Dayan dr. P. Toledano:
Wetten omtrent de Sjabbatkaarsen (deel 2) Deze brengt dedie Phoenix u eenwordt open brief van rabbijn heeft Lopes ook Cardozo Naastweek de Halacha, hieronder weergegeven, de aan president Obama, naar aanleiding van zijn recente toespraak in Cairo. plaatselijke traditie een belangrijke plek in het Jodendom. De tekst
hieronderweek komt niet we noodzakelijkerwijs overeen van metDayan de Portugese Volgende hopen weer een les te publiceren Toledano. minhag.
Parasat Bo
Phoenix
Portugees-Israëlietische Gemeente
22 januari 2010 7 sjebat 5770
Volgens Rabbi Joseph Karo mag de vrouw des huizes nog werk doen na het aansteken van de kaarsen. Echter, degenen die gewoon zijn het begin van Saba te accepteren vanaf het aansteken van de kaarsen kunnen geen werk meer verrichten, tenzij zij dit duidelijk, verbaal of mentaal, voornemens waren, zolang men maar Saba niet later accepteert dan zonsondergang.
Ook al heeft men Saba geaccepteerd voordat het werkelijk begint, dan mag men wel een andere jood die Saba nog niet heeft
geaccepteerd verzoeken wat werk voor je te doen.
Als de meerderheid van een gemeente op vrijdagavond naar de synagoge komt om Ngarbiet te zeggen voor het werkelijke begin van Saba, dan is de minderheid, die niet aanwezig is, toch verplicht om Saba net zo vroeg te accepteren als de meerderheid.
Men moet wat voordeel hebben aan het licht van de kaarsen, bijvoorbeeld door te eten als de kaarsen branden. Maar als het lastig is om de kaarsen met Soekot in de Cabane aan te
Dayan dr. P. Toledano:
Wetten omtrent de Sjabbatkaarsen (deel 2)
steken, dan moeten ze binnen aangestoken worden, op een plek waar ze enig nut hebben, bijvoorbeeld in de keuken of de slaapkamer.
Een kaars die is uitgegaan mag na Saba, voor welk doel dan ook, opnieuw aangestoken worden.
Hoewel men zijn plicht gedaan met het aansteken van een enkele kaars, is het toch een algemeen gebruik om er twee aan te steken. De ene kaars symboliseert “herinner je de Sjabbat” (Ex. 19:8) en de andere “houd je aan de Sjabbat” (Deut. 5:12).
Men dient ervoor te zorgen dat de kaarsen op de goede plek staan bij het aansteken. In andere woorden: men mag de kaarsen niet aansteken in een kamer die niet wordt gebruikt, om ze vervolgens naar een betere plek te
brengen. Als dit toch gebeurt, dan moeten zij worden gedoofd en opnieuw op de juiste plek worden aangestoken. De lofzegging moet niet worden herhaald .
Hierbij zij opgemerkt dat de bovenstaande procedure niet door de vrouw des huizes uitgevoerd kan worden, aangezien zij al door het uitspreken van de lofzegging het begin van Saba heeft geaccepteerd, en dus de kaarsen noch mag doven, noch opnieuw mag aansteken. Een andere huisgenoot dient beide te doen.
De kaarsen moeten speciaal voor Saba aangestoken worden. Als ze eerder voor iets anders zijn aangestoken kan men de mitswa niet als uitgevoerd beschouwen. In een dergelijk geval moet men de kaarsen doven en opnieuw aansteken - speciaal voor Saba.
Vertaling: mevr. M. Clapper-Italiaander
Jongeren
Mededelingen
Eerste bouwhandeling bij het renovatieproject van de Snoge Op maandag 25 januari 2010 bent u, leden van de PIG, hartelijk welkom om aanwezig te zijn bij een ceremonie ter gelegenheid van de aanvang van het renovatie project van de Snoge. Het programma is als volgt:
17:00 uur: Ontvangst in het Museumcafé van het Joodse Historisch Museum 18:00 uur: Officieel programma in de Snoge. Aansluitend: eerste bouwhandeling door Dayan Pinchas Toledano en minister Ronald Plasterk (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), in aanwezigheid van mevr. Sascha Baggerman (lid van het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Noord-Holland) en wethouder Hans Gerson van de Gemeente Amsterdam (tot zijn benoeming tot wethouder stond hij aan het hoofd van de Bouwcommissie van het renovatie-project van de Snoge). 18.45 – 19.30 uur: Afsluiting in het Museumcafé van het Joodse Historisch Museum
Leden van de PIG hebben deze week een uitnodiging ontvangen om bij deze gebeurtenis aanwezig te zijn. Ook als u geen uitnodiging hebt ontvangen bent u welkom - meld graag met hoeveel personen u komt op tel. 020-6245351. Tijdens de ceremonie kunt u geen aanspraak maken op uw vaste zitplaats in de Snoge. De Snoge heeft een nieuw adres Nee, de Snoge is niet verhuisd, maar in verband met de renovatie van het complex wordt volgende week de ingang verlegd. Vanaf dinsdag 26 januari 2010 is de ingang tot de Snoge niet langer op het Mr. Visserplein, maar op Jonas Daniel Meijerplein 7. Gedurende de renovatie van het Snogecomplex is dit ook het officiële adres van de PIG.
Mikwa gesloten Tijdens de renovatie van het Snogecomplex wordt het Mikwa gemoderniseerd. Tot nader orde is het Mikwa gesloten.
Bibliotheek Ets Haim verhuisd Gedurende de renovatie van het Snogecomplex is bibliotheek Ets Haim - Livraria Montezinos tijdelijk ondergebracht bij de Universiteitsbibliotheek van de Vrije Universiteit (afd. Bijzondere Collecties). Het adres is De Boelelaan 1103, 1081 HV Amsterdam (kamer 1B-48). Tel. 020-5986646 / 7. Bezoek alleen volgens afspraak! Wintersnoge verplaatst Tijdens de renovatie van het Snogecomplex worden ook de fundamenten van de Wintersnoge verstevigd. De Cabane is tijdelijk ingericht als Wintersnoge.
Vraag en antwoord over de nieuwe Wintersnoge
Hoe ziet de oude Wintersnoge er nu uit? Leeg. De Teba, de Hechal, de kroonluchter, de banken, het Eeuwig Licht - alles is tijdelijk verhuisd. Ook de Ma’amad is leeg, en de voorwerpen die er hingen of stonden zijn tijdelijk opgeslagen. Zijn de Teba en de Hechal uit de oude Wintersnoge verplaatst naar de nieuwe Wintersnoge in de Cabane? Nee. Het hout van de Hechal is zo gevoelig dat hij kapot zou gaan in de Cabane. Hij is verhuisd naar een geklimatiseerde opslagplaats. In de nieuwe Wintersnoge staat een tijdelijke Hechal. Is het hout van de Teba ook zo gevoelig? Nee, de Teba mocht best mee naar de nieuwe Wintersnoge, maar hij was breder dan de deuropeningen. Indertijd is hij in delen naar de oude Wintersnoge gebracht en daar in elkaar gezet. Ook de Teba is in tijdelijk depot, en in de nieuwe Wintersnoge staat een nieuwe Teba. Staan de banken van de oude Wintersnoge in de nieuwe Wintersnoge? Nee, in de nieuwe Wintersnoge wordt gebruikgemaakt van stoelen. De banken van de oude Wintersnoge staan nu in de grote Snoge, links van de Parnassimbank, in het gedeelte waar het podium van de koordirigent staat. Ik heb nog geen gelegenheid gehad om m’n gavetas te legen. Wat nu? Zoals gezegd staan deze banken nu in de grote Snoge. U bent welkom om uw gavetas te ontruimen. Waar kan ik de inhoud van m’n gavetas onderbrengen? In de nieuwe Wintersnoge (en ook in de ruimte ernaast, vlak voor de keuken) staan lockers. U bent welkom om een locker te gebruiken. Graag uw naam op de deur van uw locker plaatsen. Ik maakte gebruik van een locker bij de damesgalerij boven de Wintersnoge. Staan die lockers daar nog? Nee, de oude Wintersnoge is helemaal ontruimd. Deze lockers zijn verhuisd naar een van de ruimtes naast de nieuwe Wintersnoge. Wat is er gebeurd met de hoge hoeden? Naast de nieuwe Wintersnoge zijn stellingen ingericht voor de hoge hoeden. De naam van de eigenaar (voor zover bekend) staat op een etiketje dat bij de hoed is geplaatst. Waar is de Ngezrat Nasjim, de damesruimte, in de nieuwe Wintersnoge? Als u binnenkomt meteen rechts, achter de mechitsa. Is er een kiddoesjruimte in de nieuwe Wintersnoge? Een kleine kiddoesjruimte bevindt zich links van de Wintersnoge, waar vroeger het keukentje was van de Cabane. Waar is het toilet? Voorlopig kan gebruik worden gemaakt van de toiletten in het bijgebouw aan de kant van de Muiderstraat. Waar zijn de uitgangen in het geval van een calamiteit? Als er zich onverhoopt een calamiteit voordoet kunt u het Snogecomplex verlaten via de uitgang tegenover het standbeeld van de Dokwerker, of via de keuken naast de nieuwe Wintersnoge en via het Secretariaat naar de Muiderstraat. Naast gesloten deuren hangen kastjes met noodsleutels. Als de hoofdpoort en/of de poort aan de kant van de Muiderstraat open zijn kunt u ook die uitgangen gebruiken.
Mededelingen
Schoteltjesavond De jaarlijkse lezing ter gelegenheid van het Nieuwjaarsfeest der Bomen wordt dit jaar gehouden op Motsaé Sjabbat, 30 januari 2010, vanaf 20:00 uur in Snoge Amstelveen, Texelstraat 82.
U bent van harte welkom!
Joodse namen In het Bevolkingsregister van de PIG ontbreekt in vele gevallen de Joodse naam van overleden familieleden. In sommige situaties is deze Joodse naam belangrijk, en daarom willen we u verzoeken om ons deze informatie te verstrekken.
U kunt daarvoor een formulier invullen op het internet, met dit adres: http://tinyurl.com/joodsenamen . Deze informatie wordt geplaatst in het bevolkingsregister van de PIG, en is niet toegankelijk voor derden. Graag niet vergeten met uw muis te klikken op de knop “Insturen”, onder het formulier.
Dr. J. Z. Baruch z.l.
De Portugese Joden in Engeland Dit artikel, dat werd geschreven door de heer J. Z. Baruch z.l., werd eerder gepubliceerd in HaBinjan.
Als men in het buitenland verblijft en de behoefte heeft Joden te ontmoeten, dan is (gelukkig) het trefpunt nog steeds de synagoge. Tenminste, als men Israel buiten beschouwing laat waar negentig procent van alle inwoners Joden zijn. Tijdens mijn verblijf in Engeland was ik natuurlijk in het bijzonder geïnteresseerd in onze meer directe verwante geloofsgenoten: de Portugese of sephardische Joden. Welnu, in Engeland kan men in dit verband spreken van de verschillende Portugese gemeenten en synagogen, welke men in Londen en Manchester kan aantreffen. Van het intense Joodse leven, dat in deze Portugese gemeenten bestaat, wil ik hier iets vertellen. Helaas was ik niet in de gelegenheid het Portugese internaat, de jeschiba in Ramsgate te bezoeken, waar een familielid van de in onze gemeente zulke belangrijke functies bekledende familie Rodrigues Pereira, directeur-leraar-gazan is. De oorsprong van de Portugese gemeente in Londen ligt in Amsterdam. Onze gemeente was in de zeventiende eeuw de moedergemeente van belangrijke Portugese gemeenten in New York, Curaçao, Suriname en Engeland. Het is juist driehonderd jaar geleden, dat de Joden weer in Engeland werden toegelaten, waar ze in 1290 verbannen waren. Het driehonderdjarig bestaan van de Joodse gemeenschap in Engeland is met veel luister herdacht. Vele waarderende woorden zijn toen gewijd aan onze gemeente in Amsterdam en vooral aan Menasseh ben Israël, een van de rabbijnen van onze gemeente. Menasseh ben Israël had zich in 1655 met een verzoekschrift tot Cromwell gericht, ten einde toelating van de Joden in Engeland te verkrijgen. Officieel werd hier nooit een
schriftelijke beslissing gekomen. Maar een feit is het, dat in 1656 zich weer Joden in Engeland vestigden, waaruit ze in 1290 verbannen waren. De eerste Joden in Engeland in de zeventiende eeuw vestigden zich in Londen. Het waren Portugese Joden, afkomstig uit Amsterdam, maar ook uit Portugal. Bekende en vertrouwde namen vinden we terug onder de stichters en eerste leden van zustergemeente in Londen: Casseres, Vaz Nunes, Bueno de Mesquita, etc. In 1701 werd een synagoge gebouwd, in Bevis Marks, de oudste synagoge in Engeland. In menig opzicht komt deze synagoge overeen met onze snoge in Amsterdam. Was onze gemeente in Amsterdam de moedergemeente van Londen en New York, op zijn beurt zou de Portugese gemeente te Londen het geestelijk centrum worden voor talrijke Portugese gemeenten in en buiten Engeland. Portugese gemeenten in Rhodesie in Afrika, in Barbados in West-Indië, in New York en Guatemala richten zich thans met hun vragen en problemen tot de Mahamad en de chacham van de Portugese gemeente te Londen, zoals in de zeventiende en achttiende eeuw de Portugese gemeente in Londen, maar ook de leiders van gemeenten in andere landen, zich tot de gemeente in Amsterdam richten. Sic transit mundi, zo vergaat de roem in de wereld. Gelijk gezegd, bestaan in Engeland Portugese gemeenten en synagoges in Londen, Manchester en Ramsgate: De chacham van de Portugese gemeente te Londen, dr. Gaon, is tevens de geestelijk leider voor de andere Portugese gemeenten in Engeland, maar ook in Amerika en in landen van het Britse Gemenebest wordt dr. Gaon door vele Portugese gemeenten als het geestelijk hoofd beschouwd. Gaon is een nog jonge man. Hij is afkomstig uit Joegoslavië, maar woont al vele jaren in
Dr. J. Z. Baruch z.l.
De Portugese Joden in Engeland Engeland. Zijn vrouw is, evenals andere leden van de Portugese gemeente, afkomstig uit Gibraltar. De chacham is zeer actief : hij beschikt over een bureau met enkele secretaressen, werkt heel modern met dicteermachine. Zo slaagt hij er in, zoveel mogelijk contact te onderhouden met de leden van zijn diverse gemeenten in Engeland en met de leiders van de Portugese gemeenten buiten Engeland, die hem om advies vragen. In Londen zijn drie Portugese synagogen: de oude snoge in Bevis Marks, in het centrum van de stad gelegen, vlak bij de City, waar banken, beurs en kantoren gevestigd zijn. Het centrum van London wordt op zich zelf echter weinig bewoond. Vlak aan het zakencentrum grenst de oude Joodse stadswijk, het East End. Maar daar wonen naar verhouding weinig Sephardische Joden, zodat het bezoek aan de synagoge in Bevis Marks te wensen overlaat. Een nieuwe synagoge is gebouwd in een wijk, meer in het noorden van Londen. Deze synagoge, gebouwd in de in Engeland veel gebruikte Oosterse bouwtrant, kan vierhonderd tot vijfhonderd mensen bevatten. Aan deze synagoge grenst het rabbinaat, een school voor de kinderen en een vergaderzaal voor volwassenen. In de modernere wijken rond deze Lauderdale synagoge wonen vele Joden. Het synagogebezoek was ook in de zomer maanden goed te noemen. In London zelf is nog een derde Portugese synagoge, ook in een goede wijk gelegen, voornamelijk bezocht door Joden uit Turkije.
De bloei van de Portugese gemeenten in Engeland is mede door het volgende te verklaren: de Hoogduitse gemeenten in de gehele wereld kregen regelmatig, vooral in de vorige eeuw, maar ook nog in onze tijd, aanwas van nieuwe leden, afkomstig uit Midden- en Oost-Europa. Ook in Nederland zijn vele Joden nog in de laatste tientallen jaren uit Midden- en Oost-Europa gekomen, die tot de besten zijn gaan behoren van de Nederlands Joodse gemeenschap. Zij hebben in belangrijke mate bijgedragen tot de bloei, ontwikkeling en instandhouding van de Hoogduitse gemeenten in Nederland, ook daar waar het oorspronkelijk Nederlands-Joodse element binnen deze gemeenten achterbleef of tekort schoot. Onze Portugese gemeente in Amsterdam heeft eigenlijk sinds haar oprichting en de eerste tijd van haar bestaan, geen aanwas van nieuwe leden van buiten het land meer gehad. Naar Engeland echter zijn de laatste tientallen jaren nog heel wat sephardische Joden gekomen, uit Syrië, de Libanon en Noord-Afrika. De laatste jaren zijn ook nog een vrij groot aantal Joden uit Egypte naar Engeland gekomen. Deze verschillende groepen sephardische Joden zijn opgenomen in de oude Portugese gemeenschap. Soms geven de „nieuwe" immigranten er echter de voorkeur aan, zelfstandig een gemeente en synagoge te stichten. Zo is een gemeente in Manchester ontstaan, voornamelijk van Joden die de laatste jaren zijn aangekomen uit Turkije en Syrië, terwijl ook in Londen een gemeente met eigen synagoge bestaat, bestaande uit Joden uit Turkije. Zij allen vormen samen de Portugese gemeenschap in Engeland en zij allen erkennen het geestelijk gezag van chacham Gaon. In Ramsgate is een instelling, enig in zijn soort, een sephardische jeschibah. Ongeveer vijftig sephardische jongens, vanaf de leeftijd van zestien jaar, wonen en studeren daar. De meeste jongens zijn afkomstig nit Noord-Afrika en andere sephardische centra. Ze zijn intern. Het leerprogramma omvat profane en Joodse vakken. In Manchester en Londen. zijn enkele
Dr. J. Z. Baruch z.l.
De Portugese Joden in Engeland van deze jonge mensen, die de school verlaten hebben, werkzaarn als gazan, leraar of hulp-rabbijn. Het was een groot genoegen, temidden van de Portugese gemeenten in Londen en Manchester enige tijd te verblijven. Op vallend was, dat de synagoges goed en regelmatig bezocht worden, niet alleen op vrijdagavond of Sabbath. Ook op werkdagen vinden de diensten met een talrijk gehoor plaats. De opofferingsgezindheid onder de leden is ook groot: in drie jaar tijd brach ten ongeveer vijfhonderd leden van een van de sephardische gemeenten in Manchester f300.000,— bijeen voor de bouw van een vergaderzaal met kashere keuken. Eveneens in Manchester vertelde mr. Albert Rodrigues Pereira mij van de vele moeilijkheden die hij de laatste jaren had gehad met het in stand houden van de oudste Portugese gemeente en synagoge van Manchester. Deze synagoge, in Oosterse stijl gebouwd, is gelegen in de oudere Joodse buurt van Manchester. In deze buurt zijn nog vele andere synagogen en nog steeds wonen er heel wat Joden. Maar de Portugese Joden, vooral als zij in betere financiële omstandigheden waren gekomen, hadden deze wijk meestal verlaten. In nieuwere wijken van Manchester waren zij gaan wonen en daar hadden zij ook een nieuwe synagoge en later nog een tweede, gebouwd. De oude synagoge „Shaäreh Tefilah" was bijna geheel verlaten. Albert Rodrigues Pereira, een neef van de dokter en van chacham Rodrigues Pereira, zette echter door. Door zijn enthou siasme slaagde hij er in, weer een klein aantal Portugese Joden voor de gemeente te interesseren. Men bracht geld bijeen om een grote soekah te bouwen, vlakbij de snoge. Een jonge man, uit Ramsgate afkomstig, fungeert nu als gazan en leraar. Maar ook mr. Albert Rodrigues Pereira „leest" nog altijd in de snoge, die vooral dank zij zijn werk weer functioneert.
Het bezoek aan Engeland heeft mij veel geleerd: er zijn nog Portugese gemeenten, waar actief Joods leven is, er zijn gelukkig nog vele Portugese Joden, die zich voor hun gemeente en snoge interesseren. Hoe is het bij ons? Zeker, de leden van onze gemeente zijn meestal trots op onze gemeente en snoge, ook al komen zij nooit in de snoge. Ja, als er een bijzondere dienst is, op Jom Haätsmaoeth of als de president van Israel naar de snoge komt, ja, dan komen ook de leden van onze gemeente. Maar dat is niet voldoende, er is meer nodig wil onze gemeente blijven bestaan. De snoge is vaak zo leeg, zo troosteloos leeg. Mensen staan verspreid hier en daar hun gebed te verrichten. Maar er zijn te veel plaatsen onbezet, die heus nog wel bezet zouden kunnen zijn. Want onze gemeente telt nog steeds honderden leden, maar meer op papier dan in werkelijkheid. Ook als u lang niet in de snoge bent geweest, zult u merken, dat het u goed zal doen in dit gebouw te bidden, in dit gebouw na te denken over u zelf, uw Jood-zijn, uw verleden, heden toekomst. Uw plaats in de snoge is niet bezet, uw naam is niet vergeten. Vergeet zelf ook de snoge niet, de snoge, onze gameenschap heeft u nodig. Ieder van ons heeft deze taak: te komen, en er voor te zorgen, dat onze eeuwenoude gemeente zal blijven voortbestaan.
Drs. Leo Mock:
De Parasa van de week (Bo) In de Parasa van deze week komt het verhaal van de Tien Plagen tot een hoogtepunt. De laatste drie plagen – sprinkhanen, duisternis en dood van de eerstgeborenen – weten Farao en de Egyptenaren uiteindelijk zo ver te krijgen dat ze de Joden zelfs uit Egypte verjagen! Ze mogen niet eens meer blijven. Volgens de rabbijnen is echter het grootste gedeelte van de Joden in Egypte gebleven. Maar liefst 80% bleef in Egypte en ‘stierf’ in
12:2). Volgens de rabbijnen sprak God met Mosjé op Rosj Chodesj Nissan en liet God hem een nieuwe maan zien, en zei als het ware “Zo moet de nieuwe maan er uitzien om haar te heiligen en de nieuwe maand in te zegenen”. Deze openingzin vormt de inleiding op het Pesachoffer dat de Joden nog in Egypte zullen moeten offeren. De 10e van de maand moeten zij het lam in huis nemen om dit vervolgens de 14e van de
de duisternis van Egypte, niet bereid om mee te gaan in het unieke verhaal en het verbond dat het volk met God aan zou gaan. Zij bleven helaas in de duisternis van Egypte.
maand te slachten. In de avond van de 15e moet het opgegeten worden, enkele uren voordat de uiteindelijke verlossing zal plaatsvinden met middernacht. Het tijdstip waarop God de laatste plaag zal uitvoeren: de dood van de eerstgeborenen. Het bloed op de bovendorpel en de beide deurposten moet de Joden beschermen van de ‘Vernietiger’ (masjchiet) die rondwaart in Egypte en de dood van de eerstgeborenen symboliseert. De rabbijnen zien in de opdracht om een Pesachoffer in Egypte te
De verhaallijn van de resterende drie plagen wordt middenin ogenschijnlijk onderbroken door de openbaring van God aan Mosjé inzake de kalender: “Deze maand zal voor jullie de eerste der maanden zijn, de eerste is hij van de maanden van het jaar” (Sjemot
Drs. Leo Mock:
De Parasa van de week (Bo) brengen een middel om de verlossing zelf mee te bewerkstelligen. Er was niet zo veel verschil tussen de Egyptenaren en de Joden – “deze waren afgodendienaren en deze waren afgodendienaren”, zegt een wat cynische uitspraak van één van de rabbijnen – waarom zouden de Joden de verdienste hebben om verlost te worden? Daarom gaf God hen twee geboden: het Pesachoffer en de besnijdenis – een onbesnedene mocht immers niet aan het offer deelnemen – om zo de verlossing als het ware te ‘rechtvaardigen’. Zo worden gebod, maan en verlossing met elkaar verbonden in deze Parasa. De Midrasj ziet de reden van het feit dat de Joden een maankalender hebben in de cyclus van de maan. Deze cyclus houdt in dat de eerste twee weken van de maan het licht steeds meer toeneemt totdat het op de 15e volle maan is – het hoogtepunt van de maand waarop de bijbelse feesten van Pesach en Soekot worden gevierd. Na de 15e dag van de maand neemt de lichtsterkte weer af totdat de maan geheel onzichtbaar is, om vervolgens weer opnieuw geboren te worden. De Midrasj ziet hierin een parallel in met de ontwikkeling van het Joodse volk. De 15 dagen van de maand waarin het licht als maar toeneemt, zijn de 15 generaties vanaf Abraham tot Sjelomo: Awraham, Jitschak, Jakob, Judah, Peretz, Chetzron, Ram, Aminadav, Nachshon, Salmon, Boaz, Obad, Jesse, David, en tot slot koning Sjelomo. Bij hem komt het licht tot volle wasdom in de bouw van de Eerste Tempel. De koningen die na hem kwamen en van minder allooi waren, symboliseren de tweede helft van de maand waarin de maan kleiner en minder sterk oplicht. Met koning Tzidkiah doofde het licht geheel uit, toen de Eerste Tempel verwoest werd en de Babylonische Ballingschap begon. Toch begint er een nieuwe lichtcyclus met de herbouw van de Tweede Tempel door degenen die terugkeren onder Zerubawel, Ezra en Nechemia. Een proces van vernieuwing, groei en stagnatie dat zich nog
vele keren zal herhalen tot de uiteindelijke Verlossing, wanneer het licht van de maan net zo sterk zal zijn als dat van de zon en aan dit voortdurende proces van groei en afsterven een halt toegeroepen zal worden. Ooit was het namelijk ook zo bedoeld, aan het begin van de schepping toen maan en zon volgens de traditie eerst aan elkaar gelijk waren. God maakte de maan echter kleiner, maar in de herstelde wereld zal dit weer rechtgetrokken worden. Ondertussen krijgt de maan als troost de kalender, en het feit dat de Joden elke maand op basis van de nieuwe maan bepalen en dat Rosj Chodesj een feestdag is waarop in tijden van een Tempel extra offers werd gebracht. Het geitenbokje als zondeoffer is een zondeoffer als het ware voor God zelf, vanwege het feit dat Hij de maan ‘strafte’ door deze kleiner te maken. Daarom staat er in de afdeling van de offers van Rosj Chodesj in de Tora: chatat laHasjem – een zondeoffer voor de Eeuwige (Bemidbar 28:15), een zondeoffer voor God zelf als het ware. Terwijl er bij de andere offers niet laHasjem bij staat (zie bijv. Bemidbar 28:22 en 30). Het is deze wens die wij elke maand uitspreken met het inzegenen van de nieuwe maan: “een goed teken, een goed gesternte zal er voor ons en voor héél Israël zijn – ameen!”
De verjaardagen van de afgelopen week Mevr. Doortje Rodrigues Pereira-Hartz (Den Haag) Mevr. Carrie Jessurun-Cohen (Amsterdam) Mevr. Charlotte Hering (Amsterdam) Portugees-Israëlietische Gemeente Mr. Visserplein 3 1011 RD Amsterdam Tel. 020-6245351 Email:
[email protected] Webstie: http://www.esnoga.nl Suggesties/klachten: TinyURL.com/voorparnassim
Mevr. Elly Cortissos-Zeldenrust (Amsterdam) Mevr. Olivia Shabi-Tweig (Amsterdam) Dhr. Rudie Cortissos (Amsterdam) Mevr. Betty Mazor-Behr (Amstelveen) Dhr. David Shemesh (Amstelveen) Mevr. Mirjam Zecharja Baruch (Amsterdam) Dhr. Nabil Shabi (Amsterdam) Mevr. Avital Sjierly Rodrigues Pereira (Amsterdam) Dhr. Yigal Soesan (Amsterdam) Daniel Obadia (Purmerend) Yoram Clapper (Amstelveen) Sacha Pardovitch (Amsterdam)
De PIG feliciteert al haar jarige leden!
Dayan Toledano bevindt zich de komende week in Nederland.
Aanstaande woensdag geeft Dayan Toledano een sjioer over de Parasa en over vragen in de Halacha.
U kunt een afspraak met hem maken via het Secretariaat.
Locatie: Snoge Amstelveen Aanvang 20:00 uur Dames en heren zijn welkom.
Het boek “Fountain of Blessings” door Dayan dr. P. Toledano is opnieuw uitgegeven in twee delen, en is verkrijgbaar bij de auteur. Prijs: € 30