Inleiding: De school dient aandacht te schenken aan en beleid te ontwikkelen op het gebied van veiligheid tegen agressie en geweld op school. Dit moet resulteren in een plan welk bedoeld is om de veiligheid tegen agressie en geweld te bevorderen door het geven van handreikingen. Tevens dient het plan aan te geven of fysieke maatregelen nodig zijn om het personeel tegen agressie en geweld te beschermen. Tot slot dient een register op school aanwezig te zijn dat voorziet in een adequate registratie van gevallen van agressie en geweld. Hiermee wordt aangesloten bij de CAO-po artikel C10, lid 1 sub c waarin staat dat de school arbeidsrisico`s ten gevolge van agressie en geweld op school dient te voorkomen en beperken. Hierbij dient met name aandacht te worden geschonken aan adequate scholing en begeleiding van werknemers met toezichthoudende taken. Elke leerkracht op school is met zulke taken belast. Het onderstaande protocol sluit aan bij het bedoelde artikel uit de CAO. Dit artikel vloeit rechtsreeks voort uit de ARBO-wet.
PROTOCOL ‘Omgaan met agressie’ Wat te doen als een leerling verbaal agressief of handtastelijk wordt tegen een leerkracht? • • • • • • • • • • • •
•
Ga nooit in discussie. Dat kost tijd en geeft de klas gelegenheid mee te doen. Zeg duidelijk dat je wilt dat dit gedrag stopt. Blijf dit herhalen (techniek kapotte grammofoonplaat). Zorg voor oogcontact. (Zeg niet wat je niet wilt: "Ik wil niet dat jij...." Meestal helpt dat toch niet. Humor helpt wel vaak, spot of cynisme niet.) Blijf rustig en reageer niet op emotionele uitspraken, ook niet als ze tegen jou als persoon gericht (beledigend) zijn. Bedenk: ”De leerling heeft een probleem, jij niet!” Ga niet in op dreigementen. Negeer ze en blijf zelf correct. Word niet zelf handtastelijk. Dat versterkt de agressie juist en kan tot ongewenste gevolgen leiden. Gebruik zelf geen fysiek geweld, tenzij uit zelfverdediging. Beheers je. Jij bent de volwassene die kan zorgen dat de zaak niet escaleert. Als je dat lukt, verdien je het respect van de leerlingen. Laat de leerling zo nodig eerst stoom afblazen. Herhaal daarna rustig wat je wilt dat hij doet (nablijven na de les, het lokaal verlaten om af te koelen, melden bij de directie). Laat een leerling altijd in zijn waarde, val hem nooit persoonlijk aan. Bedenk: “Verbaal geweld is een teken van onmacht en zwakte”. Doe daar dus niet aan mee. Als alles achter de rug is, geef dan jezelf een compliment voor je aanpak. Lukt dat niet, zoek dan na de les contact met iemand waarbij je kunt afreageren. Controleer of de leerling de gemaakte 'afspraken' is nagekomen. Kies zorgvuldig de straf die je oplegt. Zie straf als een pedagogisch middel, niet als uiting van je frustratie. Bereid je voor op de volgende keer dat de leerling weer in je les komt. Hoe reageer je (àls je reageert)? Schep voor de leerling en voor jezelf een veilig klimaat. Ga na wat je een volgende keer in zo’n situatie misschien anders zou doen en waarom. Hoe had je het misschien kunnen voorkomen? Denk ook eens aan de zogenaamde uitgestelde reactie. Dit is zoals de naam al zegt niet op agressief gedrag reageren en er later op terugkomen. Dit heeft alleen maar zin als: - het uitdrukkelijk de bedoeling is er in een later stadium op terug te komen - de context daarbij wordt teruggehaald - het gedrag wordt benoemd en de uitwerking ervan op jou - de onderliggende hulpvraag of de behoefte wordt benoemd of onderzocht. Licht de ouders zo snel mogelijk in, desnoods nog tijdens schooltijd. Dit kan agressie van ouders tegen leerkrachten in hoge mate voorkomen.
13-7-10TM/MB
Wat te doen in geval van agressie van ouders tegen personeelsleden? personeelslid = leerkrachten en alle andere functionarissen op school die te maken kunnen krijgen met agressie en geweld op school. Preventief Steun: • • • •
Personeelslid zorgt dat hij/ zij niet alleen in het gebouw is als er oudergesprekken zijn. (10min.gesprekken, infoavond) Leerkrachten proberen in de bouw de tijden van zulke gesprekken op elkaar af te stemmen. Personeelslid seint collega van de groep naast hem/haar in als deze problemen verwacht. Directie zorgt bereikbaar te zijn of op school te zijn als je dit met hem afspreekt. Personeelsleden en de schoolleiding kunnen de cursus “Ontspannen omgaan met agressie” bij Martini-trainingen volgen. Aanmelden kan via de directie bij de arbo-coördinator van Delta.
Schema ernst van agressie Lastigvallen en/of Verbaal Bedreiging bedreigen geweld per telefoon/ sms/e-mail Bij brengen / halen in klas Bij brengen / halen in school of bij school Bij oudergesprek
Speciaal daarvoor de school of de klas binnendringend Buiten school
Bij de leerkracht thuis
Lastigvallen en volgen op Fysiek geweld Fysiek geweld zonder letsel met letsel straat (stalken)
A
B
nvt
nvt
D
D
A
B
nvt
nvt
D
D
A
B
nvt
nvt
D
D
B
B
nvt
nvt
D
D
C
C
nvt
C
D
D
D
D
D
D
D
D
Toelichting: Hoe donkerder de kleur, des te zwaarder de categorie agressie Gebruik van geweld (groot of klein) is niet toegestaan en we nemen een klacht of een hulpvraag daarover altijd serieus. De suggesties hieronder hebben vooral betrekking op de twee zwaarste categorieën uit het schema, maar een deel ervan heeft ook betrekking op de iets minder zware gevallen.
13-7-10TM/MB
Als agressie en geweld zich daadwerkelijk voordoen: Opvang: • • •
Het personeelslid bespreekt dit met de directie of maakt er tenminste melding van. De directie zorgt voor opvang van het personeelslid, eventueel (tijdelijke) opvang van de klas of de lessen (of de taken) en voor nazorg later op de dag, de volgende dag en daarna. Als dat nodig is wordt medische opvang ingeschakeld en de zorg van psychische hulpverlening of een bureau slachtofferhulp aangeboden.
Aanpak: • • • • •
Zonodig wordt in overleg met betrokkene door de directie contact opgenomen met de agressieve ouder. Zonodig wordt er melding van gemaakt bij de politie ( wijkagent) of wordt er aangifte gedaan. Als dat veilig kan, neemt directie contact op met de ouder om zijn/haar kant van het verhaal ook te horen. Waar dat mogelijk is wordt geprobeerd via een bemiddelingsgesprek (al dan niet met een professionele bemiddelaar) tot een werkbare oplossing te komen. Bij ernstige gevallen kan dat ook via een zogenaamde ‘echt recht’ procedure bij de rechter.
Verantwoording: •
Directie maakt van ernstiger gevallen ook melding van het incident bij het bestuur.
Wat doe je met de kinderen? Indammen: Het betrokken kind: Als de ouder zich ten opzichte van de leerkracht, een personeelslid of de school misdraagt, mag zijn/haar kind daar niet de dupe van worden. • • •
Als het kind er bij was of als het er van gehoord heeft, kun je vragen hoe het zich nu voelt, waar het misschien bang voor is e.d. Je kunt het duidelijk maken dat iedereen gewoon tegen hem/haar blijft doen en daar span je je ook voor in. Als het kind thuisgehouden wordt, kun je via een vertrouwde persoon proberen de deur van de school voor dat kind open te zetten.
Indammen en informeren: De andere kinderen van de klas: Maar je moet er ook voor zorgen dat de zaak niet groter wordt via angst, geruchten enzovoort. • •
Als kinderen van de groep/klas het gezien of gemerkt hebben, is het goed daarover even met hen te praten (de juf/meester zelf, samen met de directie of als dat beter is de directie alleen met de invallende leerkracht). Als andere kinderen het gezien en gehoord hebben (of als je vermoedt dat het gerucht zich gaat verspreiden) dan kun je ook een rondje langs de andere klassen maken.
13-7-10TM/MB
Wat doe je met de collega’s? Indammen en informeren • • • •
Kies afhankelijk van de ernst van de zaak zo snel mogelijk een rustig moment om de anderen te informeren en te instrueren (hoe gaan we ermee om tegenover de kinderen, de ouders enz.) Als dat nodig is geef je een korte instructie over het praten met de kinderen over het gebeurde. Als de pers en de media zich ermee gaan bemoeien zorg de directie ervoor dat ieder personeelslid weet hoe de contacten met de pers verlopen. Je maakt een afspraak voor een volgend moment waarop informatie volgt, ervaringen worden uitgewisseld en afspraken worden gemaakt.
Wat doe je met de overige ouders? Indammen en informeren De ouders van de klas: •
Afhankelijk van de ernst van de situatie kun je besluiten alle kinderen een briefje mee te geven met daarin kort wat er gebeurd is, wat er aan gedaan wordt en hoe, waar, wanneer en bij wie ouders vragen kunnen stellen.
De ouders van de school: •
Als het een grote zaak is (die eventueel ook via de pers bekend kan raken) is het goed voor alle ouders een brief mee te geven met daarin kort wat er gebeurd is, wat er aan gedaan wordt en hoe, waar, wanneer en bij wie ouders vragen kunnen stellen. Dit gaat niet via de
weekbrief., maar separaat.
Wat doe je met de buren en de media? Indammen en informeren Als de zaak buiten school heeft plaatsgevonden met omstanders/buren als getuige of wanneer de pers en de media zich ermee gaan bemoeien, is het belangrijk ook de berichtgeving aan derden serieus te nemen. Als de zaak in handen is van de politie kun je de berichtgeving ook met de politie bespreken en de berichtgeving afstemmen. De omstanders / buren: •
Als je weet wie er getuige van was en er in de buurt ook over gaat praten, kan het belangrijk zijn ervoor te zorgen dat die personen middels een brief op de hoogte worden gesteld.
13-7-10TM/MB
De pers en de media: •
•
Als je weet of vermoedt dat de pers en de media zich erop zullen werpen, neem je contact op met het bestuursbureau. Van hieruit wordt een persbericht opgesteld waarin de zaken op een rijtje worden zet: wat is er gebeurd, hoe gaat de school er mee om, wie heeft de zaak nu in handen en wie is de contactpersoon voor pers/media en hoe is die te bereiken. Houd in de gaten of er pers/media bij de school arriveren en zorg ervoor dat ze niet lukraak leerlingen of collega’s gaan interviewen, maar nodig ze uit binnen te komen en laat de contactpersoon, altijd iemand van buiten de school, het woord doen.
13-7-10TM/MB