Wegwijzer tot betere
advocatuur
Emile Gemmeke
Origineel voorblad
Beschouwingen op de eindrapportage van de
Interim Rapporteur Toezicht Advocatuur mr. Rein Jan Hoekstra
© Emile Gemmeke 2013, alle rechten voorbehouden. Alleen met bronvermelding is het toegestaan de eigen teksten en conclusies geheel of gedeeltelijk te (her)publiceren. Digitale versie: www.gemmeke.nl
INHOUDSOPGAVE 1 2
3
4
5
6
Voorwoord ....................................................................................................... 1 Introductie ........................................................................................................ 3 2.1 Doelstelling .............................................................................................. 3 2.2 Aanleiding ............................................................................................... 5 Werkwijze onder de loep ............................................................................... 7 3.1 Historie..................................................................................................... 7 3.2 Rol van de rechtzoekende ..................................................................... 8 3.2.1 Rechtzoekende geïnformeerd ........................................................... 8 3.2.2 Vertrouwen in de studie .................................................................... 8 3.2.3 Belang van de burger ......................................................................... 8 3.2.4 Aantallen ............................................................................................. 9 3.3 Rol van “het onderwerp” ...................................................................... 9 3.4 Rol van de rechter ................................................................................... 9 3.5 Logische volgorde? ............................................................................... 10 3.6 Financiën en slechte statistiek ............................................................. 10 3.7 Fout geld ................................................................................................ 11 3.8 Vergeten vragen .................................................................................... 12 3.8.1 Omgeving .......................................................................................... 12 3.8.2 Groei ................................................................................................... 13 3.8.3 Nog meer groei ................................................................................. 13 3.9 Rapportage & onderzoek ..................................................................... 14 3.10 Lost-in-Action: objectiviteit en integriteit.......................................... 15 3.11 Kwaliteit van onderzoek ...................................................................... 15 Toezicht ........................................................................................................... 17 4.1 Effectiviteit van repressief toezicht .................................................... 17 4.2 Huidig toezicht ..................................................................................... 18 4.3 Preventief toezicht & ondersteuning ................................................. 20 Integriteit & waarden en normen ................................................................ 23 5.1 Discussies ............................................................................................... 23 5.2 Respect ................................................................................................... 24 5.3 Advocaat aan het woord...................................................................... 25 5.4 mr. Rein Jan Hoekstra .......................................................................... 26 Anekdotes ....................................................................................................... 29 6.1 Toelichting ............................................................................................. 29
6.2 Griffie Rechtbank Arnhem (1) ............................................................ 29 6.3 Griffie Rechtbank Arnhem (2) ............................................................ 29 6.4 Oud bekende (belastingjurist)............................................................. 30 6.5 mr. Piet Hein Donner en (on)behoorlijk bestuur.............................. 30 6.6 mr. Ivo Opstelten en trias politica ...................................................... 31 7 Visie & alternatieven ..................................................................................... 33 7.1 Persoonlijke visie .................................................................................. 33 7.2 Einde vrij spel (toezicht versus sociale controle).............................. 33 7.3 Recht is geen oorlog ............................................................................. 34 7.4 Gestructureerde wetgeving? ............................................................... 35 7.5 Betrouwbare & begrijpbare wetgeving! ............................................ 36 7.6 Meten is weten ...................................................................................... 37 7.7 Gelijkwaardige berechting .................................................................. 38 7.8 Strafrecht: no deal ................................................................................. 38 7.9 Respect & vertrouwen.......................................................................... 39 7.10 Eerstelijns rechtspraak ......................................................................... 40 8 Tot slot ............................................................................................................ 43 8.1 Verantwoording.................................................................................... 43 8.2 Dankwoord............................................................................................ 43 Bijlagen .................................................................................................................... 45 A. Open brief aan de staatssecretaris .......................................................... 45 B. Open brief aan de secretaris van de Rapporteur .................................. 49
1
Voorwoord
1 Voorwoord Recent is het eindverslag van mr. Rein Jan Hoekstra openbaar geworden. Dit rapport behandelt de kwaliteit van het toezicht op de advocatuur. Ik heb de totstandkoming van dit rapport vanaf september 2012 gevolgd. Op 9 januari 2013 heb ik de heer Hoekstra gedurende 45 minuten gesproken in het kader van het horen van de rechtzoekende burger. Hoewel dit gesprek bedoeld was om mijn persoonlijke ervaring vast te leggen en zo nodig bevindingen aan het rapport toe te voegen, is vooral de kwaliteit en zijn aanpak van zijn onderzoek onderwerp van gesprek geweest. In dit gesprek voelde ik mij bevestigd in wat ik had waargenomen: • bevindingen zijn in algemene zin juist; • onderzoeksvraag is te beperkt; • conclusies zijn hierdoor te eenzijdig. In deze beschouwingen tracht ik mijn gedachtegang te verwoorden, invalshoeken duidelijk te maken en vooral ook alternatieven te bieden. Immers, kritiek is eenvoudig, een echte oplossing is wat nodig is en daar probeer ik een bijdrage aan te leveren. De onderbouwing, de eigen ervaringen, stel ik open op een website. Hierbij gefocust op het thema Toezicht op de Advocatuur, maar wel in een breder kader. Dit komt in het einde aan bod. Het advies van de heer Hoekstra beschouw ik als geen fundamentele verandering en die is wel hard nodig.
---------v1.01:
Deze versie is tekstueel verbeterd, ik ben licht dyslectisch en de eerste versie bevatte storende fouten. Een enkele aanvulling of meer dan tekstuele verandering is met een lijn in de linker marge aangegeven. Er hebben geen verwijderingen plaatsgevonden.
2
Wegwijzer tot betere Advocatuur
v1.02
Opnieuw tekstuele verbeteringen, meer toevoegingen. Verwijderd: hoofdstuk 9, de verzendlijst Toegevoegd bijlagen (A) “Open brief” aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, mr. F. Teeven (B) “Openbrief” aan de secretaris van ded Rapporteur Toezicht
druk
v1.02 als uitgangspunt, andere paginagrootte en hierdoor aangepaste lay-out. Markeringen links verwijdert, voetnoten aangepast, immers de lange links lenen zie niet voor overtikken.
De digitale versie (v1.02) is te lezen op mijn persoonlijke website www.gemmeke.nl
Introductie
3
2 Introductie 2.1 Doelstelling Deze beschouwingen zijn vooral op te vatten als uitbreiding op het rapport van mr. Rein Jan Hoekstra. Zijn opdracht1 was: U rapporteert als interim rapporteur toezicht advocatuur over de kwaliteit, objectiviteit en integriteit van het lokale toezicht op advocaten zoals dat wordt uitgeoefend door de lokale deken. U doet dit onafhankelijk en zonder instructie van de zijde van de Nederlandse Orde van Advocaten. U rapporteert uw bevindingen in het openbaar, waarbij u er naar streeft om een tussentijdse rapportage over het eerste half jaar in juni 2012 gereed te hebben. In december 2012 komt u met uw eindrapport. Indien u daar aanleiding voor ziet geeft u in uw rapportage aanbevelingen over verbeteringen die doorgevoerd moeten worden in het toezicht op de advocatuur. Dit is te verkorten tot onderzoek naar: De kwaliteit, objectiviteit en integriteit van het lokale toezicht op advocaten door de lokale deken. Objectiviteit en integriteit gaan vooral over de vorm van het toezicht. Kwaliteit gaat zowel over de vorm van het toezicht als ook over het resultaat van het toezicht. Als iedereen zich altijd aan de snelheid houdt, dan is toezicht hierop niet nodig. Analoog hieraan is een essentiële vraag wat maakt dat er toezicht nodig is. In welke mate en op welke punten passeren advocaten de lijn van het toelaatbare? Toezicht is een middel om preventief en reactief invloed uit te oefenen, maar het middel moet wel passen op het vertoonde gedrag, waarmee ik tot de stelling kom: De kwaliteit van de advocatuur is een indicator van de kwaliteit van het toezicht.
1
Website: www.toezichtadvocatuur.nl & tussenrapportage 12 juni 2012
4
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Deze stelling werkt maar één kant op. Als de kwaliteit laag is dan is mede het toezicht onvoldoende en punt van aandacht. Echter bij hoge kwaliteit van de advocatuur is het niet gegarandeerd dat dit (uitsluitend) door toezicht bereikt wordt. Het kunnen ook gewoon allemaal fijne mensen zijn. Juist een bijzondere casus kan aantonen dat het toezicht ver beneden de maat is, terwijl de gemiddelde kwaliteit ruimschoots voldoet. Hier wil ik een analogie maken met de gezondheidszorg, die naar mijn mening in Nederland op hoog niveau is. Dat niveau komt volgens mij primair uit de mensen in die sector, niet door het toezicht, de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ). Gevolg is wel, dat als het incidenteel mis gaat, het ook heel ernstig mis kan gaan. De heer Hoekstra kan dat beamen, zie zijn rapport hierover “Angel en Antenne”2. Deze beschouwingen zijn opgesteld, omdat het mijn overtuiging is dat de onderzoeksvraag, het plan van aanpak en de werkmethode van de Interim Rapporteur een te smalle focus hadden. Ook sturingsmogelijkheden vind ik te eenzijdig (toezicht) bekeken. Dit is de heer Hoekstra niet geheel aan te rekenen, immers de opdracht had deze beperking al in zich. Maar persoonlijk had ik dan, zeker gegeven zijn staat van dienst, de opdracht laten liggen. Mijn betoog is dat een breder kader nodig is. Meer inzicht in maatschappelijke consequenties, oplossingsmogelijkheden en creativiteit zouden in het onderzoek (rapportage) een aanzienlijke positieve bijdrage gehad hebben. Waarmee deze beschouwingen niet primair de bevindingen bestrijden. Doelstelling is de rapportage aan te vullen en positioneren. Daarnaast meen ik met echte, ook praktisch haalbare, verbetervoorstellen te komen, waarmee ik in hoofdlijn een andere oplossingsrichting zie.
2
/www.rijksoverheid.nl, publicaties, angel-en-antenne onderzoek van de commissie Hoekstra
5
Introductie
2.2 Aanleiding Mijn persoonlijke interesse in de advocatuur is gekomen door negatieve ervaringen, tijdens en na een scheiding. Deze, tot op het bot grievende ervaringen, hebben bij mij de vraag doen opkomen: - Hoe kan dit zo gebeuren?Hoewel die persoonlijke situatie aanleiding is, wil ik deze persoonlijke aanleiding nadrukkelijk buiten deze beschouwingen houden. Voor een dialoog over mijn mening loop ik niet weg, maar die kan slechts gaan over mijn visie op het toezicht op de advocatuur, de advocatuur en haar positie in onze samenleving. Ook op de ondersteunende website meld ik dit nadrukkelijk.
6
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Werkwijze onder de loep
7
3 Werkwijze onder de loep 3.1 Historie De opdracht van de Nederlandse Orde van Advocaten, de onderzoeksvraag is een vervolg op de opdracht aan Arthur Docters van Leeuwen en zijn rapport “Het bestaande is geen alternatief”3. Maar voor die tijd is er al een en ander aan de hand. In de politiek is de druk om tot verbeteringen te komen toegenomen. Hierbij is de algemene denktrant toezicht. Hoe dit beter in te regelen is. Daarmee lijkt over twee zaken consensus te bestaan: • het huidige systeem voldoet niet (maatschappelijke draagkracht is onvoldoende en neemt verder af); • toezicht lijkt primair het instrument. De inzichten over hoe dit toezicht verbeterd kan worden lijkt inzet van een langlopende discussie. Minister Ernst Hirsch Ballin (2010) en daarna staatssecretaris Fred Teeven. Waarom bestaat er zoveel consensus over de oplossingsrichting? Weer de vergelijking met het wegverkeer. Daar is optie om meer controles te houden (toezicht, camera’s), hogere boetes (straffen) en dat wordt royaal toegepast. Maar er bestaat ook een andere methode, een die ook toegepast wordt, de verplichte snelheidsbegrenzer4, die is preventief in plaats van repressief. Albert Einstein heeft ooit gesteld: No problem can be solved from the same level of consciousness that created it. Is de hierboven beschreven consensus niet het bewustzijnsniveau dat Einstein bedoelde? Een fixatie op een oplossingsrichting die tevens de ontkenning van andere opties is. Daarmee niet de open-minded houding die voor fundamentele aanpak nodig is.. 3 4
nieuwsbericht op www.mr-online.n Informatie van RDW, verplichting tot snelheidsbegrenzer
8
Wegwijzer tot betere Advocatuur
3.2 Rol van de rechtzoekende De rechtzoekende, ik voel me ervaringsdeskundige, lijkt een kans te krijgen om een bijdrage te leveren. Daar heb ik persoonlijk ervaring mee. Ik heb de heer Hoekstra op 9 januari 2013 in Den Haag mogen spreken. 3.2.1 Rechtzoekende geïnformeerd Een week na de aanstelling van de heer Hoekstra op 1 februari 2012 is de domeinnaam toezichtadvocatuur.nl vastgelegd (zie www.sidn.nl). De realisatie van website en het emailadres
[email protected] hebben nog even tijd gekost. In de tussenrapportage (juni 2012) staat dat er bekendheid aan is gegeven. Als hier niet inspanning, maar resultaat telt, lijkt deze bekendheid verre van voldoende. Van burgers die zo de laatste twee jaar een advocaat geraadpleegd hebben, zullen er nog geen 3 procent van deze site afweten. Een redelijk criterium voor de beoordeling “onvoldoende bekendheid”. Uiteindelijk hebben slechts 47 personen contact gezocht, een getal dat in onze mondige samenleving bijzonder laag is voor een reëel probleem. 3.2.2 Vertrouwen in de studie In eigen kringen, in gewone alledaagse gesprekken tussen gewone mensen met doorsnee banen, blijkt een laag vertrouwen in dit soort onderzoeken. Gegeven een dergelijke maatschappelijke setting, is het actief op zoek gaan naar de burger met bijzondere ervaringen van belang. De onderzoeker moet zich bewust zijn van het tekort aan vertrouwen en dus vertrouwen kweken. Zonder dat, zal zijn gesprekspartner de waardevolle informatie voor zichzelf houden Zonder dat bewustzijn is de basis onder het onderzoek weggeslagen. 3.2.3 Belang van de burger Redenen om in de rapportage stukken te schrijven over het “horen van de rechtzoekende” zijn: • soort informatie is uniek: het is de andere kant. Mogelijk de meest zuivere bron informatie, de vertegenwoordiging van de samenleving; • politiek; de burger is gehoord en daarmee is de suggestie mogelijk dat deze invloed op het rapport heeft gehad.
Werkwijze onder de loep
9
3.2.4 Aantallen Slecht 47 personen hebben contact gezocht, met 23 burgers zijn er gesprekken geweest. De eerste 12 gesprekken waren medio mei 2012, de laatste 3 gesprekken waren op 9 januari 2013 en waren daarmee laat om nog serieuze bijdrage te kunnen leveren voor het rapport, dat 8 werkdagen later, op 22 januari, klaar is en gepresenteerd wordt. De selectie om gehoord te worden en het gesprek zoals ik dat ervaren heb, beoordeel ik vanuit het perspectief kwaliteit van onderzoek als uiterst teleurstellend. Geïnteresseerden kunnen details hiervan (brieven, tijdlijn en gespreksverslag) op de website nalezen.
3.3 Rol van “het onderwerp” In het tussenrapport van 12 juni 2012 staat niets over gesprekken met advocaten. Op de website staat ook geen uitnodiging voor advocaten om zich te melden. Uit het eindrapport blijkt dat een vijftal zich gemeld hebben. De formulering suggereert dat deze vijf momenteel de teugels te strak ervaren. Jammer is dat de reden er niet staat, bijv. gemiste studiepunten, algemene sfeer e.d.. Meer actief met een steekproef en goede enquête had een schat aan waardevolle informatie op kunnen leveren. Waarom is deze kans niet benut? : • hoeveel advocaten vinden dat het toezicht beneden hun norm is? • passen hierom hun houding aan om tegen de anderen op te kunnen boxen? • hoe beïnvloed dat hun werk? • wat gebeurt er met de klokkenluider?
3.4 Rol van de rechter De discussie of rechters advocaten moeten (kunnen) beoordelen is her-en-der op internet aan te treffen. Op dit moment hebben rechters voor zover mij bekend geen formele mogelijkheden.
10
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Wel lijkt mij dat rechter een schat aan informatie kunnen geven hoe zijn de kwaliteit c.q. het acteren van advocaten beoordelen. Zowel de voorbereiding van een zitting (dagvaarding, conclusie van antwoord, repliek, dupliek), als op de zitting zelf. Waarom is deze bron van informatie niet aangeboord?
3.5 Logische volgorde? In het kader van zijn onderzoek heeft de heer Hoekstra alle lokale dekens bezocht. De rapportage van juni noemt dit als start van zijn onderzoek. Daarnaast nog enige literatuur onderzoek. Een meer empirisch onderzoek had een andere volgorde gehad. Daarin is het logisch is te beginnen met het opsporen van concrete problemen. Bijvoorbeeld zaken die niet voor het tuchtrecht komen omdat de burger geen vertrouwen heeft. De feiten die advocaten over elkaar “inslikken” omdat het not done is. Duidelijk is dat men met een klacht over een advocaat niet bij de rapporteur moet zijn, dat staat duidelijk op de site. Indirect geeft de rapporteur daarmee zijn verwachting bloot van wat hij van de burger kan verwachten. Dit is geen waardevrije grondhouding. En op een mogelijk gevoel van de belevenis van de burger wordt ingegaan, nergens staat: uw opmerkingen worden vertrouwelijk behandeld, het gaat niet uw specifieke geval, ik ben op zoek naar de trenden daar helpt nu mij mee. De rapporteur begonnen waar hij moet eindigen, bij de dekens. Daar eindigen met een lijst van kritische vragen, die uit het empirisch onderzoek naar boven is gekomen. Zeker na ons gesprek van 9 januari 2013 is mij dat heel duidelijk geworden.
3.6 Financiën en slechte statistiek Veel klachten gaan over financiën. Volgens de rapporteur past dit beter bij een geschillencommissie dan bij het toezicht, de functie van de deken. Hier zijn een aantal kanttekeningen bij te plaatsen: • hoe is de voorselectie van klachten? Hiermee bedoel ik welke klachten komen niet bij de deken omdat de burger “voelt” dat het geen zin heeft? • waarom heeft deze beroepsgroep zoveel moeite met de Wet op de Omzetbelasting art. 38 en/of BW art. 6:193e. Dit gaat over heldere prijsstellingen voor consumenten.
Werkwijze onder de loep
• •
11
Wanneer advocaten hierin gewoon de wet volgen, zoals elk fatsoenlijk bedrijf doet, zal dit al een preventieve werking hebben. is bekeken wat er nu bij de geschillencommissie komt en misschien beter bij de Deken had kunnen komen? Beschreven is dit niet. bij een slechte prestatie ligt een klacht over de rekening voor de hand. Dus is de categorisering voldoende zuiver? Analoog aan de vraag-achter-de-vraag hier de oorzaak-tot-de-klacht.
Wanneer alleen met echt gevoelsmatig haalbare zaken gaat klagen, beïnvloed dat de statistiek behoorlijk. Zeker als dat gevoel al een negatieve verwachting in zich heeft. Dit kon wel eens structureel het geval zijn. Immers burgers die een advocaat nodig hebben gehad, hebben per definitie een minder fijne ervaring achter de rug. Het is menselijk om vanwege “gedane zaken nemen geen keer” door te gaan.
3.7 Fout geld Relatief veel aandacht gaat naar het witwassen van geld. Er wordt zelfs een unit financieel toezicht advocatuur ingericht. Bijzonder: over het algemeen is het Openbaar Ministerie verantwoordelijk voor het naleven van wetten in onze samenleving. Het toezicht van de Wwft (Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme) is al in artikel 24 van die wet bepaald (o.a. Autoriteit Financiële Markten). Wat is er specifiek aan deze beroepsgroep dat zij hun eigen toezicht inrichten? • is dit toezicht strenger en meer adequaat dan het Openbaar Ministerie / AFM? • heeft dit toezicht meer bevoegdheden? • wordt het Openbaar Ministerie door dit toezicht buiten de deur gehouden? Ook komen er meer cursussen voor advocaten om beter met Wwft om te kunnen gaan. Moeten niet juist juristen vanuit hun opleiding weten wat in onze samenleving mag of niet mag?
12
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Hoe verhoudt deze (jaarlijkse?) investering, van 800.000 euro, zich tot de 17.000 advocaten? Dit zegt toch iets over de noodzaak van cultuuromslag. Preventie in plaats van toezicht is geboden. Volgens het CBS5 is ruim twee derde van de rechtszaken civielrecht. Daarmee blijven voor bestuursrecht en strafrecht samen minder dan 33 procent over. Het witwassen lijkt zich hoofdzakelijk in een klein deel van het strafrecht (criminaliteit) af.
3.8 Vergeten vragen 3.8.1 Omgeving Ik mis een inventarisatie van de omgeving waarin een advocaat werkt. Onderzoek naar hoe dit van persoon tot persoon kan verschillen. De omgeving kan immers het gedrag behoorlijk beïnvloeden. Welke prikkels (psychologie) levert de omgeving? Daarbij hoort ook de belevenis van advocaten over: • rechters; • rechtbanken; • Orde van Advocaten (Deken / Raad van Toezicht); • welke druk voelt de advocaat? • welke mogelijkheden ziet de advocaat? • en vooral … hoe zijn de ontwikkelingen de laatste jaren hierin. Omgevingsinvloeden kunnen grote effecten hebben en er is een wisselwerking. Lance Armstrong zijn verhaal bij Oprah is tekenend6: Oprah was vooral op zoek naar de vraag waarom Armstrong doping gebruikte. Voelde het niet verkeerd?' Armstrong: 'Nee. Ik heb me er nooit schuldig over gevoeld. Zeker niet tijdens mijn carrière. Het hoorde erbij, net als het oppompen van je banden of het aantrekken van je shirt. Het voelde niet als bedriegen. Niet op dat moment. Maar nu wel. Achteraf snap ik wel dat ik veel mensen heb misleid.'
In een radio-rapportage naar aanleiding van zijn tussenrapportage geeft de heer Hoekstra te kennen dat er aan de cultuur niets mankeert. Lance had duidelijk te maken met cultuur. Waarop baseert de heer Hoekstra zijn stelling? En dan nog enkele concrete omgevingsfactoren die niet te verwaarlozen zijn: www.cbs.nl, veiligheid-recht/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-09-burgerrechter-art www.volkskrant.nl, Dopinggebruik-Lance-Armstrong, Armstrong-Ik-heb-me-er-nooitschuldig-over-gevoeld 5 6
Werkwijze onder de loep
•
•
13
recent hebben rechters aangegeven dat hun werk onmogelijk gemaakt wordt.7 Dit heeft toch gevolgen voor de advocaat gedurende de zitting, betere voorbereiding, nog meer helder verwoorden, dus kosten; de discussie over griffierechten. Wat is de invloed op de advocaat? Verhoogd de noodzaak tot helderheid over kosten, een aandachtsgebied dat al onder druk lag.
3.8.2 Groei Vandaag de dag zijn er zo’n 17000 advocaten. Dat is per burger ruim 7x zoveel dan 60 jaar geleden, een aanzienlijke groei. Het is duidelijk dat dit een last levert voor toezicht, dat wordt in de tussenrapportage ook gemeld. Ik mis het inzicht in de oorzaak van die groei en visie naar de toekomst. Hoe is de relatie, is die evenredig, exponentieel of anderszins? Waar staan “we” over 10 jaar? Wat is het effect van die groei op de kwaliteit van de individuele advocaat? Vaak gaat kwaliteit ten koste van kwantiteit en daar zijn diverse redenen voor: • in de massa verdwijnen, dus hogere anonimiteit, daarmee zijn fouten minder zichtbaar; • kunnen opleidingen wel de leerlingen met voldoende niveau, hoe is het gemiddelde niveau van de starter ten opzichte van jaren geleden? de PvdA wil de betere leerlingen naar het onderwijs trekken8, dat verlaag toch het aanbod op de rest van de opleidingen; • zijn de motieven voor de nieuwkomers gewijzigd (inkomsten, uitdaging, status); • hoe wordt maatschappelijk omgegaan met respect, ethiek en integriteit, welke invloed heeft dat? 3.8.3 Nog meer groei De afgelopen 60 jaren zijn er vele geschillencommissies opgericht. Dit is een andere vorm van conflictafhandeling. Momenteel zijn er 51 commissies9.
NRC, Rechters vinden goede rechtspraak onmogelijk. www.volkskrant.nl, PvdA-wil-zwaardere-eisen-toekomstige-leraren 9 www.degeschillencommissie.nl, over-ons, de-commissies 7 8
14
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Wat is de relatie met recht en advocatuur? Provocerend gesteld: het als paddenstoelen uit de grond komen van geschillencommissies is een maatschappelijke motie van wantrouwen op ons rechtssysteem. Immers die commissies zijn een goedkope en meer praktische vervanging voor een falend overheidssysteem (rechtssysteem). Dat is toch hun ontstaan en bestaansrecht? Opkomen de vragen: • hoe kan een advocaat goed opereren in een falend systeem? • gaat toezicht in welke vorm dan ook de oplossing geven? • oorzaak zoeken, kan immers de oplossingsrichting bepalen. Wat betekent dit over ons handelen in Nederland: zijn we onredelijker, mondiger of maken we gewoon meer ruzie? Of misschien is er in de verwachtingensfeer iets mis, dan kan heldere voorlichting verlichting geven. Hoe worden die commissies gefinancierd en hoe opereren deze? Is het beleid om nog meer uit de sfeer van de (falende) rechtsspraak te houden door de kosten (griffierechten) te verhogen. Mijn advies is eerder: • werk naar integratie van verschillen-bemiddelen (privaatrecht en misschien ook wel publiekrecht); • leer van andere systemen die ook c.q. beter werken. Misschien is een eerstelijns verplichte “mediation” wel erg functioneel (en goedkoop voor alle partijen). Zie ook 7.10.
3.9 Rapportage & onderzoek In mijn gesprek met de heer Hoekstra heb ik het over zijn onderzoek gehad en mijn kijk erop laten blijken. De heer Hoekstra lijkt in zijn reacties het woord onderzoek te vermijden en liever de woorden rapportage en rapporteren te gebruiken. Misschien omdat ik direct twijfel uitte over de kwaliteit van zijn onderzoek. Ik geef toe dat dit klopt met de opdracht. Volgens mij is er geen goede rapportage mogelijk zonder gedegen onderzoek en in de tussenrapportage van juni 2012 staat in de eerste 2 hoofdstukken de term onderzoek 12 keer. In de eindrapportage is dat 19 keer in de totale rapportage.
Werkwijze onder de loep
15
3.10 Lost-in-Action: objectiviteit en integriteit De behandeling van de onderwerpen lezend, komen twee aandachtsgebieden niet terug. Telling toont dat de thema’s objectiviteit en integriteit alleen genoemd worden samen met kwaliteit. Uitsluitend in het kader van de oorspronkelijke opdracht (tien maal). Zelfs verborgen, bijvoorbeeld als onderdeel van bijvoorbeeld professionaliteit, niet terug te vinden. Aan uitleg hierover ontbreekt het. Dus deze onderdelen van de opdracht zijn niet uitgewerkt en staan ook niet op de agenda van de werkzaamheden het komend half jaar. Dit is een aanvulling de andere waarnemingen: belangrijk is niet alleen wat er staat, belangrijk(er) is wat er niet staat en wel uitgewerkt had moeten zijn.
3.11 Kwaliteit van onderzoek De opdracht was helder: rapporteren over de kwaliteit van het toezicht. Dat is dus niet over de noodzaak, niet over andere middelen om de kwaliteit binnen de advocatuur te garanderen. Ook niet over veel andere zaken die ik aanhaal. Maar dit had ik al geschreven … ik val in herhaling. Van een onderzoeker verwacht ik dat deze zelf in staat is de onderzoekvraag bij te stellen, ik noem dat kwaliteit. Van een onderzoeker naar kwaliteit lijkt me dit een vereiste. Alle eenvoudig beschikbare gegevens zijn gebruikt (literatuur, documenten etc.). Ik lees geen serieuze pogingen om informatie boven tafel te krijgen waar nog geen weet van was (kwalitatief of kwantitatief). Maar eerlijkheid gebied me dat de commissie Deetman10 eind 2006, in een duidelijk grotere samenstelling en met een langere onderzoeksperiode (ruim 2 jaar), een rapport aanbiedt aan de minister waar ik ook niet enthousiast van wordt. Die titel was veelzeggend: Rechtspraak is Kwaliteit
10
www.rechtspraak.nl: Eindrapport Commissie Deetman Rechtspraak is kwaliteit.
16
Wegwijzer tot betere Advocatuur
17
Toezicht
4 Toezicht 4.1 Effectiviteit van repressief toezicht Analoog aan risicomanagement kan met een eenvoudige formule het effect van een corrigerende maatregel beschreven worden: effect = pakkans * gevolg Om gedrag effectief te beïnvloeden zijn er twee invloedsferen, de pakkans en het gevolg. De pakkans heeft twee componenten in zich, het signaal (of de melding), maar ook nadat dit signaal binnenkomt, wat er mee gebeurt, rekenkundig: pakkans = signaal * versterking Het signaal kan zowel intern opgewekt worden (toezicht, amice, rechter) als extern (burger) Waarmee het effect van repressief toezicht zich laat beschrijven als: effect = (intern signaal + extern signaal) * versterking * gevolg intern signaal Binnen de wereld van het recht opgewekt, een jurist die iets waarneemt en dit kan melden bij het toezicht. extern signaal Client, cliënt-tegenpartij of buitenstaander die een waarneming heeft en meldt. Het is mijn indruk dat het externe signaal(bron) op sterven na dood is, uitgezonderd de “rekening”. Men geeft geen signaal omdat het vertrouwen in het achterliggende proces ontbreekt. Dat het vertrouwen in het achterliggende proces daadwerkelijk ontbreekt, toont de huidige politieke setting rondom dit thema aan.
18
Wegwijzer tot betere Advocatuur
versterking Voor niet techneuten spreekt uitdoving of demping hier meer aan. Dat is wat er lijkt te gebeuren, zelfs een sterk signaal lijkt niet binnen te komen. Dat is in elk geval mijn persoonlijke ervaring, de aanleiding voor deze beschouwingen. In de signaaltechniek is dat een versterking kleiner dan één. gevolg De huidige gevolgen (maatregelen) kunnen zijn: • waarschuwing; • berisping; • schorsing; • schrapping. Deze lijst kan toereikend zijn, het hangt vooral af van de toetsingscriteria bij de bepaling van het gevolg. Daarvoor is nodig dat het tuchtrecht goed werkt en geen ingebouwde demping heeft. In het medisch tuchtrecht worden de zelfde maatregelen genoemd. Het is mijn indruk dat het huidige toezicht niet effectief is omdat: a) interne signalen bijna onmogelijk zijn; b) externe signalen teveel ontbreken; c) de versterking ver beneden de één ligt, dus aanzienlijk uitdoving; d) de bepaling van gevolg heeft een interne demping in zich (slager keurt eigen vlees). De conclusies van het rapport van de heer Hoekstra beperkingen zich voornamelijk tot (b) en (c). Op punt (a) lijkt wel geacteerd te worden, maar mijns inziens niet effectief. En punt (d) is vooral suggestief (hoop), er wordt wel een andere “slager” aan gewezen, maar de “keuringdienst van waren” blijft buiten in de kou.
4.2 Huidig toezicht Brochure “Klachten over een advocaat” van de Nederlandse orde van Advocaten geeft een vooringenomenheid weer: Alleen de titel meldt een advocaat, in de brochure staat stelselmatig uw advocaat. Erg open voor anderen die klachten hebben, lijkt men niet te zijn. In de advocatenwet is het zoeken naar de rol van de Deken als het gaat om actief toezicht of acteren op signalen (klachten van derden). Dit sluit aan bij de vorige paragraaf, de versterking is kleiner dan één.
Toezicht
19
Op pagina 4-5 staat er “u kunt altijd rekenen op een onafhankelijke behandeling van uw klacht”. Logisch, dat de Deken niet betaald krijgt om een klacht in de doofpot te stoppen (begrip afhankelijkheid), daarop vertrouwen we toch wel. Is hier het woord onpartijdig toevallig vergeten? Toezicht kan zich op verschillende niveaus acteren: • passief, ontbreekt; • reactief, wordt pas actief nadat er een signaal is; • actief, er wordt gezocht naar voorvallen; • proactief, potentiele situaties worden gevonden en er wordt geacteerd; • preventief, algemene maatregelen om problemen te voorkomen ( mooi voorbeeld zijn de waarschuwingen voor snelheid controles, de BOB-reclame, vroeger Postbus 51, e.d.). Het toezicht zoals ik dat momenteel ervaar is vooral passief en soms reactief. De verplichting van enkele studiepunten ligt in de sfeer van preventief, maar de effectiviteit is twijfelachtig (persoonlijke mening die ik nu niet verder onderbouw). Het rapport bevestigt dat ook burger met deze waarnemingen komen. Klachten woorden slecht verwoord. Zeker als het om de wederpartij gaat lijkt de vrijheid (onafhankelijkheid advocaat) ongelimiteerd. Sluit dat aan bij de normen in onze samenleving of is dit passief toezicht? Mij lijkt dat de dekens en de raden van Toezicht moeite hebben met het onderscheid tussen de begrippen tuchtrecht en strafrecht. Bij strafrecht is het gevolg van de ongewenste handeling vooral bepalend voor de strafmaat, bij tuchtrecht hoort dat de kans op zo’n gevolg te zijn en de mate van verwijtbaarheid. Tuchtrecht dient de kwaliteit te borgen en kan dus ook preventie zijn.
20
Wegwijzer tot betere Advocatuur
4.3 Preventief toezicht & ondersteuning Tijd voor een andere benadering, een wat luchtigere kijk op deze zware problematiek. Met common sense kunnen “we” veel te weten komen, “we” is hier als samen bedoelt. Dus u, de lezer doet mee. Lezersenquête: • wel eens gevlogen? • vertrouwen in de vliegmaatschappij, de piloten en de vliegtuigen? • waarom (u bent honderd procent afhankelijk)? • wat doet statiek, de relatief lage ongeval cijfers? • weet u wat de luchtvaart doet om dergelijke cijfers te realiseren • kunnen anderen (de rechtspraak) hier van leren? Het toezicht is ondergebracht bij De Inspectie Leefomgeving en Transport11. Er zijn diverse wettelijke regels, hoe gaat de sector met die regels om? Wat is de dagelijkse praktijk? Volgens mij is deze beroepssector extreem gericht op veiligheid. Veiligheid is een aspect van kwaliteit. Hoe extreem, dat kunnen in het nieuws lezen: • een luchtmaatschappij besluit tot ontslag van twee stewardessen. Een is ruim 30 jaar in dienst en heeft enige uren voor de vlucht een wijntje heeft gedronken. De kantonrechter stelt de luchtvaartmaatschappij in gelijk, er volgt ontslag zonder vergoeding.12 • Ryanair in het nieuws: piloten die melden dat met weinig brandstof gevlogen wordt.13 In beide gevallen is er geen sprake van een ongeval. In het tweede geval wordt gesuggereerd dat de vliegveiligheid in gevaar komt, waar met ruim 1500 vluchten per dag nog geen concreet voorval is geweest. Ter vergelijk: de advocaat die zich niet goed op een zaak voorbereid (inspanningsverplichting) of de rechter die thuis vertrek met een fikse ruzie met zijn partner en aansluitend een echtscheidingszaak heeft. Wat zijn de mogelijkheden binnen de rechtspraak om een zitting op het laatste moment uit te stellen? Hoe goed kunnen mensen verantwoordelijkheid nemen (omgevingsfactor)? www.ilent.nl Luchtvaart zoeken.rechtspraak.nl / ljn=BX0069 13 nrc.nl, 2012/12/28, piloten-luiden-noodklok-over-veiligheid-ryanair 11 12
Toezicht
21
Welke strafmaatregelen horen erbij als een rechter of advocaat zijn verantwoordelijkheid niet neemt? Dit heeft niet alleen betrekking op toezicht, dit heeft ook betrekking op inregelen. In de luchtvaart wordt dus scherp gereageerd op signalen, in de voorbeelden volgt respectievelijk ontslag en de minister stelt vragen aan de Ierse luchtvaart autoriteit. Hier werkt intern toezicht en maatschappelijk toezicht zodanig dat de Inspectie Leefomgeving en Transport niet of nauwelijks hoeft te acteren. Interessante vraag is wat de Inspectie de dames voor een straf had gegeven. In de luchtvaart is de beroepssector bezig met veiligheid (kwaliteit), veiligheid als mentaliteit en het interne toezicht (check-lists). Hiermee is de noodzaak van extern actief toezicht laag, incidenten zijn relatief zeldzaam. Dit komt door veel pro-actief toezicht en bij inzichten re-actief toezicht. In het wegverkeer gaat dat minder streng. Een vrachtchauffeur betaalt zijn eigen boetes en de meeste werkgevers zullen de overheid handhavingsmaatregelen ruimschoots voldoende vinden. Mentaliteit is onderdeel van het pro-actief / preventief toezicht. De medewerker is kritisch naar zichzelf. Aan mentaliteit kan gewerkt worden, maar hierbij is wel de houding van het management c.q. de hogere rangen belangrijk. Processen om dit te verbeteren kunnen ondersteund worden met psychologische toetsingen, misschien wel belangrijker dan de verplichte studiepunten. Het kenniscentrum Wwft is natuurlijk een vorm van ondersteuning. Echter, deze specifieke noodzaak zal niet zal bijdragen in het vertrouwen in de advocatuur. Het had eigenlijk niet mogen bestaan. Stelling: Te meer men weg blijft van de grens van het toelaatbare (ethiek), des te minder interessant is de exacte locatie van deze grens.
22
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Integriteit & waarden en normen
23
5 Integriteit & waarden en normen 5.1 Discussies De uitspraak “een beetje integer bestaat niet” van Ien Dales op het jaarcongres van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten 1992 blijft voortleven. De maatschappelijke aandacht voor dit thema blijkt wel uit de volgende websites: • • •
Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector14 Ien Dales Lezing15 Ien Dales Leerstoel16
Het past niet hier een aangepaste visie te plaatsen, onze maatschappelijke wens is duidelijk. Maar deze gemeenschappelijke wens is nog geen feit. Verwachten we niet van de ander dat deze net een beetje meer integer is dan we zelf zijn? Volgens Ien kan dat niet, want je bent het of niet. Maar toch, gedrag kan op meerdere manieren onder spanning komen te staan: • de aantrekkingskracht van een prettige bijkomstigheid (geld, goederen, positie); • ten opzichte van een ander, die (nog) minder integer is; • voorkomen van een groot (persoonlijk) nadeel; • chantage of serieuze bedreiging. Ronald Plasterk stelt in een vraaggesprek in december 2012 dat integer en integer handelen twee verschillende zaken zijn. Daar is wat voor te zeggen, immers: Iemand kan integer zijn, maar onder druk van bedreiging of grote persoonlijke problemen niet integer handelen. In de gaten hebben dat http://www.integriteitoverheid.nl http://www.daleslezing.nl 16 http://www.caop.nl/leerstoelen/ien-dales-leerstoel/algemeen.html 14 15
24
Wegwijzer tot betere Advocatuur
belangenverstrengeling soms van verwaarloosbaar groeit naar duidelijk aanwezig, kan erg moeilijk zijn. Het moment om te “knippen” wordt dan te laat gezien en gekozen. De kunst van reflectie ;) Is dat niet juist wat de samenleving van een Deken van de Orde van de Advocaten verwacht? Volgens sommigen niet echt nodig, zie de Volkskrant 9 april 2010: Docters van Leeuwen pleitte donderdag voor extra bevoegdheden voor lokale dekens, die toezicht houden op raadslieden in hun regio. Hij wil het mogelijk maken dat dekens advocaten een boete geven of uit het vak zetten. ‘De rol van de deken is nu te broederlijk en zou meer iets moeten hebben van een bovenmeester’, zei hij. ‘Ik vind dit volslagen waanzin’, stelt strafpleiter Gerard Spong. ‘Er is ruim voldoende toezicht op advocaten. Het wordt steeds strenger; sinds een jaar kunnen dekens met spoed schorsing van een raadsman aanvragen. De meeste advocatenkantoren worden structureel doorgelicht. We hebben de afgelopen driehonderd jaar onze eigen integriteit en kwaliteit bewaakt. Er zijn een paar rotte appels maar deze draconische maatregelen zijn onnodig. Dit is puur populisme.
Waarom stelt Gerard Spong zich zo op? Ik zie twee mogelijkheden: • eergevoel, controle plaatst hem afhankelijk en in een lagere rang; • vrijheidsbeperking, ruimte die hij gebruikte en niet wil missen; • schrijft Gerard met een ganzenveer, komt hij met een koets en zit ’s avonds bij de haard?
5.2 Respect Respect is iets dat zich niet laat afdwingen. Respect zit in de mens en wat deze voelt kan anders zijn dan bij gelegenheid wordt getoond. Keurige teksten en formele benadering zijn geen garantie voor respect, ze kunnen er hoogstens deel van uit maken. Juist in onze mondige, moderne samenleving werkt het afdwingen van respect tegengesteld. Zelf merk ik weinig respect voor de burger bij juristen c.q. de juridische overheid. Waarom verwachten die juristen c.q. juridisch overheid dan wel met respect behandeld te worden?
Integriteit & waarden en normen
25
5.3 Advocaat aan het woord Gezien het verloop tijdens een zitting heb ik aansluitend een vraag aan mijn advocate gesteld. Een half jaar later wil ik haar antwoord nogmaals hebben en schriftelijk. Ik stuur haar 8 augustus 2012 een email met de volgende tekst: Mij staat een opmerking van jou bij en wil even controleren of ik die goed begrepen en onthouden heb. Toen we na de rechtszitting in januari buiten napraten had ik het over mijn waarneming dat [advocate tegen partij] gewoon voor de rechter onwaarheden vertelde, iets wat mij verbaasde. Jij legde mij uit dat een advocaat een partij vertegenwoordigd en daarbij ook dit middel mag gebruiken. Heb ik dat goed onthouden?
Haar antwoord is veelzeggend: Op de opleiding tot advocaat wordt verteld dat een advocaat halve of onwaarheden kan vertellen wanneer dit in het belang van zijn cliënt is. De ene advocaat doet dit wel en de andere niet. De laatste is naar mijn mening het meest te respecteren en wordt ook meer gerespecteerd door de rechters. In de praktijk blijkt dat rechter er rekening mee houden dat advocaten onwaarheden kunnen vertellen in het belang van hun cliënt. Wanneer een bericht van een advocaat van belang is voor de uitkomst van een zaak, zal dan ook niet alleen op dat bericht worden afgegaan, maar zal dit nader moeten worden onderbouwd. Dit geldt dus voor berichten van zowel de partijen zelf als van hun advocaten. De Orde van Advocaten zal, zo schat ik in, niet snel een advocaat op de vingers tikken voor het vertellen van onwaarheden. De Orde stelt namelijk dat veel geoorloofd is, wanneer dit in het belang van cliënten is. Dit wordt anders wanneer de advocaat met zijn berichtgeving de gedragsregels schendt, dus bijvoorbeeld de belangen van zijn cliënt uit het oog verliest of zich onnodig grievend uitlaat.
Ik lees hier de volgende zaken: • haar persoonlijke mening en ethiek, een bevestiging van mijn goede keuze; • dat in de opleiding artikel 21 van het rechtsboek van Rechtsvordering met een behoorlijke korrel zout wordt genomen. Ik kan niet beoordelen hoe representatief haar opleiding is; • haar persoonlijke ervaring met de Orde van Advocaten. Hoewel niet schriftelijk vastgelegd en soms meer subtiel verwoord, soortgelijke informatie heb ik ook van andere advocaten.
26
Wegwijzer tot betere Advocatuur
5.4 mr. Rein Jan Hoekstra Eigenlijk zou de heer Hoekstra niet persoonlijk in dit hoofdstuk mogen voorkomen. Immers de onderzoeker die integriteit als onderwerp heeft, moet zelf op dit punt buiten discussie zijn. Voor mij was dat ook zo, totdat ik een persoonlijk gesprek met hem had op 9 januari 2013. Tot die tijd had ik wel twijfels over zijn aanpak, maar zag dat meer als verschil van inzicht. In mijn reflectieverslag17 maak ik uitgebreid melding van bevindingen, hier de essentie samengevat met oog op dit thema: • ons gesprek is 8 werkdagen voordat zijn rapport uitkomt. Is mijn bijdrage (en die van 2 anderen) nog relevant? • waarom heeft hij mijn brieven niet gelezen en krijg ik geen excuses voor het ontbreken van zijn voorbereiding? • waarom verandert de stoïcijnse houding in vurig als ik D66 noem? Hij noemt deze partij de “oorzaak” van “de problemen” en heeft zich er vroeger tegen verzet. • waarom heeft zijn opdrachtgever mij niet geïnformeerd over zijn onderzoek? • waarom heeft hij bij mij of de Nationale Ombudsman geen stukken opgevraagd? Deze vragen gaan voorbij verschil van benaderingswijze en inzicht. Ik voel mij bedrogen en niet serieus genomen. Omdat er niets specifieks tussen ons is, ik ben immers een onbekende burger, voel ik hier: met mij wordt de samenleving bedrogen. De burger heeft wel mogen spreken, maar een luisterend oor was er niet. En dan komen er meer vragen op: • waarom heeft deze 71-jarige jurist nog zoveel functies en bijverdienste? • waarom komen zijn inkomsten ter discussie (juni 2011, NRC18 (boven Balkenende norm)? • is er een verborgen agenda, lag de uitkomst van het rapport voor start al bijna vast (bewust of onbewust)? • is dat onafhankelijk van instructie.
17 18
zie gespreksverslag op de ondersteunende website nrc.nl, 2011/06/03, ook-cdaer-hoekstra-verdient-te-veel/
Integriteit & waarden en normen
27
Want hoe was de opdracht ook alweer: U doet dit onafhankelijk en zonder instructie van de zijde van de Nederlandse Orde van Advocaten. En dan nog de vraag hieronder die de landelijke deken mr. Jan Loorbach niet beantwoord heeft. Wie financiert de Nederlandse Orde van Advocaten en daarmee dit rapport? Mijn brief van 4 december 2012, reactie op zijn antwoord van 20 november: Uw opmerking “wat dat betreft zijn wij niet anders dan andere beroepssectoren” is bijzonder. Voor mij geeft deze opmerking aan dat uw focus niet maatschappelijk is, maar gericht op de “leden” van uw “vereniging”. Ik stel bijzonder, omdat uw “vereniging van praktiserende advocaten” bij wet bestaat en, maar hier kan ik het mis hebben, ook met gemeenschapsgelden gefinancierd wordt. Dus de primaire focus moet niet het belang van de “leden” zijn, maar de door de gemeenschap gedefinieerde taak, correct gedrag. Dus gedrag in plaats van belang.
Uit bijlage 2 van het rapport begrijp ik dat advocaten een financiële bijdrage leveren.
28
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Anekdotes
29
6 Anekdotes 6.1 Toelichting Deze anekdotes vertellen niet alleen iets over anderen, ze geven ook aan hoe ik zaken opneem: • Mijn ervaringen met rechtspraak en juristen. Mijn teleurstellingen hierbij, deze teleurstellingen hebben mijn beeld ge(mis)vormd. Hiermee kan de lezer zich beter de schrijver voorstellen; • Ze geven ook aan waarover ik eerder schreef, de “setting” waarin ik advocaten en juristen veelal zie werken, in een andere setting zie ik oplossingen.
6.2 Griffie Rechtbank Arnhem (1) Op 22 mei 2006 stuur ik de rechtbank Arnhem een brief. Ik informeer dat er een en ander niet deugd aan het (eenzijdig) echtscheidingsverzoek dat de advocaat van mijn ex-partner heeft ingediend. Volgens wet/regelgeving mij bekent is een echtscheidingsverzoek van partner met minderjarige kinderen zonder ouderschapsplan niet ontvankelijk. Geen inhoudelijke reactie, ik word verwezen naar een advocaat (waarom?) en krijg ongevraagd 4 weken uitstel.
6.3 Griffie Rechtbank Arnhem (2) Op 16 augustus 2009 stuur ik de rechtbank Arnhem een brief met bijlagen, of eigenlijk de rechter die een zitting van 14 mei 2009 heeft voorgezeten. Krijg alles zonder argument per ommegaande post terug. Probeer “ze” fatsoenlijk uit te leggen dat dit anno 2009 niet kan. Mijn opmerking komt niet aan en weer een reactie die nergens op lijkt. Dien klacht in bij de rechtbank, ook klachtafhandeling lijkt nergens op … en zo gaat de tijd richting jaareinde. De Nationale Ombudsman stelt uiteindelijk in een brief van 23 februari 2010: Dat de door de griffiers gestuurde brieven niet helemaal juist waren ben ik met u eens. Dat het bestuur geen oordeel heeft gegeven over uw klacht komt ook niet overeen met
30
Wegwijzer tot betere Advocatuur
wat een burger mag verwachten van een goede klachtbehandeling. In die zin heeft u ook een punt. Dit vormt echter onvoldoende aanleiding voor een onderzoek.
Maar ik ga niet voor “punten”, ik ga voor kwaliteit. En volgens mij heeft de rechtbank (griffiers, bestuur) niets geleerd.
6.4 Oud bekende (belastingjurist) Twee voorvallen die illustreren hoe smal (sommige, deze) jurist(en) denk(t)(en): • rond 2004 heeft hij problemen op zijn werk en vraagt mij naar ontslagrecht en procedures (ik ben docent wis- en natuurkunde en ben jaren werkzaam in de ICT, maar had me een paar jaar eerder verdiept). • zo rond diezelfde tijd stelt hij me een technische vraag. In zijn vrij nieuwe auto doet de geïntegreerde autoradio het niet meer en de garage wil een gewone inbouwen, maar dan werkt de stuurbediening niet meer. Hij vraagt mij naar een (technische) oplossing. Ik antwoord met consumentenrecht: jij mag een deugdelijk product verwachten en zeg letterlijk “ze halen maar een radio uit Frankrijk” (daar komt het merk vandaan) en “de kosten mogen niet hoger zijn dat de afschrijfwaarde van de radio”. Aldus geschied.
6.5 mr. Piet Hein Donner en (on)behoorlijk bestuur Zomaar een vooral waarvan ik niet begrijp dat er geen motie van wantrouwen werd ingediend. Het gaat over respect en voorbeeldfunctie. Met het invoeren van de algemene identificatieplicht per 1 januari 2005 komt vrij snel een Burger tot het standpunt dat daarmee de kosten van de ID-kaart voor de overheid komen, immers die dwingt de noodzaak tot het hebben af. In plaatst van deze Burger een compliment te geven en dan een keuze te maken tussen het anders routeren van een geldstroom (wie betaald, wanneer en hoe) van ongeveer 10 euro’s per jaar per burger, kiest de overheid voor juridisch strijd. Dat kan, maar erg netjes vind ik dat niet. Na 5 jaar strijd geeft de rechter in Den Bosch de Burger opnieuw gelijk, maar dat is niet genoeg. Ook de Hoge Raad moet zich uitspreken. Weer krijgt de Burger gelijk, het is ondertussen september 2011, dus 6,5 jaar na invoering.
31
Anekdotes
Vals spel vind ik het dan om aansluitend een wetje door de kamer te halen, omdat de gemeenten jammeren over de kosten (geldstroom). Die wet had er in 2005 tegelijk moeten komen of gewoon niet zeuren en toen een alternatieve geldstroom inregelen, zo moeilijk is dat niet. Juist de Algemene wet bestuursrecht is ingesteld om algemene beginselen van behoorlijk bestuur te regelen. Mij lijkt tenminste geschonden (wikipedia volgend): • zorgvuldigheidsbeginsel; • motiveringsbeginsel; • rechtszekerheidsbeginsel. Onze volksvertegenwoordiging “stond er bij en keek er na” en beloont de minister met een mooie nieuwe functie (vicepresident Raad van State).
6.6 mr. Ivo Opstelten en trias politica Nieuwjaarsdag 2013; mr. Ivo Opstelten vertelt publiekelijk zijn mening: er moeten strenge straffen komen bij snelrecht dat wordt toegepast bij de “nieuwjaar relschoppers”. Daarna komt er commotie rondom een rechter die gewoon zijn werk doet. Als er iemand in Nederland zijn persoonlijke mening voor zich had moeten houden, dan was dat wel mr. Ivo Opstelten. Als verantwoordelijk minister maakt hij samen met de volksvertegenwoordiging wetgeving. De rechter toetst de feiten rondom een verdachte met die regelgeving. De rechter, via de media, instructies geven is ongepast en tast een onafhankelijke rechtspraak (trias politica) in haar diepste beginselen aan. Snelrecht is wat anders dan snel mondelinge wetten creëren (die leggen we volgens mij schriftelijk vast). Wanneer Hans Vissers van de politie Zeeland en West-Brabant zijn ongerustheid over hoge verkeersboetes uit, dan vind ik een compliment op zijn plaats. Deze man signaleert een trend die zijn gevolgen zal hebben en hij neemt zijn verantwoordelijkheid serieus. Een trend die zich afspeelt in andere dimensies dan waarin de minister denkt, namelijk: •
de pakkans, gaat nihil worden, politie kijkt immers even de andere kant op;
32
Wegwijzer tot betere Advocatuur
•
•
de hoge boetes direct agressiviteit tegen de “hulpverlener” oproepen, daarmee contraproductief zijn op zijn thema: laat onze hulpverleners hun werk doen”. die andere kant op kijkende politie wordt bij voorbaat geschoffeerd door op te merken dat ze maar geen agent hadden moeten worden als ze moeite met beboeten hebben;
In plaats van snelrecht zou een spoedcursus psychologie en sociologie de minister kunnen helpen. Ik betwist zijn doel niet, stel alleen dat mijn TomTom19 een andere weg ernaartoe aangeeft.
19 Dit is geen reclame, zelf gebruik ik met overtuiging Garmin apparatuur; maar zoals de Amerikanen praten over a xerox als ze een kopietje bedoelen, staat TomTom hier voor een navigatiesysteem.
Visie & alternatieven
33
7 Visie & alternatieven 7.1 Persoonlijke visie De volgende conclusies zijn mijn persoonlijke overtuiging. Ik zal toelichten hoe deze overtuiging tot stand is gekomen en de relatie met zaken die hiervoor beschreven zijn. De bronnen voor mijn conclusies zijn beperkt. Veel is persoonlijke waarneming, dus niet objectief geregistreerd. Maar daarin verschil ik niet in de werkwijze met de heer Hoekstra. Hij is met een open agenda alle lokale dekens langsgegaan, dat was zijn startsituatie.
7.2 Einde vrij spel (toezicht versus sociale controle) Mijn persoonlijke conclusie is dat advocaten momenteel behoorlijk vrij spel hebben. Daarvoor heb ik de volgende indicatoren: • zie handelingen die volgens mij echt niet kunnen en als ik daarover met gerespecteerde advocaten praat dan krijg ik de volgende opmerkingen: o wij bediscussiëren elkaars gedrag niet, tenminste niet openlijk, dat is not done; o de orde is niet geïnteresseerd in bijzonderheden. • de rechtbank (Arnhem) en de rechters (in deze rechtbank) doen niets met signalen; • algemene houding is afstandelijk en arrogant. Hier zie ik: slecht voorbeeld doet slecht volgen. Nu is vrijheid van handelen niet per definitie slecht. ik zie dat net als bij een wapen. Pas als het misbruikt wordt (moord), is het slecht. Net als een wapen kan vrijheid van handelen een wezenlijk onderdeel uitmaken van de uitrusting.
34
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Het goed omgaan met vrijheid moet vooral uit de persoon zelf komen, waarbij opleiding een hulp is. Andere belangrijke hulpmiddelen zijn: • reflectie van amice’s en rechters; • omgeving creëren die veilig is om falen toe te geven, dat voorkomt cognitieve dissonantie; • belonen (complimenten) wanneer iemand in een verleidelijke situatie juist geacteerd heeft; • voorbeeldfunctie van de meer ervaren collega’s, de rechters, de minister (!) etc.; • zij die over de schreef gaan zwaar (effectief) straffen (toezicht). Bij voorbeeldfunctie doel ik ook (vooral) op de hogere instanties en functies. Vandaar ook mijn anekdotes over oud minister Donner en minister Opstelten. Want hoewel mooi verbloemt, voor mij is hun handelen in wezen niet minder laakbaar. Als advocaten hun voorbeeld volgen dan zal de advocatuur afglijden, gelukkig hebben veel juristen op de werkvloer meer inzicht en eergevoel. Een slecht voorbeeld vind ik uitlatingen van mr. Germ Kemper in het programma “Buitenhof” van 23 september 2012. Daarin stel hij dat een advocaat de volgende eigenschapen moet hebben: guts, inventief, grenzen opzoekend, nek uitsteken.20 Misschien is de volgende paragraaf iets voor hem.
7.3 Recht is geen oorlog In een oorlog gaat het om macht en winnen. Oorlogen horen bij de mensheid, ze zijn van alle tijden en alle plaatsen. Het is maar een paar eeuwen geleden dat een mini-oorlog in onze samenleving heel normaal was, we hadden er een mooi woord voor: duel. Het is vandaag de dag niet de bedoeling dat mensen hun meningsverschillen beslechten met een duel. Wezenlijk verschil tussen recht en duel (oorlog) is de (maatschappelijke) keuze om feiten en inhoud te prefereren boven macht en kracht. Maar dat onderscheid lijkt eenvoudiger dan het is: • Is het kenmerk van een betere advocaat niet meer vaardigheid? Ligt vaardigheid niet dichter bij kracht dan bij feiten en inhoud? 20
Buitenhof, afleveringen 23 september 2012, tijdstip 32:20
Visie & alternatieven
•
35
Het de taak van de rechter de voorliggende feiten te beoordelen. Maar begrijpt en interpreteert de rechter feiten altijd goed? Wanneer is een getuigendeskundige nodig die in Jip-en-Janneke taal de rechter zaken uitlegt?
Mijn indruk is dat recht(spraak) soms een vorm van oorlog wordt. Grote zaken die in de media komen, versterken dat. Hiermee verliest de rechtspraak respect en zullen mensen hun eigen oorlog gaan voeren. Advocaten functioneren binnen dit (maatschappelijke) spanningsveld, dat “fout gedrag” stimuleert. Zoals ik begon, mijn indruk … mijn hoop is dat ik er helemaal naast zit.
7.4 Gestructureerde wetgeving? In mijn optiek zijn onze wetten een ongeregeld zooitje. Binnen de ICT noemen we zoiets spaghetti programmatuur21. Ok, ik heb nu de toon gezet. Tijd om met argumenten te komen. Gezien het kader maak ik grote stappen in mijn betoogd om snel naar duidelijkheid te komen. Toen op 21 juni 195222 computers hun intrede in onze samenleving deden was al helder dat deze machines trouw (programma)regels opvolgen. Maar de regels goed definiëren bleek een uitdaging. Informatici hebben snel geleerd om regels te ordenen. Ook hoe nieuwe structuren helpen bij die ordening. Dit was essentieel voor betrouwbare programma’s, betrouwbare computers. Vandaag de dag zijn we niet alleen van afhankelijk van onze PC en smartphone, we vertrouwen ook ons leven aan (computer)systemen, wannneer we in de trein, metro of het vliegtuig23 zitten. Programmeertalen hebben zich in korte tijd ontwikkeld van eerste generatie talen tot vijfde generatie talen 24. En daarbij zijn ook binnen generaties http://nl.wikipedia.org/wiki/Spaghetticode Leuk is dat de datum van de Advocatenwet, 23 juni 1952, de dag dat de Orde van Advocaten het levenslicht zag, in de tijd bijna samenvalt met de eerste computer in Nederland, de ARRA I in het Mathematisch Centrum in Amsterdam. 23 http://nl.wikipedia.org/wiki/Fly-by-wire 24 http://nl.wikipedia.org/wiki/Programmeertaal 21 22
36
Wegwijzer tot betere Advocatuur
behoorlijke ontwikkelingen geweest, zoals bij de derde generatie talen de object-oriented programmeermethode. Informatici verstaan de kunst informatie (regels) vast te leggen over zeer uiteenlopende vakgebieden: taal (spellingcontrole), semantiek (nodig voor goede vertalingen), statistiek, geometrie (GPS, plaatsbepaling) enz. Ik lees in wetten door elkaar en in verschillende soorten van verwoordingen, de entiteiten: • rechten (burger, overheid); • plichten (overheid, burger); • taken (overheid); • procedures (“verborgen rechten burger”, “verborgen taken overheid”).
7.5 Betrouwbare & begrijpbare wetgeving! Verder constateer ik dat sommige wetten, relevant voor de gewone burger, door slechts elke experts goed te interpreteren zijn25. Hoezo dan ”De staat verwacht dat de burger de wet kent”. Dagelijks nieuwe wetten maken draagt niet bij tot een geordende samenleving. Wat moet de burger met een regering die haar eigen feestje viert? Wat kunnen advocaten en handhavers? De basis van wetgeving, namelijk begrijpelijk vastleggen wat de democratische orde van de samenleving is, lijkt voorbijgeschoten te zijn. Hierdoor lijkt een spel van regeltjes (mis)bruiken mogelijk te worden. En dan verwijs ik naar de vorige paragrafen. In mijn gesprek met de heer Hoekstra heb ik het hier kort over gehad en ook in mijn reflectieverslag staat dit beschreven. Dan heb ik het over inschakelen van informatici om onze regelgeving te structuren en als voorbeeld gebruik ik het succes: mijn smartphone. Miljoenen regels worden er per seconde uitgevoerd, niet zomaar … gewoon perfect. Maar niet alleen informatica kunnen een waardevolle bijdragen leveren, ook talloze andere disciplines.
25 Recent voorval dat betrekking had op de combinatie scheiding, verkoop woning, hypotheek, KEW, belasting
Visie & alternatieven
37
De beroepsgroep juristen zonder zich in onze moderne samenleving af door zonder andere disciplines alles te willen regelen. Alsof anderen hun specifieke inzichten niet zouden kunnen begrijpen of aanvullen. Op het moment dat ik in de supermarkt geplakt lamsvlees koop, geplakt met een lijm van dierlijk materiaal, besef ik dat ook de slager een biochemicus heeft geraadpleegd. Dus ik eet een lekker stukje multidisciplinair vervaardigt stuk vlees van hoge kwaliteit. Ik pleit voor herstructurering van onze wetgeving. Hierbij vooral gebruik te maken van andere disciplines. Volgens mij een voorwaarde voor een beter functionerende advocatuur, maar ook erg interessant voor universiteiten: recht in een modern jasje. Hoewel het er niet staat, een begrijpend lezer door hebben dat mijn profielschets voor minister van Justitie (tegenwoordig ook Veiligheid) niet meer als belangrijkste kenmerk heeft: juridisch museumstuk. Na 200 jaar wetgeving en 60 jaar advocatenwet is een frisse grondige schoonmaak op zijn plaats. Hierbij stel ik voor Albert Einstein nog eens aan te halen: No problem can be solved from the same level of consciousness that created it.
7.6 Meten is weten Iedereen heeft iets meegekregen over cookies. Elke website, die bezocht wordt, meldt tegenwoordig dat cookies gebruikt worden. Een wettelijke verplichting omdat cookies veel informatie vastleggen over de gebruiker. Ik de gezondheidzorg worden de kleinste details vastgelegd en er wordt naar teruggekeken. Het vastleggen van informatie over advocaten en rechters, hoe die elkaar beoordelen in een zaak is peanuts. Technisch stelt dit niets voor, het is de wil om te willen weten en te meten. Met fuzzy logic principes, maar ook met andere ICT en statistische technieken is vrij eenvoudig vast te stellen wie gemiddeld is en wie niet. Er zijn dan gegevens waarop ingezoomd kan worden, gewoon normaalwaarden
38
Wegwijzer tot betere Advocatuur
bepalen en instellen. Dan is eenvoudig elke deviatie daarvan automatisch te rapporteren. Dan kan op de reden worden ingezoomd. Dit is wel toezicht, maar toezicht anno 2013 niet anno 194126.
7.7 Gelijkwaardige berechting Een redelijkheid rechtsbeginsel is, dat in gelijke situaties gelijk recht wordt toegepast. Maar recht is mensenwerk. De wetgever lijkt een trend te zetten om bijna gegarandeerd dezelfde uitkomsten te krijgen bij gelijke situaties in rechtszaken over Nederland. Ook binnen de rechtbanken speelt dit thema, onderlinge afstemming. Met de doelstelling is niets mis, die is perfect. Echter in de praktijk kan (te) rigide deze doelstelling nastreven wel juist averechts werken. Want de veelheid en fijnheid van regels laat serieus de vraag ontstaan of rechters nog in staat zijn met een dezelfde fijnheid de feiten te beoordelen en te vergelijken. Hierdoor ontstaat ook de volgende vraag: is dit niet een schijngelijkheid. Een hele dure en ineffectieve schijn-gelijkheid? Een focus op gelijkwaardig lijkt mij belangrijker dan een onhaalbare gelijkheid.
7.8 Strafrecht: no deal In strafzaken zie ik iets dat mij behoorlijk verbaasd. Er ontstaat vaak een duur spel tussen partijen, O.M. en advocaat van verdachte, over de voorliggende feiten. Bewijsstukken die onjuist tot stand zijn gekomen. Bijvoorbeeld Politie of het O.M. heeft beelden van internet gehaald, zonder “recht” iemand ondervraagd, huiszoeking gedaan etc. Mijn verbazing is dat dit allemaal tot strafvermindering kan leiden. Dus het is voor de verdediging uiterst interessant om dergelijke “feiten” te vinden en aan te dragen. Sterker nog, ik krijg het gevoel dat notoire vergrijpers hier een goed gevoel voor hebben ontwikkeld en handig zaken uitlokken. Kan dit niet gewoon rechtlijnig: foutgedrag wordt afgestraft, wie het ook vertoont.
26
Geboortejaar mr. Rein Jan Hoekstra
Visie & alternatieven
39
Als het O.M. of de politie hun werk ernstige tekortkomingen heeft, dan heeft dat heden weinig gevolgen voor de personen of afdelingen. Wel heeft het strafvermindering bij de andere partij tot gevolg. Rekenkundig klopt dit niet, ik ga even extreem: stel er is een heel foute misdadiger en de politie schiet volledig tekort fout in de manier waarop ze deze misdadiger aanpakken. Resultaat is dat de misdadiger vrijgesproken wordt (geen toelaatbaar bewijs e.d.) en misschien wat Kamervragen. Dus totaal uitgedeelde straf = 0. Terwijl er twee partijen goed de fout in gaan. Resultaat had moeten zijn: misdadiger achter slot en grendel en betrokken medewerkers of afdelingen van justitie straffen opleggen. Dus totaal uitgedeelde straffen = 2. Voor mij is ontoelaatbaar bewijs uitsluitend bewijs waaraan getwijfel moet worden of het feit klopt, niet de manier waarop het vergaard is. Zolang die wijze van verkrijging de betrouwbaarheid niet beïnvloed. Nu ontstaat er een duur spel waarbij de samenleving de grote verliezer is. Immers geen correctie bij fout gedrag en dus wordt dit gedrag “beloond”. Stelling: recht is geen oorlog en recht is geen spel. Feit is feit, en feiten moeten onpartijdig en onafhankelijk beoordeeld worden. Als justitie ontoelaatbare fouten maakt, dan moeten verantwoordelijke daarvoor gestraft worden. Op manier wordt er aan kwaliteit gewerkt.
7.9 Respect & vertrouwen Respect in haar verschijningsvormen, werkelijke of toneelstukje, is al aan de orde geweest. Voor een goed werkende rechtspraak is respect essentieel. Basis van dit vertrouwen is de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van rechter en de partijdigheid van de advocaat. Voor respect is naast dat vertrouwen ook de overtuiging dat zij voldoende wijsheid hebben.
40
Wegwijzer tot betere Advocatuur
En hier geldt hetzelfde wat voor de politiek geldt, uiteindelijk telt het resultaat. Vertrouwen in de politiek is niet hoog en dalende, dat blijkt uit recent onderzoek27 28. De meeste mensen hebben een redelijk besef van goed en fout. Als door een (te vertrouwen) onafhankelijke persoon wordt uitgelegd waarom hun standpunt niet klopt (civielrecht) of hoe ernstig hun vergrijp is (strafrecht), zal men er vrede mee kunnen hebben. Dus goede uitleg is belangrijk. Met onrecht heeft niemand vrede, dat blijft etteren. Recht is mensenwerk en fouten zijn niet te voorkomen. Het is vooral de manier waarop er met fouten wordt omgegaan die het vertrouwen in de rechtsspraak en het respect voor de juristen gaat bepalen.
7.10 Eerstelijns rechtspraak Een oorlog is niet altijd nodig. Al eerder gesteld, veel mensen zijn redelijk, vaak is met wat begeleiding en uitleg snel iets te bereiken (mediation). Waarom is het startpunt in onze rechtsspraak dat partijen zich met hun eigen advocaten ingraven in hun stellingen? In de gezondheidszorg moet men eerst naar de huisarts voordat men bij een specialist kan komen. Bij de talloze helpdesken (eerste lijn) speelt hetzelfde. Wat te denken van een eerstelijns rechtspraak? De oprichting van de Nationale Geschillencommissie. Een instituut met landelijke verspreiding, medewerkers met juridische achtergrond en vooral goed in bemiddeling. Als mogelijke uitkomsten van deze eerstelijns rechtspraak (civiel recht) zie ik: • geschil wordt naar tevredenheid opgelost; • de zaak is te complex voor de eerstelijnsrechtspraak en wordt doorverwezen (lage griffierechten); • de eerstelijns bemiddelaar doet een concreet voorstel, maar partijen kunnen daar niet mee uit de voeten (hoge griffierechten). Advocaten mogen alleen zaken aannemen nadat de eerstelijns rechtsspraak een uitspraak heeft gedaan en alleen doorgaan op de hoofdlijn van het oorspronkelijke verschil. 27 28
newsroom.edelmanpr.nl, edelman-trust-barometer/trust-barometer-2013 volkskrant.nl, /Binnenland, 2013/01/21, Nederland-is-vertrouwen-in-leiders-kwijt
Visie & alternatieven
41
Voor publiekrecht is deze constructie ook een alternatief. Feitelijk gebeurt het al zaken in deze sfeer (transactievoorstel). De vraag is of het op deze manier moet. Mogelijk is uitbreiding en beoordeling door een onafhankelijke, de eerstelijns rechtspraak, efficiënt en sluit beter aan bij rechtsbeginselen. Hot news: lees net dat er een wetvoorstel in deze richting klaarligt. Een te kleine stap en uitsluitend gericht op de geschillencommissies29. Daarmee is de richting nog niet helemaal de juiste. Maar ja, elk stapje is er eentje niet?
http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/venj/nieuws/2013/02/01/kabinet-moderniseertarbitrage.html 29
42
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Tot slot
43
8 Tot slot 8.1 Verantwoording Alles wat ik u, de lezer, hier bied komt uit eigen ervaringen en gedachtenspinsels. Van de ervaringen wil ik een deel delen, immers ze onderbouwen mijn betoogd. Hiervoor heb ik een website gemaakt die bij deze publicatie actief is, maar slechts korte tijd, in deze vorm, zal blijven bestaan. Voor de domeinnaam, op 9 november 2012 vastgelegd, koos ik een alternatief op advocatenorde.nl, zonder al te veel bijbedoelingen en met in gedachte Wim Sonneveld’s “een geintje meneer Sonneberg”, de naam advocatenwanorde.nl. Op www.advocatenwanorde.nl vindt u brieven, gespreksverslagen en ook dit document. Het gebruikte lettertype voor de tekst is Palatino. Sinds ik het 25 jaar geleden voor het eerst gebruikte voor het geboortekaartje van mijn oudste dochter, mijn huisstijl.
8.2 Dankwoord Veel Nederlanders vormen een mening en op de vele verjaardagbijeenkomsten worden deze meningen gedeeld. In mijn situatie gaat het om een mening die niet zomaar bestaat. Een mening met een achtergrond, een historie. De historie is pijnlijk, maar ik voel me wel verrijkt in mijn inzichten. Ruim 7 x 7 jaar geleefd buiten de wereld van het (on)recht en nu 7 jaar er midden in. Tot de filosofie, psychologie en het humanisme heb ik mij altijd aangetrokken gevoeld. Al deze aspecten heb ik ook aangetroffen. Ik voel met deze ervaringen een verrijking van inzicht en het brengt me tot dezelfde uitspraak die ik na mijn militaire dienstplicht deed: Ik had het nooit willen meemaken, zou het zeker niet opnieuw willen doen, maar de ervaringen zijn te kostbaar om te willen missen.
44
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Deze ontdekkingsreis nadert haar einde en dat geeft me op dit punt rust en ook zekere voldoening, samen met de vele teleurstellingen. Eenmaal ten einde ik hoop met een nieuwe reis te beginnen. Daarin wil ik graag deze ervaringen gebruiken om een steentje bij te dragen aan verbeteringen. De mogelijkheden zie ik. Fragmenten ervan heb ik beschreven en ik weet dat er tallozen zijn die zich in ons land hiervoor inspannen en willen inspannen. De positieve en productieve geest is bij zo velen. De echte kans komt van het hoogste niveau, ik verwijs naar de anekdotes. Deze reis was nooit mogelijk geweest zonder: • rechters en (vice)-presidenten van de Rechtbank Arnhem; • fungerend hoofdofficier van het O.M. Arnhem; • drie rechters in de art. 12 procedure bij het Gerechtshof Arnhem; • het parket Arnhem in navolging van de hoofdofficier van Politie Nijmegen; • de Deken en de raad van Toezicht van de Orde van Advocaten Arnhem; • en last but not least mr. Rein Jan Hoekstra. Al die ontwijkende zinnen, blind vasthouden aan beslissingen, niet argumenteren, het schenden van procedures e.d.. Samengevat: enige systematiek in juristenwereld. Dank aan mijn partner die mijn dagelijkse worsteling om integer te blijven, heeft aangezien. Ook hoop ik dat mijn kinderen begrijpen dat ik hun begrijp en respecteer. Het woord waar alles om draait en ik mee afsluit. Dat wat gegeven moet worden om te kunnen ontvangen: respect.
45
Bijlagen
Bijlagen A. Open brief aan de staatssecretaris Aan
mr. F. Teeven Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Ministerie van Veiligheid en Justitie Postbus 20301 2500 EH Den Haag Nijmegen, 4 februari 2013
onderwerp: Toezicht Advocatuur Geachte heer Teeven, Uw aandacht voor het toezicht op de advocatuur volg ik met grote interesse. Zijnde geen jurist denk ik, net als een kunstcriticus geen kunstenaar is, zaken op een eigen wijze te kunnen beoordelen. Hierbij wil ik u mijn zienswijze en indrukken overbrengen. Als ervaringsdeskundige heb ik ervaren in welke mate het huidige toezicht faalt en vastgelegd waarom. In de discussie over het Toezicht op de Advocatuur ervaar ik: a) Verweer van de Orde, van mr. Jan Loorbach, als een theoretisch betoog dat niet past binnen onze Nederlandse samenleving. b) Onafhankelijkheid van de advocaat juist in het geding komend bij de lijn van de Orde. c) Het beleid de Orde als kwaliteit-verlagend. In dit geval geldt: “behaalde resultaat in het verleden is een zekere garantie voor de toekomst”. d) Goede alternatieven, die de onafhankelijkheid van de advocaat beter borgen en die de kwaliteit wel verhogen, vallen buiten de discussie. A. Betoog Loorbach theoretisch Het betoog van mr. Jan Loorbach gaat over de situatie waarbij de cliënt tegen de Staat der Nederlanden staat. Niet zomaar een situatie in het bestuurs- of strafrecht, maar die waarbij belangen zodanig zijn dat de Staat (dus u) het elementaire recht op een onafhankelijke advocaat overweegt te schenden.
46
Wegwijzer tot betere Advocatuur
•
•
•
•
Situatie beoordeelt Dit is een uitzonderlijke zaak, bij gewoon straf- of bestuursrechtzaken in Nederland speelt dit geen rol. In Nederland is hierbij een belangrijke toevoeging. Onze vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van personen om te handelen zoals zij dat zelf willen, de bescherming van de persoonlijke integriteit is hoog en staat nauwelijks ter discussie. Consequentie ontbreekt Wanneer mr. Jan Loorbach zijn situatie realistisch is, dan had deze realiteit nu al moeten leiden tot burgers die Nederland ontvluchten omdat hier geen eerlijk proces mogelijk is. Van Nederlandse dissidenten of Nederlandse asielzoekers in het buitenland is mij niets bekend. Moet ik hier complottheorieën verwachten en dat de Staat met censuur dit geheim weet te houden, nee toch! Borging door EHRM In genoemde situatie is onafhankelijkheid van de advocaat al gegarandeerd. Immers het EVRM (art 6) garandeert dat de advocaat en zijn cliënt kunnen acteren zoals dat voor een eerlijk proces nodig is. Belangenafweging … Het is bestuurlijk gezien niet verstandig om het toezicht te richten op slechts een fractie van de voorvallen. Straf- en bestuursrecht zijn minder dan een derde van de rechtszaken (bron CBS). Ik zie uitsluitend bij zaken als een Betuwelijn, Chipshol, moord op Pim Fortuyn, Theo van Gogh e.d., een potentiele situatie. Maar door de Nederlandse media wordt dit puur hypothetisch. Misschien is Jan paranoïde.
B. Onafhankelijkheid gegarandeerd De discussie gaat over het toezicht en tuchtrecht, hoe dat wordt geregeld. Hierbij zet de Orde in op de noodzaak dat een advocaat onafhankelijk moet kunnen handelen. Dat is terecht. Dit is pas echt te garanderen als alle mogelijke afhankelijkheden in kaart zijn gebracht. Duidelijk is dat een advocaat onafhankelijk moet zijn van: • de tegenpartij (mogelijk de Staat in strafrecht of bestuursrecht); • de cliënt (deze mag de advocaat niet manipuleren of chanteren; hier is toch alleen de rechte rug van de advocaat een waarborg); • maatschappelijke druk (media e.d., weer die rechte rug); • Nederlandse Orde van Advocaten, de beroepsvereniging waar hij/zij verplicht lid van is. Mij lijkt de aanname dat er geen advocaat bestaat waarbij tussen deze persoon en de Orde spanning bestaat onrealistisch. Zeker als toezicht op meerdere aandachtspunten heeft, zoals gedragsregels, studiepunten en kantoororganisatie.
Bijlagen
47
Op 16 november 2012 heb ik aan mr. Jan Loorbach een brief geschreven waarin ik die onafhankelijkheid vanuit meerdere invalshoeken beschrijf en beoordeel. Hierin schrijf ik: Als de Orde van Advocaten onafhankelijk kan opereren, inclusief het toezicht, kunnen de individuele advocaten dat dan nog wel? Is het niet zo dat de cultuur om niet uit de school te klappen behoorlijk aanwezig is? Ik heb gemerkt dat advocaten moeite hebben om open met mij te praten, immers dat is “not done”; kan het afhankelijker? Mij lijkt onafhankelijke advocaten meer van belangrijk dan een onafhankelijke Orde. Verder lijkt mij dat onafhankelijk vooral tussen de oren zit, het is een vorm van denken. Dat de Orde toezicht en tuchtrecht (bijna geheel) zelfstandig regelt is daarmee uit den boze. C. Het beleid van de Orde Het is mijn indruk dat de Orde een machtsimperium is geworden met een eigen agenda. Toen 30 jaar geleden minister Job de Ruiter de advocatenwet aanscherpte had hij de situatie van vandaag de dag niet voor ogen. Ik lees de verwachting van noblesse oblige. Dekens die scherp zijn op signalen, daarmee het tegenovergestelde van nu (ik ben ervaringsdeskundige). Pas nadat de belastingdienst maatregelen neemt acteert de Orde (Bram Moscovitch), bij adequaat toezicht ondenkbaar. Mr. Jan Loorbach noemt in een antwoord aan mij de Orde een beroepsvereniging en vindt dat de Orde niet anders scoort dan andere beroepsverenigingen. Mij lijkt een beroepsvereniging (belang leden) en een wettelijke taak (belang samenleving) een ontoelaatbare belangenverstrengeling. Verder maakt Jan duidelijk waar zijn aandacht zit. D. Alternatieven U spreekt over de slager die zijn eigen vlees niet moet keuren. Dat juich ik toe, echter mijn begrip van slager is anders. In het tuchtrecht zou ik ook graag rechters zien met een ander discipline dan jurist. Bijvoorbeeld sociologen, psychologen, economen, natuurkundigen etc. Minimaal voor een derde, liever meer. Ik pleit voor een duidelijker scheiding tussen tuchtrecht en strafrecht. Tuchtrecht is bedoeld om de professionaliteit te bewaken. In dat kader is een opmerking die binnen het medisch tuchtrecht gemaakt is, belangrijk: gedrag
48
Wegwijzer tot betere Advocatuur
veroordelen zonder een maatregel op te leggen. De sanctie zou kunnen zijn dat het gedrag als onprofessioneel wordt beoordeeld (lichter dan waarschuwing). Verder stel ik voor het tuchtrecht een zaak aan de strafrechter kan voorleggen, feitelijk een verplichte opdracht aan het O.M.. In ons land kennen we diverse Nederlandse [aandachtsgebied] autoriteit, waarbij het aandachtsgebied kan zijn: voedsel en waren, emissie, zorg, mededinging etc.. Ik pleit voor toezicht door zo een landelijke toezichthouder. Landelijk, immers een regionaal karakter werkt een ons-kent-ons cultuur te veel in de hand. Deze brief is ook opgenomen in mijn boekje “Wegwijzer tot beter Advocatuur” dat ik deze week zal aanbieden. Hoewel ik enkele zaken expliciet verwoord, is slechts de bedoeling een denktrant over te dragen. met vriendelijke groet, Emile Gemmeke
49
Bijlagen
B. Open brief aan de secretaris van de Rapporteur Aan drs. Niels Hupkes secretaris van de Rapporteur Toezicht Nederlandse Orde van Advocaten Postbus 30851 2500 GW Den Haag Nijmegen, 29 januari 2013 Beste Niels, Ik heb gisterenmiddag om half vijf jouw email ontvangen, daarin: Bij e-mail van 21 januari jl. zegde ik toe u een papieren exemplaar van het eindrapport van de heer Hoekstra toe te sturen. Ik was daar nog niet aan toegekomen. Inmiddels begrijp ik naar aanleiding van uw e-mail van 23 januari dat u het eindrapport hebt gelezen. Mijn vraag aan u is of u nog steeds prijs stelt op een papieren exemplaar van het eindrapport. Voor mij valt deze vraag in een groter kader, hierop ga ik eerst in. Het kader is: er is niets nieuws onder de zon.30 Al eeuwen voor Christus toonde Zeno van Eleana met de paradox over Achilles en de schildpad31 aan: betogen met juistheden kunnen tot onjuiste conclusies leiden. Onjuiste conclusies na mooie betogen zie ik talloos. Jouw vraag valt in dit kader, ook hier (de suggestie van) een conclusie die niet deugdelijk is. Bij mooie betogen met foutieve conclusies is de vraag waarom het betoog gehouden wordt. Mijn gevoel hierover komt aan het eind. Gezien de thema’s die ik aanreik, de personen die ik noem, hoort deze brief ook aan Rein Jan-kwadraat32 gericht te worden. Ik vertrouw erop dat jij voor adequate verspreiding zorgt33. Hier volgt een lijst met, uitsluitend de meest interessante, waarnemingen in dit kader:
Niet direct gerelateerd, Einstein’s stelling is indirect van toepassing: No problem can be solved from the same level of consciousness that created it. 31 Uitleg over Achilles en de schildpad: http://nl.wikipedia.org/wiki/Zeno's_paradoxen 32 De vermenigvuldiging, die uit de kruisbestuiving tussen de heren Hoekstra en Loorbach voortkomt, laat zich wiskundig beschrijven als: Rein Jan * Jan = Rein Jan-kwadraat. 33 Dit vertrouwen is niet gebaseerd op jouw email, maar op veronderstelde belangen. 30
50
Wegwijzer tot betere Advocatuur
•
•
•
•
•
Volgens het CBS34 is van de gerechtelijke procedures twee derde civiel en de rest verdeelt over bestuurs- en strafrecht (kwantitatief). Uit hoofdstuk 2 van het rapport blijkt dat de burgers hier duidelijke pijn voelen (kwalitatief). Het belangrijkste thema voor de burger, het toezicht op dit soort punten, komt nauwelijks aan de orde. Op dit gebied lees ik ook geen effectieve maatregelen. Lost-In-Action: waarom staat er in de rapportage niets over objectiviteit en integriteit? Dit is twee derde van de opdracht. Kan er van kwaliteit gesproken worden als slechts één derde van de opdracht is uitgevoerd? Toevallig thema kwaliteit. Hoe Jan de rapportage beoordeeld35 is duidelijk: Hoekstra's rapportage blijkt onafhankelijk, kritisch en functioneel. Het is daarmee een spijkerhard bewijs voor onze stelling dat systeemtoezicht een wezenlijke toegevoegde waarde met een eigen karakter heeft. Dit specifieke instrument geeft het dekenale toezicht een sterke publieke legitimatie. En het draagt daardoor bij aan het vertrouwen van het publiek in de advocatuur. Maar Jan’s beoordeling is niet zuiver, integendeel. Van onafhankelijkheid is aantoonbaar geen sprake. Bewijs is totaal niet geleverd, dus dat spijkerharde is niet meer dan reclame. Zijn opmerking verklaart wel waarom objectiviteit en integriteit uit het onderzoek zijn weggevallen: wat er niet is kan immers niet beoordeeld worden. Waarom spendeert de Orde 800.000 euro overheidsgeld voor een taak die niet bij de Orde thuishoort? De advocaat van de duivel kan hier denken: door jaarlijks enkelen op te offeren is “aantoonbaar” dat de maatregel werkt (waarschijnlijk geen willekeurige selectie: die enkelen). Dit is indirecte bescherming voor de rest: “kijk hoe goed wij de controle regelen, extra controle is niet nodig”. Ik hoop dat Fred Teeven beseft dat er dan juist controle nodig is en dat hij beter met die 800.000 euro zelf een unit kan oprichten. Hoe oprecht was de belangstelling van de rapporteur in de burger? Ik heb daar al zaken van aangegeven in mijn beschouwingen en reflectieverslag. Dit sluit aan bij deze brief, hoe wordt er met de belangstellende burger omgegaan?
Niels, jouw email van maandag 21 januari: Namens de heer Hoekstra dank ik u voor uw reflectieverslag. De heer Hoekstra zal daar niet verder op ingaan. De rapportage van de heer Hoekstra verschijnt op 22 januari as. Het rapport zal aan het einde van de middag te raadplegen zijn via de website www.toezichtadvocatuur.nl. U geeft aan graag een gedrukt exemplaar van
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/veiligheidrecht/publicaties/artikelen/archief/2012/2012-09-burgerrechter-art.htm 35 http://www.advocatenorde.nl/8722/consumenten/dekenblog 34
51
Bijlagen
het eindrapport te willen ontvangen. Ik zal u een gedrukt exemplaar in de loop van deze week toezenden. De heer Hoekstra is geïnteresseerd in het standpunt van de Nationale Ombudsman. In je email van gisteren biedt je geen excuses aan dat je in gebreke bent gebleven. Waarom niet je toezegging nakomen en excuses voor de trage afhandeling toevoegen? Ja, je begrijpt goed dat ik het eindrapport gelezen heb, wat je niet begrijpt waarom ik er in mijn email van 10 januari 2013 naar vraag. Dat heeft alles met kwaliteit, fatsoen, integriteit en respect te maken. Kernkwaliteiten van “onze” Beatrix, maar in de staatkundige laag onder haar, volgens mij, minder aanwezig. Dan terug naar de schildpad en zijn betoog tegen Achilles. In die redenering zit een patroon. Het beschouwen van steeds kleiner tijdintervallen. Hierdoor lijkt de wedstijd nooit voorbij het tijdstip van de waarheid, van het inhalen te komen. In het gedrag van Rein Jan Hoekstra, Jan Loorbach en jou zit ook een patroon. Ook dit patroon houdt jullie weg van waarheid (objectiviteit). Interessante vraag is waar het patroon vandaan komt. Uitgaande van goede bedoelingen kan gedacht worden aan cognitieve dissonantie36. Ik vermeld dit ook in mijn beschouwingen (hiervan staat een verbeterde versie online, dit heeft met kwaliteit te maken). Het patroon is dat systematisch informatie die niet “past” genegeerd wordt. Op vragen of discussieonderwerpen wordt niet ingegaan. In ons gesprek van 9 januari 2013 was dat zo ongeveer enig thema. Jouw email van 21 januari 2013 hierboven staat de opstelling van Rein Jan Hoekstra. Jan Loorbach heeft mijn brief van 4 december 2012 niet beantwoord. Kleine aanvullende details geven twijfel over de goede bedoelingen. Reiskosten van burgers om de rapporteur te spreken worden niet vergoed. Wel zijn er financiële middelen om dekens op te zoeken. Geeft dit financiële verschil niet de werkelijke interesse weer? En is dus de voorlichting op zijn website en jouw brieven en emails dan niet misleidend? De dekens die onderdeel van de Orde zijn (dus opdrachtgever). Ik kan dat op geen enkele manier rijmen met Jan’s eerdere opmerking: Hoekstra's rapportage blijkt onafhankelijk, kritisch en functioneel. Terechte vragen worden ontlopen, ik krijg geen antwoord, zie ook jouw email. Is het niet een feit dat de heer Hoekstra met gemeenschapsgeld nog een half jaar betaald krijgt? Jan zijn argumenten, reclame i.t.t. feiten, hoe integer is dat?
36
http://nl.wikipedia.org/wiki/Cognitieve_dissonantie
52
Wegwijzer tot betere Advocatuur
Dan dringt zich de oorzaak van de problemen op. Wanneer de top zich niet integer gedraagt, dan kan dat van de lagen daaronder ook niet verwacht worden. Daar ligt ook het aangrijpingspunt tot verbetering: top vervangen of minimaal ingrijpen in de manier van acteren. Fred Teeven, zijn oplossingsrichting is daarmee veel te beperkt. Fred lijkt mee te gaan in de anekdote van “de nood om onafhankelijk te zijn”. Anekdote omdat het een Achilles en de schildpad betoog is. Ik zal dit nog op schrift stellen. Niets nieuws onder de zon: de strijd van recht tegen onrecht is ook die van David (Israël, verweer) tegen Goliath (Filistijnen, uitdager). Na veertig uitdagingen overwint het recht.37 Liever dan uitdagingen ziet deze David samenwerking. Ik heb dat Jan Loorbach tweemaal aangeboden, Rein Jan Hoekstra aan het einde van ons gesprek en zal dat ook aan Fred Teeven doen. Het antwoord op jouw vraag staat tussen de regels, meer concreet: wat denk je dat Beatrix had gedaan? Met vriendelijke groet, Emile Gemmeke
Twee dagen later kreeg ik een A4 printout met ringbandje en voorzien van doorzichtige plastic kaften toegestuurd. Is er iemand die in dit boekje een voorbeeld ziet van meer aandacht voor inhoud & vorm en minder voor politiek?
37
http://nl.wikipedia.org/wiki/Goliath_(Bijbel)
Een wegwijzer staat aan het begin van de weg. Wegwijzers naar verandering geven geen afstand maar tijd aan. Dit boek geeft enerzijds zo weinig concreets en anderzijds zo veel richting en de noodzaak te vertrekken. De weg van de verbetering op te gaan. De advocatuur wordt gezien binnen het geheel van de rechtspraak. Rechtspraak waarvan de beginselen eeuwenoud zijn. Beginselen die aan de mensheid gekoppeld zijn en niet aan de huidige maatschappelijke structuur. Met een veranderende maatschappij zal de implementatie van deze beginselen moeten mee veranderen. Dit kan niet direct op elke maatschappelijke golf, maar naar 200 jaar uitsluitend marginale wijzigingen is de afstand van waar we staan en waar we hadden moeten zijn te groot. Deze inhaalslag maken is de bestemming van deze wegwijzer, daar waar we hadden moeten zijn. Deze wegwijzer geeft slechts indicaties van de richting aan. Met als bestemming een mogelijke plaats van recht en advocatuur in onze democratische samenleving. De benadering is beschouwend, filosofisch en theoretisch. Hiermee niet het lievelingsleesvoer van juristen, die een voorkeur hebben voor een smalle en pragmatische kijk op zaken. Ik zet hiermee de toon. Deze kritische toon naar mijn doelgroep is in de beschouwingen terug te vinden. Zonder kritiek geen verbetering, zonder harde kritiek geen snelle verbetering. Over mijzelf: ben perfectionistisch, betrokken, mensgericht, filosofisch, politiek midden, humanist. Eén jaar psychologie gestudeerd en daarna lerarenopleiding wis- en natuurkunde. U bent gewaarschuwd.