Werk graad 3
Werkloos, hoezo? Lesvoorbereiding Bij ‘lesmateriaal’, bij deze les op de site, vind je het nodige lesmateriaal voor deze les: Zet het luisterverhaal klaar op het smartboard. Print de memory zoveel keer als je groepjes van 4 kan maken Zoek iemand die de inleiding kan verzorgen in je klas (zie Verwondering). Bekijk het voorbeeld voor de boom in voorbeeld boom
Verwondering Zoek iemand uit je gemeente of uit je kennissenkring die bij jou in de klas de volgende onrustwekkende boodschap wil brengen: "De banken zijn failliet gegaan. Iedereen in de gemeente is zijn werk kwijt, want de werkgevers kunnen niemand meer uitbetalen." De boodschapper krijgt tijdens zijn bezoek aan de klas ook nog eens telefoon waarin het volgende wordt meegegeven: "Aan hen die oplossingen zoeken: Maak zelf geld, dan is het probleem opgelost." Tip: Deze telefoon kan fictief zijn of je kan echt iemand laten bellen. Hij kan ook bij het weggaan een briefje uit zijn zak laten vallen waar de tip op staat, ... Bespreek wat dit allemaal betekent. Laat de associaties met failliete banken vooral van de leerlingen komen. Enkele losse ideeën: de banken failliet, dus mensen verliezen geld, bedrijven kunnen geen geld meer lenen, dus minder mensen kunnen er blijven werken, er is geen geld om leerkrachten te betalen, dus geen school, er is geen geld om dokters te betalen, dus niemand kan verzorgd worden, geen bus- of treinchauffeurs, dus geen bussen en treinen, geen vrachtwagenchauffeurs, dus geen eten, kleren, schoenen, huisraad, speelgoed, ... in de winkels, ... Bespreek met de leerlingen: Hoe belangrijk is het dat iedereen zijn beroep kan blijven uitoefenen?
Hoe noemen we het als er veel mensen hun baan verliezen? Wat denken jullie van de tip? Kan je zomaar zelf geld uitvinden? Stel dat het kan, zou dit een oplossing zijn voor het probleem van werkloosheid? Er moet iets gedaan worden. Dit betekent een ramp voor onze gemeente. Wij gaan proberen om na te gaan of de tip een oplossing zou kunnen zijn.
Kennis STAP 1: Op onderzoek Verdeel de klas in groepjes van 4 leerlingen. Elk groepje speelt het spel memory waarin vier inzichten worden toegelicht en samengebracht: Wat is het probleem? Waarom is dit probleem belangrijk? Hoe kunnen we dit probleem oplossen? Hoe pakken we dit concreet aan? Kernboodschap van de les = werkloosheid is een gebrek aan geld, niet aan werk. Speluitleg: Iemand schudt de 30 memory-kaarten door elkaar en legt ze in rijen op de tafel. Elke deelnemer mag om de beurt twee kaarten omdraaien. Hij vernoemt telkens de kernzin (rechts op de memory-kaarten, boven de prent) Wie twee kaarten met dezelfde kernzin en prent heeft gevonden, mag nog eens twee kaarten omdraaien. STAP 2: Bespreking Na het spel leest elke leerling zijn koppels kaarten luidop voor. Elke groep tekent een grote boom op een flap papier. Doe hetzelfde op het bord. Zie voorbeeld boom. Schrijf ter hoogte van de stam onderaan het woord 'probleem'; iets hoger, ter hoogte van de overgang stam-kruin 'belang van het probleem'; ter hoogte van het bladerdek 'oplossing' en helemaal bovenaan 'hoe?'. De leerlingen kijken nu terug naar hun memory-kaarten. Op elke kaart staat telkens een stuk van een boom getekend: de stam, de overgang van de stam naar de
takken, het bladerdek en de vruchten. Elke achtergrond komt overeen met één van de woorden in de boom: de stam = probleem: wat is het probleem? de overgang van de stam naar de takken = belang van het probleem: waarom is het zo belangrijk dat we dit probleem aanpakken? het bladerdek = oplossing: wat zou een mogelijke oplossing voor het probleem kunnen zijn? de vruchten = 'hoe?' : hoe kunnen we die oplossing verwezenlijken? De leerlingen verzamelen de kaarten in hun groep per onderdeel van de boom. Vervolgens kleven ze de memory-kaarten op de juiste plaats van de boom. Ze lezen daarbij de volledige tekst op de memory-kaart.
Deze methodiek is een aanzet voor systeemdenken om zicht te krijgen op verbanden. Smaakt dit naar meer? In de nascholing 'initiatie in systeemdenken' pas je tal van methodieken toe op prikkelende verhalen die leerlingen helpen verbanden te visualiseren. Of bekijk wat een coaching voor jou (en je team) kan betekenen. Interessante informatie over systeemdenken vind je bij de links. STAP 3: Vereende krachten Als de boom met alle
memory-kaarten is volgeplakt, verwoorden de leerlingen
klassikaal de nieuw verworven informatie: Wat was het probleem in het begin van de les? Waarom is het zo belangrijk dat we dit probleem aanpakken? Wat zou een mogelijke oplossing voor het probleem kunnen zijn? Wat zijn de tips/mogelijkheden om dit te doen? STAP 4: Conclusie Bespreek met alle groepen samen de probleemsituatie vermeld in het begin van de les. Laat de leerlingen hun eigen mening formuleren. Schrijf de reacties en voorstellen eventueel op het bord of op een groot papier om nadien een actie op het getouw te zetten. Wat moet er in onze gemeente gebeuren nu de banken failliet zijn en er geen geld meer is om mensen aan het werk te zetten? Was het een goede tip die we aan het begin van de les meekregen? Waarom wel/niet?
Hoe zou jij het oplossen mocht jij burgemeester zijn? STAP 5: Luisterverhaal De leerlingen luisteren naar het audio-fragment van een luisterverhaal van het naoorlogse Duitsland. In dit verhaal horen we hoe het stadje de oplossing van de werkloosheid zocht in het zelf uitgeven van geld. Opdracht: de leerlingen luisteren naar het verhaal en proberen het in eigen woorden na te vertellen. Opmerking: Het luisterverhaal is in Lesmateriaal tekstueel ook te vinden als tekst luisterverhaal.
Filosoferen Maak van je leerlingen veerkrachtige en kritische wereldburgers door met hen te filosoferen. Zet je samen met de leerlingen in een kring. Zorg dat je elkaar in de ogen kan kijken. Vertel hen dat je gaat nadenken over één vraag (zie voorbeeld). Hoe meer vragen die ene vraag oproept, hoe beter. Het is helemaal niet erg als de leerlingen geen pasklare antwoorden vinden. Er zijn slechts drie regels: 1) Ze mogen allerlei opmerkingen maken als ze bereid zijn het uit te leggen. 2) Ze luisteren naar elkaar. 3) Alles wordt in vertrouwen gezegd. Voorbereiding: Je bereidt een filosofisch gesprek voor door een discussieplan op te stellen (zie hieronder). Je start met één thema uit de les als concept. Daaruit leid je opnieuw verschillende concepten af. Deze concepten helpen je om de hoofdvraag en bijvragen te formuleren. De bijvragen kunnen aan bod komen om een antwoord te vinden op de hoofdvraag. Let wel, het is niet de bedoeling om tijdens het filosofisch gesprek het discussieplan letterlijk te volgen. Laat ruimte voor de inbreng van de leerlingen. Het discussieplan is als een kompas dat je door het gesprek kan leiden. Gemeenschappelijke beleving: Speel de grote baas van een interim-kantoor en laat de leerlingen een brief schrijven naar je schrijven. In die brief leggen ze uit wat ze later willen worden en waarom. Voor het filosofisch gesprek laat je enkele leerlingen hun brief voorlezen.
werk
spullen
volwassenen
leven
vrijheid
kansen
overleven
zwaar
steuntrekken
Hoofdvraag:
Mogen mensen geld verdienen zonder te werken? Subvragen: Kan je werken zonder geld te verdienen? Kan de mens tegelijk vrij zijn en werken? Maakt werken de mens gelukkig? Is werk er altijd al geweest? Smaakt dit naar meer? In de nascholing 'initiatie in filosoferen met kinderen' reiken we een houvast aan om een filosofisch gesprek te begeleiden aan de hand van inspirerende vragen. Of bekijk wat een coaching voor jou (en je team) kan betekenen. Interessante informatie over filosoferen met kinderen vind je bij de links.
Actie Nodig de burgemeester of afgevaardigde (of iemand van de VDAB, RVA, ...) uit in je klas om met de leerlingen over werkloosheid te praten. Een andere mogelijkheid is iemand uitnodigen die werkloos is en wil praten over werk zoeken en vinden. Wees hierbij voorzichtig met vooroordelen. Niet iedereen staat open om in publiek over zijn persoonlijke zoektocht te praten. Tip: De leerlingen kunnen ook een brief schrijven naar de burgemeester of minister met hun bedenkingen, verzuchtingen en oplossingen voor het probleem van werkloosheid. De leerlingen bereiden het bezoek voor aan de hand van de oplossingen voor werkloosheid die reeds geformuleerd en op bord geschreven werden. De leerlingen bespreken ook hoe zij hun gast gaan ontvangen: hoe gaan ze de klas opstellen (Wat praat het leukst: in een kring, of in rijen? Waar moet hij of zij zitten? Bieden we een drankje aan? Wie stelt welke vraag? Hoe bedanken we hem of haar voor het bezoek?...) Andere ideeën voor een leuke actie: Contacteer de lokale LETS-vereniging en nodig ze uit op vrijdag om te komen praten, nodig ook de ouders uit. Voor contactadressen zie http://www.letsvlaanderen.be/ Organiseer een LETS-systeem op school. Zie voor de praktische organisatie: les thema geld voor de 2de graad.
Reflectie "Het eerste waar jij aan denkt bij ...": Geef een trefwoord dat te maken heeft met de les. Duid een leerling aan. Die zegt het eerste woord wat in hem/haar opkomt wanneer die jouw woord hoort. De volgende leerling zegt het eerste woord dat bij hem/haar opkomt wanneer hij/zij het woord van de eerste leerling hoort. Ga zo door. Elke leerling maakt een nieuwe associatie op het gezegde voor hem/haar. Bespreek de associaties. Waarom maken we deze associaties? Wat is jouw mening over werkloosheid? Wat vond je van deze les?