Wiegwijs 1 Geboorte
Hoe wordt je begeleid tijdens uw zwangerschap? Een belangrijke keuze: borstvoeding of flesvoeding? De ontwikkeling van je baby.
Limburg
Aanmelden, hoe en wanneer?
Maken allen onderdeel uit van Geboortezorg Limburg
Van harte gefeliciteerd! Je bent zwanger, daarom willen we jou dit boekje aanbieden: het geeft antwoorden op een heleboel vragen die nu of later bij je op komen. Dit boekje heeft ook nog een vervolg (Wiegwijs 2) met daarin informatie over kraamzorg, tarieven, voorwaarden etc. Dat krijg je toegestuurd wanneer je kraamzorg aanvraagt bij ons. Wij hopen dat de komende maanden heel plezierig en in goede gezondheid voor jou en je baby zullen verlopen!
Met vriendelijke groet, Joke Verbugt Directeur/bestuurder Geboortezorg Limburg
Waarom dit boekje en wat staat erin? De komende maanden zullen heel spannend zijn: langzaam leef je toe naar de geboorte van je kindje. Bovendien gebeurt er een heleboel met je lichaam. In dit boekje adviseren we je graag over hoe je het beste voor jezelf en voor je kindje kunt zorgen, tijdens en na de zwangerschap. Ook vindt je hier informatie over bijvoorbeeld de groei van de baby, medische begeleiding, ‘regelzaken’, de kraamzorg en de bevalling.
De beste start voor ieder kind. Als het om je gezondheid gaat, of om die van je kind of iemand anders die je dierbaar is, dan neem je geen risico, dan is alleen het beste goed genoeg. Wij hebben ruim100 jaar ervaring met kraamzorg. Goed opgeleide en gemotiveerde mensen zorgen ervoor dat je de zorg krijgt die je nodig hebt. Dit in samenwerking met huisartsen, verloskundigen en ziekenhuizen in de regio’s Maastricht, Heuvelland, Parkstad en Westelijke Mijnstreek. Daarbij strekt ons ‘zorggebied’ zich uit tot 30 km over de grens in België en Duitsland. Professionaliteit, kwaliteit en zorgzaamheid staan bij ons hoog in het vaandel.
© Geboortezorg Limburg BV Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder schriftelijke toestemming vooraf van Geboortezorg Limburg.
Inhoud Van harte gefeliciteerd! Waarom dit boekje en wat staat erin? De beste start voor ieder kind.
2 2 2
Algemene informatie 5 Hoe wordt je begeleid tijdens je zwangerschap? 5 Gezonde voeding 6 Vocht 7 Het gebruik van geneesmiddelen 8 Foliumzuur 8 Roken, alcohol en drugs 8 Bloeddruk en gewicht 9 Gebitsverzorging 9 Lichaamsverzorging 10 Een belangrijke keuze: borst- of flesvoeding? 10 De lactatiekundige 11 Wat mag je wel en wat kun je beter niet meer doen? 12 Seksualiteit 13 Huisdieren 13 Wat kan er mis gaan? 13 De eerste drie maanden 15 De ontwikkeling van uw baby 15 Ongemakken 15 Waaraan moet je denken in de eerste drie maanden? 16 De vierde, vijfde en zesde maand De ontwikkeling van je baby Een baby in je buik Een broertje of zusje erbij
17 17 17 18
De laatste drie maanden
19
Wiegwijs 1
3
De ontwikkeling van je baby 19 Ongemakken 19 Geboorteplan 20 Geboorteplan bespreken 21 Hoe begint de bevalling? 21 Tips voor de aanstaande vader 22 Vroegtijdige inzet partusondersteuning (VIP) 23 Wat moet er mee naar het ziekenhuis? 24 De geboorte 24 De baby is er! Het pasgeboren kindje Koortslip? Even niet knuffelen Wat kun je van ons verwachten met betrekking tot borstvoeding? Werken en borstvoeding geven
25 25 26 27 28
De baby in huis 29 Allergieën 29 Huisstofmijt 29 Advies bij allergieën 29 Algemene richtlijnen 30 Meer weten? 30 Aanmelden: hoe en wanneer?
31
Omdat we niet weten of je baby een jongen of een meisje zal zijn, en in het belang van de leesbaarheid, hebben we het in dit boekje over ‘hij’ als het over de baby gaat. Om daar wat tegenwicht aan te bieden maken we van de verloskundige en de kraamverzorgende een ‘zij’.
4
Wiegwijs 1
Algemene informatie
Hoe wordt je begeleid tijdens je zwangerschap? De meeste vrouwen in Nederland worden tijdens hun zwangerschap en bevalling begeleid door een verloskundige. Is er sprake van een medische indicatie voor je zwangerschap of bevalling, dan wordt je begeleid door een gynaecoloog. Na de bevalling verleent de verloskundige medische nazorg. Het doel van de prenatale zorg is dat er straks een zo gezond mogelijk kind ter wereld komt. Je gezondheidstoestand is daarbij erg belangrijk. Daarom kom je regelmatig op controle. In het begin is dat om de vier weken, maar dat
wordt steeds vaker. Vanaf ± 36 weken wordt je doorgaans iedere week op het spreekuur verwacht. Bij de eerste bezoeken wordt je algemene gezondheidstoestand goed gecontroleerd. Zo wordt er wat bloed afgenomen om je bloedgroep en resusfactor te bepalen. Ook wordt er standaard nagegaan of je bloedarmoede hebt, een geslachtsziekte, hepatitis B of HIV. Soms wordt je bloed getest op antistoffen tegen rode hond. Bij elk bezoek worden bloeddruk, de groei en harttonen van het kindje gecontroleerd. Naast dit routine-onderzoek is het soms nodig om aanvullend onderzoek te doen. Zo kunnen
Wiegwijs 1
5
met behulp van een echoscopie het embryo en de placenta zichtbaar gemaakt worden. Op die manier kan de zwangerschapstermijn worden vastgesteld en of je zwanger bent van meer dan één kind. Ook kan de ontwikkeling van het kindje worden gecontroleerd. Soms wordt je urine gecontroleerd op eiwit en/of suiker. Natuurlijk kun je tijdens elke zwangerschapscontrole vragen stellen over wat er in en met je lichaam gebeurt en over allerlei praktische zaken.
Gezond eten betekent onder andere regelmatig eten: drie keer per dag en soms tussendoor. Sla vooral het ontbijt niet over. Je kunt de maaltijden samenstellen aan de hand van de ‘schijf van vijf’. Die vijf schijven bevatten: 1. groente en fruit; 2. zuivel, vlees(waren), vis en ei; 3. brood, (ontbijt)granen, aardappel, rijst, pasta of peulvruchten; 4. vetten en olie; 5. vocht.
Gezonde voeding Als je in verwachting bent, eet je niet alleen voor jezelf, maar ook voor je baby. Dit wil niet zeggen dat je nu twee keer zoveel moet gaan eten. Net als wanneer je niet zwanger bent, let je op wat je eet. Het is niet altijd gemakkelijk om gezond te eten. Er is veel te koop en soms krijg je allerhande tegenstrijdige adviezen. Daarom eerst wat algemene informatie over gezonde voeding en daarna een aantal voedingsadviezen voor zwangere vrouwen.
Daarnaast zijn er vijf regels voor een gezonde voeding: 1. eet veel groente en fruit; 2. eet gevarieerd; 3. eet niet te veel; 4. let op (ongezond) verzadigd vet; 5. bereid en bewaar het eten op een veilige manier.
Als je zwanger bent, gelden de volgende voedingsadviezen: 1. Gebruik zout met mate. Zout houdt de hoeveelheid vocht in je lichaam op peil. Als het evenwicht tussen opname en uitscheiding van vocht verstoord raakt, kun je vocht vasthouden (oedeem). Eet ook niet teveel drop, kaasblokjes, stukjes worst, chips en andere zoutjes. In alle soorten drop, zowel in zoete als in zoute soorten, zit een bepaalde stof die bloeddrukverhogend kan werken. Bovendien kun je als je heel veel drop eet last krijgen van vermoeidheid, spierzwakte, hartkloppingen en diarree.
6
Wiegwijs 1
2. Snoep niet teveel. Veel vrouwen hebben tijdens hun zwangerschap veel zin in bijvoorbeeld chips, frites met mayonaise, gebak, haring, augurken. Omdat ze zwanger zijn, denken ze dat ze flink mogen eten. Dat is niet zo. Als je erg veel dikker wordt, brengt dat allerhande risico’s met zich mee. Bovendien moeten al die extra kilo’s er straks ook weer af. Daar komt bij dat als je veel snoept, je waarschijnlijk geen trek meer hebt in gezonde voeding. Maar zowel je lichaam als dat van je kindje hebben wél vitaminen, eiwitten e.d. nodig: stoffen die in een gezonde voeding zitten. 3. Sommige zwangere vrouwen slikken ijzertabletten. Vaak is dat niet nodig. Als je gevarieerd eet, krijg je voldoende ijzer binnen. Als je zwanger bent, heb je wel wat meer ijzer nodig dan wanneer je niet zwanger bent. Denk je extra ijzer nodig te hebben, overleg dat dan met je verloskundige of arts.
Voedingsmiddelen die veel ijzer bevatten zijn: • groente en fruit; • volkoren graanproducten; • peulvruchten; • mager vlees; • gedroogde abrikozen.
Eet je voedingsmiddelen die veel ijzer bevatten dan is het verstandig om er wat vers fruit bij te eten of er vruchtensap (sinaasappelsap, grapefruitsap) bij te drinken. Je lichaam neemt het ijzer namelijk beter op als je tegelijkertijd vitamine C binnenkrijgt.
4. In de tweede helft van de zwangerschap kan een tekort ontstaan aan vitamine D. Vitamine D is belangrijk voor de opname van kalk. En kalk is weer nodig voor de opbouw van het beendergestel van de baby. Overleg met je verloskundige of (huis)arts hoe je een eventueel tekort aan vitamine D kunt aanvullen. 5. Eet geen rauw vlees of vlees dat niet goed gaar is (zoals filet americain en rosbief). Dit om toxoplasmose te voorkomen. Raakt een baby aan het begin van de zwangerschap besmet met deze infectieziekte, dan kan dat ernstige gevolgen hebben (zoals een miskraam, of ernstige aangeboren afwijkingen). Goed doorbakken of gestoofd vlees vormt geen enkel risico; rood vlees wel. Eet ook geen zachte rauwmelkse kazen. Ook rauwe vissoorten die vacuüm zijn verpakt (zoals gerookte zalm) worden afgeraden. Dit in verband met de listeria bacterie. Eet niet vaker dan één keer per dag lever of een leverproduct. Dit kan schadelijk zijn voor je kindje, want lever bevat veel vitamine A. 6. Probeer te zorgen voor een goede stoelgang, door voldoende vezels te eten en voldoende te drinken. Voor meer informatie kun je terecht op www.voedingscentrum.nl.
Vocht Als je in verwachting bent, heb je wat meer vocht nodig dan normaal. Je kunt het beste 2 liter per dag drinken; dat is ongeveer 12 kopjes,
Wiegwijs 1
7
of 9 bekers of glazen. Daarbij kun je kiezen uit melk en melkproducten (bij voorkeur de halfvolle soorten), (mineraal)water, vruchten- of groentensap. Gebruik liever geen suiker in je koffie of thee en ga voor looizuur- en cafeïnevrij. Suiker is slecht voor je tanden. Bovendien kom je er ongemerkt veel van aan. Dat geldt ook voor frisdranken. Gedurende je zwangerschap is het verstandig om ongeveer 200 ml melk per dag te drinken (dat is ongeveer 1 à 2 glazen). Heb je hier moeite mee, probeer dan eens pap, vla, yoghurt, karnemelk.
Het gebruik van geneesmiddelen Over het gebruik van geneesmiddelen tijdens de zwangerschap kunnen we heel kort zijn: overleg altijd vooraf met je verloskundige of arts. Een verloskundige kan slechts een beperkt aantal medicijnen voorschrijven; heb je andere middelen nodig, dan zal ze je doorsturen naar je huisarts. Stel de verloskundige vervolgens wel op de hoogte van je medicijngebruik. Slik nooit op eigen houtje medicijnen, ook geen aspirine of laxeermiddelen.
Foliumzuur Foliumzuur is een natuurlijke vitamine die een belangrijke rol speelt bij de ontwikkeling van het zenuwstelsel. Bij een tekort aan foliumzuur bestaat de kans op een ‘open ruggetje’. Een gezonde voeding bevat voldoende foliumzuur voor de moeder. Maar dat kan te weinig zijn voor het kindje dat zich in je lichaam ontwikkelt. Omdat het zenuwstelsel al in het begin van de
8
Wiegwijs 1
zwangerschap wordt aangelegd, is het belangrijk dat er dan al voldoende foliumzuur aanwezig is. Daarom kun je het beste met extra foliumzuur beginnen vanaf het moment dat je zwanger wilt worden. Ga met het gebruik door tot en met de tiende week van de zwangerschap. Een aanvulling van 0,4 mg per dag is voldoende. Je kunt de tabletjes zonder recept kopen bij de apotheek of drogist. Let hierbij ook op visolie Omega 3. Je kunt het beste multivitaminen voor zwangeren gebruiken. Daar zit voldoende foliumzuur in.
Roken, alcohol en drugs Tijdens hun zwangerschap zijn veel vrouwen heel bewust bezig met hun gezondheid. Ze willen alles zo goed mogelijk doen om een gezond kind op de wereld te zetten. In dat verband is er veel voor te zeggen om nu te stoppen met roken. Want als de moeder rookt, krijgt de baby rechtstreeks een gedeelte van de schadelijke stoffen binnen. Uit onderzoek is gebleken dat moeders die roken een grotere kans hebben op kinderen met een lager geboortegewicht (ongeveer 200 - 300 gram lichter). Die kinderen hebben vaak een groeiachterstand en daardoor relatief minder levenskansen. Eigenlijk is het verstandig om al te stoppen met roken wanneer je gaat proberen zwanger te worden. Ook je partner kan beter stoppen. Want ook de rook van andermans sigaretten is slecht voor de gezondheid van je kind. Bovendien is stoppen gemakkelijker als je dat samen doet!
Als de baby eenmaal geboren is, dan moet in ieder geval de babykamer rookvrij worden gehouden. Anders bestaat er een verhoogde kans op wiegendood, heeft je baby minder weerstand tegen ziektes gedurende het eerste levensjaar en heeft hij meer kans op ontwikkeling van astma en bronchitis. Alcohol en drugs komen in je bloed terecht en zo ook in het bloed van je kind. Deze genotmiddelen tasten de zenuwcellen aan. Als je teveel drinkt en/of drugs gebruikt, bestaat de kans dat de baby een lager geboortegewicht heeft en eventueel last krijgt van onthoudingsverschijnselen. Ook is de kans op aangeboren afwijkingen groter. Het is dus het beste om alcohol en/of drugs achterwege te laten. Alcoholische dranken bevatten bovendien een flink aantal calorieën.
Bloeddruk en gewicht Bij elk bezoek aan de verloskundige of gynaecoloog wordt je bloeddruk gecontroleerd. Veel vrouwen hebben tijdens de tweede helft van hun zwangerschap een lagere bloeddruk dan normaal. Deze lagere bloeddruk veroorzaakt vaak geen klachten. Heb je toch last van duizeligheid en val je snel flauw, eet dan kleine porties verspreid over de dag. Het bloedsuikergehalte blijft dan beter op peil en dat heeft weer een positieve uitwerking op de bloeddruk. Bij sommige vrouwen houdt het lichaam tijdens de zwangerschap meer vocht vast dan normaal. Dat kan samengaan met een verhoogde bloeddruk. Een gezonde voeding is niet alleen belangrijk voor het op peil houden van je bloeddruk, maar
draagt er - zoals gezegd - ook aan bij dat je niet teveel aankomt. Overgewicht heeft namelijk vaak invloed op de hoogte van je bloeddruk. De arts of verloskundige houdt je bloeddruk en gewicht goed in de gaten. Als je plotseling teveel aankomt, last hebt van dikke enkels en opgezette vingers en van hoofdpijn, ‘sterretjes zien’, misselijkheid en braken, waarschuw dan je arts/verloskundige. Wacht niet tot de volgende controle, bel je verloskundige. De eerste 12 weken kom je niet of nauwelijks aan. Vanaf de derde tot en met de achtste maand is het normaal dat je 1 tot 2 kilo per maand aankomt. De meeste vrouwen worden in totaal 10 tot 15 kilo zwaarder. Vlak voor de bevalling wegen kinderen gemiddeld 3200 tot 3600 gram. De vruchtwaterzak en placenta wegen zo’n 900 gram. De overige extra kilo’s zijn vet- en vochtophopingen in de weefsels van de moeder. Je baarmoeder, maar ook andere organen worden groter.
Gebitsverzorging Als je zwanger bent, is het belangrijk om extra zorg aan je gebit te besteden. Veel vrouwen hebben in deze periode namelijk sneller last van tandbederf en tandvleesontsteking. Dat heeft te maken met de bacteriën die zich op de tanden en langs het tandvlees vastzetten (tandplak). Het aantal bacteriën groeit heel snel als je regelmatig suiker tot je neemt. Moet je tijdens je zwangerschap vaak overgeven, dan is het verstandig om daarna je tanden te poetsen. Braaksel bevat namelijk een sterk zuur dat de tanden kan aantas-
Wiegwijs 1
9
ten. Spoel in ieder geval je mond. Snel bloedend tandvlees is een normaal verschijnsel tijdens de zwangerschap.
Lichaamsverzorging Het is volkomen veilig om tijdens de zwangerschap in bad of onder de douche te gaan. Bovendien is het lekker ontspannend. Omdat veel vrouwen nu last hebben van meer afscheiding, is het belangrijk dat ze de geslachtsdelen goed schoon houden. Dat geldt overigens ook voor hun partners. Was je met lauw water en gebruik geen zeep: zeep vernietigt de natuurlijke weerstand tegen bacteriën. Je hebt dan een grotere kans op infecties. Het is voldoende als je spoelt op een bidet of met een handdouche. Gebruik geen intiemspray of doekjes. Heb je last van veel afscheiding en/of jeuk, waarschuw dan je verloskundige of arts. Bij sommige vrouwen komt al vroeg tijdens de zwangerschap vocht uit de tepels. Dat is een heel normaal verschijnsel. Een gewassen en heet gestreken zakdoek (heet strijken doodt bacteriën) of zoogkompres in de beha voorkomt ongemakken. Wel dagelijks verschonen. De meeste vrouwen kunnen zonder problemen borstvoeding geven. Maak je je zorgen over de vorm van je tepels, praat daar dan over met je verloskundige. Er is een enorm aanbod aan kleding voor de aanstaande moeder. Je kunt natuurlijk ook wijde jurken, broeken met elastisch buikstuk en groeibeha’s van familieleden of vriendinnen lenen. Zo’n groeibeha is ook na de zwangerschap
10
Wiegwijs 1
handig als je zelf voedt, omdat hij elastisch en verstelbaar is. Draag geen knellende kleding, die de bloedsomloop belemmert. Dat geldt ook voor strakke laarzen en schoenen. Waarschijnlijk zul je je het prettigst voelen in stoffen die goed ventileren, zoals katoen of linnen. Draag kleding van liefst zoveel mogelijk natuurlijke materialen. Ten slotte: loop niet op extreem hoge hakken. Dat is slecht voor je rug en enkelbanden.
Een belangrijke keuze: borst- of flesvoeding? Al tijdens je zwangerschap zul je beslissen hoe je jouw kindje straks gaat voeden. Om weloverwogen te kunnen kiezen is het belangrijk dat je je goed voorbereidt, bijvoorbeeld door over borstvoeding geven te lezen, of door (samen met je partner) een voorlichtingsbijeenkomst bij te wonen. Deze bijeenkomst over borstvoeding is bestemd voor zwangere vrouwen en hun partner en vindt één keer per maand plaats. Tijdens de bijeenkomst, gegeven door de lactatiekundige, is er aandacht voor de betekenis van borstvoeding voor moeder en kind, het aanleggen van de baby aan de borst, het voorkomen van problemen en het stellen van vragen. Voor meer informatie over de bijeenkomst kun je contact opnemen met ???????? Je kunt ook gebruik maken van de informatie van borstvoedingsorganisaties (zie adressen achterin) of advies vragen bij een van onze lactatiekundigen. Borstvoeding is de meest natuurlijke voeding voor een baby. De samenstelling van de voeding wijzigt in de loop van de voedingsperiode en is op die manier steeds aangepast aan de
ontwikkeling van de baby. Het beste voorbeeld is colostrum, de voeding van de eerste dagen. Colostrum voorziet de darmwand van een beschermend laagje. Bovendien wordt door de licht laxerende werking het meconium (de eerste ontlasting van een baby) snel geloosd. Dat verkleint de kans op geel zien. Moedermelk beschermt net als colostrum tegen infectieziekten, zoals maagdarminfecties, aandoeningen van de lucht- en urinewegen en midden-oorontsteking. Ook beschermt de melk tegen wiegendood. Daarnaast krijgt een baby met aanleg voor allergie minder snel klachten als hij de eerste zes maanden uitsluitend moedermelk krijgt. Ten slotte bevordert het drinken aan de borst een goede mond- en kaakontwikkeling.
snee brood/portie aardappelen en een portie fruit extra eet. Je moet ook voldoende drinken; minstens 2 liter per dag. Wanneer je om welke reden dan ook geen borstvoeding geeft, is flesvoeding het alternatief. Door je baby tijdens het voeden op je blote huid te leggen, creëer je eenzelfde intimiteit als bij borstvoeding. Ook baby’s die de fles krijgen, mogen hun eigen ritme bepalen. Maak je geen zorgen als je kind eens wat minder honger heeft en de voorgeschreven hoeveelheid niet opdrinkt. Kies je voor flesvoeding dan heb je de keuze uit verschillende merken volledige zuigelingenvoeding.
De lactatiekundige Ook voor de gezondheid van de moeder heeft borstvoeding voordelen. Zo trekt de baarmoeder sneller samen waardoor het vloeien na de bevalling korter duurt. De kans op het krijgen van eierstok- of borstkanker vermindert, en er ontstaat een vanzelfsprekend innig contact tussen moeder en kind. Een aantal ouders zal zich afvragen of de vader nu niet wat weinig gelegenheid krijgt om een band met zijn kindje op te bouwen. Maar voeden is natuurlijk niet het enige wat belangrijk is. De baby wil geknuffeld, gewiegd en getroost worden. Hij wil straks spelen, moet verschoond worden en in bad gedaan. Als je partner toch graag de baby eten wil geven, kan hij (bij voorkeur wanneer de voeding goed op gang is gekomen) de baby wat afgekolfde melk geven. Zo heb je even wat tijd voor jezelf. Geef je borstvoeding, dan is het belangrijk dat je in ieder geval een glas melk/plak kaas, een
Soms worden cliënten of kraamverzorgenden met moeilijk oplosbare problemen of vragen rondom de borstvoeding geconfronteerd. Dit gebeurt vaak tijdens het kraambed, na het kraambed of zelfs al in de zwangerschap. Zij kunnen een beroep doen op de lactatiekundigen van Geboortezorg Limburg. Een lacatiekundige IBCLC is een professioneel opgeleide borstvoedingsspecialist en aangesloten bij de Nederlandse vereniging van Lactatiekundigen. Bij Geboortezorg Limburg werken Gertie Roberts, Donate Gielissen en Karin Janssen als lactatiekundige. Er zijn verschillende situaties waarbij je onze lactatiekundige kunt inschakelen: • Voorlichting en advies in de zwangerschap • Aanlegproblemen • Pijnklachten • Onvoldoende melkproductie/overproductie
Wiegwijs 1
11
• • • • • • • • • • • • • •
Onzekerheid over drinkgedrag van de baby Gedrag van de baby, onrustig/sloom Borst weigeren Kolven, een kolf of andere hulpmiddelen aanschaffen Borstontstekingen Spruw Meerlingen Vroeggeboorte Ziekte/handicap van de baby en/of de moeder Allergieën Werken en borstvoeding Combinatie borstvoeding met andere voeding Afbouwen borstvoeding/kolven Voorlichting en advies bij borstoperatie/traumatische ervaring/medicijngebruik en borstvoeding
Ouders die behoefte hebben aan specialistische begeleiding bij borstvoeding kunnen contact opnemen met onze lactiekundigen Gertie Roberts, Donate Gielissen en Karin Janssen.
Gertie Roberts 06-51 59 18 52
Donate Gielissen Karin Janssen 06-49 87 99 43 06-49 87 99 43
Daarnaast kun je altijd gebruik maken van het lactatiekundig spreekuur. Je kunt hiervoor een afspraak maken via telefoonnummer ????????
12
Wiegwijs 1
Wat mag je wel en wat kun je beter niet meer doen? Lichaamsbeweging is ook nu gezond. Blijf dus even actief als voor je zwangerschap. Je mag alleen geen zware dingen meer tillen of zwaar lichamelijk werk doen. Luister goed naar je lichaam. Je voelt zelf het beste of je je sport kunt blijven beoefenen. Wat in ieder geval leuk is om te weten is dat verschillende zwembaden speciale zwemuren voor zwangere vrouwen hebben. Het water is dan warmer en het is dan rustiger zodat je niet bang hoeft te zijn voor een trap in je buik. Belangrijk is natuurlijk dat je niks forceert. Verder kun je lekker sporten, zolang als je er plezier aan beleeft en je buik niet teveel in de weg zit. Als je reist, is het belangrijk om rustig aan te doen. Reis je per auto, zorg dan voor voldoende rustpauzes. Als je langer dan zeven maanden zwanger bent, kan het onhandig zijn om langere tijd weg te gaan. In die laatste maanden van je zwangerschap moet je immers vaker op controle. Houd er rekening mee dat je bij een aantal vliegmaatschappijen na zeven maanden niet meer mag vliegen. Neem als je op reis gaat voor de zekerheid een koffertje mee met spulletjes voor jou en de baby. Neem ook je zwangerschapskaart mee, zodat je alle gegevens betreffende de zwangerschap bij je hebt. Ga je naar de zon, dan is het verstandig om zoveel mogelijk in de schaduw te blijven. Anders kun je een zogenaamd zwangerschapsmasker krijgen: bruine vlekken in je gezicht. Ook de zonnebank is nu geen goed idee.
Seksualiteit Als de zwangerschap normaal verloopt, kun je zo vaak vrijen als je zelf wilt. Vrijen is heel gezond. In een klein aantal gevallen moet je wat voorzichtiger zijn. Het is heel normaal dat je vooral in het begin van je zwangerschap niet zo veel zin hebt om te vrijen. De hormonale toestand in je lichaam verandert sterk en daardoor kun je je lichamelijk en geestelijk wat minder lekker voelen. Na een week of 12 voel je je doorgaans weer beter; meestal komt die zin dan weer vanzelf. Het kan ook gebeuren dat je partner minder vaak wil vrijen dan voor de zwangerschap. Zo kunnen er problemen ontstaan tussen jou en je partner, waarmee je misschien niet zo snel naar een arts of familielid loopt. Probeer er met je partner over te praten en lees er eens wat over. Samen kom je er vaak wel achter wat er mis is, en samen bedenk je ook de beste oplossingen. Later in de zwangerschap kan je buik in de weg zitten. Velen lossen dat op door op de zij achter elkaar te gaan liggen. Na de bevalling kan de verloskundige je informeren over anti-conceptie.
Huisdieren Je hoeft de hond of kat natuurlijk niet de deur uit te doen als je zwanger bent. Wel moet je wat meer op hygiëne letten. Maak niet zelf de kattenbak schoon, omdat je dan besmet kunt raken met parasieten die in kattenuitwerpselen voorkomen. Omdat je die uitwerpselen vaak ook in de tuin tegenkomt, is het verstandig om handschoenen te dragen als je gaat tuinieren. Wanneer de baby er eenmaal is, blijft een goede hygiëne met betrekking tot je huisdier belangrijk.
Wees ook voorbereid op eventueel jaloers gedrag van je huisdier. Vooral bij de komst van de eerste baby moeten huisdieren eraan wennen dat ze niet meer alle aandacht krijgen. Je kunt dat ondervangen door het dier tijdens je zwangerschap en na de bevalling extra veel aandacht te geven. Laat een hond of kat in de babykamer rondsnuffelen, zodat hij al kan wennen aan de nieuwe spullen en geurtjes. Leer hem bovendien dat hij ook weg moet als je de babykamer uitgaat. Katten hebben de neiging om warme plekjes op te zoeken en kunnen bijvoorbeeld in de wieg gaan liggen. Maak er ook nu al een gewoonte van om altijd de deur van de babykamer dicht te doen. Bevestig een haakje aan de deur of zet de klink omhoog, zodat de hond of kat de deur niet kan openmaken.
Wat kan er mis gaan? Bloedverlies Sommige vrouwen vloeien in het begin van de zwangerschap een beetje, bijvoorbeeld op de dagen dat ze anders ongesteld zouden zijn. Dat bloedverlies hoeft niets te betekenen, maar het
Wiegwijs 1
13
kan ook duiden op een miskraam. Soms worden zwangerschappen vroegtijdig afgebroken. Meestal gebeurt dat in de eerste drie maanden. Dat komt bijna altijd doordat het embryo zich niet goed ontwikkelt. Het is dan een natuurlijke reactie van je lichaam om de vrucht af te stoten. Je voelt dan duidelijk krampen en je verliest bloed. Het is een natuurlijke selectie. Verlies je bloed tijdens de zwangerschap, waarschuw dan altijd je huisarts of verloskundige en vraag wat je moet doen. Bewaar de spullen waar bloed op zit, zodat ze kunnen zien hoeveel het is. Neem nooit op eigen houtje medicijnen, ook niet tegen de buikpijn. Als de zwangerschap gewoon doorgaat na de bloeding hoef je je geen zorgen te maken over je kindje. Je baby heeft géén grotere kans op aangeboren afwijkingen.
Erfelijke ziektes Soms is het verstandig om al voor de zwangerschap onderzoek te laten doen naar erfelijke ziektes, als die in je familie voorkomen. Als je al zwanger bent, kan dat op verschillende manieren: met een echoscopie, een vlokkentest, een vruchtwaterpunctie en bloedonderzoek (serum screening). Voor meer informatie hierover kun je terecht bij je huisarts of verloskundige, bij een instituut voor erfelijkheidsvoorlichting, een centrum voor prenatale diagnostiek of de vereniging van Samenwerkende Ouder- en Patiëntenorganisaties. Zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes kan optreden als je aanleg hebt voor suikerziekte of als er suikerziekte in de familie voorkomt. Wordt zwangerschapsdiabetes met behulp van een speciaal bloedonderzoek vastgesteld, dan kunnen er
14
Wiegwijs 1
maatregelen worden genomen om te voorkomen dat je kindje er schade van ondervindt. Een mogelijke maatregel is een dieet.
Resusfactor Naast de bekende bloedgroepen A, B, AB en O bestaan er nog een aantal andere bloedgroepen. De zogenaamde resusfactor is hiervan de bekendste. Als resuspositief bloed in de bloedbaan komt van een resusnegatief persoon, zullen antistoffen gevormd worden, die het resuspositieve bloed afbreken. Zo’n situatie kan zich voordoen als een resusnegatieve moeder in verwachting is van een resuspositief kind. Gelukkig gebeurt dit maar zelden, omdat de placenta de bloedsomloop van moeder en kind scheidt. Soms krijgt de moeder een anti-D prik. Deze maakt de binnengedrongen bloedcellen onschadelijk voordat antistoffen worden gevormd. Zo kan voorkomen worden dat dit bij een volgende zwangerschap problemen oplevert. Hepatitis B Als de verloskundige bloed afneemt om je bloedgroep te bepalen, zal ze ook op hepatitis B onderzoeken. Dat is een ziekte waarbij een ernstige en soms blijvende ontsteking van de lever kan optreden. De ontsteking wordt veroorzaakt door het hepatitis B virus. Ongeveer 0,5% van de zwangere vrouwen is draagster van dit virus. De hepatitis infectie heeft geen gevolgen voor de ontwikkeling van de baby. Maar je kindje kan wel besmet worden tijdens of direct na de geboorte. Om te voorkomen dat de baby leverontsteking krijgt, wordt hij direct na de geboorte en na 3, 4, 5 en 11 maanden gevaccineerd.
De eerste drie maanden De ontwikkeling van je baby De duur van de zwangerschap wordt berekend vanaf de eerste dag van de laatste menstruatie. Wanneer je zelf net weet dat je zwanger bent (als je ongeveer 2 weken over tijd bent), ben je dus eigenlijk al zes weken zwanger. Je kindje heeft dan al een hart, een hoofd, hersenen, een ruggenmerg, een zenuwstelsel, longen en knopjes waar straks armen en benen zijn. Hij is ongeveer drie centimeter lang. Als de natuurlijke ontwikkeling van de organen in deze belangrijke eerste weken wordt verstoord, kunnen er aangeboren afwijkingen ontstaan. Rond de dertiende week is de eerste aanleg voltooid. Je kindje is dan ± vijf centimeter lang en weegt nog geen dertig gram. Als je voor de eerste keer zwanger bent, zie je die eerste twaalf weken nog niets aan je buik. De baarmoeder groeit in het bekken. Na de twaalfde week kun je het bovenste deel van de baarmoeder vlak boven je schaambeen voelen.
Ongemakken Waarschijnlijk ben je heel erg blij dat je zwanger bent. Maar tegelijkertijd kun je je knap beroerd voelen, zowel lichamelijk als emotioneel. Dat is gemakkelijk te verklaren: je lichaam moet wennen aan de zwangerschap. De hormonen in je
lijf nemen toe, en dat brengt vaak nogal wat ongemakken met zich mee (misselijkheid, vermoeidheid). De meeste vrouwen voelen zich na die eerste twaalf weken weer een stuk beter. Neem rust, geef hier gerust aan toe, je lichaam vraagt het van je. Door de hormonale veranderingen in je lichaam kunt je ook geestelijk uit evenwicht raken. Misschien maakt de nieuwe situatie je onzeker, en ben je daarom vaak chagrijnig en prikkelbaar. Die onzekerheid en je reactie daarop is heel normaal. Ook je partner kan daar trouwens last van hebben! De eerste drie maanden groeit de baarmoeder in het kleine bekken en drukt direct op de blaas. Je moet dan vaak plassen. Dat kan lastig zijn, maar er is verder niets aan te doen. Als je een pijnlijk of branderig gevoel hebt bij het plassen, bel dan je huisarts of verloskundige. Vooral als
Wiegwijs 1
15
je daarbij koorts hebt. Je hebt dan misschien een urineweginfectie. Zwangere vrouwen zijn gevoeliger voor een blaasontsteking. Om de kans hierop te verkleinen kun je het beste veel drinken.
aan te vragen. Je kunt contact opnemen met Geboortezorg Limburg, telefoon ??????????. Wij adviseren je graag, ook over zwangerschapsgymnastiek en cursussen voor aanstaande ouders.
Je lichaam verbruikt extra energie nu het zich aanpast aan een nieuwe situatie. Gevolg: je bent voortdurend doodmoe. Geef zoveel mogelijk toe aan je slaapbehoefte. Is dit niet je eerste zwangerschap en lopen er al een paar peuters rond, dan kun je niet zo gemakkelijk ‘even gaan liggen’. Ook als je werkt, zal dat niet zo gemakkelijk gaan. Toch is rust erg belangrijk voor je lichaam. Meestal is die slaperigheid na drie maanden over en voel je je weer fit.
Informatieavond Als je in het ziekenhuis gaat bevallen (dus bij een poliklinische of klinische bevalling), kun je een informatieavond bezoeken. Je wordt dan vaak ook rondgeleid op de verloskamers. Informeer hiernaar bij het betreffende ziekenhuis.
De meest voorkomende en misschien ook wel de vervelendste zwangerschapskwaal is misselijkheid (en moeten overgeven). Gelukkig gaat die misselijkheid bij ± 12 weken vanzelf over. Medicijnen worden er meestal niet voor gegeven. Alleen als je heel vaak overgeeft, kan de arts iets voorschrijven. Belangrijkste advies: zoek afleiding, zorg voor voldoende rust en eet waar je zin in hebt zonder iets te forceren.
Waaraan moet je denken in de eerste drie maanden? Bezoek aan de verloskundige Tussen de achtste en de tiende week ga je voor het eerst naar de verloskundige, zodat ze zich een goed beeld van je zwangerschap kan vormen. Aanvragen kraamzorg Of je nou thuis of in het ziekenhuis gaat bevallen: voor de vierde maand dien je kraamzorg
16
Wiegwijs 1
Nacontrole Als je zwangerschap door een gynaecoloog wordt begeleid, maar je gaat na de bevalling naar huis om daar te ‘kramen’, dan moet een verloskundige bij je thuis komen voor de nacontrole van jou en je baby. De gynaecoloog kan de informatie over de bevalling direct doorsturen naar de verloskundige. U dient al tijdens de zwangerschap contact op te nemen met een verloskundige om dat te regelen. Verzekering Het is ook verstandig om alvast na te denken op welke polis je jouw kindje wil laten bijschrijven. Dat moet voor de bevalling geregeld zijn. Erkennen Je kindje moet binnen 3 werkdagen na de geboorte worden aangegeven bij de gemeente. Als je niet getrouwd bent en je wilt de baby de achternaam van de vader geven, dan moet je dat tijdens de zwangerschap samen bij de gemeente regelen. Dat moet ook als de baby de achternaam van de moeder krijgt en de vader het kindje wil ‘erkennen’.
De vierde, vijfde en zesde maand
De ontwikkeling van je baby De organen en lichaamssystemen die in de eerste drie maanden zijn aangelegd, groeien verder. Er groeit donzig haar over het hele lichaam (het meeste valt in de zevende maand weer uit), je kindje krijgt wenkbrauwen en wimpers, de oogleden kunnen open en dicht. De huid is nog heel dun en doorschijnend. Na acht weken beginnen de spieren zich te ontwikkelen. De foetus kan dan zijn armpjes en beentjes bewegen. In de loop van deze periode kun je het hartje al met een doptone horen. De baby groeit enorm,
gaat ruim een kilo wegen en is aan het einde van deze periode ongeveer 35 centimeter lang.
Een baby in je buik Zoals het kindje in je buik nog moet groeien, zo moeten ook je gevoelens voor je kindje groeien. Dat gaat geleidelijk. Weinig vrouwen hebben meteen al een band met hun ongeboren kind. Voor hun partners is het helemaal moeilijk, zolang ze het kind niet kunnen voelen bewegen. De eerste tijd van de zwangerschap zul je voor-
Wiegwijs 1
17
al bezig zijn met allerhande praktische zaken. Zoals: hoe lang je kunt blijven werken en wat voor weerslag het krijgen van een kind zal hebben op je relatie. Wanneer je na ongeveer achttien tot vierentwintig weken je kindje voor het eerst voelt bewegen, is dat voor veel vrouwen en hun partners een belangrijk moment. Je gaat je nu steeds meer ‘in verwachting’ voelen. Iedereen beleeft dat natuurlijk weer anders; er zijn geen regels voor. Doe het op je eigen manier en praat er zoveel mogelijk over, met je partner, met vrienden of familie. Die band met je kindje, daar kun je al tijdens de zwangerschap aan ‘werken’. Voor de ontwikkeling van het kind is dat belangrijk. Ook voor jou kan het goed zijn, als voorbereiding op het ouderschap. Vanaf 28 weken kun je met je handen voelen hoe de baby in je buik zit. Doe dat samen met je partner. Vertel het hem als je de baby voelt, laat hem meevoelen als de baby in je buik beweegt en trapt. Zo gaat jouw kindje voor jullie allebei nog meer leven. Je zult misschien ook merken dat je baby reageert op die aanrakingen. Als je de baby al vaak met je handen hebt gevoeld terwijl hij nog in je buik zit, dan voelt het na de geboorte heel vertrouwd wanneer hij in je armen ligt. Als je je eerste kind verwacht, zul je bij twintig tot vierentwintig weken het kindje voelen bewegen. Bij volgende kinderen kan dat al eerder zijn. Voor veel vrouwen is dat een van de fijnste momenten van de hele zwangerschap.
18
Wiegwijs 1
Een broertje of zusje erbij Als er een broertje of zusje bij komt is dat een hele gebeurtenis. Het is dan ook belangrijk dat jij je oudste kind(eren) goed voorbereidt op wat er gaat gebeuren. Hoe je dat doet, is afhankelijk van de leeftijd van het kind. Een kind van een jaar of drie kan al helpen met het klaarmaken van de babykamer. Je kunt ook samen foto’s bekijken van toen hij/zij nog een baby was. Vanaf een jaar of vier kun je uitleggen waarom je zo druk in de weer zult zijn met de baby. Omdat hij zo klein is en nog niets zelf kan, moet hij met alles geholpen worden. Vertel ook iets over de kraamverzorgende die in huis komt om jou en de baby te verzorgen. In de bibliotheek of boekhandel kun je allerhande leuke kinderboeken vinden over hoe een baby groeit in moeders buik, en over hoe het is om een broertje of zusje te krijgen. Hoe goed je jouw kind ook voorbereidt, houd er rekening mee dat hij/zij toch jaloers kan zijn. Je kunt die gevoelens niet wegnemen. Maar een goede voorbereiding maakt het voor je kind wel gemakkelijker om ermee om te gaan. Veroordeel jaloezie nooit; het is heel normaal.
De laatste drie maanden
De ontwikkeling van je baby De baby gaat meestal flink spartelen en trappelen, zodat je duidelijk merkt dat hij er is. Vaak zijn zijn bewegingen afgestemd op jouw doen en laten; hij gaat bijvoorbeeld trappelen als je rust. In de zevende en in het begin van de achtste maand groeit je kindje geweldig hard. Zijn gewicht verdubbelt (tot ca. 3 kilo) en zijn lengte neemt toe tot bijna 50 cm. De baby hoort heel goed: hij is dan ook al gewend aan de geluiden die je maakt en aan die van de omgeving. Jouw stem en die van je partner zijn vertrouwd. In de achtste en de negende maand zijn de organen van de baby ver genoeg
ontwikkeld om zelfstandig te kunnen functioneren. Vanaf de 37e week kun je thuis bevallen. In de laatste maand van de zwangerschap draait de baby zich geleidelijk aan om, zodat het hoofdje naar beneden komt te liggen. De baarmoeder zakt ongeveer 5 centimeter en het hoofdje ‘daalt in’. De baarmoederspieren kunnen zich dan gaan samentrekken: je hebt al wat voorweeën.
Ongemakken De laatste loodjes wegen vaak het zwaarst. Veel vrouwen krijgen in de laatste twee maanden klachten.
Wiegwijs 1
19
Vooral na de 20e week kun je last krijgen van zuurbranden. Eet of drink geen ‘zware’ dingen (niet te vet, geen uien, geen scherpe specerijen, geen sterke koffie), kauw het eten goed, neem vaker kleinere porties op een dag en eet die langzaam op. Lauwe melk met een biscuitje kan helpen. Heb je vooral ’s nachts last van brandend maagzuur, eet of drink dan niks meer vlak voor het slapen gaan. Leg een extra kussen onder het hoofdeinde van de matras of stel het hoofdeinde van het bed iets hoger. Zo komen je schouders en hoofd hoger te liggen, waardoor het maagzuur minder gemakkelijk naar de slokdarm kan vloeien. Raadpleeg je arts of verloskundige als het zuurbranden aan blijft houden. Die kan eventueel medicijnen voorschrijven. Slik nooit op eigen houtje maagtabletten of zuiveringszout. De laatste weken van de zwangerschap drukt het indalende hoofdje van de baby op je blaas. Je moet dan vaak plassen. Dat is lastig, maar het hoort erbij. Obstipatie of verstopping kan samenhangen met de veranderde hormoonhuishouding. Je darmen werken nu langzamer. Soms wordt obstipatie veroorzaakt door het slikken van ijzertabletten. Maar het kan ook het gevolg zijn van minder bewegen (vooral gedurende de laatste drie maanden van de zwangerschap) of te weinig drinken. Witbrood, beschuit, banaan en witte rijst kunnen verstoppend werken. Om obstipatie te voorkomen moet je veel drinken. Vaak is dat al voldoende. Daarnaast kun je vezelrijk voedsel eten: volkoren brood, grove graanproducten zoals havermout, gort, muesli, zilvervliesrijst,
20
Wiegwijs 1
peulvruchten, karnemelk, ontbijtkoek, rauwkost en fruit. Gebruik geen laxeermiddelen zonder overlegd te hebben met je arts of verloskundige. Niet alle middelen zijn onschuldig. Vooral in de laatste maanden kunnen aanstaande moeders last hebben van angstdromen: zal de bevalling wel goed gaan, zal mijn baby wel normaal zijn? Stop deze angstgevoelens niet weg, maar praat er zoveel mogelijk over met je partner, vrienden of familie. Zo raak je ze het snelst kwijt. Een paar andere vaak voorkomende ongemakken zijn duizeligheid, spierkrampen, rugpijn, hoofdpijn, slecht slapen (vanwege de dikke buik), vermoeide benen, spataderen, meer afscheiding en aambeien. Overleg met je arts of verloskundige wat je ertegen kunt doen.
Geboorteplan In een geboorteplan beschrijf je jouw wensen rondom de bevalling. Het is bedoeld voor jezelf, je partner, je verloskundige of andere zorgverleners. Door het geboorteplan laat je zien wat voor jou belangrijk is. Degene die je bevalling begeleidt kan hier zoveel mogelijk rekening mee houden.
Wat is een geboorteplan? Een geboorteplan is een beknopt document dat je digitaal of op papier kunt invullen. De lengte varieert tussen een paar regels tot maximaal twee A4’tjes. Zorgverleners moeten het namelijk snel kunnen lezen.
Wat schrijf je in het geboorteplan? • Waar je wilt bevallen • Wie er bij de bevalling mogen zijn • In welke houding je wilt bevallen • Of je pijnstilling wilt en zo ja, welke methode • Of je je baby zelf wilt aanpakken • Wie de navelstreng mag doorknippen • Of je borstvoeding wilt geven Waarom een geboorteplan? • Je bent al bewust bezig met je bevalling, waardoor je je zo goed mogelijk voorbereidt. • Je laat de verloskundige en andere zorgverleners weten wat je belangrijk vindt, wat jouw ideeën en wensen zijn en hoe jij graag wilt dat mensen met je omgaan. • Je kunt samen met partner je bevalling en de verwachtingen van elkaar bespreken. • Door een geboorteplan blijf je betrokken bij de dingen die tijdens de bevaling gebeuren en de beslissingen die genomen worden. Ook op momenten dat je zelf niet goed kunt vertellen wat je wilt.
Geboorteplan bespreken Bespreek het geboorteplan met je verloskundige. Zij kan je verdere uitleg geven en bepalen of je wensen haalbaar zijn. Misschien zijn er medische of praktische bezwaren voor bepaalde wensen. Vaak zijn er dan alternatieven.
Niets in het plan staat vast • Je kunt zelf op elk moment van gedachten veranderen. • Ook kan de bevalling anders lopen dan je had verwacht of gewild. Hierdoor kunnen misschien niet al jouw wensen meer uitgevoerd worden. • De verloskundige kan je bijvoorbeeld verwijzen naar de gynaecoloog in het ziekenhuis. • Er kunnen ingrepen nodig zijn. • Je kind kan opgenomen worden op de kinderafdeling. Een voorbeeld van een geboorteplan kun je downloaden via internet. (Typ Geboorteplan in via Google).
Hoe begint de bevalling? Soms wordt je buik al weken voor de bevalling af en toe hard. Je hebt dan voorweeën: je voelt ze wel, maar ze zijn niet pijnlijk. Als de bevalling echt begint, dan voel je dat heel duidelijk; daar hoef je je dus geen zorgen over te maken. Meestal begint de bevalling met steeds regelmatiger terugkerende samentrekkingen in de onderbuik of laag in de rug, met een uitstraling naar de bovenbenen. Tijdens zo’n contractie of wee wordt de hele buik hard. Regelmatig terugkerend betekent zo om de vijf tot tien minuten. Een wee duurt ongeveer een minuut. Spreek
Wiegwijs 1
21
met je verloskundige of arts af wanneer je haar over die weeën moet bellen. De baby en het vruchtwater zitten in een dunne zak: de ‘vliezen’. Zij beschermen de baby tegen infecties. Soms begint een bevalling met het breken van de vliezen. Je verliest dan vruchtwater zonder dat je het kunt tegenhouden. Let op de kleur van het vruchtwater. Is het niet doorzichtig dan moet degene die de bevalling begeleidt dat weten. Aan het einde van de zwangerschap kun je de slijmprop verliezen die de baarmoeder heeft afgesloten. Dit wordt ‘tekenen’ genoemd. Je verliest dan rozig of bruinig dik slijm, soms met wat bloed erbij. Het hoeft niet altijd te betekenen dat de bevalling begonnen is. Spreek met je verloskundige of arts af wat je moet doen als je ‘tekent’. Verder bespreek je vooraf wanneer je de verloskundige of arts moet waarschuwen. Meestal zal dat zijn: • zodra de vliezen breken; • als je al een uur elke 4 à 5 minuten een wee hebt; • als je bloed verliest; • en verder natuurlijk wanneer je ongerust bent.
Tips voor de aanstaande vader Voor de bevalling: • Is er gekozen voor een thuisbevalling, zorg er dan voor dat het bed klaar is. Leg een zeiltje op de matras en zet het bed op klossen. • Denk er van te voren over na of je een geplande of ongeplande keizersnede bij wilt wonen.
22
Wiegwijs 1
• Regel van te voren een oppas voor eventuele oudere kinderen. • Houd belangrijke telefoonnummers altijd bij de hand. • Zorg ervoor dat er altijd een koffertje klaarstaat met spullen voor moeder en kind, voor het geval je partner (alsnog) in het ziekenhuis gaat bevallen. • Wat de auto betreft: zorg voor een volle tank, leg een plastic zak over de zitting van de stoel van je partner en neem voldoende muntgeld mee voor het parkeren en de rolstoel. • Zorg ervoor dat je foto- en/of filmcamera gebruiksklaar zijn.
Als de weeën begonnen zijn: • Noteer de duur en de frequentie van de wee. • Zorg voor een aangename kamertemperatuur: 21°C. • Als je partner gedurende een uur elke vier à vijf minuten een wee van een minuut heeft, bel dan de verloskundige of arts. • Als je je zorgen maakt, bel je uiteraard eerder. • Let erop dat je partner zo ontspannen mogelijk blijft. Zorg voor een rustige omgeving. Soms kun je niet zo veel doen; maar het helpt al dat je er bent. • Geef je partner regelmatig iets licht verteerbaars te eten en te drinken, zoals thee of bouillon met een beschuitje. Het is belangrijk dat haar energieniveau op peil blijft. • Normaal gesproken ligt je partner niet (de hele tijd) in bed. Veel vrouwen lopen wat rond, zitten met de romp licht voorovergebogen en gaan zo nu en dan op hun zij liggen. Een prima manier om de ontsluiting door te komen.
• Misschien wil je partner in een warm bad zitten, of lekker onder de douche. Dat kan heel ontspannend zijn. • Er zijn nog meer dingen die je partner prettig kan vinden: een warme kruik in haar rug of op haar buik, een koud washandje in haar nek, of warme sokken. • Houd een spiegel bij de hand voor het geval je partner tijdens de bevalling mee wil kijken. • Tijdens de ontsluiting zijn de meeste vrouwen in zichzelf gekeerd. Misschien vindt je partner het prettig als je haar aanraakt (als je haar bijv. een lichte massage geeft onder in de rug). Maar het is ook heel gewoon als ze niks van lichamelijk contact wil weten. • Blijf altijd bij haar in de buurt. • Zorg ervoor (door mee op zwangerschapscursus te gaan of er een boekje over te lezen) dat je wat afweet van de verschillende manieren van ademhalen tijdens het baren (hijgen, puffen, buikademhaling). Om te kunnen ontspannen is het belangrijk dat je partner weet hoe ze moet ademen. Je kunt haar daarbij helpen, bijvoorbeeld door mee te puffen. Zolang als je partner zelf rustig de weeën opvangt, hoef je niet veel te doen. Houd er rekening mee dat ze nu waarschijnlijk geen zin heeft
om te praten of om vragen te beantwoorden. • Bij het persen kun je hulp bieden door met een arm het hoofd en schouders van je partner te ondersteunen. • Meestal mag de vader de navelstreng doorknippen. In tegenstelling tot wat je misschien zou verwachten, moet je meerdere keren stevig knippen om door die stugge navelstreng heen te komen. • Tegenwoordig wordt de baby niet meteen gewassen. Het is belangrijker dat jij en je partner contact maken met het kindje. • Pleeg na de bevalling alleen de meest noodzakelijke telefoontjes. • Probeer met je partner zoveel mogelijk te genieten van die eerste uren met de baby.
Vroegtijdige inzet partusondersteuning (VIP) Wil je graag dat tijdens de bevalling de kraamverzorgende een paar uren eerder aanwezig is? Dat kan! Geboortezorg Limburg biedt je sinds 2011 de mogelijkheid voor extra ondersteuning door middel van vroegtijdige inzet partusondersteuning, de zogenaamde VIP. De kraamverzorgende van Geboortezorg Limburg kan al tijdens de ontsluitingsfase een aantal uren bij je in huis zijn. Zij is opgeleid in het bieden van ondersteuning en begeleiding, zodat jij en je partner zich optimaal kunnen voorbereiden op de bevalling. Het geeft een veilig en zeker gevoel als er iemand in huis is, die op profes sionele wijze kan ondersteunen en je wensen als uitgangspunt hanteert. Uit onderzoek blijkt, dat vrouwen in een ontspannen sfeer gemakke-
Wiegwijs 1
23
lijker bevallen en sneller herstellen na de bevalling. Ook is gebleken dat bij meer en continue steun bij het opvangen van de weeën de kans op medisch ingrijpen lager is. Zodra je bevalling begint, kun je met de verloskundige overleggen of de kraamverzorgende tijdens de ontsluitingsfase aanwezig zal zijn. Uiteraard blijft de verloskundige eindverantwoordelijk en is het contact tussen verloskundige en kraamverzorgende intensief.
Voor de baby: • hemdje; • luier; • truitje; • boxpakje; • omslagdoek; • jasje en mutsje; • Maxi Cosi. Vergeet niet: • het huis op slot te doen; • huissleutels mee te nemen; • het gas en het koffiezetapparaat uit te zetten.
Wat moet er mee naar het ziekenhuis? Als je poliklinisch bevalt is het handig om van te voren een koffertje of tas klaar te maken. Ook bij een geplande thuisbevalling kun je halverwege naar het ziekenhuis gaan.
Je kunt het volgende meenemen: • verzekeringspapieren, ponsplaatje en zwangerschapskaart; • celstof matje voor de autostoel; • een paar onderbroekjes, een beha, en als je zelf gaat voeden een voedingsbeha of een stevige beha met voorsluiting; • toiletspullen: tandenborstel, tandpasta, zeep, shampoo, deodorant, kam, borstel, stift tegen droge lippen; • badjas en sloffen; • pyjama of T-shirt (met voorsluiting als je zelf gaat voeden); • T-shirt voor tijdens de bevalling; • lijst met telefoonnummers van familie en vrienden; • fototoestel, reserve batterijen, videocamera; • mobiele telefoon; • muntgeld voor de rolstoel en parkeergeld.
24
Wiegwijs 1
De geboorte Bij een eerste baby duurt het persen meestal ongeveer een uur. Bij een volgende baby gaat het vaak wat sneller (een half uur). Is de tweede baby zwaarder dan kan het wel langer duren. Persen is zwaar. Het kan gebeuren dat de huid van de vagina een stukje ingeknipt moet worden, om te voorkomen dat die huid door de druk van het babyhoofdje scheurt. Van dat knippen voel je vrijwel niets, omdat het tijdens een wee wordt gedaan of omdat je van te voren plaatselijk wordt verdoofd. Wanneer de baby er is, heb je even rust. Meestal legt de verloskundige of arts de baby op de buik van de moeder. Je kunt hem dan samen met je partner voelen en bekijken.
De baby is er!
Het pasgeboren kindje In die eerste minuten dat je kindje op uw buik ligt, begint de kennismaking waar je negen maanden op hebt gewacht. Dat eerste contact is heel belangrijk voor moeder en kind, vooral bloot door huid op huid contact. Daarna kun je je baby op temperatuur houden tegen je lichaam. Sommige baby’s hebben nog wat huidsmeer op hun lijfje. Dat is een vette, witte stof die in het vruchtwater een beschermende functie heeft. Het trekt vanzelf in de huid. Als het kindje even op de moederbuik heeft gelegen, wordt de navelstreng afgebonden en doorgeknipt. Gedurende het eerste uur van zijn leven heeft een baby een sterke zuigreflex. Leg hem daarom
zo snel mogelijk na de geboorte aan de borst (als je zelf gaat voeden). Door het zuigen aan de borst trekt de baarmoeder zich samen en dit brengt de nageboorte op gang (als die er nog niet was). Ga je niet zelf voeden, leg de baby dan in ieder geval lekker tegen je blote lichaam aan om hem een gevoel van geborgenheid te geven. Binnen een uur na de geboorte van de baby wordt de placenta geboren. Je hebt dan naweeën. Die zijn niet zo heftig en meestal niet zo pijnlijk als ontsluitingsweeën. De lege baarmoeder trekt samen tot een harde bal. Pas als daarna een eventuele knip of scheurtje is gehecht, is de
Wiegwijs 1
25
bevalling helemaal voorbij. Je wordt gewassen (of gaat misschien onder de douche) en dan kun je heerlijk uitrusten. Je kunt dan samen met degene die bij je was alle emoties verwerken. Of eindeloos je baby bekijken.
Sommige pasgeboren baby’s hebben een tekort aan vitamine K. Die vitamine is onmisbaar voor de bloedstolling en een tekort kan in zeldzame gevallen leiden tot (ernstige) inwendige bloedingen. Daarom krijgen alle baby’s na de bevalling vitamine K in de vorm van druppels. Borstgevoede kinderen krijgen (vanaf dag 8) nog langer vitamine K.
Koortslip? Even niet knuffelen Iedereen kan een koortslip krijgen Een koortslip (herpes labialis), ook wel koortsuitslag genoemd, bestaat uit groepjes blaasjes op of rondom de lippen. deze nare blaasjes zijn vaak pijnlijk en gaan na enkele dagen over in wondjes die bedekt zijn met een korstje. De koortslip wordt veroorzaakt door het herpes simplex virus. De meeste mensen zijn vaak als
26
Wiegwijs 1
kind al besmet met dit virus, maar je kunt het ook op latere leeftijd oplopen, door bijvoorbeeld te zoenen met iemand die een koortslip heeft. Na besmetting blijft het virus levenslang in sluimertoestand in het lichaam aanwezig. In tijden van verminderde weerstand (koorts, ziekte, vermoeidheid), zonnestraling of menstruatie, kan het virus weer actief worden en een nieuwe koortslip veroorzaken.
Uit liefde even niet knuffelen Voor volwassenen is een koortslip hinderlijk, maar op zich niet gevaarlijk. Wel is een koortslip besmettelijk en daarom is het goed als jonge ouders alert zijn op een koortslip, niet alleen bij henzelf, maar ook bij het (kraam)bezoek. omdat het afweermechanisme van baby’s nog niet volledig is ontwikkeld, kunnen herpesinfecties bij hen namelijk heftig verlopen. Blaasjes in en om de mond, maar ook koorts, sufheid en slecht drinken kunnen wijzen op een besmetting met het virus. De diagnose is echter lastig zelf te stellen. Wanneer er reden is voor bezorgdheid kun je het beste je huisarts raadplegen om een diagnose te stellen. Pas als de koortslip helemaal is genezen, is het besmettingsgevaar geweken en kan er weer naar hartelust worden geknuffeld. Wie echter vaak last heeft van een koortslip, doet er goed aan pasgeboren baby’s voorzichtig te benaderen, zeker de eerste drie, vier maanden van hun leven. Wat kan ik nog meer doen? • Wie een koortslip heeft, draagt het beste een mondkapje bij de verzorging van de baby en ook tijdens het geven van (borst)voeding. • Leg aan bezoek met een koortslip uit dat
eventuele besmetting gevaarlijk is voor de baby en vraag of ze hun bezoek willen uitstellen tot na de genezing van de koortslip. • Voor je de baby aanraakt, altijd goed je handen wassen. • Behandel de koortslip met koortslipcrème. Daarin zit de virusremmer aciclovir die de vermeerdering van het herpes simplex virus tegengaat en zo actief bijdraagt aan een snellere genezing. • Heb je vragen, dan kun je daarmee terecht bij de kraamverzorgster, de verloskundige, de huisarts en/of het consultatiebureau.
Vraag en antwoord Kan ik met een koortslip borstvoeding blijven geven? Ja, acute herpes simplex infectie is op zich geen reden om de borstvoeding te onderbreken of te stoppen tenzij de blaasjes zich bevinden binnen het gebied dat de baby in de mond neemt. Let wel op extra hygiëne: handen wassen, schone (hand)doeken en een mondkapje als de blaasjes zich rond de mond bevinden. Mag ik de baby echt niet knuffelen? Nee, het besmettingsgevaar is echt te groot om met een koortslip een (pasgeboren) baby te kunnen knuffelen, laat staan kusjes te kunnen geven. Wel kun je - met een mondkapje en goed gewassen handen - bijvoorbeeld babymassage toepassen en de baby lekker tegen je aanhouden of naast je leggen. Hoe zit het met oudere baby’s en dreumesjes? Hoe ouder een kindje is, hoe beter het bestand is tegen de gevolgen van het koortslipvirus.
Desalniettemin zijn ook wat oudere baby’s nog kwetsbaar en is met een koortslip bij alle kinderen voorzichtigheid geboden, juist omdat het virus zo besmettelijk is. Kan koortslipcrème gebruikt worden tijdenszwangerschap en borstvoeding? Wie koortslipcrème wil gebruiken tijdens zwangerschap, overlegt het beste eerste met de arts en dat geldt ook voor het gebruik bij borstvoeding. Het is niet bekend of het werkzame bestanddeel in de moedermelk voorkomt na toepassing van de crème. Voorzichtigheid is altijd geboden bij het geven van borstvoeding tijdens een koortslipaanval, in verband met het risico van besmetting van de baby. Bron: Folder Koortslip? Even niet knuffelen, GlaxoSmithKline
Wat kun je van ons verwachten met betrekking tot borstvoeding? Sinds 2005 zijn wij in het bezit van het WHO/ Unicef certificaat ‘Zorg voor borstvoeding’. Ook hebben wij drie lactatiekundigen in dienst. Bij hen kunnen jij en onze kraamverzorgenden terecht voor adviezen over borstvoeding. Dit kan zowel telefonisch of door middel van een huisbezoek.
Gertie Roberts 06-51 59 18 52
Donate Gielissen Karin Janssen 06-49 87 99 43 06-49 87 99 43
Wiegwijs 1
27
Onze kraamverzorgende zorgt allereerst voor rust, zodat jij en je partner kunnen genieten van die eerste momenten met jullie baby. Jouw kindje mag vervolgens dag en nacht bij je blijven. Uiteraard krijg je uitleg en ondersteuning, zodat jij en je baby kunnen wennen aan het geven en krijgen van borstvoeding. Overigens hebben bijna alle vrouwen meer dan genoeg melk. Meteen na de geboorte ligt je baby met zijn blote lijfje lekker tegen je aan. Vaak gaat hij dan gelijk op zoek naar je borst. Die eerste kleine slokjes tijdens het eerste uur na de bevalling zijn van groot belang voor de borstvoeding. De baby mag drinken naar behoefte en dat is de eerste weken heel vaak. De borstvoeding komt daardoor goed op gang. Want hoe vaker je voedt, hoe meer melk je produceert. Daarbij is het ook belangrijk dat je lang genoeg voedt. Het is dan meestal niet nodig om extra voeding te geven. Je kraamverzorgende zal je uitleggen welke houding prettig is om te voeden en hoe de baby goed aan de borst drinkt. Pijn hoort daar niet bij. Heb je hulp nodig, schroom dan niet om deskundig advies te vragen. Soms heeft een baby bijzondere zorg nodig en kunnen jullie tijdelijk niet bij elkaar zijn. Onze kraamverzorgende helpt je dan met het afkolven van de moedermelk. Jonge baby’s kunnen in de war raken door een fopspeen of een flesje. Ze drinken dan niet zo goed meer aan de borst. Daarom adviseren wij om voorlopig geen fopspeen of flesje te geven.
28
Wiegwijs 1
Voor, tijdens of na afloop van de kraamtijd kun je voor begeleiding bij borstvoeding terecht bij de lactatiekundige van Geboortezorg Limburg. Je kunt voor informatie ook terecht bij verschillende borstvoedingsorganisaties (adressen vindt u achter in dit boekje). De meeste vrouwen vinden het erg plezierig om borstvoeding te geven. Het gaat hen ook goed af. Mét UNICEF en de WHO raden we jou aan om de eerste zes maanden alleen moedermelk te geven. Daarna heeft je baby ook ander voedsel nodig. Je kunt borstvoeding blijven geven zo lang als jij en je baby dat graag willen en ervan genieten.
Werken en borstvoeding geven Je rechten op dit vlak zijn in de wet geregeld. Gedurende 9 maanden heb je recht op voeden (of kolven). Daaraan mag je een kwart van je werktijd besteden. Verder moet de werkomgeving aan een aantal voorwaarden voldoen. Informatie hierover vindt je in brochure B246, een gratis uitgave van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Laat je werkgever tijdig weten dat jij je kindje borstvoeding wilt geven.
De baby in huis
Allergieën Als je een kind verwacht en er komt astma, chronische bronchitis, eczeem/dauwworm of een allergie (zoals hooikoorts) in de familie voor, dan bestaat er een grote kans dat je kind ook allergisch zal zijn.
Huisstofmijt Bij allergische klachten speelt huisstofmijt altijd een belangrijke rol. Hoe minder je kind met huisstofmijt in aanraking komt, hoe beter. De huisstofmijt voedt zich met: huisstof, natuurlijk materiaal (wol, riet, jute, papier, veren, dons), huidschilfers en haren van mens en dier. Hij
kan alleen in een vochtige omgeving overleven. Houd bij de inrichting van de babykamer rekening met een mogelijke kans op allergieën.
Advies bij allergieën Inrichting babykamer De kamer Ligging : bij voorkeur op de zuidkant (droogste kamer) Vloerbedekking : glad, vinyl e.d., kurk (gelakt), plavuizen, parket Wandbekleding : afwasbaar behang, latex of
Wiegwijs 1
29
Gordijnen Meubilair Bed/wieg Plaats Bodem Zijkanten Hoofd- beschermers Onderkant/ zijkant Matras- beschermer Matras Hoofdkussen Lakens Dekens
muurverf : katoen, kunstvezel, te wassen op 60°C : glad synthetisch materiaal, glad afgewerkt hout, dichte kasten
: niet met het hoofdeinde tegen buitenmuur in verband met vocht, kou en stof uit gordijnen en van verwarming; niet met het hoofdeinde tegen badkamermuur (in verband met vocht) : lattenbodem of spiraal in verband met ventilatie : niet dicht maar spijlen in verband met ventilatie : geen : open ruimte (geen laden onder het bed of kajuitbed tot op de bodem) in verband met ventilatie : geen : polyether of schuimrubber zonder wollen afdeklaag (winterkant) : geen : glad materiaal op 60°C wasbaar : synthetisch
Algemene richtlijnen • Kies indien mogelijk voor borstvoeding en geef die zo lang mogelijk. • Vermijd prikkelende stoffen en geurtjes. Denk aan parfum, poetsmiddelen (chloor), het toi-
30
Wiegwijs 1
letblok en rook (open haard, allesbrander). • Schaf vooral glad, vochtig afneembaar meubilair aan. • Beperk losse spullen en berg boeken, speelgoed, beeldjes en kleding op in gesloten kasten en/of kisten. • Leg geen pluche beesten in bed of op de kamer. • Neem (af)wasbaar speelgoed zoals badstof, katoen, parachutestof met synthetische vulling, glad hout en plastic. • Zorg voor een droge woning door goede gelijkmatige verwarming van alle kamers en door voldoende ventilatie. • Neem geen huisdieren. Heb je ze al, zoveel mogelijk contact vermijden en zeker niet op de slaapkamers laten komen. • Geen wollen kleding dragen of wollen vloerbedekking, vloer- en tafelkleden (Perzen) aanschaffen. • Gebruik geschikte verf- en lijmsoorten (liefst op waterbasis). • Zorg voor een zo stofvrij mogelijke inrichting, wanden en vloeren van synthetisch, glad en vochtig afneembaar materiaal. • Rook niet in huis, ook niet als de baby er niet is. • Voor optimale veiligheid: zie www.veiligslapen.nl • Het wassen van stoffen (gordijnen, kleden, beddengoed) op 60ºC om huisstofmijt te vernietigen; • Stofzuig niet in het bijzijn van je kind.
Meer weten? Neem even contact op met een verpleegkundige Jeugdgezondheidszorg in jouw buurt: Parkstad: 0900-6990699 Maastricht Heuvelland: 043-3690690 Westelijke Mijnstreek: 046-8506910
Aanmelden: hoe en wanneer?
Vanaf het moment dat je in verwachting bent, kun je je bij ons aanmelden voor kraamzorg. Als je je vóór de vierde maand aanmeldt, kunnen wij ervoor zorgen dat alles geregeld wordt zoals jij dat graag wilt.
Ons kraamcentrum is 24 uur per dag bereikbaar. Onze medewerkers zijn 24 uur per dag inzetbaar voor assistentie bij de bevalling of voor hulp als je thuis komt uit het ziekenhuis. Wij helpen je graag verder.
Wij zijn te bereiken via de nummers op de achterkant van deze brochure. Zodra we je aanmelding ontvangen hebben, sturen we je een uitgebreid informatiepakket en de brochure Wiegwijs 2. Hierin staat alles wat je moet weten over de kraamzorg die wij bieden en je leest precies wat je van jouw kraamverzorgende kunt verwachten.
Wiegwijs 1
31
Geboorte
Limburg Minckelersstraat 2 6372 PP Landgraaf Postadres: Postbus 2690 6401 DD Heerlen
Geboortezorg Limburg is in het bezit van het WHO/UNICEF Certificaat Zorg voor Borstvoeding en van het ISO HKZ Kwaliteitscertificaat.
GroenekruisDomicura Kraamzorg
Meander Kraamzorg
Kraamcentrum Schellings
Tel. 043-3690630
Tel. 045-5665466
Tel. 045-5650145
E-mail:
[email protected]
E-mail:
[email protected]
E-mail:
[email protected]
www.groenekruisdomicurakraamzorg.nl
www.meanderkraamzorg.nl
www.kraamcentrumschellings.nl
Maken allen onderdeel uit van Geboortezorg Limburg