ZICHTBAAR
SYNDION JAARVERSLAG 2008
Dienstverlening en ondersteuning aan mensen met een handicap
Colofon
Inhoud
Tekst en redactie Suzanne Doeleman
Voorwoord Aart Bogerd
1
Bestuursverslag
3
Fotografie Hans Sloot Fotografie - Schiedam m.u.v. pagina’s 16 en 36: Peter Kraaijeveld Fotografie Giessenburg
Toekomst
8
Vormgeving/drukwerkbegeleiding Fitting Image - Giessenburg
Syndion Postbus 3012 4200 EA GORINCHEM 0183-651150
[email protected] www.syndion.nl
Sector Ondersteuning en begeleiding van kind en gezin
10
Sector Dagbesteding voor volwassenen met een verstandelijke handicap
10
Sector Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap
11
Sector Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap
11
Kinderdagcentrum ‘Jolie’ – Culemborg
13
Ouderinitiatief ‘Zo mooi anders’ – Dordrecht
15
Restaurant en Catering ‘Metropole’ – Gorinchem
17
Verbetertraject ‘De Meteoriet’ – Dordrecht
19
Zaterdagopvang – Dalem
21
Wonen met ondersteuning in BonVie – Culemborg
23
Cultureel centrum ‘Tolhuis’ – Gorinchem
25
Evaluatie Volgerlanden door Perspectief – Hendrik-Ido-Ambacht
27
Logeerhuis ‘De Molenborg’ – Culemborg
29
Wonen aan de Keplerweg – Dordrecht
31
Renovatie Dagactiviteitencentrum – Vianen
33
Wonen met ondersteuning in BonVie – Culemborg
35
Logeergezin – Waalwijk
37
Thuisondersteuning – hele werkgebied
39
Vrijwilligers op de Van Strijsingel – Dordrecht
41
Centrale cliëntenraad
42
Raad van Toezicht
42
Voorwoord Worden mensen met een handicap weer meer afhankelijk van liefdadigheid? Soms lijkt het daarop. In elk geval wordt de definitie over wanneer je op grond van je handicap recht hebt op zorg vanuit de AWBZ aangescherpt. Dit zal vooral mensen met een minder zichtbare handicap treffen. Zij worden vaak lichtgehandicapt genoemd, helaas ook vaak ten onrechte. Het emancipatiestreven van mensen met een handicap heeft een keerzijde. De keerzijde dat als je vindt dat je dezelfde rechten hebt als andere burgers, je ook in wettelijke regelingen meer met andere burgers over één kam wordt geschoren. Dat je juist door specifieke hulp je gelijke rechten kunt waarmaken, wordt niet gezien. Mensen met forse handicaps in hun functioneren verliezen een specifieke indicatie voor hulp. Familieleden, vaak ouders maar in het jargon mantelzorgers genoemd, zullen zich (weer) meer moeten inzetten voor mensen met een handicap. Dit geldt ook voor de overige leden in de samenleving. Al zijn zij zich dat nog lang niet bewust. Er zitten zeker positieve kanten aan meer inzet van de lokale samenleving voor burgers met een handicap. Als persoon met een beperking krijg je hopelijk meer contacten met andere burgers. Als samenleving ga je minder of in elk geval niet meer belasting of premie betalen voor bijvoorbeeld volksverzekeringen. Een nadeel zal zijn dat ook mensen die niet goed voor zichzelf op kunnen komen weer object van liefdadigheid en betutteling worden. Anderen redden zich wel, al is het risico op misbruik, kleine criminaliteit en oplopende schulden groot. Verrafeling van de samenleving dreigt. Voor ernstig en matig gehandicapten die een beroep doen op de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, is er ook een voordeel aan het uitzonderen van andere groepen. Zij hoeven minder om beperkte middelen te concurreren.
[1]
Door goede budgetbewaking slaagde Syndion er in financieel gezond te blijven. Een bezuinigingsmaatregel die de toets van gelijke behandeling in de zorgmarkt niet kon doorstaan, werd teruggedraaid. In 2008 bereidde Syndion zich voor op het valide noch stabiele systeem van zorgzwaartefinanciering. Als we de schaalgrootte van enkele locaties vergroten, zullen de financiële gevolgen bedrijfsmatig op te vangen zijn. De prijs van het in de steek laten van cliënten en ouders zal nog lang voelbaar zijn. Dat geldt ook voor de inperking van de AWBZ. Het is voor een door cliëntenorganisaties opgerichte dienstverlener als Syndion triest om te constateren dat AWBZ-rechten voor mensen met een handicap steeds meer worden ingeperkt en zogenaamd compenserende regelingen als de Wet Maatschappelijke Ondersteuning en de Wet Gelijke Behandeling chronisch zieken en gehandicapten nog geen effect hebben.
Aart Bogerd, directeur-bestuurder Gorinchem, mei 2009
Het Jaardocument Zorg van Syndion, inclusief de jaarrekening 2008, kunt u inzien op de website www.jaarverslagenzorg.nl Wilt u een schriftelijk exemplaar van dit Jaardocument ontvangen, stuurt u dan een verzoek hiertoe aan
[email protected]
Jaarverslag Syndion 2008
Bestuursverslag Inleiding Het jaar 2008 was een jaar zonder grote ups en downs. Een jaar waarin de schaduwen van de wijziging van het financieringssysteem en de bezuiniging op de AWBZ al wel zichtbaar maar nog niet merkbaar waren. Een jaar waarin krapte op de arbeidsmarkt zich doorzette met als effect dat veel nieuwe klanten langer op zorg moesten wachten dan nodig. Maar ook een jaar waarin medewerkers met veel persoonlijke aandacht mensen met een handicap veiligheid en regelmaat gaven, ondersteunden en activeerden en zorg gaven waar nodig. Waarin zij samen met ouders, cliënten, vrijwilligers en leidinggevenden vorm gaven aan een goed Syndion-beleid. Voor goede zorg is geen uniforme maat. Elke cliënt, elke ouder vult tevredenheid anders in. De Rijksinspectie let vooral op risico’s en het voorkomen van misstanden. Zorginkopers en verzekeraars letten vooral op procesvoorwaarden en prijsafspraken. De Rijksoverheid let vooral op de Rijksbegroting. Zoveel mag de AWBZ kosten, en daaruit moeten we ook steeds meer groei van AWBZ-gerechtigden betalen. De Nederlandse Zorgautoriteit vertaalt dit in tarieven die steeds minder ruimte laten voor kosten die niet individueel toegerekend kunnen worden. Aan organisaties als Syndion de taak om iedereen tevreden te laten zijn met het resultaat. Cliëntenondersteuning Aan de door Syndion geboden zorg, gebaseerd op de wijze waarop medewerkers vorm geven aan de visie, blijkt in toenemende mate behoefte. Het aantal cliënten met een persoonsgebonden budget (PgB) steeg opnieuw. Cliënten met een PgB kiezen zelf bij wie zij zorg inkopen. Ook het aantal cliënten dat een voorkeur aangaf voor Syndion groeide. Een compliment voor iedereen die daaraan bijgedragen heeft.
[3]
Zichtbaar is de groei vooral in “nieuwere” vormen als gezinshuizen, logeergezinnen en buitenschoolse opvang. Maar ook in de sectoren voor wonen en dagbesteding was groei te zien. In toenemende mate dienen zich ook cliënten met bijzondere of problematische begeleidingsvragen aan. Syndion wil voor vier onderscheiden groepen het beleid intensiveren. Er zijn werkgroepen ingesteld voor mensen met ernstige verstandelijke handicaps, ernstige meervoudige handicaps, lichtverstandelijk gehandicapten met gedragsproblemen en mensen met ernstige vormen van op latere leeftijd verkregen hersenletsel (NaH). De werkgroepen zijn gevormd vanwege het grote aantal wachtenden en vanwege problemen die Syndion ervaart in de begeleiding van deze groepen. In sommige locaties voor wonen en dagbesteding is het om financiële redenen onvermijdelijk om groepsgericht (in tegenstelling tot individueel gericht) te werken. Het leefklimaat in dergelijke situaties is een belangrijk aandachtspunt. Lichtgehandicapte mensen of personen met grotere sociale vaardigheden stromen vaak door naar persoonlijk ondersteund wonen, een gezinshuis of begeleid werken. De achterblijvende cliënten zijn moeilijker begeleidbaar of hun zorg is intensiever. Dit legt extra druk bij medewerkers en budgetverantwoordelijken. Slechts in enkele gevallen wordt een bijzonder zorgplan extern gefinancierd. Syndion kan geen beroep doen op een toeslag voor extreme zorgzwaarte, omdat dit voorbehouden is aan instituten. Ook voor 2009 lijkt geen verbetering aan de orde. Syndion staat achter het streven mensen met een handicap mee te laten doen aan de samenleving. We leveren een actieve bijdrage aan de ontwikkeling van het WMO-beleid in de diverse gemeenten. Het bijdragen aan de oprichting van een Stichting Mentorschap past in deze ontwikkeling. Het kan, vooral als een actieve belangenbehartiging door familieleden
Jaarverslag Syndion 2008
ontbreekt, bijdragen aan een goede ondersteuning van mensen met een handicap. Door als organisatie actief bezig te zijn met de werving van vrijwilligers, speelt Syndion in op de behoefte aan ondersteuning vanuit de samenleving. Inzet van gezinshuisouders en logeergezinnen past eveneens in deze ontwikkeling. Voor een cliëntengroep die slecht begeleidbaar is in een gewone woonlocatie zoekt Syndion naar een locatie waar een workhome mogelijk is. Enige afstand tot buurwoningen is nodig omdat cliënten (bijvoorbeeld al schommelend in de tuin) veel geluid maken dat erg storend is voor buren. Vrijwilligersbeleid De kwaliteit van leven van mensen met een handicap wordt niet alleen door kwaliteit van zorg bepaald, maar ook door familiebanden, liefde en genegenheid, aandacht, interessante activiteiten, ontmoetingen. In de opvatting van Syndion leveren vrijwilligers daar een belangrijke bijdrage aan. Alhoewel er ruim 300 vrijwilligers bij Syndion betrokken zijn, denken we dat we op het gebied van ondersteuning, waardering en inzet nog verbetering kunnen bereiken. Hiertoe is in 2008 een aanzet gegeven. Kwaliteitszorg Kwaliteit beschouwen we vooral als een voortdurend streven naar verbetering binnen de beschikbare middelen. Plannen, uitvoeren, evalueren en verbeteren moet in de genen zitten van alle medewerkers. Lichte klachten of ongenoegens tijdig opvangen en vertalen in verbeteringen is belangrijker dan het bewijzen van het eigen gelijk. Daarnaast zal ook gewerkt moeten worden aan het duidelijk maken van wat binnen indicatie en budget verwacht mag worden. Hoge verwachtingen leiden tot snelle teleurstellingen. Een goed opleidings- en coachingsbeleid helpt medewerkers hun werk goed te doen. Syndion heeft ook
Jaarverslag Syndion 2008
in 2008 weer bijna 3% van de loonkosten besteed aan opleiding en scholing. Syndion laat zich voor de HKZ-certificering extern toetsen door Lloyds Register Quality Assurance en door Stichting Perspectief op grond van de criteria voor kwaliteit van leven. Beide vormen van toetsing dragen bij aan signalering van verbeterpunten en gerichte acties. Een zogenaamde minor ontvingen we voor een gebouw van een extern werkproject. Hoewel niet ons eigendom, zijn we wel verantwoordelijk voor het werken in adequate accommodatie. Hierin is snel verandering gebracht. Door de instelling van een ethische commissie heeft Syndion een extra waarborg geschapen voor werken binnen landelijk aanvaarde normen. De klachtencommissie behandelde in 2008 twee klachten. In beide gevallen betrof het klachten over zorg, o.a. over de discontinuïteit van medewerkers, veilige nachtzorg, inschakeling van het CCE (Centrum voor Consultatie en Expertise) en de combinatie van cliënten. Hoewel enkele punten werden afgewezen, moet toch geconstateerd worden dat er fouten zijn gemaakt en dat de zorg tekort is geschoten. Aan de betrokken ouders en cliënten zijn excuses aangeboden. Inmiddels waren er al verbeteringen in gang gezet die klachten in de toekomst hopelijk voorkomen. Lering trekken uit de klachten is een belangrijke opdracht voor alle betrokkenen. Financiën De zorgzwaartefinanciering wierp in 2008 haar schaduw vooruit. Het managementteam stelde een plan van aanpak vast dat goed bleek te voldoen. Zowel aan de kant van de gevolgen op financieel en beleidsgebied als in de voorlichting. Cliënten en/of ouders werden door middel van een aantal bijeenkomsten geïnformeerd. Ook is schriftelijke informatie verspreid en digitaal beschikbaar gesteld.
[4]
Groei in 2008 Het aantal cliënten van Syndion blijft groeien. Eind 2007 waren er 1.275 unieke cliënten, dat wil zeggen cliënten die gebruik maken van één of meerdere producten van Syndion. Eind 2008 was dat toegenomen tot 1484 cliënten. Meer cliënten betekent in principe ook meer budget. Het externe budget in de regio Nijmegen nam in 2008 toe met € 1,6 mln tot een jaarbudget van € 2,0 mln. Ook in de regio Waardenland was sprake van een groei van het budget in 2008 met € 3,0 mln. Na een lichte daling in 2006 nam ook het aantal cliënten met een persoonsgebonden budget weer toe. Eind 2008 waren dat er 285 en bedroeg de omzet over 2008 uit PGB inkomsten € 3,8 mln. Syndion heeft het aantal verblijfsplaatsen in 2008 belangrijk uitgebreid. In de loop van het jaar kwamen er 50 verblijfsplaatsen bij, waarvan de helft in de regio van het zorgkantoor Nijmegen. Resultaatontwikkeling Syndion heeft het jaar 2008 afgesloten met een hoog voordelig exploitatieresultaat. Gedurende het jaar was het beeld dat de lopende exploitatie qua inkomsten en uitgaven in evenwicht was. Overschrijdingen van de loonkosten bij een aantal woonlocaties werden door andere onderdelen gecompenseerd. Aan het einde van het jaar kwam echter een aantal incidentele extra gelden beschikbaar. De Nederlandse Zorgautoriteit heeft, na bezwaar van een aantal instellingen op grond van gelijke berechtiging bij marktwerking, besloten om een eerder opgelegde korting voor kapitaalslasten voor extramurale zorg in te trekken voor de jaren 2007 en 2008. Daarmee nam het voordelig exploitatieresultaat toe met € 0,8 mln. Door ook de laatste twee ‘grootschalige’ woonlocaties, de Meteoriet en de Van Strijsingel, onder te brengen in de regeling kleinschalig wonen werd een voorlopig voordeel van € 0,4 mln gerealiseerd. Daarnaast bleek Syndion in aanmerking te komen
[5]
voor de bonus uit de zogenaamde bonus-malus regeling voor het leveren van doelmatige extramurale zorg in uren, waarmee nog eens een bedrag van bijna € 0,2 mln beschikbaar kwam. Met dat laatste bedrag was wel rekening gehouden, maar door teruglopende indicaties van cliënten in de loop van het jaar was het onzeker of de bonus ook gerealiseerd zou worden. Ontwikkeling van het eigen vermogen Het eigen vermogen van Syndion neemt in vergelijking met het jaar 2007 toe met ruim € 1,3 mln. Daarnaast is door een wijziging van de regelgeving sprake van een andere groepering van balansposten. Op de balans van 2007 was een bedrag van € 0,5 mln opgenomen onder de noemer egalisatierekening instandhouding-investeringen. Nog niet uitgegeven gelden voor het instandhouden van het eigen onroerend goed werden jarenlang onder deze post verantwoord. Met de wijziging van de regels voor de jaarverslaglegging in de zorg dient deze post onder het eigen vermogen te worden gerangschikt. De vergelijkende cijfers voor 2007 zijn aangepast. Het eigen vermogen, afgezet tegen de exploitatieomvang, leidt tot een ratio voor het weerstandsvermogen van 15,9%. Het Waarborgfonds voor de Zorgsector hanteert als norm voor het toetreden van instellingen een ratio van 8%. Men adviseert echter een percentage van 15% om in deze nieuwe, meer markgerichte omgeving over voldoende weerstandsvermogen te beschikken. Met de Raad van Toezicht is afgesproken dat Syndion koerst op een ratio van tussen de 12% en 15%. Met de uitkomsten van 2008 komt Syndion boven de 15% uit. Syndion en de kredietcrisis In 2007 heeft Syndion voor ruim € 2,4 mln geïnvesteerd in nieuwe woonlocaties. Doordat deze investeringen in eerste instantie werden gefinancierd uit liquiditeitsoverschotten
Jaarverslag Syndion 2008
kwam de liquiditeitsratio over 2007 uit op 0,81, waar een ratio van 1,0 gewenst is. In 2008 is deze tijdelijke voorfinanciering geconsolideerd met het aantrekken van een langlopende geldlening van € 2,0 mln bij de Waterschapsbank. Deze lening is aangetrokken in augustus, nog voor alle tumult op de geld- en kapitaalmarkt, die een opdrijvend effect had op de risico-opslag op de rentetarieven. Met een percentage van 4,965 blijft Syndion met deze lening ruim onder het meerjarig gemiddelde van 6% en komt het gemiddeld rentepercentage van alle leningen uit op 4,45%. Met deze consolidatie is de liquiditeit van Syndion weer op peil en bedraagt de liquiditeitsratio per ultimo 2008 1,37, ruim boven de ratio van 1,0 die voorgeschreven wordt in het treasury-statuut van Syndion. De langlopende geldleningen van Syndion hebben meestal een looptijd van 30 jaar, met een rentevast periode van 5 tot 10 jaar. Pas in 2013 is weer voor een substantieel bedrag, voor een drietal leningen tot een bedrag van € 0,9 mln, renteherziening aan de orde. Voor nieuwe verblijfslocaties zoekt Syndion steeds naar samenwerking met woningcorporaties en worden locaties gehuurd. Ook bij de dagactiviteitensector is bij nieuwe locaties alleen maar sprake van huur. Daarmee hoeft Syndion geen leningen aan te trekken op de kapitaalmarkt en ondervindt Syndion geen nadeel van de kredietcrisis. We zien een steeds grotere bereidheid om woningen of locaties te ontwikkelen voor Syndion. De problemen op de onroerendgoedmarkt zijn daar debet aan. Op dit moment zijn de grootste risico‘s voor Syndion met betrekking tot de kredietcrisis een eventuele verhoging van de bijdragen aan het pensioenfonds Zorg en Welzijn. Daarnaast zal in of na 2011 bezuinigd worden door de rijksoverheid, waarbij naar verwachting ook de gezondheidszorg niet geheel buiten beschouwing zal blijven.
Maatregelen 2009 en verder Voor het jaar 2009 heeft de overheid maatregelen genomen om de overschrijdingen van de AWBZ uitgaven terug te dringen. De staatssecretaris heeft de zogenaamde pakketmaatregelen ontwikkeld, waarmee 27% van de huidige gebruikers van extramurale zorg in de toekomst niet meer in aanmerking komt voor ondersteuning vanuit de AWBZ. Tevens zal de omvang van de aanspraak, dus de indicatie in aantallen uren ondersteuning, worden teruggebracht. Het voornemen van de staatssecretaris is de AWBZ terug te brengen naar de verzekering zoals die was in 2003, vóór de introductie van de huidige AWBZ functies. Daarbij zullen de meest kwetsbare doelgroepen zoals verstandelijk gehandicapten zoveel als mogelijk worden ontzien, zo heeft de staatssecretaris toegezegd. Het is nog onduidelijk in welke mate de huidige cliënten van Syndion te maken zullen krijgen met deze pakketmaatregelen. Door zorggaranties voor het jaar 2009 zullen de effecten voor Syndion vooral in 2010 merkbaar zijn. In 2009 zal de eerste herallocatietranche voor de zorgzwaartepakketten plaatsvinden. Dit betekent voor de verblijfszorg een bezuiniging met € 265.000,--. In 2010 volgt voor Syndion een tweede en laatste tranche van ca € 250.000,-- voor de verblijfszorg. In dat jaar zal ook de harmonisatie van tarieven in de dagbesteding doorgevoerd worden. Inmiddels is er voor de kinderdagcentra een toeslagregeling ontwikkeld. Voor de dagactiviteitencentra voor volwassenen wordt een forse bezuiniging verwacht. In de loop van 2009 zal daarover meer informatie beschikbaar zijn. Naar verwachting wordt de definitieve regeling in het najaar van 2009 bekendgemaakt.
Jaarverslag Syndion 2008
[6]
Syndion bereidt zich ook voor op de in 2010 te verwachten bezuiniging op de dagzorg. Met name de sector Dagbesteding voor volwassenen lijkt te worden getroffen door een bezuiniging als gevolg van de harmonisatie van dagbestedingmiddelen van
dagactiviteitencentra en intramurale dagbesteding. Syndion zal voor de huidige activiteiten geen nieuwe leningen aan hoeven te trekken voor 2011. Gezien de huidige financiële crisis geeft dat een gerust gevoel. De afdeling inkoop leverde een bijdrage aan het positief resultaat door enkele voordelige contracten af te sluiten. Huisvesting Nog steeds heeft Syndion lange wachtlijsten voor cliënten die verblijfszorg nodig hebben. Deze zorgt vraagt om beschikbare huisvesting. Gelukkig kunnen binnenkort enkele locaties worden opgeleverd. Daarnaast is nog een aantal locaties in voorbereiding die in 2009 tot omvang van zorg kunnen leiden of voor 2010 en verder soelaas kunnen bieden. De kredietcrisis en de rolopvatting van woningbouwcorporaties leiden tot grotere mogelijkheden op korte termijn. Successievelijk past Syndion ook zijn bestaande accommodaties aan, zowel conform het meerjaren onderhoudsbeleid als op grond van zorgopvattingen of bedrijfsvoeringsnormen. Het betrof in 2008 uitvoering respectievelijk voorbereiding van de locaties Dagactiviteitencentrum Vianen, woonlocaties voor volwassenen Van Strijsingel en Romboutslaan, logeerhuizen Werkendam en de Bauerstraat, een woonlocatie voor kinderen. Een nieuw aangeschaft softwarepakket maakt het beter mogelijk onderhoud te plannen en te bewaken.
de landelijke benchmark kreeg Syndion een A-waardering. Dat willen we graag zo houden. Daarom is besloten om het opleidingsbeleid een impuls te geven in 2009. Het werven van nieuwe (gediplomeerde) medewerkers of leidinggevenden blijft moeilijk, evenals het werven van medewerkers die gezinnen in de thuissituatie ondersteunen tijdens piektijden. Het aanstellen van een P&O-medewerker als wervingsconsulente heeft enige verbetering gebracht. Dit loopt in 2009 door. Het ontwikkelde competentiebeleid wordt ingevoerd met functioneringsgesprekken ‘nieuwe stijl’. We hopen daarmee ook meer in te kunnen spelen op loopbaanen opledingswensen alsmede op arbeidswensen. Dat Syndion een goed sociaal beleid voert, blijkt hopelijk ook uit het lage ziekteverzuimpercentage van 4,4% (Syndion-systeem) en de lage WIA-instroom. ICT Syndion heeft de service vergroot door de helpdesk van de afdeling automatisering uit te breiden en meer medewerkers ook van huis uit toegang te geven tot het netwerk. De hoeveelheid informatie die over de lijnen gaat en het aantal gelijktijdige gebruikers neemt toe. Er vindt daarom voortdurend aanpassing van het netwerk plaats.
Sociaal- en personeelsbeleid Goede medewerkers zijn onze belangrijkste kwaliteitsgarantie. Daarom is het nodig voldoende medewerkers te werven maar vooral een goed sociaal beleid te behouden. In nauw overleg met de ondernemingraad lukte dit. De ondernemingsraad komt met voorstellen en weet kritisch opbouwend te reageren op voorstellen voor het sociaal- en personeelsbeleid. Bij
PR en marketing De afdeling PR en communicatie had wegens ziekte en een vacature veel improvisatie nodig. Desondanks is de voortgang redelijk verlopen. De relatie- en personeelsbladen kwamen soms vertraagd uit, maar de inhoud was verantwoord en zoals gepland. Er werd een conceptmarketingplan geschreven en er is gewerkt aan een nieuw PR-plan voor de regio Rivierengebied. Ook kwam er een nieuwe film uit op DVD. Een nieuwe Syndion-website en een nieuw relatieblad waren in 2008 in voorbereiding.
[7]
Jaarverslag Syndion 2008
Toekomst Syndion heeft in de afgelopen jaren laten zien steeds op tijd in te spelen op veranderingen in de zorg. Vernieuwingen werden ingevoerd, financiële grenzen werden bewaakt, wachtlijsten werden weggewerkt en systemen werden aangepast. De toenemende risico’s, de verandering van het financieringssysteem en afnemende mogelijkheden om de juiste zorg te bieden zullen voor Syndion ook in de komende jaren bedrijfsmatig oplosbaar zijn. Dat laat onverlet dat de gevolgen voor cliënten ons ernstig zorgen baren. Natuurlijk zijn alle cliënten van Syndion gebaat bij een gezonde, met zijn tijd meegaande zorgorganisatie die de tering naar de nering weet te zetten. De afnemende indicaties voor bepaalde cliënten kunnen niet betaald blijven worden uit financiële middelen van andere cliënten die een hogere indicatie kregen. Toch zal enige solidariteit nodig blijven, zeker zolang het zorgzwaartesysteem onvoldoende valide en stabiel is. Het terugbrengen van zorg tot het niveau van de indicatie zal enige tijd vergen voor diegenen die moeten inleveren. Dit geldt ook voor locaties en clusters. Binnen Syndion zullen verschuivingen plaatsvinden op grond van de zorgzwaartefinanciering. De gevolgen zijn inmiddels in beeld gebracht en zullen in enkele jaren worden doorgevoerd.
Financiële toekomst De toenemende risico’s voor zorgorganisaties als Syndion nopen tot het aanhouden van een groter weerstandsvermogen. Dood geld, onttrokken aan de dagelijkse zorg. Dit wordt mede veroorzaakt doordat organisaties steeds meer gezien worden als ondernemingen. Daarvoor moeten ze voldoen aan alle jaarrekeningregels die ook in het bedrijfsleven gelden. Hier gaan perverse prikkels van uit. Geld dat in het ene jaar wordt overgehouden heet winst die slechts benut kan worden in het daaropvolgende jaar, door dan verlies te leiden dat het vermogen weer doet dalen. Verlies betekent echter een negatieve beoordeling van het zorgkantoor en minder kans op het leveren van zorg. Voor het jaar 2010 is een belangrijke achteruitgang in de financiering van de dagactiviteiten voor volwassenen en voor de kinderdagcentra te verwachten. Daar wordt in het 2009 al op geanticipeerd.
WMO Syndion probeert door middel van contacten met gemeenten een bijdrage te leveren aan het beleid voor de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Het wegvallen van de participatiedoelstelling uit de AWBZ noopt tot compensatie door middel van de WMO. De snelle wijzigingen in de AWBZ kunnen, zo schreven ook de 27 grote gemeenten aan de regering, niet door gemeenten worden gevolgd. Het effect wordt afgewenteld op individuele burgers die AWBZ-rechten verliezen en geen vervangende ondersteuning krijgen.
Inperking AWBZ-rechten Om de AWBZ te behouden voor de meest kwetsbare groepen perkt de overheid de toegang tot de AWBZ in door de zogenaamde pakketmaatregelen. De wijziging van 2003 heeft een aanzuigende werking gehad op groepen waarvoor de AWBZ niet was bedoeld. De wijze van aanpak is gebaseerd op het laten vervallen van AWBZ-begeleidingsrechten voor bijvoorbeeld participatie in de samenleving, het herdefiniëren van indicatiecriteria en het maximeren van begeleidingsrechten. Ook schuift men ondersteunende en activerende begeleiding onder de nieuwe noemer begeleiding. Alhoewel Syndion altijd dicht bij zijn oorspronkelijke doelgroep is gebleven, zijn de maatregelen zodanig dat ook een gedeelte van de traditionele doelgroep gevaar loopt AWBZ-rechten te verliezen. Dit betreft dan voornamelijk lichtverstandelijk gehandicapten, ouders die gebruik maken van ondersteuning
Jaarverslag Syndion 2008
[8]
in de thuissituatie, naschoolse opvang en logeren. Alleen wat boven deze gebruikelijke zorg uitstijgt, wordt vergoed. Dat het hebben van een gehandicapt kind in een gezin, buiten AWBZtermen, al tot geweldig veel ongebruikelijke zorg leidt, wordt buiten beschouwing gelaten. De overheid beroept zich op het bestaan van de WMO als rechtvaardiging voor het uitsluiten van veel AWBZ-rechten. De WMO zal compensatie moeten bieden voor datgene wat de AWBZ verliest. Echter niet een op een, maar via collectief beleid. Dat het (gemeentelijk) WMO-beleid nog niet zover is, laat men buiten beschouwing. Hiermee is ook gezegd dat Syndion verlies van cliënten door gewijzigde AWBZ-rechten niet kan compenseren door nieuwe taken in de WMO.
Conclusie Afsluitend kan gesteld worden dat ondanks steeds wijzigende externe omstandigheden Syndion er in de afgelopen jaren steeds goed in geslaagd is een gezond beleid te voeren. De betrokkenheid en professionaliteit van medewerkers, tevredenheid van cliënten en ouders, de gezonde bedrijfsvoering en een goed anticiperen op de toekomst maken dat Syndion als organisatie de toekomst met vertrouwen tegemoet kan zien. Syndion maakt zich echter als belangenbehartiger zorgen over afnemende AWBZ-rechten voor mensen met een handicap. Weliswaar groeien de AWBZ-uitgaven landelijk, de individuele uitgaven per cliënt dalen. Dat is een zorgelijke ontwikkeling.
Alliantie M3 Syndion behoort tot de middelgrote organisaties. De marktwerking, toenemende risico’s, afnemende macht ten aanzien van verzekeraars en vermeende efficiencyvoordelen brengen veel organisaties er toe te fuseren. Fusies tot grootschalige organisaties hebben ook hun keerzijde. Daarom zoekt Syndion naar alternatieven onder de noemer Mobiliseren van de Menselijke Maat. In de zogenaamde Alliantie M3 wil Syndion de kwetsbaarheid van kleine en middelgrote organisaties ondervangen. Onderlinge advisering en steun bij werkontwikkeling, delen van kennis en aan elkaar leveren van assistentie bij het tijdelijk niet beschikbaar zijn van essentiële medewerkers kan aan veel risico’s tegemoet komen. Ook kan hierdoor tegenkracht ontwikkeld worden voor de tot steeds grotere partijen gefuseerde verzekeraars. Binnen mededingingsregels kunnen eventueel ook gezamenlijke aanbestedingen plaatsvinden.
[9]
Jaarverslag Syndion 2008
Sector Ondersteuning en begeleiding van kind en gezin Met een grote diversiteit aan diensten helpt de sector kinderen in het eigen gezin op te laten groeien. Soms echter komen kinderen bij Syndion wonen, en veel van hen zijn inmiddels volwassen. Ze wonen in een woning die bij de sector hoort, maar horen zelf niet meer bij de doelgroep. In 2008 was 75 procent van de kinderen uit zes van de woonhuizen ouder dan 17 jaar. Daarom is besloten deze huizen bij de sector Wonen voor volwassenen met een verstandelijke beperking onder te brengen. De voorbereidingen voor deze organisatorische wijziging werden in 2008 getroffen. Overdracht vond plaats per 1 december 2008. Woonhuis De Wel in Gorinchem is in 2008, na een intensief traject met medewerkers, ouders en buurtbewoners, gesloten. De Wel bood sinds 1992 een thuis aan kinderen met een meervoudige handicap. De combinatie van deze kinderen zorgde voor onrust bij henzelf en uiteindelijk ook in de buurt. De les die uit De Wel getrokken kan worden, is dat het niet voor alle kinderen mogelijk of prettig is om kleinschalig in een gewone wijk te wonen en dat de juiste combinatie van kinderen erg belangrijk is. Het heeft het nadenken over nieuwe vormen van ondersteuning gestimuleerd. In februari startte De Molenborg in Culemborg, Syndion’s eerste logeerhuis in het Rivierengebied. Het huis is aangepast voor kinderen met een beperking. Er is plaats voor gemiddeld zes logees per weekend. Na een lange vertraging werd in november BonVie in Culemborg opgeleverd en geopend. Het is een bijzonder woonzorgcomplex dat onder meer ook onderdak biedt aan kinderdagcentrum Jolie, een opvang waar kinderen zonder én met een (ernstig meervoudige) beperking welkom zijn en kunnen samenspelen. Jolie wordt geleid door Stichting Kinder- en Peuteropvang Culemborg, in samenwerking met Syndion. BonVie stelde het geduld op de proef, maar ook andere bouwprojecten liepen vertraging op door wet- en regelgeving. De verbouwingen aan het woon- en logeerhuis in Hardinxveld-Giessendam, het logeerhuis in Werkendam en het logeerhuis aan de Bauerstraat in Gorinchem konden in 2008 niet starten. De sector had in het verslagjaar opnieuw veel vacatures. Vooral de vacatures met niet-reguliere werktijden (vroeg in de ochtend, vlak na schooltijd of onder etenstijd) waren vaak moeilijk in te vullen. Gelukkig zijn er ook in 2008 veel nieuwe, gemotiveerde medewerkers aan het werk gegaan.
Sector Dagbesteding voor volwassenen met een handicap De groei in het aantal cliënten was in 2008 aanzienlijk. Er was sprake van een kleine toename van het aantal mensen met een verstandelijke beperking en een relatief grote toename van mensen met een lichamelijke beperking, niet-aangeboren hersenletsel (NaH) of een lichtverstandelijke beperking met probleemgedrag en/of autisme. Ook het aantal oudere cliënten nam toe. Omdat laatstgenoemden gemiddeld minder dagdelen dagbesteding afnemen, is de groei van het budget beperkt. Er is veel aandacht voor het vergroten van de deskundigheid over de ondersteuning die de cliënten uit deze nieuwe doelgroepen nodig hebben. Omdat het aantal cliënten fors toeneemt maar de inkomsten nauwelijks, moet het beschikbare budget maximaal efficiënt besteed worden. Dit temeer ter voorbereiding op afname van de dagbestedingtarieven in 2009 en 2010. Een van de maatregelen betrof het hervormen van het Centrum voor Loopbaanbegeleiding, zonder daarbij afbreuk te doen aan de systematiek van vraagsturing en een actieve ondersteuning van de cliënt bij het uitoefenen van zijn recht om zelf te kiezen. De gemiddelde leeftijd van werknemers in de sector Dagbesteding stijgt en er is weinig verloop. Oudere medewerkers worden gestimuleerd zich te blijven ontwikkelen, zodat zij ingezet kunnen worden bij het opstarten van nieuwe projecten. Ook cliënten worden gestimuleerd om in beweging te blijven. In 2008 zijn zij door middel van onder meer een vacaturekrant, workshops en open dagen geïnformeerd over de mogelijkheden in de sector. In een planbespreking met de cliëntencoach kunnen zij aangeven welke soort werk of dagbesteding hun voorkeur heeft. Om al langer bestaande projecten en locaties aantrekkelijk en levendig te houden, is er aandacht besteed aan huisvesting, producten en teamsamenstelling. Dagactiviteitencentrum Vianen is grondig gerenoveerd. De dagbesteding voor mensen met een lichamelijke handicap of NaH in Dordrecht, Gorinchem en Tiel is uitgebreid en verbeterd. Er zijn meer activiteiten buiten de basisvoorzieningen in Gorinchem, Dordrecht en Vianen opgezet, zoals lotgenotencontact, zwemmen, cursussen, vrijwilligerswerk en begeleid werken. In Gorinchem is in het Tolhuis een kunstcentrum ontstaan, waar mensen met een verstandelijke beperking én mensen met een lichamelijke beperking samen werken in het Atelier (schilderen en tekenen), het Theater (toneel en improvisatie) en het Kostuum (naaiatelier voor toneelkleding).
Sector Wonen voor mensen met een verstandelijke handicap Het groeiend aantal cliënten, de zeer uiteenlopende en soms complexe hulpvragen en de uitbreiding van het werkgebied vormden de belangrijkste uitdagingen in 2008. Omdat deze uitdagingen veel van medewerkers verlangen, had 2008 het thema ‘Passie, professionaliteit en plezier’ meegekregen. Door de dagelijkse praktijk met elkaar te delen en soms in een ander (humoristisch, relativerend) licht te bezien, werd tegenwicht geboden aan de werkdruk. Met twee eindbijeenkomsten met improvisatietoneel sloten de ruim 400 medewerkers het jaar met veel plezier gezamenlijk af. Op organisatorisch vlak werden cliënten en medewerkers Persoonlijk ondersteund wonen in de regio Drechtsteden opnieuw ingedeeld, wat resulteerde in een extra cluster (van zes naar zeven clusters). De herindeling werd met grote zorgvuldigheid uitgevoerd, met als uitgangspunt de kwaliteiten, ambities en competenties van clusterhoofden en coördinerend begeleiders. Met de sector Kind en Gezin werd de overdracht van zes kinderwoonvoorzieningen naar de sector Wonen VG per 1 januari 2009 voorbereid. De reden hiervoor is dat 75 procent van de cliënten inmiddels volwassen is. In het verslagjaar werden geen nieuwe woningen of appartementen opgeleverd maar werd wel druk gewerkt aan de voorbereiding of daadwerkelijke bouw van nieuwe huisvesting in Hendrik-Ido-Ambacht (Volgerlanden), Gorinchem (Nieuwstad) en Leerdam (Nieuwstraat). In Dordrecht is een pand aan de Keplerweg gekocht, waar drie cliënten van de Romboutslaan hun intrek in hebben genomen. Ook de voorbereiding van renovatie van bestaande locaties zoals de Van Strijsingel, de Romboutslaan, de Blaauwweg en de Minnaertweg kreeg ruimschoots aandacht. Aandacht was er ook voor het borgen of bijstellen van administratieve processen en werkwijzen rondom onder meer de verhuizing van een cliënt, de ouder wordende cliënt, het opstarten van een nieuwe locatie en het inwerken van nieuwe medewerkers. Om medewerkers goede handvatten te geven voor hun omgang met mensen met dementie is een cursus ingekocht. Coördinerend begeleiders hebben een cursus Coaching doorlopen met als doel de juiste coaching te bieden aan begeleiders, op locatie of op afstand. Daarnaast is in samenwerking met de psychiatrie en collega-organisaties een opleiding voor medewerkers ontwikkeld over de omgang met mensen met een depressie, verslaving of een psychische stoornis.
Sector Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap Het jaarplan voor de sector Wonen LG voor het jaar 2008 heet ‘Binden, boeien: groeien’. Het is gebaseerd op de overtuiging dat mensen met elkaar - door synergie - tot grotere prestaties kunnen komen. Syndion wil een interessante werkgever zijn en de medewerkers boeien. Het is belangrijk dat medewerkers voldoening in hun werk vinden en er trots op kunnen zijn. In het verslagjaar zijn medewerkers daarom bevraagd over motivatie en voldoening, maar ook over verbinding. Voel je je verbonden met je werk, je cliënten, met de stichting? Wat helpt je om die verbinding te ervaren? Het aantal cliënten met ambulante ondersteuning (Persoonlijk Ondersteund Wonen) in de regio Rivierengebied groeide met 20%. Binnen de sector was sprake van budgetoverschrijding, wat zich vooral voordeed bij POW. Er werd veel aandacht besteed aan het opbouwen van een grotere budgetdiscipline. Vooruitlopend op veranderende inkomsten door de zorgzwaartefinanciering is een bezuinigingstraject van drie jaar uitgezet, waar een besparing van ca. 2 ton mee gemoeid is. De uitdaging is om het budget anders in te zetten zonder verlies van klanttevredenheid, en met behoud van gemotiveerde medewerkers. In 2008 werd De Lijnbaan in Beneden-Leeuwen (Gelderland) in gebruik genomen. De Lijnbaan is een woonvorm voor twaalf (jong)volwassenen met een lichamelijke beperking. Het initiatief tot de woonvorm is genomen door de ouders van de bewoners. Ook in 2008 werd woonzorgcomplex BonVie in Culemborg opgeleverd en in gebruik genomen. In het complex vormen medewerkers van Syndion samen met medewerkers van andere zorgaanbieders een integraal team dat flexibel inspeelt op de behoefte van de bewoners. Syndion ondersteunt in BonVie 15 mensen met nietaangeboren hersenletsel en/of een lichamelijke beperking, die elk hun eigen appartement – voorzien van geavanceerde domotica – bewonen. Het terugdringen van ziekteverzuim blijft een belangrijk punt van aandacht. Op De Meteoriet is het verzuim aanzienlijk verminderd, mede dankzij een verbetertraject dat de werkzaamheden, planning en teams (van bewoners en begeleiders) beter op elkaar aan laat sluiten. Op locaties waar kleinere teams werken, wordt gezocht naar manieren om meer verbinding in de directe omgeving te ervaren. Het contact met de wijk, met andere zorgaanbieders, met het netwerk van de klant zelf en met bijvoorbeeld een Syndion-slaapdienst op een andere locaties, is ook een belangrijk onderdeel om als team goede antwoorden op de vraag van de cliënt te kunnen geven.
Samen spelen in Jolie Oualid is een ster en Mijke een spetter! Dat vinden niet alleen hun trotse moeders maar ook de leidsters van kinderdagcentrum Jolie, die hun groepen de namen de Kanjers, de Spetters en de Sterren gaven. Wat Jolie bijzonder maakt, is dat kinderen met én zonder handicap er onder één dak samen spelen. Syndion besloot op grond van haar visie een groep te vestigen op een locatie met een regulier kinderdagcentrum van Stichting Kinder- en Peuteropvang Culemborg (SKPC).
Tot zijn derde jaar ging Oualid naar een regulier kinderdagcentrum. Sinds de opening van Jolie gaat hij naar de Sterren, de groep die door Syndion wordt begeleid. “Op het vorige KDC werd vastgesteld dat Oualid achterloopt in zijn ontwikkeling en ‘bijgespijkerd’ moet worden”, vertelt zijn moeder, Louazna el Haddidi. “Toen Syndion hier een speciale groep startte, hebben we Oualid daarvoor aangemeld. In de beginperiode was hij vaak alleen met Martine (begeleider, red.) en kreeg hij extra veel aandacht. Maar ook nu de groep compleet is, wordt er veel aan zijn ontwikkeling gewerkt. Hij gaat naar de fysiotherapeut die ook in het gebouw zit. Oualid gaat met sprongen vooruit: hij loopt beter, zijn motoriek is beter en hij kletst ons nu de oren van het hoofd!” Sione Bakker en haar man kozen op basis van een folder Jolie als opvang voor hun dochter Mijke. Toen ze hoorde dat er ook kinderen met een handicap gebruik zouden maken van het KDC, vond Sione dat positief. “Mijke is pas twee. Het valt haar niet op of kinderen gehandicapt zijn of niet. In die zin zie ik voor haar tot nu niet direct een meerwaarde, maar dat kan natuurlijk veranderen. Ik zit in de oudercommissie. Ik hoop dat de Syndion-groep er ook een krijgt, dan kunnen we samenwerken.
[13]
Het moet nog een beetje groeien allemaal. Ik ken nog niet eens alle kinderen, laat staan de ouders.” Rianne Miltenburg is begeleider op de SKPC-groep. “Zelf wist ik niet wat ik verwachten moest van de Syndion-groep. Nu weet ik niet beter. Ik merk dat ‘onze’ kinderen ook anders tegen de gehandicapte kinderen aan zijn gaan kijken. Eerst riepen ze bijvoorbeeld: ‘Daar is Stan in de rolstoel!’ Nu roepen ze: ‘Daar is Stan!’ Het lijkt alsof ze de rolstoel niet meer zien.” “Ze blijven wel nieuwsgierig hoor”, zegt Martine Kool, begeleider op de Syndion-groep. “Als ik sondevoeding toedien, staan ze er met hun neus bovenop. ‘Wat heb je daar, wat doe je er in?’ We gaan regelmatig met onze kinderen naar de andere groepen. Dat is altijd leuk en gezellig. En op woensdagochtend hebben alle kinderen samen muziekles, daar geniet iedereen van.” KDC Jolie is onderdeel van het woonzorgcomplex BonVie in Culemborg, waar ook een consultatiebureau en een kinderpraktijk voor fysiotherapie en logopedie in op zijn genomen.
Jaarverslag Syndion 2008
Zomaar een avond in Zo mooi anders Op 29 november 2008 werd ouderinitiatief ‘Zo mooi anders’ geopend, na een voorbereiding van bijna acht jaar. In 2001 kreeg Wil de Vos het idee voor een huis waarin haar zoon Pascal met andere jongeren met een beperking zou kunnen samenwonen. Met nog zeven ouderparen richtte ze in 2003 een stichting op met als missie een veilige en huiselijke woning voor hun kinderen te realiseren. Die woning is er gekomen en Syndion biedt zorg.
Het wachten is op de achtste bewoner. De anderen zitten in de woonkamer en zappen van voetbal naar soap, of plagen elkaar en hebben plezier. Miranda puft uit na haar paardrijles. Talitha kletst met haar moeder en grote zus, die haar elke avond welterusten komen wensen. Dan gaat een van de acht bewonerskamers open en maakt Cilia haar entree. Ze heeft zich extra mooi gemaakt voor de foto en dat kost net wat meer tijd! De groep is compleet.
“Als we naar bed gaan, zeggen de begeleiders en de bewoners elkaar welterusten”, vertelt Cilia. “Ze zijn erg lief voor elkaar”, beaamt Wil. “De sfeer is warm en sociaal. Patrick is bijvoorbeeld bijna doof. De bewoners pikken steeds meer van zijn gebarentaal op, zodat ze ook met hem kunnen praten. En als Pascal in zijn trippelstoel voor de TV staat, duwen ze hem zachtjes opzij. Soms helpt een medebewoner hem naar bed te brengen. Die leuke onderlinge sfeer, daar ben ik als oprichter maar ook als moeder heel blij mee.”
Cilia vertelt hoe het is om in ‘Zo mooi anders’ te wonen. “Ik woonde eerst bij mama. Nu woon ik hier. Het is wel anders. Het is een ander leven. Mama is trots op mij, omdat ik zo’n mooi huisje heb. Ik heb leuke leiding en leuke bewoners. Maar ik moest wel aan ze wennen.” Alle jongeren werken overdag. In hun vrije tijd zijn ze graag bezig met sporten, dansen, lezen en muziek luisteren. “Mijn vader is ook trots op mij en op mijn huis”, zegt Steffie. Per twee appartementen is er een gedeelde badkamer. “Ik gebruik dezelfde badkamer als Jos”, vertelt Steffie. “Maar dan moet hij wel de deur op slot doen! Ik deed een keer de deur open en toen zat ie op de wc. Dat moet ie niet meer doen!”
Syndion werd voor zorg benaderd toen de nieuwbouw al gerealiseerd was. “Vrijwel alles was in kannen en kruiken”, vertelt Wil. “Natuurlijk hadden we van Syndion gehoord, maar wij - de ouders - hebben er bewust voor gekozen om de zorgaanbieder pas op het allerlaatst uit te zoeken. ‘Zo mooi anders’ is opgezet vanuit het verlangen om onafhankelijk van een instelling te zijn, behalve voor de zorg zelf. We hebben lang gewacht maar toen we eenmaal met Syndion gingen samenwerken, leek het alsof we elkaar al veel langer kenden. Het verliep heel vlot. In alle opzichten hebben we gekregen wat we wensten. Het kon echt niet beter.”
[15]
Jaarverslag Syndion 2008
Metropole maakt de tongen los Uit het gastenboek op de eigen website www.hotelmetropole.nl: “Dit is het meest bijzondere restaurant van Gorinchem!” “Voortreffelijk gegeten. Complimenten aan de koks!” “Je kunt goed eten bij Metropole. Goede bediening, leuke mensen.”
En er zijn meer tevreden gasten, zoals Jaap en Laura Korpershoek, de ouders van Wouter die een stage liep bij Metropole. Zij vierden – tijdens de warming up van het restaurant – hun gezamenlijke verjaardag in de Heerensociëteit van Metropole: “Het eten was verrukkelijk en het werd een ontzettend gezellige verjaardag. We hebben na het feestje nog dagen nagenoten, want het was een enorm succes!” Of zoals Jos Huibers, sectormanager Dagbesteding, die een maand na de opening de proef op de som nam en er onaangekondigd ging lunchen. Hij at er een broodje met de beroemde, zelfgemaakte bal van RSD-catering (thans Metropole-catering) en een kleine uitsmijter: “De bediening is snel, vriendelijk en correct. De bestelling wordt mooi gegarneerd opgediend. Het smaakt allemaal heerlijk en tot slot wordt uitgebreid geïnformeerd of alles naar wens was. ‘Smaakte de cola ook goed’, vraagt de ober. ‘Ja echt, alles was goed in orde, ik ben een tevreden klant’, antwoord ik naar waarheid.” En deze twee dames op het zonnige terras: “Heel leuk dat het weer open is. Het is zo’n prachtig pand en wat een mooi terras, echt een aanwinst voor de stad!”
[17]
Al meer dan een eeuw is hotel-restaurant “Metropole” een begrip in Gorinchem. Veel inwoners waren dan ook opgetogen toen het pand in art deco-stijl op last van de gemeente voor sloop werd gespaard. Tot halverwege de 20ste eeuw was Metropole een pleisterplaats voor handelreizigers, politici en aannemers. De burgerij durfde er echter ‘vanwege de chique’ nauwelijks naar binnen te kijken... Later werden er evengoed talloze trouwfeesten gevierd. Vanaf het vertrek van de laatste uitbater stond “Metropole” een aantal jaar leeg, totdat Syndion het in 2007 huurde. RSDcatering (nu Metropole-catering) verhuisde naar het voormalig hotel-restaurant en na een jaar warm draaien werd op 1 april ook lunchroom Metropole geopend. Het publiek kan in Metropole terecht voor koffie met gebak of een lekkere lunch. Voor echtparen die inmiddels toe zijn aan bijvoorbeeld een zilveren, parelen of koralen huwelijksfeest bestaat die mogelijkheid opnieuw, nu de statige Heerensociëteit bij het restaurant is getrokken. Metropole is niet langer ‘te chique om naar binnen te kijken’ en bovenal: een fijne werkplek voor mensen met een beperking.
Jaarverslag Syndion 2008
Balans verschuift van zorg naar begeleiding Sinds de oprichting in 1967 lag de nadruk in woonlocatie De Meteoriet op zorg. Begeleiders reageerden op de bel die bewoners gebruikten om hulp in te schakelen en voor bewoners die veel zorg nodig hebben, was er ook veel tijd beschikbaar. In 2008 werd bij het bespreken van ondersteuningsplannen duidelijk dat deze werkwijze steeds minder tijd overliet voor ondersteuning op andere vlakken, zoals het vergroten van zelfredzaamheid. Voor sommige bewoners en hun behoeften was te weinig aandacht. Een verbeterteam van negen begeleiders, twee leidinggevenden en een gedragskundige zette op papier op welke tijden er door wie en voor wie zorg werd geboden, en hoeveel tijd dit kostte. Daarna werden er drie bewonersgroepen gevormd: mensen die beperkt op zorg en begeleiding zijn aangewezen (elf), mensen met NaH die veel begeleiding en structuur nodig hebben (twaalf) en mensen met NaH en/of een lichamelijke handicap die veel verzorging nodig hebben (vijf).
blijven we op elk moment beschikbaar. Bewoners worden niet door een van de vijfentwintig begeleiders geholpen, maar door een team van vijf tot tien vaste begeleiders. Daarnaast is er meer tijd voor een gesprek of een wandeling”, zegt Sija. “Zelf voel ik me minder gejaagd. Ook veel collega’s werken prettiger dan voorheen. Iedereen is overtuigd van de juistheid van de ingeslagen weg, al zal het nog wel even duren voordat we een complete omslag hebben gemaakt.”
Voor elke bewonersgroep werd een team gevormd. Medewerkers kozen bewust voor het soort cliënt en de zorg- en begeleidingsvragen waar zij zich prettig bij voelen. De leiding besteedde ook aandacht aan mensen die aanvankelijk sceptisch tegenover de veranderingen stonden, en alle stappen in het verbetertraject werden in goed overleg met de bewoners gezet. Ter ondersteuning hing de tekst Iedere verandering is eerst verschrikkelijk op het prikbord van de leidinggevende, wat hoopvol stemde...
Van een basispakket voor iedereen zal in De Meteoriet de balans verschuiven naar een pakket op maat aan de hand van ‘doelen’. Bewoner Joop Lodewijk heeft zijn doel helder voor ogen: veilig met de elektrische rolstoel leren rijden zodat hij naar het winkelcentrum kan. “Het verkeer gaat te snel voor mij. Door de hersenbloeding ben ik een beetje doof aan beide oren, dat maakt het nog enger. Maar als er iemand mee gaat, durf ik het wel. Sija leert me met de rolstoel te rijden. Ze gaat me ook met de computer leren werken. Sija kan goed begeleiden. ’t Klikt perfect tussen ons.”
Ook met de nieuwe teams wordt er ‘op bellen gelopen’, zoals begeleider Sija Stok de zorg op afroep noemt. “Met de meer zelfstandige bewoners willen we afspreken wanneer we komen maar voor mensen die veel verzorging nodig hebben,
[19]
Jaarverslag Syndion 2008
Zaterdagopvang Dalem Al twintig jaar wordt bijna iedere zaterdag een groep kinderen met een handicap opgevangen in kinderdagcentrum Rollebol. Syndion’s succesvolle ‘Zaterdagopvang’ heeft er sinds september 2008 een broertje/zusje bij: de Zaterdagopvang voor kinderen met een (bijna) normale intelligentie, ADHD of een autismestoornis. Het betreft een pilot van een jaar.
Dylan van twaalf en zijn achtjarige zus Dyantha komen respectievelijk een en twee keer per maand naar de Zaterdagopvang in Dalem (bij Gorinchem). Nathalie Kraaijeveld, medewerker Buitenschoolse Activiteiten, licht toe: “Zaterdagopvang heeft twee doelen. Voor de kinderen betekent het een leuke dag waarin ze in een veilige omgeving met andere kinderen kunnen spelen en ontspannen. Even geen school maar knutselen, spelletjes spelen of een stukje wandelen. Voor hun ouders betekent het een welkome adempauze. De zorg voor hun kind, een kind dat veel van hun aandacht en energie vraagt, ligt even bij een ander.” Die ander is in dit geval een professionele begeleider, bijgestaan door een vrijwilliger.
“Het is belangrijk dat kinderen samen leren spelen”, zegt Nathalie. “In een kleinere groep voelen ze zich veilig en durven ze meer. Ze vinden sneller aansluiting. Dat komt ze ook van pas op school.” Er is steeds meer vraag naar deze vorm van opvang. September 2009 wordt de pilot geëvalueerd. Buitenschoolse activiteiten worden geboden ter ondersteuning van de thuissituatie in vakantieperiodes, op zaterdag en na schooltijd. Door de zorg voor ouders op gezette tijden te verlichten, kunnen kinderen met een handicap zo veel mogelijk thuis opgroeien.
Dylan heeft PDD-NOS, een ontwikkelingsstoornis. Hij gaat naar een school voor speciaal onderwijs in Rotterdam. Thuis heeft hij echt wel eens ruzie met Dyantha, maar op de Zaterdagopvang zijn ze de beste maatjes. Alle kinderen worden betrokken bij de dagplanning. Dylan is het liefst buiten, lekker ravotten en hutten bouwen. Voor Dyantha is het fijn dat haar broer er is. Ze heeft een achterstand in haar ontwikkeling en vindt het moeilijk om met andere kinderen te spelen. Maar op de Zaterdagopvang gaat het goed. Ze straalt en is ontspannen.
[21]
Jaarverslag Syndion 2008
“Mijn wilskracht heb ik nog” Claudia Eberth poseert als een volleerd model. “Mooie meid hè?”, zegt ze met een lach rond haar mond. “Ik wilde fotomodel worden maar ben toch maar gaan studeren.” Ze haalde haar doctoraalexamens Informatica en Registeraccountancy aan Universiteit Nyenrode. In haar laatste baan was ze financieel directeur van een internationaal transportbedrijf. Op 25 januari 2006, enkele maanden voor haar bruiloft, is Claudia op weg naar haar werk als er plotseling ijzel op komt zetten. De auto slipt, glijdt van de weg en komt tot stilstand tegen een boom. Claudia is zwaargewond en raakt in coma. Na vier maanden komt ze, tot grote opluchting van haar partner en hun twee dochters, bij kennis in een revalidatiecentrum. Ze kan niet lopen en heeft geen kracht meer in haar linkerarm. “Daarna ben ik vaak verhuisd”, vertelt Claudia. Haar stem is laag en hees, ze praat langzaam en heeft moeite met articuleren. “Ik ging van het revalidatiecentrum naar een verpleeghuis en weer terug. Ik heb in de Hoogstraat in Utrecht gezeten en veertien maanden in een verpleeghuis in Tiel. Daar kwam ik niet vooruit, letterlijk en figuurlijk niet. Mijn kamer was zo klein als de wasruimte in deze woning. Ik was er een van de jongsten en voelde me vaak eenzaam.” Ze gaat zelf op zoek naar een nieuwe woonplek. Op internet vindt ze Syndion, dat inmiddels bezig is met de appartementen in BonVie en daar plek voor haar heeft. Op 3 november 2008 verhuist ze naar een ruim bemeten, aangepaste woning. “Het bevalt me heel goed. ’s Avonds zoek ik mijn kleding uit. ‘s Morgens helpt de begeleiding me met opstaan, douchen en aankleden. Ze helpen me ook met opmaken. Dat is belangrijk voor me, want vroeger zag ik er ook verzorgd uit.”
[23]
Daarna doet de begeleider haar ontbijt in een schaaltje. Voor de lunch en het avondeten gaat ze naar de gemeenschappelijke ruimte op nr. 18. Het zijn verder de kleine dingen die een groot verschil maken. In het verpleeghuis mocht Claudia niet alleen naar de wc. Hier kan dat wel; ze neemt gewoon een alarmbelletje mee. “Ik voel me hier rustiger omdat ik eigen baas ben. Ik ben zelfs al eens in m’n stoel in slaap gevallen. Dat geeft wel aan hoe ontspannen ik me hier voel.” Claudia’s dochters komen wekelijks op bezoek en ook haar moeder en vriendinnen komen regelmatig langs. Maar de relatie met haar partner heeft geen stand gehouden en ook van haar werk heeft ze afscheid moeten nemen. “Verder leven na hersenletsel is heel moeilijk”, zegt Claudia. Ze is even stil en vervolgt: “Ik denk dat de verwerking nog jaren gaat duren. Met de begeleiding kan ik gelukkig goed praten, ze maken altijd tijd voor me. Maar ik kan niet meer huilen, dat is heel gek. Ik voel het verdriet wel, maar de tranen komen niet.” Na het ongeluk zit Claudia in een rolstoel, maar wat haar betreft is dat niet definitief. “Ik zal weer lopen. Dat zeg ik tegen iedereen die het horen wil. Want mijn wilskracht, die heb ik nog.”
Jaarverslag Syndion 2008
Van stormachtige start naar inspirerende werkplek Toen Syndion in 2007 een betere plek zocht voor het Atelier, kwam het Tolhuis in beeld. Deze mooie, historische locatie in Gorinchem stond al lange tijd leeg. Syndion besloot het pand te huren, maar al snel bleek dat de gemeente Gorinchem het Tolhuis eigenlijk wilde gaan gebruiken als historisch museum.
Het was een stormachtig begin, omdat er publieke beroering ontstond over wat de functie van het Tolhuis moest zijn. Uiteindelijk kon Syndion het huurcontract tekenen. Na wat kleine aanpassingen aan de inrichting kon er begin 2008 gestart worden. Eerst verhuisde het Atelier naar de nieuwe locatie, toen kwam het Theater en tenslotte vestigde zich het Kostuum. Nu is het Tolhuis Syndions cultureel centrum, waar mensen met een beperking hun creatieve talenten kunnen ontplooien. Een inspirerende werkplek die mensen een kans biedt om serieus bezig te zijn met beeldende kunst, toneel spelen en het maken van toneelkleding. Onder de cliënten die actief zijn in het Tolhuis zijn Michel (25) en Roy (24). Michel heeft zijn plek in het Tolhuis echt gevonden: hij speelt toneel, maakt toneelkleding en is actief bij het Atelier. “De eerste twee dingen doe ik het liefst”, vertelt hij. Roy speelt ook toneel en tekent bij het Atelier. Roy: “Tekenen vind ik heel leuk maar schilderen is niet echt iets voor mij”. Beide mannen vinden het Tolhuis een fijne werkplek. “Er hangt hier een goede sfeer”, vindt Roy. En Michel vult aan dat het goed klikt met iedereen. “Nou ja, niet altijd natuurlijk, maar je laat elkaar in je waarde.”
[25]
Michel en Roy delen hun passie voor toneelspelen. Ze zitten - na een formele auditie - allebei in de productiegroep van het Tol Theater. Gaandeweg leerden ze hoe ze hun zenuwen in bedwang kunnen houden, hoe ze in de huid van een andere persoon kunnen kruipen, hoe ze verschillende emoties kunnen laten zien enzovoort. Het Tol Theater is momenteel een grote voorstelling aan het voorbereiden die in oktober 2009 gespeeld wordt. “Spannend”, vinden Michel en Roy. Maar het is ook iets om naar uit te kijken. In elk geval zullen er voorstellingen zijn in vestzaktheater ’t Pand in Gorinchem. Misschien waagt de groep de sprong naar de grote stad en worden ook podia in Utrecht veroverd.
Jaarverslag Syndion 2008
Een beter toekomstperspectief voor Remco Op aangeven van Syndion evalueert Stichting Perspectief elk jaar enkele locaties en projecten. Zeggenschap, inclusie, respect en veiligheid en persoonlijke ondersteuning zijn daarbij de belangrijkste punten. Remco Vinke (24) en zijn ouders werkten mee aan de evaluatie van woonlocatie Volgerlanden in Hendrik-Ido-Ambacht. Veertien was Remco toen hij op weg naar school door een lijnbus van zijn fiets werd gereden. Met zijn kenmerkende gevoel voor ironie zegt hij daarover: “Mijn vrienden misten de bus, ik niet.” Hij liep blijvend hersenletsel op en moest langdurig revalideren. Vervolgens ging hij in Werkenrode wonen, een instelling voor speciaal onderwijs en wonen. Frequent spijbelen leidde tot een gedwongen vertrek. Remco kwam bij Syndions woonlocatie De Staart in Dordrecht terecht. “Ik had er een heel leuk huisje”, vertelt hij. “Maar in de buurt gebeurden soms rare dingen en m’n ouders waren bezorgd.” Hij verhuisde naar woonlocatie Volgerlanden. Achteraf vond Remco’s vader Werkenrode ‘helemaal top’. “Je had er alles bij de hand: school, wonen, vermaak. Het was er veilig en Remco werd er geaccepteerd. Nu woont ie ‘in de wijk’, maar van integratie is geen sprake.” Het gevoel dat Remco nog niet op de juiste plek zit, knaagde aan vader en moeder Vinke. Ze wilden daarom graag meewerken aan de evaluatie. Moeder: “We hadden veel te vertellen en men nam alle tijd.” De ouders vertelden over hun verlangen naar een goede communicatie tussen ouders en begeleiders, ook als het even wat minder gaat. Ze willen gezien worden als mensen met waardevolle kennis over Remco, en deze kennis uitwisselen met de begeleiding. Remco werd gevraagd wat hij vond van zijn woning, het gebouw, de begeleiding en de buurt. Pas toen ze uitgepraat waren,
nam Perspectief het woord. “Ze vertelden over hoe je zou willen dat het was”, zegt vader Vinke. “Ze lieten zien wat er nog meer mogelijk is.”
[27]
Jaarverslag Syndion 2008
In de aanbevelingen van Perspectief kunnen Remco’s ouders zich goed vinden. Zo wordt gesteld dat de bewoners van Volgerlanden meer kansen krijgen als ze meer als individu worden benaderd, met regie over hun eigen leven. Waarin ze gekend worden in wie ze zijn en wat ze nodig hebben als mens, zodat ze meer het gevoel hebben in hun eigen huis te wonen in plaats van in een voorziening. “Ik vind het jammer dat Remco niet met meer leeftijdgenoten woont”, zegt zijn moeder. “Je gunt hem een gezellig sociaal leven. En ondanks zijn hersenletsel en het feit dat hij maar één arm kan gebruiken, kan hij nog veel aanleren. Maar daar moet hij wel bij geholpen worden! We zouden het geweldig vinden als hij klaargestoomd wordt voor een meer zelfstandig leven. Hij is veel te jong om gehospitaliseerd te zijn.” Als hij zijn vader hoort praten over een appartement om de hoek dat te koop staat, grapt Remco: “Doe eens een bod!” Maar ook hem is het ernst. Hij droomt van een eigen huisje dat hij zelf kan onderhouden, van computerwerk waarmee hij iets wezenlijks bijdraagt, van een groter netwerk en een toekomst met zijn meisje. “Ik kijk nooit terug maar altijd vooruit”, zegt Remco. Door Perspectief is er nu nog meer om naar uit te kijken.
Job is de beste graadmeter Aan de spijlen van Job’s bed hangt een plastic mapje met weekpictogrammen. Bij vrijdag hoort een tekening van een auto en een huis: op die dag gaat Job weer naar zijn ouders en broer in Zaltbommel. “Kijk”, zegt Job’s moeder Joke terwijl ze de plaatjes van het bed haalt, “dat stelt me gerust. Het betekent dat de begeleiding zich echt in hem verplaatst, want zulke tekeningen geven hem houvast.”
De krokusvakantie loopt ten einde. Met vijf andere jongens heeft de vijftienjarige Job een week in De Molenborg gelogeerd. Soms logeren er ook meisjes, maar nu toevallig niet. Vrijdag is wisseldag; een aantal kinderen wordt opgehaald, een aantal wordt gebracht. Even staat het huis in het teken van uitwisseling en het bij elkaar rapen van jassen, tassen en andere spullen. Knuffels en afscheidszoenen vliegen over en weer in de huiskamer en de hal. In zijn slaapkamer tekent Job verder in zijn schrijfmap, pop Meisje binnen handbereik. “Vanaf zijn geboorte heeft Job regelmatig in het ziekenhuis gelegen”, vertelt Joke. “Ik denk dat hij ook daardoor flexibel met omgevingswisselingen om kan gaan. We hebben hem vanaf zijn vijfde jaar laten logeren, in weekends en vakanties. In de locatie waar hij voorheen logeerde, ging het niet goed met Job en we wilden hoe dan ook iets anders voor hem vinden. Toen we hoorden dat Syndion zich in 2008 met een logeerhuis in de regio zou vestigen, hebben we direct contact opgenomen.” Job werd een logé ‘van het eerste uur’. Het logeren werd geleidelijk opgebouwd, zodat hij goed kon wennen. “De manier waarop Syndion dit logeerhuis draait, met veel aandacht voor
[29]
het kind maar ook voor de wensen van de ouders, is heel goed”, vindt Joke. “De begeleiding maakt goed gebruik van wat de stad biedt, zoals het zwembad en festiviteiten. Wat me ook aanspreekt is dat bij begeleiders de kwaliteit van ervaring op waarde wordt geschat. Het gevoel dat ze het goed onder controle hebben, is voor mij belangrijk.” Over één punt spreekt Joke haar zorgen uit. “Als ouders kun je je kind voor elk gewenst weekend opgeven, maar je hebt niets te zeggen over de kinderen waarmee het logeert. De kinderen logeren dus in steeds wisselende samenstellingen. Aan de ene kant is het fijn dat de vraag van de ouders leidend is, aan de andere kant vind ik het soms lastig. Job heeft baat bij rust en regelmaat en met sommige logees krijgt hij dat onvoldoende.” “Het is nergens ideaal, maar we zijn zeer tevreden”, zegt Joke van den Bogaard. “Job gaat hier graag heen en hij is de beste graadmeter. Voor ons doet dat de balans naar de goede kant uitslaan. We zijn zelfs dermate tevreden dat we er over denken de toekomstige woon- en dagbestedingsplek voor Job bij Syndion te zoeken.”
Jaarverslag Syndion 2008
Stoere meiden op weg naar zelfstandigheid Als Lana en Samantha om zeven uur ’s avonds samen naar de supermarkt vertrekken, hebben ze er al een lange dag op zitten. Eerder die avond is Lana (22) als eerste thuis, waar begeleider Anke de meiden vanaf vier uur opwacht. Lana heeft taarten gebakken in Syndions basisvoorziening aan de Jan Valsterweg. Met rode wangen van het fietsen trekt ze de muts van haar hoofd: “Pfoeh, dat fietsen! M’n broek zakt er vanaf!” Na de koffie kruipt Lana voor de televisie om niets te missen van Born2Cook, dat haar interesseert vanwege de recepten én de knappe koks met hun Australische accent. Lana was 13 toen ze met haar moeder vanuit Australië naar Nederland kwam. Afgelopen zomer is ze met een vliegbegeleider naar haar geboorteland gereisd en ze fietst ’s avonds laat zonder angst naar huis. Een stoere meid dus! “Ach”, zegt Lana laconiek, “ik heb een mobieltje en m’n lichtjes.” Met haar ogen op het scherm gericht roept ze even later: “Anke, ik ga je zo op m’n gemakje helpen met koken!” Wat een proestende lach aan de rest ontlokt. Lana is beslist niet lui, maar doet de dingen graag in haar eigen tempo.
een groot bord macaroni wegwerkt, een heerlijke maaltijd die Lana toch nog op tijd op tafel heeft gekregen.
Samantha (21) is ook al zo’n stoere meid. Vier dagen per week fietst ze in een knaloranje overall en met twee vlechten in het haar over de brug naar Zwijndrecht, voor haar werk bij de buitendienst. Ze vertelt honderduit, wat haar gangbare manier blijkt te zijn. “Ik ben een van de twee vrouwen in de buitendienst! Ik doe alles: rotondes schilderen, graffiti weghalen, snoeien, knippen. Vandaag was ik verkeersleider, dat vond ik moeilijk. Maar de mensen zagen aan m’n pak dat ze moesten luisteren, dus het ging goed.” Ze fietst een uur heen en een uur terug en is de hele dag buiten. Niet gek dus dat ze die avond
Voorheen woonden de meiden ook een paar maanden samen, in Syndions Romboutslaan. Ze verlangden naar minder huisgenoten en meer rust en oefenden met begeleiders voor de grote overstap. Een goede omgang met anderen hoorde daar ook bij. Nu de meiden een woning delen, blijkt dat in praktijk goed te gaan. Begeleider Anke is trots: “Het gaat fantastisch. Ze doen boodschappen, ze koken en houden het huis goed schoon. Ik let er op dat ze netjes de deur uit gaan en hun verhaal kwijt kunnen, en dat de band met de ouders goed is. Maar ze worden steeds zelfstandiger, dat is mooi om mee te mogen maken.”
[31]
Jaarverslag Syndion 2008
Dominique (24) is als laatste thuis. Ze heeft ook gewerkt maar wijdt er niet over uit. “Hoe was het?” “Gewoon.” Ze praat weinig maar lacht des te meer. Anke vraagt of ze haar zwemspullen al heeft ingepakt en dat is zo. “Ik ga al eten, omdat ik ga zwemmen”, zegt Dominique, pakt brood, boter en chocopasta en gaat eten. Even later zit ze met haar jas en tas klaar op de bank. Anke loopt met haar mee naar de Syndion-woning aan de andere kant van het woonblok. Daar vandaan gaat ze met een groepje en een begeleider naar het zwembad.
Een ingrijpende renovatie, ook voor cliënten Soms wordt dagactiviteitencentrum ‘Vianen’ bezocht door dames van middelbare leeftijd, op zoek naar herinneringen. Uit alle windstreken komen ze een kijkje nemen in hun vroegere huishoudschool. Ze tonen zich blij verrast over de nieuwe bestemming van het pand, dat sinds 1991 een veilige en sfeervolle dagbestedingsplek is voor mensen met handicap. Wie na november 2008 zijn hoofd om de voordeur steekt, weet helemaal niet wat ie ziet; DAC Vianen is ingrijpend gerenoveerd. “Het was een tijd lang onzeker of het gebouw zou blijven bestaan”, vertelt clusterhoofd Brenda van Zeeland. “Er was sprake van sloop ten gunste van een nieuwe woonwijk. Toen dat niet doorging, is besloten om het DAC grondig te renoveren. Door de onzekere toekomst was dat steeds op de lange baan geschoven maar dat kon echt niet meer! Het was tijd voor groot onderhoud.” De renovatie duurde negen maanden en was ingrijpend, niet in de laatste plaats voor de vijfentwintig cliënten. Brenda: “Je moet je voorstellen dat je hier al jaren komt. Het is een veilige plek, je kent iedereen, de dag verloopt in een vast patroon en je bent bezig met de dingen die je prettig vindt. De begeleiding heeft tijd voor een praatje. Op een dag kom je binnen en is alles anders. Overal ligt stof, de trap is glad, er zijn mensen die je niet kent en die veel lawaai maken en er staat gereedschap in de weg. De begeleiding heeft niet elk moment aandacht voor je. En dat gaat maanden zo door. Voor veel cliënten was het een moeilijke periode.”
toiletten en op de vloer van het houtatelier is een antisliplaag aangebracht. Aan de voorkant van het gebouw zijn nieuwe kozijnen met dubbel glas getimmerd. Alle muren, deuren en kozijnen zijn opnieuw geverfd. “Soms gaven de schilders een paar cliënten een kwast en mochten ze meedoen”, vertelt Brenda. “Ze gingen fantastisch met de mensen om en kenden ze allemaal bij naam. Op de laatste dag hebben ze iedereen op friet getrakteerd.” Eind november 2008 werd het werk afgerond. Oranje, geel en rood vormen de hoofdmoot in het opgefriste DAC. Elke cliënt heeft een zilverkleurig opbergkastje en in de gang en keuken staan hippe tweezitters. “Daar wordt om gevochten”, lacht Brenda. “In de pauze zitten ze het liefst op zo’n bankje. Veel cliënten kunnen zich moeilijk uiten, maar we merken toch dat ze zich thuis voelen in het nieuwe interieur. Je voelt het aan hun houding. Net als wij zijn ze trots en blij met het resultaat. Dat is een groot compliment.”
Het dak is gerepareerd en verlengd met een luifel, waardoor je droog staat als je de konijnen voert. De grote keuken is compleet vervangen. Gietvloeren zorgen voor een betere hygiëne in de
[33]
Jaarverslag Syndion 2008
“Ik weet heel goed wat ik wil” Yvonne Lammertink en haar tweelingzus Linda werden geboren met spinale musculaire atrofie, een progressieve spierziekte. Hun eerste elektrische rolstoel kregen ze toen ze twee waren. Op hun derde vroegen ze hun moeder of ze hen wilde leren oversteken, zodat ze boodschappen konden doen. Yvonne verloor haar zusje toen ze twaalf jaar oud was. Dertien jaar later woont ze in woonzorgcomplex BonVie, in haar geboorteplaats Culemborg. Zorg van Syndion is er op afroep. Yvonne woont er naar wens, maar er ging een lang traject aan vooraf. “Vanaf ons negende woonden we twee dagen per week in een woonvorm”, vertelt Yvonne. “Na het overlijden van mijn zus werden dat er geleidelijk aan vijf. Vanaf mijn vijftiende ben ik gestimuleerd om iets anders te zoeken. Omdat de woongroep me steeds meer beklemde, wilde ik dat zelf ook graag. Veel van de regels hadden betrekking op jonge kinderen en ik was inmiddels bijna twintig! Vanwege mijn handicap had ik me al vaak aan moeten passen. Ik paste niet meer in het regime.” Ook haar studie Humanistiek aan de Universiteit van Utrecht (ze zit in het zesde jaar) verruimde haar blik. “Ondernemende mensen kiezen minder snel voor een veilige woonvorm. Ik wilde graag met anderen wonen, maar ik was ook huiverig voor de onvermijdelijke regels. Uiteindelijk ben ik bij Amstelrade terecht gekomen. Maar Amsterdam is een anonieme stad en ik miste sociale contacten.” De psychologe die Yvonne begeleidt, hoorde dat Syndion in Culemborg ‘iets’ zou gaan doen voor mensen met een lichamelijke handicap. Dat was BonVie. Op basis van de goede ervaringen van kennissen zocht Yvonne contact met Syndion. “Ik weet heel goed wat ik wil”, zegt Yvonne. “Mijn ervaring met andere zorgaanbieders was dat er of niet voldoende zorg
gegeven werd of dat de zorg niet aansloot op mijn wensen en behoeften. Cees Taal (projectleider Syndion, red.) zocht me op in Amsterdam. Mijn eerste indruk was positief, maar ik ben tijdens het voortraject heel kritisch gebleven. Ik heb voortdurend vragen gesteld om het concreet te maken. ‘Kunnen jullie dat echt? Doen jullie echt wat jullie beloven?’ Ik moest zekerheid hebben voordat ik de stap zette.” Deze doortastendheid kwam Yvonne ook van pas tijdens de complexe weg die ze met de woningbouw en wmo-loketten af moest leggen om haar appartement volledig aangepast te krijgen.
[35]
Jaarverslag Syndion 2008
“Ik heb dag en nacht hulp en verzorging nodig, bij opstaan en naar bed gaan, draaien in bed, bij wassen en verzorging, aankleden, eten enzovoort. Maar dat neemt niet weg dat ik zelf de regie voer! Ik wil op mijn moment thuis komen en hulp kunnen vragen bij het uitdoen van mijn jas. Als ik ’s avonds lang met een vriendin bel, ga ik laat naar bed. Ook dan wil ik de begeleiding kunnen bellen. Nu ik hier woon, blijkt het ook mogelijk. Er zijn tien vaste mensen die voor me zorgen, dat vind ik goed te overzien. Met mijn PgB betaal ik de huishoudelijke hulp en twee studenten die boodschappen voor me doen en koken. Ik zeg bewust niet altijd tegen de begeleiding waar ik naar toe ga of wat ik ga doen. Ook zij moeten weten dat ik ondanks mijn beperking zelf bepaal wat ik doe. Dat geeft me het gevoel van vrijheid dat ik zocht.”
“De wereld is groter dan papa en mama” Logeren is hot! In 2008 groeide de wachtlijst van logees en daarmee ook de vraag naar logeergezinnen sterk. Werving geschiedde naast krantenartikelen ook door mond-tot-mondreclame. Zo kwam het dat Angelique de Bruin, de kapster van een Syndion-medewerker, logeerouder werd van de tienjarige Dennis Tukker. Haar man Robin en drie dochters maken het logeergezin compleet.
Een keer per maand brengt Dennis’ moeder Monique hem naar Waalwijk, aan de andere kant van de rivier. Zij en haar man Peter hebben bewust gekozen voor een logeergezin buiten Gorinchem. Monique: “Dennis is ons enige kind. Daarom, maar ook omdat hij een beperking heeft, krijgt hij veel aandacht. Voor ons is het goed om hem af en toe los te laten, voor hem om te ervaren dat de wereld groter is dan papa en mama. We vinden het voor zijn toekomst heel belangrijk dat hij een sociaal leven opbouwt. Als ie in de buurt zou logeren, kom je elkaar in zo’n weekend toch nog tegen. Waalwijk is dus ideaal.” Dennis is geboren met het Williams-syndroom, een zeer zeldzame chromosoomafwijking. In tegenstelling tot veel andere kinderen met Williams heeft Dennis geen hartafwijking en heeft hij de eetproblemen die er mee gepaard gaan, overwonnen. Wel heeft hij problemen met leren en concentreren en met zijn motoriek. Hij is gevoelig voor geluid en beweging en erg alert. In de auto op weg naar het logeeradres kijkt hij zijn ogen uit. “Kijk! Wat is dat nou?! Grappig! Mama, wat is dat?”. En “Hé, lekker zonlicht. De zon is lekker.”
cadeautje voor dochter Isa uit zijn koffer. Het is een mooie groene shawl voor haar verjaardag. Dennis kruipt gezellig naast z’n logeerzus op de bank om haar laptop te bewonderen. Ook de andere meisjes, Veerle en Jasmijn, zijn dol op Dennis. Jasmijn, die jonger is dan haar logeerbroertje maar hem evengoed graag bemoedert, slaapt twee nachtjes bij een van haar zussen op de kamer, zodat de logé alle rust heeft in haar prinsessenkamer. De familie De Bruin wil hun meiden meegeven dat het leven niet alleen maar leuk of makkelijk is. Dat sommige kinderen anders zijn dan zijzelf, en hoe moeilijk dat soms is. “Dat was ons een van de belangrijkste redenen om ons aan te melden”, vertelt Angelique. “Dat, en iets terug willen doen voor anderen.”
In Waalwijk worden Dennis en zijn moeder hartelijk begroet door Angelique. Bij binnenkomst haalt Dennis direct zijn
Voor het slapen gaan koppelt Veerle de spelcomputers aan elkaar en spelen zij en Jasmijn met Dennis een paar (ont)spannende potjes. Veerle vertelt dat ze morgen naar Pukkemuk gaan, “een soort dierenspeeltuin.” Meestal doet het gezin iets bijzonders als Dennis er is, maar de wandeling in de Drunense duinen kreeg geen vervolg. “Nee, dat is niks voor Dennis”, lacht zijn moeder Monique, “zomaar ergens rondlopen. Hij heeft graag een doel voor ogen.” Een keer per maand is dat doel Waalwijk, en daar is iedereen tevreden mee.
[37]
Jaarverslag Syndion 2008
Langer thuis wonen door Thuisondersteuning “Thuisondersteuning maakt het mogelijk dat ouders hun kind langer thuis kunnen laten wonen”, zegt clusterhoofd Elna van der Stelt. “Zouden we er niet zijn, dan zouden meer ouders in een vroeg stadium moeten besluiten om de zorg helemaal aan anderen over te laten. Op z’n minst zou de kwaliteit van leven van broertjes en zusjes maar ook van de ouders er ernstig onder leiden.”
Kinderen met een handicap geven vaak veel extra werk in een gezin. Praktisch, maar ook als het gaat om het krijgen van aandacht of voldoende gestimuleerd te worden in hun ontwikkelingen. De medewerkers in Elna’s cluster geven deze ondersteuning aan kinderen en hun ouders. Kinderen met vaak ernstige verstandelijke en motorische beperkingen, kinderen met ernstige problemen in gedrag en de hantering van hun emoties. Ook aan gezinnen waar de pedagogische vaardigheden van ouders gesteund moeten worden, zodat niet later ingegrepen hoeft te worden door jeugdzorg of er voor het kind een 24-uursinstelling nodig is. ‘Was het maar zichtbaar’ was de titel van de themabijeenkomst voor medewerkers van de thuisondersteuning. In 2008 ondersteunden zij 225 kinderen en hun families op praktisch en pedagogisch gebied. Een van de casussen werd als volgt ingeleid: “Stel je een fles cola voor. In de winkel is de inhoud rustig. Onderweg naar de kassa rolt de fles een keer om in het mandje en op weg naar huis slingert hij mee met de tas aan het fietsstuur. Misschien dat een spelend kind de fles na thuiskomst eens goed schudt. De inhoud bruist en bubbelt en zodra je de dop eraf draait, spuit de cola schuimend over de rand en moet er gedweild worden.”
[39]
Zo gaat het vaak met kinderen met autisme, een aan autisme verwante stoornis of adhd. Bij het ontbijt hebben ze hun gedrag en emoties redelijk onder controle. Op school wordt de druk onbedoeld opgevoerd door de vele indrukken, de interactie met klasgenootjes en het uitgelaten spel op het schoolplein. Hun concentratie verslapt, gedachten schieten heen en weer en de spanning bouwt zich langzaam op. Eenmaal thuis, in de vertrouwde omgeving en de veilige nabijheid van hun ouder(s), schiet de spreekwoordelijke dop eraf en volgt de ontlading van een dag vol prikkels en emoties. Aan kinderen zonder verstandelijke beperking maar met een stoornis als autisme of adhd ziet een buitenstaander op het oog vaak niets. ‘Was het maar zichtbaar’, verzuchten veel ouders. ‘Was het maar duidelijk dat mijn kind anders is, zodat ik in de supermarkt niet raar word aangekeken als het in zijn drift colaflessen uit het schap gooit of zonder aanleiding een ander kind slaat.’ Ze zoeken begrip, voor zichzelf maar vooral voor hun kind. Als een medewerker van de Thuisondersteuning het kind af en toe meeneemt om bijvoorbeeld te gaan zwemmen, voetballen of winkelen, kan het gezin op adem komen. Ouders kunnen hun zorgen en ervaringen delen en dat geeft hen veel steun.
Jaarverslag Syndion 2008
Vrijwilligers: vaak onzichtbaar, altijd onmisbaar! In veel van Syndions woningen, winkels en werkprojecten steken onbetaalde krachten hun handen uit de mouwen. Zo ook Joke en Dora, die iedere dinsdag met een groepje ‘dames op leeftijd’ de binnenstad van Dordrecht onveilig maken. Hun trouw en creativiteit worden enorm gewaardeerd.
Als de dames van woning 6 op dinsdag ontwaken uit hun middagslaapje, wachten Joke en Dora hen op in de huiskamer. Miezert het, dan worden er spelletjes gespeeld. Maar als het even kan, worden de rolstoelen rijklaar gemaakt en trekken de vijf dames luid kwebbelend de stad in. Bij de HEMA worden zeepjes en kousen gekocht, bij V&D schrijfblokken en knutselspullen en laatst is het winkelbestand in z’n geheel afgestruind op zoek naar een bruine tandenborstel. Zonder resultaat... Na hun pensionering ontmoetten Joke en Dora elkaar op de sportschool. Ze wilden actief blijven en besloten vrijwilligerswerk te gaan doen. “We wilden iets doen voor de zorgbehoevende mens”, zegt Joke. “Op de Van Strijsingel bleek een groepje dames te wonen met weinig familie, die niet veel buiten kwamen en dat wel heel graag wilden.” Er werd een korte kennismaking met de bewoners in kwestie georganiseerd: Sjaan, Maria en Jannie. Hun huisgenoot Mieneke is een stuk jonger en werkt overdag. Dora: “Eind mei 2007 zijn we van start gegaan. In het begin was het even zoeken. Wat vinden ze leuk om te doen? Waar mogen we ze mee naar toe nemen en zijn er ‘gebruiksaanwijzingen’ om in acht te nemen?”
[41]
Maar al improviserend leert men. Zo namen Joke en Dora de dames eerst mee naar rustieke steegjes en parken, tot een van hen opmerkte: “Waar zijn toch alle mensen gebleven?” Toen bleek dat ze veel liever in de drukte van de binnenstad liepen. “We duwen beiden een rolstoel en Jannie loopt met ons mee. Als we met z’n vijven in een winkelstraat lopen, gaan de mensen in een golf voor ons opzij. Ze moeten wel, want we lopen gewoon door!”, zegt Joke lachend. “Het is altijd een hele happening”, vertelt Dora, “met bijpassende patronen. Als we naar ’t café gaan en iedereen is net aan tafel geschoven, dekentjes over de knieën, dan zegt Jannie steevast: ‘Ik moet plassen!’ We moeten er met elkaar om lachen, ook dat ritueel hoort er inmiddels bij.” Na het winkelen zoekt Jannie op de Van Strijsingel de schone was uit. Als ze niet weet wiens kleding ze in handen heeft, vraagt ze het Dora of Joke. Sjaan ziet er ondertussen op toe dat de vrijwilligers goed verzorgd worden. Er komt een sapje en een zoutje op tafel en om een uur of vijf nemen Dora en Joke afscheid. “Ik kan ze niet missen hoor”, zegt Sjaan, “ze zijn altijd goed voor ons.” Dora lacht. “Toen Joke en ik laatst over vakantie begonnen, zei Maria: ‘Dat mag niet, want nu hebben jullie ons!’ We worden heel vrolijk van dit bijzondere stel.”
Jaarverslag Syndion 2008
Centrale Cliëntenraad
Raad van Toezicht
De Centrale Cliëntenraad (CCR) telde in 2008 vier leden. In totaal waren er vier vacatures: twee voor leden vanuit de sector Dagbesteding voor volwassenen, één voor een lid vanuit de sector Kind & Gezin, onderdeel dagbesteding, en één voor een lid vanuit de sector Wonen voor mensen met een lichamelijke handicap. De leden van de CCR hebben veel moeite gedaan deze vacatures in te vullen, maar zijn hier helaas niet in geslaagd. In 2008 kwam de CCR vier keer in vergadering bijeen met de directeur-bestuurder en één keer met de Raad van Toezicht. In iedere vergadering lichtte de directeur-bestuurder de CCR in over de laatste ontwikkelingen binnen de stichting op het gebied van onder meer cliëntondersteuning, huisvesting, organisatieontwikkeling etc. Andersom informeerde de CCR de bestuurder over hetgeen in de sectorale raden of tijdens bezoeken aan locaties aan de orde kwam.
Verslag van de Raad van Toezicht Samenstelling 2008 Drs. L.W.J.M. Canisius, voorzitter Dhr. J.A. de Bruin, vice-voorzitter Ir. B.L. Verhoeven (tot 31-12-2008) Ing. S. Boot Dr. K. Putters Mw. T.H. Treep-Ligthart (tot 31-12-2008) Drs. G.A. Toering Dr. W.A. Huijbers Mw. J.M.P.L.L. Boxelaar-Doorakkers (per 10-9-2008) Drs. K.C. Tammes (per 1-1-2009) Dhr. G.A. Krijgsman (per 1-1-2009)
Met de bestuurder werd daarnaast over onder meer de volgende onderwerpen gesproken: − Plan van aanpak invoering zorgzwaartepakketten − Communicatie over zorgzwaartepakketten met cliënten, ouders en vertegenwoordigers − Evaluatie werkzaamheden cliëntvertrouwenspersoon − Beleidsplan “Vizier op 2011” − Jaarrekening 2007, begroting 2009 (beiden ter goedkeuring aan de CCR voorgelegd) − Vacatures Raad van Toezicht, Commissie Seksuele Intimidatie (CSI), Klachtencommissie Ook werd regelmatig gesproken over de groei van Syndion en de kansen en risico’s die daaraan verbonden zijn. De CCR ziet het als haar taak om met name de vermeende risico’s onder de aandacht van de bestuurder te blijven brengen.
Veranderingen in samenstelling In de vergadering van 10 september 2008 heette de Raad van Toezicht een nieuw lid welkom in de persoon van mevrouw Boxelaar-Doorakkers. Mevrouw Boxelaar was voor haar pensionering achttien jaar directeur van katholieke thuiszorgorganisatie Internos in Dordrecht. Zij kent de zorgsector en ook Syndion daarom goed. Mevrouw Boxelaar werd voorgedragen door de Ondernemingsraad. In de vergadering van 17 december 2008 werden twee toekomstige leden voorgesteld, te weten de heer Tammes en de heer Krijgsman. Beiden zullen in de eerste vergadering van 2009 toetreden tot de Raad van Toezicht. In dezelfde vergadering nam de Raad van Toezicht afscheid van twee zeer gewaardeerde leden. De heer Verhoeven en mevrouw Treep traden na een maximale zittingstermijn van acht jaar af. De heer Verhoeven, vader van een inmiddels volwassen dochter met een verstandelijke handicap, was vanaf 1989 lid van het algemeen bestuur van Syndion, dat in 2001 overging in de Raad van Toezicht. De leden gaven aan de scheidende leden met veel
Jaarverslag Syndion 2008
[42]
respect en waardering in herinnering te houden. Voor de in 2009 vacant komende plaatsen (twee volgens het rooster van aftreden), gaat de voorkeur gezien de huidige samenstelling van de Raad uit naar vrouwelijke kandidaten. Bijeenkomsten In het verslagjaar was de Raad van Toezicht acht keer in vergadering bijeen. Het betrof vijf reguliere vergaderingen en drie vergaderingen die waren gereserveerd voor de jaarlijkse bijeenkomsten met respectievelijk de Centrale Cliëntenraad en de Ondernemingsraad, het Managementteam en de accountants van Ernst & Young. In april vond de Sliedrechtdag plaats. Tijdens deze jaarlijkse bijeenkomst werd het beoordelingsgesprek met de directeur-bestuurder geëvalueerd en werd gesproken over de profielen van toekomstige raadsleden, het belang van prestatiemeting in de zorg en de mogelijke samenwerking met organisaties in ouderenzorg, thuiszorg en gehandicaptenzorg. Het standpunt van de Raad van Toezicht met betrekking tot samenwerking is ongewijzigd, dat wil zeggen dat de voorkeur wordt gegeven aan autonome groei in combinatie met samenwerkingsverbanden. In de vergaderingen van de Raad van Toezicht werd goedkeuring gegeven aan respectievelijk het Jaardocument Zorg, het jaarverslag en de jaarrekening (allen betrekking hebbend op het jaar 2007), en de begroting voor 2009. In iedere vergadering is de Raad door de directeur-bestuurder geïnformeerd over de beleidsvoortgang. Ook over de inhoud van het meerjarenplan 2007-2011 werd uitvoerig gesproken. ‘Vizier op 2011’ is een concreet stappenplan dat voortvloeit uit het eerder door de Raad van Toezicht geaccordeerde strategische beleid. Locatiebezoeken Net als in voorgaande jaren bezochten de raadsleden enkele
[43]
locaties en projecten. Opnieuw viel hen de gemeenschappelijkheid in cultuur op. Op alle plekken werd de persoonlijke betrokkenheid van medewerkers ervaren en de oprechte, enthousiaste bereidheid om kinderen en volwassen in hun dagelijks leven te ondersteunen. Met aandacht voor kleinschaligheid, met aandacht voor het vergroten van de zelfredzaamheid van cliënten en met alle inspanningen en moeilijkheden die soms met de zorg gepaard gaan. De leden van de Raad van Toezicht spraken op de bezochte locaties grote bewondering uit voor de bijdrage van deze begeleidende medewerkers: de kwaliteit van Syndion’s zorg komt uit hun hart en handen. Toezicht houden Menig krantenartikel en journaalitem besteedde in het verslagjaar aandacht aan de rol en verantwoordelijkheden van toezichthouders, maar ook zonder deze media-attentie bleef de Raad van Toezicht een scherpe blik op de gang van zaken houden. ‘Is de door de directeur-bestuurder gepresenteerde informatie toereikend voor goed toezicht? Worden we ook geïnformeerd over zaken die minder goed gaan? Is onze overlegstructuur adequaat?’ De raadsleden voelen het als hun plicht om, ondanks het grote vertrouwen dat zij in de directeurbestuurder stellen, alert, kritisch en professioneel te blijven. Deze houding wordt ook van nieuwe raadsleden gevraagd. Prestatiemeting Om het toezicht op (het bestuur van) de organisatie transparanter te maken, heeft een commissie van drie leden en de directeur-bestuurder zich gebogen over het nut en de noodzaak van objectieve en subjectieve prestatie-indicatoren. Tijdens de Sliedrecht-dag presenteerde de commissie haar voorstel voor een geleidelijke ingang van een systeem van prestatie-indicatoren. Voorbeelden van componenten waar een ‘indicator’ voor is
Jaarverslag Syndion 2008
voorgesteld, zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid, kwaliteit van bestuur, goed sociaal beleid en financiële gezondheid. Voorbeelden van indicatoren daarvoor zijn respectievelijk tevredenheid van medewerkers en cliënten, een adequaat directiereglement, een ziekteverzuim dat lager ligt dan het sectorgemiddelde en het leveren van zorg op basis van een kostendekkende begroting. Organisatiestructuur In het verslagjaar heeft de directeur-bestuurder een organisatieadviseur opdracht gegeven een organisatieontwikkelingtraject te leiden, gericht op het strategisch beleid van Syndion. Deze adviseur sprak daartoe met medewerkers uit alle lagen en met het managementteam, de directeur-bestuurder en diverse organen, waaronder de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht heeft benadrukt in de voorstellen voor de organisatieontwikkeling te anticiperen op veranderingen in het managementteam van Syndion in de komende vijf jaar. Ook de regionalisering en wijzigingen in de financiering vragen om een bezinning op werkwijze en organisatie. De Raad van Toezicht ziet het als haar plicht bij te dragen aan een degelijke voorbereiding van de organisatie op een bestuurswisseling. Herschrijven stichtingsstatuut Het door een raadscommissie opgesteld verkort reglement van de Raad van Toezicht werd in het verslagjaar vastgesteld. Dezelfde commissie maakte een start met het herschrijven van de stichtingsstatuten, afgestemd op de Governance Code en het nieuwe reglement van de Raad van Toezicht. De commissie zal onder meer aandacht besteden aan de vraag hoe de betrokkenheid van ouders een goede plaats blijft houden in de statuten.
Jaarverslag Syndion 2008
Treasurybeleid Het halfjaarlijks overleg met Ernst & Young stemde de Raad van Toezicht tevreden over de financiële gezondheid van Syndion. De administratieve organisatie is goed op orde en er is een goed evenwicht tussen eigen vermogen (weerstandsvermogen ultimo 2008 15,9%) en vreemd vermogen. De Raad van Toezicht wil op advies van de accountant expliciet aandacht blijven besteden aan treasury, dat wil zeggen het sturen en beheersen van en het verantwoorden over het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, stromen en posities en de hieraan verbonden risico’s. Een treasury-commissie adviseert over het te voeren beleid. Alle wijzigingen in het treasurystatuut moeten door de Raad van Toezicht worden goedgekeurd. Jaarlijks rapporteert de directeur-bestuurder over het gevoerde financieringsbeleid. De Raad van Toezicht bedankt alle medewerkers, vrijwilligers en stagiaires, het management, het bestuur en alle overige betrokkenen heel hartelijk voor hun toegewijde zorg voor en ondersteuning van mensen met een beperking. Dit verslag is geschreven op basis van een vraaggesprek met en geaccordeerd door drs. L.W.J.M. Canisius (voorzitter) en de heer J.A. de Bruin (vice-voorzitter).
[44]
Syndion Centraal Bureau Schelluinsevliet 17-19 Postbus 3012 4200 EA Gorinchem Telefoon (0183) 651150
[email protected] www.syndion.nl
Dienstverlening en ondersteuning aan mensen met een handicap