vra2005szw-09 30 300 XV
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2006
Nr.
VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN Vastgesteld De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden. De voorzitter van de commissie, Smits De griffier van de commissie, Nava
NDS12854 0506tkndsvra2005szw-09
1
1 Kunnen de activiteiten van de Taskforce Jeugdwerkloosheid nader worden toegelicht? 2 Waarom ontbreken in de begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid 2006 gegevens over de budgetflexibiliteit? Neemt de minister het budgetrecht van de Kamer niet serieus of valt er iets te verbergen? Kan de Kamer er op vertrouwen dat het achterhouden van informatie over de budgetflexibiliteit een betreurenswaardig incident is en in de toekomst nooit meer voor zal komen? 3 Kan alsnog een overzicht van de budgetflexibiliteit per beleidsartikel worden verstrekt, dus inclusief informatie over complementair noodzakelijke uitgaven, bestuurlijk (maar niet juridisch) gebonden uitgaven, beleidsmatige reserveringen en beleidsmatig vrije bedragen? 4 Kan volgend jaar naast schema’s over de begrotingsontvangsten/begrotingsuitgaven 2006 ook op dezelfde pagina schema’s over de begrotingsontvangsten/begrotingsuitgaven 2005 gepresenteerd worden (30 300 XV, nr. 1)? 5 Wat zijn precies de afspraken die de EU- lidstaten hebben gemaakt over het elkaar aanspreken op structurele hervormingen van het nationale beleid in het kader van de Lissabonstrategie (30 300 XV, nr. 2)? 6 Hoeveel gemeenten gaan in de regel op huisbezoek bij de aanvragers van een bijstandsuitkering voordat deze uitkering wordt toegekend? 7 Welk gedeelte van de daling van de administratieve lasten op SZW-gebied slaat neer bij het midden- en kleinbedrijf en welk gedeelte bij het grootbedrijf? Hoe verhoudt deze verhouding zich tot de verdeling van totale administratieve lasten over midden- en kleinbedrijf enerzijds en grootbedrijf anderzijds? Hoe verhoudt deze zich tot het gewicht van deze twee groepen bedrijven in de totale economie? 8 Behoort tot het maatwerk dat uitvoeringsorganisaties moeten leveren ook een vrijstelling van de sollicitatieplicht voor WW-ers die binnen één of twee weken kunnen beginnen in een nieuwe baan en die voor die nieuwe baan al een arbeidscontract hebben getekend? Zo neen, hoe kan er dan voor worden gezorgd dat dit maatwerk wel kan worden geleverd? 9 Hoe is de 2,5 miljard ter verbetering van het koopkrachtbeeld verdeeld over verschillende inkomensgroepen? Hoeveel hiervan komt ten goede aan elk van de volgende huishoudgroepen (samen alle huishoudens van Nederland): • alleenstaande tot 65 jaar, inkomen tot modaal, inkomen boven modaal; • alleenstaande 65 jaar en ouder, tot €5000 pensioen, meer dan € 5000 pensioen; • (echt)paar zonder. kinderen, hoofdkostwinner tot 65 jaar, inkomen tot modaal, inkomen een tot twee keer modaal, boven twee keer modaal; • (echt)paar zonder kinderen, hoofdkostwinner 65 jaar en ouder, tot € 10 000 pensioen, meer dan € 10 000 pensioen;
2
• • • • •
(echt)paar met uitsluitend minderjarige kinderen, inkomen tot modaal, inkomen een tot twee keer modaal, boven twee keer modaal; (echt)paar met minstens één meerderjarig. kind, inkomen tot modaal, inkomen een tot twee keer modaal, boven twee keer modaal; eenoudergezin met uitsluitend minderjarige kinderen, inkomen tot 120% WML, 120% WML tot modaal, boven modaal; eenoudergezin met minstens één meerderjarig. kind, inkomen tot 120% WML, 120% WML tot modaal, boven modaal; overig meerpersoonshuishouden?
10 Kan inzichtelijk worden gemaakt wat nu precies de economische prestaties zijn van de andere EU-landen? 11 Kan inhoudelijk worden gereageerd op het voorstel van het CNV om iedereen er netto minimaal 500 euro op vooruit te laten gaan in 2006? 12 Heeft de regering zicht op het aantal kinderen dat opgroeit in armoede? Is het aantal kinderen dat opgroeit bij ouders met een inkomen op of rond het minimum gedaald of toegenomen in vergelijking met 2002? 13 Welke verantwoordelijkheid ziet de regering voor zichzelf als het om scholing en onderwijs gaat voor middelbare en oudere werknemers en herintreders? Wie financiert die scholing? Wat zijn de uitgaven aan om her en bijscholingscijfers van vergelijkbare Europese landen in percentage van de beroepsbevolking? Welke deel wordt daar door de overheid betaald? 14 Wordt met de opmerking dat bedrijven er behoefte aan hebben hun personeelsbestand zonder hoge kosten te kunnen aanpassen aan veranderende omstandigheden bedoeld dat deze kosten nu in Nederland te hoog zijn? Wat acht de regering een acceptabel niveau, rekening houdend met scholingsbeslissingen en de onwenselijkheid van afwenteling van kosten op de samenleving? 15 Wat zijn de cijfers van de sluitende aanpak voor de WWB en de WW? Welke percentage wordt binnen één jaar voorzien van een traject? Waarom is de beloofde 100% nog steeds niet gehaald? 16 Wat was het aantal WWB-ers per 1 oktober 2003, 1 oktober 2004 en 1 oktober 2005, geteld volgens een exact dezelfde systematiek? 17 Wat was het aantal alleenstaande ouders per 1 oktober 2003, 1 oktober 2004, 1 oktober 2005 in de WWB, geteld volgens dezelfde systematiek? 18 Wat was het aantal IOAW-ers en IOAZ-ers per 1 oktober van de jaren 2003, 2004 en 2005? 19 Wat was het aantal WW-ers per 1oktober 2003, 2004 en 2005?
3
20 Wat was het aantal WW-ers ouder dan 57 jaar dat in de periode van 1 oktober 2003 tot 1 oktober 2004 en in de periode van 1 oktober 2004 tot 1 oktober 2005 het werk hervatte na werkloosheid? Welke percentage van de werklozen het een leeftijd tot 64 jaar betrof deze groep voor beide jaren? 21 Wat is de verklaring voor het achterblijven van de instroom in de WWB in vergelijking met de werkloosheidscijfers? Waar zijn deze mensen gebleven? Hebben zij werk? Lenen zij voor het levensonderhoud? 22 Worden mensen in «Work-first-projecten» geregistreerd als WWB-gerechtigde? Zo neen, waarom niet? Zo ja, om hoeveel mensen gaat het en wat is de prognose voor 2006? 23 Wat zijn de resultaten van het project om Nederlandse uitkeringsgerechtigden aan de slag te krijgen in de tuinbouw? 24 Wat zijn de prognoses voor de migratie van Bulgaarse en Roemeense arbeidskrachten (inclusief zelfstandigen zonder personeel) naar Nederland als de EU een associatieverdrag met deze landen sluit? 25 Hoeveel mensen worden jaarlijks uit huis gezet ten gevolge van betalingsachterstanden voor huur, water, licht of gas? Hoe vaak zijn daarbij minderjarige kinderen betrokken? Is sprake van een stijgende tendens? 26 Kan een aantal rekenvoorbeelden worden gegeven voor verschillende inkomensgroepen wat betreft de gevolgen van de armoedeval? 27 Heeft de Arbeidsinspectie wel eens onderzoek gedaan naar oplichtingspraktijken door bemiddelingsorganisaties voor thuiswerk? Zo neen, waarom niet? 28 Hoeveel jeugdwerklozen telt Nederland thans? Hoeveel jongeren zijn sinds de oprichting van de Taskforce jeugdwerkloosheid ingestroomd in de jeugdwerkloosheid? Hoeveel jongeren zijn uitgestroomd? Wat is de bijdrage van de Taskforce geweest aan dit laatste aantal? 29 Waar is de doelstelling gebleven dat het werkloosheidspercentage onder jongeren niet hoger mag zijn dan het dubbele van het totale werkloosheidspercentage? 30 Kan het beleid betreffende de voorlichting over de levensloopregeling in detail worden toegelicht? 31 Kan meer worden ingegaan op het leidende principe dat zal gaan gelden dat in de keten van werk en inkomen elk gegeven maar eenmaal aan een burger wordt gevraagd? Wanneer wordt de Kamer hierover geinformeerd?
4
32 Is het voornemen nog altijd om de administratieve lasten voor burgers met een kwart te verminderen, conform het hoofdlijnenakkoord? Wordt voor de nulmeting 2002 of 2003 als basisjaar gehanteerd? 33 Aan welke arboconvenanten heeft het ministerie van SZW in 2005 meegewerkt en aan welke convenanten is het ministerie van plan in 2006 mee te werken? 34 Waarom bevat de Miljoenennota (blz. 42) een strengere doelstelling voor de arbeidsparticipatie van ouderen dan de begroting van het ministerie van SZW? 35 De doelstelling van ouderen wordt al in 2005 gehaald. Toch kondigt de minister van SZW nu onder het kopje «maatregelen» hervorming van de WW aan. Moeten uit het feit dat hervormingen WW worden aangekondigd, worden geconcludeerd dat doelstelling voor de arbeidsparticipatie niet ambitieus genoeg zijn? Zo ja, welke doelstelling zou de regering dan wel willen hanteren? Zo neen, waarom zijn dan extra maatregelen nodig? 36 Waarom komt de doelstelling voor arbeid en zorg in de SZW-begroting niet overeen met die in de Miljoenennota (blz. 42)? Wat is de essentie van het verschil tussen de twee doelstellingen? Wat wordt bedoeld «bevorderen met 25%»? 37 Wat is de kostprijs van een gemiddelde WWB-uitkering in de jaren 2002, 2003, 2004? Wat is de raming van 2005 en 2006? 38 Op grond van welke realisatiecijfers cijfers in geld en in aantallen wordt een daling van de kosten van het I-deel van de WWB geraamd? 39 Wat waren de realisatiecijfers van de WWB in geld en in aantallen van 2003, 2004? Wat zijn de raming voor 2005 en 2006? Kan daarbij een analyse van de verschillen worden gegeven? 40 Welke ambities en streefwaarden heeft de regering bij de genoemde prestatie-indicatoren (armoedevalcijfers, werkloosheidsval, herintredersval, marginale druk)? 41 Kan de regering inzicht geven in de externe factoren die invloed hebben op de koopkrachtontwikkeling? 42 Wanneer is er sprake van een zo gelijkmatig mogelijk over de verschillende inkomensgroepen gespreide inkomensontwikkeling? Wat zijn de onder- en bovengrenzen?
5
43 Kan de conclusie van het SCP in de «De sociale staat van Nederland 2005» worden bevestigd dat, sinds het aantreden van het kabinet Balkenende-1, de maatschappelijke ongelijkheid is toegenomen? Wordt deze ongelijkheid groter of kleiner door de kabinetsplannen voor 2006? 44 Hoeveel voedselbanken zijn er actief in Nederland? Hoeveel gezinnen maken naar schatting gebruik van de dienstverlening van de voedselbanken? 45 Kan de regering een overzicht verstrekken van de koopkrachtontwikkeling in omringende landen, zoals België, Duitsland, Engeland en Frankrijk over het begrotingsjaar min 3 en plus één? 46 Wat zijn de standaardkoopkrachteffecten voor de groepen genoemd in tabel 21.1, zoals die zijn gerealiseerd in de jaren 2003 en 2004 en zoals die worden verwacht voor 2005? Wat is de som van de standaardkoopkrachteffecten voor deze groepen over de jaren 2003–2006? 47 Hoe wordt de hoogte van het modale inkomen bepaald? En wat is de hoogte van het modale inkomen in de jaren sinds 2003? 48 Wat zijn de standaard koopkrachteffecten voor 2003, 2004 en 2005, en de te verwachten koopkrachteffecten voor 2007? 49 Hoeveel alleenstaande ouders ontvangen een bijstandsuitkering? Hoeveel van hen zijn vrijgesteld van de sollicitatieplicht? 50 Kan de regering een overzicht verschaffen van verregaande maatregelen die leiden tot een substantiële verbetering van de armoedeval (stijging van inkomen bij verkrijgen van werk van minimaal 10%) met daarbij gemotiveerd de wenselijkheid of de onwenselijkheid om deze maatregelen uit te voeren? 51 Welke factoren zijn van invloed op de armoedeval? Veroorzaken deze factoren een positief of negatief effect? 52 Wat is de hoogte van «minimumplus»? 53 Kan de Kamer een afschrift krijgen van het antwoord van de minister op de brief van CISA van 18 september 2005? 54 Kan een grafiek worden opgesteld met op de Y-as het besteedbaar inkomen en op de X-as het bruto-inkomen voor: • een alleenverdiener met kinderen; • en voor de volgende groepen tweeverdieners (analoog aan de indeling in tabel op blz. 33); • de partner van een hoofdverdiener met minimumloon;
6
• •
de partner van een hoofdverdiener met minimumplus; de partner van een hoofdverdiener met modaal.
55 Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de invulling van de motie-Omtzigt (29 764 nr. 26)? 56 Wat is de stand van zaken over de ontwikkeling en implementatie van de NEN-norm? Wanneer zou met dit systeem in de praktijk gewerkt kunnen worden? Wat is de houding van de regering ten opzichte van dit initiatief van de branche? 57 Noopt de conclusie van de Arbeidsinspectie dat 15 procent van gecontroleerde uitzendbureaus zich schuldig maakt aan illegale arbeid tot nadere maatregelen? Kent de regering het standpunt van de ABU hierover? Zo ja, wat is haar opvatting? 58 Hoe wordt de controlecapaciteit van de Arbeidsinspectie ingedeeld wanneer de NEN-norm wordt ingevoerd? 59 De regering ziet af van een aantal maatregelen omdat de Tweede Kamer het idee van een exploitatievergunning heeft afgewezen. Gaat de regering deze maatregelen wel nemen als de NEN-norm wordt ingevoerd 60 Hoe zit het met de implementatie van «naming-and-shaming» van werkgevers die illegaal vreemdelingen te werk stellen? 61 Wat zijn de indicatoren voor sociaal isolement? Hoeveel mensen bevonden zich in 2004 en 2005 in een sociaal isolement? Wat is de streefwaarde voor 2006? 62 Kan van de verschillende doelgroepen in het arbeidsmarktbeleid (jongeren, ouderen, vrouwen, arbeidsgehandicapten en minderheden) inzichtelijk worden gemaakt wat de streefcijfers zijn voor hun arbeidsparticipatie in 2006 en 2006, en wat hun feitelijke participatie is in de jaren 2000 tot en met 2005? 63 Kan de regering toelichten wat zij verwacht als resultaat uit de duale trajecten ten aanzien van leren en werken? Welke bijdrage levert het ministerie van OCW aan de projectdirectie? 64 Hoe is de verdeling van het extra budget van € 19,8 miljoen voor stimulering van arbeidsparticipatie over de verschillende doelgroepen (jeugd, ouderen, vluchtelingen en allochtonen)? 65 Waarom zijn in tabel 22.1 de juridische verplichte uitgaven voor 2006 98% en voor de daarop volgende jaren 0%?
7
66 Is arbeidsbemiddeling een dienstverlening is die geleverd moet worden aan werkzoekenden? Zo ja, is de relatie tot de wettelijke taken en hoe dient het CWI hier invulling aan te geven? 67 Waarop gaat het BKWI bezuinigen (€ 0,5 miljoen) in 2006 en 2007 (€ 0,7 miljoen)? 68 Waarom wordt «het niveau en aanpassing van het wettelijk minimumloon» als instrument voor beheersing van de ontwikkeling van arbeidskosten genoemd? 69 Zijn er inmiddels realisatiecijfers over 2004 (operationele doelstelling 2, artikel 22) beschikbaar? Graag ook ten aanzien van indicatoren bij andere artikelen? 70 Kan een overzicht worden gegeven van de aantallen schoolverlaters zonder startkwalificaties (MBO2) en zonder beroepskwalificatie (MBO1) over de afgelopen jaren? 71 Waarom is het streven van 2005 en 2006 voor de toename van de beroepsbevolking met een startkwalificatie (50 000) lager dan de realisatie van 2003 (71 000)? 72 Kan een overzicht worden gegeven van de fiscale uitgaven voor WVA-onderwijs voor de periode 2004–2008? Hoeveel werkgevers maken gebruik van WVA-onderwijs? En hoeveel werknemers? 73 Zijn er indicatoren waaruit blijkt dat bedrijven en werknemers ook daadwerkelijk de vermindering van de administratieve lasten voelen? 74 Waarom zijn geen indicatoren bij de activiteit «stimuleren innovatie, scholing en onderwijs» (operationele doelstelling 1, beleidsartikel 22) opgenomen? En waarom wordt dit wel als een activiteit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gezien? 75 Kan een overzicht worden verstrekt van de totale werkgeverslasten voor een werknemer die het minimumloon ontvangt? Welke belastingen en premies worden geheven, en op welke belastingkortingen kan deze werknemer aanspraak maken? Hoe groot is het verschil, de «wig», tussen werkgeverslasten enerzijds en nettoloon anderzijds? 76 Ontwikkelt de omvang van de wig zich precies volgens de planning? Welke concrete maatregelen moeten in welke mate bijdragen aan verlaging van 44,1% in 2004 naar 42,5% in 2005?
8
77 Welke instrumenten kan de regering inzetten om de wig verder te verkleinen en welke van deze instrumenten wil de regering gaan gebruiken? Kan dan worden aangegeven waarom bepaalde instrumenten niet worden als dat het geval is? 78 Hoeveel vluchtelingen zijn er in totaal die aan het werk geholpen moeten worden? En hoeveel van deze vluchtelingen behoren tot de doelgroep hoog opgeleid? 79 Waarom zijn er geen streefcijfers voor 2006 voor de arbeidsparticipatie van etnische minderheden, werkloze jongeren en vrouwen? 80 Is de verwachting dat het percentage werkloze jongeren in 2005 verder zal toenemen ten opzichte van 2003 (12,3%) en 2004 (13,5%)? Kan de regering specifieker zijn ten aanzien van het na te streven effect voor wat betreft het percentage werkloze jongeren voor 2005 en 2006? 81 Waarop is de verwachting gebaseerd dat in 2006 bij meer (ten opzichte van 2004) bezochte bedrijven een overtreding op grond van de WAV zal worden geconstateerd? Gaat van de WAV niet juist een preventieve werking uit zodat op termijn juist minder overtredingen worden geconstateerd? 82 Waarop is de verwachting gebaseerd dat in 2008 85% van de bedrijven de WAV zal naleven? Wat zijn de meest recente gegevens over de naleving van de WAV? 83 Waarom bevat de begroting voor het jaar 2006 noch 2010 een streefcijfer voor de netto-arbeidsparticipatie van etnische minderheden? 84 Hoe is het streefpercentage voor de netto-arbeidsparticipatie van etnische minderheden voor 2005 tot stand gekomen? 85 Welke instrumenten zet de regering in om de participatiegraad van vrouwen in 2006 te verhogen? Waarom staan deze niet in de begroting? Hoeveel geld is met deze instrumenten gemoeid? Kan de regering een actueel overzicht geven van de stand van zaken van het plan van aanpak Herintredende vrouwen? 86 Hoe hoog was de arbeidsparticipatie van vrouwen, van allochtonen en van gehandicapten in de jaren 2003, 2004 en 2005? Met welke hoogte is de regering tevreden in 2006? 87 Waarom zijn geen specifieke streef indicatoren aangegeven voor het jaar 2006 voor de netto-arbeidsparticipatie van etnische minderheden en vrouwen en voor het percentage werkloze jongeren? Wat zijn deze getallen? Wat zijn de specifieke maatregelen die de regering neemt om deze getallen te realiseren alsmede de hogere participatiegraad van ouderen?
9
88 Waarom zijn bij drie van de vijf prestatie-indicatoren bij de 4e operationele doelstelling van beleidsartikel 22 de steefcijfers lager dan de realisatie in 2004? Waarom wordt er daar waar er ambitie is, slechts gestreefd naar 0,1% tot 2,5% verbetering? 89 Kan voor de indicatoren bij de 4e operationele doelstelling van beleidsartikel 22 ook aangrgeven wat de streefcijfers voor 2006 zijn voor de Route B-cliënten? 90 Waarop is de verwachting gebaseerd dat de preventiequote WWB in 2006 zal stijgen ten opzichte van 2004 en 2005? 91 Hoe komt het dat de uitstroomquotes voor WW en WWB zo sterk dalen? Hoe beoordeelt de regering deze tendens? 92 Waarom is geen indicator opgenomen voor de WSW-indicatiestelling? En wat is deze indicator voor het jaar 2006 (met daarbij de vergelijking voor 2005)? 93 Hoe zal uitvoering worden gegeven aan de motie-Bakker c.s. over uitgaven aan reïntegratie-inspanningen ten behoeve van werklozen en arbeidsongeschikten (Kamerstuk 30 300, nr. 45). 94 Kan er een uitsplitsing gegeven worden van de bedragen voor SZW cofinanciering EQUAL naar aanvragers c.q. departementen en doelstelling? 95 Kan een overzicht gegeven worden van de subsidies op het vlak van mainstreaming, coördinatie, congressen, evaluaties, publiciteit en voorlichting? 96 Kan het resultaat gegeven worden van de reïntegratie van jonggehandicapten en andere reïntegratietrajecten (WAO/WAZ) voor zes maanden na afronden reïntegratie en één jaar na afronden? 97 Hoeveel medewerkers waren in 2001 in dienst van de Centra Vakopleiding en hoeveel van hen hebben nu een dienstverband bij een van de opvolgers van deze centra? Kan worden uitgesplitst wat er is gebeurd met de subsidie van € 6 miljoen aan de ROC’s? 98 Waarom is de reïntegratie WW niet reeds nu opgenomen in tabel 23.2? 99 Hoeveel gemeenten vragen een eigen bijdrage (of bijdrage van de partner) voor gebruik van reïntegratie-instrumenten door een niet-uitkeringsgerechtigde werkzoekende (NUG-er)? En hoe zit het met ANW’ers? Welke inkomensgrenzen worden voor hen gehanteerd? Welke grenzen worden hoe vaak gebruikt?
10
100 Wat is het resultaat van de sluitende aanpak, niet alleen naar hiaatpercentage maar ook naar uitstroom? 101 Kunnen de realisatiecijfers voor 2004 worden weergegeven voor de mate waarin de sluitende aanpak voor reïntegratie sluitend is, zodat de cijfers uit tabel 23.1 van de begroting van 2005 met elkaar vergeleken kunnen worden? 102 Wat is het verschil tussen de «oude» definitie voor sluitende aanpak en het hiaatpercentage waarop in de begroting wordt overgegaan? Kan de regering de verschillen en overeenkomsten toelichten aan de hand van een voorbeeld van iemand die wel als succes geldt onder de oude definitie maar niet onder de nieuwe definitie en een tweede voorbeeld van iemand voor wie dit precies andersom geldt? 103 Waarom is de indicator «nalevingsniveau van deelname aan een traject» uit de begroting verdwenen? Kan de regering al conform de belofte in de begroting van 2005 gegevens leveren over het nalevingsniveau? 104 Hoe groot is de omzet van de private reïntegratiebedrijven en hoe heeft die zich de afgelopen jaren ontwikkeld? Wat zijn de winst/verliescijfers van deze bedrijven? 105 Hoeveel mensen hebben door de inspanning van een reïntegratiebedrijf een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd gekregen? 106 Waarom is de realisatie van 2004 voor de snelle start van reïntegratietrajecten voor de WW (25%) achtergebleven bij het streven zoals vermeld in de begroting voor 2005 (85%)? 107 Met welke extra middelen, instrumenten en activiteiten denkt de regering snelle start reïntegratietrajecten WW op het niveau van 85% te brengen in 2006? 108 Hoe komt het dat in 2005 het percentage reïntegratietrajecten voor WW-ers met 60%-punt stijgt, terwijl de middelen voor inkoop van reïntegratietrajecten in 2005 afnemen? Waarom streeft de regering ondanks een toename van die middelen in 2006 niet naar een verdere stijging van de snelle start van WW-reïntegratietrajecten in dat jaar? 109 Waarom wordt bij de plaatsingsresultaten bij de ABW niet gemeten wat de duurzame uitstroom naar regulier werk is? Wordt bij de plaatsingsresultaten van de ABW in volgende jaren wel aangegeven wat de uitstroom naar regulier werk is? 110 Waarom bevatte de begroting 2005 wel een realisatie/raming van het aantal gestarte reïntegratietrajecten en plaatsingen van NUG-ers in het jaar 2003, maar de begroting 2006 niet? Toetst de regering of het aantal NUG-ers dat een reïntegratietraject krijgt aangeboden in lijn is met het
11
streven naar zo hoog mogelijke arbeidsparticipatie? Bij welke verhouding tussen aantallen gestarte trajecten voor bijstandsgerechtigden en NUG-ers is de regering tevreden over de inspanningen van gemeenten voor NUG-ers? 111 Kan de regering gemotiveerd aangeven hoe zij denken in staat te zijn om de genoemde streefwaarden van plaatsingspercentage voor gestarte trajecten in 2006 te realiseren, dit in het licht van de huidige stand van zaken in de nog lopende jaren (2003–2004) en de recente publicaties over de houding van de werkgevers? 112 In hoeverre heeft de intercollegiale ruil effect op de terugvordering van subsidiemiddelen bij gemeenten? 113 Hoe denkt de regering de genoemde streefwaarde (aantal personen in WSW-werknemersbestand) in 2010 te halen van 94%? 114 Hoe hoog zijn de inkomsten van de SW-sector per SE in 2004, 2005 en 2006 als deze worden berekend conform de tabel in de notitie Modernisering WSW? Hoe hoog zijn deze inkomsten als het voorstel in de notitie wordt overgenomen? Hoe hoog zijn deze inkomsten als de WSW niet verder zou worden gemoderniseerd? 115 Waarom is de gemiddelde prijs voor een standaard eenheid in 2006 lager dan in 2005? Betekent dit dat gemeenten per SW-plaats in 2005 een evenredig lager bedrag zullen ontvangen? 116 Moeten de kengetallen over 2006 (derde tabel op blz. 51) worden gelezen als doelstellingen van regeringsbeleid? Zo neen, hoe dan wel? Welke doelstelling heeft de regering dan voor het totale werknemersbestand in SE en in personen? 117 Kan de regering aangeven met welk beleid zij de indicator «Verblijfsduur op de wachtlijst WSW» voor 2006 (max. 12 maanden) gaat realiseren? 118 Wat is de betekenis van de indicator «aantal plaatsingen in begeleid werken» voor het bereiken van de doelstelling «het bevorderen van de arbeidsbekwaamheid van de SW-werknemer»? Hoe controleert de regering dat de gemeenten de juiste arbeidsplaatsen vinden voor het verhogen van de arbeidsbekwaamheid? 119 Wanneer in 2005 zullen de resultaten bekend zijn van de nulmeting uitgevoerd door het CBS over het willen opnemen van verlof en het feitelijke gebruik van verlofregelingen? 120 Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de nulmeting (realisatie 2004) van genoemde indicatoren in beleidsartikel 24?
12
121 Wat zijn de streefwaarden voor de alle genoemde indicatoren in beleidsartikel 24 voor het jaar 2006? 122 Is het bedrag van 10,1 miljoen dat uit het budget van de Wet kinderopvang extra wordt overgeheveld naar het gemeentefonds voor de doelgroep met een sociaal medische indicatie alleen bestemd voor ouders met een WAO/WIA uitkering, zoals de motie-Kos¸er Kaya vraagt? 123 Bleken de middelen voor de doelgroep met een sociaal medische indicatie voor alle gemeenten onvoldoende te zijn of voor een aantal? Hoe groot waren die tekorten per gemeente? Wat is de oorzaak van die tekorten? 124 Waarom wordt er tot 2007 gewacht met het nemen van een besluit over of de huidige situatie met betrekking tot de doelgroep sociaal medisch geïndiceerden, terwijl in eerdere informatie altijd van 2006 werd uitgegaan voor het ingaan van een landelijke regeling? Hoe staat het met het overleg over het vaststellen van landelijke indicatiecriteria? Wat is de reden dat het tot nu toe niet is gelukt een landelijke regeling te maken? 125 Welke onderzoeken worden gefinancierd op het gebied van kinderopvang? 126 Waarvoor zijn de bedragen die onder het kopje «Nominaal» in tabel 25.2 zijn opgenomen voor bestemd? 127 Waarom zijn in tabel 25.2 de juridische verplichte uitgaven voor 2006 100% en voor de daarop volgende jaren 0%? 128 Waarom is er geen daling zichtbaar van de uitkeringslasten voor zwangerschaps-, bevallings- en adoptieverlof als gevolg van afschaffing van de WAZ? 129 Hoe zal de voorlichting over de levensloopregeling, ouderschapsverlofkorting, Wet arbeid en zorg en langdurend zorgverlof vorm krijgen? Welk bedrag wordt daarvoor ter beschikking gesteld? 130 Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de realisatie 2004 ten aanzien van de effectindicator verlofregelingen? 131 Kan een uitsplitsing worden gemaakt naar de verschillende soorten verlofvormen? 132 Waarom wordt het SCP-onderzoek naar behoefte en gebruik van verlofarrangementen niet meer als nulmeting beschouwd? 133 Heeft de regering reeds informatie of we op koers liggen met betrekking tot de doelstelling verlofarrangementen in 2007?
13
134 Kunnen oudkomers die vanaf 1 januari 2006 zich vrijwillig opgeven voor een inburgeringstraject ook in aanmerking komen voor een financiële bijdrage op grond van de Wet kinderopvang? 135 Is de regering van plan om ook mantelzorgers en vrijwilligers vanaf 1 januari 2006 in aanmerking te laten komen voor een financiële bijdrage op grond van de Wet kinderopvang? Zo neen, is er dan in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning een mogelijkheid tot het ontwerpen van een regeling met betrekking tot kinderopvang voor deze doelgroepen? 136 Is de regering bereid alsnog uitvoering te geven aan de motie-Stuurman (28 447, nr.71) over de bundeling van financieringsstromen voor doelgroepen en de afhandeling via de gemeenten te laten verlopen nu blijkt dat de vele administratieve handelingen voor doelgroepen een belemmering vormen voor toegankelijkheid van de kinderopvang? 137 Is het streven van de regering om in 2008 een gelijk aantal huishoudens gebruik te laten maken van kinderopvang als in 2004 wel verenigbaar met het streven van de regering om de combinatie van arbeid en zorg beter te bevorderen? 138 Aan welke projecten die bijdragen aan toegankelijke en verantwoorde kinderopvang wordt subsidie verleend? Hoeveel geld is er in totaal beschikbaar voor het verlenen van deze subsidies? 57 139 Kan de regering ook een streefcijfer geven voor het percentage huishoudens dat een volledige (toereikende) werkgeversbijdrage (1/3 van de kosten) zal ontvangen in 2008? 140 Kan de regering toelichten of de regering met betrekking tot de realisering van de streefcijfers in 2008 inzake het gebruik van formele kinderopvang door huishoudens op koers ligt? 141 Wat zijn de streefpercentages werknemers met een werkgeversbijdrage voor 2005 en 2006? 142 Gaat het bij de streefpercentages werknemers met een werkgeversbijdrage om een volledige werkgeversbijdrage? Of worden ook gedeeltelijke werkgeversbijdragen meegenomen? 143 Welk percentage werknemers krijgt een volledige werkgeversbijdrage in 2005? Wat is het streven voor 2006 en 2008? 144 Is de regering voornemens om, nu de Wet Medezeggenschap Werknemers (WMW) is ingetrokken een wijziging van de Wet op de Ondernemingsraden aan de Kamer voor te leggen? Zo ja, wanneer?
14
145 Wat zijn de budgettaire gevolgen van het intrekken van het wetsvoorstel WMW? 146 Waar worden de middelen voor de voorlichting over de WMW nu die niet doorgaat voor ingezet? 147 Wat is het (geraamde) percentage OR-plichtige ondernemingen met een OR in 2004 en 2005? Wat zijn de streefcijfers met betrekking tot deze OR-plichtige ondernemingen met OR voor 2006 en 2007? 148 Welk percentage OR-plichtige ondernemingen in 2002 is het juiste: 71% (begroting 2006) of 74% (begroting 2005)? 149 Wat is de indicator voor het terecht AVV-en van CAO’s? Hoe verhoudt zich dat tot de huidige waarden? 150 Is de hoogte en de ontwikkeling van de niet-CAO-inkomens zowel in het Voorjaars- als het Najaarsoverleg met de sociale partners besproken? Welke effecten verwacht de regering van deze bespreking op de inkomensontwikkeling aan de top? 151 Wat waren de gecorrigeerde en ongecorrigeerde beloningsverschillen tussen mannen en vrouwen in 2003? Wat zijn de effecten van het beleid van deze regering tot nu toe geweest op dit onderwerp? 152 Kan een kwantitatief overzicht gegeven worden van ontslagaanvragen en ontbindingsverzoeken (in aantallen en naar reden): • in de gevallen die eerst door CWI en vervolgens door de kantonrechter behandeld worden; • in de gevallen die direct door de kantonrechter behandeld worden; • in de gevallen die uitsluitend door CWI behandeld worden? 153 Kan een in kwantitatief overzicht (dus in aantallen en naar reden, en voor de diverse ontslagroutes) worden aangegeven: • tot welke beslissingen CWI en kantonrechter komen (dus hoe vaak wordt ontslag toegekend en hoe vaak niet)?; • welke uitvoeringskosten hier voor CWI resp. de kantonrechter mee gemoeid zijn, en hoe deze gefinancierd worden?; • in welke gevallen en hoe vaak de werknemer een ontslagvergoeding mee krijgt, bijv. op basis van de kantonrechterformule, en welke bedragen hiermee gemoeid zijn?; • welke maatschappelijke kosten en baten hiermee gemoeid zijn? 154 Bestaat er zicht op de ontwikkeling van het percentage werknemers tussen 25 en 65 jaar dat uitgesloten wordt van een pensioenregeling op dit moment? Zo ja, welke gegevens zijn hierover beschikbaar over 2004 en het eerste en tweede kwartaal van 2005? Hoe zijn de toekomstprognoses gegeven het ingezette beleid voor de jaren na 2006?
15
155 Kan een uitsplitsing van uitgaven en gebruik naar programma en regeling (VAV, VASt, SPA en FARBO) en een toelichting op die programma’s en regelingen worden gegeven? 156 Kan de regering verklaren waarom er geen uitgaven voor handhaving zijn begroot voor de jaren 2006 en verder? 157 Welk subsidiebedrag was er in 2005 en is er in 2006 beschikbaar voor de Farboregeling? Is het totale beschikbare subsidiebedrag voor 2005 geheel gebruikt? Zo neen, welk bedrag is nog niet uitgegeven en waar wordt dit voor ingezet? 158 Is de bekendheid met de (gewijzigde) Farboregeling bij ondernemers toegenomen sinds de evaluatie van de regeling? 159 Waarom zijn de indicatoren voor schadelijk geluid en kracht zetten naar beneden bijgesteld? waarom zijn geen indicatoren voor andere belastende arbeidsomstandigheden genoemd? 160 Waarom ontbreekt een streefcijfer voor 2006 ten aanzien van het aandeel werkzame arbeidsgehandicapten dat nog aanpassing in het werk noodzakelijk acht? 161 Wat is de hoogte van het sociaal minimum in 2004, 2005 en 2006? 162 Hoeveel mensen bevinden zich in 2004 en 2005 op het niveau van het sociaal minimum, zowel absoluut als relatief (eventueel geraamd)? Wat is het streefgetal voor 2006 en 2007? 163 Hoeveel mensen bevinden zich in 2004 en 2005 onder het niveau van het sociaal minimum, zowel absoluut als relatief (eventueel geraamd)? Wat zijn de streefgetallen voor 2006 en 2007? 164 Waarom zijn er geen prestatie-indicatoren geformuleerd ten aanzien van het verstrekken van de uitkering met betrekking tot juistheid en tijdigheid? 165 Kan de regering aangeven waarom in tabel 30.1 de juridische verplichte uitgaven voor 2006 100% zijn en voor de daarop volgende jaren 0%? 166 Wat is de reden voor verlaging van het budget voor handhaving? 167 Klopt het dat gemeenten een langdurigheidstoeslag mogen weigeren aan mensen met een WAO-uitkering op minimumniveau indien er een verklaring van het UWV is, dat niet is afgezien van een arbeidskundig onderzoek? En klopt het dat, als er wel zou zijn afgezien van een arbeids
16
deskundig onderzoek en iemand volledig arbeidsongeschikt is verklaard op medische gronden er wél recht bestaat op een langdurigheidstoeslag? Waarom is dat zo geregeld? 168 Waarom daalt het budget voor het inkomensdeel van de WWB daalt terwijl het bijstandsvolume voor 2006 stijgt? 169 Waarom zijn in tabel 30.2 de juridische verplichte uitgaven voor 2006 97%, en voor de daarop volgende jaren 0%? 170 Hoe verhoudt zich het streefcijfer voor de bijstandslastenreductie voor 2006 tot de wijzigingen in de WW en WAO waardoor mensen eerder de bijstand instromen? 171 Kan de regering toelichten waarom een uitstroom naar regulier werk in 2007 leidt tot een bijstandslastenreductie in 2006? 172 Welke doelen stelt de regering voor 2006 voor de aanpak van de toenemende schuldenproblematiek? 173 Hoeveel mensen zijn er in 2004 en 2005 met een langdurig minimuminkomen en/of grote afstand tot de arbeidsmarkt onderverdeeld naar geslacht, leeftijd en autochtoon/allochtoon, zowel absoluut als relatief? Wat is de verwachting voor 2006? 174 Hoeveel (eventueel geraamde) langdurigheidstoeslagen zijn er in 2004 en 2005 aangevraagd en uitgekeerd onderverdeeld naar geslacht, leeftijd en onderscheid autochtoon/allochtoon? Kan een overzicht worden gegeven van de redenen voor afwijzing van de aanvraag? Wat zijn de verwachtingen voor 2006? 175 Waarom zijn voor de indicator «Nalevingsniveau van de opgave van inkomsten» geen streefwaarden opgenomen?Kunnen deze alsnog worden gegeven? 176 Wat zijn de netto-instroom- en uitstroomcijfers zijn voor de WWB, IOAW en IOAZ voor de jaren 2004, 2005 en 2006? 177 Welke kortingen zijn in de afgelopen maanden (vanaf inwerkstelling WWB) door gemeenten doorgevoerd op de uitkering van bijstandsgerechtigden (zowel in aantal personen dat een korting heeft verkregen als het totale bedrag en dit gesplitst in groepen waarbij de groep maximaal 20% van het totaal aantal personen met een korting is)? 178 Hoeveel personen vallen onder de sollicitatieplicht voor 57,5 en ouder? Hoeveel van deze personen hebben werk gevonden? Hoeveel personen van deze groep hebben van de uitkeringsinstantie een waarschuwing, maatregel of sanctie gekregen omdat zij niet aan de sollicitatieverplichting hebben voldaan?
17
179 Wat is de reden van het grote verschil tussen de premie-uitgaven voor de ziektewet vanaf 2004 in de begrotingen voor 2005 en 2006? 180 Hoe groot de uitstroomkans uit de WAO in 2004, 2005 en 2006? Welk percentage daarvan is het gevolg van (a) herstel/herbeoordeling, (b) pensionering/overlijden en (c) overige redenen? 181 Kan de regering conform tabel 31.2 uit de begroting 2005 de volgende informatie geven, met uitbreiding naar WIA en het jaar 2006: • percentage heheel arbeidsongeschikten (hele bestand)?; • gemiddeld arbeidsongeschiktheidspercentage (hele bestand)?; • afwijzingspercentage bij keuringen (instroom)?; • gemiddeld arbeidsongeschiktheidspercentage (instroom)?; • uitstroom door herstel/herbeoordeling?; • uitstroom door pensionering/overlijden?; • uitstroom door overige redenen? 182 Van hoeveel deeltijders is door het gewijzigde Schattingsbesluit de WAO-uitkering verlaagd of beëindigd? Hoe ligt hierbij de verdeling tussen mannen en vrouwen? 183 Wat is de stand van zaken overde rechtmatigheid en tijdigheid op het terrein van de ANW? Waar zijn de betreffende zaken te vinden in de begroting? Hoe worden de prestaties van de SVb op dit punt gemeten? 184 Waarom zijn er geen prestatie-indicatoren geformuleerd ten aanzien van het vertrekken van de uitkering met betrekking tot juistheid en tijdigheid? 185 Wat verklaart dat in de tabellen 32.1 en 32.2 het percentage «juridisch verplicht» van 100% in 2006 vanaf 2007 0% wordt? 186 Klopt het dat in 2004 14 000 mensen voor het eerst een ANW-uitkering hebben ontvangen, bijna 10 procent meer dan de prognose van de Sociale Verzekeringsbank als gevolg van de nieuwe aanvraagprocedure ANW van de SVb? Zo ja, op welke wijze is dit terug te vinden in de begroting? 187 Klopt het dat de tegemoetkoming van 5 euro per maand en 40 euro per jaar op de vakantie-uitkering, voor echtparen, waarvan de ene partner ouder is dan 65 en de ander jonger en daardoor een toeslag ontvangt op de AOW, voor één van de beide partners wordt uitgekeerd en niet voor beiden? Zo ja, waarom gebeurt dit? Geldt dit ook voor partners die beiden 65 jaar of ouder zijn? 188 Waarom worden de inkomsten uit een WW-uitkering verrekend met een uitkering op basis van de ANW en inkomsten uit arbeid niet? 189 Waarom staat in de eerste tabel op blz. 97 alleen een realisatie in 2004 en geen streefcijfers voor 2005 en daarna? Moet worden geconcludeerd dat
18
het verbeteren van het nalevingsniveau geen expliciete, althans geen meetbare doelstelling is? 190 Wat is de exacte argumentatie achter de stelling dat voor een aanvullende algehele evaluatie van de ANW voor 2006 geen meerwaarde bestaat ten opzichte van de reeds beschikbare informatie? Wat verzet zich ertegen conform de afspraak in 2006 een evaluatie van de Anw te doen plaatsvinden? 191 Hoe hoog is in 2006 het «fictief budget bijzondere bijstand»? Waar is dat terug te vinden? Hoe verklaart de regering eventuele verschillen met de € 316 miljoen die werd vermeld in de begroting voor 2005? Kan een meerjarig overzicht worden gegeven van het fictieve budget bijzondere bijstand? 192 Wat zijn de doelstellingen met bijbehorende streefcijfers met betrekking tot het zorgdragen dat gemeenten bijzondere bijstand kunnen verlenen? 193 Hoeveel mensen hebben er in 2004 en 2005 gebruik gemaakt van bijzondere bijstand, zowel absoluut als relatief (eventueel geraamd)? Wat is de verwachting voor 2006? 194 Wat is de raming voor de gemeentelijke uitgaven aan bijzondere bijstand in 2005 en 2006? 195 Kan in kaart worden gebracht hoe de (fictieve) budgetten voor de bijzondere bijstand en de langdurigheidstoeslag zich hebben ontwikkeld in de jaren 2000 tot en met 2006? Kunnen deze budgetten worden gerelateerd aan het aantal huishoudens met een minimuminkomen? 196 Is het onderzoek het verloop van de emancipatie van mannen, zoals door de minister geopperd naar aanleiding van een pilot «Mannen worden er beter van. En vrouwen ook»? Zo ja, wat is de stand van zaken? Zo neen, waarom niet? Zijn er plannen om het onderzoek te starten? Zo ja, wanneer? Zo neen, waarom niet? 197 Zijn er ook cijfers van de zorgparticipatie van mannen van na 2000 en cijfers van het aantal economisch zelfstandige vrouwen na 2002? Zo ja, wat zijn deze dan? 198 Kan de regering ingaan op de constatering van het SCP in de Emancipatiemonitor 2004 dat de meeste streefcijfers voor 2010 niet haalbaar lijken? 199 Op welke terreinen zal de regering in 2006 de instrumenten emancipatieeffect rapportages en gender budget analyses gaan inzetten? 200 Wat zijn de departementale emancipatietaakststellingen voor 2006?
19
201 Wat houdt het onderzoeken van de kosten en baten van beleidsmaatregelen voor het vergroten van het aantal gewerkte uren van mannen en vrouwen precies in? Hoe wordt dit onderzoek vormgegeven en wie voert het uit? 202 Is de nog niet geoormerkte € 18,5 miljoen van de niet aan beleidsartikelen toegerekende middelen voor handhaving nergens voor bedoeld? 203 Wat zijn de apparaatuitgaven in overzicht over de afgelopen jaren per beleidsartikel uitgesplitst naar personeel en materieel? 204 Kan een meerjarig overzicht worden gegeven van de kosten en de hoeveelheid externe inhuur van het departement, alsook van de onder dit departement resorterende ZBO’s? 205 Hoeveel potentiële gebruikers van de regeling met betrekking tot een financiële bijdrage in de kinderopvang liggen ten grondslag aan de onderuitputting van de Belastingdienst? 206 Hoe staat het met de uitvoering van de moties over schuldhulpverlening 24 515, nrs. 63 en 64? Is bekend hoeveel particuliere organisaties die actief zijn in de minnelijke schuldhulpverlening momenteel gecertificeerd zijn? 207 Wat is de effectiviteit van de Individuele Reïntegratieovereenkomst in vergelijking met een «klassiek» reïntegratietraject? 208 Welke uitgaven heeft het UWV in 2004 en 2005 gedaan en in 2005 en 2006 voornemens te doen ten laste van het «kwaliteitsbudget»? 209 Wat zou het kosten om via een «koppeling-plus» de koppeling van uitkeringen aan de loonontwikkeling met terugwerkende kracht te repareren voor de jaren 2003, 2004 en 2005? 210 Wat zijn de structurele opbrengsten van de aanpassing van het Schattingsbesluit: € 129 miljoen? 211 Hoeveel van de onderstaande zes typen 65-min-huishoudens als gevolg van afschaffing van de correctie op het verzamelinkomen en de geboden compensatie op jaarbasis een koopkrachtmutatie ondergaan die groter is dan – € 120, groter dan – € 60, tussen € 60 en 0, tussen 0 en € 60, tussen € 60 en € 120, en groter dan € 120: • eenpersoonshuishoudens met een minimuminkomen?; • eenpersoonshuishoudens, actief, inkomen boven minimum?; • eenpersoonshuishoudens, niet actief, inkomen boven minimum?; • tweepersoonshuishoudens met een minimuminkomen?; • tweepersoonshuishoudens, actief, inkomen boven minimum?; • tweepersoonshuishoudens, niet actief, inkomen boven minimum?
20
212 Klopt de volgende stelling van Bureau Cliëntentelefoon uit Heerlen: «Bij de invoering van de huurtoeslag wordt een verzwegen bezuiniging doorgevoerd. Bij de vaststelling van het toetsingsinkomen komt de vaste aftrek voor mensen met een uitkering van 487 euro te vervallen. Dat scheelt minimaal 2 tot 3 tabellen. Voor mensen met een laag inkomen uit arbeid komt de aftrek van 12% van het inkomen te vervallen (minimaal 487 euro tot maximaal 1605 euro). Dat scheelt 3 tot 6 tabellen. Afhankelijk van het type huishouden en de daarbij behorende tabellen scheelt één tabel aan huurtoeslag tussen de 8 euro en 22 euro»? Zo neen, waarom niet? 213 Is de regering bereid gemeenten toe te staan om de zorgverzekeringspremie in te houden op de bijstandsuitkering? Zo neen, waarom niet? 214 Hoeveel geld is er in 2005 gemoeid met de interimregeling voor de vergoeding van de ziektekostenpremie van ambtenaren? Is een vergelijkbaar budget gereserveerd voor de compensatie van de ziektekostenpremie in 2006? Zo neen, hoeveel dan wel? Hoeveel ambtenaren krijgen te maken met deze compensatieregeling? 215 Welke koopkrachteffecten ontstaan er per januari 2006 als gevolg van de invoering van de wet Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen? 216 Hoe hoog is de marginale druk van de som van de zorgtoeslag, de huursubsidie, en de kinderopvangtoeslag per 1 januari 2006 in een grafiek weergegeven over de inkomens tot 150% van het WML? En hoe hoog is de marginale druk als ook de belastingdruk wordt toegevoegd?
21