FNV BOUW
BESTAAT UIT
FNV BOUW & INFRA, FNV A FBOUW
EN
ONDERHOUD, FNV M EUBEL & HOUT
EN
FNV WOONDIENSTEN
A R B O WIJZER 1
Werken met asfalt Jaarlijks leggen ze duizenden kilometers zwarte vloerbedekking. Wegwerkers en asfalteerders: de stoffeerders van Nederland. Een boekje open over de risico's van hun vak. En tips & trucs om er wat aan te doen.
Gezond op weg
De zwar te puzzel
Herziene uitgave, mei 2010
Asfalt lijkt zo'n overzichtelijk product: wat grove bestanddelen (zoals steen) gemengd met vulstof (zand), aan elkaar gekit met kleefmiddel (bitumen). En dan nog wat toevoegingen om het asfalt bijzondere kwaliteiten te geven. Maar schijnt bedriegt. Asfalt is een zwarte puzzel. Allerlei soorten afval uit de bouw en de industrie worden in asfalt verwerkt. Een kwestie van hergebruik. Dat spaart beperkte grondstofvoorraden zoals olie en grind. Een prima zaak. Ook drukt hergebruik de hoge kosten van afvalverwerking. Ideaal zo lijkt het. Helaas kunnen in een deel van het afval nog gevaarlijke stoffen zitten. Met welke stoffen kunnen asfaltwerkers in contact komen, wat zijn de risico's en wat kun je ertegen doen? Daarover gaat deze Arbowijzer.
Inhoudsopgave >
De zwarte puzzel ................................. 1
>
Asfalt ......................................................... 2
>
Schadelijke stoffen op en om de weg - een overzicht
4
>
Wat zegt de wet? ................................. 8
>
Tips & trucs voor gezonder werken ............................... 10
>
Meer weten? ....................................... 13
>
Nuttige adressen .............................. 14
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-1
10166
............
Asfalt Samenstelling asfalt Een weg bestaat normaal gesproken uit drie lagen: de fundering, een kleeflaag en de verhardingslaag. Alleen de verhardingslaag bestaat uit asfalt. Asfalt bestaat voor meer dan 90% uit grove steenachtige bestanddelen en vulstoffen. De voornaamste bestanddelen zijn: Grove bestanddelen: Vulstof: Kleefmiddel (4-8%): Toevoegingen:
Steen, grind, betongranulaat, metselgranulaat, asfaltgranulaat. Zand, vliegas (EC- of AVI-vliegas)1 en kalksteenmeel. In plaats van zand worden soms AVI- of hoogovenslakken gebruikt. Meestal warme, vloeibare bitumen of (koude) bitumen-emulsie in water; soms nog bitumen met organisch oplosmiddel (asfaltlak, primer, vloeibitumen, cut-back- of flux-bitumen). Fluxen, dopes (bijvoorbeeld amines als hechtverbeteraar), kleurstoffen (meestal metaaloxiden), anti-schuimmiddel (bij warm asfalt).
De kleeflaag bestaat meestal uit een bitumen-emulsie, die op het wegdek wordt gesproeid.
Soor ten asfalt Er bestaan veel verschillende soorten asfalt. Een tweedeling naar toepassing is: Gietasfalt: voornamelijk toegepast als gietvloer in de industrie en in parkeergarages. Bevat relatief veel bitumen (6,5 - 8%) en wordt zeer warm verwerkt (± 230°C). Walsasfalt: het asfalt dat voor wegen wordt toegepast. Bevat minder bitumen (± 5%), en wordt minder warm verwerkt (160 - 170°C). De meest gebruikte asfaltsoorten voor de aanleg van wegen zijn grindasfaltbeton (GAB), steenslagasfaltbeton (StAB), steenmastiekasfalt (SMA), dicht asfaltbeton (DAB), open asfaltbeton (OAB) en zeer open asfaltbeton (ZOAB). Daarnaast kun je termen tegenkomen die verwijzen naar het soort steenachtig materiaal dat is gebruikt, bijvoorbeeld breekasfaltcement (BRAC) of asfaltgranulaat cement (AGRAC). Tenslotte kun je asfalt nog indelen naar de temperatuur waarbij het wordt verwerkt. Hoe lager de temperatuur, hoe minder dampen en rook er uit het asfalt komen! Warm asfalt (het traditionele asfalt): 160 – 170°C; Halfwarm asfalt: 110 – 130°C; Lage-temperatuur asfalt: < 100°C; Koud asfalt: wordt niet verwarmd. Dit zijn meestal bitumenemulsies (b.v. schuimbitumen). Vooral bij dakbedekkers vind je ook nog bitumen met oplosmiddel (b.v. cutback bitumen). Koud asfalt wordt niet als wegverharding gebruikt, maar alleen voor het opvullen van rijsporen, het aanbrengen van kleuren (b.v. op fietspaden) en als een dunne, extra beschermlaag. Halfwarm en lage-temperatuur asfalt zijn nog vrij nieuw. Ze worden steeds vaker toegepast - vooral omdat ze een grote energiebesparing opleveren - maar nog lang niet overal.
1
EC: energiecentrale (meestal gaat het om kolencentrale-vliegas), AVI: afvalverbrandingsinstallatie
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-2
Let op je lijf Als asfalt warm wordt verwerkt, ontstaan er rook en damp. Deze rook en damp kun je inademen. Als de temperatuur van het mengsel met 10°C wordt verhoogd, komen twee maal zo veel rook en dampen vrij. Werknemers op de spreidmachine en werknemers die warme bitumen sproeien ademen de meeste dampen en rook in. Verder kan bij het frezen veel stof vrijkomen, en komen ook uit de machines schadelijke rook en dampen. Afgekoelde bitumendamp (‘condensaat’) kan neerslaan op machines en materialen, waarna je ermee in contact kunt komen via de huid. Een kort overzicht van de voornaamste stoffen:
Gevaarlijke stof
Kans op
asfaltrook (bitumenrook)
hoofdpijn, irritaties van ogen en luchtwegen, bronchitis, huid-aandoeningen (roodheid, prikkeling). irritatie ogen en luchtwegen stoflongen, longkanker huidkanker, longkanker longkanker irritatie huid, duizeligheid, hoofdpijn, hersenschade (OPS)
‘grof stof’ kwarts-stof (tijdens frezen) sommige ‘PAK’2 (alleen in oud, teerhoudend asfalt) dieselrook organische oplosmiddelen (reiniging)
Verder kunnen de zgn. ‘secundaire’ materialen die men als vulstoffen toepast diverse verontreinigingen bevatten (b.v. lood, cadmium, vanadium, chroom en dioxines). Als je teveel van dit soort stoffen binnenkrijgt, kunnen ernstige effecten het gevolg zijn, zoals een verminderde vruchtbaarheid of kanker. In de wegenbouw is dit meestal niet waarschijnlijk (zie ook tabel over Hergebruik van risico’s). Hergebruik van risico’s Veel-gebruikte secundaire grondstoffen (afvalproducten) in asfalt, zijn gebroken asfalt (asfaltgranulaat), puin en gebroken metselwerk en beton (‘menggranulaat’), licht verontreinigde grond, en vliegas van kolencentrales of afvalverbrandingsinstallaties. In secundaire grondstoffen zitten vaak schadelijke stoffen. Hoe zit het met de risico’s bij hergebruik van die stoffen? Voor enkele belangrijke materialen heeft de branche een inschatting gemaakt :
Afvalproduct voor hergebruik
Gezondheidsrisico
teerhoudend asfaltgranulaat (TAG) asfaltgranulaat, teervrij betongranulaat metselgranulaat menggranulaat hoogovenslak AVI-slak AVI-vliegas(meestal gemengd met andere vulstof)
hoog (tegenwoordig verboden) laag laag laag laag laag middel hoog
Het is goed om je te bedenken dat de voornaamste risico’s zich normaal gesproken voordoen op de asfaltcentrale, waar de grondstoffen worden gemengd. In het uiteindelijke asfaltmengsel zitten de gevaarlijke stoffen als het ware ‘opgesloten’. Voor wegwerkers zal vooral een risico kunnen ontstaan tijdens het frezen, omdat daar veel stof bij kan vrijkomen. 2
PAK: Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-3
Schadelijke stoffen op en om de weg – een overzicht Veel van de schadelijke stoffen waarmee asfalteerders in aanraking kunnen komen, zijn niet met het oog te zien. De meest schadelijke rookdeeltjes uit dieselmotoren zijn bijvoorbeeld te klein om waar te nemen. Daardoor valt het vaak niet mee je tegen die stoffen te beschermen. Daar komt nog bij dat schadelijke invloeden van stoffen op de gezondheid soms pas na jaren aan het licht komen. De gevaarlijke stoffen kunnen vrijkomen in de vorm van vaste deeltjes (grof stof of fijne rook), of in vluchtige vorm, als gas of damp.
Stof Bij slopen, frezen, vegen en schoonspuiten van wegdek komt veel stof vrij. Ook onderhoudswerk zoals het aanbrengen van een splitslijtlaag geeft veel stof. Zwevend stof wordt dikwijls niet als schadelijk of gevaarlijk gezien. Dat beetje stof, wat kan dat nou voor kwaad? Toch kan stof zowel hinder als schade veroorzaken. Afhankelijk van het soort stof. Bij schadelijk stof gaat het om stofdeeltjes die een speciale reactie aangaan met het lichaam. Teerdeeltjes of deeltjes uit dieselrook bevatten bijvoorbeeld stoffen die kanker kunnen veroorzaken. Kwartsstof en asbestvezels zijn zo schadelijk door hun ‘scherpe’ vorm. Hinderlijk stof is stof dat weliswaar geen bijzondere inwerking heeft op het lichaam, maar bij regelmatige blootstelling wel gezondheidsklachten kan veroorzaken. Met name benauwdheid en andere ademhalingsproblemen. Verder kan stof aandoeningen veroorzaken aan huid en ogen. Denk hierbij aan ontsteking van oogleden en hoornvlies en uitdroging van de huid omdat het stof vocht onttrekt aan de huid. De volgende gevaarlijke stoffen en producten kun je in stofvorm inademen.
Asfaltgranulaat Door vervanging en onderhoud van wegen komt jaarlijks miljoenen ton oud asfalt vrij. In de vorm van granulaat (als het gefreesd is), schollen of brokken. Driekwart daarvan wordt weer als grondstof gebruikt voor nieuw asfalt. Oud asfalt zonder teer mag zonder speciale milieu- of gezondheidsvoorzieningen worden gebruikt.
Teerhoudend asfaltgranulaat (TAG) Teerhoudend asfalt mag in Nederland al sinds 1991 niet meer worden gebruikt voor nieuwe wegen. Er liggen echter nog miljoenen ton teerhoudend asfalt in bestaande wegen. Ook dit komt vrij bij
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-4
vervanging of onderhoud. TAG mag in Nederland ook niet meer worden hergebruikt. Teer bevat namelijk 1.000 à 10.000 keer zo veel van het kankerverwekkende en milieuschadelijke PAK (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) als bitumen. Niet alle PAK zijn gevaarlijk, een deel is dat echter wel: ze kunnen kanker veroorzaken. Ze zitten bijvoorbeeld ook in sigarettenrook. PAK verdampen vrijwel niet, maar plakken aan stofdeeltjes. Het inademen van stof met PAK is dus het belangrijkste gezondheidsrisico. Maar ook huidcontact is ongezond. Asfaltgranulaat wordt ‘teerhoudend’ genoemd (TAG) als het meer dan 75 milligram PAK per kg granulaat bevat. TAG komt vooral vrij bij slopen, frezen, vegen en schoonspuiten van teerhoudend wegdek. Hoeveel PAK het granulaat bevat verschilt, maar gemiddeld is het wel 1500 mg/kg. Het moet dan ook apart worden ingezameld. Na een speciale reiniging, waarbij het PAK wordt verbrand, mag het worden geëxporteerd, maar dus niet in Nederland worden gebruikt. In de praktijk blijkt dat aannemers lang niet altijd goed controleren of een weg teerhoudend asfalt bevat. Het is dus van belang om hier in je bedrijf goede afspraken over te hebben.
PAK of niet? Zit er te veel PAK in het materiaal waar u mee werkt? Om dat te bepalen gebruikt men in de branche vaak de zgn. ‘PAK-marker’. Een witte spray wordt met een spuitbus op het te onderzoeken materiaal aangebracht. Na droging verkleurt de spray bruin als er (teveel) PAK aanwezig is. Het is echter gebleken dat de spray erg onbetrouwbaar is. Hij verkleurt soms als er maar weinig PAK aanwezig is, en andersom. In het bedrijf moeten daarom goede afspraken worden gemaakt over het gebruik van betrouwbare analysemethoden (zoals DLC, HPLC of GC-MS) - door erkende laboratoria.
AVI-slakken en vliegas AVI-slakken zijn restproducten van afvalverbrandingsinstallaties (AVI’s). Vliegas is een verzamelnaam voor de restproducten in de rookgassen van verbrandingsprocessen. Slakken en vliegas worden dikwijls in asfalt toegepast als vulstof. In slakken en in vliegas zitten gezondheids- en milieuschadelijke verontreinigingen, met name zware metalen. Ze kunnen vrijkomen als stofdeeltjes – vooral tijdens het toevoegen in asfaltcentrales, maar ook bij het frezen van asfalt. Het gaat ondermeer om stoffen als chroom, vanadium, lood en cadmium. Soms komen in AVI-vliegas ook dioxinen voor. Het gaat meestal om zeer lage gehalten. Toch moet de blootstelling liefst zo laag mogelijk blijven. Cadmium, dioxinen en bepaalde chroomverbindingen verhogen de kans op kanker. Lood kan onder andere schadelijke gevolgen hebben voor het zenuwstelsel. Vanadium is ondermeer schadelijk voor de longen. Cadmium, lood en chroomverbindingen zijn ook schadelijk voor de vruchtbaarheid.
Kwar ts Het grootste gedeelte van de aardkorst, gesteente en rotsen bestaat uit verbindingen waarin het metaal silicium voorkomt. Kwarts, zand, glas en talk zijn voorbeelden hiervan. De voor de gezondheid meest gevaarlijke silicium-verbinding is ‘kristallijn kwarts’. In puin-, steen-, cement en betonstof zit kwarts. Cementstof bijvoorbeeld kan voor 30% uit kwarts bestaan. Kwarts kan longfibrose veroorzaken, beter bekend als stoflongen
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-5
of silicose. Tot de verschijnselen behoren: benauwdheid, kortademigheid, hoesten, opgeven van slijm en ontstekingen van de luchtwegen. Meestal ontstaat dit zeer geleidelijk. Stoflong vergroot verder de kans op longkanker. Het inademen van kwartsstof kan vooral gebeuren tijdens het frezen van asfalt. Meer informatie over kwarts in Arbowijzer 4 Werken met kwarts.
Asbest
Asbest of niet? In de praktijk zal het vaak onduidelijk zijn of verdacht materiaal asbest bevat. De werkgever is er verantwoordelijk voor om dat uit te zoeken. Daarvoor kan hij de arbodienst inschakelen. Ontstaan er problemen? Neem dan contact op met FNV Bouw.
Bouwafval wordt in puinbrekers verwerkt tot wegverhardingsmateriaal. In dat puingranulaat kan incidenteel te veel asbest voorkomen. Sorteerbedrijven controleren of de normen niet worden overschreden. Maar met name in het zogenaamde ‘menggranulaat’ kan te veel asbest voorkomen. Meer informatie over asbest in Arbowijzer 11 Werken met asbest.
Asfaltrook Asfaltrook - of eigenlijk bitumenrook: de rook die ontstaat bij het verhitten van het bindmiddel bitumen - bestaat uit zeer fijne deeltjes, die diep in de luchtwegen doordringen. Ze veroorzaken irritaties van de luchtwegen. Bij dagelijkse, te hoge blootstelling kan bronchitis ontstaan. Bij het toepassen van halfwarm of lage-temperatuur asfalt ontstaat veel minder asfaltrook dan bij traditioneel warm asfalt.
(Diesel)uitlaatgassen Ook de uitlaatgassen van het langsrijdend verkeer en de eigen machines bevatten zeer fijne deeltjes die diep in de luchtwegen doordringen. Ze kunnen luchtwegaandoeningen, zoals bronchitis en astma veroorzaken. Bij bestaande astmapatiënten en mensen met hart- en vaatziekten kunnen ze de klachten verergeren. Dieselrook uit dieselmotoren is extra schadelijk. Het bevat roetdeeltjes met PAK, en kan de kans op longkanker vergroten. Dieselrook wordt geproduceerd door langsrijdend verkeer, maar ook door de eigen machines, waar de wegwerkers vaak vlakbij staan (walsen, asfaltspreidmachines, trucks etc.). meer informatie over dieseluitlaatgassen in Arbowijzer 24 Werken zonder dieseluitlaatgassen.
Organische oplosmiddelen Organische oplosmiddelen zijn stoffen als terpentine, peut, tolueen, xyleen en thinner. Ze zijn meestal herkenbaar aan hun prikkelende geur. Organische oplosmiddelen zijn vluchtige (makkelijk verdampende) vloeistoffen. Ze worden soms nog gebruikt om asfalt of kleefmiddelen (asfaltlak, primer) vloeibaarder te maken, en om machines en materialen te reinigen. Doordat ze vluchtig zijn, adem je veel in wanneer je ze opbrengt met een sproeier of een gieter. Zeker bij hoge temperaturen, want dan verdampen ze sneller.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-6
Oplosmiddelen irriteren de slijmvliezen van ogen, neus, mond en luchtwegen. Ze ontvetten de huid, wat tot eczeem en kloven kan leiden. Verder hebben oplosmiddelen een bedwelmende werking: je concentratie vermindert en je kunt er suf moe van worden. Als je veel oplosmiddel inademt, kun je duizelig worden, of aan het eind van de dag hoofdpijn krijgen. Bij jarenlange blootstelling aan grote hoeveelheden kan langzaamaan hersenschade ontstaan: Organisch Psycho Syndroom (OPS). De klachten bestaan onder meer uit concentratieproblemen en geheugenstoornissen. De klachten ontstaan sluipenderwijs. Stoppen van de blootstelling is de enige remedie tegen verergering van klachten.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-7
Wat zegt de wet? Een werknemer moet veilig kunnen werken met gevaarlijke stoffen. De werkgever is verplicht daarbij te helpen. Dat staat in een aantal wetten.
De Europese chemische-stoffenwetgeving ‘REACH’, o.a.: De leverancier is verplicht alle stoffen en producten van een etiket te voorzien. De leverancier is verplicht om bij eerste levering en daarna op aanvraag een veiligheidsinformatieblad te verstrekken. Dit blad (ook wel Material Safety Datasheet of Productinformatieblad genoemd) is een waardevolle aanvulling op de informatie op het gevaarsetiket.
Arbowet: De werkgever is verplicht om alle arbeidsrisico’s te inventariseren en te evalueren (RI&E). De werkgever moet volledig op de hoogte zijn van alle mogelijke risico’s die het gebruik van gevaarlijke stoffen met zich meebrengt. Bij het werken met gevaarlijke stoffen moet de aard, de duur en de mate van de blootstelling bekend zijn. De werkgever is verplicht om een register bij te houden van alle stoffen waarmee gewerkt wordt. De gegevens voor het register komen van het etiket, het informatieblad of PISA (Productgroep Informatie Systeem Arbouw). De werkgever is verplicht om werknemers voorlichting en onderricht te geven over de gevaren van het werk en de materialen waarmee wordt gewerkt. De werkgever moet maatregelen nemen om te voorkomen dat werknemers gezondheidsschade oplopen door het werken met gevaarlijke stoffen. Als maat voor toelaatbare blootstelling gelden de grenswaarden: Deze waarden geven aan hoeveel van een stof in de lucht aanwezig mag zijn zonder dat de gezondheid daar onder lijdt. Elk bedrijf moet zijn eigen ‘bedrijfsgrenswaarden’ (‘private’ grenswaarden) opstellen. Hierbij mag men gebruik maken van bestaande grenswaarden. Daarnaast bestaan er voor een aantal zeer schadelijke stoffen zgn. ‘publieke’ grenswaarden. Deze heeft de overheid vastgesteld. Zie Leestips. De werkgever moet kunnen aantonen dat de blootstelling van zijn medewerkers onder deze grenswaarden blijft.
Bouwstoffenbesluit: De overheid heeft wetten en regels gemaakt om milieuvervuiling door hergebruik van afval tegen te gaan. Die regels zijn opgenomen in het Bouwstoffenbesluit. In dat besluit zijn echter geen afspraken
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-8
gemaakt over arbeidsomstandigheden. Wel is bijvoorbeeld het hergebruik van teerhoudend asfalt door deze wet verboden.
Cao bouwnijverheid: De cao bouwnijverheid verbiedt gebruik van teerhoudende asfaltproducten voor nieuwe wegen al sinds 1991. Het is niet toegestaan om teer te verwerken, tenzij na advies van Arbouw partijen daarvoor dispensatie verlenen. Daarom wordt tegenwoordig uitsluitend bitumen gebruikt. Een veel veiliger product. Maar oud asfalt kan nog wel teer bevatten. Als in een kilo asfalt méér dan 75 mg PAK zit, wordt het teerhoudend genoemd. In gefreesd asfaltgranulaat zit meer PAK dan in gebroken granulaat. Gemiddeld bevat één kilo TAG zo’n 1500 mg PAK.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-9
Tips & trucs voor gezonder werken Hoe kan de wegenbouwer veiliger, gezonder en prettiger werken? Tips & trucs voor verbeteringen op een rij. Oplossingen die de bron van het probleem aanpakken, hebben altijd de voorkeur. De Arbowet schrijft dat trouwens ook voor. Als bronoplossingen niet kunnen, zijn vaak andere verbeteringen voor handen. Pas in laatste instantie komen persoonlijke beschermingsmiddelen uit de kast. Niet alle oplossingen zijn één, twee, drie op bedrijfsniveau in te voeren.
1. Bronoplossing Toepassing van halfwarm of lage-temperatuur asfalt vermindert de blootstelling aan asfaltrook zeer sterk. Er bestaan al sinds 2000 goede ervaringen met dit type asfalt. De kwaliteit is gelijkwaardig, en een belangrijk voordeel is tevens de grote energiebesparing. Kleefmiddelen met organische oplosmiddelen vervangen door middelen op waterbasis (bitumen-emulsies) vermindert de uitstoot van schadelijke vluchtige stoffen. Dit is in de branche al gangbaar. Een nieuwe ontwikkeling is geprefabriceerd asfalt ‘op de rol’. Dit type asfalt zou de blootstelling aan asfaltrook tot het verleden doen behoren. Het bevindt zich echter nog in het teststadium. Dieselmotoren vervangen door electromotoren voorkomt uitstoot van uitlaatgassen en vermindert het lawaai. In de wegenbouw zullen electromotoren lang niet altijd mogelijk zijn, in verband met het hoge vermogen dat nodig is. In sommige gevallen kan een LPG-motor wel. Zorg in ieder geval dat bij vervanging machines worden aangeschaft die aan de nieuwste EU-normen voor uitstoot voldoen. Pleit bij uw werkgever voor de inzet van de meest stofvrije, trillings- en geluidsarme machines. Strenge controle op snelheidslimieten en in sommige situaties het afzetten van de rijstrook maakt het werken veiliger. Een goede werkplanning vermindert de werkdruk en daardoor onveilige situaties. Teerhoudend asfalt mag niet meer worden hergebruikt – ook niet koud. Zorg voor een goede ‘ingangscontrole’ van grondstoffen, en voor een goede controle op het PAK-gehalte voordat oude wegdekken worden gefreesd. Voorkom lichaamtrillingen. Bijvoorbeeld door de balkman zo min mogelijk op de balk te laten werken. Dit is onder meer mogelijk door een efficiënte plaatsing van veel gebruikte knoppen en onderdelen.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-10
Regelmatige controle door de Arbeidsinspectie van de samenstelling van wegverhardingsmateriaal. – niet alleen op teer, maar ook op b.v. asbest. FNV Bouw vindt dat werkgevers voorlichting moeten geven over de mogelijke aanwezigheid van asbest in wegenbouwmateriaal.
2. Beperking blootstelling De hoeveelheid asfaltrook bij warm hergebruik van teervrij asfalt beperken door de temperatuur van menging zo laag mogelijk te houden. Gebruik van een ketelthermostaat om oververhitting te voorkómen. Stofvrij frezen door asfaltlagen met een sproei-installatie nat te houden tijdens het werk. Er bestaat een speciaal additief voor het sproeiwater, dat stofvorming nog beter voorkomt. Rust de freesmachine uit met een afgeschermde, goed afgesloten freeskast met afzuiging. Stofvrij aanbrengen van breekasfaltcement door cement aan te maken met slurry en water. En niet met poeder. Kleinere storthoogte of gebruik van een stortkoker bij overslag van materiaal, vermindert stofblootstelling. Gebruik op de machines roetfilters die de uitstoot van roetdeeltjes met minimaal 70% verminderen. Tip: Het ministerie van VROM heeft een subsidieregeling voor roetfilters op bouwmachines. Lees verder in Arbowijzer 24 Werken zonder dieseluitlaatgassen (zie Leestips). De pijp omhoog: verlenging van de uitlaatpijp van asfalteermachine, trucks en walsen vermindert blootstelling aan uitlaatgassen. Boven de wind werken, vermindert blootstelling aan stof en rook. Bestuurderscabines sluiten bij stoffig werk vermindert blootstelling aan stof (en lawaai). Cabines moeten liefst zijn voorzien van filtering van binnenkomende lucht, en airco. Vermindering van de blootstellingsduur. Bijvoorbeeld door de verschillende taken binnen een ploeg af te wisselen. Bij het asfalteren in tunnels en andere omsloten ruimtes (b.v. parkeergarages) is extra aandacht nodig voor ventilatie. Gebruik van dempers voor stoel en voetplaat vermindert trillingen.
3. Persoonlijke bescherming Bij stoffig werk is adembescherming aan te raden. De zogenaamde ‘snuitjes’ beschermen je niet tegen fijne deeltjes. Voor een goede bescherming tegen stof is een P-filter nodig. P2 en P3 beschermen goed tegen stof. P3 beschermt tegen kwartsstof en tegen PAK in teer. Samen met een A-filter (kleurcode bruin) beschermt het masker ook tegen oplosmiddelen. Filtermaskers moeten goed aansluiten op je gezicht. Een stoppelbaard leidt er al toe dat een masker niet meer beschermt!
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-11
Filters moeten ook regelmatig worden vervangen, want ze raken verzadigd en beschermen dan niet meer. Vraag de leverancier om advies. Bij het werken met warm asfalt beschermen hittebestendige katoenen werkhandschoenen tegen brandletsel. Ze beschermen meteen tegen huidcontact met bitumen-condensaat op materieel. Kleding moet beschermen tegen weersinvloeden en chemische stoffen. Kijk op het Veiligheidsblad van de gebruikte producten (in paragraaf 8) welk type handschoen aanbevolen worden. Voor grotere veiligheid moet de kleding bovendien goed zichtbaar zijn. Kleding en schoenen moeten bestand zijn tegen de hoge temperaturen van het warme asfalt. Onder schoenen met een doorlopende zool (zonder hak) blijft minder asfalt plakken. Veiligheidsbrillen beschermen de ogen tegen stof en wegspringende deeltjes. Er zijn bijvoorbeeld brillen van gehard glas dat niet versplintert. Polycarbonaatglas is een andere mogelijkheid: dat is lichter, maar krast eerder. Als de zon schijnt, kunnen kleding en pet voor een deel van de huid beschermen tegen schadelijke UV-straling. De rest van de huid regelmatig insmeren met een hoge beschermingsfactor.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-12
Meer weten? Meer weten over de risico’s van werken met asfalt? Neem contact op met de helpdesk van FNV Bouw: T 0900 3682689 (lokaal tarief)
Leestips Pisa. De stichting Arbouw heeft een productinformatiesysteem (Pisa) met een overzicht van alle gevaarlijke producten in de bouw, de gezondheidsaspecten en de te nemen maatregelen. Arbowijzer 4 Werken met kwarts. Kwarts of kwatsch, FNV Bouw. Arbowijzer 11 Werken met asbest. Verwoestend onverwoestbaar, FNV Bouw. Arbowijzer 24 Werken zonder dieseluitlaatsgaasen. Vlam in de pijp, FNV Bouw Chemiekaarten. Gegevens over veilig werken met gevaarlijke stoffen. Informatie per gevaarlijke stof. Samsom Praktijkgidsen Arbeidshygiëne. Wet- en regelgeving en achtergrondinformatie over tal van onderwerpen. Onder andere over Gevaarlijk afval, Etikettering, Veiligheidsinformatiebladen. Kluwer. Chemiekaartenboek, Sdu Serie Praktijkgidsen Arbeidshygiëne, Kluwer
Surftip Actuele informatie over asfalt en andere arbo-onderwerpen vindt u onder het kopje ‘werk en inkomen’ op de diverse sectorsites van FNV Bouw. Zie: www.fnvbouw.nl.
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-13
Nuttige adressen Arbouw Postbus 213 3840 AE Harderwijk T 0341 46 62 22 F 0341 46 62 11 E
[email protected] I www.arbouw.nl Bureau Beroepsziekten FNV Postbus 58096 1040 HB Amsterdam T 020 581 69 92 F 020 581 69 93 E
[email protected] E www.bbzfnv.nl Ivam UvA BV Postbus 18180 1001 ZB Amsterdam T 020 525 50 80 F 020 525 58 50 E
[email protected] I www.ivam.uva.nl
Colofon
TNO Kwaliteit van Leven Business Unit Arbeid Postbus 718 2130 AS Hoofddorp T 023 554 93 93 F 023 554 93 94 E
[email protected] I www.tno.nl/arbeid VBW-asfalt Postbus 340 2700 AH Zoetermeer T 079 325 22 25 F 079 325 22 95 E
[email protected] I www.vbwasfalt.org Vereniging OPS Hoofdstraat 40 9141 TS Wierum T 0519 589 785 F 0519 589 785 E
[email protected] I www.verenigingops.nl
Uitgave FNV Bouw | Herziene 2e uitgave: mei 2010 | Oorspronkelijke tekst: Bus & co, april 1999;
Herziening: J. Terwoert, december 2009 | Opmaak: Studio FNV Bouw | Fotografie: Chris Pennarts, Bert Janssen, Gerlo Beernink | Woerden, mei 2010 | Bestelnummer B0820
Arbowijzer 1 | Werken met asfalt | Gezond op weg | 10166-14