9
T VEKJAARSGESCHENK
Woorden van Mia van Geelen
Muziek van Willem Knikker
/e coup/, f crescendo 2e coup/, m.f. in tempo t-
Tamelijk vlug Zang
..Ik vind het werk'lijk on-ge-hoord" ïüep Juist kwam een kind het huis voor-bij, Vluo *
/e coup/, ƒ vlugger worden 2e coup/. m.f. in tempo
Piano
^'^'JiT. gaf ze het een
b . .^. wenk:
B?!»""""^"0?."" „Dat is voor jou , zei ze
iaars-ge-.chenk Een Paasch-ei ■„ eet en ze gaf 't Versmaad vcrjaars-ge-
p r j p if,, J)=^Ji | Ji Ji |,i i doos! schenk.
Dat ün
ik op toen de
Pa - sehen klei - ne
|) p'
ja - rig ben Is voor hem geen mo - tief 's a - vonds thuis Het Paasch-ei bre-ken
f^! ^n i nv \ i 'k Haï^Tcn glad - de _Vondhet nbil-jct van
ring ver- wacht. Neen hoor 't blijft een vijf- tig pop En. .^'n glad - de gou - den
Red. en Adm. Galgewater 22, Lelden. TeU 7«0 Postrèkenlna 41880.
JM^^
grief!! ring ! I
DC
Verschijnt wfekel^ks - Prtfs per kwartaal f. 1.05
CAMILLA HORN zegt: „Mijne vele Almvricnden en ik gebruiken steeds NURBLOND en wij zijn er verrukt over".
NURBLOND THANS 25 CTS. Nu kan iedere blondine zich de weelde veroorloven het haar met Nurblond te verzorgen.
Het is van het grootste belang hoe zacht Uw tandpasta is! Er zijn tandpasta's die reinigen, maar het glazuur beschadigen. Andere zijn onschadelijk, maar hebben ni?t de gewenschte uitwerking. Pepsodent is niet te overtreffen, waar het op onschadelijkheid en goede uitwerking aankomt. ■pEPSODENT munt uit in twee opomdat het zacht is — tweemaal zoo J- zichten: onschadelijkheid en doelzacht als de polijstende materialen, die treffendheid. Beiden zijn het resultaat algemeen in gebruik zijn. van een nieuwe, belangrijke uitvinding Koopt nog heden een tube Pepsodent n.1.: een nieuw reinigend en polijstend Het is de hedendaagsche wetenschapmateriaal. pelijke tandpasta. Dit materiaal verwijdert den gevaarlijken tandaanslag op de meest grondige wijze. Het is uiterst fijn van samenstelling. Daardoor wordt het glazuur nog beter De Tandpasta die den aanslaa gepolijst, tot de tanden blinkend wit zijn. verwijdert. Het nieuwe materiaal is onschadelijk dit is het allerbelangrijkste. Onschadelijk Groote tube f 0.75. Dubbele tube ƒ1.25.
Het is de vurigste wensch toch van alle blondines om de zegevierende lichte schoonheid van hun blond haar te behouden. En met recht, want glanzend blond haar maakt ieder gelaat mooier. Wanneer U Uw haar regelmatig met Roberts Nurblond verzorgt, zal het er steeds schitterend blond uitzien. Nurblond toch, de over de geheele wereld bekende speciale shampoo voor nat uurblond haar, voorkomt, zooals bekend, niet alleen het donker worden van natuurblond haar, doch geeft ook reeds donker of kleurloos geworden blond haar de goudtint der kinderjaren terug. Het bevat geen kleurmiddel, gern henna en ook geen soda of schade-' lake bestanddeelen. Overal verkrijgbaar. Probeert bet nog heden. Imp. Firma B. Meindersma, Den Haag.
ROBERTS
rhanS
N U RB L O N D De speciale shampoo voor blondines ^
m
Ned. Indië: N.V. B. G. Slibbe's Export Mij., Balavia en Sotrabaya.
PirSsÄ^M
„Tusschen Hilde ej* mij was het een kwestie van liefde op het eerste gezicht." „Maar waarom heb je haar dan niet getrouwd?" „Ik heb haar nog vaker* gezien."
„U bent toch verschrikkelijk lui I" raasde de chef. ,Doet u dan allefe langzamer dan een ander?" „Neen mijnheer, ik word b.v. sneller moe."
Dames I Om Uw delicate teint haar frlschheid en luister te doen gehouden, gebruikt dagelijks
LAIT INNOXA Het
melkdieet
voor d« huid
Knip deze advertentie uit. zend ze met 40 cent in postzegels aan: Richard Wernekinck & Co., Huddestraat 9, Amsterdam, en U ontvangt een keurig doosje monsters.
van Jong. rmisj«
boren. Zij debuteerde als danseres In het „Berliner Theater" Ie Berlijn, tOM
ton md. v«i d. ftomm.
Ernst Lubilsch haar ont-
Mm, U n. «m „pau."
dekte en een rol gaf In lijn film „Auiternprinzenln".
Ossl Oiwalda, d. b.-rewnd. v.rtolkil.r
even wachten.... Eerst een stukje Wrig ley's Kauwgom om een frissche mond en keel te houden, dan smaakt de volgende sigaar of .sigaret veel lekkerder. Wrigley's houdt de adem zuiver, de tan den schoon. 2«oorten: P.K. (zuivere pepermuntsmoak). Spearmint (pittige krulzemuntimaak).
WRKiLEY
van wradMtdm.
JOTWI
bi
: •t.ltor toruggaltMrd. D. Ula hMh dm charnt. aetrim, dl. om wo^ar XOOVMI vroolllk. w«n («honk. voor haar Mm „D. atorvan Vatonel." gaingagwA Zt maakt In dax. rolprwit haar teen. Mmd^Hwl, dal - wfl B». ieevwi h.» x.h.r — itolNg goad x.1 uHvallan. Ho.w.1 «U d. laaM. Jarwi
Het we« haar eerste filmsucce». Een tijdlang was zij directrice ven een eigen filmonderneming; In 1925 «loot zij echter een contract niet de Ufo, en Mmd. daar onder regie van Max Made Zij was met Baron Gustav von Koczlan gehuwd, van wien zij
thans Wij
gescheiden
heeten
nM mmmr Mmd., nntt.
hart. weder
zli toch nt.t op haar Uuworon, want zli Irad
filmland.
Ossi
Is. ven
welkom In
nog atMds In opwMH
1. Ossl OswaIda's glim-
•n toonMbttikkwi op. , Oi»llid«i2d«iF.broarl
lach. 2. MM haar lieve.
te Pankow by Bwlljn g^
Ilngshend. 3. In de rust van eigen omgeving.
njCccJt Het feit, dat er dien bewuster) Novemberavond een halve 01 kaan woei was onaangenaam, maar niet erg belangrijk voor de gasten, die naar het diner bij Kolonel Henry Granville gingen. Granville was evenmin belangrijk, behalve als muziekliefhebber en als gastheer. Sinds een erfenis hem in staat had gesteld luxueuzer te gaan leven, had hij er genoegen in gevonden, dikwijls menschen, die evenals hij voor muziek en kunst voelden, tm zich heen te hebben. Zoo noodigde hij, gelijk dien avond het geval was, dikwijls gasten om na het diner te luisteren na- r door een of ander radiostation uitgezonden muziek, uitgevoerd door bekenden van hen. Auto's doorploegden de druipnatte, bemodderde oprijlaan, aan weerskanten waaiers van water en grind over het grasveld opspuitend. In het schijnsel der koplichten werden de heesters en de bladeren der boomen helle, in den storm zwiepende, levendige groene plekken. De wagens stopten aan de voordeur en de storm, die over den Atlantischen Oceaan kwam aangeraasd, blies de gasten als het ware de warme, vroolijke hall in. Ze lachten om het spel van den wilden wind, terwijl hun kleeren wapperden en een ijzige regen om hen heen spatte. Granville's vrienden waren alle menschen uit de uitgaande wereld; de mannen met dat ondefinieerbare air van lieden, die zich gemakkelijk in de „society" bewegen; de vrouwen knap, aantrekkelijk en vlot. Granville zelf stond bij de deur; het wit en zwart van zijn avondkleeding contrasteerde pittig met zijn zongebruind sportsmangezicht. „Kom binnen, kom binnen," riep hij opgewekt. „Hallo, Patricia. Je ziet er weer patent uit, meisje, zooals gewoonlijk. Je zult het programma wel apprecieeren vanavond. Maar je weet natuurlijk al, dat Rupert zingt?" „Wat is het voor een programma, Henry?" mengde zich een ander in het gesprek. „Ik heb het niet gezien." „Het Philharmonisch Orkest van New York, en Rupert zal als gast optreden. Pardon ... Wat zei je, Patricia ?" „Dat ik graag een oogenblikje met je wilde praten." Zij trok hem terzijde en twee slanke vingertoppen speelden met de zijden revers van zijn rok. „Wéét Rupert, dat je vanavond zult luisteren ?" „Zeker, waarom ?" „Weet hij, dat ik hier ben?" „Ik heb het hem expres verteld." Henry glimlachte. „Dat zal hem prikkelen om zijn best te doen." „Denk je dat? Ik betwijfel het." Ze zweeg even en er kwam een peinzende, half-weemoedige uitdrukking in haar
oogen. „Ik wil het jou wel vertellen, Henry, omdat ik jou als een goeden vriend beschouw en omdat je de dingen begrijpt, zonder er veel bij te praten. Ik heb Rupert verleden Maandag gezegd, dat ik er niet op gesteld was, om hem weer te zien." Hij wachtte, tot zij verder zou gaan. En zachtjes, bijna onverstaanbaar vervolgde ze: „Ik heb nooit van hem gehouden, begrijp . je. Er is nooit iets anders tusschen ons geweest dan vriendschap ik stelde belang in hem, dat is alles. Het was geen liefde van mijn kant. Ik vond het oogenblik gekomen om hem dat aan het verstand te brengen, omdat..." Een nieuwe intocht van gasten eischte Granville op. Ze gaf hem een tikje op den arm en wierp hem een dankbaren blik toe. „Er is geen haast bij; ik zal het je later wel vertellen." Na een welverzorgd diner verzamelden de gasten zich in den salon en
Marcel Rocker, een bekend Fransch novellist, voelde zich tot groot vermaak van zijn mede-gasten geroepen den heer des huizes op 'n vleiend toespraakje te onthalen. „Henry, ik had ongelijk. Je bent nog zoo dom niet. Non, nonf Want je hebt een zeldzaam superieuren Medoc, zooals alleen fijne geesten waardeeren kunnen. Dat was een wijntje voor philosofen en knappe koppen en voor menschen, voor wie muziek meer is, dan een aaneenrijging van aangename klanken." Het radiotoestel was in een met prachtig snijwerk versierd, antiek Italiaansch kastje ingebouwd; Granville schakelde in. Een venster rammelde onder de vuist van den storm. De gastheer maakte een verontschuldiging en liet het door een bediende vastzetten vóórdat het belangrijkste deel van het programma kwam. De stem van den omroeper klonk en toen zong de schoonheid van Schuberts onvoltooide Symphonie, licht als de
vV i4
pn \ >,. -,. ïi«
■
fäÜ
Sf'Xt ■^
!
**;"■
\ y
.?.-
', i
/
>.» •. ^.--
'ïA
'"
»»l
'Xl*-,
• r
u
•
,
i
ooeA tr\o
tM-
.....^«.*w-'^-«^ r.
&lSvt& -co^vvtt
•r»^
I
W0'-
O >\>/
/7«*'>.,\^
A
adem van een zachten wind over Wreed scheurde door de gouden stem wuivend riet, door de verstilde kamer. het staccato van een telegraaftoestel. De In de pauzes tusschen den klokken- morseteekens werden steeds en steeds marsch uit het Coppelia-ballet en de herhaald; ze drongen zich naar voren, menuet en de farandolle uit Bizets eer- * onweerstaanbaar, overheerschend, verste Arlesienne Suite, hoorden ze den killend in hun brutale intensiteit, angststeeds aanwakkerenden storm tegen het aanjagend in hun nerveuzen drang. De huis beuken en het geweld van den stem doofde uit; toen sneed het naarorkaan deed de gezellige veiligheid van geestige geluid naakt en koud door de het vertrek des te sterker uitkomen. stilte. „O begli occhi di fata," kondigde de „Wat ter wereld — ?" begon iemand omroeper aan. „O, schoone oogen van geïrriteerd, maar Granville stak zijn het noodlot." hand op: de omroeper liet zichhooren. Toen het lied uit was, rinkelde plot„Het spijt — maar wij kunnen seling vallend glas, maar de uitdaging voorloopig nietmemet de uitzending van van het noodweer ging verloren in de het programma op deze golflengte verzwaar aangeslagen accoorden van Rach- der gaan. We moeten den aether vrij maninoffs prélude in C mineur. De houden voor de signalen van een schip forsche klanken deinden weg tot stilte, in nood." „Nu is Rupert äan de beurt, geloof Terwijl hij sprak waren de seinen ik," zei Granville „Luister ..." Even weer de stem van den om- zwakker geworden, maar toen hij zweeg, roeper en daarna kwam, klaar en ge- zwol het geluid van de internationale makkelijk als het zingen van een nach- morsecode — drie punten — drie stretegaal, de aangrijpende schoonheid van pen— drie punten — weer aan tegen den „Goin' Home," — Fishers bewerking achtergrond van den vliegenden storm. van .het Largo uit Dvoraks „Symphonie Granville ging naar het toestel toe en aus der Neuen Welt". Patricia, die draaide aan de knoppen. Alle stations naast Granville zat, maakte een onwil- in het Oosten zwegen. „Vervelend," lekeurige beweging en het was alsof mopperde hij en toen hij het toestel een schaduw over den glans van haar weer op de vroegere golflengte instelde, oogen schoof. Ze leunde een weinig was alles, wat zij hoorden, een aanhouachterover in haar stoel. De stem zong dend, dringend, smeekend S.O.S., afgewisseld door langere berichten, die aan en er trilde hunkerend heimwee in. de aandachtig luisterende kuststations en aan de marconisten van de schepen „Naar huis toe, naar huis. op zee te kennen gaven, dat 4o'32* Naar huis ga ik weer, N.B. en óó'os' W.L. een mailstoomer, Mijn hart doet zoo zeer. Het is niet zoo ver, het is heel dichtbij, de „Orient City" met vierhonderd pasDe deur staat nog altijd open voor mij. sagiers aan boord op weg van SouthMijn taak is volbracht, mijn werk is ampton naar New York, op een wrak gestooten en snel zinkende was. [gedaan; Het witte huisje in de stille laan. Blauwe vonkjes knetterden onder de Het wacht mij, het wacht " vlugge vingers van den chef-marconist HELEN HAYES van het schip, terwijl hij over zijn toein een nieuwe rol, die zij vervult in een weldra uit stel gebogen, het S.O.S. als een wante brengen M.G.M.-fllm. hopige bede om hulp en bijstand zonder ophouden in de ijle luchten van den nacht zond. Een lok donker haar hing over zijn klam voorhoofd en een stompje uitgebrande sigaret hing tusschen zijn krampachtig samengeknepen lippen. De deur van de radio-cabine ging open; de eerste officier kwam binnen en met hem een stroom koude wind en een nevel van schuim — de oliejas, waarin zijn mager lichaam gehuld was, glom in het licht. Hij was een hoekig man met o-beenen, wat plomp in zijn bewegingen, boven den middelbaren leeftijd en al met grijs haar, dat zichtbaar werd, toen hij zijn zuid-wester afzette, om zijn drijfnat gezicht af te drogen. Een stugge, taaie knaap, maar het type van den zeeman, zooals hij behoort te zijn... „Wat is het laatste nieuws. Sparks? De ouwe wilde het graag weten." „De „Paris" is 60 mijl Zuid-West van ons. Hij komt met volle kracht onze richting uit. Er is ook nog een kleine Duitsche vrachtboot, maar daar hebben we niets aan; zit op 42'! o" N., 57'oo'' W. De „Leviathan" antwoordde van af het midden van den Atlantischen Oceaan en een schip van de Wardlijn en een paar kustbooten trachten ons te bereiken. Maar de „Paris" is het dichtste bij." Sparks handen waren koud en stijf; hij trachtte zijn sigaret weer aan te -6-
OMEE WEKELIimSCIKli Vraag twee honderd en twintig. Hoe is men gekomen aan de uitdrukking „een Nurks" voor een onaangenaam, ontevreden mensch? Onder degenen, die ons van deze vraag goede oplossingen zenden vóór 6 Mei (Indische abonné's vóór 6 Juli) zullen wij een hoofdprijs verdeden van / 2.50 en vijf aardige troostprijzen. Adresseeren aan Redactie ,,Het Weekblad", Galgewater 22, Leiden. Op briefkaart of envelop vermelde men a.u.b. duidelijk: Vraag 220.
DE OPLOSSING Vraag twee honderd en zestien. Het glas werd omstreeks 1800 voor Christus door de Egyptenaren uitgevonden. Met de juiste beantwoording van deze vraag verwierf de heer W. Gansloser te 's-Hertogenbosch den hoofdprijs. In het bezit van de troostprijzen kwamen mejuffrouw M. de Ruyter, Rotterdam; de heer W. H. B. Briedé, Noordwijk aan Zee; mejuffrouw G. P. van Loenen, Deventer; mejuffrouw A. Kila, Rotterdam; mejuffrouw J. Kippers, Hengelo. steken, maar het lukte niet en hij gaf 't op. Zijn hand was nu alleen vast, wanneer zij op den knop van zijn toestel rustte. „Wat denkt u er van, Mr. Bowman? Kunnen we 't houden tof..." De zware vuist van den eersten officier sloot zich om zijn schouder. „Maak je niet bezorgd. Sparks. Ik heb erger meegemaakt. Zet je tanden op elkaar en houd vol. — Hoe is 't met den electrischen stroom, wanneer de dynamo's het moeten opgeven?" „Dan werkt de zaak op de reservebatterij. Ik heb hem geprobeerd." „Prachtig, kerel. Ga maar door met seinen." De eerste officier sloot de deur snel achter zich en stapte naar buiten. De slagzij, die het schip maakte, was duidelijk merkbaar en telkens,, wanneer de maüboot — zonder vooruitstuwende kracht nu — van positie veranderde, stortten zich zware, bruisende en schuimende zeeën over het dek. Glijdend, waggelend, zich vastklemmend aan de railing, liep Bowman naar de brug terug en bracht den kapitein rapport uit. De massieve, breedgeschouderde gestalte van kapitein Adam bevond zich
REMBRANDT THEATER AMSTERDAM BRENGT STEEDS DE BESTE PROGRAMMA'S
aan de lijzijde van het stuurhuis. Zijn beenig, verweerd gezicht stond strak. Zijn koele, blauwe oogen en dè rechte lijn van zijn wilskrachtigen mond, drukten spanning uit. In gewone omstandigheden maakte hij den indruk van een man, die soms vergeefs moeite deed, een heftige natuur te verbergen onder een mom van onnatuurlijk geduld. Maar nu scheen hij er inderdaad in geslaagd te zijn, zichzelf volkomen in bedwang te houden en ieder spoor van heftigheid uit zich gebannen te hebben. Als werktuiglijk gaf hij zijn bevelen. Toen het schip verder overhelde onder den remmenden druk van een reusachtige zee, greep hij zich aan de brugleuning vast en schreeuwde naar den eersten officier, die juist om den hoek van het stuurhuis kwam: „En hoe is het, mister?" „We kunnen niet meer dan een goed uur drijvend blijven, kapitein." Daarop deelde hij het nieuws uit de hut van den marconist mee en voegde er bij: „De passagiers zijn in de eerste klasse rooksalon bij elkaar gebracht- en wachten op het bevel." „De booten aan bakboord zijn onbruikbaar," zei de kapitein dof. „En we hebben te veel passagiers voor de stuurboord-sloepen alleen. Dat beteekent, dat de mannen zullen moeten achterblijven. Wanneer het oogenblik gekomen is, stuur dan de vrouwen aan dek. Daarna kunt u het aan de mannen vertellen." De officier knikte, zijn grauw gezicht onzichtbaar in de duisternis. „Ja, kapitein; het zal een gok wezen, wie er slechter aan toe zijn, wij op de boot, als die zinkt, of de menschen in de reddingsbooten. Dat wordt niet bepaald een plezier tochtje met die hooge zeeën en de vinnige koude." „U neemt het commando van de boot, die u op de rol aangewezen is," klonkrthet bacsch. „Et ïijn genoeg jongeren, kapitein, nu we niet alle booten kunnen gebruiken. En," hij wachtte een seconde, „we hebben een paar jaar samen gevaren, niet waar; ik had gedacht, dat u me beter zoudt kennen." De kapitein antwoordde niet. Even later verklaarde hij effen, zoo langs zijn neus weg: „Het is toch ook wel hard, te bedenken, hoe wij het schip veilig en wel door een orkaan hebben geloodst, en nu naar de haaien moeten gaan door zoo'n ellendig wrak. Wanneer dit maar niet vrouwen en kinderen in de open booten beteekende. U en ik, Mr. Bowman, wij zijn geen groene jongens meer, is 't niet? En een man kan niet eeuwig blijven leven." De eerste officier beaamde deze opmerking en de kapitein ging voort: „Er zit op het oogenbUk niet anders op, dan afwachten. Hoe houden de passagiers zich?" „Och, zoo-zoo! Niet slecht, kapitein, den toestand in aanmerking genomen. Maar daar is één man, dien ik in de gaten moet houden. Het is een zware kerel met het figuur van een athleet; het moet eens een knappe vent geweest zijn, zou ik zeggen. Hartry heet hij en hij komt uit Boston; hij zat aan mijn tafel. Hij had nogal stevig gedronken..." Kapitein Adam viel hem scherp in de rede:
•n maakt d« Wol v«Wind«n4^ Scherk facm lotion dringt diep in d* poriën von de huid. Alle onreinheden louen op, meeëters verdwijnen. Direct nodot U het gezicht met J^^^HS Lotion gereinigd hebt voelt U hoe he* .weefsel der huid opleeft i^H trekt. Wrijf daarom Uw gezichl malen per dag, moor ve«ral ' morgen« en 't avonds met Schalk Foe* Mm at. Het resullaai openbaart lieh ml. Probeert U het eeml Zendt in» advertentie met Uw adres en 15 et. porto aan de f o. S. Blindeman & Co., v. Baeriestr. 89, Amsterdam. U ontvangt don een gratis proet-fleschje. Schert Face lotion is slechts acht in origineele flacons met het opsdirift Sdtaric. Myllikum poeder, da beroemde Schark poeder.
|£4I
SCHERF uU,
„Heeft de hofmeester de bar niet gesloten ?" „Zeker, kapitein, maar Hartry had nog wat in zijn hut. Maar het is niet de drank alleen. De een of andere duivel uit zijn verleden heeft hem te pakken. Gedurende het eerste deel van de reis gedroeg hij zich heel behoorlijk; hij hield zich een beetje gereserveerd — 'n gesloten type zou je zeggen. Het lijkt me toe, dat hij gefortuneerd is, ik geloof, dat hij indertijd een bekend race-roeier is geweest. Hij maakte wel eens een praatje met me —, hij scheen een zeker vertrouwen in me te stellen — maar met anderen liet hij zich weinig in. Vanavond, nadat wij op het wrak geloopen en de,.passagiers in den rooksalon bij elkaar gebracht waren, ging ik naar binnen en sprak met .hen. Toen ik klaar was, kwam hij naar mij toe hij maakte den indruk van een slaapwandelaar. „Is de boot zinkende?" vroeg hij en toen ik een bevestigend antwoord gaf, schold hij mij uit voor leugenaar. De boot kón en mocht niet zinken, want hij moest naar huis! Het was alsof er een vuur binnen in hem brandde." „Was hij bang?" Als automatisch werd de vraag gedaan. „In zijn onderbewustzijn wel, denk ik, maar dat andere in zijn hersens onderdrukte den angst. Ik heb dat meer gezien bij mannen, die in gevaar verkeeren. Hij liet zich in een stoel vallen en mompelde wonderlijke dingen over het meisje, waarmee hij verloofd is geweest; uitlatingen, die een man voor zich behoort te houden, speciaal in omstandigheden als deze. De andere passagiers luisterden en begonnen zenuwachtig te worden. Hij bleef maar door zitten praten..." Kapitein Adam liep met moeite naar den anderen kant van de brug en wierp een blik naar achteren over het door den storm geteisterde dek; vervolgens keek hij in het grimmige duister. Neen, hij kon niets anders doen dan afwach— 7 -
ten. Een praatje gaf afleiding en daarom keerde hij terug naar den eersten officier. „Maakte hij het den passagiers lastig — die hoe heet hij ook weer — die Hartry?" „Hij bemoeit zich niet met ze, kapitein. Maar ze zitten opgesloten en hij zwetst maar op een manier, waar de menschen alleen maar beroerder van kunnen worden." „Wat zegt hij dan?" „Het gaat allemaal over !?ijn vroegere verloofde, die als je hèm hoort, heel mooi en een bekend pianiste of iets dergelijks moet zijn. Ik begrijp uit zijn gewauwel, dat hij jaloersch was op haar muziek, die voor haar alles ter wereld beteekende, zoodat er niet genoeg liefde voor chem overbleef. Hoe het ook zij, er ontstond oneenigheid, zé gingen twee jaar geleden uit elkaar en hij vertrok naar Europa. Dit staat échter voor me vast, dat hij nog altijd gek op haar is. Er schijnt bovendien ook een andere man in 't spel te zijn, een zanger, die hij met allerlei vleiende benamingen aanduidt." De beide mannen grepen zich vast, toen een zware zee weer den hulpeloozen stoomer rammeide. „Ik moest maar weer eens in den rooksalon gaan kijken," meende de eerste officier, toen de machtige golf uiteéngespat was. „Ik verzeker u, kapitein, dat als er ook maar een greintje kans zou zijn, dat we het er levend afbrachten, ik zou trachten met dat meisje in verbinding te komen, om haar te waarschuwen, op haar hoede te zijn. Die man is gevaarlijk. Hij beweert, dat hij naar huis gaat om beiden te dooden." ÏLen wrange glimlach trok over het gezicht van den eersten officier. „Hij is rotsvast overtuigd, dat wij niet naar den kelder gaan. Ik wou, dat ik zijn vertrouwen kon deelen. Wanneer geeft u het commando „in de booten", kapitein ?" (Veruoli op pagina lo
n
HOE FILMSTERREN GEKLEED GAAN
. ^ Th.,.|>tJZZLES N». 4SS2i
vroeg aan zijn buurman, die een tweedehandsch auto bezat: „Hoe bevalt je dat wagentje? Heb je er nogal pleizier van?" De buurman schudde het hoofd. „Neen, 't is een rammelkast. Het ding maakt zoo'n lawaai, dat ik niet eens kan verstaan wat mijn vrouw zegt." Mijn neef dacht eenigen tijd diep na. Toen vroeg hij haastig: „Voor hoeveel wil je mij dien wagen verkoopen?" ,,En is uw zoon voor zijn examen geslaagd, juffrouw Smit?" „Juffrouw Meyer, Jt is niet te gelooven: hij is gezakt. Is 't geen schande? Zooiets moesten ze nou eens in de krant zetten. Laten ze m'n armen jongen nou allerlei dingen gevraagd hebben, die gebeurd zijn läng voor hij geboren werd!" „Je hebt mij zoo'n grooten dienst bewezen," sprak de bankdirecteur tot den boekhouder, die een fout in de boeken had ontdekt, „dat ik er je nooit voor zal kunnen beloonen." „Maar U kunt 't toch tenminste probeeren, mijnheer!" meende de boekhouder.
KNIPPUZZLE
C. & Th.-PUZZLES No. 475» KNIPPUZZLE
Onder diegenen van onze abonné's, die van bovenstaande legpuzzle een goed opgeplakt portret van een Amerikaanschen filmster weten samen te stellen en ons zijn naam mededcelen, verloten wij tien foto's van hem. Oplossingen inzenden vóór 2 Mei (Indische abonné's vóór 2 Juli) aan ons adres: Redactie „Het Weekblad", Galgewater 22, Leiden. Op de enveloppe gelieve men duidelijk te vermelden: C. A Th.Puzzles No. 482. Als men het blad onbeschadigd wil houden, behoeft men de stukjes niet uit te knippen, maar kart men volstaan met ze te calqueeren of-ever te trekken en zoo op ie plakken. De Wekeiijksche Vraag kan men desgewenscht tegeiyk met deze puzzles inzenden, mits men haar op een apart, van volledigen naam en adres voorzien velletje papier schrijft. VISITEKAARTJESRAADSEL
ESTHER EWUST
BAARN Mariene Dietrich De tien foto's van haar vielen ten deel aan: mejuffrouw P. Eibers, Tilburg; den heer H. M. ter Laare, Amsterdam; mejuffrouw M. v.d.Put, Tilburg; den heer A. J. M. Middelkoop, Rotterdam; mejuffrouw H. E de Jong, Gouda; den heer H. Visser, Dordrecht; den heer P. A. H. Mosel, Amsterdam ; den heer W. H. Beekamp, Rotterdam; den heer R. van Tasselen, s-Gravenhage; den heer S. J. M. van Dingen, Amsterdam. MONOORAMRAADSEL Tony van Eyck en Hans Brausewetter in Wat mannen weten moesten. De heer F. Maaskant te Rotterdam kwam ditmaal in het bezit van den hoofdprijs. De drie troostprijzen zonden wij aan mevrouw M. Roseboom, s-Gravenhage; mejuffrouw M. van .Djjck, 's-Gravenhage, en mejuffrouw P. Boot, Gouda.
„Alvast gecondoleerd, kerel!" „Hoezoo? Staat mij een of ander ongeluk te wachten?" „Neen — maar mijn vrouw heeft een nieuwen hoed en jouw vrouw is vanmiddag bij haar!"
Een eenvoudig sportjoponnetje, gedragren door Dorothy Wilson, van wit zijden linnen met gekleurae knoopen en een wit leeren ceintuurtje. (Foto R.K.O. Radio Picture)
„Geliefde," zei de dichter, „jij alleen bent het, die mijn verzen bezielt. Het is alleen jouw beeld, dat zich in mijn gedichten weerspiegelt!" „Zoo," antwoordde de jongedame koel. „Ik heb nooit geweten, dat ik zoo vervelend was!" Bobbie: „Moeder, doe je mee? Wij spelen dierentuintje en ik ben de beer!" Moeder: „Hoe moet ik dan meespelen, jongen?" Bobbie: „Nou, U bent de dame, die naar ons komt kijken en ons koekjes tocgooit en klontjes!"
LIEN DEYERS EN HEINZ RUHMANN IN „LACHENDE ERFGENAMEN"
V*'* U««)
„De menschen zeggen dikwijls, dat ik zooveel praat, maar ik vind nu eenmaal, dat een mensch alles moet zeggen, wat hij denkt." „Natuurlijk. Daar heb je groot gelijk aan. Maar waar haal je de rest allemaal vandaan?" De oppasser (in den dierentuin) : „Heidaar! Maak dat je uit de buurt van dien leeuw komt!" Het jochie: „Waarom? Ik doe hem toch niks?"
Welke bekende filmnamen leest ge uit bovenstaande visitekaartjes? Onder de goede oplossers verdeelen wij een hoofdprijs van f. 2.50 en drie troostprijzen.
8 -
Kolonel (in een overvolle tram): „Conducteur, wij zitten hier ingepakt als haringen in een ton. We kunnen haast niet eens ademhalen. Kunt U er niets aan doen, om het ons wat gemakkelijker te maken?" De conducteur: „Laat U alle passagiers van links naar rechts nummeren en dan moeten de oneven nummers maar inademen, als de even nummers uitademen!"
DIANA WYNYARD WACHT OP INSPIRATIE
(Foto Fox)
— 9 -
Jean Harlow is een hartstochtelijke liefhebster van het g-olfspel. Wanneer zij dit beoefent, houdt zij er van zich zoo gemakkelijk en eenvoudig mogelijk te kleeden in een losse jurk van gestreepte zijde. (Foto M.G.M.) ,
[Vervolg van pa$. 7) „Ik zal nog een half uur wachten. Het heeft geen zin, om de menschen zonder noodzaak in dit vuile weer te laten ronddobberen. Hier zitten zij nog veiliger en bovendien warm. Daarbij, het zal nog een heel karwei zijn om de booten in dit weer zonder ongelukken naar buiten te krijgen. Zijn ze in orde voor zoover ze bruikbaar zijn?" „Ik heb ze allemaal direct na de botsing nagekeken, kapitein!" „Mooi, gaat u dan nu naar den rooksalon en zorg er voor, dat de passagiers bij elkaar blijven. En u behoeft nog niet te vertellen, dat er voor de mannen geen plaats in de booten zal zijn." „Goed, kapitein." De eerste officier ging, zich aan de leuning vastklemmend, voorzichtig de trap af naar het promenade-dek en worstelde door den bulderenden wind zijn weg naar het achterschip, juist toen hij de klapperende deur van. de rookkamer opende, flitsten de lichten uit en uit de opeengepakte menschen steeg een kreet van ontzetting op. „Daar gaat de dynamo," dacht Bowman, maar in het volgende oogenblik gloeiden de lampen weer helderder aan. De passagiers drongen om hem heen en overstelpten hem met opgewonden, verbijsterde vragen. Hij kalmeerde hen, niet door het gevaar voor hen te verbloemen, maar door de rustige kracht van zijn 'persoonlijkheid, die een sfeer van moed en vertrouwen schiep. De groote, luxueuze ruimte, krakend in zijn voegen, telkens wanneer een hoogegolf over de dekken sloeg, bood overigens een jammerlijken aanblik. In allerlei houdingen en standen hokten de passagiers bij elkaar en verscheidene van hen hadden hevig van zeeziekte te lijden. Allen hadden reddinggordels om en de stewards liepen rond om hier en daar te helpen; de flinke kerels wendden al hun geestkracht aan om zoo opgewekt mogelijk te schijnen. Telkens klonken onderdrukte kreten, gesnik en gekreun tusschen het gehuil van den
orkaan. Maar de tegenwoordigheid van den stoeren, kalmen eersten officier deed direct haar uitwerking gelden. Bowman zocht Mr. Anderson, den hoofd-steward en toen hij hem niet vond, vroeg hij zijn assistenten naar hem. „Mr. Anderson, mijnheer? Die is daar in dien hoek bij Mr. Hartry om hem een beetje tot rede te brengen." Hartry had den chef-hofmeester bij den protesteerenden arm gegrepen. „Er is geen direct gevaar, mijnheer, beheerscht u toch," stamelde Anderson zenuwachtig. De eerste officier stapte op het tweetal toe. . „Mr. Anderson, u moet de mannen en vrouwen scheiden; de vrouwen en kinderen allemaal aan stuurboordzijde, de mannen aan bakboord. Wij moeten het schip in een half uur verlaten. Wanneer het bevel gegeven wordt, moeten de passagiers, die voor stuurboord bestemd zijn, door deze deur naar de booten gaan; zoo snel mogelijk. D« mannen moeten hier blijven. En nu, mijnheer," hij richtte zich tot Hartry, die den hoofd-steward nog steeds vasthield, „houdt Mn Anderson niet opl" Hartry liet den hofmeester los en vestigde zijn blik op den eersten officier. Zijn forsch gezicht stond verwilderd, het wit van zijn smeekende oogen was met bloed doorloopen. Hij sprak gedempt en op een dringenden, koortsachtigen toon, die ontstellender aandeed, dan woest misbaar zou hebben gedaan. „Die hofmeester is een beste kerel; hij luistert tenminste naar me. Hij vertelt me, dat hij in zijn jonge jaren ook door een slang van een vrouw bedrogen is. Maar dat zal wel een daghit met melkboeren hondehaar en zonder hersens zijn geweest, terwijl mijn meisje een blonde Aphrodite is, voor den duivel! Zeg, Bowman, heb ik je verteld, waarom ik naar huis toe ga ?" De eerste officier liet de dronkemanstaai onbewogen langs zich heen glijden en zei, ernstig en nadrukkelijk: „U deedt het beste, om kalm aan HET LONCD-aOdm
den overkant tè gaan zitten. Mr. Hartry. We hebben een paar moeilijke uren voor Öen boeg, daarom moet u u zelf niet zoo afmatten." „Moeilijke uren ?" Hartry lachte bijna geluidloos. „Ik heb moeilijke jaren voor me. Maar ik ga eerst naar huis. Ze heeft me geschreven, dat ze me bij zich wil hebben. Ze heeft me noodig, omdat die andere natuurlijk genoeg van haar heeft, zoo zit het 'm! Maar goed, ik gä!" Een kleine man met grijze haren en doodsangst in de oogen kwam op hen toe. „Bent u niet de eerste officier?" vroeg hij. „Ja zeker, mijnheer." « „Kunt u dezen man niet op de een of andere manier het zjidjgen opleggen? De taal die hij uitslaat is een marteling voor iedereen hier. Mijn vrouw..." „Jij gaat naar de hel, akelige oude scharminkel," beet Hartry hem toe. „Ik heb mijn overtocht betaald en ik zal zeggen waar ik zin in heb, versta je?" De eerste officier achtte het oogenblik gekomen om zijn gezag te laten gelden. „Zoo is het genoeg, Mr. Hartry! U doet heusch beter met uw mond te houden. Uw verloofde of vroegere verloofde is geen onderwerp van gesprek in deze omstandigheden. De menschen hebben genoeg aan hun eigen moeilijkheden. Over enkele uren komt er hulp opdagen intusschen zullen de reddingbooten vertrekken en' dan..." „Reddingbooten ? Ik heb geen reddingboot noodig. Jij idioot, deze schuit is uitstekend, hij zal het lang genoeg uithouden om mij thuis te brengen." Vóór de eerste officier kon antwoorden, stond er een matroos naast hem, verwaaid en hijgend en trok hem aan zijn mouw. „De kapitein heeft u op "de brug noodig, mijnheer. De tweede officier zal uw plaats hier innemen." Bowmans doorgroefd gezicht betrok. De tijd begon op te schieten. „Zeg den kapitein, dat ik direct boven ben." Daarop keerde hij zich weer naar Hartry. „Denkt u er om. Mr. Hartry, dat u zich een beetje be- ■ Joan Crawford met Victor Fleming (links) en Howard Hawks frechtsl de beid* heerscht, anders zal ik u uit den "rooksalon laten smijten." i±erdre rfe9'sseurt+van de M.G.M., tijdens een korte rustpauze tusschen de opnamen Joan Crawford maakt van de gelegenheid nog gebruik af en toe haar rol even in te kljkln.' Daarop volgde hij den matroos naar buiten. Mèt zijn hoekige, rijzige gestalte, die door haar ruige kracht vertrouwen afdwong, verdween tevens het gevoel van veiligheid bij de passagiers. Een klein gedeelte trachtte zichzelf moed te suggereeren door een vertoon van onverschilligheid, maar de meerderheid liet zich gaan in wanhoop. De hoofdsteward liep rusteloos rond. „Kalmte alsjeblieft ! Kalmte alsjeblieft! Er is nog geen direct gevaar." Maar zijn eindeloos geroep, uitgèstooten door trillende lippen, maakte niet den minsten indruk. Een kind schreeuwde met schelle, 'hooge stem en de jonge moeder, trachtte het met een waanzinnigen vloed van kussen tot bedaren te brengen. Het schip helde met woester schokken sterker over. Een met donderend lawaai neerstortende zee brak op het dek uiteen en het geruisch van terugstroomend water overstemde tijdelijk elk ander geluid. Toen het ophield werd Hartry's stem weer hoor-, baar en zijn eindelooze zenuwprikke10 -
lende monoloog.' Hij hield den verschrikten steward bij zijn knoopsgat vast. „Dät is het, waarom zij me niet wilde trouwen," zei hij zonder eenige inleiding. „Geen rooie duit en zij wilde muziek studeeren, beter dan ze in haar meisjesjaren had kunnen doen. Ik vond het goed, wat kun je anders doen dan toegeven, als je van een vrouw houdt?" „Ik —ik, dat zou ik ook zoo zeggen, mijnheer!" „Zoo, zou je dat ook zeggen, jij melkmuil! Wat weet jij daar van af? Jij hebt immers nog nooit in je ellendig bestaan je yuil gezicht naar een vrouw als zij opgeheven! Luister! Het was haar niet om mij te doen Zij wilde zich onbekommerd aan haar muziek kunnen wijden, bij de beste leermeesters studeeren. En dat kon ik haar geven. Daarom alleen beteekende ik iets voor haar. En ik was dol verliefd op haar, jouw rat! Hoor je? Ik hield van haar. Maar zij? In haar hart had zij het op iemand anders begrepen. Zij ontkende het wel, maar ik wist beter. O, ja, hij kon zingen. Hij zong mij bij haar uit huis en kreeg de ruimte. Muziek! Haar huis was er vol van! Tingeling-ting-ting. Dag en nacht. Stapeldol werd ik er van. Hela, hier! Waar ga je naar toe?" Maar de man had kans gezien van Hartry los te komen en verdween in de menigte. De dikke hoofdsteward kwam weer voorbij. „Wind je niet op, menschen. Er komt hulp. Houd je kalm. Morgen zijn jullie weer op weg naar huis." De hevige slingering van het schip deed hem wankelen en hij stak zijn hand uit om zich op de been te houden. Hartry ving zijn woorden op. „Morgenochtend zijn we op weg naar huis! ' Prachtig. Mijn meisje wacht op me." De grijsharige oude heer, waagde weer een benepen poging. CDfRltfe $6. „U drijft mijn vrouw tot razernij, mijnheer! Houdt u zich toch alsjeblieft rustig!" Hartry's donkere oogen keken hem dreigend aan. „Je kunt naar den duiTRUUS VAN AALTEN DANKT U HARTELIJK! vel loopen, met je vrouw er bij." Hij dan v«rw»eht moehl worden, is Triiu« v»n AatUn tol volledig harttol van haar gezondheid naar ont tand kunnan zakte in een stoel weg en raaskaalde Vnwgar larugkmran, waar zij thans blf haar ouden ta yWtordam vertoeft, om daarna eenige weken naar da Veluwe «• vertrekken. verder: „Die Jezebel van den hoofd- Truu» was xaar geroerd door de val» hartelijke bewijzen van medeleven, dia il] van onza lezeressen an lezers door bemiddeling van ons blad mocht ontvangen. ZIJ laat allan hartelijk dankan an deed bovenstaande loto onmiddellijk na steward had sproeten en spriethaar, haar aankomst te Amsterdam bij omen loiograllschen medewerker Godtrleó de Groot maken, opdat onza obonné s zich maar mijn meisje was een jonge godin. kunnen oyertulgen, dat zij er weer zoo goad als geheel bovenop Is. Zoodra zij volledig hersteld Is, hoopt zij wederom een engagement in Duitschland ta zullen krijgen. WIJ wenschen het met haar en hopen, dat zij zich weer spoedig aan Ik praatte m'n keel schor om haar te haar kunst zal kunnen wijden I bidden en te smeeken de muziek op te geven. De plaats der vrouw is in was er ook en zij speelde het zachtjes in kunst. Zonder mij zou ze zich er ook haar gezin thuis, en niet op zoo'n ver- het half-donker. Hij stond naast haar wel doorslaan! Ik waarschuwde haar vloekt concert-podium. Maar het was en met zijn lippen geen twee centimeter voorzichtig te zijn en me niet tot het twee tegen één. Die vent, die altijd bij van haar zachte, blonde haar af zong uiterste te brengen. Maar ze is niet haar kwam musiceeren, hielp haar een hij mee. Toen het uit was, draaiden zij gemakkelijk, wanneer ze haar zinnen handje. Ik kan mezelf om de ooren zich om en zagen me. Ze zei geen ergens op gezet heeft en ze staat op slaan, dat ik dien schoft, den eersten woord, glimlachte alleen maar, alsof het haar stuk.... Een paar weken later trad ze voor dag, dat ik hem bij haar ontmoette, niets te beteekenen had. Maar hij keek niet den nek heb gebroken. Eén lieve- zoo onschuldig; een kind kon zien, dat het eerst in het publiek op — op een lingsstuk had ze, een prachtig mooi zijn geweten niet zuiver was. Ik ver- weldadigheidsconcert. Reuze-chic puding, dat moet ik toegeven; een van telde hem, dat als hij ooit weer een bliek. Wat me bezielde weet ik niet, de weinige stukken muziek, die mij ooit voet over den drempel zou durven zet- maar het was als of iets binnen in me, getroffen hebben. Vooral als zij het ten, ik zijn hersens zou inslaan. Het me er heen dreef. Ik had een plaats 's avonds in de schemerig verlichte was alsof het leven z'n waarde voor vlak vooraan in een benedenloge, dicht kamer speelde, moest je wel onder den me verloren had. Zij en ik kregen na- bij het tooneel. Toen ze opkwam, zag indruk komen. „Goin' home " Naar tuurlijk hoogloopende ruzie en het ein- ze me direct en even werd ze bleek. huis toe, heette het. Ze heeft er mij mee digde er mefi; dat ze zei, haar eigen weg Toen glimlachte ze en begon te spelen. betooverd van het eerste oogenblik, dat te zullen gaan, omdat het toch nooit iets Ik ben niet muzikaal, maar het was zóó ik het van haar hoorde. Op een avond, tusschen ons werd. Ze zag haar levens- mooi, dat ik alles om me heen vergat... toen we al een heelen tijd verloofd weg voor zich afgeteekend, beweerde ze nog nooit had ik haar zóó hooren spe[Veivoli op p«&na 22) waren, kwam ik bij haar; die snuiter en ze zou bevrediging vinden in h?ar
-n—
^ÜÜT
u
Mady Christians. Een film der Erich Pommer productie der Ufa. Regie: Friedrich Hollaender. Rolverdeeling: De keizerin Mady Christians De markies Conrad Veidt Juliette Lilian Harvey Didier , Heinz Rühmann Arabella Friedel Schuster Offenbach Julius Falkenstein Een Ufa Film, Wanneer de markies van Pontignac de levenslustige keizerin Eugenie voor een parforcejacht uitnoodigt, dan is' dat voor Parijs een groote gebeurtenis. Reeds roepen de jachthorens, de markies springt op zijn paard, begroet zijn gasten en de jacht begintI Een heerlijke dag! Dat vindt ook de bekoorlijke, kleine Juliette, de friseuse van Hare Majesteit keizerin Eugenie. Plotseling — o, schrik — bemerkt ze, dat ze haar kouseband kwijt is. Juliette begint wanhopig te zoeken, want ze moet hem vinden, daar ze hem buiten medeweten van de eigenares geleend had van keizerin Eugenie. Intusschen gaat de parforcejacht door. De markies galoppeert over een boschweg. Wat ligt daar op den weg? Nog nooit heeft Pontignac zoo iets laten liggen, hij buigt zich van het paard én wil den kouseband oprapen. Plotseling schrikt het paard, slaat op hol en sleept zijn ruiter achter zich aan. Iemand wordt bewusteloos in een kazerne gebracht. Hij zal den nacht niet meer halen, meent de dokter. Men vraagt hem naar zijn laatsten wensch. Ja, de markies heeft nog een wensch I Hij zou Marianne willen zien, het meisje van Montmartre, zijn eerste liefde — het is lang geleden. Een dragonder haast zich met de boodschap weg. Wanneer Juliette bij het zoeken van den kostbaren kouseband de kaxerne
betreedt, ziet de dokter haar voor Marianne aan en brengt haar bij het bed van den stervende. Hij vraagt, of zij een lied voor hem wil zingen en in haar angst voldoet Juliette aan dezen wensch. Verrukt sluimert de markies in, Juliette raapt snel den kouseband op, die uit de hand van den slapende gevallen is en verdwijnt zoo gauw ze kan, want ze moet weer naar het hof. Didier neemt het leven ernstig op, hij is een pedant strever, nooit heeft hij tijd voor zijn verloofde, de kleine Juliette, altijd werkt hij bij den „grooten" Offenbach, zijn chef, wiens operetten de wereld veroveren, en Juliette zit mopperend thuis. In de kazernekamer vóór de kamer, waar de markies moest sterven, verzamelen zich de rouwdragers, Arabella, de vriendin van Pontignac, reeds in het zwart. Plotseling gaat de deur open, de overleden gewaande verschijnt spottend-lachend en ziet hoogst geamuseerd de teleurgestelde gezichten. Maar één ding kan hij niet vergeten: het liedje, waarmee Marianne hem in slaap zong. Hij verneemt echter van Marianne, dat ze in het geheel niet bij hem was, maar wie — wie was het dan ? Het zoeken naar de onbekende wordt bij hem een idéé fixe, waarvan heel Parijs spreekt. Door een samenloop van omstandigheden meent de markies, dat de keizerin de onbekende is. Pontignac nadert de keizerin, wordt vrijpostig, maar ze wijst hem terug, doch wanneer ze verneemt, dat hij haar voor de onbekende houdt, is zij geroerd door zulk een sterke en toch zoo teedere liefde. Juliette wordt bang; reeds gaan er booze geruchten door het slot en de vleugeladjudant is wantrouwend geworden. De- markies verwacht zijn schoone onbekende in zijn slot. Een wagen rijdt voor, en voor den markies en den eveneens gearriveerden adjudant staat — niet Eugenie, doch de bekoorlijke Juliette, die bij hem troost zoekt en vindt. De situatie is gered, liet schandaal vermeden.
.
^__
.
ALS HET LEVEN VERGETELHEID WORDT „DE MAN MET HET IJZEREN MASKER" - HET GEHEIM DER BASTIIXE meest beroemde gevangene uit geschiedenis" — zoo werd en mocht hebben, slaagde hij er op zekeren dag wordt nog heden ten dage „de man in, met een tafelmes het relaas van zijn lijden met het ijzeren masker" genoemd, om te krassen op een tinnen etensbord en dit wiens identiteit zoo'n waas van geheimzinw- j^i/f/1 Zijn cel tc 8ooien' zoo^t nigheid hangt, dat men er zelfs tot nu toe het in de Middellandsche Zee terecht kwam. nog niet in geslaagd is, met zekerheid vast Het was een wanhopige poging, maar gete stellen, wiè hij is geweest. En het is wel heel en al ijdel was zjj niet, want inderdaad zeer waarschijnlijk, dat men hierin nimmer werd het bord reeds eenige dagen later door slagen zal, want alle bescheiden, die op zijn een visscher in zijn net opgehaald. De man persoon betrekking hebben, heeft men spoorbracht zijn vondst direct naar den gouverloos doen verdwijnen. neur van St. Marguerite, die zoo geweldig Het is nu reeds meer dan tweehonderd jaar schrok, omdat de kans bestond, dat het gegeleden, dat „de man met het ijzeren masheim van den gevangene was ontdekt, dat ker" stierf in de Bastille, die verschrikkelijke hij bevel gaf den visscher onverwijld te ontFransche staatsgevangenis, die zoo menig hoofden. Gelukkig slaagde deze er in, aan geheim van de vroegere Fransche koningen te toonen, dat hij van hetgeen er op het bord heeft bewaard. De belangstelling, die men stond, geen kennis had genomen, omdat hij voor dit bijzondere geval koestert, is»echter met lezen kon, en dat hij het ook aan nienog geenszins verflauwd, en nog telkens . ™anJd anders nog had laten zien. Slechts doen historici pogingen, ondanks de hopehierdoor werd zijn leven gespaard! loosheid er van, het mysterie te ontsluieren. Onmiddellijk werd een rapport van het Lodewijk XIV was een der monarchen, gebeurde naar den koning gezonden, en deze die al een zeer ruim gebruik hebben gemaakt beval, dat de gevangene naar de Bastille van hun macht ten opzichte van deze moest worden gebracht. Zóó bang was men. koninklijke vesting. Niet alleen dat hij er dat hij onderweg een poging zou doen om zijn vijanden voor eeuwig in liet verdwijte ontvluchten, dat hij werd vervoerd in een nen, maar ook aan zijn vrienden, die te veel gesloten rijtuig, waarover men zwarte doeken wisten, werd in de vunzige onderaardsche had gehangen. Gewapende ruiters reden holen voorgoed het zwijgen opgelegd. In de voor achter en opzij, en naast Matthioli zat Bastille verloren honderden gevangenen hun den laatste het recht werd toegekend om de een bewaker met een dolk. dien hij bij de persoonlijkheid; hun namen vervaagden er, vesting Casale te bezetten. Matthioli verried eerste verdachte beweging den gevangene in en zijzelf werden ten slotte door allen en deze overeenkomst echter aan de vijanden het hart moest stooten. Daar het onderweg van Lodewijk en het is daarom, dat hij, hoe- noodzakelijk was. dat Matthioli den reisvoor altijd vergeten. Hoewel de Bastille stellig de meest beken- wel gezant en dus eigenlijk onschendbaar, wagen af en toe bij de pleisterplaatsen verde Fransche gevangenis was, bestond er toch op last van den Franschen koning gearres- liet, kreeg hjj het ijzeren masker voor. waarnog een andere, waarvan de naam evenmin teerd werd. Nu had Lodewijk twee redenen «a7"r ,. V,.VOC>rtaan 8enoeind zou worden. ooit uit de historie van het Frankrijk der om Matthioli niet meer vrij te laten; de Wij hebben geen werkelijke bewijzen, dat 17e en 18e eeuw verdwijnen zal. Dit was de eerste was zijn angst, dat de gezant te'veel dV;..masker »nd«daad van ijzer was. Waarvesting St. Marguerite, die gebouwd was wist, en de tweede zijn verlangen om zich schijnlijk was het van dik zwart leer of aan de kust van de Middellandsche Zee, aan op den verrader te wreken. En het was dan laken gemaakt. Het feit echter, dat het aan ook stellig hierom, dat Matthioli in St. Mardezelfde Riviera, waar thans gelukkige toe- guerite den achterkant van zijn hoofd met een slot werd opgesloten. 4 risten genieten van zon en schoonheid. was bevestigd, zal degenen, die het hebben Natuurlijk is hier de vraag op haar plaats, gezien, in de meening hebben gebracht, dat Het was naar deze gevangenis, dat „de waarom, indien hij werkelijk „de man met het van ijzer Was gemaakt. Matthioli heeft man met het ijzeren masker" aanvankelijk het ijzeren masker" was, er met zijn gevanwerd heengebracht, hier, dat hij de eerste dit masker in de Bastille stellig niet voortgenhouding zooveel geheimzinnigheid werd durend gedragen; deze gevangenis was veilig elf jaren van zijn verschrikkelijke eenzaambetracht. Lodewijk had immers stellig veel heid en geraffineerde afzondering doorgenoeg, en het was dan ook alleen, wanneer belangrijker personen doen verdwijnen! De hij van de eene plaats naar de andere werd bracht. — Wie hij was? Geschiedkundigen hebben ons heel wat namen gegeven om uit kwestie was echter, dat de gevangenneming gebracht, zoodat er kans bestond, dat te kiezen. Was hij een van dezen: een half- van Matthioli in internationaal opzicht een iemand hem kon zien. dat hij het masker broer van Lodewijk XIV, de hertog van daad van verraad, en absoluut in strijd met voorkreeg. Monmouth, een zoon van Oliver Cromwell, de heerschende gebruiken was, die Lodewijk In de duisternis van zijn Bastille-kerker de hertog van Beaufort, de graaf van Ver- tegenover Karel IV onmogelijk zou kunnen heeft „de man met het ijzeren masker" nog mandois, Molière, de tooneelschrijver? Wie verantwoorden. Geheimhouding was dus vier en twintig jaar geleefd. Den igen Nogeboden. Niemand mocht weten wie de gezal het zeggen? Of was hij misschien de v vember 1703, dus in het vier en dertigste vangene was, toen deze van Pignerol, waar man, wiens zoon onder den naam van De jaar van zijn gevangenschap, is hij overleden, zijn vonnis was geveld, naar St. MargueBuona Parte naar Corsica was gevlucht en nadat hij jaren tevoren reeds door de verdaar een der stamhouders werd van het be- rite werd overgebracht; niemand mocht met schrikkingen der eeuwige eenzaamheid waanhem spreken, niemand zijn gezicht zien. zinnig was geworden. roemde geslacht, dat den grooten Bonaparte Dag en nacht op de strengste Wijze bezou voortbrengen? Er is niemand, die op Zelfs na zijn dood mocht nog geen enkel waakt, terwijl zijn naam zelfs onbekend was deze vragen met zekerheid een antwoord gerucht van zijn identiteit tot de buitenvermag te geven. Men heeft van al de hier- aan zijn cipiers, bracht Matthioli elf jaar wereld doordringen. Vertrouwde bewakers door in St. Marguerite, zonder dat hij gevoor genoemde personen het leven als het kregen opdracht alle voorwerpen, die aan ware pasklaar willen maken voor een ge- durende al dien tijd ook maar één voet over „de man met het ijzeren masker" hadden den drempel van zijn cel mocht zetten. heimzinnige gevangenschap in de Bastille, Machteloos in den greep van een geweten- toebehoord, te vernietigen; zijn kleeren en maar men kan niet zeggen, dat dit bijster loos koning, kon hij slechts weinig hoop bed werden verbrand, de muren van zijn goed is gelukt. Het meest waarschijnlijke is koesteren ooit zijn vrijheid terug te zullen cel afgeschrapt en opnieuw geverfd, alles uit dan ook, dat „de man met het ijzeren maskrijgen, en we kunnen ons hem dan ook voorzorg, opdat geen verborgen mededeeker graaf Anthoni Matthioli is geweest. gemakkelijk voorstellen, heen en weer loo- Img ooit het oog van nieuwe gevangenen Deze Matthioli werd den eersten Decempend in zijn kleine cel, den dag vervloekend, zou treffen. Zelfs zijn stoffelijk overschot ber 1640 te Bologna geboren. Staatssecreta- die hem er toe gebracht had, verraad te ple- moest spoorloos verdwijnen: het werd diep ris geworden van Hertog Karel IV van onder de steenen van zijn cel begraven en beMantua, sloot hij als zoodanig in 1678 met gen tegen een Koning van Frankrijk. Toch dekt met ongebluschte kalk, zoodat er deed hij een poging om te ontvluchten. Lodewijk XIV een geheim verdrag, waarbij eenige jaren later reeds geen spoor meer van Hoewel hij geen boeken of schrijfmateriaal te vinden was. . . . - 14 -
D't
GRAVIN MAP ITA vervaardigd naar de operette van EninKin-h Kalman, onder regie van Richard Oswald. Vervaardigd door de Roto G. P. Film-Filma Film. Rolverdeeling: Gräfin Mariza Dorothea Wiéck. Török Hubert Marischka. Lisa Charlotte Ander. Vorst Popoff .... Ferdinand von Alten. Baron Liebenberg .... Anton Pointnèr. Koloman Szupan Ernst Verebes. Lampe Szöke Szakall. Ilka Traute Flamme. Man ja Mariette Keglevich. Een Meisje Edith Karin.
0'
nder den naam Török heeft Ritmeester graäf Wittemberg op bevel van vorst Popoff het beheer over het schromelijk verwaarloosde landgoed van gravin Mariza op zich genomen en reeds binnen eenige weken heeft hij bewezen, dat bij een degelijke leiding het landgoed rijke vruchten afwerpen kan. Gravin Mariza zelf was reeds in jaren niet op haar geboortegrond geweest. Thans echter wil zij een bezoek brengen om, volgens Baron Liebenberg, een vriend van Török, in haar geboorteplaats haar verloving met Koloman Szupan te vieren. Als Popoff dit verneemt, is hij buiten zichzelf van woede, want hij had toch gehoopt dat hij als redder van het zwaar met schulden belaste landgoed van de gravin, haar dwingen kon hem te trouwen. Van Liebenberg verneemt Török ook, dat zijn zuster Lisa, die niet weet dat haar broeder op het landgoed van gravin Mariza werkzaam is, met Mariza bevriend geworden is en ook een der volgende dagen op het landgoed verwacht kan worden. Alles wordt voor de ontvangst in gereedheid gebracht, terwijl de oude Lampe, de trouwe bediende, ■ die reeds meer dan een halve eeuw zijn diensten aan de familie Mariza wijdt, voor een
I
Dorothea Wieck en Anton Pointner.
schitterend avondmaal heeft zorggedragen. Als dan ook de auto van de gravin, waarin zich ook Liebenberg bevindt, voor het slot stilhoudt, heeft behalve het voltallig personeel, ook Popoff zich ter begroeting opgesteld. Het wekt verwondering, dat de gravin alleen gekomen is, zij verklaart echter dat haar verloofde na komt. Alleen Mariza zelf weet dat er noch een verloofde, noch een Koloman Szupan voor haar bestaat. De heele verloving heeft zij zelf verzonnen, om de plannen van vorst Popoff te dwarsboomen. : Als allen zich aan tafel hebben gezet, roept tot Mariza's groote verwondering plotseling de oude Lampe af: „Meneer Koloman Szupan." Een jonge man, dien Mariza u^^^^V in het geheel niet kent, kbmt op haar af en wordt, voordat zij van de verwondering Ü^^^B^^^^^^K 1 bekomen is, door iedereen aangezien voor de verwachte bruidegom. Eerst later, als zij Szupan alleen spreken kan, verneemt zij, dat 1 Szupan de verlovings-aankondiging in de kranten heeft gelezen en van zijn schuldDorothea Wieck en Hubert Marischka. eischers, die hem voor den verloofde van de gravin hielden, het geld voor de reis heeft gekregen. Om nu het spel, dat zij eenmaal begonnen was, vol te houden, moest zij Szupan wel voorloopig als haar bruidegom beschouwen. Lisa is inmiddels op het landgoed aangekomen. Liebenberg had er haar op voorbereid, dat zij daar haar broer zou kunnen aantreffen en had haar verzocht hem niet te verraden. Daar hij bemerkte, dat Török en Mariza verliefd op elkaar zijn, spreekt hij met Lisa af, om haar broeder te helpen bij zijn pogingen om de gunst van de gravin te winnen en Szupan Mariza afhandig te maken. Op een dag worden Lisa en Török, die elkaar heimelijk in het park ontmoeten, verrast door de gravin. Deze, die niet wist dat Lisa Töröks zust?r is, gelooft dat zij op elkaar verliefd zijn geworden en komt tot de conclusie, dat Török haar maar iets heeft wijs gemaakt en het slechts op haar geld voorzien heeft. Ten einde raad wil Török het kasteel verlaten, doch Lisa verklaart alles aan de gravin en terwijl de verloving van Mariza met Török, alias Graaf Wittemberg, plaats Török (Hubert Marischka) gjnc| j aj goed. vindt, Worden ook Lisa en Koloman Szupan en de boeren. het eens. Hubert Marischka.
HP1%SÊM WjM
^Btk
m ' *'i
%S|5i^_f L%flH ^^Ë^s
^■i^HH
^
STAMDVASTIGE LIEFDE 1
m
BE/''' " -
p..
i .:
Jerry komt gewond uit den oorlog terug en vindt het meisje, waarmee hij verloofd is, op hem wachten, doch alleen om hem zijn woord terug te geven. De dokters verklaren, dat hij nog slechts zes maanden kan leven en geven hem den raad, zich op zijn ranch in Arizona terug te trekken. Jerry slaat dien raad in den wind en leidt een vroolijk leven om zijn vroegere verloofde te vergeten. In een overmoedige bui trouwt hij met Dot, een toevallige ontmoeting van een vroolijken avond. Den volgenden ochtend dringt het tot hem door, wat hij gedaan heeft. Hij biedt Dot een flinke schadeloosstelling
M. G. M. Film. Regie: Harry Beaumont. Rolverdeeling: Jerry . John Gilbert Axel . El Brendel Dot Lois Moran Anne . Madge Evans Mac . Ralph Bellamy Rechter Barham Frank Conroy Maizie Gwen Lee Mevrouw Trent Hedda Hopper Barbara . . . Ruth Remck Wing Willie'"Fung
.i
drilhli
Lois Moran en John Gilbert. Eerst als Dot vertrokken is, beseft Jerry, dat hij werkjslijk van haar is gaan houden en volgt haar naar New York. Zij weigert hem te ontvangen en Jerry dringt haar kamers binnen. Hier vindt hij een vroolijk gezelschap en krijgt hoogloopende ruzie met Dots „vriend". Het einde is een vechtpartij, waarbij de politie te pas komt. Voor den rechter blijkt, dat Jerry en Dot veel van elkaar houden en zij worden veroordeeld tot levenslange.. huwelijkstrouw.
Madge Bvan* e. aan en wilzich zoo gauw mogelijk van haar laten scheiden. Zij weigert, zeggende, dat ze van hem houdt. Jerry is overtuigd, dat het haar alleen te doen is om het geld, dat zij van hem zal erven en gaat naar zijn ranch in Arizona om te probeeren zijn gezondheid terug te krijgen en haar plannen daardoor in de war te sturen. Als Dot hoort, dat hij vertrokken is, gaat zij per vliegtuig naar Arizona en bij haar aankomst vindt hij haar op de ranch wachten. Na eenigen tijd gelukt
het haar, hem van den drank af te krijgen door hem te plagen met zijn gebrek aan wilskracht. De verhouding is zeer gespannen, doch eindelijk denkt Dot, dat Jerry van een scheiding heeft afgezien. Als zij meent, dat Jerry werkelijk van haar is gaan houden, biedt zijn advocaat haar een schadeloosstelling van 25.000 dollar aan, als zij toestemt in een echtscheiding. In haar verontwaardiging neemt zij dit voorstel aan en keert onmiddellijk naar New York terug.
^nn links naar rechts: John Gilbert, El Brendel en Leis Moran.
HJ
Gwen Lee, Lois Moran en John Gilbert.
tRiG HEI Lois Moran en John Gilbert.
BLAU
- lö
um
AFBEELDII IN KLEUR MULTICOL PICTURE
■
DIE IB ILA Ü W IE ID O N A LJ N.V. „City-Film". Den Haag Regie: Herbert Wilcox.
EMGElANirS DE E E NIGE DIRECTE VORM
VAN HULP
Zoo ontmoet hem Gabriella. Hartstochtelijk verwijt hij haar de oorzaak te zijn van zijn ongeluk. Hij haat en vervloekt haar. Gabriella wil hem helpen, maar hij neemt niets van haar aan, zij bestaat niet meer voor hem. Toch kan Gabriella heimelijk voor hem nog een goed woordje doen bij den kapelmeester van een strijkje en Sandor krijgt er een baantje als violist. Hij, de rasmusicus, maakt er een even ellendigen indruk als een getemde leeuw in een kooi.
SCHOONHEIDS KONINGIN
AAN OUDE TOONEELISTEN IS 'N GEREGELDE OF ÉÉN ENKELE
DONATIE AAN
HET
SUPPLETIEFONDS VAN HET ALG. PENSIOENFONDS VAN NEDERLANDSCHE TOONEELISTEN
Joseph SchUdkraut. In het Zigeunerkamp wordt „het feest van de nieuwe maan" gevierd. Yoetka en Sandor droomen wat afzijds van de andere feestvierenden. Yoetka droomt zich een leven van weelde en vermaak. Sandor lacht er om.-Hij kent Yoetka en weet, dat het haar binnen drie weken zou vervelen. Sandor lacht trouwens overal om, dat heeft hij zich tot een levensfilosofie gemaakt. Er is zooveel op deze wereld, waarom gehuild zou kunnen worden, dat Sandor alleen maar let op de dingen, waarom hij mag lachen. Beiden zijn in het diepst van hun hart tevreden met het leven, zooals zij dat tot nu toe geleid hebben. Zij bestaan voor elkaar en hebben verder niets noodig. Maar dan verschijnt er in eens temidden van het feest een dame, een vrouw uit een andere wereld. Het is gravin Gabriella Kovacs, die met haar vriend Johann een avondrit te paard maakt en nu door de duisternis misleid, den weg is kwijtgeraakt. Zij komt bij de Zigeuners naar den goeden weg vragen. Geboeid luistert zij naar de muziek en hef einde is, dat zij alle zigeuners uitnoodigt om den volgenden avond bij haar te komen zingen en spelen. Den volgenden avond. Ten huize van Gravin Kovacs zijn tientallen gasten verzameld ,die zich allen verrukt toonen over het musiceeren van de zigeuners. De Gravin heeft alleen oog en oor voor den jongen Sandor. Heimelijk geeft zij hem een briefje, waarin zij hem vraagt ferug te komen, maar dan alleen.... Sandor gaat. Argeloos natuurmcnsch als hij is, wordt hij een gemakkelijke prooi voor de verleidingskunsten van de geraffineerde Gabriella. Plotseling doemt het beeld van Yoetka voor hem op. Hij rent naar het kamp terug, waar Yoetka hem opwacht met een brandende jaloezie in het hart. Op hulpelooze wijze probeert zij hem te dooden, doch verwondt hem slechts licht. Dan vlucht zij. . . Jaren verloopen. Sandor heeft zijn vrienden -verlaten en zwerft bedelend als straatmuzikant rond, in de hoop Yoetka eens terug te zullen zien. In zijn hart groeit een niet meer uit te roeien haat voor Gabriella. Arm, als een schooier bijna, zwerff hij rond.
KANTOOR : AMSTE RDAM STADSSCHOUWBURG KAMER 38. TEL. 32954 GEMEENTE GIROREKENING DER FIRMA LIPPMANN, ROSENTHAL & CO AA 480
Daily sketch Photo
„Schoonheid is geen toeval! Een schoone teint moet goed verzorgd worden; zelfs de schoonste trekken verliezen hun charme wanneer men ze niet verzorgt. Hiervoor gebruik ik steeds Velouty de Dixor en ik kan een ieder dit poeder-crême ten zeerste aanbevelen. De schoone teint, die mij den prijs van ruim 14000.— bezorgde, kunt U op Uw beurt ook krijgen, indien U eveneens gebruik maakt van Velouty de Dixor. Zij verleent U een schoonheid, welke voor een vrouw meer beteekent dan een fortuin.'
i?Eioiixy DIXOR
Het eenige product dat zoowel crème als poeder vervangt.
• En dan vindt hij Yoetka terug, getrouwd met een officier. Haar droomen zijn bijna uitgekomen. Zij heeft nu luxe, een man, die werkelijk van haar houdt, maar toch is zij niet gelukkig. Haar huwelijk was geen daad van liefde, maar van wanhoop geweest. Het valt Sandor niet moeilijk haar over te halen, om met hem mee te gaan, terug naar de Zigeuners, waar zij thuis hooren. Op een gemaskerd bal zal hij haar weghalen en dan zullen zij samen vluchten.
GRATIS; Om een monster te ontvangen van de drie voornaamste kleuren is het voldoende naam en adres ie zenden, alsmede I 0.25 aan postzegels aan de Import, voor Nederland: N. V. v. d. Laaken s Handels Mij., Leidschekade 98 T, Amsterdam C. - Telefoon 36372.
Brigitte Helm en Joseph Schildkraut. Op het bal kijkt Yoetka al verlangend uit, wanneer Sandor binnenkomt. Overal zoekend tusschen de gasten naar Yoetka, ziet hij ook Gabriella terug. Verheugd deelt hij haar mede, dat hij zijn geluk heeft teruggevonden. Geen haat is er meer in zijn hart. Hij heeft weer vrede gesloten met de geheele wereld en hij wil zelfs Gabriella alles vergeven. Yoetka, die hen samen ziet, trekt een verkeerde conclusie en vraagt, hoofdpijn voorwendende, haar man haar naar huis te brengen. Nu heeft Sandor Yoetka voorgoed verloren ! Als een gebroken man keert hij terug naar zijn vrienden, de Zigeuners, die hem misschien met hun muziek en zang alles kunnen doen vergeten.
VOOR ONZE JtBONNÉ'S VY7Ü zijn in de gelegenheid een bijzonder aardiff boek voor onze abonné's als premie ** aan te bieden, en wel voor slechts f. 0.50 franco par post. (Oorspronkelijke prijs was f. 5.90). Het boek bevat 776 pagina's tekst, en is geïllustreerd met 33 portretten, alle op kunstdrukpapier. Deze mooie premie heet:
DOOR BPMOND VISSER
Een „gezellig" geschreven boek, geestig en met interviews met bekende Nederiandsche kunstenaars. Speenhof, Clinge Doorenbos, Dirk Witte, ThoJen en van Lier, Louis .Davids, LolaCornero, WillyQorsari, CorRuys, Jan van Riemsdijk, Pisuisse, Margie Morris, Henri Wallig, Pientje de Ia Mar en tal van andere artisten worden in dit mooie boek ten tooneele gebracht. Iedere bijlage is voorzien van een fraai, groot portret
VER WA C H T:
RASPOETIN
Ook aan het Parj/sche Cabaret met zijn wereldvermaarde artisten wordt een ruime plaats ingeruimd, alsook aan het „Ueberbrette". Deze bijlagen zijn gesteld in de Pransche en Duitsche taal. Zelden wordt een premie als dit aantrekkelijk en royaal geïllustreerde boek is, aangeboden. Wy vertrouwen, dat het zal stroomen van aanvragen. Franco toezending per post na ontvangst van slechtst. 0.50.
Een Metro-Goldwyn-Mayer Film met
Brigitte Helm en Joseph Schildkraut.
JOHN, ETHEL en LIONEL BARRYMORE
De Administratie van „HET WEEKBLADT ANGELE SYDOV
Galgewater 22, Leiden.
19 -
Cinema d Theater
HUB DU P.
GODFRIED DE GROOT A
JAN LUYKENSTR. 2
AMSTERDAM
Meep nog dan ChlC
♦♦♦♦
BARBARA STANWYCK HOE ZIJ CARRIÈRE MAAKTE
styi in maakt U GANDUKOR en perfectionneert Uw lijn. Solide, doordacht, basis, van Uw kleeding. soepel als een handschoen, paart GANDUKOR elegance aan gezondheid. Koopt een corset, dat zoowel Uw juiste heup- als taillewijdte heeft en ziet toe. dat het onderstaand merk draagt.
SPECIALITEIT IN MODERNE EN ARTISTIEKE FOTO'S i
m
Irt-
„Zij zegt, dat zij wel denkt, dat zij van mij kan leeren houden I" „Nu, dat ziet er nogal hoopvol uit. Maar waarom kijk je dan nog zoo ongelukkig?" „Gisteravond ben ik met haar uitgeweest en de eerste les kostte mij al een week salaris!"
.
EEN ONZER CORSETTEN
LILtflN-S78S
J
H^^
H^^
corsets RD
arbara's werkelijke naam is Ruby" iStevans; ze werd 16 Juli 1907 te Brooklyn (V. S.) geboren en is van Schotsch-Iersche afkomst. Reeds als schoolmeisje was haar ideaal: danseres worden, en zoodra ze de kans kreeg, knoopte ze connecties met de tooneelwereld aan. Ze accepteerde nl. een baantje in het koor van een revue in New York. Van toen af aan heeft zij zich steeds hooger weten op te werken; van heel kleine rollen tot steeds grootere, tot ze tenslotte een der gevierdste New Yorksche actrices was. Na haar eerste groote tooneelsuccessen legde ze een filmproeve af en deze viel zoo goed uit, dat ze direct een contract kreeg, en nu is het filmen haar liever geworden dan het tooneelspelen. Een voorname oorzaak hiervan is het
]&
NEDERLANDSCHE DANSWEDSTRIJDEN DE FINALE DER NED. DANSWEDSTRIJDEN om het Nederlandsch Danskampioenschap voor Amateurs 1933 zal dit jaar worden gehouden In de groote balzaal van het CARLTON HOTEL TE AMSTERDAM op Vrijdag 5 Mei 1933 's avonds tusschen 8 en 12 uur.
1933
1933 20 -
feit, dat ze als filmster veel meer thuis kan zijn dan als tooneelspeelster, en daar Barabara een zeer huiselijk vrouwtje is, die dolgraag van een gelukkig gezinsleven met haar echtgenoot Frank Fay en haar geadopteerd zoontje Dion geniet, vindt ze dit natuurlijk erg prettig. In haar vrijen tijd schrijft ze graag — een van haar toekomstplannen op dit gebied is een tooneelstuk, waar ze zelf de hoofdrol in speelt — en beoefent zij sport, vooral tennissen en zwemmen. -21 -
Om slank te blijven en een mooie teint te behouden, beveelt ze geen drastische dieetkuren aan, maar een gezond, natuurlijk menu, veel beweging in den zonneschijn en een overvloedig gebruik van water en zeep. Momenteel heeft ze een contract afgesloten met Warner Brothers Pictuaes Inc., en wij hopen deze aantrekkelijke Amerikaansche ster na haar laatste triomfen, o.a. in „Ladies they talk about", nog vaak op het witte doek te aanscbouwen.
WÊ is
{Vervolg van pa&na 11) len. Ik voelde een eigenaardig, trotsch geluk, toen ze stormachtig werd toegejuicht ik had nooit gedacht, dat haar optreden in het publiek zóó zou opnemen. Ik begon een besef te krijgen, hoé mooi het tusschen ons geweest had kunnen zijn. Toen ze haar laatste programma-nummer had gespeeld, wilden de toehoorders haar niet weg laten gaan zonder een toegift. Ze zette zich weer aan den vleugel, keek mij recht in de oogen en glimlachte; ik glimlachte terug en het was alsof ik een ander mensch was geworden. Haar lange, blanke vingers gleden over de toetsen en ze speelde: „Goin' Home" — „Naar huis toe". Haar lachende oogen keken telkens in de mijne... Toen hoorde ik iets achter me, een geluid van iemand, die het lied zachtjes meeneuriede. Ik draaide me om — hij was 'tl Toen begreep ik, wat een idioot ik was —die lach en die blikken waren niet voor mij bedoeld geweest I In mijn razende drift trok ik hem over de stoelen en ranselde hem af, terwijl de menschen schreeuwden en trachtten mij van hem af te trekken. Het was een schandaal van jewelste. Nadat ik hem zijn bekomst had gegeven, smeet ik hem in de orkestruimte. Dienzelfden nacht verliet ik de stad en ging twee jaar in Europa rondreizen." Hartry greep plotseling den juist weer passeerenden chef-steward vast, schudde hem woest door elkaar en brulde: „Je weet nu, waarom ik naar huis ga, steward, na twee jaren in een hel geleefd te hebben. Om die slanke, witte vingers voor altijd tot rust te brengen I" Een meisje begon te gillen: „Laat hem zijn mond houden I Moeder I O, kan dan niemand hem zijn mond laten dichthouden ?" De lichten verduisterden weer plotseling en het schip begon te zwaaien en te steigeren. Voetstappen klonken buiten op het dek en de tweede officier trad binnen. Zijn zware stem dreunde door den salon, waarin elk oogenblik een paniek kon uitbreken onder de passagiers, wier zenuwen tot het uiterste gespannen waren. „Binnen tien minuten moeten de vrouwen en kinderen in de teddingbooten. Er is hulp onderweg en als u maar de bevelen stipt opvolgt, zal u niets overkomen en wij zullen ons uiterste best voor u doenl" Hartry stond uit zijn stoel op. Met onzekere passen en brandende oogen ging hij naar den officier. „Wil dat zeggen, dat het schip nu aan zijn lot overgelaten wordt ?" ' „Ja; u behoort däär; bij de andere mannen aan bakboordzijde." „Ik denk er niet aan!" In een soort razernij trachtte hij voorbij te loopen, maar de lange zeeman pakte hem beet. Hartry ging te keer als een dolle. „Blijf met je handen van me af. Ik wil haar voor één zalige minuut terugzien; en dan..." ' „Zwijg, en ga daar naar toel" schreeuwde de ander. De eerste officier kwam in den rooksalon, zijn gezicht was als een scherpgegroefd masker. „Wat is er aan de hand, Mr. Johnson?"
<x „Deze man, mijnheer, wil niet aan de bevelen gehoorzamen." „Mr. Hartry! Wij hebben nu geen tijd ons met uw persoonlijke aangelegenheden in te laten. Vooruit nu, mijnheer, wees toch verstandig. Er zijn vrouwen en kinderen aan boord, waarvoor wij moeten zorgen." Met zijn door weer en wind gehard lichaam duwde hij den recalcitranten passagier naar de overzijde van den salon. Een paar mannen verlieten hun plaats om een hartbrekend afscheid te nemen van hun vrouwen. De eerste officier dreef de tragische hoop met zachten drang naar buiten. „Mr. Johnson, ik blijf hier voorloopig bij de mannen," voegde hij zijn collega toe. Toen de laatste vrouw door de deur naar buiten was geloodst, posteerde Bowman zich in het midden van den salon, een sterke figuur in zijn drijfnat oliegoed. Zijn door rimpels omgeven blauwe oogen stonden verdrietig, maar zijn stem was vast. „Het is mijn plicht u onaangenaam nieuws mede te deelen, beeren," zei. hij, „en ik vertrouw, dat u het als mannen zult dragen. De vrouwen en kinderen worden, naar ik hoop, óp dit moment in veiligheid gebracht. Zij zullen in de reddingsbooten plaats nemen, die zullen gestreken worden en vanaf dat oogenblik zijn zij in de handen van den Almachtige. Voor ons zijn er geen booten. Wrakstukken zullen er echter genoeg zijn — en er komt hulp; het is dus zeer waarschijnlijk, dat verscheidenen van ons blijven leven om na te vertellen, hoe de anderen aan hun einde zijn gekomen. Houdt dit vooral goed voor oogen, het zal 'u moed geven. Ik kan niet ontkennen, dat ubeide noodig zult hebben." Meer dan een minuut bleef het doodstil in den rooksalon; het rumoei: van de zee en van den storm met het kraken van het schip waren de eenige geluiden. De grijze oude heer kreeg het benauwd en trok krampachtig aan zijn boord. Eindelijk verbrak iemand het zwijgen. „Kunnen we niets doen ?" „Niets, mijnheer..." Een ander steunde en de volgende seconde huiverde een vlaag van panischen angst door de groep. Een gespierde man, met een rood gezicht, die alleen maar een helkleurige pyama onder z'n overjas, waarover hij zijn reddingsvest droeg, aan had, kwam naar voren. „U blijft Mr. Bowman... en de kaptein?" „Ja mijnheer, wij blijven. Ook anderen van de bemanning. Wij wisten al een uur geleden, hoe de zaken stonden." De zware man keerde zijn gloeiendbezweet gezicht naar de rest van het ten doode opgeschreven gezelschap. Zijn stem was geforceerd en snoeverig. „Heeft iemand soms kaarten bij zich?" Afzonderlijk van de anderen stond Junius Hartry met bloedlooze vuisten en een gezicht als uit steen gehouwen; de volle werkelijkheid was nu als een ijskoud stortbad over zijn verhit brein uitgestort. Het koortsige vuur in zijn oogen was uitgedoofd — ze waren dood en duister nu — en zijn lippen bewogen zonder dat hij een woord sprak. De - 22 —
NIEUWS UIT DE STUDIOS iï
{\)i&i£2£&>
m
e Ufa zal een film vervaardigen, getiteld „Florian Geyer". Het scenario schrijft Richard SchneiderEdenkoben. Alexander Korda zal voor de LondonFilm Productions in Engeland de rolprent „De vierde vrouw van Hendrik VIH" vervaardigen. Hanns Schwarz zal in Engeland regie voeren over de film ,,De prins van Arcadië". Jacques Feyder voert te Parijs regie over de film „Madame Bovary", naar het bekende werk van Flaubert. In de Ufa-film „Amor an der Leine", welke onHANNS SCHWARZ der regie van Kurt Gerron wordt opgenomen, spelen Magda Schneider, Lissy Arna, Otto Wallburg, Wolf Albach-Retty en Paul Otto de hoofdrollen. De Duitsche regisseur Paul Ludwig Stein is in Engeland door de British International Pictures geëngageerd. Onder zijn regie zal de film „The Red Wagon" worden opgenomen. Onder regie van Hermann Kastelitz zal Lil Dagover een nieuwe film voor de Aafa spelen. Frederic March speelt onder regie van Ernst Lubitsch de hoofdrol in de nieuwe Paramountfilm „Design for Living". In de film „Die Nacht der grossen FREDERIC MARCH Liebe" spelen de volgende altisten mede: Gustav Fröhlich, Christiana Grautoff,, Fritz Odemar, Max Gülstorff, Carl de Vogt en Walter Grasz. Fritz Rasp is voor de titelrol van de film „Judas von Tirol" geëngageerd. Anny Ondra zal in de toekomst haar films in Weenen spelen. Regisseur Max Reinhardt zal te Parijs een film regisseeren. Deze film zal in het Fransch, Duitsch en Engelsch worden opgenomen. Lil Dagover zal te Parijs onder regie van Ozep de titelrol in de film „Anna Karenina" vertolken. LIL DAGOVER Schulz en Wuelner vervaardigen een film, getiteld „Der Friedensvertrag von Versailles". George K. Arthur, de Engeische acteur, die vooral bekend is uit verschillende films, waarin hij met Karl Dane tezamen optrad, is in Hollywood teruggekeerd en zal een komische rol vervullen in de nieuweM.G.M.J film „Service", welke opgenomen wordt onder regie van Clarence Brown.
i Am«rik»an»che filmster Betty Compson trad in Nice it den «-burgamMitar van NawYork, Jimmy Walker 'I huwalljk. Da niimtar Norm» Shaarar hingaarda ali gatulga.
eerste officier ging naar hem toe en zei eenvoudig: „M'n beste Mr. Hartry, de wegen van de Voorzienigheid zijn ondoorgrondelijk, maar zij leiden naar een bepaald doel. Vannacht zal uw lei schoon geveegd worden." Hartry antwoordde dof: „Dat kan voor u toch niet van belang zijn?" „Daar hebt u misschien gelijk in, maar het kan voor u iets bèteekenen, omdat, wanneer er liefde tusschen een man en een vrouw heeft bestaan, er tusschen de asch tot in de eeuwigheid een vonkje blijft groeien!" Hartry probeerde de opmerking te bruskeeren. „Liefde vergaat nooit, hè?" spotte hij. „Precies," luidde het rustige bescheid. „Het is voor u gemakkelijk te zeggen." „Neen mijnheer, het is niet gemakkelijk voor me om dat te zeggen, want ik ben in de gelegenheid geweest om de waarheid van wat ik zoo juist beweerde, aan de practijk te toetsen. En daardoor valt het mij ook gemakkelijker om wat ons vannacht weervaart, te dragen." „Zullen onze vrienden ooit te weten komen, hoe wij ons gehouden hebben?" „Ja, Mr. Hartry. Zij zullen hooren van den moed en de onverschrokkenheid, waarmee wij het einde onder oogen hebben gezien. Kijk in deze zaal rond, mijnheer. Mannen in doodsangst trachten zichzelf te overwinnen en maken een speelsch, sportief gebaar tegen het leven. Dat is iets, wat zij die van ons hielden, in hun hart zullen bewaren; de herinnering daaraan zal menige oude wond heelen. Dat is een grootsche, nobele gedachte, die wij met ons mee in ons graf kunnen nemen, mijnheer." Hartry gaf geen antwoord. De helling van het dek werd merkbaar grooter. Een doffe explosie, diep in de ingewanden van het schip, deed een rilling van begrijpen door de mannen gaan. Het electrische licht doofde, maar er waren olielampen in gereedheid gebracht en aangestoken. Buiten, op het door den storm geranselde dek, stonden de vrouwen en kinderen, als een krioelende kudde angstige schapen. Een door accu-batterijen gevoed electrisch zoeklicht, zond van de brug af 'n bundel verblindend-wit schijnsel over het druipende sloependek. De bulderende stem van kapitein Adam, die alleen op de brug stond, klonk boven den storm èn het gierend donderen der golven uit. „Mr. Myers!" De hoofdmachinist, aan het eind van een lange rij van machinekamerpersoneel en stokers, mannen met norsche gelaatstrekken, rillend in hun dunne katoenen hemden en met handdoeken om hun gespierde nekken gewonden, stapte in het licht. Hij hield een Engëlschen sleutel in de hand. „Kapitein?" „Zijn al uw manschappen aan dek?" „Jawel, kapitein." „Denk er aan, dat de orde gehandhaafd blijft, Mr. Bowman." Dit tot den eersten officier. „Absoluut, kapitein; zonder pardon. AJles is klaar." — 23 -
„Dan het machinekamerpersoneel naar de booten om te helpen. En laat de menschen nog eens goed hooren, Mr. Bowman, dat de „Paris" nog maar veertig mijl van ons vandaan is en full speed nadert." „AH right, kapitein." De eerste officier haastte zich langs de sloepen. „Deze sloep klaar om te strijken ?" „Ja mijnheer." „En deze ?" „Alles in orde 1" Zoo ging het verder. „Klaar om te strijken, kapitein!" brulde hij naar de brug. „Strijken!" De onhandzame sloepen werden losgegooid; de patentkatrollen begonnen te piepen en te knarsen. Boot na boot werd met schokkend dalen aan de woedend aanrollende en bruisende golven prijsgegeven. De groep vrouwen en kinderen minderde snel. Eén sloep werd als een lucifersdoosje door een hooge zee tegen het schip te pletter geslagen. Even waren hier en daar verspreid de donkere stippen der hoofden zichtbaar om in de volgende seconde in den maalstroom van versplinterde planken en ziedend schuim te verdwijnen. Risico van de reddingspoging; als de slachtoffers aan boord waren gebleven, was, zooals de zaken nu stonden, hun behoud niet veel waarschijnlijker geweest... Wéér maakte de mailboot een schuiver. De railing aan stuurboord verdween onder water, bleef in evenwicht, om dan weer terug te schieten, omdat het schip zich weer oprichtte. Kapitein Adam maakte éen trompet van zijn handen en loeide van de brug: „Vooruit, maak voort! Weg met die andere booten..." „Ja, ja, kapitein." Toen de eerste officier zich weer naar de sloepen wendde, dook de „Orient City" even dieper; daarna beschreven de in de lucht priemende masten langs den hemel één kleinen boog naar stuurboord en de stoomer rolde met den boeg een heel stuk onder water, maar met bijna horizontale dekken. -Onmiddelijk besefte de eerste officier de kans, die deze nieuwe positie van het schip bood. „Brug ahoyl" schreeuwde hij. „Wij kunnen nu ook de bakboordsloepen uitbrengen, als het tenminste nog niet te laat is." De kapitein antwoordde oogenblikkelijk. „Laat dan de mannen aan dek komen." In den rooksalon wachtten de mannelijke passagiers in zenuwsloopende spanning, met witte gezichten, op een nader bevel. Zij hoorden de voetstappen van den eersten officier en dorsten niet denken aan wat komen zou. Bowman stormde de zaal binnen. „Vooruit, beeren! De bakboordsloepen zijn vrij en u hebt nu een kans, wanneer u haast maakt." Glijdend en krabbelend drongen zij naar boven; opzij springend en wegduikend voor hongerige zeeën. De eerste officier en zijn maats werkten als paar-
'.
den en de eene boot na de andere werd bemand, gestreken en kwam los. Maar er bleek nog 'n teveel en één moment werd de ijzeren tucht verbroken door hen, die zouden moeten achterblijven. „Niets daarvan!" grauwde de eerste officier en met zijn gespierd lichaam drong hij de opstandigen terug. „Blijf waar je bent tot ik het bevel geef. Jij en jij — —" hij koos een aantal van de oudere en zwakkere mannen uit, „stap in. Kijk uit alsjeblieft!" Hij draaide zich om naar de achterblijvers. „Wie van jelui kan een riem hanteeren ?" Een paar gaven bevestigend antwoord. „Niemand anders? Mr. Hartry hoe staat hef met u?" „Ik kan niet roeien." „Maar u hebt me verteld, dat u slag bent geweest van uw Universiteitsploeg ?"
fc^t^ avêeJf We wonen in een straat, waar achter elk huis een stukje grond ligt. Nou ben ik van huis uit een hartstochtelijk liefhebber van tuinieren. En ik lees liever een zaden-catalogus dan een modernen roman. Ofschoon ik toe moet geven, dat er een groote overeenstemming tusscben beide is. Je weet nooit wat er uit groeien zal. Wanneer ik m'n hofleverancier een mooie bestelling heb gedaan (ik noem alleen de nos., al die vreemde namen wil ik, hartstochtelijk Nederlander, niet uitspreken, gezwegen nog van naschrijven) dan ergert m'n vrouw zich en beweert, dat ik haar beter voor het geld een nieuwen hoed had kunnen koopen. Waar is het dat de bloemen, die ze daarop draagt, vlugger uitkomen, dan uit het zaad, dat ik aan de aarde toevertrouw. Maar da's 't ergste niet. De kippen van m'n buurman hebben meer verstand van zaad, dan de beste kweekcr. En ze hebben d'r een vérgaande interesse voor'. Zoo ver, dat ze in d'r lui maag verhuizen. D'r groeien dan veeren van inplaats van bloemen! Ik troost me en zeg: je moet het goeie zoeken waar je 't vinden kunt en je alleen maar ergeren, wanneer je er een stukje over schrijven kunt. Over m'n buurman zou ik een heel boekdeel kunnen schrijven. Da's een onbeschaamde kerel. Erger nog dan jului denken. Heusch daar maak je je geen denkbeeld van. Onlangs zit zoo'n kip van hem in m'n tuin. Ik jaag ze op en wil 't beest over den tuinmuur drijven. M'n buurman kijkt toe. Als het me niet lukt het beest van den grond te jagen, mijn grond, waarin, door mijn inspanning, met mijn zweet en bloed (excuseer me deze uitdrukking!) het duur gekochte zaad is gestrooid, zegt m'n buurman: ,,Zeg Pruttelaar, zou je dat beest niet liever over de heining tillen ? Het is zijn schuld niet, dat je het zoo vet voert, dat het niet meer vliegen kan" .... Erger je nou ereis niet. Den volgenden keer, jaag ik den zaadeter niet op. Wc zullen d'r soep van maken. Dan heb ik tenminste nog eenig voordeel van m'n tuinierswerk. PETRUS PRUTTELAAR Accoord met het idee MEVR, PETRUS PRUTTELAAR. Niet accoord met het idee DE KIP ■ M'N BUURMAN, die met de politie dreigt. Je moet maar durven!
FIIM-ENTHOUSIASTEN F. E. £e AMSTERDAM. Renaée Müller wooné Bachstelzenweg 11. Berlijn. Martha tggerth kunt u schrijven: Kurfürstendarom 109, Berlijn. J. W. B. ée EINDHOVEN. Rolverdeeling van films plaatsen we In deze rubriek niet. J. R. te MAASTRICHT. Foto's, van zangers zijn bij ons niet verkrijgbaar, mis. schien kan een gramophoon-zaak u aan het gewenschte portret helpen. Hij zong veel voor de Ultraphoon. Zijn adres is Nürnbergerstrasse 68, Berlijn. K. J. te SCHEVENINGEN. Dat wa» Fritz Kampers. Wij hopen u spoedig het een en ander over Tito Scipa mede te deelen. E. v. M. te HAARLEM. Wij hebben met opzet (gebrek aan plaatsruimte) niet alle Joe May-films opgesomd. „Der Unsterbliche Lump" is inderdaad onder productieleiding van Joe May vervaardigd (regie Gustav Ucicky), eveneens had Joe May van „Die letzte Kompagnie" de productieleiding (regle Kurt Bernhardt). U ziet, dat de vergissing niet aan onzen kant 1«. M. M. te AMSTERDAM. Lilians eerste film in Hollywood ls„Mijn lippen bedriegen", waarin zij John Boles en El Brendel aU partners krijgt. Haar adres is Fox Studios, 1401 Western Avenue, Los Angelos. J. K. te LAREN. Wij geven u hierbij de drie adressen. Joe May, Kurfürstendämm 70. Berlijn. Geza van Bolvary, Schlüterstrasse 44. Berlijn. Richard Oswald, Bismarckallee 7, Berlijn. L. T. H. te 's-GRAVENHAGE. Het adres vun Erich Pommer is Krausenstrasse 38, Berlijn. Anna May Wong kunt u schrijven per adres 5451 Marathon Street, Hollywood. Rolverdeeling kunnen we in deze rubriek niet piaatjen. B. L. te 's-GRAVENHAGE. De Ufa (Universum Film A.G.) en de A»U iijn twee verschillende Dultsche filmmaatschappijen. H. K. te 's-GRAVENHAGE. Neen. dat bericht was slechts een grapje. Lilian is nog heel jong.
„Ik kän niet roeien." In de gejaagde oogen van den eersten officier flikkerde een licht van begrijpen. Snel deed hij een keuze uit de anderen en de sloep werd gestreken, waarbij de laatste passagiers een handje meehielpen. Toen zij weg waren, met eenige van de officieren en machinisten, richtte hij zich tot Hartry, die naast hem stond met een doornatten arm om een david geslagen en met zijn gezicht naar de woest-bewogen zee gekeerd. „U zult vrede vinden, mijnheer, zooals u die in uw vroeger bestaan nooit gevonden hebt..." Na een uur conversatie zette Granville het radiotoestel weer aan, maar hij kon niets anders krijgen dan een koor van morseseinen, uitgezonden door schepen door storm geteisterd, die in
Spnoeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol. Bij alle Drogisten. -
24 —
Miin slankheid wordt benijd. *. EenderDuizenden,diedoor Foci I slank geworden zijn, schrijft:
Er is een tijd geweest, aat mijn gewicht tot mijn groote ergernis aldoor maar toenam. Ik probeerde slank te worden door veel te hopen, maar zonder resultaat. Toen werd mij weer Facit aanbevolen en eindelijk begon ik een kuur daarmee. In korten tijd werd mijngewicht geleidelijk minder en thans bemerk ik weer, dat mijn slankheid mij benijdwordt. In mijn vreugde zend Ik U dit schrijven. U moogt echter natuurlijk niet mijn naam eronder zetten. * Uw dankbare A. J. F a e i I Is verkrijgbaar in apotheken en drogisterijen 4 f 3.- per buis van 100 pastilles voor een vermageringskuur van 3 weken.
FACIL
BEZOEKT HET
LUXOR PALAST TE ROTTERDAM
ü
FIIM-ENTHOUSIASTEN W. .5. te SCHIEDAM. Deze beide Donalds zijn geen familie van elkaar. A. M. R. te 's-GRAVENHAGE. Wij geven alleen foto's van filmsterren. Het adres van Annie van Duyn is Ver. Rotterd. Hofstsdtooneel, Schouwburgstraat, 's-Gravenhage. W. M. te 's-GRAVENHAGE. Het adres van Magda Schneider is Kalserdamra 67, Berlijn. W. d. H. te ROTTERDAM. Het is zeer goed mogelijk, dat bedoelde film nog eens te Rotterdam vertoond zal worden. Bij een dergelijke ontvangst zijn wij steeds tegenwoordig.
veilige haven zochten te komen Hi H. C. E. te AMSTERDAM. Hans Albers haalde de schouders op. woont Lennéstrasse 7, Berlijn. Hij is ge„Het geeft niets, ik kan niets behoor trouwd. Geboren: 22 September te Hamhjks vinden." Even aarzelde hij, maai burg. U moet hem in het Duitsch schrijven het volgende oogenblik ging hij naai en niet vergeten een antwoordcoupon in Patricia en vroeg haar zachtjes, met ziji te sluiten. hand op haar arm: „zou je zoo lie A. v. E. te 's-GRAVENHAGE. Deze willen zijn wat voor ons te spelen tot wi film zal wel in het Passage-Theater vernaar een radioprogramma kunnen luis toond worden. teren? Anders is mijn avondje bedor C. M. te SANTPOORT. U bedoelt ven. Ik weet, dat het op den triomi Lawrence Tibbett. Rolverdeeling vermelden van je optreden volgende week antici we in deze rubriek niet. peert, maar..." M. N. te RIJSWIJK. Hertha Thiele Is Haar adres is Johann SieismundZij keek even verschrikt, bewoog , getrouwd. orot Dorothea tikje onrustig in haar stoel en een liehtlestrasse „rasse 19, Berlijn. ?erl,in> -P hea Wieck Wieck is is eveneens gehuwd. Haar huwd aar a<' B dre8 blos trok over haar gezicht. %**?£* I? ;, ^ . '• 5451 Marathon Street, Hollywood „Het is grappig, dat je het nü juisl A. C. te ROTTERDAM. Deze film zal vraagt. Ik dacht toevallig aan — ik binnenkort te Rotterdam vertoond worden. heb in geen twee jaren meer in 't pu De boekjes verschijnen voorloopig niet. bliek gespeeld. Niet meer sinds dien A. G. te ROERMOND. Hans Albers is avond — je weet wel." met Hansi Burg getrouwd. Zijn adres is „Dan wordt het inderdaad tijd, da Lennéstrasse 7, Berlijn. Willy Fritsch is je het nu weer doet! Er Is toch warem geen zoon van%ilian Harvey. Zij is jonger pel geen enkele reden meer, waarom j< dan Willy. je licht onder de korenmaat zou zetten.' J. v. d. H. te ROTTERDAM. Adèle Zij schudde haar hoofd. „Tunius Sandrock is geen familie van Lilian Harvey. Dat berichtje was een grap. Lilian is te komt terug." Londen geboren. „Patricia!" „Ik heb hem geschreven eirhet hen E. M. te ROTTERDAM. Indien u steeds onze rubriek „Nieuws uit de studios" leest, gevraagd." zult u daarin antwoord opuw vragen vinden. Henry zette groote oogen op. B. B. te ROTTERDAM. Wendt u tot „Maar houd je dan nog van hem den heer Cor Klinkert, Stadhouderskade „Ik heb eigenlijk altijd van hem ge 152, Amsterdam. houden, niettegenstaande alles, wat ei A. H. te GRONINGEN. Eer, antwoordvoorgevallen is. En ik ben overtuigd coupon is aan leder postkantoor verkrijg, dat hij ook nog van mij houdt. De an baar. , Het adres van Fritz Schulz is dere, Rupert, interesseerde me alleen Platanenallee 26, Berlijn. maar — als •musicus, als kunstenaar, begrijp je ? Dien verschrikkelijken avoiK van mijn debuut zat Junius op een voorplaats in een der loges, weet je wel-' Ik zag hem direct — we waren een paai weken daarvoor met ruzie uit elkaai gegaan, maar toen ik hem zoo onverwacht weerzag, moest ik tegen hem glimlachen, of ik wilde of niet. Het was of mijn hart naar hem toegetrokken werd ik speelde alleen voor hem; al die honderden andere menschen i? de zaal konden mij niets schelen. En ik won hem terug, daar kan ik mij
BEZOEKT HET
Er ÄSTÄTHEMER
TE DEN HAAG
niet in vergissen. Opeens zag ik Rupert zitten, vlak achter hem. En Junius volgde mijn oogen ... Eerst veel en veel later, na eindeloos tobben over deheele geschiedenis, ben ik met mezelf tot klaarheid gekomen. En zoo ben ik gaan inzien, dat Rupert met opzet daar moet zijn gaan zitten — om Junius te sarren. Toen ik dat was gaan beseffen, werd het steeds moeilijker om vriendschappelijk met hem te blijven omgaan en tenslotte heb ik hem dat gezegd." Haar hand sloot zich om de zijne. „Dat is gelukkig allemaal voorbij," zei ze droomerig. „Junius is op weg naar huis..." En daarop zich losrukkende uit haar gepeins: „Zeg maar,' wat je hebben wilt, dat ik speel." „O, waar je zin in hebt. Dat ding bijvoorbeeld,, dat Rupert bezig was te zingen, toen dat schip in nood er tusschen kwam; iedereen vond het mooi." Even kwam er een felle glinstering in haar oogen, die glommen als kooltjes vuur. „Ik ben blij, dat hij z'n mond moest houden, want hij zong dat, omdat hij wist, dat ik zou luisteren. Dat stuk — wel, ik heb een gevoel alsof het een heel persoonlijk bezit is van mij. Maar omdat ik vanavond gelukkig ben, voor het eerst na al die maanden, zal ik 't voor je spelen en het zingen ook." Zij ging naar den vleugel, die in een hoek van de kamer stond. Er was iets
verdroomds in haar, toen haar vingers zacht de toetsen raakten en haar diepe, donkere altstem het lied van verlangen en vrede-vinden zong. De klanken van het laatste couplet vloeiden door de kamer: „De morgenster verlicht mijn baan. Beklemde droomen drijven voorbij; Verdwenen de schaduw, de nacht gedaan. Nu begint het ware leven van mij. Daar is geen breuk, daar is geen eind. Mijn dagen glijden zachtkens voort; Rustig mijn glimlach, het leven deint In gouden vrede op liefde-woord. Het witte huis in de laan bij de hei, De deur is nog altijd open voor mij." Het bleef stil in het vertrek; ze waren allen als in een betoovering gevangen. Patricia zat met gebogen hoofd voor den vleugel, haar handen in rust op de toetsen... als liefkoozend, als een zegening.... — Ergens op den onmetelijken Oceaan zonk, wat eens een trotsche stoomer geweest was, naar de diepte — met de weinige moedige mannen, die aan boord gebleven waren. Onder hen was ook Junius Hartry — en zijn oogen glansden,^ alsof een innerlijke troost er in lichtte en hij Patricia hoorde zingen...
BOOTS MIAILILORV, een jeugdige Amerikaansche schoonheidskoningin, die thans in eenige Fox-films optreedt.
nAJurucrt
Een bloemlezing van den geestigsten geïllustreerden humor uit de buitenlands ehe tijdschriften.
mm
LILIAN HARVEY
„Geen enkele man vindt het prettig om naar verhalen over mode en kleeren te luisteren," schrijft ons een abonné. — Vooral niet als hij, rammelend van den honger, uit kantoor komt en een lucht van aangebrand eten ruikt. De volmaakte butler: „Een inbreker, mylord!"
The Humorist
Toen dezer dagen in een cabaret een goochelaar aan de beurt was om op te treden, kon men den man nergens vinden. — Men vermoedt, dat hij in zijn kleedkamer een goochelkunstje repeteerde op zichzelf en het een beetje te grondig had gedaan. „Bij een verkooping bij opbod is het altijd een groot voordeel als men lang is," lezen wij. — De mooie koopjes zijn voor den hoogsten bieder I Een criticus klaagt er over, dat er tegenwoordig te veel films zijn met een treurig eind. — De fabrikanten van poeder, rouge, oogstiften en zakdoeken zijn het in 't geheel niet met hem eens.
„Mijnheer Meyer schijnt weer thuis te zijn, zeg! The Passwe 5W
De krachtige natuur: „Die hoed knelt mij een beetje. Ik had toch beter een nummer ffrooter kunnen koopen." ' Lustig Btaetter
FILM ENTHOUSIASTEN
L. G. te •••HERTOGENBOSCH. Wij kunnen olé uw brief natuurlijk niet conhoe goed uw bedoeling overigens ook stateeren, o£ u talent bezit. Hard werken is, om zoogenaamd „mee" te. spelen, alleen U voor een succesvolle éooneeiloop. Wij zullen thans in eenige artikelen door steeds van houding te veranderen. baan niet voldoende. We raden u werkeenkele raadgevingen verstrekken, die , Houdt u stil en luister in de houding, lijk ernstig aan, een ander beroep te kiezen. voor sommige amateurs naïef, voor die u aangenomen hebt bij den aanWilt u dit niet, stelt u zich dan met den anderen geheel nieuw zullen klinken vang van het verhaal, slechts dän van beer Balthazar Verhagen, directeur van de iToch geloof ik, dat het ook voor de houding veranderend als dit van tevoren Tooneelschool, Marnizstraat, Amsterdam, eerstgenoemde categorie goed zal zijn is bepaald en op momenten, die dit in verbinding. zxch aan de hand hiervan zelf eens een' rechtvaardigen of hierom vragen. A. K. te NIJMEGEN. Rolverdeelinif examen af te nemen, want, hoe verDit brengt mij vanzelf op het ondervermelden we in deze rubriek niet; wendt ^onderhik het ookmosre klinken, ik heb. werp gesticuleeren. In de eerste plaats u met deze vraag tot de Metro-Goldwynamateurs met routine standen zien inwil ik .hier het volgende vastleggen: Mayer, Damrak 49, Amsterdam. Rolf von fcemen en handelingen zien verrichten, Goth is niet getrouwd. Zfln adres is Waitz< Het is beter te weinig dan te veel te strasse 28, Berlijn. Ramon Novarro heeft die ze waarschijnlijk zelf voor onmogegesticuleeren. Er is niets dat meer deze party zelf gezongen. lijk gehouden hadden, althans zouden irriteert dan het te veel werken met afkeuren als zij deze bij änderen op H. J. A. v. E. te OSS. U kunt Mariene handen of armen of, wat nog erger dezelfde wijze waarnamen. Dietrich aan het opgegeven adres schrijven. is, met hoofd en/of verdere lichaamsDenk er aan, drie antwoord«coupons in te De fout is meestal te zoeken in het deelen. Denk er vooral ook om, dat sluiten. We betwijfelen of ze u een brief feit, dat er bij de repetities niet volgeen enkel gebaar gerechtvaardigd is terug zal schrijven; een foto zult u echter doende op gelet wordt. Of dit nu naals het niet van de hersenen, van het wel ontvangen. gelaten wordt uit slordigheid (hoe ongevoel, uitgaat. De hand is hier de A. R. te •s-GRAVENHAGE. Het adres vergeeflijk dit ook isl) of onmacht dienaar van het hoofd, van het brein van Lien Deijers is Jagdscbloss Stern, Neuis bijzaak — het resultaat is hetzelfde. dus, en indien de dienaar niet elk bevel Babelsberg bij Berlijn. U moet drie aniMet geen énkel artikel door wien ook van zijn meester onmiddellijk uitvoert, woord.coupons insluiten om een foto van geschreven en hoe lang ook, kan iemand is hij een slechte dienaar. Het .gebaar haar te ontvangen. U kunt haar gerust in die geen gevoel voor het tooneelspel beis dus niet iets overbodigs, integenhet Nederlandscb schrijven. zit, dit bijgebracht worden. Dit zij voordeel zelfs; het moet iets onderstrepen, G. V. te IJMUIDEN. Jackie Cooper kunt op gesteld. Iedereen kan natuurlijk een het mag niet zinloos zijn. Het kan u schrijven P.a. Metro-Goldwyn-Mayer „lesje" uit zijn hoofd leeren, dus ook heel moeilijk aangeleerd' worden, doch Studios, Culver-City. Californi«. Het adres een rol, maar de tekst als tekst is de zelfstudie kan hier veel helpen. ledere seVan Robert Coogan is 5431 Marathon minst voorname factor in het tooneelStreet, Hollywood. rieuze dilettant behoort thuis een groeten spel. Het is de taak van den acteur spiegel te bezitten, waarin zijn geheele stemmingen en gevoelens weer te geven, gestalte, indien hij staat, weerspiegeld mét of zónder tekst. De woorden zijn wordt. Zóó behoort u ook uw rol in te alleen van belang als zij het publiek in 'S NACHTS GEEN SLAAP, studeeren en wannefer u zich èlken dag OVERDAG GEEN RUST staat stellen de gedachten van den slechts een half uurtje zoudt oefenen, speler hardop te hooren verkondigen. Nu zenuwrheumatiek verdwenen. verzeker ik u, dat ge, al hebt ge ook Daar gaat het om. Het mogen dan niet maar weinig gevoel hiervoor, héél spoe- Tot goed voorbeeld van anderen, die mismeer de woorden van den schrijver, het dig uw eigen leermeester zult worden. schien aan dezelfde kwaal zouden kunnen moeten de gedachten van den speler zijn. Bekijk u zelf eens critisch, terwijl u lijden waaraan zij zelf leed, schrijft een een gedeelte uit een,rol voordraagt, en dankbare vrouw ons als volgt: Het voorgaande neemt natuurlijk niet u zult verrast zijn over het resultaat. „Het vorige jaar kreeg ik een ernstigen weg, dat een primitief aanvoelen ontU zult dan ook zelf heel dikwijls cor- aanval van zenuwpijnen in het been; overwikkeld kan worden. De „techniek" dag vond ik geen rust, 's nachts kon ik gaat dan een groote rol spelen. Sterrecties aanbrengen en... vorderingen niet slapen, om maar niet verder te spremaken. Deze methode van instudeeren ken van ker nog: ook geboren tfconeelspelers de intense pijnen die ik leed. Ver(amateur of niet) kunnen niet zonder en toepassing van zelf-critiek is van schillende middelen brachten mij weinig of groot belang I C. J. PIETERS techniek. En hier zal ik het in hoofdgeen verlichting, tot een vriendin mij aanzaak over hebben. raadde Kruschen te probeeren, omdat zijLaat ik eerst een simpele vraag stelzelf er succes mee had gehad toen zij op dezelfde manier leed als ik. Ik ben nu zoo len: „Kunt uloopen?" Op het tooneel dankbaar dat ik haar raad opvolgde! Vanbedoel ik natuurlijk. Toch is dit een der af den allereersten flacon Kruschen voelde moeilijkste bewegingen, waaraan steeds' ik al een verbetering en tegenwoordig ben onvoldoende aandacht besteed wordt. ik absoluut vrij van pijn en slaap 's nachts De gratie hiervan is dikwijls zoek. uitstekend. Van deze verklaring mag U Vroegere geslachten hadden veel op naar goeddunken gebruik maken, want ik ons voor •— zij schermden meer en ben nu uiterst dankbaar voor het succes dansten. Niet een quickstep of een dat ik verkregen heb." Mevr. H. C. of anderen negerdans — maar de graZoovele pijnen waaraan de menschen lijden^ hebben alle een en dezelfde oorzaak — cieuze menuetten, enzoovoort. En de behardlijvigheid. Niet alleen geregeld, maar oefening yan scherm- en danskunst ook volledig moeten dagelijks alle afvalleerde iemand loopen of zich gemakproducten der spijsvertering verwijderd kelijk bewegen van de eene plaats naar worden. Ischias, evenals spit en rheumade andere, hetzij vooruit of achteruit. tiek, worden meestal veroorzaakt door een Zijn beenen waren voortdurend in de teveel aan urinezuur, hetwelk zich heeft juiste positie. Indien u het ernstig n^eent opgehoopt. Kruschert Salts zal dit overmet uw liefhebberij, gaat u hierin dan tollige urinezuur en andere afvalstoffen oefenen, neem schermles, ga naar een die de gezondheid benadeeien, langs de natuurlijke wegen, zacht en volkomen vergoeden dansonderwijzer en vraag hem wijderen. En omdat de „kleine, dagelijkjuist daarop te letten. sche dosis Kruschen Salts Uw inwendige Even moeilijk is het tegenovergeorganen regelmatig en volkomen vrijhoudt stelde, nl. het stil zitten. Stel voor, u van alle afvalproducten, kunnen kwaadmoet naar een lang verhaal luisteren, | DE WEGGELOOPEN BRUID" aardige stoffen als urinezuur zich nooit dan bewijst u uzelf, uw partner en het meer ophoopen. Een foto uit dit aardipe tooneelstuk, opgestuk in het geheel geen dienst door voerd door de N.V. Het Schouwtooneel. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar J voortdurend met uw wenkbrauwen te V.l.n.r.: Willem de Vries, Esther de Boerf1'6 aPothelters en drogisten è /0.90 werken, met uw hoofd te schudden of, en ƒ 1.60 per flacon. Stralende gezondheid van Rijk en Dogi Rugani. j VOOR HET .SCHERM OP GAAT!
ICH UMD DIE KAISERin
.
DE DERDE MUZE
Om te bewijzen hoe sterk een nieuw merk vulpen is, dat pas in den handel is gebracht, heeft men een exemplaar er van bewerkt met een hamer, in een schroef geklemd en het van een hoogte van zes verdiepingen naar beneden laten vallen. — Als vuurproef'had men een vulpen moeten inpakken en per post verzenden met de notitie „Voorzichtig. Breekbaar!" „Het is absoluut nutteloos om boos te worden, als gij door een politie-agent wordt opgehouden om Uw snelheid te controleeren," verklaart een automobi list. — Het verdient ook geen aanbe veling om met den' voet te stampen, vooral niet op het gaspedaal. Een architect voorspelt, dat het niet lang zal duren of alle lantaarnpalen zullen verdwenen zijn. — Er is reeds een protestvergadering gehouden van laat huiswaarts keerende fuifnummers.
voor één cent per dag.
— 27 -
Het jong-e meisje stapte resoluut de straat op. Maar er was iets in haar gezicht, dat haar wachtende collegras waarschuwde uit haar buurt te blijven, ofschoon zij verging-en van nieuwsgierig-heid. Ze zagen haar vlug naar Blackfriars Bridge loopen, waar ze de betrekkelijke afzondering van een bus opzocht. Maar ze zagen ook nog wat anders: namelijk Mr. Fowle, die uit de portiek van een café te voorschijn schoot, een taxi aanriep en wegreed in dezelfde richting als de bus, waarin Winifred had plaatsgenomen. „Hij woont anders niet in de „Elephant"," merkte een van de meisjes op. „Hij heeft immers kamers in Kilburn. Ik wil er wat onder verwedden, dat hij Winifred achternagaat/' „Ja," voegde een ander er bij, „het is zoo duidelijk als iets, dat hij stapeldol op haar is. Als je alleen maar bedenkt, hoe hij zich er vanochtend mee bemoeide, toen die oude kat haar te pakken nam, omdat ze te laat was." „Dan heeft hij toch een rare manier om zijn liefde te toonen," meende de eerste spreekster; „want het is zijn werk, dat ze ontslagen is.'' „Kom nou, daar heeft hij toch geen schuld aan!" „Ik vertel je, dat het wèl zoo is. Ik was toevallig even in de groote kantoorhal; ik moest aan een van de loketten wat vragen voor juffrouw Sugg, en ik hoorde, dat hij een loopjongen met een enveloppe naar de „Evening Post" stuurde. Ik zou er een eed op durven doen, dat daar een berichtje inzat, dat Winnie op Scotland Yard is geweest, want hij stond op den uitkijk tegen dat de jongens met de kranten moesten komen. Hij kocht een „Evening Post" en ging er direct mee naar het directie-kantoor. Ik weet het van den loopjongen, dien hij met den brief had weggestuurd." De theorie van het meisje was juist. Fowle, die meende daarmede zijn eigen doeleinden te kunnen dienen, had Winifreds ontslag bewerkt -en haastte zich nu in een taxi naar de straat, waar zij woonde. Zijn plan was haar op te vangen vóór zij haar huis bereikte.
^y
:-*-
JULIU3 FÄLKENSTEIN ALS OFFENBACH IN DE UFA-TOONFILM „ICH UND DIE KAISERIN'
De wijk, in de wandeling „The Elephant" genaamd, is een van de drukste, dichtstI bevolkte centra van Londen. Maar zoo slecht kennen de bewoners jvan zoo'n enorme metropolis dikwijls hun I eigen stad, dat er in het West End tienI duizenden goed gesitueerde Londenaars Iconen, die nooit in hun leven een stap l^ehben gezet in de „Elephant" of de „Obej'isk", of die zouden weten te vertellen hoe jdeze volkrijke buurten aan hun eigenaarIdige namen komen. | Een van deze West End-bewoners stond jtfians met oogen vol verbazing te kijken Ijiaar het levendige schouwspel op een | «nooppunt, waar zes wegen samenkwamen. Het was een modieus gekleede jonge-
man, wiens elegante verschijning terstond verried, dat hij zich beter thuisvoelde in Piccadilly dan op Newington Causeway. En inderdaad, die verbaasde oogen hadden nooit te voren gerust op het bekende café, waaraan de omgeving haar naam ontleent. Een toeval had hem hier gebracht. Op weg naar huis had zijn magnifieke Essex dienstweigeraarsneigingen vertoond en er had niets anders opgezeten dan hem naar de dichtstbijzijnde garage te brengen om het euvel te laten verhelpen. Daar dit niet in een vloek en een zucht bleek te kunnen geschieden, had de onfortuinlijke autorijder besloten, gebruik te maken van de gelegenheid om eeq deel van Londen te leeren kennen, dat nieuw voor hem was en te voet den tocht huiswaarts te vervolgen. Geïnteresseerd stond hij op een rustig eilandje in de woelige baren van het verkeer enkele oogenblikken de drukte aan te zien. Op enkele meters van hem af stopte een taxi; een als heer gekleed persoon stapte uit, betaalde den chauffeur en stak den rijweg over. Sir Reginald Carshaw, de eigenaar van den defecten auto, vroeg een politie-agent den kortsten weg naar Westminster Bridge. Hij volgde de ontvangen aanwijzingen en merkte al spoedig, dat die hem in dezelfde richting voerden als de man, die zooeven de taxi had verlaten. Hij sloeg een naar verhouding stille straat in, waar de ander met langzamen pas voor hem uit wandelde, toen opeens een jongmeisje langs hem ging, een opmerkelijk mooi meisje, zooals hij snel vaststelde.
bleek en geagiteerd, de oogen verduistcrl door ingehouden tranen. Sir Reginald Carshaw was hoogelijk verbaasd daar een dergelijke verschijning te vinden en tevens aangenaam getroffen. Hij was jong, knap en levenslustig — allerminst de man om zich een tweeden steelschen blik op zoo'n aantrekkelijk wezen te ontzeggen, ofschoon dit in de snel toenemende schemering en bij het tempo, waarin zij zich voortspoedde, eenige moeilijkheden met zich bracht. Bovendien wees alles er op, dat het mooie kind verdriet had, misschien in ernstige moeilijkheden verkeerde en Sir Reginalds hersens werkten koortsachtig om iets aannemelijks te bedenken waardoor hij zijn goede diensten zou kunnen aanbieden. Maar geen enkel geschikt excuus, bruikbaar voor een gentleman, lichtte in zijn geest, ondanks zijn inspanning. " Toen kwam het noodlot tusschenbeide — ten behoeve van hèm leek het haast! Het meisje was plotseling aangesproken door den man uit de taxi, die beleefd zijn hoed afnam en vroeg: „Zou ik u een oogenblikje mogen spreken, juffrouw Barlett?" Onwillekeurig deed ze een stap" achterwaarts. „Wat wilt u, mr. Fowle?" stiet ze ontsteld uit en noch haar woorden, noch de manier, waarop zij op de ontmoeting reageerde, ontgingen Sir Reginald, die nu vlak bij het tweetal was. „Ik wou u zeggen," hernam Fowle met gedempte stem en wat dichter op hagr toekomend, „dat het mij erg spijt, wat vandaag gebeurd is. Ik heb gedaan wat ik kon
om het te verhinderen, ik heb er zelfs groote onaangenaamheden met den directeur-generaal voor geriskeerd." Hij wachtte een seconde en ging toen op vertrouwelijkoverredenden toon voort: „Ik zou zoo graag willen, dat je goede vrienden met me werd, Winnie *— het zal me weinig moeite kosten je een prettige betrekking te bezorgen, in plaats van het geestdoodende, slecht betaalde werk, dat je tot nu toe gedaan hebt! Kom, een meisje als jij hoeft zich toch niet den eenen avond na den anderen in haar eentje thuis te zitten verkniezen — er zijn zooveel gezellige theaters en dancings in Londen — ik kan je overal meenemen waar je heen wilt. Heb je geen zin om vanavond met me uit te gaan? Dat zal je opmonteren na de onaangenaamheden van vandaag/" Fowle had er geen gras over laten groeien om zijn kaarten open te leggen. Maar of zijn motieven eerbaar waren of niet, Winifred deed geen moeite het te onderzoeken. Met oogen, die gloeiden van verontwaardiging en met trillende lippen, beet ze hem toe: ' „Hoe krijgt u het in uw hoofd mij op die manier te volgen en lastig te vallen — hoe durft u met zulke praatjes bij mij aan te komen?" De toornige klank verdween uit haar stem en er lag een wereld vari hulpeloos leed in, toen ze vervolgde: „O, als ik maar iemand had om me te verdedigen, een broer of een vader, dan zoudt u het niet wagen me zoo te behandelen!" „Wees maar niet bang, kleine meid," klonk onverwacht een pittige, mannelijke stem vlakbij, „als die onhebbelijke kerel u hindert, zullen we daar in den kortst mogelijken tijd een stokje voor stekenl" Met een grauw als van een nijdigen hond, draaide Fowle zich om. Vïï. HARDHANDIG INTERMEZZO. In één oogopslag had Fowle de athletische .figuur getaxeerd van den jongeman, die zoo onverwachts zijn weinig nobele hofmakerij stoorde en het resultaat van
zelschap van dit onaangename heerschap verlos." Zooals dat zoo dikwijls gebeurt bij elkaar geheel vreemde menschen, ontstond er tusschen hen van het eerste oogenblik, dat hun oogen elkaar ontmoetten een intuïtieve sympathie, alsof een electrische vonk vtfn den een naar de ander oversprong. Winifred keek den knappen onbekende, die zoo plotseling uit de lucht was komen vallen, als door hoogere machten gezonden om haar te helpen, aan, zonder ook maar een seconde den blik neer te slaan. „Ik vind het heel vriendelijk van u," ber dankte ze hem, „maar ik denk, dat Mr. Fowle wel zal inzien, dat ik zijn gezelschap niet op prijs stel en zich daarom niet verder zal opdringen." „Zoo beleefd zult u nu toch wel zijn, hè Mr. Fowle?" hernam Sir Reginald en hij zag den teleurgestelden minnaar zoo doordringend aan, dat deze laatste zijn woede niet de baas kon blijven. De agent was nog steeds in de buurt en daft sterkte zijn moed. „'n Mooie boel!" ,viel hij kwaadaardig uit. „Ik ben anders niet van plan me door die grande-dame allures van je van de wijs te laten brengen, juffrouw Winifred Barlett. Je denkt zeker, dat je daardoor indruk maakt op dezen opschepper hier, hè?" Toen rees het plaveisel eensklaps omhoog en gaf hem een geweldigen tik tegen zijn achterhoofd. Ten minste, dat verbeeldde hij zich. Nadat hij weer overeind gekrabbeld was en probeerde zijn hoed, die in de verdrukking was geraakt, weer in zijn fatsoen te brengen, had hij een gewaarwording alsof zijn neus als een vakkundig platgeslagen biefstuk tusschen zijn wangen lag en hij hoorde Sir Reginald zeggen: „'t Spijt me, dat u hiervan getuige hebt moeten zijn, maar ik kon niet toelaten, dat die vent u straffeloos beleedigde." De zeer beschadigde Fowlé dorstte in zijn wanhoop naar wraak en wilde Carshaw te lijf. Maar toen achtte de apent, die
ZEG, NIEUWE DAG
e ee e e
Woorden van Annie de Hoog-Nooy ventfnigen blik op Winifred richtend, „het zal je misschien genoegen doen, jongedame, te weten, dat je het aan mij te danken hebt, dat je ontslagen bent. En ik ben nog niet met je klaar, dèt wil ik je wel vertellenl" Sir Reginald Carshaw deed met gebalde vuisten een stap naar voren. Maar de po litie-agent kwam oogenblikkelijk tusschen beide. „Vooruit," gromde hij. „Nu is het uit met die grappenmakerij. U hebt hem voor vandaag zijn portie gegeven. Zijn neus is warempel plat. Ik weet eigenlijk niet, of ik er wel goed aan doe, deze geschiedenis te laten loopen.. Maar als het slachtoffer het zelf niet noodig vindt, er werk van te maken, gaat het mij verder niets aanf" Ofschoon dit alles zich afspeelde in een vrij stille straat, duurde het toch niet lang of er had zich een heele kring menschen om de hoofdpersonen uit het drama gevormd; daarvoor was het Londen. Alle voorbijgangers bleven staan, in afwachting van de dingen die komen zouden. Winifred keek haar redder even dankbaar aan én zag toen kans in het donker van den vroegen avond vrijwel onopgemerkt weg te sluipen. De volle aandacht van 't publiek was bij de twee beeren en den agent. Maar de agent had haar niet uit 't oog verloren. Hij zag, dat ze verdween in de deur van no. 7. Dat gaf hem te denken! „'t Is een eigenaardige geschiedenis,' mompelde hij. En zich tot Fowle richtend; „Hoe was uw naam ook weer?" „Mijn naam was heelemaal niets," beet de aangesprokene hem toe. „Geen brutaliteiten alsjeblieft," was het scherpe wederwoord. „En hier kan ik u niet verder ondervragen. Ik arresteer u beiden; u gaat in een taxi met me mee naar het bureau in Southwark." Fowle was overbluft, maar Sir Reginald merkte geamuseerd op: „Maar man, je bent niet wijs, welke reden heb je om ons te arresteeren?" „Dat zullen ze u op het bureau wel ver tellen. Ik heb orders om iedereen aan te houden, die hier op no. 7 binnengaat of aanleiding geeft tot de veronderstelling, dat hij er iets mee kan hebben uit te staan. Die jongedame, waarover voor zoover ik kon zien, de strijd • liep, is daar binnen: gegaan, dus is het mijn plicht u voor den inspecteur te geleiden. Ik zou u aanraden u niet te verzetten — daar kunt u alleen maar last van krijgen." (Wordt vervolgd).
Muziek van Henri C. van Praag
l*""1 I P P
11'
Ze
M
p p i
9' nieuwe dag, n99 onbekend. Ben jij als and're da-gen. Kom jij^net als die vkn voorheen. Mij ook m
"J
1
r ri =^zB=^=
t
t
e
s
f ^^ifH,' p m lijkt menoo-al zoo vertrouwd. Jij laat de zon zoo stra-len. En zet de boomen langs de gracht. In gouden glans te pralenBen
IfiS ' jij m) wellicht goed-gezind? Dat wil ik gaarne ho-pen. Dan zet ik ook mijn pansche hart. Met vreugde voor je o-pen! Je
ÉïjP rjr^
i—r
rj T^J s
J'1, i' 'T I' I \ rpn^yy' ' N n ' i „i, i „ii ^ p i 'pp stralend licht, het spoortmii aan. En helpt mij kracht te winnen. Om dezen, mij nog vreemden dag, Recht hoopvol te beginnen.
^m
Ti^H r
^^
Ä
*
Ä
i^
fc
i
kdéé
MAISON ODIOT 7 PLACE DE LA MADELEINE. PARIJS Fabriek van Artistiek / Zilverwerk Gevestigd ui
1690
ê5 .
Specialiteit voor geschenken in zilvet en verzilverd metaal
GROOTE KBUZE IN KUNSTVOORWERPEN UITGEVOERD NAAR ONTWERPEN UIT ELKE STIJLPERIODE
B^ND J(iDAirci<&iin®i i9^ ^^ De band voor den Jaargang 7932 is gereed. Hij dient tot het inbinden van 52 nummers van ons blad, dus voor een geheelen Jaargang. De prijs van dezen band bedraagt PI. 7.50 franco per post, BIJ VOORUITBETALING. Het verschuldigde kan voldaan worden door storting op onze postrekening 41880 of door toezending van postwissel. Een gebonden jaargang van Het Weekblad Cinema & Theater is een prettig bezit, dat u nog vele aangename uren kan verschaffen. Het bezichtigen van de vele mooie en interessante foto's en het lezen det beschrijvingen van films en tooneelstukken roept bij u de herinnering weer wakker van het door u in het afgeloopen jaar geziene en gehoorde. Ook de overige inhoud is zeer zeker het nog eens zien en lezen meer dan waard. Een gebonden jaargang houdt dat alles voor u bij elkander. Bestel daarom een band voor het inbinden van uw 52 nummers van ons blad.
■
■
.
CIREMA^TMEATEJ
.,
ADM. HET WEEKBLAD CINEMA d THEATER, GALGEWATER 22, LEIDEN
1^3
ZOO JUIST VERSCHENEN:
'.■'4ttm
MEDISCHE ENCYCLOPAEDIE VOOR GEZIN EN VERPLEGING, SAMENGESTELD DOOR
Dr. P. J. DE BRUïNE PLOOS VAN AMSTEL, Arts, te Amsterdam.
530 pagina's in kloeke duidelijke letter op stevig papier, 8 fraaie gekleurde platen, benevens een aantal zwarte op kunstdrukpapier.
Compleet gebonden in prachtband slechts f 4.50. Ieder die iets weten wil over: bloedarmoede • bloeddruk • blaascatliarr • kleurenblindheid • angina • maagkramp • kanker • kinkhoest ■ rlieuraatlek • spataderen - suikerziekte • slapeloosheid • zvrangerschap • /enu« ziekten • schärft • spit • tnberenlOM, of wat dan ook. kan nu gemakkelijk inlichtingen krijgen. Deze
MEDISCHE ENCYCLOPAEDIE voor ieder gezin bevat ruim 8000 onderwerpen, beschrijft alle ziekten en de nieuwste geneesmethoden. Naar de allerlaatste gegevens is dit werk geheel nieuw opgebouwd en gemakkelijk leesbaar geschreven door den bekenden Amsterdamschen huisarts
Dr. P. J. DE BRUÏNE PLOOS VAN AMSTEL
Dat is practisch bezuinigen/
■'■"\
8 \
! • Eerste kwaliteit zeeppoeder voor 10 cent
Prachtige moderne platen, waaraan bekende professoren hun medewerking verleenden, uitgevoerd in veelklenrendrnk op kunstdrukpapier, illustreeren het werk. Het geheel fs voortreffelijk gedrukt op uitmuntend houtvrij papier, ruim £30 pag. In normale tijden zou zulk een werk minstens
;>■■--:\
^-W"
f 15.- gekost hebben. NU slechts f4.50.
Formaat van het werk 25 X 17 c.M.
Het prachtwerk wordt franco huis geleverd na ontvangst van onderstaand bestelbiljet. Desgewenscht de betaling te roldoen in vier maandelijksche termijnen: de eerste ä f 1.S0 en de drie volgende o. f 1.—.
Verkrijgbaar bij G. J. GRAAUW, BOEKHANDELAAR, KEIZERSGRACHT 168, AMSTERDAM (C.) Fostglrorek. 48003. Oem. Giro G 2021. Tel. 44505.
voor 10 cent, dét is het goedkoopste wat Nederland geeft
EDELWEISS voor .
«
- •/'
.de wasch.
EDELWEISS voor de schoonmaak.
BESTELBILJET De ondergeteekende wenscht franco te ontvangen van G. J. GKAAUW, Boekhandelaar te Amsterdam (C), Keizersgracht 108, Tel. 44.10:>, Fostglrorek. 48003, Gem. Giro G S0S1
Ex. MEDISCHE ENCYCLOPAEDIE in linnen prachtbanrt compleet f4.50, en wenscht dit bedrag té betalen: in 4 maandelijksche termijnen, de eerste ä. f 1.50 en de drie volgende ä f 1.— ä contant. NAAM WOONPLAATS S.v.p. doorhalen welke wijze niet wordt gewenscht.
^Tfv^
6965 Verschynt wekelijks - Prgs per kwartaal f. 1.05. Red, en Adm. Galgewater 22, Lelden. Tel. 760. Postrekening 4I8no.
■>*:■:
-.
X
•
AFBEELDIN IN KLEUR MULTICOLO