ZA5055
European Election Voter Study 2009 Country Questionnaire Netherlands
2009 EES VOTER SURVEY MASTER QUESTIONNAIRE TEMPLATE (NETHERLANDS) Q1.
Q2.
Wat is volgens u het belangrijkste probleem waarmee Nederland op dit moment te kampen heeft? [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] ____________________________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V7 88 ‐ [WN] GA NAAR V7 En wat is volgens u het tweede belangrijkste probleem waarmee Nederland op dit moment te kampen heeft? [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD]
____________________________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V4 88 ‐ [WN] GA NAAR V4 99 ‐ [N.v.t.] Q3.
En wat is volgens u het derde belangrijkste probleem waarmee Nederland op dit moment te kampen heeft? [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD]
Q4.
Q5.
____________________________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] Welke politieke partij zou het volgens u het beste doen als het gaat om [antwoord in V1]? [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] [98 “ANDERE PARTIJ” = OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] [NIET VOORLEZEN] 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk) 98 ‐ andere partij, namelijk ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐ 66 ‐ [GEEN] 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.]
Wordt het onderwerp (antwoord op V1) tegenwoordig voornamelijk door de politici op regionaal, landelijk of Europees niveau behandeld?
1
[NIET VOORLEZEN] 1 ‐ regionaal 2 ‐ landelijk 3 ‐ Europees 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] 9 ‐ [N.v.t.]
Q6.
En op welk niveau zou het onderwerp [antwoord op V1] volgens u het beste behandeld kunnen worden? Op regionaal, nationaal of Europees niveau? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ regionaal 2 ‐ landelijk 3 ‐ Europees 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] 9 ‐ [N.v.t.]
Q7.
In een normale week, hoeveel dagen volgt u het nieuws? INTERVIEWER: MET INBEGRIP VAN NIEUWS OP TV, RADIO, IN DAGBLADEN [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN]
0 00
Q8.
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
In een normale week, hoeveel dagen kijkt u naar de volgende nieuwsprogramma’s? [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN]
a. RTL Nieuws 19.30 (RTL) b. NOS Journaal 20.00
00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
00
01
02
03
04
05
06
07
0
2
REF
WN
77
88
77
88
Q9.
Is er een andere zender waar u vaker naar het nieuws kijkt dan deze? 1 ‐ ja 2 ‐ nee GA NAAR V12 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V12 8 ‐ [WN] GA NAAR V12 [Indien Q9: = ja] Q10. Welke? [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] NIET VOORLEZEN; MAX. VIJF ANTWOORDEN CODEREN 01 ‐ Nederland 1 02 ‐ Nederland 2 03 ‐ Nederland 3 04 ‐ RTL 4 05 ‐ RTL 5 06 ‐ SBS 6 07 ‐ RTL 7 08 ‐ RTL 8 09 ‐ Net 5 10 ‐ Veronica 11 ‐ BBC1 12 ‐ BBC2 13 ‐ België 1 14 ‐ Ketnet 15 ‐ Canvas 16 ‐ ARD 17 ‐ ZDF 18 ‐ TV5 19 ‐ CNN 71 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 72 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 73 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 74 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 75 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] ALS HET ANTWOORD OP V10 GEEN “77” OF “88” OF “99” IS, VRAAG DAN NAAR ALLE GENOEMDE KANALEN. Q11A. Hoeveel dagen per week kijkt u naar het nieuws op [EERSTE ANTWOORD IN V10] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
Q11B. Hoeveel dagen per week kijkt u naar het nieuws op [tweede ANTWOORD IN V10] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
Q11C. Hoeveel dagen per week kijkt u naar het nieuws op [derde ANTWOORD IN V10] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
3
6 dagen 06
7 dagen 07
Q11D. Hoeveel dagen per week kijkt u naar het nieuws op [vierde ANTWOORD IN V10] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
Q11E. Hoeveel dagen per week kijkt u naar het nieuws op [vijfde ANTWOORD IN V10] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
VRAAG ALLEN Q12. In een normale week, hoeveel dagen leest u de volgende kranten? [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] a. De Telegraaf b. NRC Handelsblad c. de Volkskrant
0 00 00 00
1 dagen 01 01 01
2 dagen 02 02 02
3 dagen 03 03 03
4
4 dagen 04 04 04
5 dagen 05 05 05
6 dagen 06 06 06
7 dagen 07 07 07
REF 77 77 77
WN 88 88 88
Q13. Is er een andere krant die u vaker leest dan deze? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ ja 2 ‐ nee GA NAAR V16 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V16 8 ‐ [WN] GA NAAR V16 [Indien Q13: = ja:] Q14. Welke? [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] [NIET VOORLEZEN; MAX. VIJF ANTWOORDEN CODEREN] 01 ‐ Trouw 02 ‐ Algemeen Dagblad 03 ‐ Algemeen Dagblad / Haagsche Courant 04 ‐ Parool 05 ‐ Financieel Dagblad 06 ‐ Nederlands Dagblad 07 ‐ Spits 08 ‐ Metro 09 ‐ Brabants Dagblad 10 ‐ Dagblad van het Noorden 11 ‐ De Limburger 12 ‐ Noordhollands Dagblad 13 ‐ BN‐de Stem 14 ‐ Leeuwarder Courant 15 ‐ De Gelderlander 16 ‐ Tubantia 17 ‐ De Stentor (Apeldoornse Courant, Zwolse Courant, Deventer Dagblad, Veluws Dagblad, Sallands Dagblad, Zutphens Dagblad, Gelders Dagblad, Nieuw Kamper Dagblad, Dagblad Flevoland) 18 ‐ Eindhovens Dagblad 19 ‐ PZC (Provinciale Zeeuwse Courant) 20 ‐ De Dag 21 ‐ De Pers 71 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 72 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 73 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 74 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 75 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] ALS HET ANTWOORD OP V14 GEEN “77” OF “88” OF “99” IS, VRAAG DAN NAAR ALLE GENOEMDE DAGBLADEN
5
Q15A. Hoeveel dagen per week leest u [ANTWOORD 1 OP V14] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
6 dagen 06
7 dagen 07
REF 77
WN 88
N.v.t. 99
Q15B. Hoeveel dagen per week leest u [ANTWOORD 2 OP V14] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
Q15C. Hoeveel dagen per week leest u [ANTWOORD 3 OP V14] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
Q15D. Hoeveel dagen per week leest u [ANTWOORD 4 OP V14] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
Q15E. Hoeveel dagen per week leest u [ANTWOORD 5 OP V14] 0 00
1 dagen 01
2 dagen 02
3 dagen 03
4 dagen 04
5 dagen 05
VRAAG ALLEN Q16‐Q20. De volgende vragen hebben betrekking op de vier weken voorafgaand aan de Europese verkiezingen. Hoe vaak hebt u: [VOORLEZEN] Q16. een televisieprogramma over de verkiezingen gezien? Q17. een krantenartikel over de verkiezingen gelezen? Q18. met vrienden of familie over de verkiezingen gepraat? Q19. een politieke bijeenkomst of vergadering over de verkiezingen bezocht? Q20. een website over de verkiezingen opgezocht?
6
vaak 1 1 1
soms 2 2 2
nooit 3 3 3
REF 7 7 7
WN 8 8 8
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
Q21. Heeft een kandidaat of een partij contact met u gezocht tijdens de verkiezingscampagne op één van de volgende manieren? [LEES VOOR VAN ‘A’ TOT ‘H’]
1
geen contact 2
1
2
7
8
1 1 1 1 1 1 1
2 2 2 2 2 2 2
7 7 7 7 7 7 7
8 8 8 8 8 8 8
wel contact
a. Via email b. Via internet netwerken zoals Hyves, MySpace, LinkedIn, Facebook c. Via telefoon d. Via geadresseerde post e. Via een flyer per post f. Persoonlijk (aan huis) g. persoonlijk (op straat) h. persoonlijk contact op bijeenkomsten of verenigingen i. nooit gecontacteerd
REF
WN
7
8
Q22. Er zijn websites die stemadviezen geven voor de Europese Parlementsverkiezingen op basis van uw meningen, waarden, en beleidsvoorkeuren. a. Heeft u in de weken voorafgaand aan de Europese Parlementsverkiezingen een dergelijke website bezocht? 1 ‐ ja 2 ‐ nee GA NAAR V23 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V23 8 ‐ [WN] GA NAAR V23 [INDIEN V22: a = JA] b. Wat is de naam van deze website? NIET VOORLEZEN, ANTWOORDEN MET OPEN EINDE MOETEN WOORDELIJK WORDEN GEREGISTREERD, ALLEEN “EU‐PROFILER” CODEREN ALS ‘01’ 01 ‐ EU‐PROFILER 02 ‐ OVERIGE, SPECIFICEREN: ____________________________ 03 ‐ OVERIGE, SPECIFICEREN: ____________________________ 04 ‐ OVERIGE, SPECIFICEREN: ____________________________ 05 ‐ OVERIGE, SPECIFICEREN: ____________________________ 06 ‐ OVERIGE, SPECIFICEREN: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] Q23. Als u terugdenkt aan de tijd voorafgaand aan de Europese Parlementsverkiezingen, hoeveel belangstelling had u toen voor de campagne voor die verkiezingen? Was dat veel, tamelijk veel , niet zo veel of helemaal geen belangstelling? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ veel 2 ‐ tamelijk veel 3 ‐ niet zo veel 4 ‐ helemaal geen 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q24. Veel mensen hebben op 4 juni bij de verkiezingen voor het Europese Parlement niet gestemd. Anderen hebben wel gestemd. Hebt u gestemd op 4 juni? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ ja, ik heb gestemd 2 ‐ nee, ik heb niet gestemd GA NAAR V26
7
7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN]
GA NAAR V26 GA NAAR V26
[Indien Q24: = JA] Q25. Op welke partij hebt u op 4 juni gestemd? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: Indien de respondent op een gecombineerde lijst/coalitie (van twee of meer partijen) heeft gestemd en de partijen op die gecombineerde lijst apart bij de antwoordopties worden vermeld, vraag dan of de respondent de voorkeur gaf aan één van die partijen in het bijzonder, en zo ja, codeer dan de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk) 20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 94 ‐ [blanco gestemd] 95 ‐ [ongeldig gestemd] 96 ‐ [niet gestemd] 99 ‐ [N.v.t.] [Indien Q24: = NEE] Q26. Als u zou hebben gestemd in de Europese Parlementsverkiezingen, op welke partij zou u dan gestemd hebben? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: Indien de respondent op een gecombineerde lijst/coalitie (van twee of meer partijen) heeft gestemd en de partijen op die gecombineerde lijst apart bij de antwoordopties worden vermeld, vraag dan of de respondent de voorkeur gaf aan één van die partijen in het bijzonder, en zo ja, codeer dan de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk)
8
20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 94 ‐ [blanco gestemd] 95 ‐ [ongeldig gestemd] 96 ‐ [niet gestemd] 99 ‐ [N.v.t.] Q27. Op welke partij hebt u gestemd bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen in 2006? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: Indien de respondent op een gecombineerde lijst/coalitie (van twee of meer partijen) heeft gestemd en de partijen op die gecombineerde lijst apart bij de antwoordopties worden vermeld, vraag dan of de respondent de voorkeur gaf aan één van die partijen in het bijzonder, en zo ja, codeer dan de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 93 ‐ [Was niet stemgerechtigd / te jong] 94 ‐ [blanco gestemd] 95 ‐ [ongeldig gestemd] 96 ‐ [niet gestemd] Q28. Als er morgen in Nederland verkiezingen zouden zijn voor de Tweede Kamer, op welke partij zou u dan gaan stemmen? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: Indien de respondent op een gecombineerde lijst/coalitie (van twee of meer partijen) heeft gestemd en de partijen op die gecombineerde lijst apart bij de antwoordopties worden vermeld, vraag dan of de respondent de voorkeur gaf aan één van die partijen in het bijzonder, en zo ja, codeer dan de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP
9
10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk) 20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 94 ‐ [gaat blanco stemmen] 95 ‐ [gaat ongeldig stemmen] 96 ‐ [gaat niet stemmen] VRAAG ALLEN Q29‐Q38. Nu zou ik u graag een aantal vragen willen stellen over hoeveel verantwoordelijkheid de Nederlandse regering en de Europese Unie hebben voor een aantal zaken in Nederland. U kunt uiteraard ook van mening zijn dat geen van beide verantwoordelijk zijn. Ten eerste, denkend aan de economie, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor de economische omstandigheden in Nederland? Geeft u alstublieft uw mening op een schaal van 0 tot 10 aan, waarbij O betekent “niet verantwoordelijk” en 10 betekent “geheel verantwoordelijk”. [VOORLEZEN]
Q29. Ten eerste, denkend aan de economie, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor de economische omstandigheden in Nederland? Q30. En in hoeverre is de Europese Unie verantwoordelijk voor de economische omstandigheden in Nederland? Q31. Ten tweede, denkend aan gezondheidszorg, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland? Q32. En in hoeverre is de Europese Unie verantwoordelijk voor de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland? Q33. Ten derde, denkend aan immigratie, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor het aantal immigranten dat naar Nederland komt? Q34. En in hoeverre is de Europese Unie verantwoordelijk voor het aantal immigranten dat naar Nederland komt? Q35. Ten vierde, denkend aan de rentetarieven, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor het bepalen van de rentetarieven in Nederland? Q36. En in hoeverre is de Europese
0 niet verantwoord elijk
1
0
1
2
3
4
5
6
7
8
0
1
2
3
4
5
6
7
0
1
2
3
4
5
6
0
1
2
3
4
5
0
1
2
3
4
0
1
2
3
0
1
2
0
1
2
2
10
3
4
5
6
7
8
9
10 geheel verantwoor delijk
REF
WN
9
10
77
88
8
9
10
77
88
7
8
9
10
77
88
6
7
8
9
10
77
88
5
6
7
8
9
10
77
88
4
5
6
7
8
9
10
77
88
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
Unie verantwoordelijk voor het bepalen van de rentetarieven in Nederland? Q37. Tenslotte, denkend aan klimaatverandering, in hoeverre is de Nederlandse regering verantwoordelijk voor het omgaan met klimaatverandering in Nederland? Q38. En in hoeverre is de Europese Unie verantwoordelijk voor het omgaan met klimaatverandering in Nederland?
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
Q39. Er zijn in Nederland diverse politieke partijen. Elk van die partijen zou graag uw stem willen krijgen. Wilt u voor elk van de volgende partijen zeggen hoe waarschijnlijk het is dat u ooit op die partij zult stemmen? U kunt dat doen met een cijfer op een schaal van 0 tot 10, waarbij 0 betekent dat het zeer onwaarschijnlijk is dat u ooit op die partij zult stemmen en 10 betekent dat het zeer waarschijnlijk is dat u ooit op die partij zult stemmen. U kunt alle tussenliggende cijfers ook gebruiken. INTERVIEWER: IN WILLEKEURIGE VOLGORDE ‐ BEGIN MET AFWISSELEN OP BASIS VAN DE ROTATIELIJST, MARKEER HET STARTPUNT VAN HET AFWISSELEN MET “R”, GA VERDER MET HET VOORLEZEN VAN DE ONDERDELEN VANAF HET ROTATIESTARTPUNT EN DAN OMLAAG ‐ ALLE ONDERDELEN VOORLEZEN Als u denkt aan [Partij X]: welk cijfer tussen 0 en 10 geeft het beste aan hoe waarschijnlijk het is dat u ooit op [Partij X] zult stemmen? De vraag wordt voor alle partijen op de lijst herhaald En (Partij Y): welk cijfer van 0 tot 10 geeft het beste aan hoe waarschijnlijk het is dat u ooit op (Partij Y) zult stemmen? Als de respondent een partij met code 88 niet kent “Ken de partij niet” of de respondent niet in staat is een partij te plaatsen, codeer dan 89 “Weet niet waar ik de partij moet plaatsen” Weet
a. PvdA b. CDA c. VVD d. D66 e. Groen Links f. Partij voor de Dieren (PvdD) g. ChristenUnie
Ken de partij niet
0 zeer onwaars chijnlijk
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 zeer waarsc hijnlijk
0 0 0 0 0
1 1 1 1 1
2 2 2 2 2
3 3 3 3 3
4 4 4 4 4
5 5 5 5 5
6 6 6 6 6
7 7 7 7 7
8 8 8 8 8
9 9 9 9 9
10 10 10 10 10
77 77 77 77 77
88 88 88 88 88
niet waar ik de partij moet plaatse n 89 89 89 89 89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
11
REF
h. SGP i. SP j. PVV (Wilders) k. Trots op Nederland TON (Verdonk)
0 0 0
1 1 1
2 2 2
3 3 3
4 4 4
5 5 5
6 6 6
7 7 7
8 8 8
9 9 9
10 10 10
77 77 77
88 88 88
89 89 89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
12
Q40‐Q45: Kunt u voor de volgende stellingen aangeven in hoeverre u het er mee eens of oneens bent? Het Europees Parlement houdt rekening met de belangen van Europese burgers Bent u het er ‘zeer mee eens’, ‘mee eens’, ‘niet eens, niet oneens’, ‘mee oneens’ of ‘zeer mee oneens’? [VOORLEZEN]
Q40. Het Europees Parlement houdt rekening met de belangen van Europese burgers Q41. U vertrouwt de instellingen van de Europese Unie Q42. Het is voor u heel belangrijk welke kandidaten een zetel winnen en afgevaardigde worden in het Europese Parlement. Q43. Het is voor u heel belangrijk welke politieke partij de meeste zetels heeft gewonnen in de Europese Parlementsverkiezingen. Q44. Het Nederlandse parlement houdt rekening met de belangen van de Nederlandse burgers Q45. Het is voor u heel belangrijk welke politieke partij de meeste zetels wint in de Nederlandse Tweede Kamerverkiezingen.
Q46:
0 links
Zeer mee eens
mee eens
niet eens, niet oneens
mee oneens
Zeer mee oneens
REF
WN
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
8
Als men het over politiek heeft, worden vaak de termen ‘links’ en ‘rechts’ gebruikt. Wat is Uw positie? Kunt u met een cijfer aangeven wat Uw eigen opvattingen zijn, met behulp van een schaal van 0 tot 10. Hierbij staat 0 voor links en 10 voor rechts. Welke getal beschrijft uw positie het best? 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 rechts
13
REF 77
WN 88
Q47.
Als we deze schaal hanteren, waar zouden naar uw idee de volgende politieke partijen dan geplaatst moeten worden? INTERVIEWER: IN WILLEKEURIGE VOLGORDE ‐ BEGIN MET AFWISSELEN OP BASIS VAN DE ROTATIELIJST, MARKEER HET STARTPUNT VAN HET AFWISSELEN MET “R”, GA VERDER MET HET VOORLEZEN VAN DE ONDERDELEN VANAF HET ROTATIESTARTPUNT EN DAN OMLAAG ‐ ALLE ONDERDELEN VOORLEZEN Hoe zit het met [Partij X]? Welk getal van 0 tot 10 beschrijft [Partij X] het beste? Hierbij staat 0 voor links en 10 voor rechts. De vraag wordt voor alle partijen op de lijst herhaald
En voor (Partij Y)? Als de respondent een partij met code 88 niet kent “Ken de partij niet” of de respondent niet in staat is een partij te plaatsen, codeer dan 89 “Weet niet waar ik de partij moet plaatsen”
a. PvdA b. CDA c. VVD d. D66 e. Groen Links f. Partij voor de Dieren (PvdD) g. ChristenUnie h. SGP i. SP j. PVV (Wilders) k. Trots op Nederland TON (Verdonk)
Weet Ken de niet partij waar ik niet de partij moet plaatse n 88 89 88 89 88 89 88 89 88 89
0 links
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 rechts
REF
0 0 0 0 0
1 1 1 1 1
2 2 2 2 2
3 3 3 3 3
4 4 4 4 4
5 5 5 5 5
6 6 6 6 6
7 7 7 7 7
8 8 8 8 8
9 9 9 9 9
10 10 10 10 10
77 77 77 77 77
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
0 0 0 0
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
6 6 6 6
7 7 7 7
8 8 8 8
9 9 9 9
10 10 10 10
77 77 77 77
88 88 88 88
89 89 89 89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
Q48. Wat vindt u van de economie op dit ogenblik? Hoe is volgens u de algemene economische toestand in ons land nu, vergeleken met 12 maanden geleden? [VOORLEZEN] 1 ‐ veel beter 2 ‐ iets beter 3 ‐ ongeveer hetzelfde 4 ‐ iets slechter of 5 ‐ veel slechter 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q49. En hoe verwacht u dat de algemene economische toestand in ons land over 12 maanden is? Is dat... [VOORLEZEN] 1 ‐ veel beter 2 ‐ iets beter 3 ‐ ongeveer hetzelfde
14
4 ‐ iets slechter of 5 ‐ veel slechter 7 ‐ [GEWEIGERD] 8. ‐ [WN] Q50. Denkend aan de afgelopen 12 maanden, is de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland veel beter, een beetje beter, ongeveer hetzelfde, een beetje slechter, of veel slechter is geworden? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ veel beter 2 ‐ iets beter 3 ‐ ongeveer hetzelfde 4 ‐ iets slechter 5 ‐ veel slechter 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q51. Denkend aan de afgelopen 12 maanden, is immigratie in Nederland veel toegenomen, een beetje toegenomen, ongeveer hetzelfde gebleven, een beetje afgenomen, of veel afgenomen? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ sterk toegenomen 2 ‐ iets toegenomen 3 ‐ ongeveer hetzelfde gebleven GA NAAR V53 4 ‐ iets afgenomen 5 ‐ sterk afgenomen 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V53 8 ‐ [WN] GA NAAR V53 [Indien V51: NIET ‘3’ OF ‘7’ OF ‘8’ IS] Q52.En is dit in Uw ogen een verbetering of een verslechtering? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ verbetering 2 ‐ verslechtering 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q53. Denkend aan de afgelopen 12 maanden, zijn de rentetarieven in Nederland veel toegenomen, een beetje toegenomen, ongeveer hetzelfde gebleven, een beetje afgenomen, of veel afgenomen? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ sterk toegenomen 2 ‐ iets toegenomen 3 ‐ ongeveer hetzelfde gebleven GA NAAR V55 4 ‐ iets afgenomen 5 ‐ sterk afgenomen 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V55 8 ‐ [WN] GA NAAR V55 [INDIEN V53: NIET ‘3’ OF ‘7’ OF ‘8’ IS] Q54. En is dit in Uw ogen een verbetering of een verslechtering? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ verbetering 2 ‐ verslechtering 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN]
15
Q55. Tenslotte, denkend aan de afgelopen 12 maanden, vindt u dat klimaatverandering in Nederland een veel groter probleem, een iets groter probleem, ongeveer hetzelfde, een iets kleiner probleem, of een veel kleiner probleem is geworden? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ veel groter probleem 2 ‐ iets groter probleem 3 ‐ ongeveer hetzelfde 4 ‐ iets kleiner probleem 5 ‐ veel kleiner probleem 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q56‐Q67. Ik lees u nu een aantal stellingen voor. Kunt u voor iedere stelling aangeven in hoeverre u het er mee eens of oneens bent? Bent u het er ‘zeer mee eens’, ‘mee eens’, ‘niet eens, niet oneens’, ‘mee oneens’ of ‘zeer mee oneens’? INTERVIEWER: IN WILLEKEURIGE VOLGORDE – BEGIN MET AFWISSELEN OP BASIS VAN DE ROTATIELIJST, MARKEER HET STARTPUNT VAN HET AFWISSELEN MET “R”, GA VERDER MET HET VOORLEZEN VAN DE ONDERDELEN VANAF HET ROTATIESTARTPUNT EN DAN OMLAAG– ALLE ONDERDELEN VOORLEZEN niet zeer zeer mee eens
eens, niet oneens
mee oneens
1
2
3
1
2
1
mee eens
Q56. Immigranten moeten verplicht worden zich aan te passen aan de Nederlandse gewoonten Q57. Zelfstandig ondernemen is de beste manier om de economische problemen van Nederland op te lossen Q58. Het homohuwelijk moet bij wet verboden worden Q59. Belangrijke nutsvoorzieningen en industrieën zouden staatseigendom moeten zijn. Q60. Vrouwen moeten zelf over abortus mogen beslissen Q61. De politiek moet niet ingrijpen in de economie Q62. Mensen die de wet overtreden zouden veel zwaardere straffen moeten krijgen dan nu gebruikelijk is. Q63. Inkomen en welvaart moeten herverdeeld worden ten gunste van gewone mensen. Q64. Scholen moeten kinderen aanleren om gezag te gehoorzamen. Q65. Veranderingen in EU verdragen moeten per referendum beslist worden Q66. Een vrouw moet bereid zijn minder betaald werk te gaan verrichten in het belang van haar gezin. Q67. Immigratie naar Nederland moet
mee oneens
REF
WN
4
5
7
8
3
4
5
7
8
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
1
2
3
4
5
7
8
16
beduidend verminderd worden.
Q68‐Q72. Nu zou ik u graag uw mening willen vragen over de invloed die de overheid en het beleid van de Europese Unie hebben gehad op een aantal onderwerpen in de afgelopen 12 maanden. [VOORLEZEN] Q68. Denkt u dat het beleid van de Nederlandse regering een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op de economische omstandigheden in Nederland? Q69. En denkt u dat het beleid van de Nederlandse regering een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland? Q70. En denkt u dat het beleid van de Nederlandse regering een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op het aantal immigranten dat naar Nederland komt? Q71. En denkt u dat het beleid van de Nederlandse regering een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op de rentetarieven in Nederland? Q72. Tenslotte, denkt u dat het beleid van de Nederlandse regering een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op klimaatverandering in Nederland?
positieve invloed
negatiev e invloed
geen invloed
REF
WN
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
Q73‐Q77. En nu kijkend naar de invloed van de Europese Unie, denkt u dat het beleid een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op...? [VOORLEZEN] Q73. de economische omstandigheden in Nederland? Q74. En denkt u dat het beleid van de Europese Unie een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland? Q75. En denkt u dat het beleid van de Europese Unie een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op het aantal immigranten dat naar Nederland komt? Q76. En denkt u dat het beleid van de Europese Unie een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op de rentetarieven in Nederland? Q77. Tenslotte, denkt u dat het beleid van de Europese Unie een positieve invloed, een negatieve invloed of geen invloed heeft gehad op klimaatverandering in Nederland?
positieve invloed 1
negatiev e invloed 2
geen invloed 3
1
2
1
REF
WN
7
8
3
7
8
2
3
7
8
1
2
3
7
8
1
2
3
7
8
Q78. In hoeverre hebt u belangstelling voor politiek? Is dat veel, tamelijk veel, niet zo veel of helemaal geen belangstelling? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ veel 2 ‐ tamelijk veel 3 ‐ niet zo veel 4 ‐ helemaal geen 7 ‐ [GEWEIGERD]
17
8 ‐ [WN] Q79. Vindt u het, in het algemeen gesproken, goed of slecht, of noch het één noch het ander, dat Nederland lid is van de Europese Unie? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ goed 2 ‐ slecht 3 ‐ noch goed, noch slecht 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q80.Sommige mensen vinden dat de Europese éénwording verder moet worden bevorderd. Anderen vinden dat die éénwording al te ver is doorgevoerd. Wat vindt u? Kunt u uw mening geven op een schaal van 0 tot 10 waarbij: 0 betekent dat de éénwording “te ver is doorgevoerd” 10 betekent dat de éénwording “verder bevorderd moet worden”. Met tussenliggende cijfers kunt u aangeven waar uw eigen mening tussen deze twee uitersten ligt. éénwording is te ver doorgevoerd
1
2
3
4
5
6
7
8
9
00
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10 éénwordin g moet verder bevorderd worden 10
REF
WN
77
88
Q81. En waar staan de verschillende politieke partijen op deze schaal? INTERVIEWER: IN WILLEKEURIGE VOLGORDE – BEGIN MET AFWISSELEN OP BASIS VAN DE ROTATIELIJST, MARKEER HET STARTPUNT VAN HET AFWISSELEN MET “R”, GA VERDER MET HET VOORLEZEN VAN DE ONDERDELEN VANAF HET ROTATIESTARTPUNT EN DAN OMLAAG– ALLE ONDERDELEN VOORLEZEN En voor wat betreft (Partij X)? Welk nummer van 0 tot 10 beschrijft (partij X) het beste, waarbij 0 betekent “is al te ver gegaan” en 10 betekent “moet zich meer inspannen”? De vraag wordt voor alle partijen op de lijst herhaald En voor wat betreft (Partij Y)? Als de respondent geen partij met code ‘88’ kent Kent de partij niet of als de respondent niet in staat is een partij te plaatsen, codeer dan ‘89’ “Weet niet waar de partij moet worden geplaatst”. REF Ken de Weet 10
a. PvdA b. CDA c. VVD d. D66
0 éénwordi ng is te ver doorgev oerd
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0 0 0 0
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
6 6 6 6
7 7 7 7
8 8 8 8
9 9 9 9
18
partij niet
éénwo rding moet verder bevord erd worde n 10 10 10 10
77 77 77 77
88 88 88 88
niet waar de partij moet worde n geplaat st 89 89 89 89
e. Groen Links f. Partij voor de Dieren (PvdD) g. ChristenUnie h. SGP i. SP j. PVV (Wilders) k. Trots op Nederland TON (Verdonk)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
0 0 0 0
1 1 1 1
2 2 2 2
3 3 3 3
4 4 4 4
5 5 5 5
6 6 6 6
7 7 7 7
8 8 8 8
9 9 9 9
10 10 10 10
77 77 77 77
88 88 88 88
89 89 89 89
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
77
88
89
Q82.Ziet u uzelf als .. [VOORLEZEN] 1 ‐ alleen Nederlands 2 ‐ Nederlands en Europees 3 ‐ Europees en Nederlands 4 ‐ alleen Europees 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q83.In het algemeen, vindt u uitbreiding van de Europese Unie een goede zaak, een slechte zaak, of noch goed noch slecht? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ een goede zaak 2 ‐ een slechte zaak 3 ‐ noch goed, noch slecht 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q84. Hoe tevreden bent u over het algemeen over de wijze waarop de democratie in Nederland functioneert? Bent u [VOORLEZEN] 1 ‐ zeer tevreden 2 ‐ tamelijk tevreden 3 ‐ niet erg tevreden of 4 ‐ helemaal niet tevreden 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q85. En hoe tevreden bent u over de wijze waarop de democratie in de Europese Unie functioneert? [VOORLEZEN] 1 ‐ zeer tevreden 2 ‐ tamelijk tevreden 3 ‐ niet erg tevreden of 4 ‐ helemaal niet tevreden 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q86. Terugkomend op Nederland. Wat vindt u van het regeringsbeleid tot nu toe? Keurt u dat in het algemeen goed of keurt u dat af? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ keur ik goed 2 ‐ keur ik af 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN]
19
Q87. Is er één bepaalde politieke partij waar u meer voor voelt dan voor andere partijen? Zo ja, welke partij is dat? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: als de respondent een gecombineerde lijst/coalitie kiest (van twee of meer partijen) en de partijen op die gecombineerde lijst worden afzonderlijk in de antwoordopties opgenomen, vraag dan of de respondent de voorkeur zou geven aan één van die partijen in het bijzonder en, zo ja, codeer de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 00 ‐ nee, voelt zich met geen enkele partij verbonden GA NAAR Q89: 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk) 20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR Q89: 88 ‐ [WN] GA NAAR Q89: Q88. Hoe sterk voelt u zich met die partij verbonden? Zeer sterk, tamelijk sterk of bent u alleen een sympathisant? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ zeer sterk 2 ‐ tamelijk sterk 3 ‐ alleen sympathisant 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] 9 ‐ [N.v.t.]
20
[als de respondent zich niet verbonden voelt met een partij (V87: 0 of V87: = WN of geweigerd)] Q89. Is er één bepaalde politieke partij waar u zich meer mee verbonden voelt dan met andere politieke partijen? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ ja 2 ‐ nee Ga naar V91 7 ‐ [GEWEIGERD] Ga naar V91 8 ‐ [WN] Ga naar V91 9 ‐ [N.v.t.] Ga naar V91 [INDIEN Q89: = JA] Q90. Welke partij is dat? [ANTWOORD MET OPEN EINDE, NIET VOORLEZEN, SLECHTS ÉÉN ANTWOORD IS MOGELIJK] INTERVIEWER: als de respondent een gecombineerde lijst/coalitie kiest (van twee of meer partijen) en de partijen op die gecombineerde lijst worden afzonderlijk in de antwoordopties opgenomen, vraag dan of de respondent de voorkeur zou geven aan één van die partijen in het bijzonder en, zo ja, codeer de afzonderlijke partij in plaats van de lijst. 01 ‐ PvdA 02 ‐ CDA 03 ‐ VVD 04 ‐ D66 05 ‐ Groen Links 06 ‐ Partij voor de Dieren (PvdD) 07 ‐ ChristenUnie 08 ‐ SGP 09 ‐ SP 10 ‐ PVV (Wilders) 11 ‐ Trots op Nederland TON (Verdonk) 20 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] Q91. Hoeveel vertrouwen hebt u er in dat beslissingen van de Europese Unie in het belang van Nederland zijn? [VOORLEZEN] 1 ‐ heel veel vertrouwen 2 ‐ redelijk veel vertrouwen 3 ‐ Niet zo veel of 4 ‐ helemaal geen vertrouwen 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q92‐Q98. Dan volgen nu een paar vragen over de Europese gemeenschap en Nederland. Bij deze vragen lees ik u een aantal stellingen voor. Kunt u mij voor elke stelling aangeven of deze volgens u waar of niet waar is? Als u het niet weet kunt u dat ook gewoon zeggen, dan gaan we verder met de volgende stelling. INTERVIEWER: IN WILLEKEURIGE VOLGORDE – BEGIN MET AFWISSELEN OP BASIS VAN DE ROTATIELIJST, MARKEER HET STARTPUNT VAN HET AFWISSELEN MET “R”, GA VERDER MET HET VOORLEZEN VAN DE ONDERDELEN VANAF HET ROTATIESTARTPUNT EN DAN OMLAAG– ALLE ONDERDELEN VOORLEZEN
waar
Q92. Zwitserland is lid van de Europese Unie Q93. De Europese Unie heeft 25 lidstaten
1 1
21
niet waar 2 2
REF
WN
7 7
8 8
Q94. Ieder land in de Europese Unie kiest het zelfde aantal afgevaardigden voor het Europees Parlement Q95. Iedere 6 maanden wordt een andere lidstaat voorzitter van de Raad van Ministers van de Europese Unie. Q96. De Nederlandse minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is Ronald Plasterk Q97. Nederlandse burgers moeten 25 jaar of ouder zijn als ze als kandidaten willen meedoen in de verkiezingen voor de Tweede Kamer. Q98. De Nederlandse Tweede Kamer heeft 225 leden.
1
2
7
8
1
2
7
8
1
2
7
8
1
2
7
8
1
2
7
8
Q99. Bent u of is iemand anders in uw huishouden lid van een vakbond? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ ja, ik ben zelf lid 2 ‐ ja, iemand anders in mijn huishouden is lid 3 ‐ ja, ik ben zelf lid en iemand anders in mijn huishouden is ook lid 4 ‐ nee, niemand is lid van een vakbond 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q100. Hoe oud was u toen u uw schoolopleiding of studie beëindigde? [OPEN EINDE] [_] [_] (Leeftijd in jaren (2 cijfers)) 98 ‐ ik studeer nog 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] Q101. Wat is het hoogste niveau van onderwijs dat U voltooid hebt? INTERVIEWER: ‘voltooid’ betekent dat men een diploma of een certificaat heeft behaald, of dat men een examen heeft voltooid. [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] [SLECHTS ÉÉN ANTWOORD MOGELIJK] INTERVIEWER: overleg met respondent om de code te bevestigen. 01 ‐ Lagere school niet voltooid [A] 02 ‐ Lagere school [B] 03 ‐ Lbo, vbo, leao, lts, ambachtsschool, huishoudschool, lhno, vmbo (niveaus 1‐3; basisberoepsgericht, kaderberoepsgericht, gemengd) [C] 04 ‐ Mulo, ulo, mavo, vmbo (niveau 4; theoretische leerweg) [D] 05 ‐ Kmbo, leerlingwezen, mbo, meao, mts (duur < 2 jaar) [E] 06 ‐ Leerlingwezen, mbo, meao, mts (duur 2‐4 jaar) [F] 07 ‐ Leerlingwezen, mbo, meao, mts (4‐jarig) [G] 08 ‐ MBO‐plus [H] 09 ‐ Mms, msvm, havo [I] 10 ‐ Hbs, vwo, atheneum, gymnasium [J] 11 ‐ Hbo, kweekschool, conservatorium, MO‐acten [K] 12 ‐ WO bachelor [L] 13 ‐ WO master, WO doctoraal, technisch‐economische hogeschool oude stijl [M] 14 ‐ Promotie‐onderzoek [N] 71 ‐ [OVERIGE, SPECIFICEREN]: ____________________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN]
22
VRAAG ALLEN Q102. Bent u [VOORLEZEN] 1 ‐ man 2 ‐ vrouw 7 ‐ [GEWEIGERD] Q103. In welk jaar bent u geboren? [OPEN EINDE] [_] [_][_] [_] (Noteer geboortejaar (4 cijfers)) 7777 ‐ [GEWEIGERD] Q104. Zijn allebei uw ouders geboren in Nederland? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ ja GA NAAR Q108 2 ‐ nee 7 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR Q108 8 ‐ [WN] GA NAAR Q108 [INDIEN Q104: = 2 NEE:] [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] Q105. In welk land is uw moeder geboren? _______________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] [INDIEN Q104: = 2 NEE:] [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] Q106. In welk land is uw vader geboren? _______________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] [INDIEN Q104: = 2 NEE:] [OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] Q107. In welk land bent u geboren? _______________________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] VRAAG ALLEN Q108. In dit land beschouwen veel mensen zichzelf als Nederlands, terwijl anderen dat niet doen. Hoe is dat bij u? Beschouwt u zichzelf als Nederlands, of hebt u het gevoel dat u bij een andere groep hoort? Of ziet u zichzelf misschien zowel als Nederlands als ook als lid van deze andere groep? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ Ik beschouw mijzelf uitsluitend als Nederlands 2 ‐ lk hoor bij een andere groep, namelijk [WOORDELIJK OPSCHRIJVEN]:_________ 3 ‐ Ik ben Nederlands, maar ik hoor ook bij een andere groep, namelijk [WOORDELIJK OPSCHRIJVEN]:_________ 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN]
23
9 ‐ [N.v.t.] Q109. Wat is uw burgerlijke staat op dit moment? [VOORLEZEN] 1 ‐ Getrouwd 2 ‐ Niet getrouwd, samenwonend met partner 3 ‐ Weduwe/weduwnaar 4 ‐ Gescheiden 5 ‐ Gescheiden van tafel en bed 6 ‐ Alleenstaand 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q110. Bent u werkzaam in beroep of bedrijf? Bent u: [VOORLEZEN] 01 ‐ zelfstandige 02 ‐ in loondienst 03 ‐ schoolgaand, volgt nog een opleiding GA NAAR V112 04 ‐ werkzaam in het huishouden GA NAAR V112 05 ‐ in militaire dienst GA NAAR V112 06 ‐ gepensioneerd 07 ‐ werkloos 08 ‐ overig GA NAAR V112 77 ‐ [GEWEIGERD] GA NAAR V112 88 ‐ [WN] GA NAAR V112 INDIEN Q110: = ZELFSTANDIGE, IN LOONDIENST, WERKELOOS of GEPENSIONEERD Q111. In welke sector bent/was u werkzaam? [VOORLEZEN] 01 ‐ landbouw, veeteelt, tuinbouw, visserij 02 ‐ (semi‐)overheids productiebedrijven 03 ‐ productiebedrijven in de private sector 04 ‐ overige (semi)overheidsdienst 05 ‐ private dienstverlening 06 ‐ anders 66 ‐ [HEEFT NOOIT GEWERKT] 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] Q112. INDIEN ANTWOORD OP V110 = ZELFSTANDIG ONDERNEMER, IN LOONDIENST, VRAAG DAN: INDIEN HET ANTWOORD OP Q110 = MILITAIRE DIENST en RESPONDENT IS BEROEPSMILITAIR, VRAAG En waar houdt u zich in uw huidige werk voornamelijk mee bezig? INDIEN HET ANTWOORD OP Q110 = WERKZAAM IN HET HUISHOUDEN, MILITAIRE DIENST*, GEPENSIONEERD OF WERKLOOS (CODE 04, 05, 06, OF 07), VRAAG: *INDIEN HET ANTWOORD OP Q110 = MILITAIRE DIENST en RESPONDENT VERVULT VERPLICHTE DIENSTPLICHT, VRAAG: En waar hield u zich in uw vorige werk voornamelijk mee bezig?
24
[OPEN ANTWOORD DAT WOORDELIJK MOET WORDEN GEREGISTREERD] NOTEER SVP VOLLEDIG, ZO NAUWKEURIG MOGELIJK NOTEREN, GEBRUIK GEEN AFKORTINGEN ed. Indien R enkel de naam van zijn/haar functie vermeldt, vraag “en wat zijn precies uw dagelijkse bezigheden in deze baan?” Q113. Als er TELEFONISCH wordt geïnterviewd: interviewer moet coderen op basis van Q112. INTERVIEWER: overleg met respondent om de code te bevestigen. [OPEN EINDE MET VOORGECODEERDE ANTWOORDEN] [SLECHTS ÉÉN ANTWOORD MOGELIJK] Even voor de duidelijkheid, zei u dat uw laatste baan [NAME OF THE CODE ASSIGNED] was? Indien de interviewmanier anders is dan TELEFONISCH: Welke omschrijving geeft het beste weer wat voor werk u doet? INTERVIEWER: indien gepensioneerd/werkloos/werken in het huishouden/respondent vervult verplichte militaire dienst, vraag: “noteer een categorie voor de laatste baan” [INTERVIEWER: overleg met respondent om de code te bevestigen.] 01 ‐ Wetenschappelijk/vakspecialistisch beroep (bijvoorbeeld, dokter, leraar, ingenieur, kunstenaar, accountant) 02 ‐ Hoger leidinggevend beroep (bijvoorbeeld bankier, directeur in groot bedrijf, hogere ambtenaar, vakbondsvertegenwoordiger) 03 ‐ Administratief beroep (bijvoorbeeld: secretariaatsmedewerker, kantoorbediende, office manager, boekhouder) 04 ‐ Commercieel beroep (bijvoorbeeld: sales manager, winkeleigenaar, winkelbediende, verzekeringsagent) 05 ‐ Dienstverlenend beroep (bijvoorbeeld: eigenaar van een restaurant, politieagent, kelner, verpleegkundige, verzorgende, kapper, leger) 06 ‐ Geschoolde arbeider (bijvoorbeeld: ploegbaas, automonteur, drukker, gereedschapsmaker, elektricien) 07 ‐ Half geschoolde arbeider (bijvoorbeeld: metselaar, buschauffeur, timmerman, metaalbewerker, bakker) 08 ‐ Ongeschoolde arbeider (bijvoorbeeld: handarbeider, fabrieksarbeider) 09 ‐ Landbouw arbeider (bijvoorbeeld: landarbeider, tractor bestuurder, visser) 10 ‐ Zelfstandige boer, zelfstandige visser, manager boerderij 11 ‐ Schoolgaand, volgt nog opleiding 12 ‐ Nooit een baan gehad. 66 ‐ [HEEFT NOOIT GEWERKT] 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] 99 ‐ [N.v.t.] Q114. Als u zich zelf zou moeten plaatsen in een van de volgende categorieën, waar hoort u dan het meest in thuis? De arbeiders klasse, lagere midden klasse, midden klasse, hogere midden klasse of de hogere klasse? [NIET VOORLEZEN] 1 ‐ arbeiders klasse
25
2 ‐ lagere midden klasse 3 ‐ midden klasse 4 ‐ hogere midden klasse 5 ‐ hogere klasse 6 ‐ [anders] 7 ‐ [weigert zich the classificeren] 8 ‐ [WN] Q115. Bent u van mening dat u woont in een [VOORLEZEN] 1 ‐ landelijk gebied of dorp 2 ‐ kleine of middelgrote stad 3 ‐ buitenwijken van een grote stad 4 ‐ Grote stad of plaats? 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q116. Hoe lang woont u al in uw huidige woonplaats? [OPEN EINDE] _____ jaar 777 ‐ [GEWEIGERD] 888 ‐ [WN] Q117. Beschouwt u zich zelf als behorend tot een bepaalde religie? En zo ja, tot welke? [OPEN EINDE MET CODERING VOORAF] INTERVIEWER: Code 0 indien de respondent tot geen enkele religie behoort 0 ‐ nee, geen religie En zo ja, tot welke? 1 ‐ Rooms‐Katholiek 2 ‐ Protestants 3 ‐ Orthodox (Russisch/Grieks/etc.) 4 ‐ Joods 5 ‐ Moslim, Islamitisch 6 ‐ Hindoe 7 ‐ Boeddhistisch 8 ‐ Anders [WOORDELIJK OPSCHRIJVEN]:_____________ 77 ‐ [GEWEIGERD] 88 ‐ [WN] Q118. Afgezien van speciale gelegenheden zoals huwelijken en begrafenissen, hoe vaak gaat u tegenwoordig naar religieuze diensten? [VOORLEZEN] 1 ‐ meerdere keren per week 2 ‐ eens per week 3 ‐ ten minste eenmaal per maand 4 ‐ een aantal keren per jaar 5 ‐ eens per jaar of minder, 6 ‐ nooit 7 ‐ [GEWEIGERD] 8 ‐ [WN] Q119. Ongeacht of u zichzelf nu wel of niet als lid van een bepaald geloof of kerkgenootschap beschouwt, hoe gelovig vindt u dat u bent?
26
Op een schaal van 0 tot 10, waarbij 0 “Helemaal niet gelovig” betekent en 10 “Heel erg gelovig” betekent, waar zou u uzelf dan plaatsen? 0 Helemaal niet gelovig 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 Heel erg gelovig 10
REF 77
WN 88
Q120. Alles bij elkaar, op welk niveau bevindt zich de levenstandaard van uw gezin ongeveer? U kunt antwoorden door een cijfer van 1 tot 7 te kiezen. 1 betekent een arm gezin, 7 een rijk gezin. De overige cijfers zijn voor niveaus daartussen. INTERVIEWER: refereert aan de eigen gezins/familiesituatie van de respondent (partner en/of kinderen) indien de respondent vrijgezel (single) is, dan refereren aan de eigen levensstandaard van de respondent 1 arm gezin
2
3
4
5
6
7 rijk gezin
REF
1
2
3
4
5
6
7
77
27
WN 88