Dijk (locatie: Dam, Schoonhoven)
Zilver.indb 18
12-09-13 15:25
Zowel het sluitwerk als het beslag op de boekjes was meestal van zilver, soms van goud, zelden van messing. Het zilver werd glanzend afgewerkt door het oppervlak te bruneren2 en te poetsen. De onderdelen van het beslag en van de sloten werden met sierlijke nageltjes bevestigd op de boekbanden, waarvan de platkern gewoonlijk van dun hout – later ook wel van karton – was gemaakt.
De technieken De technieken die gebruikt werden om boekzilver te vervaardigen kunnen onderverdeeld worden in enkele hoofdgroepen, soms onderling gecombineerd. De eenvoudigste methode, die vanaf de zeventiende eeuw werd toegepast, was het zagen van boeksloten of beslag uit zilverplaat. Naargelang de beoogde stevigheid en grootte van slot of beslag werd een dunne of dikkere zilverplaat gebruikt. De randen werden naderhand met vijlen afgewerkt. Een veelvoorkomende versieringstechniek voor uitgezaagd boekzilver was het graveren, soms samen met opengewerkte motieven. Later werd voor stevig en zwaarder sluitwerk het gieten toegepast. Hiervoor werden tinnen, koperen of bronzen gietmodellen gebruikt. Deze modellen werden ingedrukt in gietzand, waarna de negatieve afdruk in zilver werd gegoten. Vervolgens werd boekzilver meestal geciseleerd. Bij deze methode werd het oppervlak met ponsjes bewerkt om reliëfmotieven nauwkeurig te accentueren. In de negentiende eeuw werden dusdanige bijbelsloten ook wel gestampt. Dunne zilverplaat werd met behulp van een valhamer tussen twee matrijzen geperst. Hiermee kon boekzilver snel en in serie gemaakt worden en verkreeg men toch fijn gedetailleerde onderdelen.
De zilversmeden Vanaf de zeventiende eeuw bestonden er onder de edelsmeden verschillende specialisaties. Er waren goudsmeden, zilversmeden, zilverdrijvers en draadwerkers. Boekzilver werd doorgaans geproduceerd door kleinwerkers, die vooral siervoorwerpen van gering formaat leverden, zoals gespen, mantelhaken, riembeslag, maar ook tandenstokers,
2
Bruneren is een bepaalde polijsttechniek.
19
Zilver.indb 19
12-09-13 15:25
Zilveren bijbelsloten (1839) – Egidius Wientjes, Ootmarsum
Zilver.indb 20
12-09-13 15:25
schaartjes, chatelaines enzovoort. Als ze kas(t)houder3 waren, verkochten zij deze goederen in hun eigen atelier, waar de echtgenote dikwijls als winkelierster fungeerde. Het kleingoed werd ook wel verkocht in juwelierszaken en in galanteriewinkels of werd meegegeven aan marskramers.
Meesterteken van Jac. Kooiman Agz, Schoonhoven (ca. 1875) + gehaltemerk (tweede gehalte)
Het zilvergehalte in Nederland was 934/1000. Voor boeksloten en beslag was dit gehalte te zacht. Daarom werd een legering gebruikt met een allooi van 833/1000, of tweede gehalte. Tot de Franse Revolutie kon men op boekzilver drie merken aantreffen: het meesterteken, een jaarletter en een stadskeur. Deze stempels werden vaak op de rug van de klamparm of aan de binnenkant van de montageplaatjes aangebracht. Vanaf de negentiende eeuw werd de stadskeur vervangen door een merkteken van het desbetreffende waarborgkantoor (minervahoofd met een bijbehorende letter) en werd er een afzonderlijk gehalteteken (een lopende leeuw met een 2 voor het gehalte 833/1000) aan toegevoegd. Na de Franse tijd moesten de merken altijd op een zichtbare plaats worden afgeslagen.
3
Zilververkoper met een winkel aan huis, een oude term die in de achttiende eeuw in onbruik is geraakt. Kas(t)houders waren dikwijls zelf ook zilversmid.
21
Zilver.indb 21
12-09-13 15:25
Portret van een meisje met kerkboekje (Hollandse school, ca. 1620)
Zilver.indb 22
12-09-13 15:25
De regio’s Hoewel zilverbeslagen kerkboekjes ook in omliggende landen voorkwamen, is de bloei van dit fenomeen in ons land tot ongekende hoogte gestegen. Praktisch elk kerkgaand gezin in Nederland had minstens één bijbeltje of gebedenboekje, meestal meer. In alle lagen van de bevolking, welgesteld en minvermogend, werden deze boekjes vertroeteld, gesoigneerd en zo mogelijk verfraaid. Als men het zich kon permitteren kocht men bij een kas(t)houder of bij een rondtrekkende koopman een kant-en-klaar boekje met zilverwerk. Of men ging naar de edelsmid en liet op een bestaand boekje enig zilverwerk naar keuze of ontwerp aanbrengen. Over het hele land verspreid vestigden zich in de loop van de tijd gespecialiseerde edelsmeden, die vrijwel allemaal in staat waren boeksloten en boekbeslag te vervaardigen. Vanaf circa 1750 tot eind negentiende eeuw volgden zilversmeden qua vormgeving de gebruikelijke stijlen, ook inzake bijbelsluitingen. Van klassieke motieven uit de pre-barok via de vloeiende patronen van de rococo, de fiere vormen van de empirestijl naar de vriendelijke contouren van de biedermeiertijd. Afgezien van de stijlkenmerken was ook de geografische herkomst herkenbaar in het design van boekzilver. De vormentaal verschilde nogal per provincie, soms zelfs per stad.
Zilveren middenstuk met initialen (GTW?) en jaartal (1795)
23
Zilver.indb 23
12-09-13 15:25
Schildpad boekbandje met zilveren sloten en scharnieren (ca. 1683)
Zilver.indb 24
12-09-13 15:25
Bijbelsloten uit Friesland hadden meestal een uitbundige vormgeving, waarin veel zilver werd verwerkt. Groninger boeksluitingen zagen er over het algemeen nuchter uit, met weinig tierelantijnen. Drentse zilversmeden maakten steevast spaarzame kerkboeksloten van dun plaatmateriaal. In het midden van ons land kreeg bijbelbeslag een vrij universeel uiterlijk, wat het gevolg was van een behoorlijk massale productie. In en om Amsterdam werd tamelijk gul met boekzilver omgesprongen voor de verfijnde smeedkunst, die vooral in Noord-Holland werd toegepast. In Schoonhoven werden zeer gevarieerde sloten en beslag vervaardigd, afgestemd op de gemiddelde smaak die in Nederland gangbaar was. Zeeuws sluitwerk zag er stoer en massief uit, waarbij royaal zilvermateriaal werd gebruikt. Overigens kwamen allegorische, symbolische of bijbelse voorstellingen in kerkboekzilver bijna overal voor, naast geometrische en botanische composities. Hier en daar was wel voorliefde voor oud- en nieuwtestamentische taferelen, vooral in Holland en Zeeland, maar over het hele land genomen voerden neutrale versieringsmotieven toch wel de boventoon.
Individueel eigendom Gebedenboeken of bijbeltjes waren meer dan voorwerpen die werden meegenomen naar synagoge of kerk. Deze boekjes waren binnenskamers zeker zo belangrijk bij persoonlijke bijbellezing en bij het afzonderlijk of gezamenlijk bestuderen van Gods Woord. Er werden aantekeningen in gemaakt, teksten werden onderstreept en privétoevoegingen werden erin aangebracht. Op de blanco schutbladen stond vaak de naam van de bezitter of werd een geslachtsregister bijgehouden met de doopnamen van de kinderen en andere familieleden, inclusief de data van geboorte en overlijden. Er was meestal niet zo veel papier in huis, dus schreef men deze gegevens in het bijbeltje, dat immers tot in lengte van jaren wel bewaard zou blijven. Een gebruikelijke methode om kerkboekjes op een andere manier te personifiëren was om aan de binnenkant van het zilveren bovenslot het initiaal of de naam van de eigenaar te laten graveren. Aan de binnenkant van het onderslot kwam dan de datum plus het jaartal van aanschaffing. Indien (slechts) één boekslot aanwezig was, werden beide gegevens in de binnenzijde van de enkelvoudige klamparm gegrift. Als er zilveren middenstukken op de boekjes waren gemonteerd, kon het voorkomen dat deze van een initiaal, een monogram of van een familiewapen werden voorzien.
25
Zilver.indb 25
12-09-13 15:25
Zilveren sloten en kantbeslag (1860) – wed. W. Roelfsema, Winsum
Zilver.indb 26
12-09-13 15:25
Een beslagen gebedenboekje, bijbeltje of psalmboekje was meestal een geschenk ter gelegenheid van een bijzondere gebeurtenis, zoals communie, belijdenis, geboortefeest of verjaardag. Vandaar dat in sommige boekjes een heilwens of een opdracht voor de ontvanger werd aangetroffen. Naast persoonlijke aantekeningen bewaarde men ook allerlei kleine herinneringsvoorwerpen in een kerkboek, zoals knipwerkjes en devotieprentjes.
De eenvoud van de zeventiende eeuw versus de praal van de negentiende eeuw Uit aloude schilderijen valt onder andere af te leiden dat er in het begin van de zeventiende eeuw reeds kerkbijbeltjes met zilveren sloten en beslag in omloop waren. De jongedame op het portretje van pagina 22 (Hollandse School, circa 1620) heeft zo’n boekje in haar rechterhand. Pas in de tweede helft van de gouden eeuw begon zilveren boekbeslag hoe langer hoe meer gemeengoed te worden en lieten veel gegoede burgers hun kerkboekjes van edelmetalen sluitwerk voorzien. Bijbelsloten zagen er toen nog ongecompliceerd – om niet te zeggen: primitief – uit. Op pagina 24 is een bescheiden boekje te zien (het heeft slechts een hoogte van 8 centimeter), dat dateert uit 1683. De titel is Sleutel des hemels en de inhoud betreft godvruchtige oefeningen, gebeden en meditaties. Het is gevat in een schildpadbandje, waarvan de platten en de rug uitzonderlijk goed bewaard zijn gebleven. Hierop zijn simpele sloten en scharnieren aangebracht, die duidelijk met de hand zijn uitgezaagd, waarschijnlijk door een zilversmid uit Amsterdam. De vormgeving van de muiters, aanzetstukken en scharnierdelen is consequent volgehouden, maar geringe verschilletjes zijn te zien, die onmiskenbaar het gevolg zijn van handwerk, maar absoluut niet storend zijn. Ajour versieringen, applicaties of graveringen in het zilverwerk van gedecoupeerde boeksloten werden in die tijd nog nauwelijks toegepast. Ter vergelijking is hiernaast een afbeelding geplaatst van een kerkbijbeltje uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Het boekblok met vergulde snede is gebonden in fraai leer. Het betreft het Oude en Nieuwe Testament, voorzien van prenten, en de Psalmen, gedrukt in 1855, aangevuld met de zogeheten Evangelische Gezangen. Het geheel is opgesierd met opengewerkte sloten en vierzijdige omranding van een uitstekende
27
Zilver.indb 27
12-09-13 15:25
makelij, afkomstig uit de provincie Groningen. De florale motieven die in het sluitwerk en de randen zijn verwerkt, werden vooral in de noordelijke gewesten gewaardeerd en gekopieerd naar Schoonhovens model. Het verschil in verschijningsvorm van het summiere sluitwerk uit de zeventiende eeuw en dit weelderige boekzilver uit de negentiende eeuw is aanzienlijk. Te bedenken valt hierbij echter dat er zo’n tweehonderd jaren ontwikkeling in zilversmeedkunst tussen beide voorbeelden liggen.
Overigens … In het kader van dit hoofdstuk wordt de evolutie benadrukt in het sluitwerk op boekjes met religieuze inhoud. Vanzelfsprekend heeft er zich in de loop van de desbetreffende eeuwen ook een aanzienlijke ontwikkeling in het drukwerk en in de boekband voorgedaan. Inzake de inhoud was onder andere de wisseling van het Gotische schrift naar het gebruik van de Latijnse letter een aanmerkelijke doorbraak. Qua samenstelling ontstonden er eveneens beslissende wijzigingen. Bijvoorbeeld de overgang van de Datheense psalmen (1566) naar de zogenoemde Statenberijming (1773)4, of de verandering van het met de hand rangschikken van losse drukletters naar het regelmatige machinezetsel. Ook wat betreft het inbinden van boekjes deden er zich interessante ontwikkelingen voor. Zoals het gebruik van het harde leer met pukkelstructuur van de zeventiende eeuw, via het gemarmerde kalfsleer naar het elegante marokijn van de achttiende en negentiende eeuw. Of de toepassing van andere materialen als paarlemoer, fluweel, schildpad of geheel zilveren boekbandjes.5 Kortom: het reliboekje is, in weerwil van vormwisselingen, door de eeuwen heen een geliefd en gekoesterd gebruiksvoorwerp gebleven.
4
5
In protestants Nederland werd aan het einde van de zestiende en begin zeventiende eeuw de psalmberijming van P. Dathenus gebruikt. Daarna volgde, ondanks grote protesten, de psalmberijming van 1773, waaraan meerdere auteurs meewerkten (onder andere de berijming van Hendrik Ghijsen uit 1686) en die standhield tot 1973. Zie hoofdstuk 9.
28
Zilver.indb 28
12-09-13 15:25
Zilver.indb 29
12-09-13 15:25
Portret (1786) van Anne Wiegers, aakschipper te Heeg door P. Folder (bron: Fries Scheepvaartmuseum)
Zilver.indb 30
12-09-13 15:25