Natuurmonumenten, regio Groningen, Friesland en Drenthe t.a.v. de heer R. Schuiling Oostersingel 25 9401 JZ ASSEN
Leeuwarden, 25 maart 2009 Verzonden, Ons kenmerk Afdeling Behandeld door Uw kenmerk Bijlage(n)
: : : : :
00817316 Omgevingsvergunningen en Toezicht De heer S. Jaasma / (058) 292 56 74 of
[email protected]
Onderwerp
: ontgrondingsvergunning – Hegewiersterfjild
1
BESCHIKKING Weergave van de feiten: Op 22 augustus 2008 hebben wij uw aanvraag ontvangen om een vergunning tot het ontgronden van diverse percelen en perceelsgedeelten kadastraal bekend gemeente Wonseradeel, sectie D. Het betreft de inrichting van het natuurgebied “Hegewiersterfjild”. Bij brieven van 30 september 2008, kenmerk 783697, 783705, 783778, 783771 en 783786, hebben wij Burgemeester en Wethouders van Wûnseradiel, Burgemeester en Wethouders van Harlingen, het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân, L.T.O., Grondgebruik en Milieu en de Stichting Friese Milieufederatie op de hoogte gebracht van de aanvraag en in de gelegenheid gesteld hun mening over de aanvraag kenbaar te maken. Burgemeester en Wethouders van Wûnseradiel reageerden bij brief van 10 november 2008, kenmerk ink0801447. Van Burgemeester en Wethouders van Harlingen ontvingen wij op 8 januari 2009 een reactie. Van de overige aangeschreven instanties ontvingen wij geen bericht. De ontwerpbeschikking heeft met ingang van 26 januari 2009 gedurende zes weken ter inzage gelegen. Er zijn geen adviezen ingekomen noch mondelinge of schriftelijke zienswijzen naar voren gebracht. Inhoudelijke beoordeling. De ontgronding vindt plaats ten behoeve van de inrichting van landbouwgronden, gelegen in het Hegewiersterfjild, als: - broedgebied voor weidevogels,
- rust- en foerageergebied voor wadvogels, - rust- en foerageergebied voor trekvogels en - groeiplaats voor zilte vegetaties. Om de gewenste inrichting te bereiken is vernatting en (lokaal) verzilting noodzakelijk. Dit wordt gerealiseerd door een verlaging van het maaiveld. De ontgravingsdiepte is afhankelijk van het te realiseren natuurdoel. Na ontgraving van de percelen is de hoogte t.o.v. n.a.p.: - voor de plas/draszone – 0.60 m tot – 1.35 m, - voor de weidevogelgraslanden – 0.40 m tot – 0.75 m en - voor het botanische grasland – 0.60 m tot 0.70 m. Een gedetailleerde omschrijving van de uit te voeren werken is opgenomen in het bij de aanvraag behorende inrichtings- en uitvoeringsplan van juli 2008. Dit plan zullen we aan de vergunning verbinden. Bij de ontgronding komt een grote hoeveelheid klei vrij. De klei is bestemd voor de aardewerkindustrie en dijkverzwaringsprojecten. Bij de beoordeling van de aanvraag hebben de volgende aspecten een rol gespeeld. In hun brief van 10 november 2008, kenmerk ink0801447, deelden Burgemeester en Wethouders van Wûnseradiel ons mee dat het Hegewiersterfjild onder de voorschriften valt van het bestemmingsplan “Bûtengebiet Noard, herziening 2006” en hierin de bestemming “natuurgebied 2” heeft met de aanduiding van een gasleiding. De gronden met de bestemming “natuurgebied 2” zijn bestemd voor het behoud of herstel van aanwezige landschappelijke en natuurwetenschappelijke waarden en het agrarisch medegebruik van water, oeverstroken en drasse graslanden. De activiteiten passen binnen de voorschriften van het geldende bestemmingsplan. Bovendien deelden Burgemeester en Wethouders van Wûnseradiel ons mee dat in verband met de aanwezige gasleiding contact moet worden opgenomen met de Nederlandse Gasunie en dat voor de betreffende werken een aanlegvergunning moet worden aangevraagd. In uw brief van 26 november 2008, kenmerk 610008/2008, deelde u ons mee contact te hebben opgenomen met de Nederlandse Gasunie. Tevens hebt u bij de gemeente Wûnseradiel een verzoek om een aanlegvergunning ingediend. Tenslotte deelde u ons mee, dat binnen de grenzen van de gemeente Harlingen geen ontgrondingen plaatsvinden. Wel wordt een sloot verruimd door het bestaande sloottalud flauwer te maken. In hun brief van 5 januari 2009 deelden Burgemeester en Wethouders van Harlingen ons mee, dat zij voor de slootverruiming op 11 oktober 2007 een aanlegvergunning hebben verleend. Wij concluderen, dat voor het verlenen van de gevraagde ontgrondingsvergunning met betrekking tot de binnen de grenzen van de gemeente Wûnseradiel gelegen percelen geen planologische belemmeringen zijn. Omdat voor de slootverruiming geen ontgrondingsvergunning is vereist, vinden binnen de grenzen van de gemeente Harlingen geen vergunningplichtige activiteiten plaats. In het rapport “Archeologisch onderzoek nieuwe natuur Hegewiersterfjild” van 28 februari 2007 wordt geconstateerd, dat er zich in het plangebied mogelijk archeologische resten daterend vanaf de IJzertijd bevinden. Om die reden wordt aanbevolen een archeologisch karterend onderzoek uit te voeren. De resultaten van dit onderzoek zijn opgenomen in het rapport “Archeologisch onderzoek nieuwe natuur Hegewiersterfjild – Inventariserend Veldonderzoek” van 31 mei 2007. Aanbevolen wordt de graafwerkzaamheden in deelgebied 2 archeologisch te laten begeleiden en de locatie ter plaatse van boring 127 niet af te graven. Voor het overige deel van het plangebied wordt geen aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk geacht. Hiervoor constateerden wij reeds dat binnen de grenzen van de gemeente Harlingen geen vergunningplichtige ontgronding aan de orde is. Deelgebied 2 ligt binnen deze grenzen. Bovendien blijkt uit het “Ontgrondingplan natuurontwikkeling Hegewiersterfjild” van 30 juli 2008, dat rondom boring 127 niet ontgrond wordt. Dit plan zullen wij aan de vergunning verbinden.
Gezien het vorenstaande is er naar onze mening vanuit archeologisch oogpunt onder de hierna te noemen voorschriften geen bezwaar tegen het verlenen van de gevraagde vergunning. Uit de bij de aanvraag behorende “Natuurtoets – Hegewiersterfjild” van 18 januari 2007 blijkt dat op basis van de inventarisatie met betrekking tot de soortenbescherming kan worden geconstateerd, dat het plangebied en vooral het aangrenzende Hegewiersterfjild geschikt is voor broedende, foeragerende en pleisterende vogels. Ook zijn in het plangebied algemeen beschermde amfibieën en zoogdieren te verwachten. Om te voorkomen dat deze soorten worden verstoord moeten de voorgenomen werkzaamheden op een natuurvriendelijke manier worden uitgevoerd. De wijze van uitvoering is aangegeven in 5.1.2.2 van de natuurtoets. Wij zullen deze werkwijze hierna voorschrijven. Gezien het vorenstaande hebben wij onder de hierna te noemen voorschriften geen bezwaar tegen het verlenen van de gevraagde vergunning. In z’n algemeenheid kan gesteld worden dat ontgrondingswerkzaamheden naar hun aard tijdelijk zijn. Gelet hierop en het bepaalde in artikel 3, lid 2, van de Ontgrondingenwet verbinden wij terwille van de duidelijkheid richting derden termijnen aan zowel de uitvoering van de werkzaamheden (voltooiingstermijn) als aan de geldigheid van de vergunning (geldigheidstermijn). In de aanvraag geeft u aan, dat de werkzaamheden binnen 5 jaar zullen worden uitgevoerd. In verband hiermee verbinden wij aan de uitvoering van de werkzaamheden een termijn van 5 jaar en aan de geldigheid van de vergunning een termijn van 6 jaar. Beide termijnen beginnen te lopen op de dag nadat de beroepstermijn is afgelopen, tenzij er binnen de beroepstermijn een verzoek is gedaan tot het treffen van een voorlopige voorziening. In dat geval beginnen de termijnen te lopen op het moment dat door de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op dat verzoek is beslist. Gezien het vorenstaande en gelet op de bepalingen in de Ontgrondingenwet, de Ontgrondingenverordening Friesland en het Mandaatstatuut provincie Fryslân besluiten wij: u, ten behoeve van het beoogde doel, vergunning te verlenen voor het ontgronden van de percelen kadastraal bekend gemeente Wonseradeel, sectie D, nrs. 14, 21 t/m. 24, 26, 27 en 34 t/m. 37 en van een gedeelte van de percelen kadastraal bekend gemeente Wonseradeel, sectie D, nrs. 13, 15, 16, 25 en 882, voor een termijn van 6 jaar, overeenkomstig de gegevens vervat in de van de vergunning deel uitmakende aanvraag, en daaraan de hierna te noemen voorschriften te verbinden: .
8.
De 1
De werken moeten worden uitgevoerd overeenkomstig het bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte “Ontgrondingsplan Natuurontwikkeling Hegewiersterfjild” van 30 juli 2008 en het rapport “Natuurontwikkeling Hegewiersterfjild, Inrichtings- en uitvoeringsplan” van 30 juli 2008, met dien verstande, dat de ontgronding beperkt moet blijven tot de hiervoor aangegeven percelen en perceelsgedeelten. 2. Bij de uitvoering van de werkzaamheden moet rekening worden gehouden met de werkwijze, zoals deze is omschreven onder 5.1.2.2 van de “Natuurtoets – Hegewiersterfjild” d.d. 18 januari 2007. 3. De werken moeten binnen 5 jaar zijn voltooid. H 4. Het begin van de werkzaamheden moet ten minste 10 dagen van tevoren en de beëindiging moet direct worden doorgegeven aan de afdeling Omgevingsvergunningen en Toezicht van de provincie, telefoonnummer 058 – 2925472.
9.
In 5. Indien ten minste 3 maanden voor afloop van de onder 3 genoemde voltooiingstermijn een verzoek om verlenging van de voltooiingstermijn en/of van de geldigheidstermijn wordt ingediend, dan worden deze termijnen automatisch verlengd tot het moment waarop onze beslissing op dit verzoek in werking is getreden, echter met maximaal 6 maanden.
Namens het college van gedeputeerde staten,
N.G. Kistemaker Clusterleider Omgevingsvergunningen en Toezicht
Gemeente Wûnseradiel. Kennisgeving beschikking Ontgrondingenwet Gedeputeerde Staten hebben aan Natuurmonumenten een ontgrondingsvergunning verleend voor de inrichting van het natuurgebied “Hegewiersterfjild”. De vergunning is ten opzichte van de ontwerpbeschikking ongewijzigd. De stukken liggen van 30 maart t/m 11 mei 2009 ter inzage in het: provinciehuis, elke werkdag van 9.00 tot 16.00 uur (graag vooraf contact opnemen); gemeentehuis te Witmarsum. Tegen het besluit kan van 31 maart t/m 11 mei 2009 beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, postbus 20019, 2500 EA ’s-Gravenhage door: - belanghebbenden die zienswijzen naar voren hebben gebracht tegen de ontwerpbeschikking; - belanghebbenden aan wie redelijkerwijs niet kan worden verweten geen zienswijzen naar voren te hebben gebracht tegen de ontwerp-beschikking. Het beroepschrift bevat ten minste: - naam, adres en handtekening van de indiener; - dagtekening; - omschrijving van het bestreden besluit; - gronden van het beroep. Gedurende de beroepstermijn kan bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een verzoek worden gedaan tot het treffen van een voorlopige voorziening. De indiener van het verzoekschrift moet daarbij een kopie van het beroepschrift meesturen.
Voor inlichtingen en inzage van de stukken neemt u contact op met de heer S. Jaasma, afdeling Omgevingsvergunningen en Toezicht, tel. 058-2925674.
I.a.a.: L.T.O.-Noord, Grondgebruik en Milieu t.a.v. de heer J. Galema Postbus 186 9200 AD DRACHTEN Stichting Friese Milieufederatie Postbus 713 8901 BM LEEUWARDEN Het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân t.a.v. de heer P. Oosterbaan Postbus 36 8900 AA LEEUWARDEN Het College van Burgemeester en Wethouders van Wûnseradiel Postbus 2 8748 ZL WITMARSUM Het College van Burgemeester en Wethouders van Harlingen Postbus 10.000 8861 BD HARLINGEN