9e JAARGANG NO. 1 MAART 1977
Redaktie :
STICHTING IGNATIUS-ZIEKENHUIS Wilhelminasingel 33, Breda
Inhoud
Bk.
M. P. J. van Bracht R. v. Grondelle P. J. M. v. d. Hoogen A. A. Vissers
Ziekenhuisopnamen
2, 3, 4, 5 en 6
Rondzendbrief van Elly Deurwaarder
7, 8 en 9
Jaarlijkse bijeenkomst
10 en 11
Foto's en tekeningen
12
Menu C. Poppelaars Afscheid van dhr. G. Vergeer
13, 14, 15 en 16
Omslag :
Gepensioneerdendag I
17
Dankwoord mevr. Hensen
17
Gepensioneerdendag II
18
Brief bestuur
18
Rosemarie van Boxel
Spreekuur Personeels- en Salarisadministratie
19
Personalia
20
Druk. : Drukkerij West Brabant B.V. Dreef 58, Breda
1
ZIEKENHUISOPNAME
De dokter zei : „Laat je been even aan de chirurg op de polikliniek zien". lk parkeer mijn 2CV4 en doe mijn dak toch maar dicht, want het kan wel eens fang wachten worden op een poll ! Dat valt mee, na een minuut in de wachtkamer gezeten te hebben, mag ik al een onderzoekkamer binnen. Deze snelle behandeling heb ik te danken aan het feit dat ik arts ben. Dit zou trouwens mijn laatste privilege zijn, want voor ik het besef, duik ik voor twee weken in de patiêntenrol. Na tien minuten zitten op de onderzoekbank, komt een arts binnenstormen, werpt een blik op mijn pootje en staat meteen weer buiten, vertelt me niets en is voorgoed verdwenen. Een kwartier later wordt er door de dichte deur gebruld „ik kom zo". Even later gaat de deur inderdaad open en komt de „grote" chirurg zelf binnen, die me amicaal beklopt en me vraagt of ik vanmorgen nog ontbeten heb (waarom zou hij dat vragen) en loopt net als zijn voorganger zo weer weg. Een half uur later begin ik me toch af te vragen of ik er geen recht op heb nu eindelijk eens te horen, wat er gaat gebeuren. lk voel me al een beetje de onmondige patient, die maar stilletjes afwacht en omdat ik daar niets voor voel, stoor ik de „grote" chirurg. Eigenlijk vind ik dat best eng, maar hij beantwoordt al mijn vragen vriendelijk, zodat ik weet waar ik aan toe ben. Bovendien roept hij meteen een co-assistent om zich verder over me te ontfermen. De stoorzender werkt ! De „co" bekijkt en beluistert me, zoals een goede „co" dat betaamt. lk onderga dat alles met een gevoel of ik toneel speel. Met het „zuchten" heb ik wat moeite, omdat dit op mijn lachspieren werkt. Daarna komt de opnamezuster me halen. De ziekenhuismolen gaat draaien. lk wordt in een wagentje gezet, want !open is er niet meer bij. Van de inschrijvingsprocedure naar het laboratorium. Er moet bloed vloeien. Het meisje dat me moet prikken is een patiente uit mijn praktijk, van pure zenuwen, om me goed te prikken, zit ze pas de derde keer raak. Op bevel moet ik daarna plassen, dat valt niet mee, gelukkig weet ik toch het potje vol te maken. Als ik op de afdeling beland, zijn er drie uur verstreken, sinds ik mijn karretje voor het ziekenhuis neerzette. lk kom op een zaal te liggen tussen zeven bejaarde dames in. Gelukkig weet ik te voorkomen, dat ik direkt in een pyama gehesen wordt, omdat ik zo'n geval niet bij me heb. In mijn jurk op bed voel ik mij nog een beetje gewoon, hoewel het bordje „nuchter" aan mijn bed daar wel lets aan af doet. Na het bezoekuur komt de zuster met de thermometers, ik wil vragen of dat nu echt wel moet, maar bedenk me nog op tijd. Natuurlijk moet dat, ik ben toch patiênte. Het volgende programmapunt is bloeddruk meten en mijn been scheren. Daarna denk ik rust te krijgen om wat te lezen, maar dat lukt slecht met al die kletsende buren, bovendien word je steeds gestoord door de verpleging, die eerst met de thee komt, dan weer komt vragen of we ontlasting gehad hebben enz. lk zal maar proberen wat te slapen, Kier kan ik mooi de schade van de afgelopen weken inhalen. En als ik slaap voel ik tenminste mijn lege, knorrende maag niet, ze moeten me maar gauw voor de operatie komen halen, want de gebakjes, waar net op getrakteerd wordt, zijn een ware tantaluskwelling. Even later schrik ik wakker van een zuster aan mijn bed. lk moet een operatiejasje aan en ze zwaait met een spuit. Natuurlijk wil ik wel weten wat er in zit. Als antwoord krijg ik eerst een zeer verbaasd gezicht, maar ze vertelt me toch dat de prêmedicatie thalamonal is. Tegen de pijn, die ik niet heb en om rustig te worden (ik slaap nog half !). Verder alles uit, oorbellen, ring en de nagellak, die ik vanmorgen er zo bloedig opgesmeerd heb.
2
Door een gezellige broeder wordt me uitgelegd wat er verder gaat gebeuren. En dat gaat nu snel. Voor ik het weet heeft de anaesthesist een naald in mijn arm gestoken en vraagt me of ik me at slaperig voel. Net als je wilt vertellen dat je nog helemaal niets voelt, ben je vertrokken. lk kom weer terug op de aardbol, als ik van de O.K. naar de recovery gereden wordt. Als dan iemand me vertelt dat het reuze meegevallen is en er alleen een enorm haematoom ontledigd is, ben ik weer helemaal bij mijn positieven. Dat duurt maar kort, want ik zak weer terug in mijn wazige wereld. Terug op zaal, is het net bezoekuur. Heel vervelend, want at dat getetter aan je oren kun je nu
net
niet gebruiken. lk krijg
ook een paar vriendinnetjes op bezoek, gelukkig blijven ze maar kort, want een gesprekje voeren kost me nog erg veel moeite. Wel fijn hoor, die belangstelling. Wat een afschuwelijk lets is die periode na de narcose. Je kunt niet doezelen, niet slapen, maar ook ben je niet in staat te lezen of te praten. Het enige wat je kunt is wat onplezierig heen en weer draaien, even wegzakken en je nog eens op je andere zij gooien, wat bovendien nog moeilijk gaat met zo'n ingepakt been. Als ik dan toch even geslapen heb en mijn ogen open doe, staan er bloemen naast mijn bed, een attentie van een vriendin, dat doet me enorm goed. Eindelijk, na drie uur terug te zijn op zaal, krijg ik water. Mijn tong is van leer en het Zwolse water, dat anders een slechte naam heeft, smaakt lekkerder dan jenever. Om elf uur word ik wakker gemaakt, omdat mijn bloeddruk gemeten moet worden, jammer dat dat nodig is, want nu moet ik maar weer zien opnieuw in slaap te vallen. lk bof, want ik ben gelijk weer in dromenland en word pas wakker als de thee om half zeven geserveerd wordt. lk voel me herboren. lk heb weer de macht over mezelf herkregen, dat was lets wat me gisteravond benauwde. Je vraagt je dan af, hoelang duurt het voordat ik weer de kontrole heb over mijn eigen wil. Nu blijkt dat ik die weer helemaal heb, voel ik me kiplekker en ik ben dan ook zeer verbaasd, dat ik een temperatuur van 38,9°C heb. Bij een pots van 60 lijkt me dat onwaarschijnlijk en dus vraag ik de zuster de thermometer nog eens goed af te slaan, zodat ik overnieuw kan meten. Ja hoor, de stand is nu 37,6°C. Wassen op bed; dat is een hele gymnastiektoer cm ieder plekje te bereiken. lk heb daarna wel 10 minuten nodig om bij te komen van deze grote inspanning. Wat een luxe .... ontbijt op bed en wat smaakt dat lekker na zo'n dag vasten. lk zal hier maar eens gaan genieten van die verwennerij. 't Is net een hotel, de prijzen liggen alleen wat hoger. Ook meet je je instellen op de vroege etensuren. Mijn eerste dag hier zit helemaal volgebouwd, je krijgt de kans nog niet om je te vervelen. Het is een voortdurend af- en aan !open van verpleegsters, die bedden opmaken, tempen, lijsten invullen, verbinden, po's aansjouwen enz. Soms hebben ze het zo druk dat je op je po moet blijven zitten tot je billen pijn doen. Tussendoor komt de „witte vloed". Alle patienten !even op als de dokters langskomen. Zouden ze goed bericht te brengen hebben? Dokter, mag ik er at uit? Wanneer mag ik naar huis? Heeft U de uitslag al? ledereen heeft wel een vraag. Vooral als de stoet weer verdwenen is, komen de vragen en dan is het te laat om ze te stellen. Er leeft hier nog steeds angst om de dokter een vraag te stellen. Onvoorstelbaar, op wat voor voetstuk de patient de arts plaatst. Naar het bezoekuur kijkt iedereen met verlangen uit. 't Is gek dat ik zelfs na 66n zo'n ziekenhuisdag ook at naar bezoek verlang. Bericht van buiten is eon hele afleiding. lk verwacht niemand, maar toch
je weet nooit. Het is dan ook een verrassing als er
3
een paar vriendinnetjes komen. lk voel me bijna jarig, met al die bloemen op mijn nachtkastje. Meteen na het bezoek krijgen we allemaal weer een thermometer. Een „uitstekend" tijdstip, want bij iedereen is door de opwinding de temperatuur wat gestegen. Mijn zaalgenoten beginnen me nu at te vervelen, men trekt elkaar hier in de put met voortdurend te vragen of je ook zo'n pijn hebt, je zo rot voelt en of je ook zo slecht geslapen hebt. Operaties en ziektes worden uitvoerig besproken. lk ben dan ook dolblij als een zuster me komt vragen of ik naar de andere zaal wil. Daar heb ik geen dovemansoren naar, er op achteruit gaan is onmogelijk. lemand begint de volgende morgen om zes uur at te kwekken. Vandaag mag ik alweer uit bed, als ik op een stoel geholpen ben, voel ik me weer een hele piet. Je lijkt iets minder afhankelijk. Die afhankelijkheid is moeilijk te accepteren, alles wat je pakken wilt, daar kun je niet bij, voor alles heb je iemand nodig. Omdat ik nog steeds veel liggen moet, besluit de chirurg toch maar om me voor de veiligheid te ontstollen ondanks mijn stug volgehouden beenoefeningen. Vanaf dat moment krijgt mijn buik het hard te verduren, iedere dag twee spuitjes heparine bij de navel. En ik zal me nog verder aan de geneesmiddelen moeten overgeven, want in het ziekenhuis moet je poepen ! Ook al rommelen je darmen en heb je geen last van je buik, die streep zul je krijgen. lk weiger mijn pilletjes, maar er is geen ontkomen aan. Eenvoudig is de oplossing, gewoon de Dulcolax in je etensresten stoppen en een van vriendinnen roggebrood en zuidvruchten laten aanrukken. Wat is het toch naar zo afhankelijk te zijn. 's Nachts moet ik eigenlijk hoognodig plassen, maar omdat ik de zaal en de zuster niet wil storen, probeer ik de boel op te houden. Onverstandig natuurlijk, want op een gegeven moment moet ik toch om de po bellen. Langzamerhand begin ik aan het ziekenhuisleven gewend te raken, polsen, tempen, prikken, komen en gaan van patienten. De doktersvisite is vandaag een hele stoet. Waarschijnlijk ter ere van de maandagmorgen. 's Middags gaan we met de beste pati gnten naar het terras. Gelukkig kan ik in een invalidewagentje mee. Het is heerlijk om weer buitenlucht op te snuiven. Als we weer terug op zaal komen, is er bij een van onze zaalgenoten een dominee op bezoek. Erg moeilijk is het voor beiden om vrijuit te praten met zoveel mensen om je keen. ledereen luistert toch onwillekeurig mee. Nadat we met elkaar gebeden hebben, blijft het een tijd stil, iedereen heeft zo zijn eigen gedachten. De avondzuster komt langs, kijkt op mijn bedlijst en ontdekt dat men vergeten heeft me een clysma te geven. Morgen dan maar. Daar kom ik goed vanaf, gauw eet ik nog wat van mijn eigen „pillen" die uit pruimen en vijgen bestaan. En ja hoor, ik heb sukses met mijn eigen medicijnen, de dokters en zusters kunnen de pot op met hun laxantia. ledere keer als het bezoekuur is ben ik weer verbaasd, als mensen me op komen zoeken, terwijl ik toch zo ver van mijn vrienden afwoon. Ook nieuwe kennissen uit Zwolle komen langs. Al die belangstelling doet je veel goed. Teleurstellingen krijg je natuurlijk ook te verwerken. Vrienden, waarvan je verwacht dat ze wel lets zullen laten horen, daar merk je soms niets van. Het spreekwoord in tijd van nood leert men zijn vrienden kennen" heb ik goed begrepen. Aan je zaalgenoten kun je veel steun hebben, als je zo'n aantal dagen met elkaar optrekt is dat heel belangrijk. De hele dag over onbenullige dingen praten gaat niet, in angst, eenzaamheid en pijn moet je ook kunnen uiten. leder heeft zijn goede of kwade dag. Vandaag heb ik een slechte dag. Mijn pootje knapt niet op en in plaats van weer te mogen lopen, wordt me strikte bedrust opgelegd in een bed op klossen. Die teleurstelling te verwerken valt niet mee. Een borrel pakken om er overheen te komen mag niet. Alcohol is hier taboe, stel je voor! De flessen wijn, die bezoek voor me meegenomen heeft, blijven onafgebroken in het nachtkastje. Een hele ontwenningskuur, niet roken, niet drinken.
4
Vandaag hebben we voor het eerst broeders op de zaal. Dat geeft weer wat !even in de brouwerij. Mooie opmerkingen over en weer. Toch willen we de zusters voor geen goud missen. Het hoofd van de afdeling zorgt ervoor dat alles goed draait, een punktueel iemand. Het bij de voornaam noemen van een zuster is b.v. uit den boze (waar we ons natuurlijk niet aan storen). Zo, we zijn weer een paar dagen verder, langzaam aan gaan we de goede richting op. Op het moment is het bezoekuur en ik moet even afreageren met schrijven, ik heb namelijk zelfmedelijden. Al een paar dagen geen bezoek gehad, terwijl het verder op zaal stikt van de mensen. Gek, dat je je dat zo aantrekt. Het liefst zou je even willen huilen, vooral tegen die medelijdende blikken van de bezoekers, die je ziet denken „ach, wat zielig, dat meisje heeft geen bezoek". Daar kan ik slecht tegen. Op onze zaal wordt de saamhorigheid steeds groter, we peppen elkaar op en hebben soms ook ernstige gesprekken over de zin van het !even. Daar sta je hier weer meer bij stil. Er zijn hier mensen van verschillende geloofsrichting bij elkaar, zodat er heel wat van gedachten te wisselen valt. 't Was vandaag bloed heet, zodat we niet veel meer deden dan voor pampus liggen (doen we anders eigenlijk ook). Die arme broeders en zusters, die ons maar eindeloos moeten nasjouwen met po's, gebittenbakjes, soppen en bedden opmaken. Als de hele zaal overhoop ligt, komt altijd de grote visite. Nu begrijp ik pas, hoe belangrijk het is, om daar als arts met de verpleging vaste afspraken over te maken. Vannacht hadden we een slechte nachtrust. Een paar patienten waren onrustig en dan kan de hele zaal slecht slapen. Vanmorgen lag ik eindelijk heerlijk te ronken, maar ik werd ruw uit mijn slaap gerukt (erger dan een wekker) door de prikzuster. Dat is raar ontwaken, met een spuit in je buik. lk maak vorderingen met mijn been. De dokter is zeer tevreden en zegt dat het een mooi litteken wordt, hij vindt dat geloof ik belangrijker dan dat ik weer snel loop. lk leer hier nog nieuwe medische termen, want er wordt hier natuurlijk heel wat gekletst over ziektes. Mijn buurvrouw vertelde me net, dat ze toen ze klein was „muziek in de longen" heeft gehad. Verder wordt mijn streekdialekt wat bijgewerkt „piene in de boek", „suker in het water", is nu gesneden koek voor mij. Onzekerheid, over hoe lang je in het ziekenhuis moet blijven, begint nu ook bij mij te knagen. En voor mij is het nog een zaak, die te overzien is. ledere dag opnieuw hoop je weer, misschien mag ik aan het einde van de week wel naar huis. Leve de hoofdzuster, ze mag dan de touwtjes wat strak aantrekken, vandaag was ze wegens personeelsgebrek zelf druk aan het schrobben op zaal, niets geen kapsones. De nacht begon goed Eerst worden twee patienten wakker gemaakt, om te vragen of ze soms behoefte hadden aan een slaaptablet! lk dacht altijd dat dit een ziekenhuisanekdote was, maar het bestaat echt. Verder was het de hele nacht kermis. Als mevrouw op de hoek net van de po was, begon er een ander te bellen om water en wanneer je dan bijna in slaap was, begon er een ander te snurken. Eindelijk in slaap, wordt de rust verstoord door de balkende ezel en blerende pauwen. Er is namelijk naast het ziekenhuis voor de „aardigheid" een klein dierentuintje voor afleiding van de patienten. Vooral, nu ik hier !anger lig, ga ik meer uitkijken naar post en bezoek. In het begin heeft het zaalleven nog wel wat nieuws te bieden, maar na twee weken heb je dit alles wel gezien. Bezoekuur, de zaal is stampvol, alles tettert door elkaar. Die regeling van twee bezoekers per patient is zo gek nog niet. Bovendien heb je met zoveel mensen om je bed geen gelegenheid om echt met iemand te praten. Weer een nieuwe ervaring gehad vandaag, een broeder die de nagels van mijn tenen lakt, zoiets kan je toch alleen maar in het ziekenhuis overkomen.
5
Met de hele zaal doen we tegenwoordig gymnastiek, de bedpatienten zwaaien voor zover mogelijk, met de beentjes in bed en doen de armoefeningen zittend mee. 't Is een prachtgezicht, waarvan de verpleging achter de ramen meegeniet. Het zal wel niet mogen, maar toch kan ik het niet laten om of en toe, als ik vind dat de artsen te weinig tegen hun patienten zeggen of te moeilijke taal gebruiken, wat dingen uit te leggen. Ook spoor ik mijn zaalgenoten aan, vragen te stellen en voor zichzelf op te komen. 't Is gewoon te gek hoe bang men is, iets aan de doktoren te vragen. Privacy, dat mis je soms erg. Je kunt zo'n behoefte hebben om eens even alleen te zijn, of met iemand wat te bepraten, wat niet voor iedereen bestemd is. Het afhankelijk zijn van je omgeving, is iets waar je ook niet snel aan went. Alles moet je vragen, of iemand dit of dat voor je wil pakken, het glas water, dat je in je onhandigheid hebt omgestoten wil opruimen, je brieven wil posten, je was doen enz. Vandaag eindelijk weer uit bed, op krukken rondhobbelen, een heel vrij gevoel bekruipt me. Ook weer onder de douche en een jurk aantrekken. Dat lijken van die gewone dingen, maar als je ze een poosje gemist hebt Helaas werd mijn hoera-stemming weer een beetje de kop ingedrukt, door een zeer bazige verpleegster, die het nodig vend ons als babys te behandelen en te betuttelen. Als ze clan bovendien, als iedereen net ligt te rusten, luidruchtig binnenkomt en over de zaal schreeuwt : „mevrouw X, bent U at klaar met de po?", is de maat vol. Ja hoor, het is zo ver, ik ga naar huffs. Hoe heerlijk het ook is weg te gaan, afscheid nemen van je medepatienten valt niet mee, je laat vrienden achter.
Konklusie. Het heeft zeker nut, als huisarts een keer patient geweest to zijn in hot ziekenhuis. Jo kunt beter invoelen wat het voor iemand betekent te moeton wordon o2genomen en bcgrijpen wat het is om in een ziekenhuisbed te liggen. lemand die opgenomen wordt, is onzeker over wat horn to wachton staat. Weet niet wat hij mee moet nemen naar het ziekenhuis, en als huisarts moet je hier meer voorlichting over geven. Ga je patiênten regelmatig bezoeken, je kunt veel informatie geven over dingen, die de specialist niet uitlegt (of de patient niet aan hem durft te vragen). Verder is het mogelijk als tussenpersoon tussen specialist - patient; verpleging - patient; familie -
patient te
fungeren. De task die de verpleging heeft begrijp je pas goed als je een keer volkomen afhankelijk van ze geweest bent en hen de hele dag en nacht om je heen gehad hebt. Ongelegen momenten van de dag om je patienten te bezoeken, vermijd je nu zeker. Het ongeduld van je
patienten en ongerusthetd over langzaam herstel na een opname,
kun je beter opvangen. lemand, die dit zelf niet ervaren heeft, begrijpt niet hoe iemand zich voelt na een narcose of een paar weken strikte bedrust. LIDY VAN Overgenomen uit : „Domestica". (periodiek v.h. Utrechts huisartseninstituut).
6
OORT.
2e Rondzendbrief van ELLY DEURWAARDER
DOG 145/76 Nyanje, 5 november 1976
Nyanje Mission Hospital
Ontv. : 15 november 1976
P.B. 1 SINDA, Zambia.
Lieve mensen, Er is ruim een half jaar voorbij gegaan na mijn vorige rondzendbrief, dus wordt het weer tijd eens iets van me te laten horen. Bovendien waren er nog al wat vragen in de vele brieven, die ik mocht ontvangen. Heel hartelijk dank voor al die belangstelling. lk ben erg blij op de hoogte te worden gehouden van al jullie wel en wee en het nieuws in Nederland. Om met een echt Nederlands praatje te beginnen : het klimaat. Toen jullie zo van de hitte zaten te puffen, liepen wij hier te bibberen van de kou. Vooral juli was erg koud. Overdag soms niet warmer dan 15°C. Nadien werd het langzamerhand warmer en nu zit ik te puffen van de hitte. Maar als ik me niet te druk maak, is het wel om uit te houden. Nu gaat het droge seizoen over, wat vanaf april heeft geduurd, in het natte. Weldra start de regentijd. Het schijnt dan erg te kunnen hozen. De laatste maanden hebben we de bush-branden gehad. Overal zie je dan de vuurzeeen, die worden aangestoken door de bevolking. Er komt dan veel nieuw fris groen. En inderdaad, na het aanzien van die troosteloze zwart-geblakerde vlakten, ziet alles er nu weer groen uit. lk vond het angstig, al dat vuur. Het vuur blijft laag bij de grond, dus het hogere hout wordt niet aangetast. Ander nadeel van die droge periode is de watervoorziening. Doordat het grondwaterpeil is gedaald, kan de waterpomp, die met de elektriciteit van de generator wordt gevoed, in 66n avond en nacht niet voldoende water in de tank pompen. lk vind het lastiger zonder water dan zonder elektriciteit, maar het laatste sluit het eerste uit. lk heb er net twee weken vakantie opzitten, waarvan ik een week in Lusaka heb doorgebracht en een week in Kafue bij Els Wilms. Zij werkt daar in een poli-kliniek en woont op het terrein van de secondary school. Het was fijn er even uit te zijn. De terugreis met het openbaar vervoer verliep erg slecht. Aan mijn ervaring met het openbaar vervoer zou ik al een hele rondzendbrief kunnen wijden. lk was om 11.00 uur 's morgens aan het busstation in Lusaka. Een bus stond op vertrekken naar Sinda, maar was vol. De volgende vertrok twee uur later. En inderdaad om 13.15 uur vertrokken we om, om twee uur 's nachts in Sinda aan te komen. Toen heb ik me daar te slapen gelegd zoals de Zambiaanse reizigers. Met het licht heb ik geprobeerd een lift te krijgen naar Nyanje, wat me 's middags om 15.00 uur lukte. Even ter vergelijking, met de auto kun je het in 6 a 7 uur doen. Maar het was droog en de zon scheen. Verder zorg ik altijd iets bij me te hebben voor tijdverdrijf. Maar volgende maand hoop ik een Honda motorbike te kopen, zodat ik in een straal van 100 km althans vervoer heb. Een van de redenen dat ik nu pas een brief schrijf is, dat we een nare periode in het ziekenhuis achter de rug hebben. Vanuit zo'n situatie kon ik moeilijk een enthousiaste brief produceren. Het heeft weinig zin er breedvoerig op in te gaan, maar er waren problemen in de samenwerking tussen de witte staf, waar ik helemaal niet op voorbereid was. Bovendien was er een paar maal ingebroken in de apotheek in het ziekenhuis en pogingen tot inbraak in huizen rondom het ziekenhuis gedaan. Al dit gerommel in het ziekenhuis had z'n weerslag op de bevolking en de beddenbezetting daalde sterk. Maar de problemen zijn grotendeels opgelost, wat de sfeer ten goede is gekomen. Het komen van de bevolking is sterk afhankelijk van wat er intern in het ziekenhuis gebeurd. Overlijden er enkele patienten in korte tijd, dan lopen andere weg, zo ook met de mazelenkinderen. Mazelen is hier een gevreesde ziekte, waaraan veel kinderen doodgaan. De moeders gaan vaak naar de witchdokter voor Afrikaanse medicijnen. In de vorige rondzendbrief schreef ik al dat het ziekenhuis sterk verwaarloosd was. Het is in 1956 gebouwd door de missie van de Dutch Reformed Church van Zuid-Afrika. In 1965 werd de kerk zelfstandig en heet nu Reformed Church of Zambia. Zo ook namen ze de zorg voor twee ziekenhuizen en de 7 healthcentra's op zich. Maar deze jonge kerk had het geld en de mankracht niet om het ziekenhuis op dezelfde voet voort te zetten. Het is een goedlopend ziekenhuis geweest met een eigen opleiding. Sinds de afwezigheid van artsen was het niet meer dan een polikliniek. Het laatste jaar was er geen geld meer om eten voor de patienten te kopen en om de salarissen van het personeel uit te betalen.
7
Toen heeft de regering gezegd tegen de kerk, of jullie moeten er iets aan doen of wij nemen het ziekenhuis over. Hierop heeft de kerk om steun gevraagd aan de zending in Nederland. Deze heeft een administrateur gestuurd die de situatie moest bekijken en proberen enige lijn in de chaos te brengen. Het resultaat tot op heden is, dat de 7 Health-centra's per 1 januari overgaan naar de regering en dat de twee ziekenhuizen van de kerk voorlopig blijven, en met steun uit Nederland worden voortgezet. Voort is er nu een arts in Nyanje voor zeker drie jaar. Het ziekenhuis krijgt een grondige opknapbeurt, die bijna is voltooid en er is een huffs voor twee verpleegsters in aanbouw. Verder draait het ziekenhuis tot op heden nog steeds met een kloppende begroting. Maar er is nog veel, heel veel te doen om er een goed lopend ziekenhuis van te maken. Dan pas kun je weer met een opleiding voor ZEN beginnen, wat broodnodig is. De water- en stroomvoorziening laat nog veel te wensen over, vijf minuten met ingezeepte handen voor de kraan staan huppelen in de O.K. voor er water uitkomt, 6.1s er water uitkomt, is gewoon. Het rontgenapparaat is nu uit de kosten, maar het wachten is nog steeds op de technische man, die het komt installeren. Dat hebben we hard nodig voor de vele t.b.c.-patiênten. Nu gaan alle patienten naar Katete Hospital voor een foto. Omslachtig, bovendien kostbaar aan benzine. Er is een groentetuin gekocht, die moet gaan voorzien in de behoefte aan groente voor patienten en een werkobjekt wordt voor de t.b.c.-patient, die vaak een erge lange behandeling nodig heeft. Van de Rotary-club in Chipata heeft het ziekenhuis K 500,— gehad om een kippefokkerij te beginnen en in de toekomst een varkensmesterij. Nu zal ik vertellen wat ik zoal doe. lk werk o.a. in de vrouwenafdeling. Verder heb ik drie maanden bereikbaarheidsdienst gedaan voor de kraamafdeling omdat een vroedvrouw met vakantie was en een baby kreeg. lk heb zo'n dertig zwarte kindertjes op de wereld geholpen. Overigens zijn ze blank als ze worden geboren. Een verhaal moet ik even kwijt. Er is altijd bij een bevalling wel een vrouwelijk familielid aanwezig met een kind gezellig op de rug, die over de schouder meekoekeloert. Er was net een kind geboren en ik wilde de navelstreng afklemmen. Deze klem lijkt precies op een schaar. De grootmoeder raakte in paniek, gebaarde tegen mij, rende de gang op, kwam terug met een oud lorretje voor om de navelstreng te binden. Ze dacht, dat ik zomaar de navelstreng zou doorknippen en het kind dood liet bloeden. Toen ze zag hoe het verdere verloop was, lachte ze opgelucht en kwam me de hand schudden. lk doe sinds kort de kinderkliniek eens per week. Deze loopt slecht, al is er de laatste tijd enige verbetering. lk doe dit samen met de health-demonstrater. Een gezondheidsvoorlichtingsman. Hij geeft in de kliniek voorlichting over voeding, vaccinaties, hygiene en family-planning. Soms geven we kookdemonstraties. We zijn begonnen met kinderklinieken in de 4 sub centra's. In die dorpen, die te ver van het ziekenhuis afliggen. Dat is werkelijk de bush in en door de nu droge rivierbeddingen rijden met de landrover. In de regenperioden zijn deze plaatsen niet eens bereikbaar. We hebben vijf Fielddays gehad. Deze van regeringswege afgekondigde massale inentingscampagne werd door ongeveer 1800 kinderen bezocht. Voor die dagen hadden we voldoende vaccins, maar op het moment is het maar droevig. We kunnen enkel mazelen en smallpox geven. Het volgende werk doe ik soms als m'n hulp verlangd wordt, ik moet er dus wel iets vanaf weten. De administratie : statistieken, t.b.c.- en lepra-registratie o.a. besmettelijke ziekten. Dan de O.K. voor kleine en grote operaties. Het steriliseren van instrumenten en linnen. Het laatste gaat in de autoclave, die op gas werkt. Als je het zo leest, lijkt het of ik nauwelijks tijd heb om adem te halen, maar zo is het niet hoor. We zijn hier met drie verpleegsters waarvan er een over 14 dagen vertrekt, waarvoor we nog geen ander terug hebben. leder van ons heeft een gedeelte van dit werk als taak. De pati8nten liggen overdag weinig in bed, maar huizen buiten. En als ze in bed zijn, voelen ze zich meestal goed ziek. Als ze zichzelf niet kunnen wassen, doet de familie het.
8
Wij geven medicijnen, injecties en doen andere verpleegkundige handelingen. De meest voorkomende ziekten zijn t.b.c., malaria, astma, longaandoeningen, abcessen en geinfecteerde wonden. Bij kinderen malaria, bloedarmoede, ondervoeding, longinfecties en diarrhee. Er is hier geen huisarts, die je snel even kunt bellen, dus voor alles komen de mensen naar het ziekenhuis. Ze worden dan eerst gezien door de medical assistent, die opgeleid is om snel diagnose te stellen en beoordeelt of de patient door de dokter gezien moet worden of niet. Er liggen patiénten in het ziekenhuis, die in Nederland gewoon thuis zouden blijven. Maar door de verre afstand en de meestal minder hygienische omstandigheden worden opgenomen. Medicijnen zijn soms schaars, maar de antibiotica is nog niet uitgeput geweest gelukkig. Verder is er van alles wel wat. Het is zuinig doen en improviseren, maar ik geloof niet dat dat erg is. Wat wordt er in Nederland dan toch veel verspild in de ziekenhuizen. Het lab. is bemand door een dresser, die eenvoudig bloed- en urineonderzoek kan doen. Gedurende een week hadden we een opgeleide laborant. Na enkele morgens dronken te zijn verschenen op zijn werk en vervolgens aan de alcohol in het lab. te zijn begonnen, is hij toch maar ontslagen. De mensen hier zijn erg vriendelijk en hebben alle tijd voor je. Er wordt iedere morgen uitgebreid gegroet en gevraagd hoe het met je is. lk moet dan op mijn beurt vragen hoe zij het maken. De vrouwen op de afdeling lachen zich slap als ik probeer Nyanja te spreken. Ze laten me van hun maismeelbrij eten. Het hoofdvoedsel, waarbij groente wordt gegeten. Soms vlees in de vorm van kip of varkensvlees. Ook ratten worden gegeten. Toen ik dat zag, die geroosterde beesten zonder kop, uitgeholde buiken en de staart ernog aan, heb ik werkelijk gegriezeld. Er wordt met de vingers gegeten. Men zit met het hele gezin op de grond, eerst gaat er een schaal met water rond, waarin de handen worden gewassen, vervolgens neemt men met natte hand wat van maispap en maakt er dan een balletje van, doopt dat in de groente of jus. Men eet uit een schaal. Alle mensen zijn gekleed hier. De vrouwen hebben een jurk of blouse aan, met om het middel een lap geknoopt, die hun benen bedekt. Meestal hebben ze een sjaal om het hoofd geknoopt. Schoenen worden er weinig gedragen. Het kind dragen ze altijd mee op de rug en de bagage op het hoofd. Er zijn twee dagbladen in Zambia, die enkel in de grotere plaatsen te koop zijn. Van al dat gerommel in Zuid-Afrika, Rhodesie en Mozambique merk je hier niets. Tot slot lets over mijn wonen, vrije tijd, voedsel en gezondheid. Om met het laatste te beginnen, mijn gezondheid is uitstekend. Alleen heb ik hier meer slaap nodig, dus bijtijds naar bed. Verder heb ik nog geen tropische ziekten gehad, alleen een goeie Hollandse verkoudheid. Mijn vrije tijd vul ik met brieven schrijven, handwerken, naaien en lezen. Momenteel woon ik nog in een groot huis met een aantal andere mensen. lk heb in dit huis een zit-slaapkamer. De kippen wandelen rustig in en uit en de kakkerlakken welen tierig. Van die grote van 3 cm lang. In januari hoop ik mijn nieuwe onderkomen te betrekken. Men bouwt een huis voor 2 verpleegsters waarin ieder zijn eigen zit- en slaapkamer heeft en samen gebruik van keuken en badkamer. Het zal heerlijk zijn wat meer leefruimte te hebben. Mijn eten bereid ik zelf op de woodstove. Dat gaat me nu erg handig af. Eten wat je echt nodig hebt, kun je wel krijgen. Artikelen, die vaak schaars zijn, zijn waspoeder, zout, boter, meel, koffie, melkpoeder. Het is dus zaak te hamsteren als er iets is. De eerste oogst van mijn groentetuin is nu binnen. Vandaag heb ik weer opnieuw gezaaid : spinazie, rode-, spits- en chinese kool, aardbeien, wortels en watermeloen. En nu maar hopen, dat het opkomt. lk kan me niet goed voorstellen, dat het bij jullie nu winter wordt. Het lijkt nog wel vroeg, maar als jullie deze brief krijgen, is het bijna kerst. lk wil iedereen een fijne en gezellige kerst toewensen en veel geluk en goeds voor 1977. Allemaal heel veel groeten en tot schrijfs, ELLY.
9
,;.iililitkria:
10
11
Trr -r"U*,: Y.' I
46"..
dt Ofouner Dirsabire roctosion de rodieu de
MONSIEUR GiRARO VERGEEIL Avocado Farr.; acconipagni per le
Oostl nchor Lenin ab.A. 1992 Tortue
that Lolly Curzon
TutbotA lo diplomats octorupagn4 pat Is OutssaptoMootracbot 1974 Sao do thovrouil Como+ accompbp1141 par Is
Chateau du Roux Ct
Suurgoois
fiaut-Mcdoc 1967
Stiattoty flyrkik.A.g4.4044... •41" n. wr„‘ .
12
AFSCHEID VAN DHR. G. VERGEER
Op donderdag 30 december werd op feestelijke wijze afscheid genomen van de heer G. Vergeer n.a.v. het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Door een speciaal hiervoor in het !even geroepen feestconnite o.l.v. dhr. J. Sebregts, was een programma in elkaar gedraaid dat klonk als een klok. De feestelijkheden werden ingeluid met een apOritief in de le huiskamer van de school in aanwezigheid van de direktie, H.P.Z., en allen die in de loop der jaren tot de vaste „tafelclub" waren gaan behoren. Vanzelfsprekend werd ieders aanwezigheid nog eens benadrukt door het geven van kado's. Zo bood mevr. Bouvy namens de hoofden van dienst een grill aan, van een model dat zichzelf op raadselachtige wijze kan ontdoen van spetters en andere ongeregeldheden. Wij zagen o.a. ook een boek over bomen namens de tafelclub en zeer fraaie flessen wijn van de Medische Staf, die menige avond zeker sfeervol zullen doen verlopen. Dhr. Stuurman bood de allerlaatste eierdop aan die ooit behoord had tot een, inmiddels gesneuveld servies; de eierdop bevatte gedurende deze laatste tocht een orchidee. Na deze „warming up" togen alien naar de conferentiekamer om aan to zitten aan het „Njeuner Dinatoire". Hier overtrof de Oquipe van de Centrale keuken zichzelf, de stijlvol uitgevoerde menukaart toont wat er zoal op tafel kwam en waardoor de H.H. koks konden wedijveren met menige sterren-restaurant. Zo was er als voorgerecht een avocado-peer, gevuld met een verse fruitsalade en bedekt met een romige, koude saus. Daarna een kopje schildpadsoep op de wijze waar ooit ene „Lady Curzon" verlekkerd op geweest scheen to zijn. Deze soep werd gevolgd door een visgerecht; gepocheerde tarbot begoten met een kreeftensaus met truffel en gegarneerd met kreeftescharen. Het „diplomatieke" van dit gerecht zat hem Mogelijk hoogstwaarschijnlijk in het feit dat men zweeg onder de indruk en „katjes die muizen, miauwen niet". Als culinair hoogtepunt gold wel de reerug, genoemd naar Carmen, en daarom begeleid door een saus met sinaasappel. De maaltijd werd afgesloten met een ijsgerecht en koffie. 13
tft
tri
n ,r3
trillE r ig al
14
r3
IZ1
11
Nit
RD
ft1
Mt
Tussen de gangen door werden door de koks de onderdelen van een Ievensgroot „Piece Montee" binnengebracht; zo groot, dat het in een hoek van de kamer opgesteld moest worden in plaats van op tafel zoals te doen gebruikelijk. Het stelde de heer Vergeer voor die ieder onderdeel van zijn dienst door middel van touwtjes in handen hield. Na afloop van het eetfestijn dat op een bijzonder aangename wijze verlopen was, hoe kan het ook anders, werden genodigden en medewerkers(sters) van het ziekenhuis in de gelegenheid gesteld afscheid te nemen. Op de, door zo'n 200 bezoekers bezochte receptie in de Lounge, waren veel gepensioneerden van de Civiele Dienst, collegea uit de omgeving, leden van het bestuur en van de Medische Staf. Dat men van tevoren reeds op de hoogte was van de vermoeiende bezigheid, die een receptie toch meestal is, getuigden do vele flessen „kostelijk en kostbaar nat" die een groot deel van de kado-tafel in beslag namen. Diezelfde avond was een afscheidsavond in de Aula voor alle medewerk(st)ers van de Civiele Dienst. In grote getale was men gekomen om het afscheid te vieren. 'n Afscheid „vieren" mag dan wel paradoxaal klinken, het krijgt een andere klank wanneer je afscheid neemt van iemand die in de loop der jaren niet alleen zijn dienst een persoonlijk karakter heeft gegeven, maar met wie je ook in diezelfde tijd alle problemen, maar ook al het plezier gedeeld hebt. Dan ontstaat er een onderlinge band die verder reikt dan alleen de zakelijke aspekten. En zo bezien „vier" je een afscheid, niet vanwege het vertrek, maar om de herinnering. Zo werd dan ook onder het genot van koffie, gebak en een drankje, waarbij dankbaar gebruik werd gemaakt van de diensten van leerlingen van de G.T.S. in Breda - iedereen moest immers vrij zijn - het optreden bekend gemaakt van het C.D. Farce Majeure-team, dat op spontane wijze herinneringen de revue liet passeren. De bekende „lach en traan" kreeg gestalte in de vorm van een levensles door Ad van Dijk, voor deze avond op de band opgenomen; in een lied, gezongen door twee „nonnen" die normaal 15
'n he& andere religie aanhangen, verwoordden zij hoe anders het allemaal geworden was in die 13 1/2 jaar. De herinneringen tussen de Scheveningse Hotelschooltijd en Breda, weliswaar in vogelvlucht en waar mogelijk gecensureerd, werden uit een „oude doos" opgediept, terwijI A.B.C., het onvolprezen schoonmaakgebeuren, op niet mis te verstane wijze vertegenwoordigd was door 'n gepruikte en van alle schoonmaakmiddelen voorziene ploeg o.l.v. ene Frans Derks. In „Wat dacht je, wat !" werden heel wat situaties op de korrel genomen en het lijflied van dhr. Vergeer „het zijn de kleine dingen die het doen" vertolkte datgene waar ieder mens op zijn tijd wel eens behoefte aan heeft. Tot slot werden de brandende vragen uit het publiek beantwoord. Na dit gedeelte van het avondvullende programma en nog eens de glazen gevuld te hebben, was men gekomen tot het officiele gedeelte, de aanbieding van het kado van de Civiele Dienst. Op het podium was inmiddels dat kado uitgestald : een elektrisch fonduestel met alles er op en er aan tot slakkenhuizen voor „escargots a la Bourguignonne" toe, romantisch verlicht door een koperen kaarsenluchter. De glazen op tafel bleken gevuld en na een toast schetste de heer Vergeer in een onverwachte speech datgene wat hem al die jaren getroffen had in „onze" dienst. Het ogenblik van afscheid was daar en ieder kon op zijn of haar manier met een eerder uitgedeelde bloem „tot ziens" zeggen. Deze dag was voorbij, een dag waarop tot uiting kwam wat je samen kunt bereiken. Zoals het Farce Majeur-team in een van zijn liedjes zong : „Begon Vergeer alleen, nu eindigt hij met velen. Maar dank zij toch die een, is er een taak om te verdelen!" W. Nederveen.
16
GEPENSIONEERDENDAG I De traditie, het organiseren van een middag voor gepensioneerden, werd ook in 1976 voortgezet. In grote getale kwamen ze bijeen in de weer in ere herstelde aula. Direktie en stafleden verwelkomden ons, terwijI ook underling tussen gepensioneerden, menige handdruk gewisseld werd. Onder het genot van koffie met gebak verwelkomde ons de Direkteur-geneesheer. Na de koffie volgde de film : „Help de dokter verzuipt". Tijdens het napraten over de film en vooral het voeren van onderlinge gesprekken en ophalen van oude herinneringen, werden we voorzien van spraakwater in velerlei vormen. Moegepraat gingen we naar een andere zaal waar feestelijk gedekte tafels klaar stonden voor het diner. Het behoeft geen betoog dat dit diner tot in de puntjes verzorgd was. Bijzonder fijn vonden de gasten, het aanwezig zijn van direktie- en stafleden bij elke tafel. Tijdens het diner bleek, dat niet alleen bij de man de liefde door de maag gaat. Met het organiseren van zo'n middag heeft de direktie in de roos geschoten. Niet alleen door het aanbieden van koffie, gebak en diner. De inzet van alien, voor ons, heeft veel indruk nagelaten. Namens alle deelnemers hartelijk dank aan alien. N. v. ES.
DANKWOORD MEVROUW HENSEN Hartelijk dank, voor de fijne dag, het couvert, de kado-bon, bloemen, en het heerlijke diner. Verder dank ik alien, die persoonlijk afscheid zijn komen nemen, ook namens mijn man en kinderen. H. Hensen-Jongman. 17
GEPENSIONEERDENDAG II Geachte Direktie van het ziekenhuis, Met een blij gezicht errveel gedruis. Kwamen wij op 9 december bij elkaar, Dames en heren, al to gaar. Om volgens de gewoonte van de laatste tijd, Een dag to genieten - die ons niet spijt. We zijn gepensioneerd, en worden stilaan oud, Maar zo'n dag, ieder jaar laat ons echt niet koud. U hebt weer laten zien, hoe u weet to waarderen, Wat wij ouderen deden - en de jongeren moesten leren. Wij deden graag ons werk, en hebben nu tijd, Voor een hobby, en hopen nog 'n hele tijd. In de maand december naar Ignatius to komen, Om met oude bekenden over vroeger to bomen. Hartelijk dank voor de guile en fijne dag, Voor het heerlijk diner, dat er wezen mag. Dank aan de koks, en ook aan mensen, Die ons bedienden - en dan de beste wensen. En prettige feestdagen en een voorspoedig Nieuwjaar, Voor Direktie, Personeel, on de hele lekenschaar. Als we blijven leven, on dat zullen we hopen, Komen we volgend jaar weer aangelopen. Zusters van Mater Dei.
Breda, december 1976. L.S., Het Bestuur van de medische staf van Stichting Ignatius-ziekenhuis is, na recente mutaties, als volgt samengesteld : Voorzitter
: B. J. Paanakker
Vice-voorzitter : A. M. Rijken Sekretaris Hoogachtend, A. Stuurman, sekretaris. 18
: A. Stuurman
SPREEKUUR PERSONEELSADMINISTRATIE EN SALARISADMINISTRATIE Ten gevolge van de uitbreiding van de werkzaamheden van deze beide afdelingen, in verband met de nieuwe C.A.O., zijn wij helaas verplicht om spreekuren in te stellen. Hiermee hopen we te bereiken, dat die medewerkers, die vragen hebben op een rustige manier geholpen worden en niet „tussendoor" te woord worden gestaan. Ook verwachten wij door deze maatregel een dusdanige rust op de beide afdelingen te kunnen brengen, wat de kwaliteit van het werk bevorderd, zodat steeds minder mensen van de spreekuren gebruik behoeven te maken. Wij vertrouwen erop, dat U begrip zult hebben voor deze voor U en ons belangrijke maatregel en danken U bij voorbaat. De spreekuren zijn dagelijks van : 11.00-12.00 uur 14.00-15.00 uur. Afd. Personeelszaken, Administratieve Dienst.
VISITEKAARTJE Een kollega van mij ontving van
•
1111111111tnr.–_ ::;11111111111111' _
I• ma. • • • • an ••• ••• M•11••• n ••• . ••••••••••1 -• . OOOOO inummos ∎ ••• •••• •••••••••••• •••••••n •n•••• n•
1111111111
•••. •••• nn ••••••
•
••••• ..... •• "• ••••••••• • 11111•Ullies • ••• n ••• • n••, .••• ••• • ••n ••••∎ •n
1111111111111111 11•••n••1•111• n •••••••••••1•11111.
9111111111 ••••n ••••••••••••n n •••••n ••••n •• n
SI [ill III Iii I -- ;;I11114;;ilil 1.111.1111 n 1•11• n .. n 1•1=11.1•• , royal •••n • I." .Aile• o.....•MnIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIN nOMM• iii11.0.1
1 11 111 11 11111.111.1111111 ••1•1111••11•1111• n ••• n••n ••••••••1
...Ise
IMENIS1 mei.
Dm •••••••1.......noweasem '"
.'"f:::: iii1P1.111.1.1
Ma " II. • ••• On .• mow a • 011ie ••• n••• i••• ••I MIND ••••••••n ∎ • slams
•• •••••••• . • as min Nue alum, as•• n•• •••••• ••••
as SIM alat". II SI •n ••••••• .•••• 3 1111111111 —""'"' * 1 our.••• ••••• • 2.
een Belgische relatie dit visitekaartje. Het bevat de naam van zijn relatie, diens beroep, adres en woonplaats. Kunt U er wijs uit worden ! ?
li•olUillsalbiliall
imiamimm.•• nIrirCri tail•Milleerrir
OS
Iillosaawli•Ma nl ion2 11 : 2: sn n ;;;;;;;;; 41 u........ • nn nn ••1•11•1 11••• •• IN nn ••••• I••••• it:: mu.. • •
•••••n ••••••
.e6Onig '08 12E.IISJeutiO9 1091143JV `aIIeM ep USA "V
19
PERSONALIA Per 1-2-1977 :
WIJ VERWELKOMEN Per 1-1-1977 : P. C. M. Casteleyns
Afd. O.K.
M. C. Beekx
Afd. 14
C. W. van Wingerden-Pals E. W. M. HOvelings Jerkovic
Afd. 12/15
P. W. D. Weeland Per 16-1-1977
J. Gillis A. Birx
Civ. Dienst
:
D. M. A. G. Smits
Afd. 07 Afd. 22
J. F. M. Aerts
Civ. Dienst
A. A. M. Wouters J. M. 0. Vriends
Stag. Civ. Dienst
Röntgen afd. Afd. 12
R. J. de Block E. D. E. M. Graafmans
Pat. vervoer
Stag. Dietetiek Stag. Bezigheidsth.
Afd. 18 Röntgen afd.
M. C. J. van Nispen
Afd. 05
Afd. Klin. Psych. Fin. Adm.
J. A. Terpstra
G. M. Segers-Leurs P. C. Slijkhuis
A. E. M. Marijnen C. S. M. M. Kramer
Röntgen afd. Bezigh.th. afd. 02
Per 16-2-1977 : J. M. M. G. Huisen-Smulders A. J. J. M. de Kok Per
Afd. 07 Bloedafn.
1-3-1977 : Afd. 11
A. M. Tuytelaars
Afd. 02
A. G. Ewijk-Achterhof L. Sanders
Dir. Secr. Afd. 14
J. Donkers-Meiacker J.
E. Mansfield
Civ. Dienst
GEBOREN 12-1-1977 Ellis, dochter van dhr. en mevr. Bodifee-Jeurgens. 11-2-1977 Maggie, dochter van dhr. en mevr. Vergouwen-Vriends. 15-2-1977 Babs, dochter van dhr. en mevr. Hassel-Hanegraaf. 13-3-1977 Come, zoon van dhr. en mevr. J. Machielsen-Ooms. 8-3-1977 Nicky, zoon van dhr. en mevr. Spiecker-van de Water.
HUWELIJK 4-2-1977 Mej. M. C. A. Nagtzaam (Lab. B) met dhr. Broekhuyzen. 28-1-1977 Mej. M. H. C. van Rijckevorsel (Poll. Pat. Reg.) met dhr. Braspenninckx. 12-2-1977 Mej. J. C. M. Romps (Adm. medew. R6ntgen) met dhr. Oprins. 18-2-1977 Mej. A. G. de Jong (Medew. Centr. Ster.) met dhr. Valentyn. 22-4-1977 Mej. A. Schreuder (Verpl. 08) met dhr. J. Hoek.
12 1/2 -JARIG DIENSTVERBAND IN 1977 1— 9-1977 Mej. A. M. L. Stallaert (Reprod. afd.). 6-11-1977 Mej. M. S. Frishert (Restaurant). 25— 7-1977 Dhr. A. F. v. Noort (Kunstniercentrum). 12-10-1977 Mej. E. Minderhout (02). 9-12-1977 Mej. J. C. M. Frishert (11). 1— 2-1977 Mej. C. A. v. d. Maagdenberg (Dienstencentrum). 6— 1-1977 Mej. C. M.
T. Hooft (Röntgen).
17— 2-1977 Mevr. W. Vissers-Kimmel (Poll Chirurgie). 1— 6-1977 Mej. E. I. U. G. Schoemaker (Poli Chirurgie). 17— 2-1977 Mevr. B. M. Fluitman-den Tenter (22).
25 -JARIG DIENSTVERBAND IN 1977 29— 9-1977 Dhr. C. J. Heymans (Stoffeerderij).
20