WAARDEVOL TRANSPORT
De toekomst van het goederenvervoer en de binnenvaart in Europa 2007 - 2008
Colofon
Een uitgave van Bureau Voorlichting Binnenvaart Postbus 23005, 3001 KA Rotterdam Vasteland 12e 3011 BL Rotterdam Tel. 010 - 412 91 51 Fax 010 - 433 09 18 www.bureauvoorlichtingbinnenvaart.nl In samenwerking met Bureau Innovatie Binnenvaart Postbus 23133 3001 KC Rotterdam Vasteland 12e 3011 BL Rotterdam Tel. 010 - 798 98 30 Fax 010 - 412 90 91 www.innovatie.binnenvaart.nl De Nederlandse Vereniging van Binnenhavens Postbus 23133 3001 KC Rotterdam Vasteland 12e 3011 BL Rotterdam Tel. 010 - 411 59 00 Fax 010 - 412 90 91 Ontwerp en vormgeving great: www.thisisgreat.nl Drukwerk Drukkerij Dekkers, Dordrecht Ontwikkeling en coördinatie L.V. Booij (BVB) Idee en tekst C.J. de Vries (BVB) Overname uit deze uitgave is zonder rechten toegestaan mits bronvermelding plaatsvindt (met uitzondering van de beeldcreaties van blz. 56 t/m 62). Deze publicatie kunt u downloaden op www.bureauvoorlichtingbinnenvaart.nl
2
Inhoudsopgave
Voorwoord Hoofdstuk 1 Goederenvervoer over de wereldzeeën
pagina 5
Hoofdstuk 2 Het Europese goederenvervoer, nu en in de toekomst
pagina 21
Hoofdstuk 3 De ontwikkeling van de binnenvloot
pagina 37
Hoofdstuk 4 Innovaties in de binnenvaart
pagina 49
Aanvullende Informatie
pagina 63
N.B. Bronvermeldingen hebben alleen betrekking op de aangeleverde feiten en cijfers en zijn niet van toepassing op de door het BVB / BIB uitgevoerde bewerkingen en / of toelichtingen.
3
Voorwoord
In 2015 heeft Azië (met 45% BNP op wereldschaal) de grootste economie. De economieën van de Verenigde Staten (VS) en China zijn dan beiden even groot (20% BNP) en de economie van Europa is iets kleiner (17%). Het aandeel van de economie van China is volgens prognoses in 2025 eenderde groter dan dat van de VS en het Europese aandeel neemt verder af. Dit betekent niet dat Europa krimpt, maar dat de groei elders neerslaat. Verplaatsing van productie naar de lage lonen landen zal ervoor zorgen dat de wereldhandel (en daarmee het transport over de wereldzeeën), naast de autonome economische groei, nog fors zal toenemen. Wat betekent dit nu voor onze economie en welke gevolgen zijn er voor de transportsector? Zal Europa, net zoals in de afgelopen vijftig jaar, fors van de groei van de wereldhandel kunnen profiteren? Is onze voorsprong op het gebied van organisatie en kennis voldoende om initiatief te nemen (en te houden) bij het stimuleren van innovaties en kostenbesparingen, of nemen de nieuwe economieën ook dit initiatief over? Deze vragen houden ons bezig als we ook soortgelijke vragen willen beantwoorden over de toekomst van het goederenvervoer over water. Daar gaat dit boekje over. Het voorspellen van de toekomst is moeilijk, zo niet onmogelijk. Door naar het heden en verleden te kijken leren we de toekomst enigszins kennen. “Waardevol Transport” beschrijft de trends op wereldschaal op het gebied van de verplaatsing van de economische zwaartepunten in het verleden en de gevolgen daarvan voor het goederentransport over de wereldzeeën. Deze ontwikkelingen worden vertaald naar overslagcijfers in de Europese zeehavens en achterlandtransport. In het tweede hoofdstuk volgen we de goederen op hun reis door het Europese achterland en geven we inzicht in de verdeling over de transporttechnieken. Er is bijzondere aandacht voor de vervoerprognoses en het containervervoer over water in Europa. Het derde hoofdstuk beschrijft de ontwikkeling van de Europese binnenvloot nu en in de toekomst. Een overzicht van de huidige kosten en opbrengsten completeert het verhaal. In hoofdstuk vier wordt ingegaan op de huidige en toekomstige milieuprestaties en innovaties van de transportsector, de binnenvaart in het bijzonder. Wij hopen dat u na het lezen van “Waardevol Transport” een goed inzicht in de toekomstkansen van onze sector heeft gekregen. Mocht dit leiden tot de behoefte aan meer informatie (of meer inzicht wat goederenvervoer voor u of uw bedrijf kan betekenen), neem dan contact met ons op voor een vrijblijvend gesprek. Onze adviseurs zijn u graag van dienst. Voor het samenstellen van de toekomstscenario’s is welwillend gebruik gemaakt van de studies die op dit terrein door Shell Nederland zijn ontwikkeld. Waardevol Transport is een gezamenlijke uitgave van Bureau Voorlichting Binnenvaart en het Bureau Innovatie Binnenvaart. De uitgave wordt financieel ondersteund door de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens. Wij danken het Centraal Bureau voor de Statistiek en de Internationale Vereniging het Rijnschepenregister (IVR) voor het beschikbaar stellen van de cijfers inzake het goederenvervoer en de binnenvloot. C.J. de Vries Directeur Koninklijke Schuttevaer / Secretaris Bureau Voorlichting Binnenvaart
4
Hoofdstuk 1. Goederenvervoer over de wereldzeeën
Goederenvervoer over de wereldzeeën
Wereldgoederenstromen bewegen zich van oudsher tussen bevolkingsconcentraties aan het water. De 25 grootste steden, de 25 grootste productielocaties, de 25 welvarendste gebieden en de 25 dichtst bevolkte gebieden liggen allemaal aan het water, bijna altijd aan zee. Dat is al 2000 jaar zo. Maar opvallend is dat de economische zwaartepunten op onze wereldkaart constant in beweging zijn (zie pag 8 en 9). West-Europa zal waarschijnlijk in de toekomst minder produceren, maar meer organiseren, transporteren en consumeren. Ook de wens tot consumeren van de bevolkingen van opkomende economieën geeft de wereldhandel nog voor decennia een impuls. Landen die aan zee liggen en over goede achterlandverbindingen beschikken, hebben daarbij een natuurlijke voorsprong. Zo werkt het al eeuwen. Europa blijft door de grote en toegankelijke bevolkingsomvang (ruim 400 miljoen mensen) en het relatief hoge welvaartspeil een aantrekkelijke afzetmarkt voor producten van elders. West-Europa blijft door een kennis- (innovatie) en een organisatievoorsprong een majeure wereldspeler, ook op de financiële markten (Lissabonagenda). Een groot deel van de regiefunctie voor de wereldhandel zou hierdoor in Europa kunnen blijven liggen. Producten van de duurzame kenniseconomie, met een accent op transport, distributie en infrastructuur kunnen belangrijke exportproducten worden. Toch zullen andere regio’s in de wereld sneller groeien dan Europa. Op de kaart van de grootste steden en bevolkingsconcentraties komen steeds minder Europese steden voor. Vooral Aziatische steden, maar ook Zuid Amerika (Brazilië) en Afrika (Egypte, Kenia/Tanzania en Nigeria) zijn in opmars. Ondanks deze kansen voor relatief onderontwikkelde gebieden om vooruitgang te boeken, wordt deze groei ook beperkt door structurele problemen. Het betreft hier vooral de onstabiliteit van regeringen en financiële markten, alsmede een gebrek aan het milieubewust omgaan met de natuurlijke bronnen en het duurzaam beheer daarvan. De kansen voor Europa zijn dus niet verkeken. In de toekomst is meer dan de helft van alle goederenstromen over de wereld gecontaineriseerd. De majeure trends in de zeevaart blijven schaalvergroting en automatisering van transport en overslaghandelingen. Die trends zetten zich ook in de achterlandtransportechnieken voort. De meest duurzame technologieën en technieken zijn hierbij het meest kansrijk. De wereldhandelstromen zullen in de toekomst globaal langs dezelfde routes afgewikkeld worden als in 2000 (zie blz. 10 en 11). Met dit verschil dat ook herkomsten in Zuid-Amerika en Afrika aan belang zullen winnen. Binnen Europa neemt het aantal zeehavens waar goederenoverslag plaatsvindt toe, maar de meeste zeehavens hebben een regionale functie voor een beperkt eigen achterland, omdat een Triple A achterlandmodaliteit ontbreekt (penetratie tot ver in Europa zonder files). Slechts een beperkt aantal zeehavens beschikt in de toekomst over het instrumentarium om de grootste zeeschepen te kunnen ontvangen en diep in het Europese achterland te kunnen penetreren. Tachtig procent van de goederen bestemd voor of afkomstig van Europa kiest daarom voor een haven aan de Noordzee als overslaglocatie, omdat de rivier de Rijn en de aansluitende vaarwegen de belangrijkste industriegebieden in West- en Midden-Europa ontsluit (zonder capaciteitsbeperkingen). De capaciteit van deze rivier voor goederenvervoer is ruim 1 miljard ton, terwijl in 2000 maar 250 miljoen ton werd benut. De meest welvarende streken op aarde kennen een gematigd tot zacht klimaat. De geschiedenis leert ons dat de klimaatveranderingen kunnen bijdragen aan de opkomst en ondergang van beschavingen op termijnen
6
van 300 tot 500 jaar. Naar verwachting kan de opwarming van de aarde op de lange termijn negatieve gevolgen hebben voor de economische ontwikkelingskansen van Zuid-Europa. Veranderingen in de wereldgolfstromen kunnen eveneens van invloed zijn op de bestendigheid van het huidige klimaat en de weersgesteldheid in geheel West-Europa. Zonder bewuste keuzen voor duurzame technieken en een inperking van de bevolkingsgroei krijgen toekomstige generaties de rekening gepresenteerd van roofbouw, woestijnvorming en verloren natuurwaarden, waardoor grotere tekorten aan zoet water en voedsel kunnen ontstaan. Een voortgaande opwarming van de aarde zal tenminste bijdragen aan een gewijzigd beeld voor wat betreft de gangbare waterafvoeren van grote rivieren in Europa. Voor de belangrijkste rivieren in Europa, de Rijn en de Donau, betekent dit langduriger hogere afvoeren in de winters en langduriger lagere afvoeren in de zomers. Ook bij de meest ongunstige scenario’s tot 2050 is de binnenvaart redelijk goed in staat om met aanpassingen aan de vloot en beperkte ingrepen in de rivieren, de betrouwbaarheid van de vervoersvoorziening te garanderen. Er vinden altijd onverwachte ontwikkelingen plaats, zoals een natuurramp, een aanslag, een energiecrisis en/of een ineenstorting van een munteenheid. De waarde van het ontwikkelen van toekomstbeelden is vooral het afwegen van de kansen en de bedreigingen, teneinde tijdig op nieuwe trends in te spelen, of nog beter, zelf trendzetter te zijn.
7
De 10 grootste steden in het jaar 100 (aantal inwoners)
PESHAWAR, PAKISTAN (120.000) ROME, ITALY (450.000) ATIOCH, TURKEY (150.000) SMYRNA, TURKEY (90.000) LUOYANG, CHINA (420.000) CARTHAGE, TUNISIA (100.000) BAGHDAD, IRAQ (250.000) SUZHOU, CHINA (N/A) ALEXANDRIA, EGYPT (250.000)
ANURADHAPURA, SRI LANKA (130.000)
Bron: Metropolitan World Atlas
Succesvolle beschavingen zijn altijd aan zee ontstaan, of toch tenminste aan een rivier. Rond het begin van onze jaartelling lagen de tien grootste steden van de wereld allemaal op het westelijk halfrond. De meeste grootste steden lagen toen al aan water.
De 10 grootste steden in het jaar 1800 (aantal inwoners)
(861.000) UNITED KINGDOM, LONDON
(547.000) FR ANCE, PARIS
(430.000) ITALY, NAPELS (570.000) TURKEY, ISTANBUL
(685.000) JAPAN, TOK YO (377.000) JAPAN, K YOTO (1.100.000) CHINA , BEIJING (383.000) JAPAN OSAK A (387.000) CHINA , HANGZHOU (800.000) CHINA , GUANGZHOU
Bron: Metropolitan World Atlas
In het jaar 1800 lagen zes van de tien grootste steden ter wereld in Azië. Van oudsher hebben grote levensgemeenschappen gekozen voor een woonplaats in de delta van een grote rivier of aan zee, zodat de zee of de rivier gebruikt kon worden als transportweg om handel te drijven met andere gemeenschappen.
8
De 10 grootste steden in het jaar 1950 (aantal inwoners)
MOSCOW, RUSSIA (5.100.000) (8.860.000) UNITED KINGDOM, LONDON CHIC AGO, UNITED STATES (4.906.000)
RHINE-RUHR, GERMANY (4.900.000) PARIS, FR ANCE (5.900.000)
NEW YORK , UNITED STATES (12.463.000)
(7.000.000) JAPAN, TOK YO
(5.406.000) CHINA , SHANGHAI
C ALCUT TA , INDIA (4.800.000)
BUENOS AIRES, ARGENTINA (5.000.000)
Bron: Metropolitan World Atlas
Rond 1950 waren de kaarten weer anders verdeeld. Bevolkingsconcentraties in Noord- en Zuid-Amerika, alsmede in Rusland zouden gewicht in de schaal leggen. De economische ontwikkelingskansen zijn altijd het grootst gebleken in de nabijheid van de grootste bevolkingsconcentraties. Daar ligt een les voor de toekomst.
De 10 grootste steden in het jaar 2000 (aantal inwoners)
(19.920.000) SOUTH KOREA , SEOUL-INCHON (33.190.000) JAPAN, TOK YO -YOKOHAMA
NEW YORK , UNITED STATES (20.270.000)
LOS ANGELES, UNITED STATES (16.200.000)
(16.930.000) JAPAN, KOBE- OSAK A-K YOTO (14.000.000) EGYPT, C AIRO
MEXICO CIT Y, MEXICO (19.620.000)
MUMBAI, INDIA (17.580.000)
(14.140.000) PHILIPINES, MANILL A
SAO PAULO, BR AZIL (17.720.000)
Bron: Metropolitan World Atlas
Tegenwoordig is het evenwicht naar Azië en Amerika verschoven en door de aanhoudende trek van bevolkingsgroepen in deze landen naar de grote steden zal het evenwicht in de toekomst verder verschuiven. Met gevolgen voor de economie, ook in West-Europa.
9
Grootste zee- en containerhavens ter wereld in 2005
Grootste havens van de wereld totale overslag x miljoen ton Grootste containerhavens van de wereld totale overslag containers x 1000 TEU
HAMBURG
ROT TERDAM
ANTWERP
LOS ANGELES
TUBAR AO
Shanghai
Zeelijndiensten Zee- en/of containerhavens
Rotterdam
Singapore
443,0 18.080 423,0 23.200
Tianjin 370,2
9.287
Ningbo
241,4
Hongkong
230,1 268,6
Guangzhou
250,9
Nagoya
22.602
187,0
Bron: Port of Rotterdam
De wereldhandel is bepalend voor de goederenstromen over de wereldzeeën. De schaalvergroting in de zeevaart heeft dermate lage transporttarieven opgeleverd, dat de plaats waar in de wereld de goederen worden gefabriceerd van ondergeschikt belang is. Opvallend is dat meer dan helft van de grootste havens zich bevinden in Azië. Vooral Chinese havens zijn in opkomst.
10
DALIAN QINGDAO TIANJIN BUSAN
NAGOYA
SHANGHAI NINGBO GUANGZHOU SHENZHEN HONGKONG
DUBAI PORTS
K AOHSIUNG
SINGAPORE
Qingdao
Hamburg
186,8
125,7 8.088
Dalian
170,0
Antwerp 160,1 6.488
Shenzhen Busan
16.200
Kaohsiung 9.471
Dubai Ports 7.620
Los Angeles 7.485
11.840
Merkproducten van Westerse origine hebben vaak een deel van hun productiecapaciteit verplaatst naar Azië. Vanuit de fabrieken in Azië worden de goederen per container verscheept over de wereldzeeën via vaste routes. Circa de helft gaat binnendoor via het Suezkanaal. Schepen die te groot zijn voor de sluizen in het Suezkanaal nemen de route om Afrika heen en zijn langer onderweg.
11
Capaciteit zeehavens betreffende droge bulk gemiddeld per jaar
HAMBURG (32.753.024) RANDSTAD HOLLAND (73.729.965) ANTWERP - BRUSSELS ( 41.746.851) LE HAVRE (6.681.024)
SAN FRANSISCO - OAKLAND (22.619.164)
LOS ANGELES (3.756.811)
( 51.990.836) NAGOYA ( 769.992) TOKYO ( 17.725.119) YOKOHAMA ( 14.049.098) KOBE ( 51.190.873) BUSAN ( 17.638.437)OSAKA
NEW YORK (10.099.197)
NEW ORLEANS (119.269.591) HOUSTON (28.342.021)
KAOHSIUNG (69.756.449) HONG KONG (34.261.861)
( 4.415.656) SHANGHAI (13.544.786) TAIPE ( 20.056938) BANGKOK
TAICHUNG (54.157.795)
KUALA LUMPUR (18.796.533) SINGAPORE (242.708.835)
SÃO PAULO (31.261.763)
DURBAN (27.353.729)
Capaciteit = Aantal zeeschepen x vervoerd tonnage
Bron: Metropolitan World Atlas
Het overgrote deel van de niet gecontaineriseerde goederen wordt nog altijd losgestort vervoerd in grote ruimen van zeeschepen. Het is en blijft goedkoper om voor deze ladinggroepen grote bulkcarriers (zeeschepen) over zee in te zetten.
Capaciteit zeehavens betreffende olie gemiddeld per jaar
SAN FRANSISCO - OAKLAND (50.653)
HAMBURG (14.349) RANDSTAD HOLLAND (121.957) ANTWERP - BRUSSELS ( 34.071) LE HAVRE (53.308)
NEW YORK (65.965)
LOS ANGELES (66.045) NEW ORLEANS (81.956) HOUSTON (134.809)
( 28.669) NAGOYA ( 260) TOKYO ( 36.129) YOKOHAMA ( 9.012) KOBE ( 4.555) BUSAN ( 5.244) OSAKA ( 6.208) SHANGHAI HONG KONG (26.774) (10.350) TAIPEI
TAICHUNG (25.561)
KAOHSIUNG ( 48.032) BANGKOK (15.027)
KUALA LUMPUR (10.480) SINGAPORE (436.844)
SÃO PAULO (17.342) DURBAN (23.604)
Capaciteit = Aantal zeeschepen x vervoerd tonnage
Bron: Metropolitan World Atlas
Binnenvaart en spoor zijn beiden transportmodaliteiten die vanuit een oogpunt van duurzaamheid en veiligheid de voorkeur verdienen boven andere modaliteiten. Ruwweg 35% van alle goederen die Europa in- en uitgaan zijn verpakt in de container.
12
Capaciteit containerzeehavens gemiddeld per jaar
SAN FR ANSISCO - OAKL AND (82.958)
HAMBURG (74.067) RANDSTAD HOLLAND (110.192) ANTWERP - BRUSSELS ( 76.312) LE HAVRE (82.329)
(91. 331) NAGOYA (102.198)TOK YO (103. 399) YOKOHAMA (164.795) BUSAN (116.447) KOBE (57.659) OSAK A (47.449) SHANGHAI HONGKONG (412.264) (94.522) TAIPEI TAICHUNG (33.604) K AOHSIUNG (199.284) (49.820) BANGKOK
NEW YORK (87.463) LOS ANGELES NEW ORLEANS (10.853) (124.281) HOUSTON (19.799)
KUAL A LUMPUR (109.883) SINGAPORE (354.686)
SÃO PAULO (42.749)
DURBAN (29.088)
Capaciteit = Aantal zeeschepen x vervoerd tonnage
Bron: Metropolitan World Atlas
Vrijwel alle hoogwaardige producten worden over de wereld verscheept in containers. Soms treft men in containers ook laagwaardige producten aan zoals veevoeder, kunstmest of graan. Naar verwachting neemt de containerisatie in de toekomst nog verder toe, waarbij 40 tot 50% van alle goederen per container worden vervoerd.
Alle goederenstromen in tonnen per hoofd van de bevolking Nederland Australië België Canada Japan Frankrijk Ver. Koninkrijk Italië Ver. Staten Duitsland Brazilië 0 Bron: Leefbaar Laagland, G.P. van de Ven 2003
5
10
15
20
25
Aantal vervoerde tonnen per hoofd van de bevolking
Nederlanders hebben iets met transport en met het water. Geen land ter wereld verplaatst per inwoner zoveel tonnen goederen van A naar B als Nederland. Door de gunstige ligging en de goede achterlandverbindingen wordt Nederland vaak als locatie gekozen voor grote Europese distributiebedrijven.
13
Totale lengte bevaarbare vaarwegen per land
C ANADA 3.000 KM
ENGL AND 3.200 KM GERMANY 7.500 KM THE NETHERL ANDS 5,046 KM
BELGIUM 1.570 KM LUXEMBOURG 37 KM FR ANCE 14.932 KM
U. S. A . 41.009 KM
MEXICO 2.900KM
NIGERIA 8.575 KM
VENEZUEL A 7.100 KM GUYANA 5.900 KM COLOMBIA 18.140 KM
PERU 8.808 KM
BR AZIL 50.000 KM
BOLIVIA 10.000 KM
ARGENTINA 10.950KM
Top 5 langste vaarwegennetwerk 1 China
110.000 km
2 Russia
95.900 km
3 Europe
51.996 km
4 U.S.A.
41.009 km
5 Indonesia
21.579 km
Het Europees waterwegennet van de Europese Unie vertegenwoordigt 29.500 kilometer aan kanalen, rivieren en meren waarvan ongeveer 20.000 kilometer voornamelijk geconcentreerd zijn in de zone met het drukst bevaarbare waterwegennet, d.w.z. Nederland, Frankrijk, Duitsland, België en Oostenrijk.
14
FINL AND 6.675 KM
SWEDEN 2.052 KM
K AZ ACHSTAN 3.900 KM
POL AND 3.812 KM
RUSSIA 95.900 KM
UKR AINE 4.499 KM
CZECH REP. 303 KM HUNGARY 1. 373 KM ROMANIA 1.724 KM (1984) CROATIE 785 KM SERBIA 587 KM ITALY 2.400 KM
JAPAN 1.770 KM
IR AQ 1.015 KM
CHINA 110.000 KM
EGYPT 3.500 KM
BANGL ADESH 8.046 KM
SUDAN 5. 310 KM
BURMA 3.200 KM INDIA 16.180 KM L AOS 4.587 KM THAIL AND 4.000 KM VIËTNAM 17.702 KM C AMBODIA 3.700 KM
MALEISIË 7.296 KM CONGO 15.000 KM
INDONESIA 21.579 KM
PAPUA NEW GUINEA 10.940 KM
Z AMBIA 2.250 KM
MOZ AMBIQUE 3.750 KM
AUSTR ALIA 8. 368 KM
Bron: World Fact Book 2004 - Waterways
Ruim 50 landen op de wereld hebben een bevaarbaar vaarwegennet dat groter is als 1000 km. Op de meeste van deze vaarwegen is de binnenvaart onderontwikkeld. China spant de kroon met meer dan 110.000 bevaarbare kilometers. De Europese binnenvaart blijkt steeds vaker een exportproduct te kunnen leveren aan de rest van de wereld.
15
Belangrijkste zeehavens van Europa 2003 - 2005
106,3 114,4 125,7 WILHELMS HAVEN
LONDON ROT TERDAM ANT WERP
95,5 94,1 96,6
DUNKIRK
34,8 39,3 43,8
53,7 55,8 55,2
LE HAVRE
56,8 61,3 63,5
HAMBURG BREMEN
33,4 38,9 46,5
71,5 76,2 74,7
50,0 51,0 53,4
48,9 52,3 54,3
39,5 45,0 35,5
51,0 53,3 53,8
142,9 152,3 160,1
328,1 352,6 370,2
Totale overslag cijfers Eenheid: Bruto gewicht x 1 miljoen metrische tonnen
CONSTANTZ A
GENUA
MARSEILLE
BARCELONA
ALGECIR AS
Bron: Port of Rotterdam, bewerking BVB
Rotterdam is de grootste overslaghaven in Europa en zal dat ook in de toekomst blijven. De reden hiervoor is de mogelijkheid om de diepste zeeschepen te kunnen ontvangen en om grotendeels zonder capaciteitsbeperkingen het achterlandvervoer via de rivier de Rijn en aansluitende vaarwegen tot diep in Europa zonder files te kunnen uitvoeren.
16
Belangrijkste containerhavens van Europa 2003 - 2005
3.191 3.469 3.735
2.650 2.675 2.700
5.445 6.063 6.488
7.144
6.138
8.292
7.003
9.287
8.088
Totale overslag cijfers Eenheid: Aantal x 1000 TEU’s (Twenty Feet-Equivalent-Untits)
FELIXSTOWE 1 .980 2.150 2.058
HAMBURG BREMEN
ROT TERDAM ANT WERP
3.100 3.261 3.161
GENUA
1,405 1,542 1,395
1 .993 2.145 2.410
2.516 2.937 3.180
1 .652 1 .916 2.071
1 .606 1 .629 1 .625
LE HAVRE
BARCELONA
VALENCIA
GIOIA TAURO
PIREAUS
ALGECIR AS
Bron: Port of Rotterdam, bewerking BVB
Opvallend is dat een meerderheid van de zeeschepen een haven aan de Noordzee kiezen om goederen over Europa te distribueren. Rotterdam, Antwerpen en Amsterdam zijn in staat om diep in Europa buiten de eigen landsgrenzen te penetreren. De andere havens vervullen vooral een nationale/regionale functie
17
Bereikbaarheid binnenvaart - short sea
Bereikbaarheid over water Hoofdindustriegebieden Short sea verbindingen Vaarwegen
Reservecapaciteit Nederlandse vaarwegen: 100% Reservecapaciteit Rijn: 700%
Bron: BVB / HbR
Binnenvaart en short sea (zeevaart binnen Europa) kunnen samen een groot gedeelte van Europa bestrijken, een alliantie tussen deze twee modaliteiten zou de transportfunctie van Nederland aanzienlijk versterken.
18
Economisch belangrijke gebieden liggen aan vaarwegen
Economisch belangrijke gebieden Internationale vaarwegen Regionale/Lokale vaarwegen
�������
������
���� ����������� ������� ����� �� ������ �� � ��������
��������� ������������� ��������� �������
��������� ����������� ����������
�����
�������� �����
��������
����
�������
�������
�������� ��������� ���������� ������� ������ ���� � ��������� �� �� � �������� ����
������
����
�������
� ��� �
�
�������
�����
�����
����
��
���������
������
���
��
� ��
���������� ������� ���� ���������
������
���� ����� �����
��������
���
������� �����
�������
��������
����������� ������
������
��������
������
������������������
������������ ���������
���������
������
�������
������
�����
��������
������������������
������ ������ ������ �����
�������
��
����� �������
�����������
�������
����������
���������
������
�����
������ ������ ������� ��������
Bron: VIA Donau / Bewerking BVB
Van oudsher hebben de belangrijke industrieën een locatie gekozen in de omgeving van een vaarweg. Ook in de toekomst liggen hier de industriële zwaartepunten. Met uitzondering van München en Zürich zijn alle belangrijke industriegebieden binnen een straal van 1000 kilometer vanaf de Nederlandse zeehavens goed met binnenschepen bereikbaar.
19
Alle goederenstromen binnen Europa (weg, rail, water en pijpleiding)
Minder dan 50 miljoen ton Meer dan 50 miljoen ton - minder dan 100 miljoen ton Meer dan 100 miljoen ton
������� ��������� ���������
�������
������
�������
��������� ����� ���������
������
����� ������� �������� ����� ������
���������
����� ������
���������
��������� ����������
���������� ������ �������
Bron: VROM/RPD, bewerking BVB
Nergens ter wereld worden goederenstromen zo massaal geconcentreerd als op de rivier de Rijn. Daardoor kon Nederland uitgroeien tot de toegangspoort tot Europa. Door de reservecapaciteit van de Rijn (700%) en de andere vaarwegen (100%) garandeert dit tot in de lengte van jaren dat een forse toename van transport via het vaarwegennet moeiteloos verwerkt kan worden.
20
Hoofdstuk 2. Het Europese goederenvervoer, nu en in de toekomst Tekst
Het Europese goederenvervoer, nu en in de toekomst
Wegvervoer blijft in de toekomst (net als nu) de belangrijkste modaliteit in Europa op de korte afstanden (tot 50 km). Op transportafstanden tussen 100 en 1000 km is binnenvaart leidend in internationale oost-west vervoerrelaties in Noord-West Europa. Vanaf Noord-Duitse zeehavens is, naast wegvervoer, het spoorvervoer dominant. In Frankrijk domineert vooral het wegvervoer. Daar waar de infrastructuur voor rail, binnenvaart en pijpleiding beschikbaar is (of komt) nemen deze duurzame technieken de rol van lange afstand vervoerder over van het wegvervoer. Waar deze infrastructuur ontbreekt is “short sea” binnen Europa het meest succesvolle alternatief. Binnenvaart is op sommige korte afstand trajecten tot 50/100 km bij hoog volumetransporten eveneens succesvol. In het Europa van de toekomst zijn er mega-overslagcentra (MOC’s) waar de drie transportmodaliteiten naadloos op elkaar aansluiten. Het netwerk tekent zich reeds af. Centrale posities zullen, naast de zeehavens, worden ingenomen door Duisburg, Parijs, Frankfurt en Wenen. Met de zeehavens Randstad Holland, Noord-Duitsland, Vlaanderen en Noord-Frankrijk zijn snelle en duurzame goederencorridors ontwikkeld. Binnen Europa neemt het aantal zeehavens waar goederenoverslag plaatsvindt toe, maar de meeste zeehavens hebben een regionale functie voor een beperkt eigen achterland, omdat een Triple A achterlandmodaliteit ontbreekt (penetratie tot ver in Europa zonder files). Op kleinere schaal zijn er in de regio’s goederennetwerken actief waar goederenvervoer met afstanden boven de 50 km via centrale corridors wordt geleid. Wegvervoer beperkt zich tot fijndistributie en collectie op afstanden tot 50 km en transport van bederfelijke producten. Bij productie of verwerkingslocaties van gevaarlijke goederen en/of van goederen die een jaarlijks volume van 100.000 ton overschrijden, wordt voorkomen dat deze locaties uitsluitend zijn aangewezen op 1 modaliteit. Het aanhaken van deze locaties op een van de goederencorridors wordt bevorderd, zodat naast wegvervoer altijd een tweede grootschalige transportmodaliteit voorhanden is met een ruime capaciteit. Autoriteiten bevorderen het gebruik van deze efficiënte en duurzame transportnetwerken (Intermodal Highways-IHW’s) in Europa en ontmoedigen hoog volume transport op uni-laterale verbindingen, door het aanwijzen van de goederencorridors en de mega-overslaglocaties. Gezien de toenemende problemen met files op de weg moet de overheid in de toekomst meer sturend gaan optreden. Van rijkszijde wordt daarom het aanleggen van natte overslaglocaties en de bouw van nieuwe binnenhavens bevorderd. Bedrijven worden gefaciliteerd om een groter aandeel van het goederenpakket over water of per spoor af te wikkelen. Het bedrijfsleven zelf speelt op deze ontwikkeling in door het vormen van strategische allianties tussen binnenvaartondernemers onderling en met overslagbedrijven en wegvervoerders. Deze ontwikkelingen leiden tot een groter marktaandeel van de binnenvaart.
22
Op korte afstanden (tot 100 km) neemt het binnenvaartaandeel (tonkilometers) toe van 30% naar 40%. Het betreft hier hoog-volumetransporten. Voor de lange afstand (100 tot 1000 km) neemt het aandeel van de binnenvaart toe van 55% tot 65 / 70%. Het aandeel van het containervervoer van de binnenvaart groeit van 40% naar 60% en dat van de gevaarlijke stoffen van 60% naar 70%. Voor binnenvaart en spoor betekent dit dat naast de maritieme ladingstromen, ook in de markt van de continentale goederenstroom (import en export binnen Europa) kan worden gepenetreerd. Binnenvaartdiensten varen niet langer van A naar B, maar maken onderdeel uit van een Europees netwerk, waarbij het schip ook dienst doet als varende opslag en naadloos aansluit op andere modaliteiten. Het gehele netwerk voldoet aan alle eisen op het gebied van “secure operations” en “tracking en tracing” van goederen. De toegevoegde waarde van deze netwerken wordt hoog ingeschat, omdat zij ook allerlei “value added services” bewerkstelligen.
23
Modal split achterlandvervoer Europese havens Amsterdam 2004 2005 Antwerpen 2000 2002 2004 Bremerhaven 2002 2004 2005 Constantza 2000 2002 2004 2005 Duinkerken 2000 2002 2004 2005 Hamburg 1990 2000 2002 2004 2005 Lübeck 1990 2000 2002 2004 2005 Marseille 2000 2002 2004 Rotterdam 1990 2000 2002 2004 2005 Zeebrugge 1990 2000 2002 2004 2005
0%
20%
40%
60%
80%
Wegvervoer
Bron: Schiffahrt Hafen Bahn und Technik 2006
Spoorvervoer
100%
Binnenvaart
In alle zeehavens speelt wegvervoer een hoofdrol in het achterlandtransport. Bij de Duitse zeehavens ligt naast wegvervoer de nadruk op het spoor. In Rotterdam, Antwerpen en Amsterdam ligt de nadruk juist weer meer op binnenvaart.
24
Goederenvervoer EU en prognoses
Vervoerd tonnage
Aandelen
Tonnen over water
EU
440 miljoen ton
Vervoersprestaties
Ladingtonkilometers over water
EU
125 miljard tkm
Prognose economische groei binnenvaart tot 2015 EU
2% tot 3% per jaar
Donau-toetredingslanden
2,4% tot 7% per jaar
Huidige tkm groei binnenvaart Europa sinds 1979
23 miljard tkm (> 20%)
Uitbreiding EU 2004
+ 3,5%
Uitbreiding EU Roemenië/Bulgarije
+ 5%
Voorspelde groei containervervoer over water minimaal 4,5 miljoen TEU maximaal 7,5 miljoen TEU Prognoses 2015 Vervoerd tonnage EU
Tonnen over water
stijging 2,29 miljard ton (+31%)
546 miljoen ton (+32%)
Bron: CBS/BVB/onderzoek PINE 2004 - 2005
De ‘modal split’ staat voor de verhouding tussen de vervoermodaliteiten weg, spoor en binnenvaart.
25
Water
Weg
Rail
5%
88%
7%
7%
78%
15%
Vervoerd gewicht Nederlandse ondernemingen (x miljoen ton)
1995 2000
���
2005*
���
��� ��� ��� ���
���
��� ��� ���
��
� ����������
�����������
Bron: CBS
����� * I.v.m. voorlopige cijfers voor 2005, zijn de cijfers voor 2004 gebruikt
De modaliteiten wegvervoer, binnenvaart en spoor worden meestal met elkaar vergeleken op basis van het vervoerd gewicht (miljoenen tonnen). Het wegvervoer levert dan de grootste bijdrage. Ruim 60% van het wegvervoer vindt plaats op afstanden korter dan 50 kilometer.
Ladingtonkilometer prestaties Nederlandse ondernemingen (x miljoen ton/km)
� ������
1995
������
2000
������
2005*
������ ������ ������
������
������
������
������ �����
�
����������
�����������
����� * I.v.m. voorlopige cijfers voor 2005, zijn de cijfers voor 2004 gebruikt
Bron: CBS
Het is reëler de modaliteiten met elkaar te vergelijken op grond van de ladingtonkilometerprestatie. Daarbij neemt dan het belang van de binnenvaart toe, de bijdrage van het spoor blijft beperkt. Een sterke procentuele groei van het spoor (40 %) is opvallend, maar het aandeel blijft beperkt (6%)
26
Goederenvervoer naar modaliteit ( x miljoen ton) 2004
��� ��� ��� ��� ��� ��� ��� ��� �
��������
�����������
�������������� Bron: CBS
����������
������������
����������
��������������
��������������
��������������
�����������
�����������
�����������
�����������
��������������
��������������
20% van het bestaande binnenlandse wegvervoer (en 20% van de groei) zou overgeheveld kunnen worden naar de binnenvaart. Dit zou een verdubbeling van het binnenlands vervoer over water kunnen betekenen. Andere vervoerstechnieken beschikken niet over de capaciteit om een dergelijke groei op te vangen.
Modal Split per marktsegment (in binnenlands vervoerd gewicht)
100%
55%
77%
38%
87%
19%
4% 61 %
65 %
27 %
2% 4% 1% 93 %
33 %
Weg Spoor Binnenvaart
80%
3% 78%
Pijpleiding 11 % 14 %
1% 61%
60%
62 %
53 %
44%
40%
26 % 9% 26 %
20%
12%
8%
11%
19%
9%
5%
Bron: Policy Research Corporation op basis van databestanden CBS, 2002
27
Containers
Basis- en eind producten
Metalen en metalenhalffabrikaten
Chemische producten
Aardolie en aardolieproducten
Overige droge bulk
Agribulk
Kolen
Ertsen
Zand & grind
0% Cijfers binnenvaart excl. doorvoer zonder overlading. Cijfers weg & spoor alleen vervoer door Nederlandse ondernemingen.
Prognose goederenvervoer op Nederlands grondgebied
Weg Spoor
1995
Binnenvaart Pijpleiding
2000
DE : Divided Europe EL : European Coördination
2010 DE
GC : Global Competition De groei in het goederenvervoer komt grotendeels voor rekening van het wegvervoer en de binnenvaart. Het wegvervoer stijgt het hardst in alle scenario’s met bijna 80% (EC) tot 100% (GC). De binnenvaart neemt afhankelijk van het scenario met 50% (EC) tot ruim 70% (GC) toe. Het vervoer per spoor blijft, ondanks een forse toename van 50% (EC) tot 75% (GC), een klein aandeel houden in het totale goederentransport.
2010 EC
2010 GC
2020 DE
2020 EC
2020 GC Bron: AVV
0
20
40
60
80
100
120
140
160
180
200
(in tonkilometers, index: 2000=100)
Vervoer van gevaarlijke stoffen per modaliteit in 2005
��
Weg Spoor
����
Binnenvaart
��
��
�� ���
�
���
*Wegvervoer op basis van meest recente cijfers 2003 Bron: CBS
Binnenvaart is trendzetter in veilig transport. Het overgrote merendeel van het transport van de gevaarlijke stoffen vindt over water plaats.
28
Grensoverschrijdend goederenvervoer naar en van Nederland
����������� ���
��������������
���
���
���
���
�����������
���������� ���
���
�� ����� � �����
�����
�����
�����
�����
�����
�����
�����
�����
�����
Bron: CBS
Groei van het goederenvervoer is onlosmakelijk verbonden met de groei van de economie. Op grond van deze trend wordt een verdubbeling van het goederenvervoer in 2020 voorspeld.
29
Binnenhavens in Nederland
Binnenhaven Vaarwegen
Bron: NVB Nederlandse Vereniging Binnenhavens
Vrijwel alle regio’s en grotere industriegebieden in Nederland zijn door middel van vaarwegen ontsloten. In ruim 150 steden en dorpen bevinden zich binnenhavens en in 23 hiervan zijn er speciale binnenvaartcontainerterminals. Vele binnenhavens kennen nog uitbreidingsmogelijkheden van natte bedrijfsterreinen.
30
Feiten binnenhavens
Feiten binnenhavens in Nederland • 389 binnenhavens - 150 grotere binnenhavens • 380 miljoen ton goederen overslag via de Nederlandse binnenhavens • 66.400 arbeidsplaatsen directe werkgelegenheid
Feiten binnenvaart en toegevoegde waarde in Nederland • Zeehaven + binnenvaartvervoer + binnenhaven = 0,3mld + 1,4mld + 5,7 mld = 7,4 miljard euro • 8,9 miljard euro directe en indirecte achterwaartse toegevoegde waarde
Belangrijkste binnenhavens onderscheiden naar typologie • Binnenhaven mainport: Drechtsteden • Multifunctionele binnenhavens: Moerdijk, Utrecht en Nijmegen • Industriële haven: Stein • Agrohaven: Zaanstad • Containerhaven: Born • Zand- en grindhaven: Cuijk Bron: NVB, BVB
De toegevoegde waarde van de binnenvaartketen zeehaven-binnenvaartvervoer-binnenhaven bedraagt 7,4 miljard euro per jaar. De toegevoegde waarde van de binnenhavens gezamenlijk is bijna even groot als die van de Nederlandse zeehavens.
Kerncijfers binnenvaart 2005/2006 Nederland
Noordwest-Europa
6600 schepen (Nederlandse Vlag)
14.500 schepen
6,3 miljoen ton laadvermogen
12,2 miljoen ton laadvermogen
20% vervoersaandeel t.o.v. weg en spoor
55/65% vervoersaandeel t.o.v. weg en spoor
330 miljoen ton per jaar (nationaal + internationaal)
440 miljoen ton per jaar (nationaal + internationaal)
Binnenvaart vervoert 3 miljoen TEU (40% in NL) Arbeidsplaatsen binnenvaart 15.000 Directe omzet binnenvaart 1,5 miljard euro Aantal bedrijven 3.400
Bron: CBS / IVR / Rabobank / BVB
31
Containeroverslagterminals voor binnenvaart in Europa
Container overslag terminals Vaarwegen
DÖRPEN
BERLIN
MINDEN
HANNOVER BR AUNSCHWEIG MAGDEBURG
EMMERICH
HALLE / SA ALE
GELSENKIRCHEN DORDTMUND DUISBURG
HERNE KREFELD
DRESDEN DECIN
DÜSSELDORF NEUSS
KÖLN
ANDERNACH KOBLENZ
FR ANKFURT
MAINZ TRIER LUDWIGSHAFEN
ASCHAFFENBURG
MANNHEIM NÜRNBERG
WÖRTH
K ARLSRÜHE
KELHEIM
STUT TGART
STR ASSBOURGH MULHOUSE WEIL AM RHEIN
REGENSBURG / PASSAU
DEGGENDORF LINZ ENNS
GERMERSHEIM
KEHL
KREMS WIEN
OT TMARSHEIM BASEL
Bron: Schiffahrt Hafen Bahn und Technik 2006, bewerking BVB
In het achterland van de zeehavens gelegen aan de Noordzee concentreren de containeroverslagterminals zich langs de vaarwegen. Dit waarborgt een goedkope aan- en afvoer en “just in time” vervoer. Schepen kunnen uitstekend op tijd varen.
32
Modal Split containerterminals in Europa Duitsland Terminals Andernach Aschaffenburg Berlin
Weg 19.048
Rail 38,1%
Water
57
0,1%
30.830
Totaal 61,7%
49.935
-
-
-
-
7.155
-
7.155
5.664
19,6%
23.171
80,1%
78
0,3%
28.913 51.655
Braunschweig
1.285
2,5%
3.853
7,5%
46.517
90,1%
Deggendorf
2.493
62,3%
575
14,4%
934
23,3%
4.002
-
-
39.700
72,7%
14.900
27,3%
54.600 122.000
Dörpen Dordtmund
-
-
-
-
-
-
1.540
10,1%
11.279
73,7%
2.487
16,2%
15.306
40000
3,6%
362.000
32,6%
350.000
31,5%
1.112.000
Emmerich
-
-
-
-
-
-
45.854
Frankfurt/Main
-
-
736
1,9%
37.612
98,1%
38.348
Gelsenkirchen Stad
-
-
-
-
980
-
980
Gelsenkirchen-KCT
-
-
-
-
9.116
-
9.116
Dresden/Decin Duisburg
Germersheim
-
-
-
-
202.000
-
202.000
Halle / Saale
5.707
34,6%
10.799
65,4%
-
-
16.506
Hannover
1.324
4,1%
17.240
53,6%
13621
42,3%
32.185
-
-
31.843
100,0%
-
-
31.843
Herne Karlsruhe
12.266
21,6%
-
-
44.518
78,4%
56.784
Kehl
1.128
9,3%
2.321
19,1%
8.720
71,7%
12.169
Kelheim
2.624
36,9%
832
11,7%
3.656
51,4%
7.112
Koblenz
28.958
38,6%
109
0,1%
46.015
61,3%
75.082
Köln
-
-
-
-
-
-
428.702
Krefeld
-
-
-
-
-
-
10.000
30000
29,5%
14.251
14,0%
57.401
56,5%
101.652
Magdeburg
-
-
-
-
-
-
9.980
Mainz
-
-
-
-
-
-
124.101
Mannheim
-
-
-
-
133.694
-
133.694
Ludwigshafen
Minden Neuss-Düsseldorf Nürnberg
-
-
-
-
16.210
-
16.210
297.072
47,6%
132.907
21,3%
193.473
31,0%
623.452 112.350
77.346
68,8%
34.794
31,0%
210
0,2%
Regensburg-Passau
-
-
-
-
354
-
354
Stuttgart
-
-
19.316
39,5%
29.533
60,5%
48.849
Trier Weil am Rhein Wörth
-
-
-
-
3.383
-
3.383
3.866
15,8%
180
0,7%
20.463
83,5%
24.509
50.000
21,4%
3.466
1,5%
179.787
77,1%
233.253
79.303
47,2%
86.028
51,2%
2.739
1,6%
168.070
-
-
-
-
84.931
-
84.931
Schatting
Schatting
Zwitserland Cinz Basel (Zwitserland) Frankrijk Lille
47.186
53,6%
1.588
1,8%
39.319
44,6%
88.093
Mulhouse Ottmars.
69.128
38,2%
26.914
14,9%
84.818
46,9%
180.860
107.850
58,8%
4.665
2,5%
70.905
38,7%
183.420
1.540
10,1%
11.279
73,7%
2.487
16,2%
15.306 129.020
Strassbourg Tjechië Decin Oostenrijk Enns
58.931
45,7%
70.089
54,3%
-
-
Krems
39.694
99,6%
39.694
99,6%
142
0,4%
39.836
Wien
223.963
99,6%
223.963
99,6%
788
0,4%
224.751
- gegevens niet bekend of niet beschikbaar Bron: Schiffahrt Hafen Bahn und Technik 2006, bewerking BVB
De binnenvaart heeft gemiddeld genomen een groot aandeel bij de containerterminals in het achterland van de zeehavens.
33
Containervervoer over de Nederlandse binnenwateren 2004
����� ������������ �������������������� ����������������������
��������
�������������� ��������
��������� ���������
�����������������
������ �������
������
�����
�������
������
���������
��������
������
������� ������� ���������
����������
������� ������
�������
��������
�������
������ �������
���������
������ ������ ���������
������ ��������� ���������� �������
��������
����������
�������� �������
��� ���������
�������
�������� ������ ������� ����������
������� ������ �������
�����
������ ���������
������
���������
���� ����
��������� �����
Bron: RWS AVV
Binnen Nederland wordt inmiddels meer dan 500.000 TEU per jaar vervoerd. Bovenstaande kaart geeft goed de verdeling van het binnenvaart containervervoer in Nederland weer.
34
Aantal scheepvaartpassages met containers
telpt. Nr naam telpunt
vaarwegnaam
2002
2004
schepen
TEU
schepen
TEU
2002 > 2004 groei in %
1
Zeesluizen Delfzijl
Eemskanaal
409
21.278
613
25.301
19
2
Oostersluis Groningen
Van Starkenborghkanaal
892
56.816
1.089
63.082
11
3
Sluis Gaarkeuken
Van Starkenborghkanaal
892
56.660
1.087
62.986
11
5
Prinses Margrietsluis
Prinses Margrietkanaal
913
57.931
1.082
70.332
21
18
Sluis Eefde
Twenthekanaal
488
29.150
738
41.176
41
29
Sluis St. Andries
Kanaal van St. Andries
185
7.386
189
7.339
-1
30
Sluis Driel
Neder Rijn
222
11.013
368
19.917
81
31
Sluis Amerongen
Neder Rijn
182
8.418
346
17.971
113
32
Sluis Hagestein
Lek
191
8.979
360
19.176
114
38
Sluis Weurt
Maas-Waalkanaal
800
80.105
1.068
100.047
25
40
Henriettesluis Engelen
Gekanaliseerde Dieze
1.773
88.510
1.457
105.609
19
48
Oosterhout
Wilhelminakanaal
2.057
52.700
2.146
62.066
18
50
Kreekraksluizen
Schelde-Rijnverbinding
8.796
1.102.436
11.016
1.374.616
25
52
Sluizen Terneuzen
Kanaal Gent-Terneuzen
1.393
49.156
2.844
92.273
88
57
Sluis Hansweert
Kanaal door Zuid-Beveland
1.039
72.823
1.693
150.520
107
61
Volkeraksluizen
Schelde-Rijnverbinding
10.844
1.290.427
12.614
1.504.586
17
62
Krammersluizen
Schelde-Rijnverbinding
1.076
74.742
3.888
135.633
81
66
Sluis Belfeld
Gekanaliseerde Maas
497
64.919
581
55.997
-14
67
Sluis Sambeek
Gekanaliseerde Maas
819
81.753
1.147
103.286
26
68
Sluis Grave
Gekanaliseerde Maas
50
3.062
89
4.587
50
69
Sluis Lith
Maas
641
23.748
812
22.720
-4
70
Sluis Born
Julianakanaal
41
2.450
75
4.104
68
71
Drielingsluis Maasbracht
Julianakanaal
496
64.787
582
55.458
-14
72
Sluis Heel
Lateraalkanaal
493
64.559
570
54.984
-15
80
Julianasluis
Gouwe
6
585
0
0
82
Prinses Irenesluis
Amsterdam-Rijnkanaal
78
7.298
159
13.401
84
83
Prins Bernardsluis
Amsterdam-Rijnkanaal
73
7.504
152
13.021
74
84
Prinses Beatrixsluis
Lekkanaal
5.023
303.976
5.973
324.311
7
96
Houtribsluis
IJsselmeer
1.505
104.094
1.870
123.499
19
98
Oranjesluizen
Binnen-IJ
1.697
110.103
2.630
158.917
107
Krabbersgatsluis
IJsselmeer
24
1.289
189
3.148
108
Lorentzsluizen
IJsselmeer
1
5
200
3.569
109
Stevinsluis
IJsselmeer
0
0
0
0
Lobith
Boven-rijn
7.988
1.202.601
9.694
1.488.651
28 Bron: RWS AVV
35
44 144
24
Modal split per EU-Land 2005 (alle ondernemingen)
x 1.000 ton
x miljoen tonkilometer weg
spoor
België
337.913
wegvervoer
55.732 (1)
spoor
160.397
binnenvaart
48.394
7.293 (1)
8.566
Bulgarije
-
-
5.270
-
-
757
Cyprus
53.726
-
-
1.393
Denemarken
206.490
7.706
-
23.301
1.976
-
Duitsland
2.949.924
317.294
236.765
301.743
95.421
64.096
Estland
29.880
68.187
-
5.938
10.639
-
Finland
399.755
40.722
-
31.858
9.706
-
Frankrijk
2.059.763
107.532
68.347
205.305
40.701
8.905
Hongarije
234.781
50.850
8.413
25.047
9.090
2.110
Ierland
297.413
1.820
-
17.883
303
-
Italië
1.424.490 (2)
89.755
-
196.955 (2)
22.761
-
Letland
52.169
60.068
-
8.420
19.779
-
Litouwen
55.338
49.287
-
15.898
12.457
-
Luxemburg
53.001 (3)
10.739
11.180 (3)
9.575 (3)
392
370 (3)
Nederland
655.987
29.300
317.639
90.955
5.025
42.225
Noorwegen
244.740
24.860
-
16.443
3.149
-
Oostenrijk
293.445
101.829
9.336
35.760
18.957
1.753
Polen
863.395
269.553
7.166
111.826
49.972
327
Portugal
337.255
9.587
-
42.807
2.422
-
Roemenië
-
-
32.827
-
-
8.435
Slovenië
82.750
16.344
-
11.008
3.245
-
Slowakije
195.488
49.310
2.351
22.522
9.463
88
Spanje
2.210.644
29.847
-
233.224
11.635
-
Tjechië
461.144
85.363
1.610
43.445
14.823
63
Verenigd Kon.
1.832.043 (4)
118.561 (4)
-
17.2121 (4)
22.552 (4)
-
Zweden
359.192
63.196
-
34.614
21.675
-
– gegevens niet beschikbaar of niet van toepassing (1) Gegevens spoor op basis van 2003 (2) Gegevens wegvervoer op basis van 2004 (3) Gegevens wegvervoer en binnenvaart op basis van 2004 (4) Gegevens wegvervoer en spoorvervoer op basis van 2004
Bron: Eurostat
36
binnenvaart
-
Hoofdstuk 3. De ontwikkeling van de Europese binnenvloot
37
De ontwikkeling van de Europese binnenvloot
Anno 2006 beschikt Europa over bijna 20.000 schepen, met een laadvermogen van ruim 12 miljoen ton. Ruim de helft van de Europese vloot vaart onder Nederlandse vlag. Op de internationale Rijn vervoeren zij 55% van de lading. Het aantal schepen daalt, maar de gemiddelde tonnage per schip groeit. De schepen worden steeds groter. Deze trend zet zich ook in de toekomst voort. Het aantal kleinere schepen (beneden de 1500 ton) neemt de afgelopen jaren steeds meer af. Indien deze ontwikkeling doorzet zal het kleinere binnenschip in 2045 vrijwel geheel van de markt verdwenen zijn. Dit moet worden voorkomen, omdat anders een omgekeerde “modal shift” richting wegvervoer plaatsvindt. Het grootste binnenschip in 2005 is 135 m. lang, 14, 17 tot 22 m. breed en 4,5 m. diep (5000/8000 ton, 400/500 TEU). Hiervan zijn er inmiddels is zo’n dertig nieuwe schepen gebouwd. Tussen 2000 en 2005 werden ruim 500 nieuwe schepen aan de Europese binnenvloot toegevoegd, waarvan 80% onder Nederlandse vlag (zie blz 44). In de officiële tabel van scheepsafmetingen (CEMT-standaard, blz. 41), zijn deze nieuwe scheepsafmetingen nog niet verwerkt. Het grootste binnenschip van de toekomst is 150 m. lang, 23 m. breed en 5 m. diep en vervoert 15.000 ton lading en meer dan 1000 TEU. Deze maat is gebaseerd op het feit dat langer bouwen fysiek niet mogelijk is bij de bestaande maximale diepgang van binnenschepen. De breedtemaat is gebaseerd op de maximale breedte van een duwvaartsluis (300 m. lang en 24 m. breed). De vaarwegen zonder sluizen kunnen ook bredere schepen en duwstellen verwerken. De schaalvergroting in de binnenvaart zal, net als op zee, dus nog wel enige jaren aanhouden. Er zal in de toekomst waarschijnlijk ook een aantal schepen met een maximale breedte van 34 m. ontwikkeld zijn. De grootste duwstellen en koppelverbanden zijn, net als nu, 200 tot 300 m. lang of 23 tot 34 m. breed (groter kunnen onze vaarwegen niet aan). Maar de grootste schepen vormen in de toekomst maximaal 20% van de vloot en zijn de uitzondering op de regel. Omdat deze schepen niet alle vaarwegen kunnen bevaren, levert het standaardschip van 110 m. lang en 11,40 m. breed, ook in de toekomst, nog steeds een groot aandeel. Ook kleinere schepen hebben een eigen stabiele thuismarkt behouden. Hiervoor zal naar verwachting een speciaal revitaliseringsprogramma ontwikkeld zijn. De wens om ook bij laag water meer rendement te kunnen leveren heeft geleid tot het gebruik van lichtere materialen aan boord dan staal, dunner staal en schepen die grotendeels van kunststof of composiet zijn gemaakt. Daarnaast is door het vaker en langduriger optreden van laag water wat meer nadruk komen te liggen op langere en bredere schepen, dan op diepere schepen. Voldoende en meer diepgang blijft echter de hoofdlijn voor het grootste deel van de vloot die zich richt op de Nederlandse vaarwegen en de Beneden-Rijn , omdat - het bouwen van diepere schepen relatief weinig meerkosten oplevert, - gedurende de meeste maanden van het jaar middelbare of hogere waterstanden op Europese rivieren blijven optreden, - diepere schepen ook in laagwaterperioden wel inzetbaar blijven, maar dan met minder lading kunnen blijven varen.
38
Onder normale omstandigheden is op de Rijn een vaardiepte van 3,5 m. beschikbaar. Een vaardiepte van minder van 2,5 m. komt gemiddeld genomen 5% van de tijd per jaar voor, meestal gedurende een korte periode in de zomer. Tot aan een vaardiepte van 1,80 m. is binnenvaart nog goed in staat een betrouwbare vervoersvoorziening te garanderen. Deze situatie kwam anno 2005 eenmaal in de 15/20 jaar voor. In de toekomst komen deze laagwaterperioden vaker en langduriger voor, maar waarschijnlijk niet zodanig dat daarmee de betrouwbaarheid van de vervoersvoorziening op het water in gevaar komt. Tot een vaardiepte van 1,5 m. blijft de binnenvaart nog steeds in staat met kunst- en vliegwerk door te varen. Beneden de 1,5 m. ontstaan pas problemen. Deze situatie komt anno 2005 eenmaal in de veertig jaar gedurende een korte periode voor. Een nieuwe scheepsklasse zal ontstaan voor schepen die zich speciaal richten op de Midden- en de BovenRijn in Duitsland (en de West-Europese aansluitende kanalen), omdat deze schepen meer te maken zullen krijgen met laag water op de rivier. Deze klasse kiest er waarschijnlijk voor om in laagwaterperiodes niet onnodig veel scheepsgewicht mee te vervoeren (onnodige verpakking). De afmeting van dit schip concentreert zich waarschijnlijk rond de traditionele lengte van 110 m. bij 11,40 m. breed (of 86- 95 m bij 9,5) en een diepgang van 2,50 tot 3 m. Feitelijk is dit een herintroductie van de scheepsklasse uit de vorige eeuw.. Schaalvergroting zal ook leiden tot nieuwe kansen voor het kleine schip. Bij het kleine schip ligt de nadruk meer op snelheid en flexibiliteit, omdat laden en lossen minder tijd in beslag nemen en een kleiner schip op korte afstanden een hogere omloopsnelheid kan behalen. Voor de introductie van bredere binnenschepen voor het vervoer van droge lading en containers is het noodzakelijk gebleken om ook de laad- en losinstallaties aan de grotere reikwijdte aan te passen. In de tankvaart is dit niet nodig, omdat voor het laden/lossen geen kraan nodig is.
Nederland
6.264.758
Capaciteit van de actieve vloot 2006 in tonnen (West - Europa) 7.000.000
Zwitzerland Luxemburg
6.000.000
Duitsland België Frankrijk
5.000.000
108.473
1.000.000
1 .108.977
2.000.000
0 Bron: IVR
39
67.113
3.000.000
1 .986.402
2.709.040
4.000.000
������
EU vaarwegenkaart en klasse-indeling vaarwegen ������� ����������
Klasse VI Schepen van 3200 tot 18000 ton Klasse V Schepen van 1500 tot 3000 ton Duwstellen van 1600 tot 6000 ton Klasse IV Schepen van 1000 tot 1500 ton Duwstellen van 1250 tot 1450 ton Klasse III Schepen van 650 tot 1000 ton Klasse II Schepen van 400 tot 650 ton Klasse I
Schepen van 250 tot 400 ton Kleine binnenwateren
��������������� ������
��������� ���������
�������
��������
������� �����
���������� ����������
���������� � �����
����
������� ����� ����
�����������
�������������
���������
������
������
��������
�����
Bron: VNF
40
� ����
Klasse-indeling Europese vaarwegen volgens CEMT
Klasse
Type motorschip
Tonnage
Samenst. Duwstel
Ton
Tonnage
Lengte
Breedte
Diepgang
Hoogte
M.
M.
M.
M.
M.
0
Recreatievaart
< 250
I
Spits
250 - 400
38,5
5,05
1,8 - 2,2
4
II
Kempenaar
400 - 650
50 - 55
6,6
2,5
4,0 - 5,0
III
Dortm. Eemskanaal schip
650 - 1.000
1.250 - 1.450
67 - 80
8,2
2,5
4,0 - 5,0
IV
Rijn Hernekanaal schip
1.000 - 1.500
1.600 - 3.000
80 - 85
9,5
2,5 - 2,8
5,25 / 7
Va
Groot Rijnschip
1.500 - 3.000
3.200 - 6.000
95 - 110
11,4
2,5 - 2,8
5,25 / 7
Vb
Tweebaks duwstel
3.200 - 6.000
172 - 185
11,4
2,5 - 4,5
9,1
Vla
Tweebaks duwstel
3.200 - 6.000
95 - 110
22,8
2,5 - 4,5
7.1 - 9,1
Vlb
Vierbaks duwstel
6.400 - 12.000
185 - 195
22,8
2,5 - 4,5
7.1 - 9,1
Vlc
Zesbaks duwstel
9.600 - 18.000
270 - 280
22,8
2,5 - 4,5
9,1
Vlc
Zesbaks duwstel
9.600 - 18.000
193 - 200 33 - 34,2
2,5 - 4,5
9,1
Standaardafmetingen Duwbak: 76,5 M x 11,40 M Bron: CEMT
De officiële indeling van het Europese vaarwegennet is gebaseerd op de CEMT-standaarden. Deze zijn vastgesteld door de Europese verkeersministersconferentie te Parijs.
41
Vlagaandelen West-Europese binnenvaart in procenten
Landen Zwitserland
Tonnage
Percentage
108.473
0.9 %
Frankrijk
1.108.977
9%
Duitsland
2.709.040
22.1 %
Nederland
6.264.758
51.2 %
België
1.986.402
16.2 %
Luxemburg Totaal
67.113
0.6 %
1.224.4763
100 %
Bron: IVR
Verdeling van de West-Europese vloot Zwitserland
Frankrijk
Duitsland
Nederland
België
Luxemburg
Legenda
Zwitserland
Frankrijk
Duitsland
Nederland
België
Droge lading
22
1.455
2.409
5.516
1.493
Luxemburg 18
Natte lading
37
98
456
869
263
21
Duw- of sleepboot
7
157
384
1.037
254
19
Passagiersschepen
45
1
727
940
30
8
Diversen
19
1
176
494
167
4
Totaal
130
1.712
4.152
8.856
2.207
70
(alle geregistreerde actieve vracht- en passagiersschepen, met inbegrip van pontons, dekschuiten en beroepszeilschepen) Bron: IVR
Ruim de helft van de Europese vloot vaart onder Nederlandse vlag. De Nederlandse vloot bestaat uit 8.856 eenheden met 6,2 miljoen ton laadvermogen. De vloot die op zee onder Nederlandse vlag vaart heeft 4,2 miljoen ton laadvermogen.
42
Gemiddelde tonnage groei van de West-Europese vloot
Tank vloot
2500
Tonnage
Totale vloot Droge lading vloot
2000
1500
1000
500 Bron: IVR
1951 - 1960 1961-1970
1971-1980
1981-1990
1991-2000
2001-2005
Schaalvergroting is de belangrijkste trend in de binnenvaartsector van de afgelopen vijftig jaar. Schaalvergroting vindt het eerst plaats in de tankvaart, omdat het hier eenvoudiger is om de laad- en losinstallaties aan te passen.
Ondernemingsgrootte binnenvaart
Ondernemingen
Aantal schepen
Absoluut
Procentueel
Absoluut
2930
87%
2930
61%
2 schepen
230
7%
460
10%
3 schepen
73
2%
219
5%
4 schepen
35
1%
140
3%
5 schepen
21
1%
105
2%
6 tot 10 schepen
39
1%
301
6%
10 tot 20 schepen
28
1%
371
8%
9
0%
245
5%
3.365
100%
4.771
100%
1 schip
20 en meer schepen
Totaal
Procentueel
Bron: Nederland en de Scheepvaart op de binnenwateren CBS, 2002
Het midden- en kleinbedrijf is in de binnenvaart heer en meester. Bijna 90% van de ondernemingen bestaat uit éénschipsbedrijven. Dat maakt de binnenvaart flexibel en betrouwbaar, maar tegelijk zwak in het realiseren van een gezamenlijk marketing concept.
43
Aantal nieuwe schepen in de West-Europese binnenvaart Aantal schepen
0
20
40
60
80
1990
100
120
140
Nederland
126
Zwitserland Luxemburg
1991
Duitsland
114
België Frankrijk
1992
175
1993
126
1994
115
1995
82
1996
88
1997
94
1998
116
1999
149
2000
182
2001
112
2002
153
2003
136
2004
110
2005
109 Bron: IVR
Vanaf 2000 tot 2005 zijn er ruim 800 nieuwe schepen aan de West-Europese binnenvloot toegevoegd. Het overzicht geeft duidelijk aan dat het zwaartepunt van de nieuwbouw in Nederland ligt met ruim 500 nieuwe schepen.
44
Motorvrachtschepen
motortankschepen
Duwboten
Sleepboten
Sleepduwboot
Passagiersschepen
Vrachtduwbakken
Tankduwbakken
Sleepschepen
Totale Europese binnenvloot 2005
Totaal
België
1191
276
64
84
108
25
238
7
8
2001
Duitsland
1067
414
184
114
86
727
979
34
252
3857
Frankrijk
968
37
146
11
0
1
488
58
1
1710
Luxemburg
18
19
13
1
5
7
0
2
0
65
Nederland
3174
787
157
502
378
549
882
43
137
6609
Oostenrijk
28
4
13
6
0
0
96
0
43
190
Zwitserland
18
35
2
1
4
44
2
1
1
108
Totaal West-Europa
6464
1572
579
719
581
1353
2685
145
442
14540
Bulgarije
22
0
22
28
9
0
99
0
123
303
Croatië
2
2
10
36
0
0
44
0
96
190
Hongarije
10
5
16
14
1
0
0
0
136
493
Moldavië
3
0
0
0
1
0
0
0
9
13
105
0
236
9
0
76
384
0
492
1302
Roemenië
32
5
124
365
54
0
735
0
792
2107
Servië
65
4
45
66
0
5
144
48
91
468
Slowakije
12
0
34
2
0
0
0
0
202
250
Tsjechië
67
0
20
85
0
67
0
0
176
415
Oekraine
44
0
21
9
46
0
369
0
118
607
Totaal Midden& Oost-Europa
362
16
528
614
111
148
1775
48
2235
5162
Totaal Europa
6826
1588
1107
1333
692
1501
4460
193
2677
19702
Polen
(alle actieve vracht- en passagiersschepen exclusief pontons, dekschuiten en beroepszeilschepen) Bron: www.informatie.binnenvaart.nl
De gehele Oost- en West-Europese binnenvloot bestaat uit bijna 20.000 schepen en eenheden. De Oost-Europese vloot is gericht op de Donau, de West-Europese op de Rijn. Beide rivieren worden met elkaar verbonden door de Main en het MainDonaukanaal.
45
Totale kosten per reisfase van motorvrachtschepen Laadvermogen
Beladen vaart
Leegvaart
Wachten
Wachten op bevrachting
vaaruur
vaaruur
algemeen liguur
liguur
250 ton
42.20
40.50
31.34
26.07
500 ton
55.90
52.08
38.34
32.67 40.89
750 ton
71.20
65.25
46.96
1000 ton
88.59
80.52
57.72
51.08
1250 ton
108.50
98.30
71.01
63.44
1500 ton
126.95
114.63
82.88
74.36
1750 ton
145.91
131.47
95.28
85.95
2000 ton
165.20
148.63
108.03
97,89
2250 ton
184.55
165.86
120.86
109.92
2500 ton
202.89
182.07
132.70
120,96
2750 ton
217.93
194.99
141.25
129.09
3000 ton
231.33
206.26
148.18
135.60
3250 ton
242.82
215.63
153.21
140.20
3500 ton
252.15
222.83
156.10
142.66
Bron: NEA
De officiële kostprijstabellen van het onderzoeksinstituut NEA geven een indicatie van de kosten van een binnenschip per uur.
Resultatenrekening binnenvaart (in % t.o.v. voorafgaand jaar) A Drogeladingvaart B Tankvaart A
B
Brutowinst
100%
100%
Totaalkosten
93.8%
94.5%
w.v. personeel
12.1%
13.7%
afschrijvingen
18.8%
20.0%
scheepskosten
35.1%
31.8%
assurantie
7,4%
7.5%
rentelasten
12.1%
14.3%
overige kosten
8.3%
7.2%
Bedrijfsresutaat
6.2%
5.5%
Gemiddeld aantal vaardagen per jaar
330
330
Gemiddelde vrachtopbrengst per ton per dag (in euro)
0.55
1.6
Bron: Rabobank
Rabobank Nederland publiceert jaarlijks de trendmatige ontwikkeling in de resultatenrekening van de binnenvaart.
46
Voorbeeld berekening kostencalculatie
Tankschip in A lgemeen:
continue vaar
t 110 meter 11.45 meter
Leng te: Breedte:
7 m3 2. 257 ton / 3.34 r 19.6 km per uu
: Laadvermogen n: Snelheid belade
1. 260 kilowat t
Vermogen:
: s Voorbeeld reis st roomopwaa rt odor f beladen G g lin se es W rts Rot terdam – n st roomaf waa rdam ongelade te ot R f or od Wesseling G Kosten:
127.50 0 147.608
osten per jaar A fschrijvingsk r jaar Rentekosten pe 115.00 0 kosten per jaar O verige vaste 390.108 Totaal per jaar 15.0 00 en per jaar Va riabele kost A rbeidskosten Vaste kosten
per uur
en Va riabele kost tof Kosten brands Kosten per to
n:
14,83 osten per uur A fschrijvingsk 17,16 r uur Rentekosten pe 13,37 kosten per uur O verige vaste 45,36 Totaal per uur 3,13 en per uur Va riabele kost
70,66 45,36 3,13 1.815,12 3,64
Bron: NEA, Onderzoek kosten p/u in de binnenvaart
Het schip heeft ten opzichte van weg- en spoorvervoer de laagste kostprijs per ton bij een vergelijkbare vervoersprestatie.
47
Scheepstypen
Spits
14x
lengte 38,50 meter - breedte 5 meter - diepgang 2,20 meter - laadvermogen 350 ton
Kempenaar
22x
lengte 50 meter - breedte 6,60 meter - diepgang 2,50 meter - laadvermogen 550 ton
Europaschip
54x
lengte 85 meter - breedte 9,50 meter - diepgang 2,50 meter - laadvermogen 1.350 ton
Vierbaksduwstel
440x
lengte 193 meter - breedte 22,80 meter - diepgang 2,50/3,70 meter - laadvermogen 11.000 ton
Standaard tankschip
120x
lengte 110 meter - breedte 11,40 meter - diepgang 3,50 meter - laadvermogen 3.000 ton
Tankschip
380x
lengte 135 meter - breedte 21,80 meter - diepgang 4,40 meter - laadvermogen 9.500 ton
Autoschip
600x
lengte 110 meter - breedte 11,40 meter - diepgang 2,50 meter - laadvermogen 600 auto’s
Containerschip Kempenaarsklasse
32 x
lengte 63 meter - breedte 7 meter - diepgang 2,50 meter - laadvermogen 32 TEU
Standaard containerschip
200x
lengte 110 meter - breedte 11,40 meter - diepgang 3,00 meter - laadvermogen 200 TEU
Containerschip Jowi-klasse
470 x
lengte 135 meter - breedte 17 meter - diepgang 3,00 meter - laadvermogen 470 TEU
Ro-ro schip
72 x
lengte 110 meter - breedte 11,40 meter - diepgang 2,50 meter
Palletschip
18 x
lengte 63 meter - breedte 7,20 meter - diepgang 2,75 meter - laadvermogen 540/680 pallets
48
Bron: BVB
Hoofdstuk 4.
Innovaties in de binnenvaart
Innovaties in de binnenvaart
Het moderne binnenvaartschip dat de West-Europese rivieren en kanalen bevaart is uniek in zijn soort. Op vergelijkbare rivieren in Amerika, Azië, Oost-Europa of Afrika komen dergelijke schepen niet voor. Vanuit de andere werelddelen bestaat in toenemende mate belangstelling voor deze duurzame scheepvaarttechnologie en de daaraan verbonden logistieke systemen. Toch is het WestEuropese binnenschip nog lang niet uitontwikkeld. West-Europa kan daarom nog vele tientallen jaren de schepen door ontwikkelen en als exportproduct aan de wereld aanbieden. In de binnenvaartmarkt van de toekomst zijn er naar verwachting vier majeure trends: het vormen van strategische allianties (1), een rationalisering van de schaalvergroting (2), een voortgaande automatisering c.q. robotisering van overslag en scheepsfuncties (3), alsmede het terugbrengen van emissies en de ontwikkeling van een nul-emissie schip (4). 1. Strategische allianties Het flexibele karakter van de binnenvaartondernemingen blijft in de toekomst behouden. Het midden- en kleinbedrijf (met de één tot drie schepen in eigendom) voert in de toekomst nog steeds de boventoon in de sector. Wel zijn strategische allianties aangegaan met andere binnenvaartbedrijven, overslagterminals en wegvervoerondernemingen teneinde nieuwe transporten te kunnen aanwerven (gezamenlijke promotie en marketing) en een hoger kwaliteitsniveau aan te kunnen bieden in netwerken. Hierdoor zijn nieuwe markten ontsloten zoals o.a. pallettransport, en koel/vriestransport. Binnenvaart maakt een integraal onderdeel uit van de supply-chain van verladers. Regiefuncties ten aanzien van Europees transport bevinden zich opvallend vaak bij West-Europese bedrijven. 2. Rationalisering van de schaalvergroting en daarvan afgeleide trends Schaalvergroting vormde de belangrijkste trend in het verleden en omdat de fysieke grenzen van de schepen en de vaarweg nog niet bereikt zijn, zal zij nog vele jaren voortgaan. Naar verwachting zijn de meest in het oog springende ontwikkelingen: - de bouw van het grootste c.q. meest efficiënte binnenvaartschip, - seriescheepsbouw van modules die eenvoudig kunnen worden verwisseld, - het uitrusten van schepen met kranen, - de bouw van lichtgewicht schepen, teneinde bij laag water meer rendement te behalen, - de toepassing van meer alternatieve of kunststof materialen bij de bouw van een schip en/of gebruik van dunner staal, - de uitontwikkeling van de meest efficiënte scheepsromp, - de uitontwikkeling van de meest efficiënte voortstuwing (contraroterende schroef of roerpropellor), - energiebesparing en andere efficiencymaatregelen, - de revitalisering van het kleine schip. 3. Automatisering en robotisering van overslag en scheepsfuncties Uit het verleden kan in ieder geval de conclusie getrokken worden dat een voortgaande automatisering veel sneller gaat dan doorgaans wordt verwacht. Het is een kwestie van tijd of terminals zullen schepen volledig automatisch laden en lossen, de autoriteiten zullen schepen en lading actief volgen, alsmede vraag en aanbod van schepen en lading zullen via ICT dichter bij elkaar worden gebracht.
50
De meest in het oog springende ontwikkelingen hierbij zijn; - het volautomatisch laden en lossen van containerschepen (robotisering), - het volautomatisch laden, lossen en behandelen van een palletschip, - de oprichting van” barge control” voor tracking en tracing van schip en lading, - integratie van de scheepscyclus in de supply chain en/of de interne logistiek van verladers via ICT, - andere innovaties in op- en overslag van en naar schepen, - monitoring (c.q. beheersing) van vraag en aanbod van lege scheepsruimte en aangeboden lading. Anno 2020 zal het normaal zijn dat schepen volautomatisch varen en volautomatisch worden geladen en gelost. In de stuurhut zijn alle handelingen volledig geautomatiseerd. Een schip kan varen op een automatische piloot op basis van de kortste of snelste route, dan wel op basis van een historisch vastgestelde eerder afgelegde koers. De functie van schipper/gezagvoerder beperkt zich vooral tot toezichthouder en controleur. Alle functies van het schip kunnen vanaf een mobiel draagbaar paneel door de gezagvoerder worden aangestuurd en gecontroleerd. Dergelijke technieken zijn anno 2006 reeds beschikbaar, maar nog niet toegepast. Via “barge control” worden alle schepen centraal gevolgd en regionaal met steunzenders (of via satellieten) ondersteund. Computersystemen berekenen de meest veilige koersen en manoeuvres van de schepen ten opzichte van elkaar. Verkeersposten langs vaarwegen zijn vanaf 2020 waarschijnlijk niet langer meer 24 uur bemand. Alleen gedurende slecht zicht en –weer situaties vindt nog actief verkeersbegeleiding plaats. De nieuwe technieken hebben het aantal aanvaringen met nog eens 40% doen afnemen. 4. Het terugbrengen van de emissies van de scheepsmotor en de ontwikkeling van een nul-emissie schip Het terugbrengen van de emissies van scheepsmotoren en het besparen op brandstofgebruik zijn waarschijnlijk de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst van de scheepvaart. Anno 2007 staat vast dat het schip ten opzichte van de vrachtwagen minstens zesmaal en ten opzichte van het spoor tweemaal zuiniger is. Met een x hoeveelheid energie gaat het binnenvaartschip het meest duurzaam om (zie blz. 53). Dit is de reden waarom de bijdrage van de binnenvaart aan de uitstoot van broeikasgassen zo bijzonder laag is. Ook zonder nadere maatregelen is de binnenvaart op dit punt het schoonst. Daar staat tegenover dat het wegvervoer voor nieuwe motoren aan een inhaalslag is begonnen. Zonder nadere maatregelen zal de binnenvaart haar voorsprong bij de uitstoot van fijnstof, zwaveldioxide en stikstofoxide op het wegvervoer verliezen. Hierbij kan als nuancering worden opgemerkt dat uit praktijkmetingen is gebleken dat de werkelijk emissies van de binnenvaart lager zijn, dan op grond van de officiële aannames (blz. 54) wordt verondersteld. Hiervoor wordt gedacht aan de volgende maatregelen; - terugbrengen van de zwavel in de brandstof voor scheepsdieselmotoren, - het aanbrengen van roetfilters, - het vervangen van scheepsmotoren die niet voldoen aan de CCR II en III, - het ontwikkelen van een hybride voortstuwing, diesel-electrisch, - het ontwikkelen van een schip dat vaart op de brandstofcel/waterstof, - het upgraden van bestaande motoren. In 2016 staat vast dat het schip op alle facetten de duurzaamste en schoonste transportmodaliteit in Europa is.
51
Externe kosten goederenvervoer
Kosten van de weg (aanleg en onderhoud) Externe kosten wegen (maatschappelijke kosten als veiligheid, hinder, uitstoot enz.) Kosten van de spoorwegen (aanleg en onderhoud spoorwegen)
Euro per 100 ton/km
3.0
2.5
1.5
Kosten van de vaarwegen (aanleg en onderhoudvaarwegen)
1.0
Bron: Prognos
0.43
2.0
Externe kosten spoorwegen (maatschappelijke kosten als veiligheid, hinder, uitstoot enz.)
Externe kosten vaarwegen (maatschappelijke kosten als veiligheid, hinder, uitstoot enz.)
Wegvervoer gezamelijk € 2,45/100tkm Spoor gezamelijk € 2,29/100tkm Binnenvaart gezamelijk € 0,92/100tkm
1 .94
1 .86
0.10
0.5
0.82 0.51
0.0 Weg
Spoor
Binnenvaart
Het aanleggen en onderhouden van wegen is relatief goedkoop, maar de maatschappelijke kosten zijn hoog. De aanleg en het onderhouden van spoorwegen is het meest kostbaar, maar de maatschappelijke kosten zijn laag De vaarwegen scoren op beide punten goed. Landen met veel vaarwegen zijn daarom aantrekkelijker voor goederenvervoer, dan landen die op spoor of wegvervoer aangewezen zijn.
Externe kosten modaliteiten Ongevallen Geluidsoverlast
Euro/100 km
300
Luchtvervuiling Natuur en Landschap
271,3
250
Op- en neerwaartse processen Stedelijke effecten Klimaatverandering (Laag scenario) Klimaatverandering (verschil laag/ hoog scenario)
200
150
100
87,8
50 17,9
Bron: INFRAS en IWW
0
Weg vervoer Spoorvervoer
22,5
Luchtvervoer Binnenvaart
Binnenvaart en spoor zijn beiden transportmodaliteiten die vanuit een oogpunt van duurzaamheid en veiligheid de voorkeur verdienen boven andere modaliteiten.
52
Totale emissies vrachtvervoer modaliteiten 2005 in miljoen kg
Wegvervoer
���
����
���
Binnenvaart
����
���
��� ����
Spoorvervoer Zeevaart (binnengaats)*
�����
����
Zeevaart op NCP**
��� ����
NOx PM10 SO2 CO2
���
��� ���
= stikstofoxiden = fijnstof = zwaveldioxide = kooldioxide
����
��� ���
���
���
�����
���� ����
* Zeevaart binnengaats vaart op gasolie ** Zeevaart op Nederlands Continentaal Plat vaart op zware stookolie
��
����
Bron: CBS
Ten opzichte van de andere modaliteiten is de uitstoot van de binnenvaart relatief laag maar een correcte vergelijking is pas mogelijk wanneer de emissie wordt vergeleken met de vervoerpresentatie of het brandstof verbruik.
Emissies vrachtvervoer modaliteiten in verhouding tot de vervoersprestatie in 2005 Wegvervoer Binnenvaart Spoorvervoer
��� ���
���
����
���
����
����
����
����
���
����������������������������
���
��
���
��
���
��
���
��
���
��
���
��
��
�
�
�
���
����
����
����
����
���
���
���
���
����
����
����
����
Uitstoot per 0,001 kg per ton/kilometer Bron: CBS, bewerking BVB
Vaak worden emissies van transporttechnieken met elkaar vergeleken zonder de daarbij horende vervoerprestatie. Deze tabel plaatst beide grootheden in het juiste verband. Door de totale emmisie per modaliteit te delen door de tonkilometerprestatie, wordt de uitstoot per tonkilometer zichtbaar.
53
Bijdrage van modaliteiten aan CO 2-,NO X-, SO 2 - en fijnstofemissie 2010 CO2Emissie (Mton) 0
4
8
12
16
PM10Emissie (Kton)
20
0
1
2
3
4
5
Personenauto’s
Personenauto’s
Mobiele werktuigen
Vrachtauto’s + trekkers
Vrachtauto’s + trekkers
Bestelauto’s
Binnenvaart
Mobiele werktuigen
Bestelauto’s
Binnenvaart
Bussen + speciale voertuigen
Bussen + speciale voertuigen
Tweewielers Visserij
Tweewielers
Luchtvaart Luchtvaart
Railvervoer (diesel)
Railvervoer (diesel)
Recreatievaart Internationale zeescheepvaart NOXEmissie (Kton)
SO2Emissie (Kton) 0
2
4
6
8
0
10
10
20
30 40 50 60
Vrachtauto’s + trekkers
Mobiele werktuigen Binnenvaart
Binnenvaart
Visserij
Personenauto’s
Luchtvaart
Mobiele werktuigen
Vrachtauto’s + trekkers
Visserij
Personenauto’s
Bestelauto’s
Railvervoer (diesel)
Bussen + speciale voertuigen
Bestelauto’s
Luchtvaart
Bussen + speciale voertuigen
Railvervoer (diesel)
Recreatievaart
Tweewielers
Tweewielers
Recreatievaart
Internationale zeescheepvaart
Internationale zeescheepvaart
Bij personenauto’s
Bron: RIVM
Benzine
Diesel
LPG
De bijdrage van de binnenvaart aan de uitstoot van het broeikasgas CO2 is minimaal ten opzichte van andere modaliteiten. Maar de bijdrage van de binnenvaart aan de uitstoot van SO2, NOx en fijnstof kan nog aanmerkelijk worden verminderd. Deze tabel gaat uit van de absolute uitstoot per modaliteit zonder rekening te houden met de vervoersprestatie of het brandstofverbruik. Op dit moment worden nieuwe programma’s ontwikkeld om deze emissies verder terug te dringen, zodat de voorsprong van de binnenvaart per ton/per km op het wegvervoer behouden blijft.
54
Modal split en energieverbruik per modaliteit in Europa 2004 in procenten Nederland modal split energie verbruik
Duitsland modal split energie verbruik
Frankrijk modal split energie verbruik
België modal split energie verbruik
Oostenrijk modal split energie verbruik
Roemenië modal split energie verbruik
Tjechië modal split energie verbruik
0%
20%
40%
60%
80%
Wegvervoer
Bron: Eurostat, bewerking BVB
Binnenvaart
100% Spoorvervoer
Door het aandeel van de drie modaliteiten (weg, water en spoor) te vergelijken met het energieverbruik wordt duidelijk dat de binnenvaart de voorsprong op het wegvervoer nooit zal verliezen.
Energiefactoren wegvervoer, binnenvaart en spoorwegen in MJ/tonkm. Type vervoermiddel Gemiddeld laadvermorgen (ton) Bestelauto: * Benzine 0.9 * Diesel 0.9 * LPG 0.9 Vrachtauto 7.3 Vrachtauto + aanhanger 19.3 Trekker + oplegger 25.0 Binnenvaart * Internationaal 1.250 * Nationaal 700 Spoorwegen * Electrische tractie 1.000 * Diesel-electr. tractie 650 *) Waarde is vastgesteld als Energiefactoren per goederen proces: som energieverbruik voor Nationale vrachtvaart 0.49 *) geladen en lege kilometers, Nationale tankvaart 0.32 *) gedeeld door de tonkilometerprestatie Goederenproces NS 0.73 **)
Primair energieverbruik (MJ/tonkm) 11.42 11.48 10.96 4.06 1.82 1.40 0.43 0.48 0.59 0.73
Als energiezuinige transportmodaliteit wint de binnenvaart van de andere modaliteiten.
55
**) Waarde is vastgesteld als som energieverbruik NS (E-tractie + DE-tractie, rangeren) gedeeld door de tonkilometerprestatie Bron: CBS, Lehmann
Hier varen 500 containers met alles wat een moderne consument zich wenst!
Lengte:
135 meter
Breedte:
17,40 meter
Diepgang:
3,60 meter
Motorvermogen:
4.300 PK
Vaarsnelheid:
geladen stroomopwaarts 12,5 km/u geladen stroomafwaarts 20 km/u
Tonnage:
5.407 ton of 500 TEU
Lading:
containers
Aantal vrachtwagens:
500x
Voordelen ‘Zembla’ • Elke container kan andersoortige lading bevatten, van kleding tot high tech apparatuur • Geconditioneerd vervoer (koelcontainers) mogelijk, evenzogoed als vervoer van chemische producten • Goederen vanuit de gehele wereld komen aan boord, gebundeld om in 1x te worden meegenomen • Efficiënt en milieuvriendelijk vervoer, just-in-time • 24 uur per dag, 7 dagen in de week, 365 dagen per jaar • Goederen komen veilig en onbeschadigd aan op de plaats van bestemming • Tracking & tracing (volgen) van de goederen mogelijk, hoge servicegraad en goede planning • Containervaart als betrouwbare schakel in de logistieke keten • Schaalvergroting gekoppeld aan flexibiliteit • De tot 10 meter in hoogte verstelbare stuurhut kan tot 20 meter boven de waterlijn gebracht worden voor een veilig zicht
56
Hier vaart de meest veilige vervoerder van chemische producten!
Lengte:
135 meter
Breedte:
11,45 meter
Diepgang:
3,82 meter
Motorvermogen:
2.028 PK
Vaarsnelheid:
20 km/u op stil water
Tonnage:
4.038 ton/5175 m3
Lading:
chemische vloeibare producten
Laadruimte:
14 separate gecoate ladingtanks
Lossnelheid:
maximaal 1700 m3/h
Aantal tankwagens:
160x
Voordelen ‘Experience’ • • • • • • • •
Schip geschikt voor de Duitse kanalen door lading efficiency en ballastmogelijkheden Gesloten en volledig geautomatiseerd ladingsysteem Dubbelwandige en gecoate tanker voorzien van de modernste snufjes voor optimaal veilig en milieuvriendelijk vervoer van chemische stoffen Gasdicht computerscherm op het dek in de ladingzone t.b.v. efficiency en veiligheid tijdens het laden en lossen Voorzien van gecertificeerd kwaliteitssysteem (DNV) Lading is optimaal beschermd door dubbelwandigheid Hoge diversiteit aan chemische ladingsoorten door coating van de tanks Afzonderlijk laden en lossen van verschillende producten mogelijk
57
Hier vaart 655.000 kilo graan als basisingrediënt voor dagelijks brood!
Lengte:
59,85 meter
Breedte:
6,60 meter
Diepgang:
2,59 meter
Motorvermogen:
450 PK
Vaarsnelheid:
geladen stroomopwaarts 11 km/u geladen stroomafwaarts 19 km/u
Tonnage:
655 ton
Lading:
droge lading
Aantal vrachtwagens:
26x
Voordelen ’Nomade’ • Het vaargebied van dit type schip (kempenaar) is door de afmetingen enorm groot; zowel aan grote als kleine vaarwegen gesitueerde laad- en losbestemmingen worden bereikt in binnen- en buitenland • Hoge servicegraad, goede planning en stipte aankomsttijd op de bestemmingen • Opdrachtgevers kunnen relatief kleine partijen lading ineens ontvangen • Landbouwproducten bestemd voor menselijke consumptie en veevoer worden getransporteerd en behandeld volgens strenge normen van de hygiënecode • Het wonen en werken aan boord zorgt voor welhaast constante bemanning waardoor schip en lading zelden onbeheerd zijn • Flexibiliteit van het particulier man/vrouwbedrijf, in werktijden en financiën • Door de schuifluiken kan de lading in een handomdraai beschermd worden als de weersomstandigheden daarom vragen • Milieuvriendelijk, veilig en geluidsarm • Veelsoortige lading, variërend van zand, grind, rollen staal, cellulose (grondstof voor papier), verpakt zout, kunstmest tot grondstoffen voor voedsel van dier en mens • Een vlotte doorgang van scheepvaartverkeer; files zijn een onbekend verschijnsel op de vaarwegen
58
Hier vaart 300.000 kg. maïs voor brood, popcorn en diervoeders!
Lengte:
39 meter
Breedte:
5,09 meter
Diepgang:
2,42 meter
Motorvermogen:
230 PK
Vaarsnelheid:
geladen stroomopwaarts 7 km/u geladen stroomafwaarts 15 km/u
Tonnage:
362 ton
Lading:
droge lading
Aantal vrachtwagens:
14x
Voordelen ‘ Westropa’ • • • • • • •
Efficiënt en milieuvriendelijk vervoer van zowel bulk- als stukgoed tot diep in het Europese achterland, van Hamburg tot Marseille en van Duinkerken tot Wenen Hoge servicegraad, goede planning en stipte aankomsttijd op de bestemmingen Opdrachtgevers kunnen relatief kleine partijen lading ineens ontvangen Opdrachtgevers maken gebruik van de tijd dat schepen onderweg zijn als ‘gratis opslagtijd’ Flexibiliteit van het particulier man/vrouwbedrijf, in werktijden en financiën Lifestyle: hoge betrokkenheid bij het werk en een veelzijdig bestaan De coöperatie ELV biedt de opdrachtgevers een compleet dienstenpakket alsmede vervoerszekerheid dankzij de aangesloten binnenvaartondernemers (in totaal meer dan 40.000 ton)
59
Hier vaart 11.000 ton ijzererts/steenkolen!
Lengte:
duwstel met 4 lichters 193 meter duwstel met 6 lichters 269,5 meter
Breedte:
22,8 meter of 34,2 meter
Diepgang:
4 meter
Motorvermogen:
5.400 PK (3x 1.800 PK)
Vaarsnelheid:
geladen ca. 10 km/u, leeg ca. 20 km/u
Tonnage:
11.000 tot 16.000 ton
Lading:
kolen en ertsen
Laadsnelheid:
1.500 ton per uur
Lossnelheid:
800 ton per uur
Aantal vrachtwagens:
440 tot 660x
Voordelen Veerhaven IX (‘Dolfijn’) • Grootschalig vervoer van 11.000 tot 16.000 ton droge lading per keer • 7 dagen in de week, 24 uur per dag • In de afzonderlijke lichters kunnen diverse soorten erts en/of kolen geladen worden • Milieuvriendelijk en veilig • Zonder files of oponthoud • Het just-in-time systeem voor de Duitse staalindustrie • Onmisbare grondstoffen voor o.a. Europese autofabrikanten
60
Hier vaart een volautomatisch zelfzuigend zandschip!
Lengte:
66,94 meter
Breedte:
8,58 meter
Diepgang:
2,81 meter
Motorvermogen:
1.780 pk
Vaarsnelheid:
maximaal 20 km/h
Tonnage:
936 ton
Lading:
zowel natte als droge lading
Aantal vrachtwagens:
38 x
Voordelen ‘Giessenmond’ • Met de (zelf)zuig- en zeefinstallatie kan elke gewenste maat zand of grind geleverd worden • Mogelijkheid tot walpersen (het leegmaken van het beun (laadruim) door middel van een leiding op de wal) van 520 m3 in een half uur • Gecertificeerde grondstoffen rechtstreeks vanaf de winlocatie afleveren bij de klant • Hoge servicegraad; mede door de geavanceerde plaatsbepalingsapparatuur worden werken (havens en vaargeulen) nauwkeurig opgeleverd • Multifunctioneel uitgerust: van winning tot zeving, van transport tot leverantie op de wal
61
Hier vaart een transport van 530 auto’s!
Lengte:
110 meter
Breedte:
11,40 meter
Diepgang:
2,00 meter
Motorvermogen:
1.800 PK
Vaarsnelheid:
geladen stroomopwaarts 11 km/u geladen stroomafwaarts 20 km/u
Tonnage:
645 ton
Lading:
530 auto’s
Aantal vrachtwagens:
60x
Voordelen ‘Barco’ • Schadevrij vervoer van rijdend materieel • Personenwagens komen dag en nacht just-in-time op de plaats van bestemming aan • Milieuvriendelijk, efficiënt, bovendien zonder geluidsoverlast • Binnenvaart draagt bij aan een grotere mobiliteit en bereikbaarheid • Groot schaalvoordeel te behalen voor de klanten • Binnenvaart is een grensoverschrijdende transportmodus die vervoerszekerheid biedt • Betrouwbare schakel in de logistieke keten • Optimale bescherming van de lading • Een vlotte doorgang van scheepvaartverkeer; files zijn een onbekend verschijnsel op de vaarwegen
62
Aanvullende informatie
Geraadpleegde literatuur - Metropolitan World Atlas (A. van Susteren. 2005) - Shell Global Scenario’s to 2025 (Shell Int. Lim. 2005) - Europese goederenstromen van de toekomst (NEA, 2006) - Toekomstbeelden/ Wegen naar de toekomst (R. En R. Das) - Marenplan 2020 (Havenbedrijf Rotterdam, 2005) - 2030, Toekomstbeelden voor de Haven (Havenbedrijf Amsterdam) - “Collapse”. How societies choose to fall or survive (Jared Diamand, 2006) - De wereld in 2020 ( Hamisch Mc. Rae 1994) - Atlas van grondstoffen, voedsel en energie (Mitchel Beazley, 1979) - Goederenvervoer over water (C.J. de Vries, 1999) - Wereldstromen; wereldkansen (NDL,2006) - Waardevol transport 2004-2005 (BVB) - Diversen “The economist” (2005, 2006) - De toekomst van het goederenvervoer en de binnenvaart in Europa (C.J. de Vries 2006) Lijst van afkortingen AVV:
Adviesdiens Verkeer en Vervoer (Rijkswaterstaat)
CBS:
Cenraal Bureau voor de Statistiek
HBR:
Havenbedrijf Rotterdam
RIVM: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu VNF:
Voies Navigable de France
PBV:
Promotie Binnenvaart Vlaanderen
CEMT: Conférence Européenne des Ministres de Transport BIB:
Bureau Innovatie Binnenvaart
BVB:
Bureau Voorlichting Binnenvaart
IVR:
Internationale Vereniging voor de behartiging van de gemeenschappelijke belangen van de binnenvaart en de verzekering en voor het houden van het register van binnenschepen in Europa.
Meer weten? www.bureauvoorlichtingbinnenvaart.nl www.cbrb.nl www.kantoorbinnenvaart.org www.koninklijkeschuttevaer.nl www.ivr.nl www.inlandnavigation.org www.verkeerenwaterstaat.nl www.informatie.binnenvaart.nl
64
INLANDSHIPPING AN OUTSTANDING CHOICE
Hoofdsponsors BVB Ministerie van verkeer en waterstaat
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam
Gemeentelijk Havenbedrijf Amsterdam
+ 750 binnenvaartondernemers en aanverwante bedrijven
NEDERLANDSE VERENIGING VAN BINNENHAVENS www.bureauvoorlichtingbinnenvaart.nl
www.innovatie.binnenvaart.nl
www.havens.binnenvaart.nl