OUWENEEL JONGENEEL
KRONIEK Fam ilieblad van de fam ilies O uweneel en Jongeneel W apen van Zevenhuizen, de bakerm at van de beide fam ilies.
N r. 17, m ei 2003 A bonnem ent € 5,50
Inhoud Kroniek 17 .Stam m en de Ouwenelen van een ontrouwe m onnik af?. .Een huwelijk tussen twee niet-verwante Ouwenelen?. . . .Fam ilieberichten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Hervorm de predikanten onder onze Jongenelen. . . . . . . .De eerste Ouweneel in Alblasserdam . . . . . . . . . . . . . . . . .Interessante fam ilieadvertenties (4). . . . . . . . . . . . . . . . . .’Ze blijven tegenwoordig m aar voor alles weg’. . . . . . . . . .Stam IX. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . . . . . .
. . . .
W ERKGROEP • voorzitter: dr. W .J. (W illem ) O uweneel, D olderseweg 25, 3712 B M H uis ter H eide, 030-2204427, em ail: wj.ouweneel@ wxs.nl • secretaris: L.M . (Loes) O uweneel, O . T uindorpslaan 10, 2015 H G H aarlem , 023-5245201, em ail:loes.ouweneel@ planet.nl • penningm eester: G . O uweneel (G eert), Ieplaan 21, 2951 C B A lblasserdam , 078-6914466, e-m ail: gouweneel@ ncrvnet.nl • redactie K roniek: G . (G eert) O uweneel, Ieplaan 21, 2951 C B A lblasserdam , 078-6914466, e-m ail: gouweneel@ ncrvnet.nl • A .N .C . (A nky) O uweneel, A pollostraat 15, 1431 W R A alsm eer, 0297-361333, e-m ail: brugm an.dionys@ worldonline.nl • H .M . (Iek) de H aas-O uweneel, P opulierenlaan 58, 1741 W t S chagen, 0224-296782, e-m ail: dehaas@ nrg-nl.com • P . (P eter) O uweneel, D e D am 11, 1261 K R B laricum , 035-5258708, e-m ail: p.ouweneel@ huizen.nl
E relid: A .L. (B ram ) O uweneel, H erm an K ruyderstraat 12, 5645 K D E indhoven, 040-2110026, e-m ail: ouweneel@ IA E .nl A bonnem ent € 5,50 per jaar, te storten op postgiro 7233309 t.n.v. W erk groep O uweneel, Ieplaan 21, 2951 C B A lblasserdam
-1-
2 4 7 8 13 15 18 25
Stammen de Ouw enelen van een ontrouw e monnik af!? W illem J. Ouweneel (Huis ter Heide) In strikte zin begint de Ouweneel-stam boom bij de eerste persoon die deze naam voerde, dus bij Cornelis Lourisz. alias ‘Ouwe Neel’ (geb. ca. 1525), en bij zijn zonen, die deze bijnaam als toenaam aan hun voornaam en vadersnaam toevoegden. Maar natuurlijk zijn we ook geïnteresseerd in de herkom st van Ouwe Neel Lourisz.; wat weten we over zijn voorgeslacht? De bronnen hebben (tot dusver) niet — althans niet m et zekerheid — verder gereikt dan tot hun grootm oeder Aechte (of Aecgje) Neel Jansz. (d.w.z. Aechte de dochter van Neel Janszoon). Een belangrijke akte Aanknopingspunt daarvoor vorm t de volgende akte in het Oud Archief van Zevenhuizen (nr. 316, fol. 153v) van 10 dec. 1568: Compareerden voor schout Goessen Pieterss. Bol te Zevenhuizen, Adriaen Janss. Bus ende Plonijs Janss., schepenen: Cornelis Bouwensz, Sebastiaen Thonijsz, Claes Sentesz, Jochem Janss, Cornelis Louweriss, Cornelis Pieterss, Cornelis Ewoutss, Pieter Adriaenss, alle erfgenamen van Aechte Neel Janss., hoorluijden salige grootmoeder. Bekenden verwaerborcht te hebben alzulcken wooning ende landen, huijs, erff, barch, schuijr, potinge ende plantinge, aertvast ende nagelvast, groot XVI margen [plus een kamp van ca. 5 hond, nog 4 hond] als Vincent Cornelisz eertijts gecoft heeft van Aechte Neel Jans, zijnnen moeder, nu gebruijckt bij Maerte Pieters van Dijck. Hier vernem en we dat een zekere Aechte Neel Jansz. de volgende zoon heeft: Vincent Cornelisz. en de volgende kleinzonen: Cornelis Bouwensz., Sebastiaen Thonijsz., Claes Sentesz., Jochem Jansz., Cornelis Louwerisz., Cornelis Pietersz., Cornelis Ewoutsz. en Pieter Adriaensz. Uit de naam van haar zoon m aken we op dat Aechte getrouwd was m et een zekere Cornelis N.N. Dat konden we ook al opm aken uit het feit dat de vader van Cornelis Louwerisz. waarschijnlijk Louris Cornelisz. heette. Vincent Cornelisz. en Louris Cornelisz. waren dus zonen van Cornelis N.N. en Aechte Neel Jansz. Bovendien betekent de naam Claes Sentesz.: Claes zoon van -2-
Sent of Vincent, zodat we kunnen opm aken dat deze Claes een zoon van Vincent Cornelisz. was. W at de overige kleinzonen betreft — Cornelis Bouwensz., Sebastiaen Thonijsz., Jochem Jansz., Cornelis Pietersz., Cornelis Ewoutsz. en Pieter Adriaensz. — geen twee van hen hebben hetzelfde patroniem , dus we m ogen aannem en dat het hier om representanten van verschillende gezinnen gaat, waarbij m ogelijke broers dus niet verm eld worden. Van de genoem de kleinzonen van Aechte Neel Jansz. weten we niet direct of dit zonen van haar zonen of van haar dochters zijn. Tonis Neel M aertsz. W at Sebastiaen Thonijsz. betreft, er blijkt inderdaad een m ogelijke vader Thonijs Cornelisz. te bestaan, en wel een Toen (of Tho[e]nis) Neel Maertsz. Deze Toen Neel Maertsz. verkoopt in 1564 te Zevenhuizen land aan een zekere Pieter Adriaensz. van der Duijn. Dit zou de Pieter Adriaensz. kunnen zijn die een van de bovengenoem de neven is. In hetzelfde jaar verleent dezelfde Pieter Adriaensz. aan Toen Neel Maertsz. en diens erven een jaarrente. Als deze Thoenis Neel Maertsz. inderdaad de gezochte vader van Pieters neef Sebastiaen Thonijsz. zou zijn, zouden we m eteen de identiteit van Cornelis N.N., de m an van Aechte Neel Jansz. kennen. Im m ers, Toen Neel Maertsz. is een zoon van Neel (of Cornelis) Maertsz.! Natuurlijk is het nogal speculatief om te suggereren dat de grootvader van ‘Ouwe Neel’ (oftewel de vader van Lou Cornelisz.) Cornelis (of Neel) Maertsz. heette. Er zijn enkele bezwaren tegen, m aar ook positieve argum enten voor aan te voeren, waarover we hier niet uitweiden.Over Neel of Cornelis Maertsz. horen we regelm atig in het Register van de Hoge Heem raden van Schieland, die het tijdvak van 1490 tot 1553 om spannen. De hoogheem raden controleerden een paar keer per jaar de waterstaat van heel Schieland en iedereen die de -3-
kaden en sluizen niet goed onderhouden had of andere overtredingen had begaan, werd beboet. Ook werden getuigen opgeroepen bij het onderzoek naar bepaalde overtredingen. Zodoende kom t Neel Maertsz. verscheidene keren in het register voor, al is het niet steeds duidelijk of het om dezelfde persoon gaat, om dat het register een veel groter gebied dan alleen Zevenhuizen bestrijkt. Neel M aertsz. de monnik Eén verm elding trekt onze speciale aandacht. In 1545 wordt ‘Neel Maertsz alias Monick’ m et 5 pond en 10 stuivers beboet, want hij heeft ‘tot 4 reijssen [keren] de wech te nae geslachturft’. Het is bijzonder aardig hier de bijnaam ‘de m onnik’ te horen (Zevenhuizen was toen nog room s-katholiek). Alleen weten we helaas niet waaróm hij zo heette. Misschien ligt het ’t m eest voor de hand aan te nem en dat hij, vóór hij trouwde, in een klooster verkeerd had. Als onze verm oedens juist zijn, heeft onze fam ilie haar bestaan te danken aan het feit dat een m onnik alsnog besloot het celibaat eraan te geven en in het huwelijk te treden! Ik kan m ezelf niet bedwingen hier m ijn fantasie de vrije loop te laten. Stel u voor dat de m onnik Neel Maertsz. besloten had in het klooster te blijven; dan zou de fam ilie Ouweneel - als ze inderdaad van hem afstam de - nooit bestaan hebben. Op een m om ent kun je je voorstellen dat Neel Maertsz. het m onnikenleven vaarwel heeft gezegd en een gewone Schielandse boer is geworden. W at zouden we dolgraag willen weten welke overwegingen daarbij een rol hebben gespeeld. Een leuk m eisje!? W e zullen er hoogstwaarschijnlijk helaas nooit achter kom en...
Een huw elijk tussen tw ee niet-verwante Ouw enelen!? W illem J. Ouweneel (Huis ter Heide) Is zo iets in vredesnaam m ogelijk: twee Ouweneel-nazaten die m et elkaar trouwen, m aar die (waarschijnlijk) géén fam ilie van elkaar zijn? Blijkbaar wel. Ik doel op het huwelijk tussen Pieter Maartensz. Goudkade, geboren in Boskoop in 1730, en Klaasje Gerritsdr. Matze, geboren in Zevenhuizen in 1733. Ze trouwden in Boskoop in de Rem onstrantse kerk op 17 novem ber 1758. Ze hadden allebei een -4-
grootm oeder die Maertje Ouweneel heette, terwijl die twee om a’s (waarschijnlijk) helem aal geen fam ilie waren. Dat is toch wel sterk, hè? Het zat zo. De m oeder van Pieter Goudkade heette Elisabet Hendriksdr. Dobbe (geb. Hazerswoude 1687/8; ze trouwde in 1723 m et Maarten Pietersz. Goudkade). De vader van Klaasje Matze heette Gerrit Jansz. Matze (geb. Zevenhuizen 1694; hij trouwde in 1721 m et Neeltje Jansdr. van Alphen). En nu zijn we bij de twee Ouweneel-om a’s uitgekom en; want de ouders van Elisabet Dobbe waren Hendrik Stevensz. Dobbe (geb. Hazerswoude?) en Maertje Jacobsdr. Ouweneel (geb. Hazerswoude?, overl. aldaar 1680), terwijl de ouders van Gerrit waren: Jan Ariënsz. Matze (geb. Zevenhuizen 1670, overl. aldaar 1715) en Maertje Gerritsdr. Ouweneel (geb. Zevenhuizen 1668, overl. aldaar 1757). Deze laatste Maertje kennen we heel goed. Zij en haar m an waren Rem onstrants (m aar dat gold waarschijnlijk voor álle verm elde personen). Ze was twee jaar ouder dan hij, m aar overleefde hem bijna 42 jaar. Ze hadden m instens zeven kinderen. Uit hen sproot een bem iddelde fam ilie; Maertje’s achterkleinzoon Gerrit Matze was van 1804 tot 1808, en diens zoon Cornelis van 1808 tot 1819 am bachtsheer van Zevenhuizen. Maertje’s vader, Gerrit Michielsz. Ouweneel (of Ouwenelen), trouwde in 1667 te Zevenhuizen m et Ieffgen Jansdr. van der Chijs en overleed vóór of in 1673. Gerrits vader was Michiel Cornelisz. Ouweneel (of Ouwenelen) (geb. Zevenhuizen ca. 1580); deze ondertrouwde 1614/15 m et Marretgen Ellertsdr. Tuijnebreijer (m aar zij overleed vóór de huwelijkssluiting), en trouwde pas in 1625/26 m et Pleuntgen Gerrits Verbeeck, die al twee keer eerder getrouwd was geweest. Hun (m erkwaardigerwijs alle drie ongehuwde) zonen Cornelis, Poulus en Crijn behoorden tot vooraanstaandste Ouwenelen die ooit in Zevenhuizen hebben (toezichthouder op de m olens), kroosheem raad (beheerder van de sloten en vaarten), schepen (wethouder), am bachtsbewaarder (hoge am btenaar in het am bacht Zevenhuizen) en gezworene (polderbestuurder) aldaar. Hij was vernoem d naar zijn grootvader, en dat was niem and m inder dan Neel of Cornelis Lourisz., bijgenaam d ‘Ouwe Neel’. W ie was nu die ándere Maertje Ouweneel, die uit Hazerswoude afkom stig was? Over haar fam ilie weet ik heel wat m inder te vertellen, m aar ze was in elk geval geen fam ilie van ons. Interessant is dat zij en haar m an, Hendrik Dobbe, om een of andere ons -5-
onbekende reden hun kinderen niet onm iddellijk hebben laten dopen. Dat gebeurde pas op 16 februari 1694, en wel bij hen aan huis. Bij deze gelegenheid werd Maertje Jacobsdr. (wier vader Jacob Cornelisz. Ouweneel genoem d werd) Marijtje Koninenburg genoem d. Achternam en lagen in die tijd nog lang niet vast. De kinderen die gedoopt werden, waren: Lijsbetje (oftewel de bovengenoem de Elisabet), die ruim 6 jaar oud was, Neeltje, die ruim 4 was, en Stephanus, die 2 jaar was. (Groot)vader Jacob Cornelisz. Ouweneel (of Ouwenelen) was gehuwd m et Ariaantje Floren van de Bent. Mogelijk was de vader van deze Jacob, dus Cornelis, degene die de bijnaam ‘Ouwe Neel’ had gedragen, m aar dat kan ook een vroegere voorvader Neel geweest zijn. Theoretisch zou Jacob Cornelisz.
-6-
Ouweneel een zoon geweest kunnen zijn van Cornelis Lourisz. Ouweneel (kleinzoon van de hierboven genoem de ‘Ouwe Neel’), die ca. 1600 geboren werd en in 1633 te Zevenhuizen m et Teuntje Louwris trouwde. Maar van een dergelijke fam ilierelatie is niets gebleken; ze berust dus geheel op speculatie. Maertje Ouweneel heette zoals gezegd ook Marijtje Koninenburg. En zo werd in 1692 te Hazerswoude begraven: ‘Arijaentie Floris weduwe van Jacob Corns van der Laen’! De overeenkom st lijkt te groot om toevallig te zijn. Droeg Jacob Cornelisz. naast de toenaam Ouweneel ook de toenaam Van der Laen? Hoe dan ook: u weet nu hoe het kon gebeuren dat de kinderen van Pieter Maartensz. Goudkade en Klaasje Gerritsdr. Matze van twee heel verschillende fam ilies Ouweneel afstam den.
Familieberichten Geboren Op 5 m aart 2003 werd te Rotterdam Hanna Laure Ouweneel geboren, dochter van drs. W outer Rogier Ouweneel en Ida Buist. Het is het eerste kleinkind van Johannes Bernhard Ouweneel en Christine Bruyneel, en het elfde achterkleinkind van Evert Ouweneel (geb. 1916, stam III.E9), reeds op 8 m aart gevolgd door diens twaalfde achterkleinkind: Promise Joy Baksteen, het achtste kleinkind van W illem Johannes Ouweneel (voorzitter van de Ouweneel/Jongeneel-werkgroep) en Grada Gerhardina Terwel. Op 20 februari werd het derde kleinkind van Geert Ouweneel (redacteur van de Kroniek) geboren, Esmee Eva de Kock, dochter van Robin de Kock en Anette Gerdine Ouweneel. Overleden Op 3 m aart 2003 overleed te London (Ontario in Canada) Cornelia Maria Ouweneel, geboren te Nieuw-Lekkerland op 13 -12-1933, dochter van Evert Ouweneel en Janna Hendrika Poirot. Zij
-7-
was weduwe van de in 1995 overleden Gerardus Leonardus van der Ploeg. Sedert 1996 woonden zij in Canada.
Hervormde predikanten onder ‘onze’ Jongenelen en hun schoonzonen W illem J. Ouweneel (Huis ter Heide) 1. Jongeneel-stam I X. Ds. Johannes Pieter Jongeneel, geb./ged. Rotterdam 8.1/2.2.1791 (z.v. Johannes Jongeneel & Catharina Hagem ans). Theologiestudent Leiden 13.6.1807 (waarschijnlijk de eerste van de Zevenhuizense Ouwenelen en Jongenelen die een universitaire studie voltooide!), predikant te Aagtekerke 1812. W erd na een opstand tegen het Franse bestuur m et andere W alcherse ingezetenen op 11.2.1814 te Brigdam m e gevangen genom en, m aar reeds de volgende dag ontslagen. Daarna predikant te Retranchem ent (1815), Sas van Gent (1821) & Heukelom (1824). Overl. ald. 15.11.1842 (‘uitterende ziekte’). Tr. Leiden 1.7.1814 Johanna Meerburg (geb./ged. Leiden 8/20.5.1793, d.v. Pieter Meerburg & Pietertje Fierem an, overl. Den Haag 22.4.1856). 2. Verw ant met Jongeneel-stam II-IV XI. Ds. Louis George Jongeneel (zie onder nr. 1), geb./ged. Param aribo 10.4/11.5.1828, onderwijzer, zendeling/predikant, overl. ca. 1908. Tr. Am sterdam 11.10.1854 Catharina W illemina van der Schaaf (geb. ald. 25.3.1832, d.v. Frans van der Schaaf [touwslager] & Antje Veltkam p, godsdienstonderwijzeres). Dochter o.a.: Anna, geb. Hellevoetsluis 3.9.1856 (in de haven, aan boord van de ‘Zaltbom m el’), overl. Maarssen 27.2.1929. Tr.(1) ... Bechtold, tr.(2) Lodi (county Bergen, New Jersey, USA) 2.11.1887 ds. Johannes W illem Frederik Roth Sr. (geb. ’s-Gravenhage 19.6.1831, z.v. Johannes Roth [tapper] & Johanna Magdalena Petri, overl. Maarssen 28.5.1922) (zie onder nr. 2). (1) Ds. Louis George Jongeneel (IX) werd opgeleid in Nederland, woonde en werkte in Am sterdam als onderwijzer, werd zendeling in Zuid-Afrika en later predikant (‘Dutch Reform ed’) in de USA. Over hem vond ik een m ooi verhaal in het boek Merksteen: ’n -8-
Dubbelbiografie (Kaapstad 1998) dat in het Afrikaans geschreven is door de rom anschrijver Karel Schoem an. Het boek handelt over zijn grootouders, die eind 19e eeuw vanuit Nederland naar Zuid-Afrika waren geëm igreerd. Hij vertelt daarin over de Zalt-Bommel, een schip dat op 31.8.1856 uit Rotterdam was vertrokken en een groot aantal Nederlandse em igranten naar de Kaap bracht; de gezagvoerder was de pas 29-jarige Coenraad Jacobus Juta. Twee van de ‘kajuitpassagiers’ (dus uit de eerste klasse) hebben reisverslagen nagelaten: de Nederlander J.A. Colenbrander en de W eense wereldreizigster Ida Pfeiffer. Schoem an haalt daaruit speciaal het verhaal van de ‘cathechiseerm eester L.G. Jongeneel’ aan, die m et een hoogzwangere vrouw en een baby, Dientje, aan boord gekom en was; het kind dat op kom st was, was Anna (zie boven), die op 3 septem ber in de haven van Hellevoetsluis geboren was. Volgens Ida Pfeiffer zou Jongeneel een post als zendeling aan de Kaap gaan bekleden. Volgens Colenbrander had Louis George onderweg gefungeerd als ‘de m eester of oppasser voor de jeugdige em igranten’. Het beeld dat Ida Pfeiffer van hem geeft, is niet bepaald vleiend: De 7de septem ber was een zondag. De schoolm eester en zendeling las de dienst voor m et half gesloten ogen en m et zo’n schijn van zalving en belangrijkheid dat m en gedacht zou hebben dat hij als priester geboren was. Zijn toespraak of preek was zo droog en kaal dat die alleen geschikt was voor wilden, die er geen woord van zouden begrijpen, goed of slecht. Aan de eettafel leek hij zich m eer thuis te voelen - allem achtig, wat een honger had hij! W at Dientje betreft vertelt Colenbrander: ik heb nog nooit een kind zoo aanhoudend hooren schreeuwen en schrijf alleen de dood van het kind (want het is gestorven) (en wel aan de croep) toe aan het fam euze en aanhoudende schreeuwen en schreien. Begin novem ber, toen het schip al in de buurt van de Kaap gekom en was, schreef Colenbrander nogal nuchter in zijn dagboek: Dezer dagen begon het kind van de heer Jongeneel dat de geheele reis bijna gehoest en geschreeuwd had, zoo erg te worden dat het -9-
van dag tot dag verergerde, en de hoest tot kroep overging, zoodat het kind zeer veel leed, eenige passagiers pakten hun plunjes al zoo langzam erhand bij elkaar, de kapitein verzekerde ons als wij zulke wind houden wij er binnen een paar dagen zouden zijn. 15 November. Tegen m iddag zeiden de stuurlieden en de m atrozen, dat zij land konden zien, ik voor m ij zag en konde niets zien, ofschoon ik het wel geloofde, te 11 ure stierf het kind van den m eester, des avonds verm inderde m en zeilen, opdat m en niet te vroeg en dus in den nacht te digt bij het land zoude kom en. De cynische globetrotster Ida Pfeiffer heeft ook haar steentje aan het verslag bijgedragen door de reacties van de troosteloze m oeder (Catharina W illem ina Jongeneel-van der Schaaf) breed uit te m eten... In 1887 vinden we Louis George Jongeneel als predikant terug in de ‘hervorm de gem eente’ te Lodi (county Bergen, New Jersey, USA), waar hij het huwelijk voltrekt tussen zijn dochter Anna en ds. J.W .F. Roth (zie onder). (2) Ds. Johannes W illem Fredrik Roth Sr. (XI.2) werd 18.10.1866 te Kaapstad (Eben Haëzer gem eente) bevestigd als predikant door de Kaapsche Gereform eerde Kerk. Daar trouwde hij m et een ZuidAfrikaanse m eisje: Elizabeth Maria van Niekerk, geboren aan de Kaap in 1830, dochter van Michiel H. van Niekerk en Elisabeth Johanna Bester. Zij vestigden zich 1874 in Noord-Am erika, waar ds. Roth van 1875 tot 1878 predikant was in drie gem eenten, laatstelijk te Greenleafton (Minn.). Daarna was hij predikant in Nederland te Schalkwijk (v.a. 9.3.1879), Zwartsluis (v.a. 21.3.1880), Berkel (v.a. 6.11.1881) en W ageningen (v.a. 29.6.1884). Daar overleed zijn eerste vrouw op 19.2.1887. Negen m aanden later trouwde hij te Lodi (county Bergen, New Jersey, USA) op 2.11.1887 m et de jonge weduwe Anna Bechtold-Jongeneel; het huwelijk werd voltrokken door de vader van de bruid, ds. Louis George Jongeneel (zie boven). Teruggekeerd naar W ageningen zette ds. Roth zijn predikantschap aldaar voort en vervolgens in Ottoland (v.a. 22.9.1889) en Besoijen (v.a. 1.5.1892). Op 31.7.1897 deed hij vrijwillig afstand van zijn bediening en vertrok naar Michigan. Teruggekeerd naar Nederland werd hij predikant te Spijk (bevestigd 2.12.1900). Op 1.1.1916 ging hij m et em eritaat. Hij overleed te Maarssen op 28.5.1922 en liet uit zijn tweede huwelijk vijf kinderen na, o.a.: 1. W ilhelmina Elisabeth Sophia Roth, geb. W ageningen 29.8.1888. -10-
Zij huwde m et ds.m r. Lodewijk Cornelis W illem Ekering (zie [A]). 2. Louis George Johannes Roth, geb. Ottoland 21.11.1889, theologisch candidaat, overl. Maarssen 3.5.1919. 3. Ds. James Frederik Roth, geb. Ottoland 27.8.1891 (zie [B]). (A) Lodewijk Cornelis W illem Ekering (zie boven) werd geboren te ’s-Gravenhage op 15.3.1889 als zoon van Johan Hendrik Ekering & W ilhelm ina Elisabeth Eijgendaal. Hij studeerde zowel rechten als theologie (vandaar de dubbele titel). Hij aanvaardde het am bt van predikant in 1913 te W oubrugge. In 1916 vertrok hij naar Noordwijk en in 1921 naar Am sterdam . Te Noordwijk m aakte hij zich tijdens de Eerste W ereldoorlog bem ind door zijn hulpverlening aan nabestaanden nadat vissersschepen op m ijnen waren gelopen, tijdens de Spaanse griep (1918-19), die vele slachtoffers eiste, som s verscheidene kinderen in één gezin, en tijdens de reddingsram p na het stranden van de KW 47 in 1919. Hij richtte er een afdeling van de Nationale Christelijke Geheelonthoudersbond op en was er secretaris van de Christelijke Schoolvereeniging. Hij was niet voor een christelijke, m aar voor een nationale om roep; daarom steunde hij niet de NCRV, m aar de AVRO; op zijn initiatief begon deze om roep m et haar m orgenwijdingen. Vele jaren later zei hij van zijn gem eente in Noordwijk: ‘Mijn beste gem eente; ik had haar nooit m oeten verlaten’ — wat m en wel eens heeft opgevat als een betreuren van zijn latere politieke ontwikkeling in Am sterdam . Hij heeft daar eerst een leidende rol gespeeld in de voorm alige Hervorm d Gereform eerde Staatspartij en sloot zich later aan bij de NSB. Hij was een strijdvaardig en suggestief redenaar, zowel op de kansel als tijdens vele spreekbeurten voor de NSB, en kwam in Am sterdam daarm ee tegenover de bekende dr. K.H. Miskotte te staan. Ekering wendde zich af van de AVRO en trachtte leden te winnen voor de nieuwe om roep die de NSB wilde stichten. Ds. Ekering werd de bekendste nationaal-socialistische predikant van Nederland, zodat het kerkvolk zich onm iddellijk na de bezetting m assaal van hem afkeerde. Hij kwam in een isolem ent terecht en werd rancuneus. Zelfs in de NSB werd hij wel gebruikt, m aar niet gewaardeerd. W el m oet van hem gezegd worden dat hij ook wel eens de verzetsbeweging waarschuwde voor activiteiten van de Gestapo. Ook ontkende hij voor de rechter ooit am btgenoten te hebben verraden.
-11-
Na de bevrijding is hij 23 decem ber 1946 veroordeeld en heeft hij gevangen gezeten (o.a. te Rhijnauwen). Ook werd hij uit zijn am bt ontzet, vooral toen bleek dat hij nergens spijt van had. Hij was daarna nog vele jaren voorzitter van de Algem ene MiddenstandsZiektevereniging. Hij overleed op 28 januari 1964 te Am sterdam en werd begraven op ‘W esterveld’. (B) James Frederik Roth (zie boven) werd op 27.8.1891 in de hervorm de pastorie van Ottoland geboren. Hij studeerde theologie te Utrecht en werd in 1919 door zijn vader in het am bt bevestigd te Sloten (Fr.). In 1922 vertrok hij naar Alm kerk, in 1927 naar Scheveningen, in 1929 naar Zoeterm eer, in 1934 naar IJsselm onde, in 1938 naar Hilversum (waar hij door zijn zwager [zie (A)] bevestigd werd), in 1944 naar ’s-Graveland, in 1947 naar Sliedrecht, in 1949 naar Nieuw Loosdrecht, waar hij in 1957 em eriteerde. Hij bleef echter actief: eerst te Hoogm ade, vanaf 1958 te Ruurlo (in de rechtzinnige hervorm de evangelisatie) en vanaf 1963 te Zoelm ond en Asch. Een collega vroeg eens schertsend: ‘Zijn er nog gem eenten waar Roth niet gestaan heeft?’ Tijdens de m obilisatie 1939-40 was hij in m ilitaire dienst en als veldprediker werkzaam te Am ersfoort. Hij heeft tijdens het verzet een belangrijke rol gespeeld — zo was hij onder m eer betrokken bij het opblazen van de spoorlijn Hilversum -Utrecht — en stond daarm ee vierkant tegenover zijn zwager Ekering (zie [A]). Zijn pastorie aan de Utrechtseweg te Hilversum was een toevluchtsoord voor onderduikers. Zijn collega en vriend ds. Jac. de Vries vertelt hoe hij het in Sliedrecht (ca. 1948) op een warm e dag ineens in zijn hoofd kreeg om in de Merwede te gaan zwem m en. Hij had geen zwem broek bij zich, m aar leende een slipje van m w. De Vries en dook het water in. Toen hij al over de zestig was, zwom hij de Larense beek bij Holten over m et een brandende pijp in zijn m ond. Een andere grote hobby van hem was het schaken; in elke gem eente waar hij stond, schaarde hij al gauw een kring schaakvrienden om zich heen. Ds. Roth huwde te Gorinchem 26.11.1919 Alberta Mecheline Caroline Mortier (geb. ald. 25.9.1894, d.v. Isaäc Cornelis Mortier & Maria Hendrika Catharina Harthoorn, overl. Hilversum 9.4.1966) en te Rotterdam 15.7.1968 Klasina Loenen (geb. Loosdrecht 13.11.1924). Hij overleed op 10 april 1976 in het ziekenhuis
-12-
Bethesda te Tiel en werd begraven in zijn laatste woonplaats: Gelderm alsen. 3. Stam II XII. Jacob Jongeneel, geb. Rotterdam 21.2.1831 (z.v. Dirk Jongeneel & Sara van der Does). Overl. Utrecht 20.3.1887. Tr. Zaltbom m el 31.7.1868 Maria Henrietta Koopman (geb. Am sterdam 15.12.1839, d.v. Justus Hendrik Koopm an & Johanna Maria van den Bergh, overl. Zeist 29.11.1913). Jacob Jongeneel studeerde theologie te Utrecht en Leiden, en werd in 1859 Ned. Herv. predikant te Hurwenen bij Zaltbom m el. Op 10 febr. 1868 werd hij aan het ‘Athenaeum ’ te Deventer benoem d tot hoogleraar in de Nederlandse taal- en letterkunde en in de algem ene en vaderlandse geschiedenis. In 1875 werd hij wegens ‘doodbloeden’ van de school eervol ontslagen op een wachtgeld voor drie jaar. In 1877 werd hij weer predikant, en wel bij de hervorm de gem eente te Heerlen (het Leopoldskerkje in de Klom pstraat). Toen hij in januari 1887 naar Utrecht ging om zich wegens ziekte te laten behandelen, overleed hij daar plotseling op 20 m aart. (Zie verder uitvoeriger in Kroniek nr. 11.)
De eerste Ouw eneel in Alblasserdam door Geert Ouweneel Som s ontdekt je geheel onverwachts iets interessants. Zo dacht ik altijd dat m ijn vader, Evert Ouweneel, 1913-2002, de eerste Ouweneel was die zich vestigde in Alblasserdam . Onlangs kwam ik er achter dat er nog veel eerder een Ouweneel in Alblasserdam heeft gewoond. Dat was Teunis Ouweneel, geboren te Nieuwerkerk aan den IJssel op zaterdag 9 novem ber 1805. Hij was de zoon van W illem Evertszoon Ouweneel en Len Barens de Gruyter. Teunis was hoefsm id van beroep en als zodanig deed hij zijn werk in Alblasserdam . Niet alleen overigens, m aar m eer in een soort m aatschap. Zijn com pagnons waren Jan Flink, 46 jaar, afkom stig uit Lekkerkerk, en Jan van Blerk, 48 jaar, geboren te Rotterdam . Drie sm eden dus. Ze worden m et elkaar genoem d in de volkstelling van Alblasserdam in 1829. De bevolkingsregisters van Alblasserdam zijn allem aal bij het bom bardem ent op het dorp in de m eidagen van 1940 -13-
verloren gegaan, m aar kort geleden kwam en de invullijsten van de volkstelling 1829 boven water. de huurder van het am bachtsheerlijkheidshuis, vlak bij de Dam in Alblasserdam , had jarenlang een grote hoeveelheid oude docum enten onder zich gehouden. waarschijnlijk had hij die aangetroffen in het heerlijkheidshuis. In 2002 heeft hij er een deel van overgedragen aan de gem eente Alblasserdam . Enkele leden van de Historische Vereniging W est-Alblasserwaard houden zich nu bezig m et het ordenen en sorteren van die grote m assa papieren. Een van die leden is m ijn vrouw, Barry. vaak doet ze zulk werk thuis en dan kijk ik natuurlijk of er iets van m ijn gading bij zit. Dat kopieer ik dan, of ik typ het over. Zo ook m et de lijsten van de volkstelling. En daar kwam ik tot m ijn verrassing Teunis Ouweneel tegen. Hoewel Alblasserdam m ijn specialiteit is, ben ik nog in geen enkel archief deze Teunis Ouweneel , verblijvend in Alblasserdam , tegengekom en. Het bedrijf had huisnum m er 137. Het stond aan de Kinderdijk, zo’n tien huizen vanaf de Dam gerekend. Jan Flink was de sm idsbaas, de andere twee zullen wel als knecht bij hem in dienst zijn geweest. Ze woonden ook bij hun baas in huis, sam en m et de vier dochters en de zoon van hun baas. Hoe lang Teunis in Alblasserdam heeft gewoond is niet m et zekerheid te zeggen. In zijn Alblasserdam se tijd was hij nog vrijgezel, zo’n 24 jaar oud. In 1835 trouwde hij te IJzendijke in Zeeuws-Vlaanderen m et W ilhelm ina Maria Schotsm an. Zij overleed in 1839, en Teunis trouwde vervolgens, in 1840, te IJzendijke m et Maria van de Vijver. Duidelijk is dus dat Teunis al in 1835 uit Alblasserdam weg was. Hij was trouwens eerst nog hoefsm id in Aardenburg, voor hij naar IJzendijke verhuisde. Duidelijk is dus wel dat hij niet lang na 1829 al uit Alblasserdam weg was. Zijn zoon W illem werd in IJzendijke geboren op 20-3-1836. Hij werd kleerm aker en em igreerde in 1857 naar Am erika en werd zo de oorsprong van de Am erikaanse tak. Op dit m om ent wonen er nog vijf fam ilies/gezinnen/huishoudens Ouweneel in Alblasserdam .
-14-
Interessante familie-advertenties (4) W illem J. Ouweneel (Huis ter Heide) W e herinneren de lezer eraan, dat we in deze serie een aantal advertenties uit de fam ilies Ouweneel en Jongeneel publiceren, en wel van vóór 1970 (m isschien kijken we in een latere serie ook eens naar fam ilieadvertenties van na 1970). Deze advertenties zijn ontleend aan de rijke collectie van het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag. In dit artikel zijn we nog steeds bezig m et stam III. Stam IIIE Evert Cornelisz Ouweneel (1737-1803): Clan B Zoon: Leendert Ouweneel (1773-1851): Clan B2 Zoon: Evert Ouweneel (1803-1861) Zoon: Leendert Ouweneel (1830-1910): Stam III Zoon: Evert Ouweneel (1851-1930): Stam IIIE Zonen: (a) Leendert Ouweneel (1885-1918) (b) W illem Ouweneel (1887-1952) Leenderts zoon Jan Evert Ouweneel (1910-1951) was horecaondernem er en onderbrandm eester (en secretaris van de vereniging ‘Door Oefening Paraat’ van de Lekkerkerkse vrijwillige brandweer). Hij trouwde in 1939 m et Adriana Nobel. Advertentie 1: 1939 huwelijksaankondiging van Jan Evert en Adriana. Adv. 2 en 3: 1951 overlijdensaankondiging van Jan Evert. Leenderts dochter Grietje Ouweneel (1916-1993) trouwde in 1945 m et Florus Hagoort. Adv. 4 en 5: Florus Hagoort overleed te Tancarville [F.] in 1952 door een ongeval aan boord van het MS ‘Myfem ’ op de Seine, 44 jaar oud. W illem s zoon Evert Ouweneel (geb. 1916) trouwde in 1944 m et Hermine Gesine Versteeg. Adv. 6: 1960 geboorteaankondiging van het jongste kind: Désirée Marguérite. De advertentie noem t ook al haar oudere broertjes.
-15-
Advertentie 1
Advertentie 2
Advertentie 3 -16-
Advertentie 5
Advertentie 4
Num m er 1 (W im ) is de schrijver van dit artikel.
Advertentie 6 -17-
'Ze blijven tegenwoordig maar voor alles weg' Een gesprek met Leendert Cornelis Ouweneel Leendert Cornelis Ouweneel, geboren in 1908, werd op 12 februari 2003 95 jaar. Al eerder vertelde Leen aan dochter Iek, lid van de werkgroep van deze Kroniek, over zijn jeugdjaren, doorgebracht in Katendrecht en aangrenzend Rotterdam -Zuid. Najaar 2002 haalde Leen tijdens een verblijf op Texel tegenover zijn zoon Gerard herinneringen op aan de periode 1935-1945. 'Op 19 juni 1935 trouwde ik m et je m oeder. W ij gingen wonen aan de Mijnsherenlaan in Rotterdam -Zuid. Daar ben jij dus op 3 juni 1937 geboren. Zom er 1938 verhuisden wij naar de vlakbij gelegen Dordtselaan. Dat huis had een tuintje en het kwam ons voor dat een tuin goed was voor onze eenjarige zoon. Aan de Dordtselaan woonden wij slechts een halfjaar. In januari 1939 gingen wij over naar de Voordonk in Tuindorp Vreewijk, ook in Rotterdam -Zuid. Thans, ruim zestig jaar later, wonen wij daar nog. Je m oeder vond die verhuizing naar Vreewijk niets. Aan de Mijnsherenlaan was het huis nieuw, m et zelfs een bad. De Dordtselaan had alleen een douche. Maar het huis aan de Voordonk was twintig jaar oud, zodat badgenoegens beperkt bleven tot wasbak en teil. Toen het voorjaar werd, was je m oeder spoedig m et Vreewijk verzoend. Zoals je weet is het voorjaar in Vreewijk een uitbundige bloem enshow. Bovendien was de sfeer inderdaad dorps en waren de buurtbewoners aardig. Trouwens later, na het uitbreken van de Tweede W ereldoorlog, vielen herhaaldelijk bom m en op de Mijnsherenlaan en vooral aan de Dordtselaan, waar de huizen schuin tegenover het onze voltreffers kregen. Overigens deed ik toen al lang aan gym nastiek. Daarm ee was ik begonnen in 1922, toen ik op de MULO zat. Die gym nastiekvereniging heette 'De Hille' aan de Putsestraat. Mijn broers zaten bij Feyenoord, toen ook nog een atletiekvereniging. Al die atletiekattributen lagen bij ons thuis in Katendrecht. Maar goed, tussen 1935 en 1939 nam de oorlogsdreiging voortdurend toe. In 1939 ging het m is. Die zom er gingen wij in juni m et vakantie naar hier, naar Texel. Het eiland was een openbaring. Een paar m aanden later viel Duitsland vanuit het westen en tegelijkertijd Rusland vanuit het oosten Polen binnen. Engeland en Frankrijk verklaarden Duitsland de oorlog. Op 10 m ei 1940 begon de Duitse weerm acht haar offensief in -18-
Turnlust in 1913.
het westen. Het verhaal is overbekend. In Rotterdam -Zuid waren wij 's m orgens vroeg al bezet, waarna de Duitsers probeerden de
Maasbruggen over te komen. Daar werden ze tegengehouden door de m ariniers. Ik kon dus niet naar de stad en belde m ijn werkgever Granaria aan de Beukelsdijk dat ze die dag niet op m ij m oesten rekenen. Daarvoor was begrip. Niet iedereen was zo begripvol. Verderop in onze Voordonk woonde een dam e die die vrijdagochtend haar keuken een voorjaarsbeurt zou geven. Haar op IJsselm onde wonende hulp kwam niet opdagen. 'Ze blijven tegenwoordig maar voor alles weg', klaagde die bewuste dam e verontwaardigd. Vergeet niet dat Nederland in geen 150 jaar oorlog had gekend. Ga m aar na, Piet Tim m erm ans en ik probeerden op de 2e dag bij de Maasbruggen te kom en om naar de oorlog daar te kijken. Op die tocht zagen wij de eerste Duitse militairen. Dat was bij de Maashaven, die ze m oesten passeren op weg van W aalhaven naar de W illem sbruggen. Ook zagen wij vluchtelingen afkom stig van het bezette en in de vuurlinie liggende Noordereiland. Op de Parallelweg konden wij niet verder. Ik herinner m ij -19-
R otterdam -N oord in brand.
R otterdam -Zuid in vlam m en.
-20-
dat overal rekeningen neerdwarrelden van de Nationale. Om het gebouw van de Nationale Levensverzekeringsbank aan de Boom pjes, recht tegenover de W illemsbrug, werd gevochten. Het stond in brand. Later ging ik op bezoek bij een aan de Dordtselaan wonende collega. Tegenover zijn huis waren Duitse soldaten bezig m et opstellen van geschut. Toen ik uit het raam naar ze keek, vuurde er eentje in m ijn richting. Maar al bij al realiseerden wij ons toch niet hoe ernstig de situatie was. Tot het bom bardem ent van 14 m ei. De stad bleef m aar branden, met een dagenlange roetregen. W ij waren razend. De dag na het bom bardem ent ben ik naar de stad gefietst. 'Haben die Engländer das getan?' vroegen verbaasde Duitse soldaten, die op de Boom pjes in een vrachtauto voorbijreden. 'Nein, das haben die Deutschen getan', antwoordde ik. Toen ik terugkwam was het eerste dat je m oeder vroeg of de Volksuniversiteit er nog stond. En daarna naar Museum Boym ans. W elnu, beide waren onbeschadigd. Al spoedig werd via de kerk in m in of m eer bedekte term en gesproken over verzet tegen de bezetters. Bijeenkom sten werden belegd, waar de dam es gezellig m eekwam en. Enfin, van een zo noodzakelijke geheim houding was geen sprake. Ik herinner m ij dat iemand op straat naar een ander schreeuwde 'he, kom je ook bij de geuzen?' De geuzen vorm den een verzetsgroep. Prom pt zijn ze later opgerold en een aantal om gebracht. De nabestaanden kregen hulp. Daarvoor ging ik per fiets of trein eens per maand naar Vlaardingen, vanaf 1941 tot aan de razzia in novem ber 1944. Tenm inste eenmaal ging je m ee, achterop de fiets. In de loop van 1941 kwam er m eer structuur en discipline bij de verzetsgroepen. De onze heette 'Nom edos', dat stond voor 'Niet ondergaan m ede door onze schuld'. W ij werkten m et schuilnamen. De m ijne was Louis Müller, afgeleid van de naam van m ijn correspondentievriendin in Zuid-Afrika. Geld was nooit een probleem. Er waren voldoende gefortuneerde lieden bij wie het verzet nooit tevergeefs aanklopte. De heer Mees van de gelijknam ige Rotterdamse bank was een van hen. W apens kwam en pas later. Die werden gedropt door geallieerden in de buurt van Lekkerkerk. Som s kwamen ook instructeurs m ee, die ons onderricht gaven hoe m et die wapens om te gaan. Verstopt in een m elktank kwam en die wapens vanuit Lekkerkerk naar Rotterdam , waar ze dan per bakkerswagen verder werden gedistribueerd, ook naar ons huis aan de Voordonk. Ik bouwde speciale schuilplaatsen om wapens thuis te verbergen. De hele oorlog door hadden wij onderduikers aan de Voordonk. Dan die, dan weer die. -21-
Bekenden en onbekenden. Natuurlijk was dat gevaarlijk. W eliswaar leer je m et angst leven, m aar je m oest reuze voorzichtig zijn. Een voorbeeld: de buren van degene die in de m eidagen van 1940 haar hulp zo m iste, hadden ook een onderduiker. Die dam e attendeerde haar buren erop dat ze op vrijdag niet zoveel was m oest buitenhangen. W ant iedereen kon begrijpen dat die hoeveelheid van m eer dan twee m ensen m oest zijn. Ondertussen was er bij Granaria genoeg werk. W eliswaar lag de internationale graanhandel stil, m aar waren de Nederlandse graansilo's vol. Hiervan m oesten de voorraden worden bijgehouden. Soms was er binnen Europa wat handel. Zo herinner ik m ij dat we in Hongarije m aïs kochten en ook deden wij in hooi en stro. Tot Dolle Dinsdag in september 1944 ging ik iedere dag naar kantoor. Daar waren een bewindvoerder en zes Duitse accountants aangesteld om alles te controleren. Om buiten m ilitaire dienst en dus van het front te blijven, werkten die accountants langzaam . Toch verdwenen ze een voor een naar het front. Alleen die bewindvoerder behoefde niet in dienst, om dat hij in de Eerste W ereldoorlog een gasaanval had doorstaan. Onaardig was die m an niet. Toen de Verenigde Staten in decem ber 1941 in de oorlog betrokken raakten, verklaarde hij overtuigd te zijn dat Duitsland de oorlog zou gaan verliezen, alleen al om dat zijn land niet opgewassen was tegen de Am erikaanse industrie. W elnu, daarin kreeg hij gelijk. Trouwens, ik m oet zeggen dat wij nooit twijfelden aan de goede afloop, zelfs niet tijdens de donkerste periode, tot halverwege 1942. In die donkere periode werd je zuster Iek geboren. Na 1942 werden de vooruitzichten beter. Dat konden wij ook m erken aan de vloten bom m enwerpers die voortdurend overkwam en richting Duitsland. Rotterdam kreeg ook zijn portie. Erg was het bom bardem ent van 31 maart 1943, waarbij Delfshaven werd getroffen. Bijna 400 slachtoffers. Mijn zuster Antje woonde m et haar kinderen in Delfshaven. Met m ijn oudste broer W illem zijn wij op de fiets, m et jou achterop, direct naar Delfshaven gegaan. Antjes straat was de dans net ontsprongen. In 1944 naderden de geallieerde legers de Nederlandse grens. Nog in augustus gingen wij m et vacantie naar Noord-Brabant. Met de boot naar Heusden en dan per fiets naar Lage Mierde in De Kem pen. W e zijn toen zelfs nog aan de Belgische grens geweest. Om de paar kilom eter een lekke band. W eet je nog hoe wij Eindhoven hebben zien bom barderen? Een paar weken later was de stad bevrijd. W e hadden er beter kunnen blijven, want dan hadden wij in Rotterdam die ellendige hongerwinter gem ist. Terug was het weer fietsen en nog -22-
een stuk m et de trein, voorzien van wagens waarop afweergeschut stond opgesteld. Achteraf gezien was dat vacantieuitstapje in zo'n riskante tijd wellicht een gewaagde ondernem ing. Maar ja, je weet, wij zijn er altijd graag op uitgetrokken. Najaar 1944 gingen wij inzien dat de bevrijding van W est-Nederland nog lang op zich kon wachten. Beneden de rivieren was het land grotendeels bevrijd, m aar bij Arnhem en in de Ardennen ondervonden de geallieerden tegenslag. De winter viel in. Steeds m eer openbare diensten vielen uit, inclusief gas, electriciteit en het openbaar vervoer. W eet je nog hoe we m et de buren bijenkap kwam en, waarbij dan steeds een persoon op een fiets trapte teneinde via de fietslam p wat licht te verkrijgen? Op 10 en 11 novem ber 1944 waren er grote razzia's. Iedere m an tussen de 17 en 40 jaar moest zich m elden om te worden afgevoerd naar Duitsland om daar te werken. Ik heb m ij verstopt in een van de thuis gebouwde schuilplaatsen, die onder het huis. Hollandse SS-ers zijn nog binnen geweest. Eentje nam je zus Iek op zijn arm . 'W aar is je m an?' vroegen ze aan je m oeder. 'Die hebben jullie al lang weggehaald' reageerde die. Vlak daarop gingen de Duitsers de haveninstallaties opblazen. Je oom Arie, door-en-door een m an van de Rotterdam se haven zat te huilen. Maar op de Dordtselaan stonden havenarbeiders te juichen. Onbegrijpelijk... Zo gingen wij die laatste oorlogswinter in, waarin voor de m eeste m ensen in W est-Nederland puur overleven voorop stond. Je weet m isschien nog hoe wij op Katendrecht, m et jouw sleetje bij ons, twee m ud kolen gingen halen. Die had ik verkregen door ze te ruilen voor pruimtabak. Die gebruikte ik toch niet. Direct na de razzia, een week later, ben ik voor Granaria naar W addinxveen gefietst om een afspraak te m aken voor de expeditie naar Rotterdam van 10.000 kilo zaaitarwe, die Granaria aldaar had gekocht. Ik dacht bij m ijzelf de kleine weggetjes binnendoor te nem en, m aar daar stonden Duitse wachtposten, die m ij gelukkig zonder controle door lieten. Terug ben ik via Gouda gefietst. Aan het begin van de Kralingse Plas werd ik gewaarschuwd dat er verderop fietsen werden gevorderd. Met een om weg via het Kralingse Veer- IJsselm onde naar huis gereden. Om aan eten te kom en ging ik in januari 1945 m et broer Piet naar de Hoeksche W aard. Die konden wij bereiken door in Rhoon clandestien de Oude Maas over te roeien. Die Hoeksche W aard was toen half geïnundeerd. Alleen m et een speciale vergunning mocht m en over de Barendrechtse Brug. Om ouder te zijn dan de kritische leeftijd waarop je kon worden opgepakt voor de arbeitseinsatz in Duitsland, had ik een -23-
vals persoonsbewijs. Die tocht duurde twee dagen. Overnachten deden wij bij van der Sluis in Oud-Beyerland. Mijn fiets was voorzien van m assieve banden. Afgezien van extra zwaar trappen, betekende dat ook luid geramm el. Op de tweede dag keerden wij in spertijd terug in Rotterdam . Dat had zo zijn redenen. Piet en ik waren verlaat omdat op de terugweg, tussen Oud Beijerland en Heinenoord, daar waar nu langs de Provinciale W eg een verzetsm onum ent staat, die m iddag een NSBburgem eester werd doodgeschoten, een m an die veel kwaad gedaan had. W ij zagen dat gebeuren. Ik herkende een van de jongens in het ploegje verzetsm ensen die de liquidatie uitvoerde. Ik heb hem nooit verteld hem te hebben herkend. Onlangs is hij overleden. De Duitsers sloten onm iddellijk de Barendrechtse Brug af, zodat onze route terug was geblokkeerd. Door m ij te verstoppen op een toilet, heb ik m ij weten te onttrekken aan fouillering. Op een gegeven m om ent deed zich een m ogelijkheid voor door de bewaking te glippen. Daarvan m aakten wij gebruik. Ik m oest op dat kritische m om ent wel krachtig aandringen bij Piet, want hij wilde zich juist gaan bem oeien m et zaken die hij beter links kon laten liggen. Onze tocht naar de Hoeksche W aard had heel wat voedsel opgeleverd, m aar het overgrote deel ging uiteindelijk naar een ons bekend hongerlijdend gezin. Natuurlijk wisten wij die laatste oorlogswinter dat de overwinning op Duitsland nabij was. Maar het duurde erg lang. In april 1945 kwam er weer beweging in de fronten. En toen, in de laatste aprildagen kwam en plotseling geallieerde bom m enwerpers voedsel uitwerpen. Een volslagen verrassing. Honderden van die grote vierm otorige Lancasters en andere typen die bijna op dakhoogte over W est-Nederland raasden en voedselpakketten dropten. De m ensen waren buiten zinnen. Dat geluid van die Lancasterm otoren vergeet je nooit meer. Toen er veertig jaar later ter gelegenheid van een herdenking tijdens lunchtijd eentje laag over Rotterdam kwam , storm den wij direct naar buiten... we hoorden een Lancaster! Onze buurm an Daan Maltha stond óók m et tranen in zijn ogen buiten. Terug naar 1945: een paar dagen later, op 4 m ei, tekende de Duitsers de overgave. Die avond zijn wij m et onze verzetsgroep naar de Maasbruggen getrokken om slag te leveren m et daar aanwezige duitse m ilitairen. Er kwam echter plotseling versterking aan, een vrachtwagen vol duitse soldaten. Dat ging niet goed. Doden aan onze kant... onder andere onze vriend Ton Tuk. W ij m oesten terugtrekken. Tijdens de schietpartij slaagde ik er wel in een Duitse zware m itrailleur tot zwijgen te brengen. Enfin, over die gebeurtenis op het Stieltjesplein en de -24-
Koninginnebrug praat ik liever niet. De bevrijdingsdagen en trouwens de gehele zom er van 1945 waren een roes. Ik herinner m ij dat een van onze buren zei dat zijn echtgenote de bevrijding nog fijner zou hebben gevonden, indien ze klaar zou zijn geweest m et de voorjaarsschoonm aak. Aan het eind van het gesprek voegt Leen’s echtgenote Maria Hooijm eijer toe: 'Ik zal nooit vergeten dat een paar weken na de inval in 1940 onze buurvrouw, m evrouw Jansen, de verwachting uitsprak dat het hele volk in opstand zou kom en. Maar haar m an Bert zei daarna tegen m ij: 'Neen, dat zal niet gebeuren. Van U en ik, van de confessionelen en van links zullen wij het m oeten hebben'. Daarin heeft hij gelijk gekregen.
Stam IX Met dank aan Corry de Jong-Ouweneel, dochter van Adriaan Ouweneel (geb. 1922) en Geertruida van der Hoeven. Opa W outer Ouweneel (geb. 1888), echtgenoot van Cornelia van Mullem , was schipper. Toen m ijn vader, Adriaan, 3 m aanden oud was, is het gezin verhuisd van het dorp Krim pen a/d IJssel naar het grensgebied van Krim pen a/d IJssel en Krim pen a/d Lek. Er waren al oudere kinderen: Louwrens en Pieter. Opa had een draaim olen en een feesttent en ging daarm ee naar feesten en partijen. Zo hebben m ijn vader en m oeder elkaar leren kennen op een bevrijdingsfeest in Oud-Beierland. Bier en W outer O uweneel en C ornelia van M ullem . -25-
lim onade werden op den duur ook thuis verkocht. Er werd een visclub en een kaartclub opgericht en roeibootjes verhuurd. In de winter een tent op het ijs voor de schaatsers m et verkoop van anijsm elk, punch, warm e chocoladem elk en lekkere jan-hagelkoeken. Nu is er nog steeds een restau rant, allem a al nieuw en ruim , m et
W outer O uweneel -26-
fietspaden een natuurgebied en de provinciale weg erlangs. Mijn vader heeft 37 jaar bij Hollandia, Krim pen a/d IJssel (fam . Lubbers) gewerkt, daarvoor in m achinefabrieken in de buurt en vroeger ook op zaterdagm iddag en zondag bij opa en in de winter op het ijs.
De trouwfoto is van Adriaan Ouweneel en Geertruida van der Hoeven, 10 juli 1947.
-27-