Wethouder Worm verwacht dat dit wel mogelijk is en geeft het verzoek door

NOTULEN van de openbare en besluitvormende vergadering van de raad der gemeente Diemen, gehouden op donderdag 22 februari 2007 in het Gemeentehuis te Diemen, bijeengeroepen om 20.00 uur. Aanwezig: (*fractievoorzitters) Voorzitter

A.E. Koopmanschap, burgemeester

PvdA S. Bontekoning*, F.A.L. Polsbroek, N.C. Portegijs, R.R. Rohlof, R. Verheuvel VVD Y. de Baaij, F. Mulder, M.H.M. Thissen, B.H.M. Wielage* SP M. Haak*, K. Verhofstad, P. Visser Leefbaar Diemen R. Herder*, G. Smit-van der Wal CDA R.L.A. Budhu Lall, M.G.F. Tokkie* GroenLinks R.M. Smit, H. G. Uiterdijk* Democraten Diemen M.J. Israël* Wethouders

R.P. Grondel, L.W.M. Worm

Notulist:

Sonja Hauet

Afwezig:

A.J.M. Scholten (wethouder)

1a. OPENING EN MEDEDELINGEN De voorzitter opent de vergadering. 1b. VASTSTELLING AGENDA De voorzitter stelt voor 7a. als agendapunt toe te voegen zodat daar de drie moties die niet bij de andere agendapunten zijn onder te brengen kunnen worden behandeld. Akkoord. 1c. VRAGEN VAN PUBLIEK AAN DE RAAD Geen. 1d. VRAGEN VAN DE RAAD AAN HET COLLEGE De heer Israël las tot zijn verbazing in De Telegraaf dat de gemeenteraad van Diemen heeft aangekondigd de hulpverlening aan mensen met een alcoholprobleem te verbeteren. Wethouder Grondel zegt dat het gaat om een persbericht dat al twee weken geleden is uitgegaan, ook naar de Raad. Aan de orde was daarbij niet de categorie zware alcoholisten, maar een toename van de ‘gemiddelde’ drinkers. Het College heeft aangekondigd daarmee preventief aan de slag te gaan en dat is in het werkprogramma van de GGD als aandachtspunt opgenomen. De Telegraaf heeft het weergegeven als een besluit van de Raad. Mevrouw Herder vraagt het College om voor mensen die met het openbaar vervoer naar Diemen zijn gekomen in Diemen-Zuid op strategische punten een plattegrond te plaatsen. Wethouder Worm verwacht dat dit wel mogelijk is en geeft het verzoek door. 1e.

VRAAG DEMOCRATEN DIEMEN N.A.V. BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN DOOR COLLEGE 1

De heer Israël wil een reactie van de andere raadsleden op de veranderingen in de antwoordbrief van het College. Democraten Diemen hebben er moeite mee. De auditcommissie heeft zich in dezen willen uitspreken, maar heeft dat om hem onbekende redenen niet gedaan. De heer Rohlof heeft er begrip voor dat de heer Israël betreurt geen volledig antwoord te hebben gekregen, maar heeft niet de indruk dat het antwoord veel nieuwe informatie bevat. Mevrouw Smit is heel blij dat Democraten Diemen zo kritisch en zorgvuldig de begroting lezen. Het is frustrerend dat het College Democraten Diemen gelijk geeft, maar daar verder niets mee doet. Mevrouw Wielage meldt dat haar fractie er nog niet over heeft gesproken en de heer Israël later een reactie zal geven. Mevrouw Uiterdijk vindt het jammer dat Democraten Diemen de vraag nu in een besluitvormende raadsvergadering voorleggen. Zij had het netter gevonden wanneer de Raad daarover tevoren was ingelicht, want dan had haar fractie zich daarop kunnen voorbereiden. De voorzitter wijst erop dat de brief bij de stukken zit en dat de bespreking op de agenda staat. Mevrouw Uiterdijk acht het antwoord van het College afdoende en meent dat de perfectie die Democraten Diemen nastreven onhaalbaar is. De heer Israël is het meest bezeerd doordat een (oud-)raadslid heel veel werk en moeite heeft gedaan met zeer veel interesse in hoe het in de gemeente gaat. In bijna alle antwoordbrieven geeft het College Democraten Diemen gelijk, maar stelt het tegelijkertijd niet van haar voornemen af te wijken. Dat is een signaal dat het College haar gang wenst te gaan. Het gaat veelal om technische zaken die evenwel beleidsbepalend zijn. De beantwoording van het College bevat in hoge mate ‘drogredelijkheid’. Het College zet de Raad daardoor bij de gemaakte keuzes buiten spel en dat doet geen recht aan de rol die de Raad heeft. Wethouder Worm memoreert dat bij de begrotingsbespreking is gezegd dat bij de opstelling van de begroting bepaalde technieken en systematieken tot heden gebruikelijk zijn. Het gelijk geven in het antwoord wil zeggen dat die systematiek misschien niet de beste is. Recentelijk is toegezegd dit jaar, hopelijk in april of mei, een aantal zaken de begroting en de financiële functie betreffende tegen het licht te houden. Inmiddels is aan BMC gevraagd dienaangaande advies te geven. Hij heeft de indruk dat dit zal leiden tot een aantal keuzemomenten over hoe hier mee kan worden omgegaan. Een andere systematiek bij bijvoorbeeld de rente heeft gevolgen voor de inrichting van de rest van de begroting, dan wel voor de opbrengsten of inkomsten. Het signaal dat Democraten Diemen beter in staat wensen te worden gesteld een afweging te maken wordt wel degelijk serieus genomen. Het streven is daaraan tegemoet te komen.

2

2. BEËDIGING FRACTIEOPVOLGERS De voorzitter vraagt de heren Doeser (VVD) en Rietveld (Leefbaar Diemen) en de dames Den Heijer-Bodeutsch (GL), Sikkens (PvdA) en Schmitz (SP) naar voren te komen waarna zij de belofte afleggen en als fractieopvolgers zijn geïnstalleerd. (Applaus!) 3.

VERBETERING EXPLOITATIE EN UITSTRALING VAN SOCIAALCULTUREEL CENTRUM DE OMVAL De heer Israël is verwonderd dat het advies van drie specialisten wordt genegeerd. Het lijkt hem beter te bezien hoe De Omval als annex van het gemeentehuis kan worden gebruikt. De heer Rohlof is blij dat er eindelijk een start kan worden gemaakt. Het College heeft zich de adviezen wel aangetrokken. Bij de vorige bespreking is het College teruggefloten door de Raad en dat heeft geresulteerd in de voorliggende nieuwe notitie. Daarmee kan de PvdAfractie instemmen. Wel acht zij het van belang dat er een breed draagvlak is en dat Stichting Theater, de OR en Stichting Welzijn Diemen in het proces worden betrokken. De heer Verhofstad zegt dat de SP-fractie uit het stuk niet kan opmaken dat het commercieel uitbesteden van de horeca in De Omval gaat lukken. De notitie is doorspekt met voorbehouden en twijfels. In dat licht bezien, moet in ieder geval de planning worden aangepast. Het is vreemd dat voor er ook maar iets bekend is over een bestek, er al wordt gesproken over personele gevolgen en inventarisatie. Hij stelt voor dat de Raad zich allereerst uitspreekt over het bestek. Bij het onderzoek naar hoe het bestek eruit moet gaan zien, dienen ook de organisaties die gebruikmaken van De Omval te worden betrokken, met name de vrijwilligers. De heer Thissen merkt op dat de VVD-fractie ervoor is te zoeken naar de mogelijkheid hier een commercieel café te realiseren en instemt met de notitie, maar een voorbehoud maakt bij het stukje over organisatie op blz. 2. De VVD had daar willen zien staan dat de gemeente streeft naar een manier om De Omval als geheel beter te besturen. In de informatieve raadsvergadering heeft zij daartoe voorgesteld De Omval onder één rechtspersoon te brengen in de vorm van een stichting. De VVD-fractie maakt zich namelijk grote zorgen over de manier waarop De Omval wordt aangestuurd en vraagt zich af of een commerciële uitbater in zo’n chaotische omgeving risico’s durft te nemen. De heer Tokkie heeft de indruk dat het stuk ongewijzigd voorligt, terwijl in de informatieve raadsvergadering opmerkingen zijn gemaakt die een voorbehoud inhielden. Het is mogelijk dat er geen personele consequenties zijn, omdat iedereen hard nodig blijkt. Het is niet verstandig dat de Raad zich bemoeit met aspecten van een commerciële exploitatie. Hij stelt voor de zaak zo open mogelijk te houden en in goed overleg met potentieel geïnteresseerden te bezien wat er nodig is, alvorens met De Omval aan de slag te gaan, met als uitgangspunt dat de basis van de exploitatie van De Omval zodanig wordt dat Diemen enerzijds kan voorzien in de sociaal-culturele behoeften en er anderzijds een commerciële exploitatie mogelijk is. Hoe dat kan en moet is aan degene(n) die er wat in ziet(n). Het is niet wenselijk dat de gemeente met randvoorwaarden komt die het voor mogelijke exploitanten onaantrekkelijk maakt. Wethouder Grondel antwoordt dat de bedoeling van deze discussie is aan de Raad te ontlokken welke opdracht het College dient uit te werken ter vaststelling door de Raad in september aanstaande. De vraag is of de Raad instemt met de vier randvoorwaarden op blz. 1 als uitgangspunt voor een commerciële exploitatie van de foyerruimte en dat lijkt het geval.

3

Het bestek is niet bedoeld om een horeca-exploitant in te snoeren, maar om de commerciële randvoorwaarden voor het aangaan van een verbintenis goed vast te leggen. Dat moet wel een heel helder stuk zijn, want anders ontstaan problemen in het vervolgtraject. Zo’n bestek is iets heel anders dan voor bijvoorbeeld de herinrichting van een straat en daarom wil het College daarvoor deskundigheid inhuren. Het gevraagde bedrag is een maximum dat niet op hoeft. In de analyses bleken er te veel kapiteins op een schip te zijn en dat moet veranderen. In de notitie wordt dienaangaande geen harde keuze gemaakt, behalve dat de gemeente vooralsnog eigenaar en beheerder blijft van het gebouw als totaal. Dat is verstandig in deze voorlopig onzekere fase, maar de wijze van beheer en met name de relaties tussen de verschillende partijen vormt een onderdeel van de uitwerking die in de komende maanden gaat plaatsvinden en die in september aan de Raad wordt voorgelegd. Een andere beheersvorm is een van de elementen die een nadere uitwerking behoeft. Ook dat moet worden meegenomen in het doorontwikkelingstraject. Het is allereerst de vraag of er een horeca-exploitant is te vinden en dan moet de beheersvorm onderdeel uitmaken van het gesprek met geïnteresseerde(n). In het bestek zou moeten staan dat er ruimte is om te praten over hoe de relaties met de andere partijen nader kunnen worden gedefinieerd. In weerwil van de adviezen is er een inzet om het toch te proberen omdat in de informatieve vergadering bleek dat veel fracties dat willen. De markt is de toets bij de randvoorwaarden die hier overeen worden gekomen. Als het desalniettemin niet lukt, is duidelijk dat het niet kan. Met alle betrokken groepen zal worden gesproken en zeker ook met de nietcommerciële gebruikers. TWEEDE TERMIJN De heer Rohlof acht het van belang van onderaf te werken aan visieontwikkeling voor de toekomst binnen bepaalde kaders en steunt de inzet van de wethouder. De heer Thissen beluistert dat de wethouder erkent dat de huidige organisatie- en bestuursstructuur van De Omval niet wenselijk is en bespeurt een bereidheid daarover na te denken, maar zou dat graag wat duidelijker willen horen, want een andere aansturing zou voor een exploitant een voorwaarde kunnen zijn. Zijn fractie overweegt een amendement op dit punt en vraagt daarom een schorsing aan. Mevrouw Uiterdijk is blij met de zorgvuldige aanpak van het College. Het nu al iets veranderen aan de beheersstructuur beschouwt zij als het paard achter de wagen spannen. Het voorstel van de wethouder dit als onderdeel van het gesprek met potentiële exploitanten mee te nemen lijkt haar beter en maakt het voor potentiële kandidaten aantrekkelijker. Bovendien leidt het tot een onwenselijke vertraging in een traject dat al heel lang loopt. De heer Tokkie zegt dat de CDA-fractie het stuk op basis van de toelichting van de wethouder wil steunen. Het stuk zelve is echter minder helder dan het betoog van de wethouder zojuist. Schorsing van 20.50 tot 21.04 uur. De heer Thissen dient de volgende motie in: De raad vraagt het college om uiterlijk september 2007 te komen met resultaten van een intern onderzoek naar de mogelijkheden om tot één beheersstichting te komen voor alle gebruikers van de Omval. De motie zal worden ondertekend door de fracties van VVD, SP, Leefbaar Diemen, Democraten Diemen en PvdA.

4

Wethouder Grondel zegt er geen bezwaar tegen te hebben bij de uitwerking de mogelijkheid en wenselijkheid van één beheersstichting te betrekken. In het voorstel is duidelijk sprake van het overdragen van de horecafunctie aan een particuliere exploitant. Dan staan twee banen op de tocht. Als dit doorgaat, is het een (kleine) reorganisatie en moet het plan langs GO. De heer Mulder wil nog niet zo ver gaan dat de personele consequenties inherent zijn aan het voorstel. Het hangt namelijk af van hoe de stichting vorm krijgt en of een potentiële exploitant de mensen over wil nemen. Wethouder Grondel expliciteert dat er duidelijk staat dat als de horecafunctie wordt overgedragen het gaat om twee formatieplaatsen. Dat heeft niets met welke stichting dan ook te maken, maar met het besluit de horecafunctie over te dragen. In het voorstel staat dat met de horecaondernemer zal worden besproken of hij bereid is die personeelsleden over te nemen. Ook dan is het een reorganisatie omdat daarmee de rechtspositie van die mensen verandert en dat moet met GO worden besproken. De heer Tokkie verzoekt om een korte schorsing. Schorsing van vijf minuten. De heer Tokkie kan de toegevoegde waarde van een beheersstichting niet ontdekken en verwacht dat het beoogde doel daardoor zal worden bemoeilijkt. Dan is er een relatie van de exploitant met het stichtingsbestuur dat eerst nog een invulling zal moeten krijgen met vrijwilligers, want betaald zal te duur worden. Er is ook geen argumentatie voor deze structuur gegeven in de tekst van de motie. Hij geeft in overweging de motie nu terug te trekken en die eventueel op een latere vergadering beter onderbouwd weer in te dienen. Mevrouw Uiterdijk onderschrijft de inbreng van de CDA-fractie. De heer Thissen meent dat het goed is als Raad niet alles zelf te willen regelen en soms zaken over te laten aan het maatschappelijk middenveld, zoals hier via een aparte stichting met mensen die van de betreffende zaken verstand hebben. De Raad is er voor de grote lijnen en niet voor de details. De voorzitter brengt het collegevoorstel in stemming. Voor zijn de fracties van PvdA, Democraten Diemen, Leefbaar Diemen, CDA, GL en VVD. De SP is tegen. Aangenomen. In stemming komt de motie van de VVD. De motie wordt aangenomen met de stemmen van de fracties van CDA en GL tegen. 4. KADERNOTITIE WET INBURGERING DIEMEN Mevrouw Uiterdijk is niet gelukkig met de uitwerking die de wet zal hebben op een beperkt deel van de nieuw- en oudkomers. Zij wenst duidelijker vermeld welke beroepsmogelijkheden er zijn. Bezwaarlijk is dat mensen die een beschikking krijgen in beroep kunnen gaan, maar mensen die onder de wet vallen niet. Zij wil een toezegging dat bij problemen met die laatste categorie goed wordt omgegaan. Daarnaast bepleit zij dat bij ziekte of zwangerschap een langere termijn kan gelden.

5

De heer Budhu Lall heeft grote reserve tegenover de in te voeren wet. De reserve geldt vooral de sfeer van “aanpassen, anders …. “, in plaats van een meer uitnodigende sfeer om mee te doen en er bij te horen. Hij verwacht dat de wet wat betreft uitvoering moeilijk zal zijn te handhaven en daardoor kan grote ongelijkheid ontstaan binnen gemeenten tussen groepen Nederlanders en niet-Nederlanders en tussen oud- en nieuwkomers, maar ook tussen gemeenten. De Raad van State heeft er al op gewezen dat onderdelen van de wet discriminerend zijn door de gerichtheid op niet-westerse burgers. Het lijkt erom te gaan dat mensen die niet in hun eigen inkomen kunnen voorzien examens moeten afleggen. Hij acht het van belang de landelijk breed gedeelde zorg ook vanuit Diemen aan Den Haag te laten weten. Tevens is onduidelijk of de doelstelling van de wet, namelijk inburgering, hiermee zal worden bevorderd. Daarnaast is gebleken dat vele Nederlanders niet voor het examen zouden slagen en is het de vraag of dat examen toetst waar het bij inburgering om gaat. Wat betreft het CDA moet de wet kansen bieden aan mensen die willen meedoen en erbij willen horen. Welk budget heeft Diemen hiervoor? Heeft de wethouder zicht op de doelgroep in Diemen en hoe zit het met de ambtelijke capaciteit voor deze moeilijk uitvoerbare complexe wet? Mede namens Leefbaar Diemen en Democraten Diemen zal zijn fractie een motie indienen. Mevrouw Haak vreest dat de wet in tegenstelling tot de bedoeling juist zal leiden tot gevoelens van uitsluiting. De SP wenst een goed aanbod voor de mensen die moeten en willen inburgeren. Nu staat in de notitie alleen: “onderwijs afgestemd op de doelgroep”. Dat suggereert een homogene groep, terwijl de diversiteit daaronder heel groot is. Er is in het bestek aandacht nodig voor maatwerk en een flexibele uitvoering door geschoolde docenten. Wat betreft de tekst dat het budget van de WI leidend is, acht zij het wenselijk dat ook het werkdeel dat bedoeld is voor reïntegratie inzetbaar wordt om het cursusaanbod te verbeteren. Als er vraag blijkt naar kinderopvang voor de doelgroep is het wellicht mogelijk voorschoolse educatie erbij te betrekken en zo een breed voor iedereen geschikt aanbod te creëren. Mevrouw Polsbroek zegt dat ook de PvdA-fractie niet gelukkig is met deze wet omdat die discriminerend is doordat alleen mensen met een niet-westerse achtergrond verplicht worden in te burgeren. De suggestie is dat taal voldoende is voor een volwaardige plaats in deze maatschappij, terwijl het bij een laag niveau van beheersing van de Nederlandse taal evengoed heel moeilijk is een baan te vinden. Als mensen na een inburgeringstraject geen aansluiting vinden, zal de taalbeheersing al snel weer afnemen. De motie die het CDA aankondigde, noemt zij sympathiek, maar er staan dingen in die misschien tegenstrijdig zijn. Dit betreft het verzoek aan het College de wet zo terughoudend mogelijk uit te voeren en een ruimhartig en soepel handhavingsbeleid te formuleren waarbij het accent wordt gelegd op het bieden van kansen aan betrokkenen. Dat behoeft toelichting. Daarnaast verzoekt de motie de wethouder een brief te sturen aan de minister met de bezwaren tegen de wet. Zij meent dat dit een taak van de Raad is. De heer Budhu Lall licht toe dat de bepleite terughoudendheid verderop in de tekst wordt omschreven als een minimale invulling van het beleid. De vraag om een soepel en ruimhartig handhavingsbeleid is, met in achtneming dat het niet mogelijk is op te roepen de wet te negeren, een reactie op de inbreng van de VVD-fractie bij de informatieve vergadering waarin zij vroeg om sancties. Wethouder Grondel wijst erop dat de voorliggende notitie een kader biedt voor de verdere uitwerking van het beleid in een bestek en in een verordening. In de verordening wordt bijvoorbeeld het sanctiebeleid geregeld en die moet door de Raad worden vastgesteld. Ook een hardheidclausule hoort daarin te staan. Overigens biedt de wet ruimte om het traject

6

afhankelijk van de doelgroep drie of vijf jaar te laten duren en in bijzondere omstandigheden is het mogelijk geen sanctie op te leggen. Hij is het ermee eens dat persoonlijke omstandigheden in beschouwing moeten worden genomen en dat er een variabel aanbod nodig is om mensen in staat te stellen het inburgeringsexamen af te leggen, want dat is op zichzelf niet verkeerd, evenmin als het uitoefenen van enige druk om mee te doen en kansen te pakken. Over de boodschap in de brief is nog wel overleg nodig, want de betekenis van “een minimale invulling” is discutabel. Hij is niet voor een minimale inzet van middelen voor de doelgroep. Het budget is in de startfase een miljoen euro. De doelgroep is nog niet precies in beeld. Vooralsnog wordt uitgegaan van zestig deelnemers. Er blijken nogal wat inburgeraars naar Diemen te verhuizen. Het aantal medewerkers is vooral een aangelegenheid voor de opdrachtnemende organisatie. De gemeente moet een inburgeringsloket opzetten, maar heeft dat eigenlijk al en dat zal bij WIZ verder worden uitgebouwd. De bedoeling is met de AMgemeenten gezamenlijk een bestek te maken, waarbij lokaal maatwerk wordt meegenomen door de mogelijkheid van een lokaal aanbod voor bepaalde doelgroepen. Dat biedt zowel de noodzakelijke schaalgrootte als de mogelijkheid van een gedifferentieerd aanbod. Het streven is het aanbod zo integraal mogelijk te maken, dus inclusief ondersteuning richting werk en opvoeding en dat zal bij de verdere beleidsuitwerking aan de orde komen. TWEEDE TERMIJN De heer Budhu Lall verwijst met “een minimale invulling” naar het toepassen van sancties, maar over die interpretatie moet hij nog overleggen met de andere ondertekenaars. Bij de brief naar Den Haag gaat het vooral om een uitspraak zoals na het vierde gedachtestreepje in de motie. De heer Mulder stelt dat het bij de Wet inburgering niet gaat om een volstrekt willekeurige groep burgers. De wet benoemt groepen waarvan is vastgesteld dat die zonder goede inburgering minder kansen hebben. De wet beoogt die kansen te vergroten. Mevrouw Polsbroek wijst op recente cijfers die aangeven dat ruim 15% van de allochtone jongeren die hier geboren en opgeleid zijn werkloos is, ten opzichte van nog geen 5% autochtone jongeren. De heer Mulder meent dit een andere onderwerp is waar hij graag op een ander moment op ingaat. Het effect van ongelijkheid dat de heer Budhu Lall naar voren bracht, is een gevolg van de in het algemeen geldende beleidsvrijheid van gemeenten bij de uitvoering van landelijke wet- en regelgeving in Nederland die breed wordt voorgestaan. De heer Budhu Lall werpt tegen dat het hier een verplichting voor burgers betreft, inclusief een af te leggen examen als vereiste om maatschappelijk mee te kunnen doen. De heer Mulder vervolgt dat er op dit moment onvoldoende WI-budget is en ook het budget van de WWB is beperkt, maar 40 tot 50% het W-deel daarvan wordt door de meeste gemeenten niet opgemaakt en Diemen is wat dit betreft geen uitzondering. Het is dus redelijk dat de wetgever het W-deel als aanvullend budget beschouwt, te meer daar het bij inburgeren niet alleen gaat om onderwijs, maar ook om ondersteuning bij het vinden van werk. Hij is ervoor mensen zo veel mogelijk kansen te bieden zich te ontplooien en succesvol te kunnen zijn in deze maatschappij. Dat is goed voor de doelgroep en ook voor

7

Nederland. Als zodanig steunt hij de oproep tot terughoudendheid bij de uitvoering van het inburgeringsbeleid niet. Het handhavingsbeleid zal later nog aan de orde komen. Een uitspraak nu daarover acht hij ongewenst prematuur. Als er een brief uitgaat aan de minister zou hij die daarin willen bedanken voor de mogelijkheden die de wet biedt en willen melden dat Diemen hard aan de slag gaat. Mevrouw Polsbroek roept de wethouder op bij het inburgeringsbeleid zo veel mogelijk mensen te bereiken en pro-actief op zoek te gaan naar mensen die daar belang bij hebben. Bovendien dienen mensen zo ruim mogelijk in staat te worden gesteld een inburgeringstraject te volgen, ook als zij (al) een baantje hebben. Wethouder Grondel meent dat de discussie over al dan niet werk boven leren bij de nadere uitwerking nog gevoerd zal worden. Er komt, waarschijnlijk in juni, een notitie over op welke wijze de doelgroep bereikt kan worden. Als de motie wordt aangenomen, kan het College de brief, na verheldering van de gewenste inhoud, schrijven. De heer Israël zegt de strekking van de Wet inburgering als onbehoorlijk af te wijzen. Uit zelfbescherming heeft hij de notitie niet gelezen. Hij wenst niet deel te nemen aan de stemming over het collegevoorstel, maar is voor de motie van CDA c.s. Mevrouw Polsbroek verzoekt om een schorsing ten behoeve van overleg over de motie. Schorsing van 21.45 tot 21.57 uur. De heer Budhu Lall zegt dat overleg met de fracties van de PvdA, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen heeft geleid tot een beperking van de eerder ingediende motie tot het verzoek aan het College een ruimhartig en soepel handhavingsbeleid met een accent op het vergroten van kansen voor de betrokkenen in de verordening op te nemen en een tweede motie die opdracht geeft tot de brief aan de minister. De eerste motie wordt ondertekend namens alle vier de partijen. De tweede alleen door de oorspronkelijke indieners. Mevrouw Haak wil beide moties graag namens haar fractie medeondertekenen. Mevrouw Uiterdijk ook. Wethouder Grondel meldt dat het College geen bezwaar heeft tegen de moties. De voorzitter brengt de voordracht van het College in stemming. Voor stemmen de fracties van PvdA, SP, VVD, GL en CDA en de overige stemmen tegen. Aangenomen. De voorzitter brengt in stemming de motie met de tekst: Overwegende dat, - De Wet inburgering een volstrekt willekeurige groep burgers al dan niet in het bezit van de Nederlandse nationaliteit de verplichting kan opleggen een inburgeringsexamen af te leggen op straffe van een bestuurlijke boete. - Het op voorhand vaststaat dat er vanwege de ruime beleidsvrijheid van de gemeenten bij de uitvoering van deze wet sprake zal zijn van een ongelijke behandeling van individuen, maar ook van groepen burgers binnen Nederland - Met de invoering van de Wet inburgering per 1 januari 2007 de gerede kans bestaat dat een grote groep van Diemenaren die reeds jaren actief deelneemt aan de Diemense

8

gemeenschap blootgesteld wordt aan de verplichting tot het afleggen van een zgn. inburgeringsexamen en daarvoor hoge kosten moet maken e.e.a. met de dreiging van sancties bij het niet succesvol afsluiten van het examen - Op dit moment onvoldoende middelen (WI budget) beschikbaar zijn, de WWB een beperkt budget heeft en er nog onvoldoende duidelijkheid bestaat over de kwaliteit en omvang van de aanbieders en er onduidelijkheid bestaat over de juiste toepassing van de wet bij gebrek aan uitvoeringsrichtlijnen van het ministerie van Justitie Verzoekt het College - Een ruimhartig en soepel (handhavings)beleid te formuleren waarbij het accent wordt gelegd op het vergroten van kansen voor betrokkenen. E.e.a. moet tot uiting komen in de nog op te stellen verordening. Unaniem aangenomen. Daarna komt in stemming de motie: Overwegende, Dat de nieuwe Wet inburgering inwoners van Diemen stigmatiseert, discrimineert en nodeloos tot financiële uitgaven dwingt. Draagt het College op, Een brief te sturen naar de verantwoordelijke minister met daarin opgenomen dat de gemeente Diemen grote bezwaren heeft tegen de nieuwe Wet inburgering en de gevolgen van de nieuwe wet voor veel inwoners van Diemen. En dat de gemeente Diemen de wet zal uitvoeren, maar zich zal beperken tot een minimale invulling van het sanctiebeleid. Om tot slot in de brief aan te geven dat de gemeente Diemen de nieuwe regering verzoekt op zo kort mogelijke termijn te komen tot een herziening van deze wet. Voor stemmen de fracties van SP, GroenLinks, CDA, Leefbaar Diemen en Democraten Diemen. De andere fracties stemmen tegen. Aangenomen. 5.

NIEUWE BELEIDSUITGANGSPUNTEN VOOR SUBSIDIERING, HET PROCES NADER INGERICHT De heer Verheuvel constateert dat de toezeggingen van de wethouder tijdens de informatieve raadsvergadering in het voorliggende stuk niet zijn verwerkt. De PvdA-fractie heeft toen aangegeven dat er waar mogelijk een integraal beleid nodig is en dat er in ieder geval een relatie moet worden gelegd met de Sportnota die op een groot aantal punten verwijst naar onderdelen in deze notitie. Hij bepleit dat in september dit jaar alle onderdelen zijn besproken. Dan is vast te stellen waar raakvlakken tussen de verschillende onderdelen bestaan en in hoeverre integraal beleid mogelijk is. Zijn fractie hecht eraan dat er nieuwe geactualiseerde beleidsregels kunnen worden vastgesteld voor de behandeling van de begroting zodat de gevolgen daarvan kunnen worden meegenomen. De fractie dient voor de zekerheid in verband met het wenselijke tijdpad voor behandeling van de verschillende onderdelen een amendement in dat in overeenstemming is met de inhoud van de nota. Mevrouw Smit stemt in met het betoog van de heer Verheuvel, maar wil dat de in het collegeprogramma beloofde evaluatie van de werk- en financiële relatie tussen de gemeente en de Stichting Welzijn Diemen zo snel mogelijk wordt uitgevoerd. De heer Mulder onderschrijft het betoog van de PvdA-fractie en zijn fractie steunt dan ook het amendement. De VVD is er voor met minder regels en minder administratieve rompslomp de organisaties meer slagkracht te geven waardoor die effectiever mee kunnen werken aan het realiseren van het gewenste beleid. Dan gaat het geld vooral naar de uitvoering van dat beleid.

9

Mevrouw Haak steunt het amendement eveneens. Haar fractie miste in het stuk van het College een visie, heldere uitgangspunten en samenhang. Het amendement komt daaraan tegemoet. Wethouder Grondel meent dat het goed is als het presidium zich buigt over hoe en door wie uitkomsten van discussies verwerkt moeten worden in beleidsnotities. Hij heeft zijn best gedaan de toezeggingen in de informatieve vergadering schriftelijk te verwoorden. Hij waardeert de inzet van de PvdA-fractie om de samenhang in een amendement te formuleren positief. Men dient echter te beseffen dat het om heel veel werk gaat voor een organisatie met een beperkte capaciteit. Het voorstel van het College is de beleidsregels te vertalen in een WMO-nota en in de programmabegroting. Dat moet nog verder worden uitgewerkt. Daarbij gaat het over de inhoud, welke de gewenste beleidsrichting is en welke bedragen de Raad daarvoor over heeft. De VVD stelt aan de orde of er een andere vorm van sturing met minder papier mogelijk is en dat is een andere en zware klus, al deelt hij die ambitie van harte. Daar wordt al aan gewerkt, al staat dat niet in dit stuk. Hij wil graag met de Raad bespreken hoe dat verder vorm kan krijgen. De evaluatie staat op de rit en het streven is daarover in de loop van dit jaar te spreken. Daarbij komt de uitvoeringspartner aan de orde. Het PvdA-amendement bevat een ordening, maar ook een forse verbreding van de ambitie ten opzichte van wat in het stuk staat, met name bij de onderdelen D en E. In verband met de navenante toename van het te verzetten werk verzoekt hij in verband met de beperkte ambtelijke capaciteit bij D juli in september te veranderen. In juli zal er wel al een notitie zijn over het loket. Voor zowel D als E geldt dat de beoogde notitie slechts een aanzet geeft en niet een tot in detail uitgewerkt verhaal over hoe alles moet zijn, maar het is wel de bedoeling de samenhang aan te geven en te concretiseren. Daarna komt er per onderdeel, bij voorbeeld van het vrijwilligerswerk, een preciezere invulling via een nadere uitwerking. Als de indieners instemmen met zijn opmerkingen bij het amendement dan acht het College het amendement uitvoerbaar. TWEEDE TERMIJN De heer Verheuvel kan namens de PvdA-fractie akkoord gaan met de kanttekeningen van de wethouder. Uitgangspunt is dat waar sprake kan zijn van integraliteit daarop moet worden ingezet. De heer Mulder beluistert dat de wethouder zegt dat zaken die nu in traject zijn gezet nog geen invulling van de WMO-notitie zijn. Volgens hem is hier nu een fasering van de discussie over de WMO-invoering aan de orde. Daarna kunnen al die onderdelen als het ware worden gebundeld tot een geheel dat klaar is. Dat zal geen extra ambtelijke capaciteit vergen. Wethouder Grondel antwoordt dat het de bedoeling is het traject te laten eindigen in een WMO-beleidsplan met zo veel mogelijk integraliteit dat op onderdelen voldoende is besproken. Het maken van de verschillende analyses vergt echter wel werk. Hij wilde duidelijk maken dat die notities geen dikke nota’s moeten worden, maar dat het aanzetten zullen zijn van welke terreinen in samenhang zijn te ontwikkelen en die komen vervolgens hier aan de orde zodat er overeenstemming is over het gewenste ambitieniveau. Dat zal werkenderweg totstandkomen. Een van de redenen om punt D naar september te verschuiven is dat participatie, overigens conform de eis in de wet, juist bij dat onderdeel heel belangrijk is, met name van vrijwilligers en het veld en ook dat vergt tijd.

10

De voorzitter brengt het amendement ingediend door de PvdA-fractie in stemming. De gemeenteraad bijeen op 22 februari 2007, Overwegende dat  De kaderstellende notitie zelf nog onvoldoende tegemoet komt aan de wens van de Raad om te komen tot meer samenhang tussen de diverse beleidsvelden;  De toezeggingen van de wethouder in de informatieve bijeenkomst van 8 februari 2007 geen onderdeel uitmaken van de voorliggende besluiten;  Het proces en een duidelijk tijdpad voor de herijking van de diverse beleidsvelden moeten leiden tot meer transparantie, meer samenhang op hoofdlijnen en inbedding in de programmabegroting;  Het hiervoor noodzakelijke voorwerk uiterlijk 31-12-2007 moet leiden tot het Beleidsplan WMO, waarbij in brede zin de samenhang tot stand komt binnen en tussen de prestatievelden binnen de WMO zelf. Stelt de volgende besluiten in de plaats van het collegevoorstel 1. Neemt de inhoud van de kaderstellende notitie voor kennisgeving aan en wijzigt de titel als volgt: “Op weg naar nieuwe beleidsuitgangspunten voor subsidiëring” . 2. Stemt in met het collegevoorstel om het bestaande beleid op de terreinen openbaar bibliotheekwerk, amateuristische kunstuitoefening, podiumkunsten, archeologie en natuurbescherming op dit moment niet te betrekken bij de herijking. 3. Wenst dat het college de volgende activiteiten en producten aan de Raad voorlegt ter voorbereiding van het Beleidsplan WMO. a. In mei 2007 een startnotitie met een visie en een inzet op het gebied van het minderhedenbeleid, waarbij nadrukkelijk de uitvoering en de doelstellingen van de Wet inburgering worden betrokken (Onderdeel 11 van de Kadernotitie) b. In mei 2007 een notitie met een visie en inzet ten aanzien van het onderwijs, de jeugdzorg en het jongerenwerk en de samenhang daartussen, waarbij tevens de relatie met de uitvoering van de Sportnota (2006) wordt gelegd. (Onderdelen 3, 5, en 6) c. In juli 2007 een advies over de verdere professionalisering van de peuterspeelzalen. (Onderdeel 4) d. In september 2007 een notitie met een visie en inzet ten aanzien van zorg en welzijn, waarbij tevens aandacht wordt gegeven aan organisatie en noodzakelijke voorzieningen. (Onderdelen 7 en 8) e. In september 2007 een notitie met een visie, samenhang en inzet op sociaal-culturele activiteiten. (Onderdelen 9 en 10) f. In september 2007 een notitie met een visie en inzet op het terrein van ontwikkelingssamenwerking, waarbij nadrukkelijk ook de activiteiten van derden (scholen, organisaties en particulieren) worden betrokken. (Onderdeel 12) g. Uiterlijk het 4e kwartaal 2007 de resultaten van het onderzoek naar gebruik en behoefte aan (sport)accommodaties, waarbij nadrukkelijk ook de uitvoering van nieuwe beleidsinitiatieven uit de Sportnota wordt betrokken. (Onderdeel 13) h. In de notities en voorstellen helder aan te geven welke afspraken nodig zijn (of gemaakt zijn) met het maatschappelijk middenveld, welke rapportageafspraken belangrijk zijn, op welke onderdelen bijdragen en subsidies van derden mogelijk en noodzakelijk zijn en welke gemeentelijke incidentele en structurele financiële bijdragen nodig en haalbaar zijn om beoogde doelen te kunnen bereiken. Unaniem aangenomen. Vervolgens komt het geamendeerde voorstel van het College in stemming. Unaniem aangenomen.

11

6. WERKWIJZE RAAD Mevrouw Haak stemt in met het voorstel en wil uitproberen of het als beoogd werkt. Zij hoopt dat het resultaat in ieder geval is dat de vergaderingen om 22.30 uur eindigen en dat er niet meer wordt vergadert over het vergaderen. Mevrouw Wielage onderschrijft de laatste woorden. De VVD-fractie meent dat in de voorgestelde werkwijze te weinig ruimte zit voor opinievorming en zal daarom een amendement indienen met een aanpassing die behelst dat er op de eerste donderdag van de maand een thema-, scholings- of recesavond is; dat de twee donderdagen daarop bestemd zijn voor informatieve vergaderingen, opinievorming en debat al dan niet in parallelle sessies; en er op de vierde donderdag een besluitvormende raadsvergadering is. Dat systeem zou dan voor het zomerreces moeten worden geëvalueerd. Mevrouw Uiterdijk stemt in met de woorden van mevrouw Haak. Tweemaal per maand een besluitvormende vergadering vindt de GL-fractie een van de belangrijkere onderdelen van de nieuwe werkwijze omdat daarmee de noodzakelijke slagkracht en snelheid in de ambtelijke organisatie wordt ondersteund, maar de bedoeling was dat op een van die avonden een deel van de tijd is gereserveerd voor een opiniërende of informatieve vergadering. Dat is niet duidelijk terug te lezen in het Reglement van Orde. Aannemend dat de Raad voldoende tijd krijgt om de besluitvorming voor te bereiden stemt de GL-fractie in met het voorstel. Mevrouw Herder is het eens met mevrouw Wielage. Leefbaar Diemen is tegen twee besluitvormende vergaderingen per maand en is geen voorstander van parallelsessies, al zal zij daaraan zo nodig wel meewerken. De heer Bontekoning acht het goed aan de slag te gaan met het voorliggende voorstel en vervolgens te beoordelen of dit de gewenst werkwijze is. Naar aanleiding van het amendement van de VVD heeft hij een aanvullend idee. Op de donderdag van de besluitvormende raadsvergadering voor hamerstukken met aan het begin een meer open bespreking is het wellicht mogelijk in een parallelsessie een andere bespreking te hebben. De voorzitter verheldert dat het de bedoeling is op de derde donderdag zowel een informatieve als een besluitvormende vergadering te hebben, maar beide kort en snel. Mevrouw Polsbroek memoreert dat er al veel aan dit voorstel vooraf is gegaan en besproken. De pretentie is niet dat dit de volmaakte werkwijze is, als die al zou bestaan. Het voorstel is hiermee aan de gang te gaan en voor het zomerreces te evalueren hoe dit bevalt. Zij bepleit breed gedragen hierop in te zetten en kritisch te volgen hoe het gaat ten behoeve van mogelijke bijstellingen, misschien conform de VVD nu voorstelt, in september. De heer Israël meent dat ieder werkwijze fouten heeft. Dat geldt ook voor de werkwijze die de VVD voorstelt. Hij is ervoor met het voorstel van het presidium aan de gang te gaan. Het zal alleen kunnen slagen als iedereen de daarbij behorende spelregels in acht neemt. Hij blijft als eerder gezegd tegen parallelle sessies omdat hij vindt dat ieder raadslid persoonlijk verantwoordelijk is voor zijn/haar beslissingen en daar dus bij aanwezig moet zijn en zelf moet bepalen hoe hij/zij de benodigde kennis vergaart. Bij parallelle sessies is dat niet mogelijk. Parallelle sessies waarbij stemmingen worden gehouden zijn helemaal uit den boze.

12

TWEEDE TERMIJN Mevrouw Wielage acht de voorgestelde werkwijze geen goede en vindt dat die dan ook niet in gang moet worden gezet. Het lijkt erop dat mevrouw Polsbroek er ook niet echt in gelooft. Mevrouw Polsbroek gelooft wel in de voorgestelde werkwijze, maar geen enkele werkwijze is volmaakt. Zij hoopt op deze manier werkenderweg tot verbeteringen te kunnen komen en vraagt alle raadsleden er nu de schouders onder te zetten en hier wat van te maken. Mevrouw Wielage wenst meer ruimte voor opinievorming en het erbij betrekken van de burgers dan de voorgestelde werkwijze biedt. Als de meerderheid desalniettemin voor het voorstel kiest, zal de VVD-fractie loyaal meewerken. Mevrouw Uiterdijk vindt dat het amendement van de VVD weinig verandering betekent ten opzichte van de huidige werkwijze. Zij betreurt dat die fractie het amendement wenst in te dienen. De heer Tokkie vindt het voorstel van het presidium dat na veel beraad tot stand is gekomen een goed voorstel om mee van start te gaan. Hij verwacht een constructieve inzet en bijdrage aan de evaluatie voor het zomerreces waarna vervolgens eventueel bijstellingen mogelijk zijn. Mevrouw Herder zegt dat Leefbaar Diemen het amendement van de VVD zal steunen. De heer Bontekoning vindt het mooi dat na de bespreking in het seniorenconvent geprobeerd is de clustering tot stand te brengen tussen middelen, mensen en omgeving. Dat biedt meer ordening en werkbaarheid. Bij welke werkwijze dan ook zal altijd de ambtelijke voorbereiding en de wijze van presentatie, toegankelijkheid en de kwaliteit van de stukken van groot belang zijn voor de kwaliteit van het overleg van de Raad. Die laat tot heden vaak te wensen over en dat kost veel ineffectieve tijd. De voorzitter brengt het amendement van de VVD in stemming. Voor zijn de heer Portegijs, de fracties van Leefbaar Diemen en VVD. De overige raadleden zijn tegen. Verworpen. Vervolgens brengt zij het voorstel van het presidium in stemming dat wordt aangenomen met alleen de fracties van de VVD en Leefbaar Diemen tegen. 7. HAMERSTUKKEN Masterplan digitale marktplaats Noordvleugel: vastgesteld. Aansluiting stadsregio bij gemeentelijke ombudsman: vastgesteld. Tariefregeling voor derden: vastgesteld. Proces thema-avond middelbare school: vastgesteld. Horecapaviljoen Weespertrekvaart, ontheffing art. 19 Wro: vastgesteld. Overheveling budgetten 2006-2007: vastgesteld. 7a. MOTIES Motie Homohuwelijk De heer Bontekoning meent dat de tekst van de motie geen toelichting behoeft. Hij is ondertekend door de fracties van de PvdA, GL, VVD, Democraten Diemen, Leefbaar Diemen en SP.

13

De heer Tokkie zegt dat zijn fractie conform in het regeerakkoord is vastgesteld, vindt dat ambtenaren de mogelijkheid moeten hebben om te weigeren een homohuwelijk te sluiten wanneer dat in strijd is met hun geweten. Dat beschouwt hij als een wenselijke vrijheid. Overigens zal de CDA-fractie in voorkomend geval graag een ambtenaar ter beschikking stellen. De heer Israël staat achter de motie en meent dat voor een ambtenaar alle burgers voor de wet gelijk dienen te zijn. Als zodanig dienen ambtenaren uitvoering te geven aan het wettelijk recht met iemand van gelijke sekse te trouwen. Mevrouw Herder stelt dat een ambtenaar bij zijn indiensttreding weet dat een dergelijke huwelijksvoltrekking van hem of haar gevraagd kan worden en dat zal die ambtenaar moeten aanvaarden. TWEEDE TERMIJN De heer Tokkie vraagt zich af of de gemeente kan in gaan tegen landelijk beleid wanneer de tekst van het regeerakkoord zou worden omgezet in wet. De voorzitter brengt de motie in stemming. Constaterende dat  Het huwelijk in 2001 bij wet is opengesteld voor mensen van dezelfde sekse;  Het, met verwijzing naar de grondwet (art.), een groot goed is dat er in Nederland geen ruimte is om te discrimineren op grond van seksuele geaardheid. Van mening zijnde dat  Er geen enkel principieel onderscheid is tussen het sluiten van huwelijken tussen personen van gelijk geslacht en personen van ongelijk geslacht;  De overheid en haar ambtenaren zich dienen te onthouden van standpunten en activiteiten die strijdig (kunnen) zijn met de rechten van mensen van gelijke sekse;  Diemense ambtenaren van de Burgerlijke Stand daarom álle huwelijken zonder onderscheid horen te sluiten en dit niet vanwege principiële redenen zouden mogen weigeren. Besluit dat  Deze bereidheid expliciet verlangd wordt van zowel nieuwe als van de bestaande ambtenaren van de Burgerlijke Stand in Diemen. De motie wordt aangenomen met alleen de fractie van het CDA tegen. Motie autovrije zondag De heer Visser leest de motie voor die de argumenten in de overwegingen duidelijk weergeeft. Overwegende dat het autogebruik directe gevolgen heeft voor de lokale luchtkwaliteit, wat een bedreiging is voor de gezondheid van bewoners. Concluderend dat invoering van een autovrije zondag een signaal naar de burger is om bewuster en selectiever met het gebruik van de auto om te gaan. Overwegend dat een dagje zonder auto dus helemaal geen kwaad kan. Geeft de Raad opdracht aan het College tot invoering van de autovrije zondag op 23 september 2007. Mevrouw Wielage is tegen deze motie, want de VVD wenst dat de overheid zo min mogelijk ingrijpt in het leven van de burgers.

14

Mevrouw Uiterdijk wil de motie graag medeondertekenen. Mevrouw Smit kan de motie steunen. De heer Bontekoning vraagt of het de bedoeling is dat er een autoloze zondag komt in Nederland of dat er rondom Diemen hekken worden geplaatst waardoor er hier geen auto’s in of uit kunnen. De heer Visser antwoordt dat Amsterdam ook een autovrije zondag heeft. De motie bepleit die tevens in Diemen te organiseren als een signaal naar de bewoners tegen de luchtvervuiling. Wethouder Worm memoreert dat vorig jaar eenzelfde motie is ingediend en dat het College toen heeft beargumenteerd, met name op technische gronden, dat dit heel moeilijk te organiseren is. Dat heeft toen geleid tot een afwijzing door een meerderheid van de Raad. Hij kan die argumenten nu weer ter tafel brengen. TWEEDE TERMIJN Mevrouw Wielage blijft er tegen de burgers een autovrije zondag op te leggen. Mevrouw Uiterdijk neemt het aanbod van de wethouder graag aan en wil proberen tot een creatieve oplossing te komen. Het gaat haar er vooral om de mensen bewust te maken van dat er op die dag in Nederland een autoloze zondag wordt georganiseerd en dat Diemen daar ook iets mee doet. De heer Tokkie vindt het een beter idee wanneer alle politieke partijen op die dag gezamenlijk voor alle gezinnen in Diemen een mooie fietstocht organiseren. Wie op de fiets zit, kan niet in de auto zitten. Zo worden meer vliegen in een klap geslagen en kan de burger bij de politiek worden betrokken terwijl hij ook wat ziet van de mooie gemeente Diemen. De handhaving van een autoloze zondag vergt erg veel menskracht en dat kost een vermogen. Dat steekt hij liever in een leuke koek-en zopietent bij de fietstocht. De heer Israël stelt voor als symbool te verbieden dat op die zondag in het winkelcentrum wordt gereden. Mevrouw Herder meent dat wanneer Diemen autovrij is nog meer te merken zal zijn hoe het fijnstof van de A1 en de A9 in Diemen terechtkomt. De autovrije zondag is een mooi symbolisch gebaar, maar zij acht het niet nuttig de Diemenaren te verbieden op die dag auto te rijden. Het lijkt haar beter zich te concentreren op de grote wegen rond Diemen voor de langere termijn. De heer Bontekoning vindt het verstandig inderdaad te achterhalen waarom het voorstel vorig jaar werd afgewezen en stelt voor de motie tot dan aan te houden, zodat er met meer kennis van zaken op kan worden teruggekomen. De heer Visser zegt dat die dag ook het moment is om in Diemen allerlei creatieve dingen te organiseren met en door de bewoners. De leden van de gemeenteraad kunnen daar aan meedoen.

15

De heer Bontekoning vraagt of hij bereid is de motie nog even aan te houden in afwachting van nadere informatie van de wethouder naar aanleiding van de gang van zaken vorig jaar. De heer Visser is tot dat laatste bereid en wijst erop dat er vorig jaar in Amsterdam geen autovrije zondag was waardoor de zaak in Diemen anders lag. Wethouder Worm zal de motie doorgeven aan wethouder Scholten. De voorzitter concludeert dat de motie wordt aangehouden. Motie Houd Diemen schoon De heer Visser beoogt met de motie een bewustwording van de gevolgen van zwerfvuil, want het fenomeen neemt hand over hand toe. Daarnaast heeft het met de veiligheid te maken. Mevrouw Uiterdijk wil de motie graag mede ondertekenen namens de GL-fractie. De heer Tokkie eveneens. Mevrouw Herder ook. De heer Portegijs wijst erop dat de wethouder eerder heeft toegezegd dat de actie “Houd Diemen schoon” alsnog aan de termijnagenda zal worden toegevoegd en hoort graag hoe het daarmee staat. Hij heeft er geen moeite mee als de actie wat later dan in april plaatsvindt. De heer Visser kan met de laatste woorden instemmen. Wethouder Worm meent naar aanleiding van het tweede bolletje in de overwegingen van de motie dat het accent bij het beleven van veiligheid lag bij de inrichting en het beheer van de openbare ruimte. Op de toen gepresenteerde dia’s ging het om waarschuwingsborden aangaande het niet stelen van telefoons, spandoeken en straatmeubilair. Een verloederde omgeving heeft natuurlijk wel een slechte invloed op het gedrag wat betreft zwerfvuil. De toezegging waarvan sprake is, kent hij niet, maar neemt hij aan. Recent kreeg hij een rapport onder ogen getiteld: Herhalingsmeting zwerfafval in de gemeente Diemen in januari 2007. Daaruit blijkt dat Diemen landelijk heel goed scoort. De actie ligt moeilijk bij de ambtelijke afdeling omdat er op de dag van de actie voldoende zwerfvuil op straat aanwezig moet zijn. In het verleden hield men zich kort voor de actie in om zwerfvuil te verwijderen bij de reguliere reiniging, omdat het slecht zou zijn voor de motivatie voor de actie wanneer er op de actiedag weinig zwerfvuil te vinden is. In het rapport staan zaken en slechte plekken die meer aandacht behoeven. Hij stelt voor op die plekken iets te organiseren, daar bewoners bij te betrekken en op basis daarvan met de afdeling Onderhoud voldoende voorbereidingstijd te nemen om een actie te organiseren. TWEEDE TERMIJN De heer Visser vindt het voorstel sympathiek, maar zou die actie dan nog in dit voorjaar tot uitvoering willen zien gebracht. Wethouder Worm wil daar, met gebruikmaking van de foto’s van vervuilde locaties die de heer Visser heeft gemaakt, zijn best voor doen.

16

De heer Visser is bereid de motie in de zin van het voorstel van de wethouder te wijzigen. De voorzitter brengt de motie voorzien van de uitleg daarvan door de wethouder in stemming. Unaniem aangenomen. 8. INGEKOMEN STUKKEN EN MEDEDELINGEN Brief van Ernst&Young Mevrouw Smit meldt dat de accountant een toelichting heeft gegeven en dat de auditcommissie de brief heeft goedgekeurd. De voorzitter concludeert dat de Raad akkoord gaat met het afhandelingsvoorstel. 9. VASTSTELLEN NOTULEN 1 FEBRUARI 2007 Ongewijzigd vastgesteld. De heer Verheuvel merkt naar aanleiding van de derde alinea op blz. 4 op het daar genoemde lijstje met uitstaande actiepunten niet te hebben gezien. Wetende dat op 15 maart aanstaande de volgende vergadering van de Sportraad plaatsvindt, zou het goed zijn wanneer het lijstje zo spoedig mogelijk naar Raad wordt gestuurd. Wethouder Grondel heeft het lijstje gisteren aan de griffie doen toekomen. Het zal dus spoedig de Raad bereiken. De Sportraad krijgt de raadsstukken niet, maar het is een goede suggestie het lijstje ook daar naartoe te sturen. Mevrouw Herder zou nog antwoord krijgen op haar vraag hoeveel startersleningen er in 2006 zijn verstrekt. De voorzitter verwacht dat wethouder Worm zo gauw mogelijk alsnog antwoord zal geven. 10. TERUGKOPPELING VANUIT DE REGIO De heer Tokkie heeft in het kader van zijn lidmaatschap van het algemeen bestuur van de brandweer afgelopen dinsdagmorgen een presentatie bijgewoond die nader inging op de voorgenomen regionalisering van de brandweer. De burgemeester is voorzitter van de stuurgroep die daarmee bezig is. Eventuele vragen hierover zijn daarom beter door de burgemeester te beantwoorden. De heer Portegijs meldt dat 27 maart de volgende vergadering van de Regioraad plaatsvindt, maar hij heeft daarvoor nog geen agenda gezien. Wethouder Worm antwoordt dat die vanmorgen door het DB is vastgesteld. De heer Portegijs krijgt de agenda binnenkort. Gisteren heeft hij het portefeuillehoudersoverleg Jeugdzaken voorgezeten met de heer Grondel als gewaardeerd lid. Vanmiddag was er overleg over Economische Zaken, Ruimtelijke Ordening en Wonen. Er zijn geen zaken Diemen betreffende die verkeerd lopen. De busverbinding van Amsterdam-Noord naar het AMC is vanmorgen goedgekeurd. Die gaat eerdaags rijden. Wethouder Grondel meldt dat de Noordvleugelconferentie, over met name de ruimtelijke ordening in het gebied van Haarlem tot aan Almere, afgelopen vrijdag voor de zesde maal bijeen is geweest. Daar is het PLABEKA-traject afgerond, zijnde de discussie over

17

bedrijfsterreinen en kantoren. Er is voor drie miljoen euro aan plannen voor kantoorlocaties geschrapt. Ook is daar een aftrap gegeven voor een metropolitaan landschap. Dat is een initiatief van gedeputeerde Poelmann om in de discussie over de toekomstvisie meer aandacht te hebben voor blauw en groen, zijnde water en natuur. Dit zal deel uitmaken van de provinciale structuurvisie waar ook de structuurvisie van Diemen als onderlegger mee te maken krijgt. Vanmiddag was hij bij een conferentie georganiseerd door de provincies NoordHolland en Flevoland ter voorbereiding op de uitwerking van een visie IJmeer-Markermeer. Dat is een eerste inbedding van de discussie over de dubbelstad Amsterdam-Almere waarbij een traject wordt gestart dat het hele komende jaar gaat lopen en partijen de kans krijgen inbreng te leveren bij de toekomstvisie voor dat gebied. Dit is relevant voor Diemen en hij zal de Raad in dezen op de hoogte houden. 11. TERMIJNAGENDA Mevrouw Herder memoreert naar aanleiding van punt 19 en een krantenbericht dat hondenbezitters de oren en ogen van de politie worden dat de burgemeester dit geruime tijd geleden bij het Veiligheidsplan ook heeft voorgesteld. Daarmee wordt er een beroep gedaan op de hondenbezitters en tegelijkertijd gaan zij belasting betalen aan dezelfde instantie waarvoor zij werken als ogen en oren, zelfs midden in de nacht en ’s ochtends vroeg. Zij hoopt dat de Raad en het College zich in dat licht nog eens willen bezinnen op het heffen van hondenbelasting. Het zou rechtvaardiger zijn de hondeneigenaren te belonen in plaats van die te straffen met een belasting. De voorzitter meent dat die hartenkreet zal worden meegenomen bij het maken van de voorstellen voor de hondenbelasting. Mevrouw Smit vraagt of de leges in verband met de herziening van leges voor charitatieve doelen niet ook op de termijnagenda moeten staan. De voorzitter zegt dat de betreffende wethouder hierover met een voorstel zal komen en dat zal op de termijnagenda worden gezet. 15. RONDVRAAG EN AFSLUITING De heer Verhofstad meldt dat er maandagavond 26 februari een bijeenkomst is in het stadsdeelraadkantoor van Oost/Watergraafsmeer in het oude Burgerziekenhuis over de snelwegen. Formulieren van de actiegroep liggen in de raadszaal. Hij roept iedereen op te komen. De heer Thissen vraagt in welke mate tijdens de bijeenkomst over de oostelijke wegontsluiting van IJburg een integrale behandeling van de wegenproblematiek te verwachten is. Daarbij gaat het vooral om de kwestie dat als er een nieuwe snelweg over het grondgebied van Diemen komt ten behoeve van de regio van onder andere de stad Amsterdam welke medewerking Diemen kan verwachten bij het aanpakken van de problematiek die Diemen ondervindt van andere wegen in en rond Diemen. Hij verwacht dat dit onderhandelingsmogelijkheden biedt. Diemen zou niet moeten accepteren dat er weer een snelweg bij komt zonder dat er wordt meegewerkt aan het oplossen van de problematiek met de bestaande snelwegen. De voorzitter wijst erop dat de genoemde bijeenkomst tevens zal gaan over regionale verkeersontwikkelingen.

18

De heer Thissen stelt dat niet geheel gerust. Wethouder Worm zegt dat het de bedoeling is in eerste instantie alles wat een rol speelt bij de ontsluiting van IJburg de revue te laten passeren om een totaalbeeld te hebben van wat er speelt. Overigens heeft het een met het ander te maken en is er gelegenheid daar uitgebreid integraal over te spreken. De heer Thissen zegt dat de VVD aanwezig zal zijn. Hij vraagt of de wethouder weet dat de ontvangst van mobiele telefoons in Diemen te wensen overlaat en wat de wethouder gaat doen om te bevorderen dat Diemen meer ontvangst krijgt zodat de kwaliteit van de ontvangst voor het bedrijfsleven en de bewoners in Diemen verbetert. De voorzitter antwoordt dat wethouder Scholten van het probleem op de hoogte is en daarover de afgelopen week tot vervelends toe contact heeft gehad met KNP. Een van de problemen is dat op het gebouw van “Onze woning” een mast functioneerde, maar dat bij de ontmanteling van het gebouw knippen in de kabels zijn ontstaan. Daar heeft KPN geen rekening mee gehouden. Gelukkig zijn er veel mensen die klagen, zodat KPN zich gedwongen gaat voelen er wat aan te doen. Er wordt nu aan een oplossing gewerkt. Overigens betreft het niet alleen KPN, maar ook Vodafoon en nog een andere provider. Mevrouw Wielage heeft gehoord dat het TNO-rapport over de luchtkwaliteit in verband met het Masterplan eind januari gereed is gekomen. Zij heeft gevraagd of de Raad dat rapport kan ontvangen en kreeg van een ambtenaar als antwoord dat er een discussie nodig is over welke rapporten de Raad hoort te krijgen. Zij zou het vreemd vinden wanneer de Raad een dergelijk belangrijk rapport zou worden onthouden. De voorzitter antwoordt dat het College dit verzoek zal meenemen en er op een ander moment op terug zal komen. In ieder geval zal het rapport bij de verdere besluitvorming over het Centrumplan aan de orde komen. Mevrouw Smit brengt naar voren dat de kinderen van illegale vluchtelingen sinds 1 januari 2007 recht hebben op een uitkering, maar volgens krantenberichten is daar geen geld voor. Hoe gaat de gemeente Diemen dat oplossen? Wethouder Worm heeft dat verhaal hedenochtend ook in de krant gelezen en zal uitzoeken wat er aan de hand is. De voorzitter sluit de vergadering om 23.45 uur. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22 maart 2007. , de voorzitter , de griffier

19