Wonen in Utopia Werk van Rob Voerman, Izaak Zwartjes, Renato Nicolodi, Rik Smits, Daan Paans, Marianne Lammersen
LUMC galerie 19 september - 17 november 2013
Utopia_01.indd 1
08-09-13 15:26
Claude-Nicolas Ledoux, Les Salines Royales, Arc-et-Senans
Uitgave ter begeleiding van de tentoonstelling Wonen in Utopia in galerie LUMC 19 september t/m 17 november 2013 Tekst: Jetteke Bolten-Rempt Opmaak en pre-press: SilverArrow Afbeelding voorzijde: Rik Smits, Undiscovered Planet, 2013 potlood op papier, 70 x 100 cm
Utopia_01.indd 2
08-09-13 15:26
Wonen in Utopia
Claude-Nicolas Ledoux, Maison de surveillants de la source, 1804
Denkend aan Utopia zie ik vele vergezichten in woord en beeld waarvan het realiteitsgehalte niet direct de eerste prioriteit is. Geleend van het oorspronkelijk Griekse woord ou-topos, letterlijk vertaald ‘niet bestaande plaats’, heeft Utopia in het woordenboek niettemin een positieve klank: ‘land van belofte, land van volmaaktheid, droomland’. Het woord werd door Thomas More (1478-1535) met de titel van zijn boek Utopia in 1516 gemunt. Hij beschrijft een ideale staat als alternatief voor het door tirannie en corruptie geteisterd Engeland; niet om het idee uit te voeren maar om daarmee de misstanden aan de kaak te stellen. De ideale staat, de ideale stad, de ideale samenleving, de socialistische heilstaat… Telkens weer leidt het verlangen naar een betere wereld tot nieuwe concepten voor Utopia. En omdat we – eenmaal verjaagd uit het Paradijs – de ideale werkelijkheid verloren, is de utopie gericht op de toekomst. Het ontwerpen van ideale wereldbeelden kon in filosofie en literatuur tot verbale troost dienen voor de armzalige omstandigheden waarin ‘de gewone man’ moest leven. Het was de 18de-eeuwse Franse architect Claude-Nicolas Ledoux (1736–1806) die als eerste utopische denkbeelden daadwerkelijk omzette in concrete, industriële architectuur in Les Salines Royales (de koninklijke zoutziederijen) van Arc-etSenans (1774-1779). Hij gebruikt eenvoudige, geometrische vormen
Utopia_01.indd 3
08-09-13 15:26
– de cirkel en het vierkant - en past een ruime, heldere indeling van de ruimte ook toe op productie- en arbeidersomstandigheden. De ‘fabriek’ is als een soort tempelcomplex gebouwd en de arbeiders wonen goed en dicht bij hun werk. Les Salines en zijn ideale stad Chaux die hij in 1804 met veel illustraties in boekvorm publiceerde, belichamen de verlichtingsidealen. Zijn visionaire geometrische modellen en visioenen voor de stedelijke functies wonen, theater, tempels - die in Arc-et-Senans te zien zijn - verrassen door hun formele eenvoud en complexe inhoud en ogen bovendien buitengewoon modern! De steeds toenemende industrialisatie in 19de-eeuws Europa leidt tot massale urbanisatie en tot onaanvaardbare, zelfs onhoudbare sociale omstandigheden. De klassenstrijd brandt los. Volksopstanden en revoluties werden gevoed door filosofische en economische theorieën en geschriften. Zonder Karl Marx en Friedrich Engels geen arbeidersbeweging – Proletariërs aller landen verenigt U – noch socialisme en communisme die in de 20ste eeuw wereldwijd en in alle variaties in praktijk werden gebracht. Idealen werden ideologieën. Om een nieuwe – rechtvaardige en bezitloze(!) – samenleving tot stand te brengen, moest de oude worden vernietigd, alles gericht op de toekomst. De Eerste Wereldoorlog (1914-1918) hielp al een eind op weg met die destructie. Ook de kunstenaars voelden zich aangesproken door de idealen van een nieuwe samenleving waarvoor zij een nieuwe kunst zouden maken. Weg met het bloedeloos bourgeois realisme; dat was voor de rijke burger. Nieuwe manieren van uitdrukken waren nodig: Expressionisme; maar vooral ook een nieuwe beeldtaal die voor alle mensen toegankelijk zou zijn: Constructivisme. Want voor de constructie van die nieuwe verstaanbare beeldtaal leende zich geometrische abstractie het best. Vooral in de eerste jaren na de Russische Revolutie van 1917 waren het avant-garde kunstenaars als Malewitch, Tatlin, El Lissitsky, Popova en vele anderen die het revolutionair experiment in de kunst en de toepassing ervan in de samenleving gestalte gaven.
Vladimir Tatlin, Monument voor de 3de Internationale, 1919-20
Utopia_01.indd 4
In Europa was het Futurisme vanuit Italië, gefundeerd op het Futuristisch Manifest van Marinetti van 1909, vurig pleitbezorger van de vernietiging van het verleden op weg naar de dynamiek van de toekomst, leve de vooruitgang. Ook architec-
08-09-13 15:26
Antonio Sant’ Elia (1888-1916), Het Città Nuova apartementengebouw, met 3 verkeersniveau’s (tramlijn, autowegen,voetgangers), verlichting en draadloze telegraaf, 1914
ten ontwikkelden voor de nieuwe samenleving nieuwe bouwvormen en pasten nieuwe materialen toe als beton, staal en glas met het einddoel: licht, lucht en ruimte voor àlle mensen. In de ogen van de invloedrijke Franse architect van het modernisme Le Corbusier (1887-1965) moesten huizen, op elkaar gestapeld, ‘machines om in te wonen’ worden, kantoren ‘machines om in te werken’, straten brede snelwegen voor de belangrijkste machine van de eeuw: de auto. ‘Al het bestaande moet weggevaagd…’ En dat is voor een groot deel ook inderdaad gebeurd. Je kunt je nu ook nauwelijks meer voorstellen hoe armetierig de leefomstandigheden van de meeste mensen waren.
Utopia_01.indd 5
08-09-13 15:26
Het Duitse Bauhaus in achtereenvolgens Weimar, Dessau, Berlijn leidde kunstenaars, vormgevers en ontwerpers op in een open vorm van samenwerking. Door de creativiteit van alle disciplines te bundelen zou een nieuwe vorm van architectuur ontstaan; Mondriaan en Van Doesburg stichtten De Stijlbeweging vanuit Nederland met verwante architecten als Oud, Van Eesteren en Van Lochem die het Nieuwe Bouwen gestalte gaven; de kenmerken voor alle avant-garde kunstenaars waren een internationale oriëntering en de overtuiging voor een (betere) toekomst van de nieuwe samenleving te werken. De sociale en milieu-erfenis van de 19de-eeuwse industrialisatie waren dan ook zo mensonterend dat vernieuwing noodzaak was. De maakbaarheid van de samenleving was de belofte. Maar, ook het ideologische utopia hield geen rekening met de werkelijkheid en op weg naar de communistische heilstaat in Rusland werd gaandeweg de abstracte kunst te elitair en te vrij geacht. Al gauw werd onder Stalin mèt de geleide economie het socialistisch realisme de verplichte voertaal voor monumenten en wandschilderingen… De massale en troosteloze woonkazernes werden de werkelijkheid van de volkswoningbouw en opgeblazen grootheidswaanzin de ziel van de monumenten.
Boris Iofan (1891-1976), Regeringsgebouw, 1931
Utopia_01.indd 6
08-09-13 15:26
Bovendien bracht de Tweede Wereldoorlog niet voor iedereen de Arische heilstaat die Hilter en de Nationaalsocialisten nastreefden. Tijdens deze oorlog vielen tussen de 50 en 70 miljoen doden, waarvan tweederde burgerslachtoffers waren; elf miljoen van hen behoorden tot stelselmatig vervolgde en vermoorde minderheden. De Koude Oorlog die erop volgde hield de wig tussen Oost en West nog lang in stand met behulp van het IJzeren Gordijn. Boris Iofan, Paleis van de Sovjets, 1932
Hier in Nederland deed Constant (1920-2005) in de jaren ’50 nog een poging om met zijn project Nieuw Babylon een visionair toekomstbeeld te scheppen van de leefomgeving van de nieuwe, spelende mens, de homo ludens (Johan Huizinga). In de dan volledig geautomatiseerde maatschappij zou arbeid overbodig zijn, zodat de mens spelenderwijs zijn creativiteit zou ontplooien. Over utopie gesproken… Tot de jaren ’70 van de 20ste eeuw bleef het toekomstgerichte denken en het vertrouwen in de maakbaarheid van de samenleving de motor van de groeiende welvaartstaat. The sky was the limit. Totdat de eerste oliecrisis roet in het eten gooide en de Club van Rome duidelijk maakte dat er grenzen aan de groei zijn. Milieu- en klimaatproblemen die boven het bestuurlijk vermogen van nationale staten uitgaan werden gesignaleerd en worden inmiddels door enkelen serieus genomen. Het betekende het einde van de utopie. Het verleden wordt sedertdien met nieuwe ogen bekeken, gedeconstrueerd en vooral van commentaar voorzien. Ook door de kunstenaars te zien op deze tentoonstelling: de generatie geboren tussen 1965 tot 1985 realiseert zich nu te wonen in het Utopia van toen …
Constant (Nieuwenhuys) New Babylon, Spaziovore, 1959
Utopia_01.indd 7
08-09-13 15:26
Rob Voerman (Deventer, 1966)
Rob Voerman, Dawn of a New Century, 2012
De utopie heeft voor Rob Voerman beslist apocalyptische aspecten: zijn werken bieden eerder beschutting voor een verwacht einde van de wereld dan voor een betere wereld. Geen betere illustratie van de absurditeit van de Utopie van het verleden dan het heden. Rob Voerman bedient zich van verscheidene technieken – sculptuur, tekeningen, grafiek, installaties – om zijn visioenen zichtbaar te maken waarin hij al of niet herkenbare stadslandschappen combineert met fictieve bouwconstructies. Deze bouwconstructies houden het midden tussen wat hij zelf noemt ‘utopia, destructie en schoonheid.’ Met grote inventiviteit hergebruikt hij kartonnen dozen, gekleurd glas, hout, soms ook delen van auto’s om zijn bouwwerken van binnen en buiten tot de verbeelding te laten spreken. De maat en de schaal past hij aan aan de omgeving waarvoor ze bedoeld zijn: soms klein en zelfs in brons gegoten - ook een commentaar op de traditionele beeldhouwkunst - soms mansgroot zodat je er ook daadwerkelijk in kan. Zijn modellen of sculpturen vormen soms letterlijk maar vrijwel altijd een ironisch commentaar op bouwwerken die ooit vanuit een verjaarde utopie zijn gebouwd. De massieve stapeling van de inmiddels problematische woonflats verbeeldde hij bijvoorbeeld overtuigend door gestapelde eierdozen! Associaties te over. Zo voelt vandaag de utopie van gisteren…
Utopia_01.indd 8
08-09-13 15:26
Rob Voerman, Unité d’Habitation, 2011; vergelijk Le Corbusier’s gelijknamige betonnen flatcomplex in Marseilles uit de periode 1947-1952 Izaak Zwartjes, The Rape of Dithyrambos, 2013
Izaak Zwartjes (Leiden, 1974)
Izaak Zwartjes en Rob Voerman hebben het hergebruiken van afvalmaterialen gemeen. Zwartjes gaat daarin nog veel verder voor zijn ‘postapocalyptische’ visioenen en donkergeblakerde, bij elkaar gesnoerde figuren, waaruit eerder horror dan optimisme opklinkt. Maar wel veel dynamiek… Zijn beelden sluiten eerder aan bij de rauwe realiteit van oorlog, gevolgen van gifgas, bommen en granaten. Voor hem is utopia verledentijd en heeft plaats gemaakt voor een waar dystopia – letterlijk een fictieve plaats of gemeenschap die onwenselijk is of beangstigend - overigens ook de naam van een Hollandse black metal band.
Utopia_01.indd 9
08-09-13 15:26
Izaak Zwartjes, Untitled (Bedevaartsmobiel), 2011
Recent wist hij de Frans de Witprijs in de wacht te slepen met zijn installatie van oude bielzen tijdens de tweede editie van Beelden in Leiden (2013) op de Hooglandse Kerkgracht. Zijn tot beklimming uitnodigende, spannende ruïne – ook deels zwartgeblakerd - oogstte lof en prijs, maar soms ook weerzin bij de Leidse burger.
Untitled (Bedevaarts-mobiel) uit 2011 heet het bijna prehistorisch ogende karretje waarmee Zwartjes ook dit jaar heeft rondgetrokken, met een videocamera, dat wel. Zijn voettocht met de driewieler, aangedreven met een archeologisch ogende motor, lijkt zijn antwoord op de jaarlijkse vakantiemigratie van hele volksstammen met caravans en campers. Zwartjes post-utopische wereldbeeld biedt ondanks alles toch troost: ook met afval zijn spannende beelden te maken waaruit bovendien een vorig leven is terug te lezen.
Renato Nicolodi (Brussel, 1980) De architectonische modellen van Renato Nicolodi vormen een levensgroot contrast met het expressieve werk van Zwartjes of Voerman. Cement, hout, staal, ceramische tegels maar ook acryl op papier zijn de materialen waarmee hij zijn strakke, perfect gebouwde ruim-
Utopia_01.indd 10
08-09-13 15:26
Renato Nicolodi, Monument aux morts, 2011 ed. 2/3, zwart beton en hout, 175x70x70 cm Renato Nocolodi, Omnes eodem cognimur, beton en hout
telijke objecten of installaties gestalte geeft. Renato Nicolodi’s werken tonen verrassend genoeg grote verwantschap met de utopische modellen van eerder genoemde Ledoux, zij het dat Nicolodi niet zozeer voor een ideale samenleving lijkt te ontwerpen. Getuige de titels van zijn werken die op de tentoonstelling getoond worden, zijn het eerder (graf)monumenten: Monuments aux Morts, Tombeau I, II, III, Memento Mori I. Soms maakt hij daarvan weer lambdaprints en door de vertrouwde methode kleine figuurtjes erbij te zetten, krijg je goed de indruk hoe hij zich de ware grootte voorstelt, denk aan Titus’ Triomfboog in Rome, de Zonnetempels van de Inca’s of de Egyptische piramiden. Dergelijke monumentaliteit zoekt hij voor zijn modellen die overigens ook het gewenste effect hebben in het kleine formaat. De monumentaliteit zit niet in de afmetingen maar in het regelmatige, de geometrische opbouw, de symmetrie en het compacte, naar binnen gekeerde karakter. Echt uitnodigend om – in gedachten - binnen te treden zijn ze niet met de eindeloze trappen, de strenge licht-donker effecten - en het losgezongen isolement. Zonder context bepalen ze in zichzelf de maat der dingen, niet de omgeving, de mens of het gebruik. Op de ‘ideale maat’ uitgevoerd zouden ze eerder een associatie oproepen met de fascistische idealen die Mussolini eind jaren ’30 wilde realiseren in een wijk in het zuiden van Rome, de EUR (Esposizione Universale di Roma).
Utopia_01.indd 11
08-09-13 15:26
Rik Smits (Den Haag, 1982) Het is avond. Geen mens op straat. Het heeft geregend. Veel licht straalt uit het hoog oprijzende gebouw The Lion Theater, getuige de titel. Lost Utopia staat op de in Art Deco versierde gevel. Het is een van de talloze tekeningen waarmee Rik Smits commentaar levert op wat is overgebleven van het Utopia van toen: verloren. Zoals we uit het paradijs zijn verjaagd, zoals de Toren van Babel nooit afkwam en zoals de Hollywoodse bioscopen uit het interbellum met hun inmiddels ten dode toe vermoeide futuristische élan. Met zijn grootschalige architectuurlandschappen waarin hij herkenbare en fictieve stedelijke elementen verwerkt uit heden en verleden, minutieus gedetailleerd, Rik Smits, The Lion Theater, 2011 geeft Rik Smits zijn visie op de menselijke conditie, het potlood op papier, 21 x 29 cm wonen in Utopia. De beloften van de industriële heilstaat, belichaamd in steeds grootschaliger gebouwen die vooral macht en status representeren, hebben niet geleid tot een beter leven, vrede noch menselijkheid. Daarvoor in de plaats zijn vervreemding, consumentisme, hebzucht en steeds meer luxe aan de orde van de dag met dank aan het ongebreideld kapitalisme dat bijna de gangbare religie is. Smits cultuurkritische tekeningen die zo genadeloos het deficit van de utopie aan de kaak stellen, ontlenen tegelijkertijd hun bestaansrecht eraan. Zoals dader en slachtoffer niet zonder elkaar kunnen bestaan. Rik Smits, Monument Rock Island, 2012, potlood op papier, 240 x 350 cm
Utopia_01.indd 12
08-09-13 15:26
Daan Paans (Sliedrecht, 1985)
Daan Paans, Cryonics Institute, 2012, C-print, 80 x 100 cm
Monumentale witte containers, meer dan manshoge busvormige kokers, staan in gelid opgesteld in een witte, lichte, smetteloze ruimte. Cryonics Institute luidt de titel. Nader onderzoek wijst uit dat het hier gaat om ‘tijdelijke woningen’ waarin gestorven mensen onder diepvriescondities worden bewaard totdat ze weer tot leven kunnen worden gewekt… Een science fictionachtige toekomstverwachting die kennelijk echt bestaat: Daan Paans maakte er foto’s van voor zijn documentair fotografieprojekt.
Tijd, de tijdigheid van het bestaan, het begin en het einde der tijden zijn sinds mensenheugenis intrigerende begrippen. In den beginne schiep God den hemel en de aarde… Mythologie, religie, wetenschap, kunst, eigenlijk is cultuur het overkoepelend begrip voor de manier waarop mensen de tijd zichtbaar willen maken, stil willen zetten, rekken of wellicht ook manipuleren. Tijd is expliciet aanwezig maar op zichzelf onzichtbaar en misschien alleen virtueel, in film of in natuurkundige formules te vatten; we herkennen wel de invloed die de tijd op iets of iemand heeft: rimpels, verval of bederf. Documentair fotograaf
Utopia_01.indd 13
08-09-13 15:26
Daan Paans, Mandarom, 2011, C-print, 80 x 100 cm
Daan Paans wil bijna het onmogelijke: met zijn camera de tijd die zich voordoet in verleden, heden en toekomst in beelden vangen. In zijn recente project Letters from Utopia onderzocht hij verschillende manieren waarop mensen met de tijd die hen gegeven is omgaan. Hij bezocht vijf verschillende bewegingen die zich op uiteenlopende manieren concentreren op het ontlopen of omzeilen van de dood. Van elke maakte hij een beeldreportage waarvan de ‘sleutelbeelden’ op de tentoonstelling te zien zijn. De van oorsprong Britse Society for Physical Research die onderzoek doet naar paranormale verschijnselen en gebeurtenissen; de in Frankrijk gevestigde Aumisten, een ecologisch mystieke en poly-theistische sekte, met een onsterfelijk gewaande leider; de transhumanistische beweging FM2030; het Amerikaanse Life Extension Institute dat fysiologisch werkt aan de kwaliteit en duur van het leven. Tot slot de Cryonicisten die zich na hun dood laten invriezen in de hoop later weer tot leven te worden gewekt. Letters from Utopia doet verslag over de niet te doven hoop op een eeuwig leven.
Utopia_01.indd 14
08-09-13 15:26
‘Een camera lens, geblazen in de vorm van haar ouderlijk huis, is het instrument dat ze gebruikte om foto’s te maken van een omgeving waar ze zich maar met moeite toe kon verhouden. Door deze camera kijkend, worden harde en strakke lijnen en kleuren in architectuur, die normaal gesproken de functie verraden, vervaagd in spontane krommingen en kleurenvlekken, en veranderen daarmee de omgeving voor de camera in een surreële droomachtige wereld.’ Dit fragment uit een persbericht over het verblijf van Marianne Lammersen in het Chinese European Art Centre verklaart de surrealistische verschijningsvorm van de foto – denk aan het druipende horloge van Salvado Dali. De foto combineerde zij met papierknipsels van strakke modernistische gebouwen en een figuurtje (zijzelf?) dat een rode grafieklijn spant tussen de zo uiteenlopende beeldelementen, gedragen in de palm van een hand. Het verklaart ook veel over haar werkwijze. Ze combineert in drie- en tweedimensionale vorm (installaties en collages) de meest uiteenlopende spullen, van gevonden voorwerpen tot high tech, specifiek voor haar doel geblazen glas, textiel, ceramiek; van foto tot textielfragmenten, papierknipsels tot bamboe. Maar hoe vreemd de omgeving ook is, in dit geval China, zij blijft dicht bij zichzelf, als metafoor voor de vervreemdende wereld van geavanceerde technologie die nauwelijks rekening houdt met de niet wezenlijk te veranderen mens en zijn dagelijkse behoeften. Wij moeten er maar aan wennen te wonen in het Utopia van gisteren.
Marianne Lammersen, Be-grip, Fotocollage mixed media
Marianne Lammersen (Nijland, Friesland, 1984)
Jetteke Bolten-Rempt
Utopia_01.indd 15
08-09-13 15:26
Marianne Lammersen, No solid ground, 2012 Fotocollage mixed media
Utopia_01.indd 16
08-09-13 15:26