België – Belgique P.B. 9300 AALST 1 3/5557
Jebron vzw waar zoekers thuis zijn Begijnhof 1 , 9300 Aalst Tel 053/77.51.16 E-mail :
[email protected] Web: www.jebron.be
JAARGANG 36
Nr.4
DECEMBER 2011
Afgiftekantoor 9300 Aalst 1
Erkenningsnummer P004342
Verschijnt maandelijks
(behalve in juli en augustus)
Verantwoordelijke uitgever :
JEBRON VZW
De Jebrongemeenschap… Als zoekende mensen levend in deze tijd willen wij ons oefenen in een andere manier van kijken, luisteren en spreken, een andere manier van gaan en leren. Kijken doen we met de blik van de zwakken en de kleinen, met wier ogen en stemmen in de samenleving nauwelijks rekening wordt gehouden. Luisteren willen we naar vreugde en pijn in de verhalen van mensen, naar de tekenen van onze tijd, naar woorden die perspectief geven aan onze gemeenschap. Spreken oefenen wij in naam van wie monddood gemaakt wordt. Met mensen gaan we een weg waarbij we vooral oog hebben voor hen die langzaam vooruit komen, voor alles wat kwetsbaar en weerloos is, en voor allen die door een niets ontziende economie dreigen vertrapt te worden. Leren gebeurt tijdens spontane of georganiseerde leerhuizen waar de vaak dodelijke mechanismen van onze samenleving geanalyseerd worden, waar verhalen van bevrijding klinken die in ons de hoop levend houden op een andere wereld die mogelijk is, waar ons samenleven zelf kan uitgroeien tot een proeftuin van die nieuwe wereld in gerechtigheid. Om dit te kunnen, zoeken we inspiratie. De bijbel is een eeuwenoude traditie met verhalen over JHWH, de ENE, de Profeten en bij uitstek Jezus Messias waarin velen van ons inspiratie vinden. Eveneens vinden we steun in teksten van andere religies of ideeën van denkers. In deze verscheidenheid van inspiratiebronnen vinden wij verbondenheid bij elkaar. Daarom komen wij op geregelde tijdstippen samen waar we vieren rond brood en wijn met verhalen uit de hertaalde en geactualiseerde bijbel en menselijke verhalen van hier en nu, verhalen levend in onze maatschappij. Tijdens die momenten van samen vieren is er ruimte voor woorden, stilte, zang en symbolen, die het hart van de aanwezigen verwarmen en zo de gemeenschap op de been houden. In dit zoeken vinden we bondgenoten met wie we op tocht kunnen gaan en door wie wij ons gedragen weten.
2
EDITORIAAL DECEMBER 2011 -Het kerstverhaal is geschreven na alles wat er Jezus was overkomen. De schrijvers wilden in dat verhaal al van in het begin van het evangelie duidelijk maken waarvoor Jezus stond. Wat de kern van zijn boodschap is. Net zoals Jezus, worden gezinnen in armoede, waar we in deze adventsperiode bijzondere aandacht voor hebben, uitgesloten Alleen de herders vonden Jezus in de stal. Herders die zelf ook aan de rand van de maatschappij moesten leven. De driekoningen vonden ook hun weg naar de kribbe. Van over alle grenzen heen was er respect voor de keuzes van Jezus. Jezus’ leven en boodschap was één keuze voor de uitgesloten mensen (de overspelige vrouw, de melaatse, de armen …) en hij oversteeg daarbij de grenzen van eigen bevolkings- en geloofsgemeenschap (de samaritaanse vrouw, de zoon van de honderdman,…). Als Jezus gevraagd wordt in het evangelie wat de voornaamste wet is , antwoordt hij klaar en duidelijk: bovenal bemin God en bemin uw naaste zoals jezelf. Het tweede gebod is gelijk aan het eerste. Voor gelovigen is God “de bron van het leven”, voor niet gelovigen zouden we kunnen zeggen : God staat voor het Leven- met een hoofdletter. De voornaamste geboden zijn dan : Hou van het Leven en hou van je naaste en van jezelf. Meer moet het niet zijn. De adventsperiode is ook, zoals de vastenperiode een tijd om stil te staan bij de kern van het Jezus-verhaal: Het gaat om keuzes voor solidariteit en liefde. Die boodschap staat in de bergrede en in de tekst van het verhaal over het laatste oordeel: al wat je voor de minste van de mijnen hebt gedaan, heb je voor mij gedaan. Er wordt niet gevraagd: heb je de geboden van de kerk onderhouden, heb je de sacramenten beleefd: neen het is gewoon een oproep om te kiezen om mensen recht aan te doen. Armoede heeft veel met uitsluiting te maken, met mensen en kinderen grondrechten ontzeggen (wonen, onderwijs, gezondheidszorg,…) De uitsluiting kan maar doorbroken worden door het geven van respect, aandacht, door mens te zijn. Mensen in armoede vragen gewoon om er te zijn voor hen vanuit je eigen mens- zijn en om te ijveren voor meer rechtvaardigheid! Lieven De Pril
3
HOOP OP ZOEK NAAR MENSEN woorden voor de advent. 1.Omgekeerde woorden Meestal horen en zeggen we: mensen zijn op zoek naar hoop of toch minstens naar signalen die onze hoop wat kunnen voeden. Ik heb deze uitspraak vaak gehoord in deze soms moeilijke collectieve en persoonlijke tijden. Laten we hopen dat mijn spaarcenten door de bankencrisis niet al te veel van hun waarde verliezen, want hoe moet ik later een kamer in het WZC betalen? Laten we hopen dat er eindelijk een nieuwe regering is. Laten we hopen dat het geen al te strenge winter wordt, zeker voor mensen zoals vluchtelingen en asielzoekers, die door gebrek aan een goed en menswaardig regeringsbeleid nogal eens op straat terecht komen. Ik hoop dat de trein niet te veel vertraging zal hebben zodat ik mijn verbinding niet mis, want ik moet in Mechelen zijn voor een belangrijke vergadering. Ik hoop dat het snel weer beter wordt met mijn kind/ partner/ broer/ moeder/ opa/ vriend/ vriendin,… Mensen zijn op zoek naar bronnen en tekens van hoop. Ze kijken reikhalzend uit naar flarden van licht in duistere tijden. Hoe kom ik er nu toe om mijn stukje te plaatsen onder een titel die het gangbare spreken omkeert? 2. Abraham Joshua Heschel: God zoekt de mens. Op 14 juni 1987 kreeg ik van Annemie en onze kinderen voor mijn vaderdag het boek “God zoekt de mens” cadeau. Ik heb dat boek tijdens de daarop volgende grote vakantie met ongelooflijk veel deugd gelezen. Heschel was een Amerikaans-Joodse filosoof en een van de belangrijkste joodse denkers van de 20ste eeuw. Hij was ook vertegenwoordiger van het zogenaamd ‘conservatieve jodendom’, dat het midden probeert te houden tussen enerzijds het ultra orthodoxe jodendom, dat zich bewust isoleert van de seculiere samenleving die als een bedreiging wordt ervaren, en anderzijds het liberale jodendom dat vaak volkomen vervreemd is van de eigen religieuze tradities en volledig is geassimileerd door de moderne samenleving. Het conservatieve jodendom stelt alles in het werk om in creatieve trouw aan de eigen tradities tegelijk ook burgers te zijn van déze samenleving en cultuur. Het is dus een zeer progressieve stroming binnen het brede spectrum van het hedendaagse jodendom. In de oorspronkelijke titel van het boek (God in search of man) keert ook Heschel de gangbare volgorde der woorden om. Meestal spreekt men erover dat “mensen op zoek zijn naar God”. Ik zeg niet dat dit geen zinvolle bezigheid of houding kan zijn. Toch houdt deze zoektocht een groot risico in. Want de vraag is: naar wie of waarnaar is men op zoek als men zegt op zoek te zijn naar G(g)od? Wat/wie bedoelt men als men G(g)od zegt? Dit is geen lege vraag. Zijn mensen niet vaak op zoek naar een G(g)od die de vervulling zou kunnen zijn van hun onvervulde wensdromen? Een G(g)od, van wie ze verwachten dat die het als almachtige alleskunner wel in hun plaats zal doen? Een G(g)od als gatenvuller? Ja, het is een hachelijke onderneming om op zoek te gaan naar een G(g)od, over wie in een van de brieven van Johannes vrij ontnuchterend wordt gezegd: “Niemand heeft ooit God gezien”. Het is alsof deze nieuwtestamentische auteur wil zeggen: houd er maar mee op om G(g)od te zoeken, want niemand heeft hem ooit gezien en dus zal ook niemand hem ooit te zien krijgen. Vandaar dat de titel van het boek van Heschel de woorden omkeert: God zoekt de mens. En daarmee geeft Heschel iets prijs van hoe hij de uniciteit van de God van de bijbel ziet: namelijk als een God die naar mensen op zoek is, die het eindelijk hebben afgeleerd om nog naar God te zoeken. In de wereld van de goden – de context dus waarin vele bijbelteksten zijn ontstaan – gaan die goden niet op zoek naar mensen. Goden zijn zelfgenoegzaam en willen door mensen aanbeden worden. Mensen moeten op hun knieën.
4
De werkelijkheid die in de bijbel met JHWH – de STEM – de ENE wordt aangeduid en aangesproken, is een op mensen betrokken STEM, die mensen oproept om elkaar van dienst te zijn, om naar elkaar op zoek te gaan. De bijbelse G(g)od roept dus mensen niet op om naar hem op zoek te gaan, maar naar elkaar. 3. Om de cirkel rond te maken: hoop op zoek naar mensen. Zoals uit de voorbeelden bij het begin van deze bijdrage blijkt is ook de menselijke hoop niet vrij van dubbelzinnigheid. We kunnen echt wel dwaze zaken hopen. Wij allemaal. Bijvoorbeeld dat ons leven vrij zou zijn van pijn en verdriet, van ziekte en ouder worden. Dat wij gespaard zouden zijn van pijnlijke ervaringen zoals die vele momenten waarop wij onze illusies moeten loslaten. Of de hoop, die door reclame en media wordt gevoed dat we eeuwig jong zouden blijven. En dan heb ik nog niet over de hoop van velen ooit eens de Lotto of Euromillions te winnen. Of dat Tom Boonen wereldkampioen wordt . Laten we daarom maar voorrang verlenen aan de hoop zelf, die op zoek gaat naar mensen in wie die hoop gestalte kan krijgen. En wat ik hier onder hoop versta, vind ik sterk verwoord door Vaclav Havel: Diep in onszelf dragen we hoop: als dat niet het geval is, is er geen hoop. Hoop is de kwaliteit van de ziel en hangt niet af van wat er in de wereld gebeurt. Hoop is niet voorspellen of vooruitzien. Het is een gerichtheid van de geest, een gerichtheid van het hart, voorbij de horizon verankerd Hoop in deze diepe en krachtige betekenis is niet hetzelfde als vreugde omdat alles goed gaat of bereidheid je in te zetten voor wat succes heeft. Hoop is ergens voor werken omdat het goed is, niet alleen omdat het kans van slagen heeft. Hoop is niet hetzelfde als optimisme evenmin de overtuiging dat iets goed zal aflopen. Wel de zekerheid dat iets zinvol is afgezien van de afloop of het resultaat. Als dat geen woord is voor de advent. En laat ik er nog een lied aan toevoegen dat ik voor het eerst hoorde in de film Des hommes et des dieux, over de monniken van Tibhirine. De scène volgt op een inval van gewapende mannen (terroristen? vrijheidsstrijders?) in het klooster. Het is kerstavond 1993. De monniken komen er met de schrik vanaf. Indrukwekkend hoe ze meteen daarna, ondanks alles, toch kerstmis vieren. In de kapel zingen ze vol overgave. Recht naar de kern: in de diepte van onze nacht is de Liefde van deze zoekende God verschenen. Zo was het in den beginne. Zo is het nu:
5
Voici la nuit, L'immense nuit des origines, Et rien n'existe hormis l'amour, Hormis l'amour qui se dessine : En séparant le sable et l'eau, Dieu préparait comme un berceau, La terre où il viendrait au jour.
Dit is de nacht, immense nacht van het begin, en er is niets dan de liefde, de liefde die zich aftekent: Door zand en water te scheiden bereidde God als een wieg de aarde waar Hij het licht zou zien.
Voici la nuit, L'heureuse nuit de Palestine, Et rien n'existe hormis l'Enfant, Hormis l'Enfant de vie divine : En prenant chair de notre chair, Dieu transformait tous nos déserts, En terre d'immortels printemps.
Dit is de nacht, gelukkige nacht van Palestina, en er is niets dan het Kind, het Kind van goddelijk leven: Door vlees van ons vlees te worden veranderde God al onze woestijnen in aarde vol onsterfelijke lente.
Voici la nuit, La longue nuit où l'on chemine, Et rien n'existe hormis ce lieu, Hormis ce lieu d'espoir en ruine : En s'arrêtant dans nos maisons, Dieu préparait comme un buisson, La terre où tomberait le feu.
Dit is de nacht, de lange nacht waarin we onderweg zijn, en er is niets dan deze plaats, deze plaats van hoop in puin: Door in onze huizen halt te houden, bereidde God als een braamstruik voor de aarde waar het vuur zou vallen.
Een indringende adventstijd toegewenst, in solidariteit met vele mensen in armoede die hoopvol uitzien naar “plaatsen van hoop te midden van teveel puin”. Paul De Witte
Kerstmis lijkt enkel nog een sprookje vrede is verder weg dan ooit Toch brengt Het Kind opnieuw aan alle mensen van goede wil Zijn boodschap van licht en vrede. Jozef Vandromme
6
Leven in een krabbenmand
Bij het begin van deze adventsperiode wordt een monoloog over armoede in Aalst gespeeld in De Werf. In ‘Leven in een krabbenmand’ kruipt Marleen Merckx (Simonneke van Thuis) in de huid van een vrouw rond de veertig. Zij vertelt over haar leven. De monoloog is gebaseerd op het boek ‘Ik ben Iemand/Niemand’ dat ik samen met Guy Didelez schreef. Guy kende iemand die scenario’s maakte voor 'Thuis' en die Marleen contacteerde. Zij was direct heel enthousiast over de roman en zag het zitten om daar iets mee te gaan doen. We zijn met haar dan gaan kijken naar een aantal locaties waar het gezin leefde en bij hen thuis. Het klikte direct tussen haar en het gezin. Je voelde meteen dat Marleen iemand is met het hart op de juiste plaats! Vanwaar komt de titel 'Leven in een krabbenmand'? Ik vertelde Emilie, de hoofdfiguur in de monoloog dat krabbenmanden open manden zijn waar de krabben niet kunnen uit ontsnappen, omdat ze elkaar altijd terug naar beneden trekken als er een probeert uit te kruipen. Zij zei dat dat bij mensen in armoede ook het geval is: als iemand uit de armoede probeert te geraken, is er altijd iemand die hem of haar 'terug naar beneden trekt'. Het betekent dat, eens je in armoede zit, je er heel moeilijk weer uitgeraakt, door allerlei omstandigheden. Je hebt iemand nodig die je een duwtje geeft 'om uit de mand te geraken'. Is het een triestig stuk? Het is meeslepend en aangrijpend, maar soms ook zeer humoristisch. Dat is ook de realiteit. Humor is een manier om het in de harde dagelijkse werkelijkheid vol te houden. Daarnaast komen Emilie’s kracht en doorzettingsvermogen sterk aan bod. Het is ook een liefdesgeschiedenis van een koppel dat door dik en dun elkaar blijft steunen. Het boek sloeg enorm aan bij mensen in armoede, omdat het de realiteit weergeeft van meer dan honderdduizend generatiearme Vlamingen. Ook in het onderwijs en bij hulpverleners is het een succes, omdat het veel verduidelijkt. Bij de man en vrouw in de straat slaat het aan, omdat het ook vlot leest. Het is dus voor iedereen de moeite waard om te komen kijken naar de monoloog. Het stuk is Marleen op het lijf geschreven! Ze heeft een zeer groot talent, een enorme gedrevenheid. Ze doet dit echt vanuit haar hart, met overtuiging. Ik ben een grote fan! Lieven De Pril, Vrijwilliger en medewerker Welzijnsschakels/Welzijnszorg Speeldata: www.paljas.be Achtergrondinfo, educatief materiaal, gratis online bestellen roman: www.ikbeniemandniemand.be Een “opgeleide ervaringsdeskundige in de armoede en sociale uitsluiting” gaf advies bij de monoloog en de roman.
7
KLUSJESDAG IN JEBRON
Met elf zaten we aan tafel tijdens de middag om een boterham te eten. Zeker 9 volle auto’s gerief werden gevuld en naar container park gevoerd. We willen een frisse wind laten waaien in het huis JEBRON waar al zoveel ontmoetingen en verhalen en documentatie over de vloer gekomen zijn. Oude documentatie en boeken passeerden kritische ogen om nadien te verdwijnen of ergens anders opgestapeld te worden. Kapotte meubels, een bureaustoel met drie poten, onveilige stoelen, een 19 eeuws salontafeltje vonden hun weg naar kringloopcentrum of naar container. Nostalgie? Toch een beetje! Soms ging het moeilijk om te sorteren maar vooral om weg te doen. Er kleeft aan een oud verkleurd papier een hele voorbereiding en prettige ervaringen: dus twee grote fardes met knipsels over wat er zoal gebeurde in het verleden werden toch zorgvuldig opgeborgen. Met een gevoel van opluchting zie je plaats vrij komen en kan er gedweild worden maar je ziet pas dan ook de vuile nog op te knappen, gescheurde muren. Nieuw werk presenteert er zich! Onze huisfotograaf Erik Van Assche legde het werk vast op foto’s en … veel documentatie en foto’s worden nu bewaard in de computers. De generatie na ons zal digitale klusjesdagen organiseren want alle groepen verzamelen nu in de computer al het gepresteerde werk en ooit zal ook dat vragen naar vernieuwing. Monique Batavia
8
DE BIBLIOTHEEK Het JEBRON - huis, vergroeid met zijn fundamenten, groeide niet mee, het barstte niet uit zijn arduinen hoekstenen. Het liet generaties rijpen en volwassen worden, maar de muren konden de geschiedenis niet bijhouden. Het borg nauwgezet theologische vlaggendragers en filosofische gangmakers, psychologische bezielers en ontzielers, bijbelverklaarders en uitleggers van heilige schriften in zijn schoot op, maar rekken kreunden en kasten hingen scheef onder het gewicht. Al dat schrijfgeweld dreigde de beschikbare ruimten in te nemen. ‘Grasduinen in de boeken en alleen de belangrijkste overhouden!’ was de boodschap. We stortten ons op de ondankbare taak. Kaften zijn inrijpoorten. Ik bespeurde een evolutie in de fotografie, de grafische schikking en het lettertype van de titels. Het decennium waarin ze uitgegeven werden was bij wijlen feilloos te herkennen. Letters sierlijk gekruld en anderen stijf als omheiningpalen. Sommige banden waren gerijpt door de tijd met ouderdomsvlekken op de rug. Hoofdstukken werden geschreven in seminariekamers, universiteitskantoren, kerken en kerkers, kloostercellen, abdijpriëlen en buitenverblijven ver van het werelds lawaai om over het werelds lawaai diepgaand te kunnen nadenken of om er aan te ontsnappen op gevaar af te gaan zweven als kermisballonnen. Ik stelde me het zwoegen en zweten met zwarte koffie en een haperende typemachine voor. Ik ontsloot deuren van voormalige werkkamers. In sommige van de vertrekken was de geur van de pijprook nog merkbaar. En ik vouwde boeken open om schouwlustig te bladeren in de hoofden van de auteurs. Bladen waren vergeeld, anderen van geschept papier, opgezwollen, nooit ingekeken, de gekartelde randjes nog aan elkaar gehecht zoals ze uit de drukkerij gekomen waren. Ik moest de opdracht vervullen, maar kon er niet aan weerstaan om steels ondertitels en fragmenten te lezen, op de schrijvende vingers te kijken en de hersenspinsels van de vroede auteurs te volgen. Receptboeken boden hapklare menu’s aan voor catechese en pastoraal. Stapels aan te vullen mappen met periodiek te verkrijgen sets volgens thema’s en jaargetijden lieten hun toegedekte geheimen los. Tekenaars leidden lezertjes met vertederende illustraties in kinderbijbels doorheen de verhalen. Pedagogen drongen er bij de jongeren op aan hun ontluikende seksualiteit binnen de lijntjes te kleuren en probeerden hen te overtuigen dat het geslachtelijke zodanig goed was dat ze best op de drang niet ingingen. Ook boeken over heiligen en helden en over historische evoluties die zich voordeden achter kloostermuren. En dan met pijn in het hart de hakbijl laten vallen: deze gaat onherroepelijk weg, deze blijft. Vreselijk, ik voelde me een iconoclast, in dit geval een boekenstormer. Jan van Ruusbroec ontmoette ik rond 1340 in het Zoniënbos. De acrobatische eekhoorns zullen wellicht zijn mystieke invallen, die hij in wastafeltjes kerfde, bevorderd hebben. En ik nam de hand vast van de Brabantse Hadewych, ‘een heilich glorieus wijf,’ die minneliederen en anonieme liefdesgedichten schreef. Theresia van Avila stichtte achter de rug van de lokale bisschop illegale kloosters van blootvoeters in het zuiden van Spanje, geholpen door Johannes van het Kruis die omwille van zijn ongehoorzaamheid aan de kerkelijke oversten gevangen gezet werd en gegeseld. Die andere Theresia, die van Lisieux, vroegtijdig gestorven en priester Edward Poppe hadden dan weer geen last van de vraag of er leven na de dood is. Ze leverden inspanningen om alvast halfdood door de wereld te gaan. Ik hoorde het hamergeweld toen Martin Luther zijn manifest tegen de aflatenverkoop op de houten poort spijkerde. Niet chronologisch maar wel alfabetisch hoorde ik meteen Martin Luther King fulmineren tegen de rassenscheiding. Ook Mahatma Gandhi slaagde er geweldloos in verregaande veranderingen aan te zwengelen. Bij confrontaties liet hij de Engelse politie de eerste rijen van zijn aanhangers bloedneuzen, hersenschuddingen en gebroken armen en benen knuppelen en afvoeren om daarna de rangen door nieuwe slachtoffers te vervangen en onverdroten door te gaan. Hoe moet het geweest zijn voor Dietrich Bonhoeffer, de lutherse theoloog, om achter traliestaven te schrijven tot hij geëxecuteerd werd door de nazi’s? Theillard de Chardin kon niet op de sympathie van het Vaticaan rekenen met zijn Punt Omega. Hoe hoger de mensheid op de ladder van de complexiteit en het bewustzijn opstijgt, hoe dichter ze evolueert richting Punt Omega, de goddelijke eenheid die alles opslorpt en bundelt. Wij zijn al bijeen, al goe kadulletjes! Dat was zonder de waard Mao Zedong gerekend. Hij signaleerde de dialectiek die nooit ophoudt, te beginnen met een synthese. Het gaat een tijdje goed. Maar na nog een tijdje zit er stront aan de knikker en dat pikken we niet. Antithese. Er komt weerstand met of zonder wapens. Na het botsend conflict en het optrekken van de kruitdamp komt er een nieuwe situatie, een nieuwe synthese en die maakt het weer
9
voor een tijdje leefbaar. Tot er weer stront aan de knikker zit, enzovoort. Maar Mao kwam ik nergens tegen. Wie ik ook vruchteloos zocht was kardinaal Jean Daniélou. Was het misschien omdat hij een publiek meisje ergens op een Parijs appartement zou gaan troosten met veel geld op zak en in haar naakte armen en schoot aan een hartinfarct stierf? Andere bisschoppen en kardinalen vond ik des te meer. In onze kontreien kardinaal Jozef Cardijn, die de waardigheid van de arbeiders tegen het gebruiksmiddelend handelen van de patroons verdedigde. En in Midden-Amerika riep aartsbisschop Oscar Arnulfo Romero de Salvadoreense soldaten op tot morele desertie waarop hijzelf stante pede geëxecuteerd werd. Duitse Brazilianen of Braziliaanse Duitsers, ik wil er van af zijn. Maar de bevrijdingstheologie was hun dada. Kardinaal Evaristo Arns van Säo Paulo, aartsbisschop Helder Câmara van Recife, kardinaal Aloísio Lorscheider van Aparecida, de franciscaan Leonardo Boff die, geflankeerd door twee medebroeders, zwaargewichten in de hiërarchie van de congregatie, zich verdedigde in het Vaticaan, Hugo Assman met zijn theologie voor een nomadenkerk. Een indrukwekkende stoet van op de schoudergeklopte of in een hoekje haast vergeten denkers passeerde de revue. Ik zat er gehurkt en geboeid naar te kijken. Hans Küng, de Vaticaanwatcher, Karl Rahner, die het had over "anonieme christenen, die zonder Christus te kennen hem toch in hun onbewuste hadden aangenomen, Jean-Baptist Metz, die vreesde dat de kerk alleen maar met de erkenning van de politieke rechten van burgers blind zou blijven voor het sociale onrecht in de wereld. De Nederlandse psychiater Anna Terruwe, die de derde weg voorstond tussen priestercelibaat en huwelijk met als resultaat de priester of religieuze met partner, een vriendin of vriend zonder over te gaan tot huwelijksgemeenschap. Zielsgenoten. Strelen mocht? Pieter en priester Daens, gewrongen tussen hamer en aambeeld, tussen de socialisten en het patronaat, pater Damiaan, gepokt en gemazeld met de ziekte van zijn “parochianen,’ De Franse priester Michel Qouist die ‘Zonder Wierook’ en de Duitse pater Johannes Leppich die ‘Tussen Asfalt en Beton’ loslieten op de jeugd om haar te bereiken daar waar ze haar meenden te vinden. En uiteraard Louis Paul Boon, in 1972 voorgedragen voor de Nobelprijs voor Literatuur. Hachelijke karwei waar we voor stonden. Alsof de geschiedenis een groot boek is, waaruit we bladzijden moesten scheuren en weggooien. Natuurlijk, de geschiedenis houdt niet op te bestaan, ook niet door ons vandalenwerk. Zelfs niet met onze eigen verdwijning ooit. Maar het deed toch zeer, want we zijn een stuk van die geschiedenis. Bladen scheuren uit ons eigen lijf en bestaan! Zalf op de wonde: uitkijken naar nieuwe boeken en de toekomst.
Guido De Schrijver
10
DE ENGEL EN DE MAAGD Aan de exclusief rationalistische denkers wordt dringend de raad gegeven dit verhaal niet te lezen. Het zou hun behoefte aan helderheid zwaar kunnen beschadigen. Hun greep op de werkelijkheid zou hen ontvallen. Dat is de haak waaraan ze heel hun leven ophangen. Wij willen met ons stukje ruimte zoeken voor een verantwoorde naïviteit. Wij willen afdalen tot de sporen die onder onze begane grond zijn gegraven. Onder de grond van onze vele drukke bezigheden en onze vele verantwoorde analyses willen wij de wetmatigheid leren van hetgeen ons beroert...ondanks en vòòr en achter onze vele woorden. Onze eigenlijke waarheid ligt ondergronds. Onder de grond van onze vermeende zekerheden. Onder de grond van onze goedkoop geloofde dogma¹s. Met zoiets staan we als in de nacht in een verlaten metrostation in Antwerpen of in Brussel, in Rome of in Parijs. Als je dààr staat, ben je niet meer de galante mens die wandelt op een avenue of in een winkelstraat. Je krijgt kou en je voelt de pijn van je dromen en de gedachteloosheid van je vele gedachten. Je bent naakt. Dat is: van al je kleren beroofd. Je kijkt enkel naar de doffe sporen en je gedachten maken je weemoedig ziek. Je wordt onrustig en onzeker van binnen. Totdat het treintje eindelijk aankomt. Je kan wegrijden van je verdriet. Het is één uur in de nacht. Daar kan je twee dingen mee doen. Je gooit het van je af. Je bent opnieuw ‘jezelf’. Je verzamelt al je zekerheden. Je delft al je waarheden opnieuw op. Je staat weer hersteld op je begane grond. De story van je leven kan verdergaan. Je weemoed kan je zo vlug mogelijk begraven...de mens doet eigenlijk niets liever. De mens is zelfs heel handig om dat voor de duizendste keer te doen. Zo houdt hij zichzelf overeind: met mij is er niets aan de hand. Ik overleef. Dat is mijn eerste mogelijkheid. Het is mijn eerste ontsnappingsroute. Die route ken ik goed. Van het danige gebruik. Maar...ik kan mijn metro-ervaring ook ernstig nemen. Die nacht, om één uur, was ik een kind. Ik bedelde om geboorte. Ik beken het: ik verwachtte toen de engel van vertroosting. Ik was toch zo hulpeloos niet thuis in mijn eigen huis. Ik wil die engel ernstig nemen. Hij leert me zoveel. Hij leert me dat ik er mag zijn. Dat ik mag opengaan op leven. “Vrees niet” is het enige woord uit zijn woordenboek. Ik ben niet vastgenageld aan mijn gekwetste verleden. Morgen mag ik nieuw ademen en het leven begroeten. De engel zegt het 365X. Het is een goddelijke scheurkalender. Ik mag leven. Mijn verleden maakt mijn toekomst niet kapot. Adem aub: je bent met leven omgeven. Je bent omgeven met je eigen leven. Je mag leven van je eigen hartslag. Niets of niemand mag je verbieden naar jezelf te luisteren. Geen enkele theorie, geen enkel politiek systeem, geen enkele ideologie, geen man, geen, vrouw, geen vader en geen moeder. De mens is nooit zichzelf door compleet van een ander te zijn. Wij zijn nooit onszelf als mens-van... De echte mens is daarom maagdelijk geboren. De drift en het bloed zijn niet mijn eerste en mijn laatste definitie. Ik mag wandelen in mijn eigen huis. Vader en moeder hebben mij uitgestoten, weggestoten om mij aan mezelf te geven. Zij zullen voortaan, in het beste geval, mijn beste supporters zijn. En dan - als dit wonder gebeuren mag! - zal ik broeder worden en zuster, vader en zoon en dochter en kind. Alleen van daaruit zal ik een betrouwbare partner zijn, een mede-mens. Maria, Bethlehem, de engel en Maria: het is het geschenk dat ik binnenlaat om mijn diepste naïviteit te laten zegenen. Intussen heb ik mijn hoge hoed al lang meegegeven met spullenhulp. Mijn voornaam wordt me eindelijk lief. Frans De Maeseneer
11
VERDIEPINGSDAG JEBRON Aaigem 20 november 2011 Enkele impressies Thematiek : 'De bijbelse wortels en de actualiteit van de traditionele christelijke rechtvaardigingsleer.' Welke oecumenische houding nemen christenen aan binnen hun eigen kerk en andere kerken? Ondanks deze op het eerste zicht zware thematiek waren velen op het eind van de dag blij dat ze zich niet hadden laten afschrikken door de titel.
Een bundeling van enkele ideeën in de loop van de dag: Op een heel bevattelijke manier deed Pieter De Witte ons de essentie van het oude conflict tussen de Lutheranen en de Katholieken over 'de rechtvaardigingsleer' uit de doeken. Op grond van de overtuiging als 'wij zijn de ware erfgenamen van het geloof' en 'de anderen zitten fundamenteel fout' hadden beide stromingen elkaar sinds de 16de eeuw verketterd. Pas sinds 1999 hebben beiden een gemeenschappelijke verklaring ondertekend die vertrekt vanuit een 'gedifferentieerde consensus' : beiden hebben deel aan de waarheid, maar er worden verschillende accenten gelegd. Enerzijds was er de katholieke invalshoek die altijd heeft gewezen op het belang van goede werken en ethiek. Zoals het in de Jacobusbrief (Jac. 2:17-26) staat: “een geloof zonder werken is leeg, niets, ja zelfs dood.“ 'Gods Rijk wordt zichtbaar daar waar liefde is.' Helaas had de Rooms-Katholieke Kerk zich tijdens de middeleeuwen in een machtspositie gesetteld. Daarbij ontwikkelden zich – naast de goede dingen die er ook gebeurden – een aantal misstanden en uitwassen die het hele religieuze leven economiseerde. Door boetedoening en aflaten kon men zijn heil gaan afkopen, zowel door inspanningen (bedevaarten ...) op den duur ook gewoon door geld. (“Als er een muntje in het bakje klinkt, een zieltje naar de hemel springt') Met die klinkende muntjes kon de kerk dan nog kiezen wat ze ermee deed. Er gebeurden goede dingen mee in dienst van de gemeenschap (bv in Nederland het ophogen van de dijken om overstromingsgevaar af te wenden), maar evenzeer was het vaak een bron van inkomsten voor de bouw van de St Pietersbasiliek of gewoon een manier om de kerk te verrijken en verdween het in de zak van clerici. In deze context is de principiële en fundamentele reactie van Luther te begrijpen. Daarbij kwam nog dat hij (voor een deel als kind van zijn tijd) een zeer scrupuleus persoon was die goed wou leven, maar in hoge gewetensnood verkeerde. Hij probeerde goed te doen, maar het bleef bij 'proberen', want hij ervoer zichzelf als ‘nooit genoeg’. Bovendien, dacht hij : was al dat werken aan het goede niet gewoon een poging om zichzelf te verheffen en wat was daar dan positiefs aan in de ogen van God? Doe ik het goede uiteindelijk ook niet gewoon voor mezelf ?? (Hierbij dacht ik aan een citaat van de Nederlandse cabaretier Theo Maassen in een van zijn shows: “ Wat is liefde? Kunt u mijn eigenbelang zo inpakken dat het een cadeautje lijkt? “) Luther worstelde (volgens psychiater Ericson zelfs op een pathologische manier) met zijn angsten en scrupules dat hij er psycho-somatische klachten aan overhield. Tot hij zich uiteindelijk bevrijd voelde na het lezen van teksten van Paulus: Rom 3, 19-30 en Gal 2, 15-21) “Ik las de Romeinenbrief en de hemel ging open”. Daarin staat : de heidenen ('onbesnedenen') slagen er niet in de Wet (Thora) te onderhouden, maar zelfs de Joden slagen er niet in in de Wet te onderhouden. Allen staan klein en nietig voor God. En alle plicht en moeten van de godsdienst (de goede werken) brengen ons niet dichter bij God. Maar het is goed dat het er is, want het duwt je juist nog meer met de neus op de feiten: allen zijn we schuldig. Maar hoe meer besef we hebben van onze schuld, des te beter voel je de genade als je beseft dat God ondanks alles je accepteert zoals je bent. Jezus heeft als totaal onschuldig gekruisigde alle zonden op zich genomen. 'Gods gerechtigheid, die zich door het geloof in Jezus Christus meedeelt aan allen die geloven, zonder enig onderscheid.' (Joden en heidenen) De mens wordt dus gerechtvaardigd door te geloven en te vertrouwen, niet door de wet de onderhouden. De reactie van de Kerk op de woorden en het optreden van Lutrher en de Lutheranen was ... defensief. Ze reageerde met het concilie van Trente. Maar eigenlijk zou dat document toch behoorlijk 'progressief' zien. De verdediging luidde : wij zijn niet fundamenteel fout door met werken bezig te zijn. Dat wat Luther als bezwaren
12
ziet – verplichtingen, de morele wet, gewetensnood, menselijke verantwoordelijkheid ...- dat zijn niet ENKEL dingen die mensen dieper in de miserie duwen, maar horen er bij, hebben ook hun nut. Het document van Trente is een menselijk document dat rekening houdt met de zwaktes van mensen. Oké, je kan vertrekken vanuit het zoeken naar liefde, maar wat als je het niet meer graag doet, geen liefde ervaart? Dan kunnen regels, verplichtingen of zelfs 'de vrees voor de hel' je er door trekken. Uit vrees doen mensen soms ook goede dingen. Intermezzo over de decaloog en het nut van regels en wetten. De wet (o.a. 10 geboden) zijn slechts 'middelen', het doel is een liefdevolle omgang met elkaar; rechtvaardigheid. De 10 geboden beginnen met “Ik ben de Ene, uw God die u uit Egypte heeft geleid. En gaat verder met Gij ZULT niet ... Niet 'ge moogt niet' ; op een moraliserende manier. Eerder in de betekenis van : Je hebt nu vrijheid verworven, je gaat die toch niet op het spel zetten door moord, diefstal, .... Verspil de gratuiet geschonken genade van de vrijheid niet ! Anderzijds over het doel 'liefdevol omgaan met elkaar', rechtvaardigheid: wat betekent dat concreet? Dat wordt soms heel complex... dan zijn regels soms praktisch. Bv Wanneer ben ik 'goed' bezig? De werken van barmhartigheid, ... Soms voel je een AHA-erlebnis, topmomenten van bevrijding, hoop, liefde... Maar is dat niet eerder 'soms zien, heel even' ? Welke gevolgen had dit voor de oecumene? Lutheranen hebben ooit gezegd dat als het document van het concilie van Trente 100 jaar eerder was gepubliceerd én als de kerk het ook in praktijk had gebracht, het tot geen breuk zou zijn gekomen. Maar door het schisma werden er andere accenten gelegd : Bij de katholieken zeggen ze: pas op met het structurele kwaad, anders leg je te weinig accent op de individuele vrije keuze en verantwoordelijkheid. ( bv. ook in de hele ecologische discussies : we hebben allen schuld – 'erfzonde'- aan de klimaatcrisis : moeten we dictatoriaal wetten gaan opleggen om verbeteringen te gaan forceren of iedereen wijzen op zijn eigen verantwoordelijkheid ???) Bij de Lutheranen : Pas op met individuele verantwoordelijkheid : je raakt overroepen, alsof individuen het allemaal kunnen... We hebben goddelijke genade nodig. Maar wat ondanks alle verschillen alle christenen met elkaar verbindt is wat Pieter “de gezamenlijke christologische basis”: Jezus is gestorven voor onze zonden (in onze tijd zullen we moeten zoeken wat daarmee bedoeld wordt). Dit wordt dan weer wel anders ingevuld : Lutheranen zeggen 'Jezus heeft alles volbracht'; Katholieken worden opgeroepen (het appel) om Jezus na te volgen. Maar voor beiden hangt alles af van de goddelijke genade : kracht, hoop, liefde,... het komt van 'God', 'En toch' of hoe je het ook een naam wil geven.
In de namiddag bogen we ons in 3 groepjes rond een viertal actualiserende vragen : 1) Wat betekent 'geloof is meer dan werken / ethiek' ? 2) Wat betekent het dat 'alles met God begon' ? (Hoe centraal staat God? Wat met godsbeelden als “God geeft, god neemt” / “Insjallah” ... / een appel, het gelaat van de Andere / ... ) 3) Wat met het instituut kerk? (Hoe ver moet een eventuele hervorming gaan? ...) 4) Hoe welwillend luisteren we naar anderen? (En waarom lijken we bij interne conflicten -bv meningsverschillen met Léonard – strenger te zijn dan in dialoog met anderskerkelijken, andersgelovigen of ongelovigen? ) Enkele bedenkingen van wat bij bleef uit de groepjes: We hebben nood aan meer mildheid in conflicten en dialoog. “Ik ben niet de norm”. Karen Armstrong : 12 stappen in Compassie, mededogen : centraal begrip in alle religies ! (mildheid tegenover jezelf, anderen, de werkelijkheid zoals ze is) Mogelijk thema voor vieringen volgend werkjaar. De passie van Hans Küng : Wereldethos zoeken als we samen willen werken aan een betere wereld.
13
“Bovenal Bemin God en je naaste als jezelf” : centraal christologisch 'gebod'. God als stem die oproept tot gerechtigheid, liefde en vrede. Geloof niet als ‘ik weet en ben meer dan de anderen, de niet gelovigen, maar wel als 'supplément d’ âme’ , een gratis geschonken extra dat onze ziel kan, versterken (Gabriel Marcel). Ik heb alle 'moeten' overboord gegooid na 50 jaar en het voelde als een bevrijding. Geen zware vracht meer op de schouders Geloof is als een 'motor', of als een 'verwarmingsketel' : misschien is geloof dus toch eerst, de oorsprong en de rest ('werken') vloeit er uit voort? Belangrijk om te zoeken naar evenwicht tussen het spirituele en de werken; zowel in ieders leven individueel, als maatschappelijk (westerse wereld verliest haar spirituele pijler). Is ook wat Han Fortmann schreef in zijn boekje “Oosterse Renaissance naar aanleiding van het beeld van de yogi en de commissaris (Artur Koestler): allebei lopen ze te pletter in hun eigen eenzijdigheid. Dit was ook het thema van ons jubileumconcert: strijd én inkeer. De loelav : Bij het Loofhuttenfeest maken de joden een soort van palmtakken, genaamd de LOELAV. Deze Loelav moet samengesteld worden uit 4 verschillende takken, waarvan er twee wel vruchten geven (de etrog - een soort citroen - en de dadelpalm), en twee geen vruchten geven (de mirtetak en de wilgetak). En die vier hebben elkaar nodig, want anders is er geen echte loelav. Alleen samengebonden kan er sprake zijn van een geldige loelav. Dit samengebonden zijn verwijst symbolisch naar de noodzaak van solidaire verbondenheid met elkaar, zonder dewelke het volk Israël als gemeenschap uit elkaar valt. "De etrog heeft smaak en geur, zo heeft Israël mensen die leren en goede daden doen. Palmtakken hebben wel smaak, maar geen geur, zo heeft Israël mensen die leren en geen goede daden doen. Mirtetakken hebben geen smaak maar wel geur, zo heeft Israël mensen die niet leren maar wel goed doen. Wilgetakken hebben geen smaak en geen geur, zo heeft Israël mensen die niet leren en niet goed doen. Wat doet nu de Heilige, gezegend zij Hij? Ze vernietigen is onmogelijk. Maar, zegt God, laten ze samengebundeld worden en zo zullen ze voor elkaar verzoening krijgen. En als jullie dit doen, word ik daardoor verheven." Gods eer ligt dus niet in de mate van individuele voortreffelijkheid of perfectie, maar in de mate waarin mensen het voor elkaar opnemen. En daarvan is de loelav het symbool. De chassied is dus pas echt chassied als de fouten en de onwetendheid van de ander hem zó een zorg zijn dat hij die fouten als de zijne ziet. Als we die spreuk goed bestuderen dan zien we dus dezelfde componenten: leren (de smaak is wat je zelf proeft) en handelen (gesymboliseerd door de geur die zich overal verspreidt waardoor ook de anderen ervan kunnen genieten). De naar de loelav verwijzende spreuk plaatst dus het ideaal van de chassied voorop als de mens die niet in eigengereid isolement zijn deugden koestert (en zo het gevaar loopt van hypocriete hoogmoed), maar die midden in de gemeenschap blijft staan in solidariteit met al de anderen. Want alleen samen zijn zij de gemeenschap van Israël. Hier is geen sprake van heilsegoïsme omdat de problemen en de onmacht van de ander essentieel zijn voor het eigen leven en handelen. Maar anderzijds is ook de onwetende aangewezen op de chassied zonder wie hij blijft steken in zijn onwetendheid. Deze levenswet van wederzijdse betrokkenheid op mekaar is noodzakelijk voor een echte gemeenschap: als één ledemaat lijdt, lijdt het hele lichaam. Kiezen voor het goede leven, of zoals de inheemse volkeren in Zuid-Amerika zeiden: 'Buen vivir: een leven in harmonie met jezelf, het milieu, de anderen, ev God, ... Overgave, vertrouwen hebben, zelfs als we beseffen dat we het zelf niet zullen meemaken, of onze kinderen niet .... 'Weir doeng voesj' / 'En toch' En dit God durven noemen, anders wordt zijn naam misbruikt door anderen die er iets anders mee bedoelen: macht, seks, geld, ... Bij het ophalen van 40 euro voor 11.11.11 actie zei iemand: 'Heeft het wel zin, dat geraakt maar niet opgelost'. Het zal over 1000 jaar waarschijnlijk nog niet opgelost zijn, maar het zal voor de boer die met dit geld een geit kan kopen toch een verschil maken...' Dorothe Sölle : denk aan de kathedralenbouwers: de meesten hebben nooit kunnen zingen in het gebouw waar ze voor aan het werken waren.... ze leefden wel met een visioen van hoop.
14
Hierbij aansluitend nog een Joods verhaaltje : Een rabbi had een buurman die zeepfabrikant was. De zeepmaker zei: "Wat stelt geloven eigenlijk voor? Kijk naar de ellende en de toestand in de wereld na duizenden jaren godsdienst. Als geloven een mens goed doet en de waarheid dient, wat is daar dan van terecht gekomen?!" De rabbi zei niets, maar nam zijn buurman mee naar buiten. Daar liep een stel jongens, die van onder tot boven onder de modder zaten. Hij zei :"Kijk daar nou eens naar. We hebben al generaties lang zeep, maar zij zien eruit als varkens, zo smerig. Wat heeft zeep dan voor betekenis?!" Buurman protesteert : "Maar rabbi, zeep heeft alleen maar zin, als het gebruikt wordt, anders werkt het niet." "Precies", zei de rabbi, "en met geloven is het niet anders!" ( http://preekblog.blogspot.com/2007/08/de-jacobusbrief-gemeente-van-onze-heer.html ) Of zoals het ook blijkbaar in het Oosten gezegd wordt en ik bij de Yoga lessen heb geleerd : “Take it easy, don't be lazy” ! Kristien Renneboog
HUIZEN VAN VREDE 2012 In het eerste jaar van onze samenwerking (aanvankelijk vooral tussen Emmaüs en Jebron) organiseerden we drie zaterdagnamiddagen ronds de Islam en dit onder het motto : DAR EL SALAM (Huis van Vrede). De Islam is op de eerste plaats een huis van vrede. In het tweede jaar verruimden we onze thematiek naar het belang van het samen werken aan de realisatie van een interculturele en interlevensbeschouwelijke samenleving via de vaak moeilijke weg van het “actief pluralisme”. Dit jaar zullen we focussen op jongeren en lieten we ons inspireren door de slogan van Kerkwerk Multicultureel Samenleven – AMOS:
MIGRATIE HEEFT EEN JONG GEZICHT KWETSBAAR HOOPVOL ONZE TOEKOMST Drie avonden dus in verband met jongeren. We hopen dat er ook jongeren zullen op afkomen en daartoe hebben we leerkrachten die lesgeven in het laatste jaar van het secundair onderwijs bewust aangesproken. Deze drie avonden gaan telkens door in LDC De Toekomst, Sint Kamielstraat 85 te 9300 Aalst van 19.30 tot 21.30 uur. De avonden zijn ook gratis en er zal een vrije bijdrage worden gevraagd. 1. Tijdens de eerste avond, die doorgaat op 24 januari 2012 luisteren, we naar verhalen van kwetsbaarheid/weerbaarheid van jongeren van vreemde origine, die hier zijn terecht gekomen zonder ouders of wettelijke voogd. Deze jongeren worden “buitenlandse niet begeleide minderjarigen” genoemd. Tijdens het eerste deel van de avond getuigen jongeren die in JUNA verblijven samen met hun opvoeder, begeleider, enzovoort. Tijdens het tweede deel van de avond wordt de prijs uitgereikt van de door KMS georganiseerde verhandelingenwedstrijd rond dit thema. We eindigen met een feestelijke receptie aangeboden door KMS.
15
2. Tijdens de tweede avond van 28 februari 2012 hebben we jonge ouders met een verschillende levensbeschouwing – humanistisch, islamitisch en christelijk - uitgenodigd om wat te vertellen over de opvoeding die ze zelf hebben ontvangen en de opvoeding die zij nu op hun beurt willen geven aan hun kinderen. En dit vanuit de vraag: welke waarden hebben jullie zelf meegekregen in jullie kindertijd en jeugd? Welke waarden willen jullie nu doorgeven aan jullie kinderen? Tijdens het tweede deel van deze avond zal Hans Van Crombrugge (Pedagoog, hoofdlector kenniscentrum van Hoger Instituut voor Gezinswetenschappen Brussel) deskundige commentaar geven bij wat hij heeft gehoord om nadien ook in gesprek te treden met de aanwezigen. 3. Op 27 maart 2012 snijden we dan het delicaat onderwerp aan van jongeren in kansarmoede en de problemen die dit met zich meebrengt. Kwetsbare gezinnen vinden we in onze samenleving zowel bij mensen met Belgische als bij mensen met andere roots. Toch leeft de perceptie dat er meer problemen zijn bij jongens van "allochtone" origine en bij "moslimjongens". Deze laatste komen in de media vooral als een probleemgroep aan bod: machogedrag, agressie, problemen op school, criminaliteit,… Is voor deze jongens een andere aanpak nodig dan voor andere jongeren? Zijn zij een tikkende tijdbom onder onze samenleving? Of worden de problemen overroepen? Welke rol spelen scholing, tewerkstelling, huisvesting en armoede in de opvoedingsrelatie? Voor deze derde avond kunnen we rekenen op de medewerking van Jamal el Boujddaine (Antwerpen) en van Marjolijn Lemahieu (vzw Uit de Marge) die onderzoek heeft verricht naar de Aalsterse situatie. We nodigen alle mensen van Jebron uit om aan deze drie avonden met velen te participeren. En vergeet niet: nodig jongeren uit. Namens der werkgroep, Paul De Witte
Wist je dat……. Sebastiaan, zoontje van Stijn& Sanderijn De Coster- Verstraeten, broertje van Jozefien geboren is op 25 oktober 2011. We wensen zus, ouders en grootouders van harte proficiat. Mevrouw Cesarine Willems, Weduwe van de heer Frans Vinck, moeder van Wilfried en Hilde Vinck- De Saedeleer overleden is op 11 november 2011. Wij wensen jullie in het verdriet, een glimlach van herinnering bij de gedachte aan moeder.
Jarigen december en januari 04 Dec 2010 05 Dec 2010 06 Dec 2010 09 Dec 2010 10 Dec 2010 18 Dec 2010 23 Dec 2010 27 Dec 2010 27 Dec 2010 29 Dec 2010
Lieve Van Cutsem Mien Bogaert Paul De Witte Anneleen De Witte Herlinde Van Assche Inge De Bruyn Judit Coppens Linda Van Paepegem Marc De Coster Joke Spijker 16
02 Jan 2011 03 Jan 2011 04 Jan 2011 05 Jan 2011 06 Jan 2011 08 Jan 2011 14 Jan 2011 16 Jan 2011 17 Jan 2011 19 Jan 2011 24 Jan 2011 30 Jan 2011 31 Jan 2011
Maria De Vriendt Kjell Bastianssens Haïki Goffin Veronica Samyn Timon De Dycker Wilfried Vinck E.H. Deken De Baere Frederick D’Hooghe Gerda Limpens Hannes Van Lierde Luc Van Lierde / Bernard Lenaerts Karlien Callebaut Lotte Verleysen
Op de scharnieren van de tijd vlucht het oude jaar naar d'eeuwigheid. Helder klaart de nacht. Een ster wijst ons opnieuw de weg. In ons hart is weer hoop en verlangen. Jef Vandromme
KALENDER Zaterdag 3 december om 18.30 uur: viering van het tweede adventsweekend. Ook vandaag laten we ons inspireren door de teksten en thema’s die ons door Welzijnszorg worden aangereikt. Deze viering wordt voorbereid door Groep 1. Welzijnszorg campagne. De voorbereidingstijd voor Kerstmis is de ideale aangelegenheid om de armoede ter sprake te brengen in onze eigen regio. Daarom organiseren enkele mensen uit de Kattelinnestraat een “Soep op de Stoep”. Wij nodigen iedereen uit die het hart op de recht plaats heeft om het middagmaal te komen eten op zaterdag 3 december van 11.00 uur tot 14.00 uur: een lekkere, warme hete kom wintersoep met brood. Prijs: 3 €, meer mag ook. Mensen met een kansenpas betalen 0,50 €. De opbrengst gaat integraal naar de actie Welzijnszorg: zo kunnen organisaties die tegen de armoede in Vlaanderen strijden (ook in Erpe-Mere, Lede en Aalst) een fatsoenlijke steun ontvangen. Gelieve bij voorkeur een seintje te geven als je komt! Dan maken we voldoende soep! (053 809153, of
[email protected]) Ignace, Albrecht, Leen, Willy, en enkele andere helpers. Neem een kijkje op: www.welzijnszorg.be www.soepopdestoep.be 17
Zaterdag 10 december: - Om 18.30 uur: wekelijkse viering van het derde adventsweekend. Deze viering wordt voorbereid door Ignace. - Omdat het een gemeenschapsviering is, is er na de viering een maaltijd met krentenbrood en koffie of wat anders. - Na de maaltijd bekijken we samen de indringende Belgische film ILLEGAL. Iedereen van harte welkom. De toegang is voor iedereen gratis. We nodigen iemand uit die na de film een korte nabespreking kan begeleiden en stofferen. Meer informatie elders in dit nummer. Dinsdag 13 december van 19.30 tot 20 uur: maandelijks BIJBELS LEERHUIS rond het JOHANNESEVANGELIE: we lezen hoofdstuk 19-51 (Johannes de Doper en Getuige en de roeping van de eerste leerlingen)
Donderdag 15 december om 20 uur Raad van Bestuur Zaterdag 17 december om 18.30 uur: wekelijkse viering van het vierde adventsweekend. Deze viering wordt voorbereid door groep3. ZATERDAG 24 DECEMBER om 18.30 UUR: KERSTVIERING in de BEGIJNHOFKERK rond de woorden van het lied: GIJ ZIJT VOORBIJGEGAAN. Deze kerstviering wordt voorbereid door de groepen 1 en 2. Dinsdag 27 december vanaf 10 uur: voorlopig is op deze dag een beperkte klusjesdag gepland om zo spoedig mogelijk de voormalige inforuimte om te kunnen toveren in een rustige en gezellige ontmoetingsruimte. Zaterdag 31 december: GEEN VIERING in Jebron Zaterdag 7 januari 2012 om 18.30 uur NIEUWJAARSVIERING in de Begijnhofkerk vanuit het lied van hoop en bevrijding: DE STEPPE ZAL BLOEIEN. Geladen met hoop en gedragen door elkaar gaan we het nieuwe jaar 2012 tegemoet. Na de viering: Nieuwjaarsreceptie in het Jebronhuis. Iedereen van harte welkom. Dinsdag 10 januari van 19.30 tot 22 uur: bijbels leerhuis. We lezen verder in het Evangelie naar Johannes: het zogenaamde wijnwonder in Kana Galilea.
Zaterdag 14 januari om 18.30 uur: Wekelijkse viering Vanaf deze viering tot de viering van zaterdag 18 februari zullen we ons laten inspireren door een eerste reeks van bijbelse liederen van STEF BOS, uitgebracht op zijn CD “In een ander licht”. In de eerste viering beluisteren we “HET LIED VAN GOD” en confronteren we ons met de vaak eigenzinnige lezing van Stef Bos. Deze eerste viering wordt voorbereid en voorgegaan door liturgiegroep 2 (Mia, Paul, Pia en Trees). Dinsdag 17 december om 20 uur: Raad van Bestuur Zaterdag 21 januari om 18.30 uur: wekelijkse viering 18
Tweede in de reeks rond de bijbelliederen van STEF BOS. Tijdens deze viering staan we stil bij HET LIED VAN LOT (de neef van Abraham). Deze viering wordt voorbereid en voorgegaan door liturgiegroep 1 (Annie, Emmanuel, Eric, Herlinde en Kristien). DINSDAG 24 JANUARI: eerste in een reeks van drie avonden in het kader van HUIZEN VAN VREDE. Deze drie avonden focussen op ‘JONGEREN’ en lieten we ons inspireren door de slogan van KMS: Migratie heeft een jong gezicht: kwetsbaar, hoopvol, onze toekomst Deze eerste avond beluisteren we het verhaal van buitenlandse niet begeleide minderjarigen. Aan de hand van persoonlijke getuigenissen van enkele jongeren die zonder ouders of wettelijke voogd sinds een tijdje in ons land verblijven. We krijgen ook achtergrondinformatie van enkele mensen die hen omringen. We vernemen wat de opvangwerking JUNA in Aalst doet. Zaterdag 28 januari om 18.30 uur: wekelijkse viering Derde in de reeks rond de bijbelliederen van STEF BOS. Tijdens deze viering staan we stil bij HET LIED VAN PREDIKER. Deze viering wordt voorbereid en voorgegaan door liturgiegroep 3 (Lieve, Luc D en Luc VD).
KERSTMIS WE VIEREN EN GEDENKEN
DE EEUWIGE JEUGD VAN DE ENE, GENOEMD GOD. We nodigen jullie uit om deze ‘weg waar geen wegen gaan’ samen te vieren op
ZATERDAG 24 december 2011 om 18.30 uur in de Aalsterse Begijnhofkerk.
Ook nodigen we jullie uit op onze Nieuwjaarsviering op zaterdag 7 januari om 18.30 uur. Na deze viering verwelkomen we jullie graag in het Jebronhuis voor een drink op 2012 .
19
Info Jebron: Het tijdschrift dat maandelijks verschijnt (behalve juli en augustus) Het abonnement kost 10€ voor een gedrukt exemplaar. Wens je hem via E-mail te ontvangen, dan vragen wij 8€. Jebron vzw Open Huis voor Vorming en Pastoraat Begijnhof 1 - 9300 Aalst Open ma, di, do en vr van 08.00 tot 16.45 uur. Tel. 053/77.51.16 E-mailadres:
[email protected] Website: www.jebron.be Stortingen en financiële steun zijn welkom op BE46 0680 6230 4036 Wij bieden: Wekelijkse viering op zaterdagavond om 18.30 uur. Ontmoetingsmomenten: Leefweekend, wandelingen, … Bijbels leerhuis: Eén dinsdagavond per maand. Interactieve vormingsmomenten zoals open haard gesprekken op zaterdagavond en jaarlijkse verdiepingsdag. Tijdschriftenbibliotheek met meer dan 80 verschillende tijdschriften. Alle artikels staan op trefwoord. Artikels, suggesties, tips zijn welkom bij de Redactieraad
[email protected] Raad van Bestuur Monique Batavia Judith Spitaels Erik Van Assche Fred Van den Branden
Luc Rottiers Inge De Bruyn Paul De Witte
Personeel Vera Baeyens Anne De Cremer Hilde De Saedeleer Liturgieverantwoordelijke Paul De Witte
20