Waarom non-profit organisaties ook IFRS kunnen gebruiken Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
IFRS en non-profit organisaties en MKB Code Goed Bestuur Being in control = grip op de zaak Administratieve organisatie Rapportagestandaarden Basel II Jaarrekening Benchmarken Kredietwaardigheid Klanten Personeel De implementatie van IFRS
1. IFRS en non-profit organisaties en MKB De gevolgen van de invoering van IFRS voor grote beursgenoteerde ondernemingen zullen zich spoedig ook in non-profit organisaties en het MKB laten voelen. Wellicht zal in 2008 al een vorm van ‘IFRS-light’ voor de niet beursgenoteerde ondernemingen van kracht zijn. De uitgebreide lijst met eisen die door IFRS aan ondernemingen gesteld worden, zal voor minder omvangrijke ondernemingen kleiner zijn, maar de principes staan nauwelijks ter discussie. Op internationaal terrein besteedt de IASB (International Accounting Standards Board) aandacht aan de grote groep ondernemingen die worden aangeduid als SME’s (Small and Medium-sized Entities). Een drempel voor de toepassing van IFRS in de huidige vorm zijn de omvang en complexiteit van de standaarden en de hoge kosten die aan een conversie verbonden zijn. De IASB ziet dit ook in en heeft een project, gestart waarbij wordt gestreefd naar een meer op SME’s toegesneden set van standaarden. In het onderstaande wordt ingegaan op de redenen waarom ondernemingen die niet beursgenoteerd zijn zich toch aan IFRS zullen committeren.
2. Code Goed Bestuur De afgelopen jaren hebben verschillende ondernemingen hun aandeelhouders en andere geldschieters bedrogen met onjuiste cijfers. Dat heeft de geldverstrekkers veel geld gekost en processen waarin bestuurders persoonlijk aansprakelijk gesteld werden voor het financiële debacle waren het gevolg. Het recent gestarte proces tegen vier bestuurders van AHOLD moge bekend zijn, vergeet ook Koninklijke SHELL en in Amerika ENRON niet. De zwaar kaliber bestuurders van deze organisaties lopen het risico van een langdurige gevangenisstraf! Op nationaal niveau kunnen bestuurders ook persoonlijk aansprakelijk gesteld worden voor de failliete boede,l na een veroordeling wegens onbehoorlijk bestuur. Oorzaak blijkt vaak een combinatie van een onvoldoende ingerichte financiële administratie, ongeschoold personeel en wanbeheer te zijn. Inzicht in de stand van zaken wordt niet gegeven, voorspellingen, budgetten en forecasts worden gemaakt noch bewaakt, gelden worden niet
geïncasseerd, belastingen niet betaald enzovoort. Het management heeft geen idee waar men financieel staat en toont er onvoldoende belangstelling voor, totdat het te laat is.
3. Being in control = grip op de zaak Steeds vaker moeten bestuurders aantonen dat ze grip op hun zaak hebben, omdat hun omgeving dat verlangt. Bij een faillissement is het te laat, maar voor die tijd zal een rechtgeaard bestuurder voldoende financieel geïnformeerd moeten zijn over het reilen en zeilen van zijn bedrijf. Grote ondernemingen zijn verplicht de regels te volgen van corporate governance, voorgeschreven door de code-Tabaksblat. (Zie ‘Tabaksblat zinvol als je financiering wilt’) Ten behoeve van de publieke sector is de Handvestgroep Publieke Verantwoording ingesteld, die zich ondermeer door de code-Tabaksblat heeft laten inspireren bij de totstandkoming van de Code Goed Bestuur. Hoewel deze code niet voor de non-profit sector als geheel is bedoeld, bevat hij toch zeer behartenswaardige elementen, die een goede bedrijfsvoering ondersteunen. De relatie tussen deze codes en IFRS is snel te leggen. Daar waar IFRS de regels geeft hoe de administratie te voeren, geeft de Code Goed Bestuur aan hoe met de beschikbare gegevens om te gaan en hoe ze te borgen, opdat ze gehandhaafd blijven.
4. Administratieve organisatie Veel bedrijven gaan mank aan een gebrek aan administratieve organisatie. Niet dat er geen conventies zijn, die men binnen het bedrijf hanteert, maar deze zij in de hoofden van medewerkers en de administrateur opgeslagen. Het hoofd boekhouding is daar de fysieke exponent van. Het afbreukrisico van een dergelijke situatie is evident; wanneer sleutelfiguren wegvallen, is daarmee het stelsel van ongeschreven wetten van administratieve organisatie weggevallen. Dit levert grote risico’s op voor de continuïteit van de administratie en met name voor de consistentie van de (al dan niet gepubliceerde) cijfers. Het is een fictie te denken dat dit verschijnsel zich uitsluitend bij kleine bedrijven voordoet; beurgenoteerde ondernemingen kenden voor de externe verslaglegging, afhankelijk van waar hun aandelen zijn geplaatst, regels van US-GAAP en Dutch-GAAP, doch die grepen niet fundamenteel in in de werking en grondslagen van de administratie. Pas de introductie en de implementatie van IFRS dwongen ondernemingen (opnieuw en uniform) vast te leggen hoe de verschillende boekhoudregels voortaan gehanteerd zullen worden. Een grootscheeps opleidingstraject vergezelde de implementatie. Vertaald naar non-profit organisaties betekent IFRS een bruikbaar middel om een begin te maken met het vastleggen, het uitleggen en het beheren van de regels van de boekhoudkunst.
5. Rapportagestandaarden Wellicht dat het geen actuele situatie is, maar non-profit organisaties en bedrijven in het MKB kunnen in de toekomst deel uit maken van een groter verband, waarbij de moedermaatschappij beursgenoteerd is. Dan is het simpel: of je wilt of niet en of er sprake is van een meerderheidsdeelneming of een kleinere participatie, rapportage zal volgens de regels van IFRS moeten plaatsvinden. Uit ervaring weet ik dat het voor directies en andere financials een onbegonnen taak is te moeten rapporteren aan de moedermaatschappij volgens andere rapportagestandaarden dan die intern gebruikt worden. Die tweetaligheid is voor niet financiële bestuurders niet te
handhaven. Nog lastiger wordt het wanneer er sprake is van een buitenlandse moedermaatschappij en er nationaal andere verslagleggingsregels gelden, die conflicteren. Vooruitlopend op een dergelijke toekomstige situatie is het voor toekomstige partners van belang eenduidig inzicht te hebben in het reilen en zeilen van de onderneming waar men een belang in zou willen nemen. Daarnaast is het voor de holding van belang dat een transparante prestatiemeting mogelijk is tussen dochters en met name buitenlandse deelnemingen.
6. Basel II De banken gaan met ingang van 1 januari 2008 over op Basel II. Over de voorafgaande drie jaar moeten ze echter wel vergelijkende cijfers opbouwen. Ook voor IFRS is het belangrijk vergelijkende cijfers te hebben. Daarom hebben de beursgenoteerde bedrijven dit klaar. Uw bank zal beginnen met de beoordeling van de kredietrisico’s en de rating van u als klant. Dan is het zaak zo hoog mogelijk te eindigen, omdat u dan een zo laag mogelijke rente betaalt voor uw krediet. IFRS kan bijdragen aan die lagere rentelast door een grotere transparantie en de mogelijk te vergelijken met andere bedrijven. Als u een nieuw of ruimer krediet wilt, zal uw bank verwachten dat u de verschillen tussen uw huidige jaarrekening en IFRS kunt specificeren. In het kader van de Basel II rating zal afhankelijk van de beoordeling van de bank de prijs voor krediet veranderen.
7. Jaarrekening Onder IFRS zullen bijvoorbeeld veel in het verleden opgebouwde voorzieningen vrijvallen. (Zie ‘IFRS in een notendop’.) Dit zal voor een aantal bedrijven enerzijds een veel hogere winst opleveren, dan in voorgaande jaren. Anderzijds zullen sommige kosten die in het verleden vroegtijdig genomen zijn, alsnog moeten worden geactiveerd. Gelukkig zijn de gevolgen voor de te betalen belasting nihil, want de fiscale jaarrekening volgt voorlopig nog de huidige fiscale regels. Het enige wat verandert, is de bedrijfseconomische jaarrekening. Afhankelijk van de bestuurlijke keuzes en de wettelijke vereisten kan ervoor gekozen worden via een glijdende schaal naar de IFRS regels te migreren. Dit biedt de kans de resultaten onder controle te houden. Aan de andere kant is een big-bang scenario wellicht beter beheersbaar, omdat dan in één keer alles naar de nieuwe norm wordt omgezet.
8. Benchmarken Hoe doen uw concullega’s het in de markt? U houdt u niet dagelijks met deze vraag bezig. Wanneer u echter een belangrijke order verliest aan een concurrent, dan wilt u wel weten hoe dat komt. U wilt u uw concurrenten in de gaten houden en benchmarken. Dat kan wanneer u appels met appels vergelijkt. IFRS zorgt voor transparantie en vergelijkbare cijfers, nationaal en ook internationaal. Wanneer uw concurrenten overgestapt zijn op IFRS en u niet, dan kunt u zich helemaal niet meer met hen vergelijken.
9. Kredietwaardigheid Het zou kunnen dat uw belangrijke leveranciers eisen stellen aan uw boekhouding. Bij onderzoek naar uw kredietwaardigheid is het goed mogelijk dat zij (IFRS) eisen stellen. Uw leveranciers doen dat in het kader van toegenomen kwaliteit van de verslaglegging en transparantie in de markt. Immers een belangrijk selectiecriterium voor uw leveranciers is dat zij met een betrouwbare en transparante klant die zijn verplichtingen nakomt, zaken doen.
10. Klanten U wilt graag bij uw klanten een professioneel imago hebben. Eén van uw visitekaartjes is de jaarrekening. De jaarrekening wordt door beursgenoteerde ondernemingen vaak als publiciteitsmateriaal gebruikt en geeft een goed beeld van de onderneming. U kunt dat ook doen. U kunt uw jaarrekening naar al uw klanten sturen. Uiteraard moet zo’n boekwerk er dan professioneel uitzien. Niet alleen moet het mooi zijn om te zien , maar de hele opzet van de cijfers moet er professioneel uitzien. Een professionele uitstraling krijgt uw jaarrekening als u zich aan de IFRS regels houdt.
11. Personeel Door de invoering van IFRS zal de manier van prestatiemeting veranderen, als gevolg van nieuwe definities en ratio’s. IFRS heeft dus rechtstreeks invloed op de beoordelingen (en dus de salarissen!) en gratificaties. Voorwaarde is dat er een koppeling is tussen de beloning van de medewerkers en de administratie, hetgeen bij de afdeling verkoop niet altijd het geval is. Bovendien zullen de pensioenregelingen opnieuw bezien moeten worden, omdat de waardering van de pensioenen op de balans heel anders zal zijn dan onder de oude regelgeving. Deze laatste problematiek is in het MKB en voor non-profit organisaties niet aan de orde. Gelukkig maar; het is een bijzonder specialistisch onderwerp, waar het pensioenfonds de handen aan vol heeft. Voor u als bestuurder en als klant van het pensioenfonds een uitgelezen moment het pensioenfonds aan een kritisch onderzoek te onderwerpen.
12. De implementatie van IFRS Uiteraard zal de invoering van IFRS tijd en geld gaan kosten. Op de langere termijn zal zich dat echter terugbetalen in de vorm van een besparing op de kosten van uw totale organisatie, doordat uw totale organisatie met IFRS te maken krijgt en door deze aanpassingen kan verbeteren. Het uitbesteden van de implementatie is geen optie. Uiteindelijk moet u het zelf doen en u wilt tenslotte niet ieder jaar weer opnieuw een adviseur inhuren om een trucje te doen. IFRS grijpt daarvoor ook te diep in. Er zijn echter een aantal factoren waarmee u rekening moet houden en er is gespecialiseerd werk dat verzet moet worden. Een betrouwbare adviseur is dan geen overbodige luxe. In de eerste plaats kan hij u werk uit handen nemen. In de tweede plaats behoedt hij u voor fouten. In de derde plaats voorkomt hij dat u werk doet dat niet nodig is. Het is belangrijk dat u kiest voor een onafhankelijke coach / specialist, die tevens beschikt over voldoende kennis, zodat al uw zaken goed opgepakt kunnen worden. Uw accountant mag dat niet zijn, want hij moet uw jaarrekening
controleren en mag geen advieswerkzaamheden uitvoeren in verband met diezelfde jaarrekening. Wel zult u moeten overleggen met uw accountant in verband met de controle. Het zal duidelijk zijn dat er voldoende redenen zijn om over te stappen op IFRS, ondanks dat u hiertoe nog niet verplicht bent.
--------------------------------------------------------------------------------
© 2006 Wim van Weert