België – Belgique P.B. 9300 AALST 1 3/5557
Jebron vzw waar zoekers thuis zijn Begijnhof 1 , 9300 Aalst Tel 053/77.51.16 E-mail :
[email protected] Web: www.jebron.be JAARGANG 38
Nr.1
SEPTEMBER 2013
Afgiftekantoor 9300 Aalst 1
Erkenningsnummer P004342
Verschijnt maandelijks
(behalve in juli en augustus)
Verantwoordelijke uitgever :
JEBRON VZW
De Jebrongemeenschap… Als zoekende mensen levend in deze tijd willen wij ons oefenen in een andere manier van kijken, luisteren en spreken, een andere manier van gaan en leren. Kijken doen we met de blik van de zwakken en de kleinen, met wier ogen en stemmen in de samenleving nauwelijks rekening wordt gehouden. Luisteren willen we naar vreugde en pijn in de verhalen van mensen, naar de tekenen van onze tijd, naar woorden die perspectief geven aan onze gemeenschap. Spreken oefenen wij in naam van wie monddood gemaakt wordt. Met mensen gaan we een weg waarbij we vooral oog hebben voor hen die langzaam vooruit komen, voor alles wat kwetsbaar en weerloos is, en voor allen die door een niets ontziende economie dreigen vertrapt te worden. Leren gebeurt tijdens spontane of georganiseerde leerhuizen waar de vaak dodelijke mechanismen van onze samenleving geanalyseerd worden, waar verhalen van bevrijding klinken die in ons de hoop levend houden op een andere wereld die mogelijk is, waar ons samenleven zelf kan uitgroeien tot een proeftuin van die nieuwe wereld in gerechtigheid. Om dit te kunnen, zoeken we inspiratie. De bijbel is een eeuwenoude traditie met verhalen over JHWH, de ENE, de Profeten en bij uitstek Jezus Messias waarin velen van ons inspiratie vinden. Eveneens vinden we steun in teksten van andere religies of ideeën van denkers. In deze verscheidenheid van inspiratiebronnen vinden wij verbondenheid bij elkaar. Daarom komen wij op geregelde tijdstippen samen waar we vieren rond brood en wijn met verhalen uit de hertaalde en geactualiseerde bijbel en menselijke verhalen van hier en nu, verhalen levend in onze maatschappij. Tijdens die momenten van samen vieren is er ruimte voor woorden, stilte, zang en symbolen, die het hart van de aanwezigen verwarmen en zo de gemeenschap op de been houden. In dit zoeken vinden we bondgenoten met wie we op tocht kunnen gaan en door wie wij ons gedragen weten. 2
REDACTIONEEL: HET INDIVIDU IS HET VERHAAL Wanneer ik een gedachte neerpen, probeer ik goed voor ogen te houden dat ik het heb over hier, over het stuk bodem waarop ik leef, over 'mijn' Europa. Ik weet te weinig over Amerikaanse toestanden, volksgroepen, sekten, duivelaanbidders, godgelovigen die in de Mid-West met een pistool onder hun hoofdkussen slapen. Vanuit de media-informatie weet ik tevens te weinig wat de islamitische allah-fanatici bezielt. Ik weet al helemaal niets van wat de Papoea's bij elkaar houdt, hoe stammen in het Latijns-Amerikaanse regenwoud en etnieën diep in het Chinese binnenland het aan boord leggen. West-Europa, het al van oudsher toonaangevende continent. Hier wordt tot treurens toe herhaald: we zijn de grote verhalen kwijtgeraakt. Die hielden zoals een weefsel mensen aan elkaar gehecht. Af en toe scheurde het wel, heel dramatisch zoals tijdens de Tweede Wereldoorlog. Maar telkens weer groeide het aan elkaar zoals een opengeschaafde verwonde huid na verloop van tijd terugkeert, de obligate littekens in acht genomen. De grote verhalen. Ze weerspiegelden en voedden tegelijkertijd diepmenselijke neigingen, gedragingen die soms tegen jezelf ingingen. Liefdadigheid, bekommernis voor de medemens, lotsverbondenheid, '... en bemin je naaste als jezelf,' kameraadschap, 'arbeiders aller landen, verenigt u!,' solidariteit. Die verhalen, niet volslagen zoek, wel danig verbleekt. Tot en met de verzorgingsstaat, waar tot op zekere hoogte althans met iedereen wat rekening werd gehouden. Het individu neemt het over. Competitiviteit is de enige motor. Wat zijn waarden nog? Vandaag gaat het over de slimste mens, de verste springer, het slankste lijf, de hoogste in de lucht, de beste bestseller, de snelste toetsenbordtikker, de mooiste stem, het langste uithoudingsvermogen, over de sterkste en de nieuwste. Achter al die scores schuilt het wapen van de nieuwe dictatuur, klinkende munt. De grote verhalen gingen meestal gepaard met dictatoriale begeleiding, de kerken, centraliserende regimes. Vandaag is het individu zodanig uitvergroot en gegroeid dat het geen enkele vorm van dictatuur verdraagt. Zelfs de reguliere staat wordt door talrijke individuen als teveel aangevoeld. Volledige ontvoogding en vrijheid zijn het ideaal. Ondertussen gaat de nieuwe dictatuur geruisloos haar gang en dringt tot in de individuele vezels en genen binnen. De meest uiteenlopende vormen van massa- en communicatieapparaten, die in versneld tempo aanwassen en in de broekzak of het handtasje naast de kredietkaart meegedragen worden, zijn de sluipwegen van de dictatuur die zodanig alomtegenwoordig is dat ze aangevoeld wordt als natuurlijk, een deel van de natuur. Zodanig dictatoriaal dat ze het niet meer is. Aan herauten ontbreekt het niet. Ik dacht spontaan aan 'Loslopend Wild,' de Vlaamse tvserie, waarin enkele dames het hilarisch bont maken. Ik dacht dat de dame in kwestie uit de serie ontsnapt was. Alleen al de naam, Gwendolijn, echt iets voor een bestseller. Magisch realisme. Maar het was bloedige ernst. 'Iedere werknemer is perfect in staat om over zijn eigen loon te onderhandelen en het sociaal overleg is daar niet voor nodig.' Hallucineert de liberale voorzitster? Last van ijlkoorts? Alzheimer? En nog zo jong! Elke dag opnieuw zien we hoe gewiekste kerels op hun eentje of met een kaartclubhoeveelheid vrienden een hele regering doen buigen, een staat op de knieën krijgen, de nationale fiscus in zijn hemd en de politie te kakken zetten. 'Maar iedere werknemer is perfect in staat om,…' Ja, om wat? Om de haviken, de winstjagers, de graaiers het hoofd te bieden? 'Geef twee buren 1000 frank, de dag nadien heeft de ene het bedrag opgesoupeerd en de andere 1000 frank interesten opgestreken.' Dat was indertijd in een boutade het argument om het individu op zijn beloop te laten en zeker geen samenhorigheid noch solidariteit te laten 3
meespelen. Iedereen is verantwoordelijk voor zichzelf. Bleek achteraf dat de ene een gehandicapte in een rolstoel was en een dure doktersfactuur in de bus kreeg en de andere de zoon van een frauduleuze bankier. De hype van het individu en de sacrale individuele vrijheid is nog altijd aan zijn opmars bezig, uiteindelijk ten voordele van een beperkte elite, waarvan de leden meer individueel blijken te zijn dan de rest. Vandaag staat het individu op een hoogtepunt in de geschiedenis. Realiteit of illusie? De miljarden individuen op de wereld worden als bacteriën dag en nacht geobserveerd door een microscoop met een data-opslagcapaciteit gelijk aan 250 miljard dvd's in Salt Lake City. Guido De Schrijver
Dit is het EERSTE nummer van de 38 ste jaargang van Info Jebron. Het Nieuwe werkjaar start op15 september . Wens je op de hoogte blijven van alle activiteiten in en rond het Jebrongebeuren, HERABONNEER je dan op Info Jebron.. Voor 10€ ontvang je 10 interessante nummers in de brievenbus of voor 8€ ontvang je Info Jebron in je mailbox.
4
OP ZONDAG 15 SEPTEMBER.
STARTDAG 38ste WERKJAAR VAN JEBRON. ONS VERHAAL EN DAT VAN ANDEREN VAN MUREN NAAR BRUGGEN In onze door de media beheerste wereld worden mensen geconfronteerd met een veelheid aan verhalen. Het is niet altijd gemakkelijk om het kaf van het koren te scheiden. Want welke criteria hanteren we om de vele verhalen op hun levenswaarde te schatten. Ons verhaal- hoe we het ook willen benoemen: christelijk, messiaans, in de lijn van Jezus -hanteert één norm: komen onze woorden en onze levenspraktijk ten goede aan hen die in deze (wereld)samenleving, vernederd en uitgesloten worden, gedegradeerd tot “niemand”, nergens thuis, nergens welkom? Dat is het hart van ons verhaal. Dat is het hart van onze identiteit. En gelukkig mogen we mensen ontmoeten, die zich wellicht door een ander verhaal laten inspireren, maar toch onze bondgenoten zijn. Maar minstens even vaak zal ons verhaal botsen tegen de succesverhalen van onze tijd. Dorothee Sölle schreef ooit: hoe kan nu het beeld van een solidaire gekruisigde Jezus, vermoord door de machten van zijn tijd, optornen tegen de mooie lichamen van mannen en vrouwen, die ons als ideaal worden voorgehouden? De solidaire Gekruisigde heeft hier geen schijn van kans. EN TOCH! Dat is nu eenmaal ons kwetsbaar én uitdagend verhaal, dat ons uitnodigt om muren af te breken en bruggen te bouwen. De viering zal voor het eerst plaatshebben in de de polyvalente ruimte van het HUIS VAN CLARA, Sinte Annalaan 41, 9300 Aalst. om 10u30. Na de liturgische viering gaan we met z’n allen naar het Jebronhuis, Begijnhof 1 te Aalst voor onze feestelijke maaltijd. Wat bieden we de deelnemers aan? Een aperitief en een heerlijke spaghetti (gewoon en vegetarisch). Volwassenen betalen 8 € en kinderen 4 €. We vragen om VOOR 8 september in te schrijven. We hopen dat de Jebronners wat familie en vrienden uitnodigen zodat we er met velen een bemoedigende dag kunnen van maken.
5
ONS VERHAAL EN DAT VAN ANDEREN (deel 1) Situering van het thema
We kozen deze woorden als motto voor ons nieuw Jebronwerkjaar, het 38 ste. En om met Jan Becaus te spreken: dat is geen kattenpis. Met als ondertitel: van muren naar bruggen. Het kan niet meer dat levensbeschouwingen in het algemeen en de christelijke in het bijzonder zich achter allerlei muren verschansen. De muur bijvoorbeeld van het eigen groot gelijk, dat geworteld is in de waangedachte de waarheid in pacht te hebben. Levend in een interculturele samenleving mogen en kunnen we van elkaar leren. En dit kan enkel wanneer we allen respectvol en in grote luisterbereidheid van elkaar willen leren. En ik ben verheugd uit eigen ervaring te mogen stellen dat ik deze empathische luisterbereidheid bij open en progressieve katholieke christenen terugvind. Meer dan bij vele zich open en progressief noemende vrijzinnigen, die het niet kunnen laten met enige meewarigheid neer te blijven kijken op mensen die zich bewust willen plaatsen in de christelijke geloofstraditie. Zeker een groep zoals SKEPP (afkorting van Studiekring voor de Kritische Evaluatie van Pseudowetenschap en het Paranormale), heeft de onweerstaanbare neiging alles op één pseudowetenschappelijke hoop te gooien. Niet gehinderd door een volkomen gebrek aan kennis van zaken wat betreft de kern van het bijbels geloofsverhaal, scheren ze vaak alles wat met authentiek geloof te maken heeft, over dezelfde kam als bijgeloof. Zelfs Paul Verhaeghe (auteur van Identiteit) moet eraan geloven, omdat hij het nog altijd blijft riskeren om in deze SKEPPtische tijden te geloven in de kracht en de mogelijkheden van de psychoanalyse, die in de ogen van SKEPP-epigonen de status van pseudowetenschap en dus van bijgeloof krijgt. Zo kon de enkele maanden geleden plots overleden PdW (Patrick De Witte) die een zeer actief lid was van SKEPP, zijn sarcastisch cynisme niet verdoezelen wanneer hij het over religie en geloven had: gelovigen waren in zijn ogen bij definitie een bende dwaze kloten, die hun tijd verbeuzelden met onzinnige rituelen en praatjes voor de vaak. Maar als open en progressieve gelovige wil ik graag luisteren naar het verhaal en de kritische vragen van SKEPP, maar dan wel op voorwaarde dat ook SKEPP met even grote, onbevooroordeelde en respectvolle openheid bereid is naar mijn (ons) verhaal te luisteren.
Een verhaal tussen vele andere verhalen
In onze door de media beheerste wereld worden mensen geconfronteerd met een veelheid aan verhalen. Het is niet altijd gemakkelijk om het kaf van het koren te scheiden. Want welke criteria hanteren we om de vele verhalen op hun levenswaarde te schatten? Ons verhaal - hoe we het ook willen benoemen: christelijk, messiaans, in de lijn van Jezus hanteert één norm: komen onze woorden en onze levenspraktijk ten goede aan hen die in deze (wereld)samenleving vernederd en uitgesloten worden, gedegradeerd tot “niemand”, nergens thuis, nergens welkom? Dat is het hart van ons verhaal. Dat is het hart van onze identiteit. En gelukkig mogen we mensen ontmoeten, die zich wellicht door een ander verhaal laten inspireren, maar toch onze bondgenoten zijn. Maar minstens even vaak zal ons verhaal botsen tegen de succesverhalen van onze tijd. Dorothee Sölle schreef ooit: hoe kan nu het beeld van een solidaire gekruisigde Jezus (geen mens meer, maar een worm), vermoord door de machten van zijn tijd, optornen tegen de mooie lichamen van mannen en vrouwen, die ons als ideaal worden voorgehouden? De solidaire Gekruisigde heeft hier geen schijn van kans. 6
EN TOCH! Dat is nu eenmaal ons kwetsbaar én uitdagend verhaal, dat ons uitnodigt om muren af te breken en bruggen te bouwen. Het is mogelijk dat ik mij niet goed voel en misschien wel beschaamd ben over het de voorbije geschiedenis van de christelijke kerken. Maar ik ben niet beschaamd over het christelijk/messiaans geloofsverhaal, dat geworteld is in het bevrijdend verhaal van Israël. Over dat verhaal ben ik niet beschaamd. Integendeel, dat verhaal behoort, naar mijn aanvoelen en in respect voor alle andere verhalen van religies en levensbeschouwingen, nog altijd tot het beste van wat de mensheid in haar lange geschiedenis heeft voortgebracht. Is dat een pretentieuze uitspraak? Ze is in ieder geval niet zo bedoeld, want ik heb het niet over hoe goed ik wel ben, of hoe solidair wij wel zijn in onze concrete praktijk. Ik heb het over het verhaal van een visioen, van een droom die ergens ooit op gang is gekomen, en tot op de huidige dag doorgaat.
Een blijvend tegendraads verhaal Het bevrijdend verhaal, dat in Israël tot leven is gekomen, is een verhaal naast én tegenover verhalen van heel wat religies en levensbeschouwingen, die telkens weer het vanzelfsprekende recht van de sterkste funderen in hun goden. De droom, die in Israël tot verwoording is gekomen, zal juist het omgekeerde doen en de NAAM van hun God associëren met het project van een samenleving in gerechtigheid: zonder heren en zonder knechten. Een samenleving waarin juist het recht van de zwakke als eerste punt telkens weer op de politieke, sociale en religieuze agenda wordt geplaatst. Deze keuze maakt dit verhaal uiterst bedreigend voor de bestaande (wan)orde én voor de ideologisch getinte verhalen die de dienst uitmaken. Georg Steiner (niet te verwarren met de antroposoof Rudolf Steiner) en Franz Rosenzweig, twee joodse filosofen van de 20ste eeuw, spreken over het verhaal van Israël als over een spiegel die de mensheid wordt voorgehouden. Driemaal ontstond binnen het jodendom een beweging van onovertroffen humanisering: (1) Mozes met de Thora, geconcentreerd in de 10 woorden van bevrijding; (2) Jezus van Nazareth met zijn Messiaanse droom van recht en vrede te midden van een niets ontziend Romeins Imperium dat elke roep om bevrijding de kop indrukte; (3) Karl Marx met zijn in het jodendom gefundeerde maar volkomen seculiere droom van een klasseloze samenleving, waarin geen mens nog een slaaf zou zijn van een andere mens. Deze spiegel werd de mensheid voorgehouden. En telkens werd deze spiegel stukgeslagen omdat de mensheid de blik in die te uitdagende spiegel niet aankon en aandurfde. Want in die spiegel werd het machtsspel duidelijk en werd het ideologisch gefundeerde onrecht meedogenloos ontmaskerd. Wanneer Georg Steiner op zoek gaat naar de uiteindelijke en diepste motieven van de Nazi’s om het Europese jodendom met wortel en tak uit te roeien (eufemistisch verwoord met “die Endlösung der Judenfrage”), dan komt hij terecht bij deze metafoor van de spiegel. Een levendig en authentiek jodendom, dat trouw blijft aan de grondrichting van de Thora moest definitief uit Europa worden verwijderd, omdat het telkens de spiegel van de Thora zou bovenhalen om de gelegaliseerde gruwel te ontmaskeren.
Voorlopig besluit
Laat ik deze eerste bijdrage afsluiten met enkele gedachten van Huub Oosterhuis. Het was in 1882 dat Friedrich Nietzsche, in zijn boek Vrolijke Wetenschap, een dolle mens op klaarlichte dag met een brandende lantaarn over de markt laat lopen en roepen 'ik zoek God, ik zoek God'. Nu staan daar juist veel mensen bij elkaar die niet in God geloven - daverend gelach - God, hoezo, 7
is hij weg dan, verdwaald als een kind, op reis? Nee, roept de dolle mens, God is dood, en wij hebben hem gedood, wijzelf. Maar hoe hebben we dat gedaan -hoe konden wij de zee leeg drinken, de horizon uitwissen, de aarde loskoppelen van haar zon? 'En nu vallen we naar alle kanten en dolen door een oneindig niets.' In deze beeldspraak 'De dood van God' ligt voor Nietzsche besloten dat de hoogste waarden ontwaard zijn, dat er geen richting, geen oriëntatiepunt meer is, geen zinsverband en geen dragende gemeenschap. 'Ik kom te vroeg', laat hij zijn dolle mens zeggen als het gelach van de omstaanders maar doorgaat. 'Deze ontzaglijke gebeurtenis is nog onderweg', zoals het licht van een ster. 'Deze daad', het doden van God, 'is voor de mensen nog verder weg dan de verste ster - en toch hebben zij het zelf gedaan'. In de zestiger jaren van de twintigste eeuw was het licht van de ster aangekomen; toen werden deze woorden over de dood van God door enkele filosofen en theologen geijkt tot de metafoor van de Tweede Wereldoorlog, Auschwitz, Hirosjima, Goelach Archipel. Onder hen was Dorothee Sölle, met haar boek Stellvertretung, ein Kapitel Theologie nach dem Tode Gottes; en de taalgeleerde cultuurfilosoof George Steiner die de geschiedenis van de twintigste eeuw karakteriseert als een 'seizoen in de hel', en als 'epiloog', tijdperk-na-het-woord, tijd waarin de logos, het met scheppingskracht bezielde woord, tot zwijgen is gebracht. Heeft de taal als 'bezield medium' nog toekomst, vraagt Steiner zich af, is er nog taalgemeenschap tussen mensen mogelijk? Een taalloos tijdperk is voor Steiner een godloos tijdperk: de horizon uitgewist, de aarde losgemaakt van de zon, mensen dolend door een oneindig niets. Steiner vreest dat er met de taal der mensen, en als voorbeeld neemt hij de Duitse taal, iets onherstelbaars is gebeurd. Zij is zo vreselijk misbruikt voor vernietiging en 'besmet met leugens' dat zij misschien wel nooit meer bij machte zal zijn waarheid en licht over te dragen. 'Een taal die werd gebruikt om de hel te besturen. Die gebruikt werd om te vernietigen wat in de mens menselijk is en het beestachtige in hem aan het bewind te brengen. Langzamerhand verloren woorden hun oorspronkelijke betekenis en werden spookachtige begrippen. Jude, Pole, Russe ging "tweebenige luizen" betekenen, rottend ongedierte... De taal werd ondersteboven gekeerd om "licht" te zeggen waar duisternis was en "overwinning" waar een ramp gebeurde.' Het staat allemaal niet zonder pathos geschreven, maar het betekent en bedoelt wat Guillaume van der Graft/Willem Barnard ooit in een kort, kaal, wanhopig gedicht heeft gezegd, onder de titel 'De jaren '40': De klank is verminkt de zin zoek geraakt... alles kapot, hemel en aarde God geen woord staat meer rechtop. 'Maak van woorden overbrengers van verschrikking en leugen,' zegt Steiner, 'en er zal iets met de woorden gebeuren. Iets van de leugens en het sadisme zal zich nestelen in het merg van de taal. De taal zal niet langer groeien en zich vernieuwen.' Daarom de vraag, waarop ik in een paar bijdragen verder wil ingaan: hoe nu verder? Hoe kan onze “bevrijdende” traditie, ons verhaal nog iets betekenen voor onszelf en voor anderen? (Wordt vervolgd) Paul De Witte
8
Van uit ons vakantie verblijf sturen we jullie allen véél lieve wensen en een Dikke knuffel! Tot binnenkort Liefs Mieke. Aan zee was er letterlijk en figuurlijk de ruimte en tijd om met ons gezin samen te wandelen, te spelen,… Dat is thuiskomen: iedereen mag zichzelf zijn, de kinderen krijgen alle aandacht en ook de ”volwassenen” hebben deugd aan die eenvoud. Liesbet Lieve, We hebben je gemist in deze viering. We wilden je ook graag zeggen dat je ‘Stephanotus’ weer bloeit Luc en Lieve Lachende kinderen die spelen Niet op de game boy maar wel buiten Ze glijden van de schuif af Ze schommelen hoger en hoger. Ook kinderen die op en neer gaan op de wip. Maar het plezierigste is de vrede die ze in zich dragen. Veronica Je bent een parel in Gods hand Hannelore. Bijbelweek : “bezette denken” Samen op zoek gaan naar - waar en waar door zijn we zelf bezet ? de een die onvrij maken ! -door wat is onze samenleving bezet/bezeten? - hoe kunnen we daar samen wat aan doen met jebron? Paul De Witte. Met het zonnelied van Fransiscus in mijn hoofd is de natuur dubbel zo mooi: dank om water en lucht , zon en sterren ! Renilde
Ooit zal ik hem vinden dan deel ik hem met jou ! Johannes Dé vrede vond ik thuis, in de hof … in de zon of schaduw, een boek lezen … zomaar kijken naar de bloemen die eindelijk bloeien, de vlinders aantrekken… In slaap vallen en Geert die een foto van mij trekt … Luisteren naar het gekras van de kauwen op weg naar hun slaapplaats … Volop genieten van het “ samen werken” in de tuin. Uren lang in harmonie met de natuur in onze tuin: een pad ,de poes van de buren, de wilde bloemen , de bomen S ’nachts kijken naar de dagelijkse dingen …Wondermooi en ontspannend! Het is goed om thuis te komen en te genieten. Lieve Croux Bloem- wondermooi Dat wij mogen/ kunnen genieten van het gewone, dat toch buitengewoon is als je er dieper op in gaat . Annie Een vroege lente . Prachtige natuur. Grote armoede. Guy Rhodos heeft een mooie haven Je komt er aan land Je komt er weer thuis En krijgt vaste grond onder je voeten na een avontuurlijke tocht op zee. Monique In de tuin van Lucy’s moeder. De fierheid waarmee ze haar groentetuin laat zien. Hoe ze met eenvoudige middelen zich een weg banen in de harde wereld. Daar hebben wij nog heel veel te leren Judith
Vakantie Thuis op het terras met een boek, een radio en een glas Tijd om wat te filosoferen. Genieten van de nachtelijke stilte Groetjes, Trees
Samen tafelen, samen op uitstap om nieuwe dingen te bleven, samen spelen, vertellen, luisteren naar mekaar… Dat mochten we bleven met kinderen en kleinkinderen; dat willen we ook graag ervaren in onze Jebrongemeenschap. Het zij zo!
Laat je mond niet zeggen wat je hart niet echt meent. Ik wens je vrede
Mensen onderweg Mensen met eenzelfde doel Mensen die delen Mensen die geven Mensen Een Leven Herlinde
vakantie gedachten
Mesiteraans gezegde: Ik zag hoe de zon opgepeuzeld was door de zee, De zee door de nacht en ik ademde vis Guido Na een deugddoende vakantie wens ik jullie opnieuw heel veel warme aandacht voor mekaars grote en kleine zorgen! Vakantie is ont-moeten: Niets moet Het is ook contact hebben met nieuwe mensen, nieuwe omgevingen, het onbekende. Een spannend gebeuren: Wie en wat zal je pad kruisen? ’t Moet nog komen…. Een hartverwarmende zomer stralende reis niet alleen via je gps maar ook via je eigen weg-wijzers. Tijd nemen en zichzelf her-uitvinden
10
HET WERK VAN FRANS LIMPENS IN LATIJNS-AMERIKA. 25 jaar geleden begon het werk van Frans op een heel kleine schaal, een vonk, een druppel, een lach. Inmiddels is er een activiteit op gang gekomen die duizenden mensen bereikt en zich over meerdere landen van Latijns Amerika uitspreidt Uit de viering van 14 07 2013, met als lezing de evangelietekst waarin Jezus aangeeft dat het erop aankomt om het goede doen, mensen rechtop te helpen gaan, altijd en overal waar de nood zich voordoet. Lukas Hfst 13 10-17 Over een olifant en een koordje of hoe moeilijk het is wat vastgeroest zit los te maken. Het circus is in de stad en alle wilde dieren worden tentoongesteld, goed vastgekluisterd achter dikke tralies of aan stevige kettingen. Behalve één, een grote olifant staat op het plein en heeft een heel klein koordje rond zijn poot. Een kleine jongen vraagt aan de circusdirecteur hoe het komt dat de olifant, ondanks dat kleine koordje niet wegloopt, hij hoeft immers maar even zijn poot te strekken en hij zou vrij zijn. Zelfs dik zou het koordje kunnen stuk trekken zegt hij. De directeur lacht en vertelt. Toen hij pas geboren was en klein en teer was bond ik een heel fijn koordje aan zijn poot. Dat vond hij natuurlijk niet leuk en hij probeerde zich los te wringen maar het koordje sneed pijnlijk aan zijn poot en na een paar keer trekken stopte hij zijn pogingen. En zag ik dat hij opnieuw probeerde maar het deed nog steeds teveel pijn zodat hij opgaf en de dag nadien hetzelfde verhaal en dat ging zo een paar dagen door tot het olifantje er zich bij neerlegde en dacht: 'ik kom hier toch nooit uit, het doet teveel pijn, ik laat dat koordje maar'. En nooit probeerde hij nadien nog zijn poot los te maken uit angst voor de grote pijn. Zelfs nu niet, nu hij zo'n grote, dikke olifant is. Overdenking Wat kromgebogen was komt weer recht. Wat vastgebonden ligt komt eindelijk vrij. Wat ontspoord is krijgt weer een doel voor ogen. Een vrouw die al achttien jaar ziek was van lichaam en geest kan weer rechtstaan, ondanks protesten van bijstaanders die liever hadden dat er vandaag maar niets zou veranderen. Een naamloze vrouw zonder status of titels trekt zich recht aan haar geloof. Een waardigheidsbekleder mét titel en faam houdt zich liever aan de regeltjes en eist van anderen om hetzelfde te doen. Goed doen mag natuurlijk maar alleen volgens het boekje. Een typisch conflict uit het evangelie, het goede nieuws voor groot en klein. Hier komen verschillende visies tot botsing. Een vrouw die haar leven terug recht wil zetten, een ambtenaar die voor alles regels en wetten heeft, een profeet die andere wegen ziet en veel bijstaanders die niet echt meespelen, maar wel belangrijk zijn als publieke opinie. Een vrouw loopt kromgebogen door het leven, ze staart gewoon naar ieders voeten en de grond. Dat lijkt wel haar levenslot en achttien jaar heeft ze erin berust. En dan komt er verandering, hoop, beweging. Iets of iemand heeft haar aangezet om naar die synagoge te gaan, om het toch maar eens te proberen, tegen beter weten in. En daar vindt ze een antwoord. Ze moet zich wellicht tussen een hoop mensen wringen. Er zal wel steeds iemand zijn die vindt dat het niet past, dat het niet kan. Maar toch blijft ze en vindt haar roeping. Jezus ziet haar staan en roept. Op andere momenten zou ze misschien ook weggekeken hebben -ze is ziek van geest- maar vandaag niet. Vandaag lukt ze er zelfs in om weer recht te staan. Hoop en geloof richten haar ogen van de grond weg en ze durft weer opstaan tussen al die andere mensen. 11
Maar dat kan natuurlijk niet zomaar. Er is meteen protest. Iemand met een hoge functie voelt zich bedreigd en eist van Jezus een schriftelijke toelating om mirakels te gaan doen in zijn machtsdomeintje. Deze keer loop het allemaal goed af. De naamloze vrouw kan iedereen in het gelaat kijken. De religieuze ambtenaar en zijn aanhangers zijn beschaamd, kiezen voor het zekerste en wachten hun beurt af. De vele bijstaanders hebben alleen maar lof voor de bevrijding en genezing van die gebroken rug. De menigte klopt Jezus hartelijk op de rug en vindt het geweldig wat hij denkt, wat hij zegt en wat hij voorleeft. Die populariteit is echter heel wisselbaar en een tijdje later is het diezelfde menigte die de dood van de mensenzoon zal eisen. Frans Limpens
OP EEN ZOMERAVOND IN 2013 2013 is een jaar van veel, van zeer veel, van overvloed van veel. Er gebeurt altijd iets, op alle fronten tegelijk. Onze geest en onze verbeelding staan elke dag onder hoogspanning te wachten op de volgende prikkel van nieuwigheid. Waarom dat me nu raakt op dit uur, dat weet ik niet. Joost weet het evenmin. Ik ben dus in goed gezelschap. Ik had dit verhaal immers evengoed kunnen schrijven in augustus 2012. Toen was alles even fel aan het evolueren. En dit gaat door, onvoorwaardelijk, onverbiddelijk en cumulatief. Verandering is steeds gaande. Vraag me niet om dit te bewijzen, om dit met voorbeelden aan te tonen, om al de zones aan te strepen waar veranderingsprocessen bezig zijn. Te veel om op te noemen. Volgend jaar schrijf ik dezelfde story, en het zal ongeveer gelijk zijn. Maar toch weer anders. Zo zal het voortaan altijd zijn. De wieken van onze molens zullen nog vele winden genereren. Ik vrees dat we dus voortaan in de tocht zullen staan met onze ideeën, onze overtuigingen en onze gevoeligheden. De reactie zal evident veelkleurig zijn, en voor velen moeilijk en pijnlijk. Persoonlijk verklaar ik me lotgenoot en bondgenoot van de komende goede en kwade dagen en tijden. Met nostalgie alleen zal ik weinig van mijn oude meubelen redden. Overleven goedschiks kwaadschiks is ook een heilloze ontsnappingsroute. Vermoedelijk komen we daarmee hooguit in een soort pechstrook terecht waar het eenzame picknicken nog mag...voor even. Blijft over de resolute keuze voor het gebeuren van deze eeuw, heilzaam/onheilzaam op het eerste gezicht. Met minder kan ik evenwel mijn soep niet koken. Het is me allemaal - hoe begrijpelijk ook - te min. Te weinig 'deugdelijk’. Het is alsof ik deze avond, op dit uur, christen word. Echt waar. Het verhaal van Jezus en de profeten is al door zovele waters gezwommen, onder andere door een rode en een dode zee... En het verhaal wekte telkens mensen op tot nieuw leven, aan de andere kant van de oever. Telkens weer. Met Jesaja en Jeremia en Co voel ik me goed uitgerust om me straks, over een uur of zo, ter ruste te begeven. Wees gerust, ik zal de actualiteit meedragen in de plooien van mijn slaapplunje, maar ik zal slapen 'overeind'. De Geest, de roeach van God zal sterker zijn dan de reclames en de voetbaluitslagen en de moeilijke palavers tussen Vlaamse en Belgische politici. Turkije en Syrië zullen me beroeren maar niet beroezen. En de krant van morgen houdt me niet op voorhand onrustig wakker. Geschiedenis is duizendmaal sterker dan actualiteit!!! Dat zullen de 'agenten' van de 'vandaagse' actualiteit over tien jaar als een pluim op hun hoed steken. Zeker weten. Ze zullen daarbij zelfs niet blozen. Niets is immers zo waar als datgene wat waar is gewéést en gebleken. Wie denkt dat deze taal nostalgisch is of conservatief, heeft me niet begrepen. 12
Ik zei het al, ik voel me christen worden. Voor de zoveelste keer. De ethische en economische vragen van 2013 zijn dringend...dringend oplossingen gevraagd! Maar bezig zijn met zingeving is zinvoller dan alles wat alleen de onmiddellijke nuttigheid moet dienen. De mens die het denken nog aandurft, heeft in de voetnoten wijsheid en waarheid geschreven en gelezen die nà 2013 deugd zullen doen aan onze wereld. Als ik morgen - min of meer vroeg – zal opstaan, zal de eeuwigheid gelijk krijgen. Voor even. Ook de morgenstond van morgen heeft goud in de mond. Frans De Maeseneer
NAZOMERSE MIJMERINGEN De voorbije zomer geraakte maar met de hakken over de sloot. Het was halsreikend uitkijken naar een begin. De mooie warme dagen met zon waren zo zeldzaam dat we ze zorgvuldig tegen vroegtijdig bederf in de ijskast moesten bewaren. In de stadsparken waren al een hele poos de fonteinen wakker geschoten. Een dag zonder regen was ook al goed. De leider van de fietsclub had eieren gedragen naar de Arme Klaren. Het water viel met bakken uit de lucht. Iemand wist de reden: 'De Arme Klaren zijn veganisten geworden.' Maar op een dag. De kastanjeboom achter de afsluiting van onze tuin gaf de doorslag. Er was geen weg meer terug, de zomer was doorgebroken. Tamme, zoete, eetbare kastanje, napjesdrager, 'spermaboom,' kwaliteiten te over. Trossen lange, beige en bloemige katjes stulpten wormachtig de boom uit. Voor- en achterdeur, straat of tuin, de dwingende geur van compost, gist, most, verzuurd bier, ergens een mix die resulteerde in, jawel, een intiem menselijk sap vulde de ons omringende lucht en verleende die een uitzonderlijke status. Genoeg ingrediënten om eens op een alternatieve manier over het weer te beginnen bij het tegelijkertijd opentrekken van de voordeur. Aan de versheid van haar gezicht en nu zeker aan het flinterdunne textiel van haar bloes, zou je het haar niet nageven. Toch circuleerde buurvrouw, aarzelend en zonder enthousiasme, al rond haar vijftigste. 'Verdacht geurtje,als je het mij vraagt,' brak ik de spits af. 'Als dat nog enkele dagen duurt, riskeer ik nog zwanger te worden,' was haar niet conventioneel antwoord. Zoals gewoonlijk inspecteerde ze links en rechts de straat zonder iets noemenswaardig waar te nemen. 'Je zou denken, vensters en deuren dichthouden, maar het dringt bij mij binnen langs mijn sleutelgat,' eindigde ze met een je-weet-wel schijnlachje. Ik hield me op de vlakte. Haar sleutelgat, hoe zou ik het weten? In de zomer worden stadsparken bewoond. Complete gezinnen leggen met dekens en plasticfolie de plattegrond van een minihuisje, keuken en eetplaats incluis, bovenop de graszoden aan. Over de grondvesten verspreiden ze de roerende inboedel van hun achtergelaten woning, die in zakken en tassen past, maken het half klaargemaakte eten verder klaar, laten allerlei dranken rondgaan en huizen er tijdelijk, geknield zoals de Japanners, zittend of liggend. Ze hebben ook de radio mee voor het geval de luidsprekers van jazzorkesten en popgroepen de site niet in een festivalweide herschapen hebben. De kinderen huppelen er als lammeren omheen. Voor hen is het park een grote tuin geworden, hun tuin 13
samengesmolten met die van alle buren in de straat, afsluitingen, beschotten, tralies neergehaald. Langs de geharkte paden struinen dames met minihonden aan de uitrollende leiband. Ze trekken de mormels aan, sturen ze bij, halen ze op, zich evenveel energie vertroostend als een joch dat een vlieger hoog in de strakke wind houdt. Familieclans, de mannen met het jasje als een jachttrofee over de schouder geslagen, rug en nek bestraald door de zuidwestelijke vuuroven en de kinderen als hondjes om hen heen stoeiend, drentelen langs stalletjes en tentjes. Een clown smeedt met enkele handomdraaien ballonnen tot roze en hemelsblauwe luchtkromzwaarden. Jongetjes nemen een gevechtshouding tegenover elkaar aan, maar oogstten weinig resultaat met het softe oorlogsmateriaal. Picknickproviand op de rug gegespt, het gelzadel tussen de Bermuda-shortbenen en dan maar van knooppunt naar knooppunt fietsen en de nummers of de naambordjes van de Reuzen-, de Turfputten-, de Ros Beiaard-, of de Volkskroegentocht niet uit het oog verliezen. Die keer volgden we de Elfdorpenroute. Langs de boord van de Leie lagen picknickers in het gras. Verderop een koppeltje, het meisje in monokini. Onze koprijder: “Welke kant uit? Zitten we nog wel in de goede richting? Hebben jullie de bordjes gezien? Reactie: 'Geen bordjes, wel borstjes.' De lucht zat vol witte wolken, zeeschepen. Wij reden onder de buiken door. Het was geen Ronde van Frankrijk, het tuinterras van een kneuterig cafeetje onderweg was een essentieel onderdeel van de tocht. Tussen onze voeten en de pikkels van tafels en stoelen groeven mierenkolonies tunnels onder de plaveisels en bedekten de terrasvloer met heuvels talkpoederfijn zand. Lurken aan een drankje en onderuitgezakt rondkijken. 'Waarom duwen kleuters, wanneer ze een frietje aanvoeren, meteen hun hele knuist in de mond?' En rondom luisteren. 'Mijn man is nog niet zolang geleden overleden.' 'Zo vroeg?' 'Vroeger dan verwacht. Nu pas begrijp ik waarom hij zoveel praatte, hij wist dat hij vroeg zou sterven en wilde het allemaal op tijd gezegd krijgen. Waterroutes trekken bijzonder aan. Langs de oevers van de Dender, reigers tellen. 'Hoera! Er zit weer vis in de rivier.' In een bocht van de Schelde zien hoe de zon uit elkaar spat in miljoenen diamanten die twinkelend op het watervlak drijven. In het Pajottenland dorpen tot aan de dakgoten in de plooien van het landschap zien zakken. De metalen mast met aan de top een tros gsm-antennes die als een rechtopstaande suikerknijper priemt, moeten we erbij nemen. Ook verzinken in pastorale en bucolische oorden. De kop van de ene tegen de kont van de andere stonden paarden, op het zwiepen van manen en staart en het flapperen van de oren na, beeldstil te mediteren. Koeien, hun uiers lagen naast hen binnen bereik als de sacoche van dames op een terrasje van een tearoom. In de verte staken de gebogen ruggen van geparkeerde auto's en grazende schapen boven de weideoppervlakte uit. De lucht die we opsnoven was sterk gekruid, door gestoofd, stoffig hooi en gebakken korenhalmen, door zoeterig okselchlorofyl en bloemenkelkaroma, door weeë gegrilde koeienvlaaien en de bittere geuren van transpirerende paardenhuid, door plotse galopperende luchtverplaatsingen beladen met stank van varkensdrek. 14
Plots waden doorheen een sneeuwvlaag, een pluchen lawine, wanneer de doosvruchten van de canadabomen openspringen. Tijdens de zomeravonden hingen roerloze ballonen als schoonheidsvlekken in het lichtend gelaat van de eindeloze woestijnhemel. Vooral aan zee voerde de zon zichzelf als toverheks op. Gesmolten goud dat langzaam door vaalpurperen wolkenmassa’s gewurgd werd tot ze er zich nog nauwelijks als een piepkleine edelsteen kon doorheen boren. Om dan dichtgeknepen te worden en haar gesmolten legering mosterdgeel in het zeewater te storten. De per dag een paar millimeters minder over de grond uitgerekte en een paar seconden minder langdurige schaduwen in de avondzon zijn de onbetwistbare tekenen van de nazomer. Guido De Schrijver
EEN PROPER EINDE 'Voor Antwerpen Centraal op spoor 11.' Ik zat aan het raam ommendom ingepakt door drie medereizigers, iets te weinig ruimte om de krant behaaglijk opengevouwen te houden. Waarom denken die van De Morgen niet wat meer aan het comfort van de treinreiziger en drukken hun nieuws niet meteen op een handelbare tabloid? 'Dames en heren, dadelijk zullen we de plaats van een aanrijding voorbijkomen rechts van de trein in de richting waarin de trein rijdt. Mogen we u vragen uw blik af te wenden. Dankuwel.' Een ogenblik stond ik danig perplex. Na een poos wist ik het en kon ik reageren. 'Dat moeten ze nu juist zeggen, genoeg om de nieuwsgierigheid op te wekken,' sprak ik mijn buurman aan. De man richtte zijn wijsvinger op zijn oorschelp, maakte een cirkelbeweging over de hele omvang van zijn radarsysteem en haalde vertwijfeld de schouders op. Hij had er dus niets van begrepen. Daar ik er geen benul van had in welke wereldtaal hij zich uitdrukte deed ik geen moeite om hem het voorval uit te leggen. 's Avonds berichtte het journaal dat de NMBS, geteisterd door niet aflatende vertragingen en door bakken kritiek van het rijdend publiek, de stukken en de brokken, verspreid over de sporen tijdens de eerste morgenritten nog niet schroomvol met laken afgedekt, laat staan opgeruimd had en sommige reizigers zich een ongeluk schrokken bij de onverwachte confrontatie met die lichamelijke ravage. 'Zelfdoding?, had ik bij het uitstappen in het Centraal Station aan de conducteur gevraagd. Hij twijfelde een ogenblik om al dan niet een antwoord te formuleren. 'Wellicht,' kwam het eruit. Er mag zich te lande geen uitslaand brandje voordoen, al was het maar op één verdieping en zonder enig slachtoffer, we krijgen het stellig op ons bord tijdens het avondjournaal. Jaarlijks gooien zich 200 Belgen voor de trein, voor de helft met dodelijk resultaat. Horen we niks over. Bovendien zou ik willen weten wat er met de andere helft verder gebeurd is. Hoe zijn die wanhopige niet gestorven mensen er uitgekomen? Met hoeveel lichaam nog? De stukken worden samengeraapt, in het ziekenhuis opnieuw in elkaar gezet en het slachtoffer half afgewerkt weer de jungle ingestuurd. Maar daar mag ik niets over weten. Gerechtvaardigde schroom? Schaamte bij de onkunde om het probleem effectief aan te pakken? Manoeuvres om dit onthutsend verschijnsel, deze inktzwarte vlek op het blazoen van een nagenoeg keurige samenleving weg te moffelen? Zo weinig mogelijk weten, niet van wakker liggen lijkt het devies. Wat niet weet, niet deert. 15
Ik probeerde me het duistere hersenspinsel in te denken van iemand die in zichzelf ingekooid leeft, er uit wil en er niet uit kan, hulp zoekt en ervaart dat die hulp neerkomt op 'blijf in je kooi.' Ik trachtte me de onweerstaanbare drang om uit te breken voor te stellen, een drang die voortdurend afketst op grenzen van ingeslotenheid, rondjes draaien, in je staart bijten. Ik was me ervan bewust dat ik er niet bij kon. Welke angst voor het leven is zo gruwelijk dat zij de angst voor de dood doet verbleken? Teneinde raad daagt de doe-het-zelf-oplossing op. De martelende aftasting: hoe het aan te pakken? Feilloos, bliksemsnel en dus pijnloos. De anderen, de achterblijvers? Een geschreven berichtje? Neen, zij kunnen er toch niet bij. Zij zitten vast in een andere wereld en vinden geen aansluiting. Mijn zoektocht naar verlossing verloopt in de grootste eenzaamheid, ik ben alleen op de wereld, de anderen zijn onbestaande. Een stevig touw, beter een zeel, een das blijkt ook te lukken, ergens las ik dat iemand er met een das aan de verwarmingsradiator in geslaagd was. Toch maar beter een dwarsbalk en een stoel of een bankje dat bij de eerste schop kantelt. Waar dan? Op een geschikte zolder, die hebben we bij ons thuis niet. Vrij ingewikkeld. Beter het water? Diep genoeg, geen terugweg mogelijk. Maar wat met de kans op toevallige voorbijkomende pottenkijkers die naar mislukking leidt? En wat met de uitsluiting van een pijnlijke dood? De plons is het begin, niet het einde. De verstikkende doodsstrijd duurt eeuwige minuten. De trein is fulminerend, bliksemsnelle levensbeëindiging verzekerd, wel is er het risico dat de laatste ogenblikken bij het naderen van de machine niet bevrijdend, maar ondraaglijk worden en de sprong beletten. Bovendien hoe vermijden dat de dood maar half lukt? Pillen, welke pillen? Zonder risico te lopen dat ik niet overleden en plantaardig terugkeer. En pijnloos? In welke mate garanderen ze me een slapend verscheiden? En geen ontwaken met verkoolde maag. Waar haal ik ze? Ik probeerde me in te beelden hoe vertwijfeld ik zal staan om een keuze te maken, de strop, het kanaalwater, de treinwielen of chemisch vuur in de darm. Ik zou het betreuren me niet doodgewoon, jawel, zo gewoon als de dood, naar een centrum te kunnen begeven, zoals ik naar de tandarts ga, naar de uroloog die mijn voorstander beter kent dan ik zelf, naar de psycholoog die me eens over de vloer kreeg toen ik de Noordpool in Antarctica situeerde. 'Ik kan het niet meer aan, ik wil er af, er uit.' Zo'n centrum binnenstappen, moest het er al zijn, is dat ook geen onoverkomelijke hindernis? Per slot van rekening zijn dat pottenkijkers. Een kat kruipt in een donker verwijderd hoekje om te sterven. Ik loop kans dat ze in plaats van me te helpen me met alle middelen ontraden zoals ik al talloze keren ontraden werd. Tenzij dat centrum effectieve hulp garandeert. 'Plaats hier je handtekening en je getuige het zijne, hiernaast, slaap er nog een nachtje over, mag ook twee of drie nachtjes en kom dan terug. We doen het, professioneel, begeleid, pijnloos, we bezorgen je een proper einde.' Helaas heb ik een dergelijk centrum nog niet ontmoet. Neen, ik heb het hier bijvoorbeeld niet over iemand met zware emotionele, mentale of fysische beperkingen, zo geboren of zo geworden, die wel degelijk wil leven, ook als hij het alleen niet redt. Ik heb het hier over recht op sterven, als er geen andere uitweg is of ik niet in staat ben die te zien. Misschien verwart men teveel 'recht op sterven' met 'recht op doden?' Er is altijd een andere uitweg, zeggen ze. Maar als je het hen vraagt weten ze niet welke. De kwestie blijft overeind: 'Waarom wordt mij de keuze niet gegund tussen de strop, het kanaalwater, de treinwielen of onzekere pillen enerzijds en een proper, menselijk en begeleid einde anderzijds?' Guido De Schrijver
16
JEBRON KALENDER EN ANDERE ACTIVITEITEN
Zondag 25 augustus om 10.30 uur: Vakantieviering (voorbereid door Stefaan) Zondag 1 september om 10.30 uur: Vakantieviering (voorbereid door Ignace) Dinsdag 3 september om 20 uur: Raad van Bestuur Zondag 8 september om 10.30 uur: laatste vakantieviering op de valreep (voorbereid door Paul) Dinsdag 10 september van 19.30 tot 22 uur: eerste BIJBELS LEERHUIS van het nieuw werkjaar. Voor meer info: zie de website van Jebron. Tijdens dit leerhuis zullen we samen de planning van het lees- en leerjaar opmaken. Inhoudelijk zullen we tijdens dit en volgend leerhuis stilstaan bij de betekenis van het bijbels grondwoord: MESSIAS/CHRISTUS/GEZALFDE. Woensdag 11 september om 15 uur: vergadering VODCA in het Vredeshuis. ZONDAG 15 SEPTEMBER: STARTVIERING VAN HET 38ste WERKJAAR. Viering om 10.30 uur in de polyvalente ruimte van Huis van Clara. Thema: ONS VERHAAL EN DAT VAN ANDEREN – Van muren naar bruggen. Deze viering wordt voorbereid door Groep 2. Na de viering: feestelijke maaltijd in het Jebronhuis. Meer info vind je op pg.5 in dit nummer van Info Jebron en op de website.
LET OP: VANAF VOLGEND WEEKEND GAAN DE VIERINGEN OPNIEUW DOOR OP ZATERDAGAVOND OM 18.30 UUR IN HET JEBRONHUIS. In de volgende vieringen zullen we in het kader van ons thema “ons verhaal en dat van anderen” stilstaan bij de betekenis van een aantal joodse feesten of gedenkdagen, waarvan een aantal ook in deze periode van het jaar worden gevierd. Ook zullen we halthouden bij één Islamitisch feest dat in de lijn ligt van de joodschristelijke traditie. Zaterdag 21 september om 18.30 uur: wekelijkse viering rond het thema: de kring van het jaar en de betekenis van de feestloze maand ELLOEL. Deze viering wordt voorbereid door groep 1. Dinsdag 24 september om 20 uur: OPEN RAAD VAN BESTUUR Meer info over doel en inhoud van deze open samenkomst volgt later.
17
JARIGEN 16 AUGUSTUS 17 AUGUSTUS 19 AUGUSTUS 24 AUGUSTUS 26 AUGUSTUS 26 AUGUSTUS 28 AUGUSTUS 30 AUGUSTUS 06 SEPTEMBER
INGRID VAN DE VOORDE TREES DEBUSSCHERE FILIP VAN DEN BRANDEN PETER BUECKENS IGNACE COPPENS HANNELORE SAMYN MOZES DE WITTE SISKA DE BACKER (LUC en LIEVE) JOREN LIMPENS
06 SEPTEMBER 07 SEPTEMBER 11 SEPTEMBER 14 SEPTEMBER 14 SEPTEMBER 14 SEPTEMBER 16 SEPTEMBER 17 SEPTEMBER 17 SEPTEMBER 24 SEPTEMBER
PAUL DE GROOTE HANNE YPERMAN ISAAK VAN DURME ESTER COPPENS LUC D’HOOGHE PIETER DE WITTE STANI VAN ASSCHE WOUT VAN GEERT DANIELLE VERDICKT GREET VAN DEN BRANDEN
18
TIME TO GO! Kernwapens weg uit België - Les armes nucleaires hors de Belgique Beste lezer,
Al dertig jaar lang liggen in ons land Amerikaanse kernwapens. Die wapens zijn nutteloos, duur en gevaarlijk. Onze regering engageerde zich om mee te werken aan een kernwapenvrije wereld, maar concrete stappen blijven vooralsnog uit. Voor de onmiddellijke verwijdering van de kernwapens uit ons land bestaat een breed maatschappelijk draagvlak. Onze achterban is daarom, misschien net als u, bezorgd over het uitblijven van een krachtdadig beleid dat nucleaire ontwapening dichterbij brengt. Vijf goede redenen voor onze regering om NU de verwijdering van de kernwapens te realiseren: 1. De verspreiding van kernwapens maakt de wereld onveilig. 2. De inzet van kernwapens heeft altijd catastrofale gevolgen. 3. Schending van het internationaal recht omdat kernwapens massavernietigingswapens zijn. 4. Kernwapens behouden en bijgevolg moderniseren is heel duur. 5. De B61 bommen werden in ons land gestationeerd op basis van een bilateraal akkoord tussen de VS en België en kunnen op die manier ook verwijderd worden. Het is “Time to Go!” voor de B61 kernwapens. Dertig jaar geleden hier gestationeerd, vandaag hoog tijd om ons land te verlaten. Op zondag 20 oktober 2013 organiseert de Belgische Vredesbeweging een grote manifestatie in het Jubelpark in Brussel. We nodigen u en uw organisatie uit om deze dag de eis voor de onmiddellijke verwijdering van kernwapens uit ons land kracht bij te zetten en onze verontwaardiging te tonen over het uitblijven van een daadkrachtig beleid voor nucleaire ontwapening. Wordt fan van onze Facebookpagina www.facebook.com/Timetogo20.10.13 of check www.timetogo.be Wij beogen een breed gedragen campagne, daarom rekenen wij op u, uw organisatie, vereniging, jeugdbeweging, hobbyclub, sportclub, …! Wees er bij! Time to Go! is een initiatief van Pax Christi Vlaanderen CNAPD Vrede vzw Vredesactie vzw Met nu al de steun van: ABVV/FGTB, ACW, Artsen voor de Vrede, BANg, Broederlijk Delen, Intal, Kinderen van de Derde Wereld, LEF/FGE, Masereelfonds, Mayors for Peace, MOC, Netwerk Rechtvaardigheid en Vrede en VOS Vlaamse Vredesvereniging en Vredeshuis Aalst ea.
19
Info Jebron: Het tijdschrift dat maandelijks verschijnt (behalve juli en augustus) Het abonnement kost 10€ voor een gedrukt exemplaar. Wens je hem via mail te ontvangen, dan vragen wij 8€. Jebron vzw Open Huis voor Vorming en Pastoraat Begijnhof 1 - 9300 Aalst Open ma, di, do en vr van 08.00 tot 16.45 uur. Tel. 053/77.51.16 Mailadres:
[email protected] Website: www.jebron.be Stortingen en financiële steun zijn welkom op BE46 0680 6230 4036 Wij bieden: Wekelijkse viering op zaterdagavond om 18.30 uur. Ontmoetingsmomenten: Leefweekend, wandelingen, … Bijbels leerhuis: Eén dinsdagavond per maand. Interactieve vormingsmomenten zoals open haard gesprekken op zaterdagavond en jaarlijkse verdiepingsdag. Tijdschriftenbibliotheek met meer dan 80 verschillende tijdschriften. Alle artikels staan op trefwoord. Artikels, suggesties, tips zijn welkom bij de Redactieraad
[email protected] Raad van Bestuur Guido De Schrijver Judith Spitaels Erik Van Assche Fred Van den Branden
Luc Rottiers Inge De Bruyn Paul De Witte
Personeel Vera Baeyens Anne De Cremer Hilde De Saedeleer Linda Van Der Eecken Liturgieverantwoordelijke Paul De Witte 20