VOORWOORD... 3 Tips Verkeersveiligheid Ontvangstcondities Verzorging en onderhoud CD... 4 Technische specificaties

603.83.889 Radio KA NL

24-07-2008

15:55

Pagina 1

I N H O U D S O P G AV E VOORWOORD ..................................................................... Tips ............................................................................................. - Verkeersveiligheid ................................................................ - Ontvangstcondities .............................................................. - Verzorging en onderhoud .................................................. - CD ........................................................................................... Technische specificaties .........................................................

3 3 3 3 4 4 5 6 8 9 9 9 9 9

Geluidsverdeling links-rechts ............................................... GELUIDSVERDELING voor-achter ................................... LD-functie ................................................................................. PRESET/XX EQ SET/CLASSIC/ROCK/JAZZ-functie ...... XX EQ SET-functie ................................................................ Menu .......................................................................................... - Functies toets MENU .......................................................... - AF-functie................................................................................ - TA-functie .............................................................................. - REG-functie ........................................................................... - MP3 DISPLAY-functie ......................................................... - SVC-functie............................................................................. - EXT-functie ............................................................................ - IGN TIME-functie ................................................................. - RESTORE-functie .................................................................

11 12 12 12 12 13 13 13 13 14 14 15 15 15 15

QUICK GUIDE ....................................................................... Stuurwieltoetsen ..................................................................... Algemene informatie .............................................................. - Radio ....................................................................................... - CD ........................................................................................... - CD-MP3 ................................................................................ - Audio ....................................................................................... FUNCTIES EN INSTELLINGEN ......................................... Inschakelen van de autoradio ............................................... Uitschakelen van de autoradio ............................................ Selecteren van radiofuncties ................................................ Selecteren van cd- en AUX-IN-functies ............................ Geheugenfunctie audiobron ................................................. Volumeregeling ........................................................................ SVC-functie .............................................................................. MUTE/PAUSE-functie ............................................................ Audio-instellingen ................................................................... Toonregeling ............................................................................

10 10 10 10 10 10 10 10 11 11 11

RADIO (Tuner) ....................................................................... Inleiding ..................................................................................... Selecteren van de frequentieband ....................................... Voorkeuzetoetsen .................................................................. De laatst gekozen zender in het geheugen opslaan ....... Automatisch afstemmen ........................................................ Handmatig afstemmen ........................................................... A-STORE-functie .................................................................... Ontvangst calamiteitenuitzending ....................................... EON-functie ............................................................................. Stereofonische uitzendingen ................................................

16 16 16 16 16 16 17 17 18 18 18


24-07-2008

15:55

Pagina 2

CD-SPELER ............................................................................. Selecteren CD-speler ............................................................ Laden/uitwerpen van een CD .............................................. Mogelijke foutmeldingen ....................................................... Scherminformatie .................................................................... Selecteren van muziekstuk ................................................... Muziekstuk vooruitspoelen/terugspoelen ......................... Pauze-functie ............................................................................ CD-MP3-SPELER ..................................................................... MP3-modus .............................................................................. Scherminformatie - ID3-TAG-informatie .......................... Selecteren van volgende/vorige map ..................................

19 19 19 20 20 20 20 20 21 21 22 22

DIEFSTALBEVEILIGING ....................................................... - Ingeven van de geheime code............................................. - Codekaart ..............................................................................

23 23 23

PROBLEMEN OPLOSSEN ....................................................

24

De autoradio is geplaatst op een ergonomische plaats voor de bestuurder en de passagier; de afbeeldingen op het voorpaneel helpen de bedieningstoetsen gemakkelijk te identificeren waardoor ze eenvoudiger te gebruiken zijn. De instructies voor het gebruik zijn hieronder weergegeven. We raden u aan ze zorgvuldig door te lezen.

TIPS WAARSCHUWING Het voorpaneel van de autoradio bevat onderdelen die kunnen worden verwijderd. Houd de autoradio buiten bereik van kinderen en laat kinderen niet alleen in de auto achter om te voorkomen dat ze onderdelen inslikken en mogelijk stikken. Verkeersveiligheid We raden u aan vertrouwd te raken met het gebruik van de verschillende radiofuncties (bijvoorbeeld het opslaan van zenders) voordat u gaat rijden. Ontvangstcondities De ontvangstcondities veranderen tijdens het rijden voortdurend. De ontvangst kan worden gestoord door de aanwezigheid van bergen, gebouwen of bruggen, of als u ver verwijderd bent van een zendmast. WAARSCHUWING Bij ontvangst van verkeersinformatie kan het volume toenemen in vergelijking met de normale weergave.

WAARSCHUWING Een te hoog volume levert gevaar op voor de bestuurder en anderen in het verkeer. Stel het volume altijd zodanig af dat u omgevingsgeluiden kunt horen (bijvoorbeeld claxons, ambulances, politieauto’s, etc.).

QUICK GUIDE

De autoradio, die is uitgerust met een CD- en MP3-speler, is ontworpen in overeenstemming met de specifieke kenmerken van het interieur, met een gepersonaliseerd design dat heel goed past bij de stijl van het dashboard; de grootte van de autoradio is afgestemd op de auto en kan niet worden gebruikt in een andere auto, het is een vast type.

FUNCTIES EN INSTELLINGEN

V O O RW O O R D

VOORWOORD

Pagina 3

RADIO

15:55

DIEFSTALBEVEILIGING CD EN CD-MP3SPELER

24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


3

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


4

24-07-2008

15:55

Pagina 4

Verzorging en onderhoud De constructie van de autoradio garandeert een lange levensduur zonder dat speciaal onderhoud nodig is. Neem in geval van beschadiging contact op met een Ford-dealer. Reinig het voorpaneel alleen met een zachte, antistatische doek. Reinigingsen poetsmiddelen kunnen het oppervlak beschadigen. CD Houd er rekening mee dat de aanwezigheid van vuil, krassen of vervormingen overslaan van de cd en een slechte geluidskwaliteit kan veroorzaken. Voor optimale afspeelcondities raden we het volgende aan: ❒ gebruik alleen cd’s met het volgende merkteken:

❒ verwijder met een zachte doek voorzichtig alle vingerafdrukken en stof van de cd. Houd cd’s bij de buitenrand vast en reinig ze van binnen naar buiten; ❒ gebruik voor het reinigen nooit chemische producten (bijvoorbeeld antistatische middelen of verdunners) omdat deze het oppervlak van de cd’s kunnen beschadigen; ❒ berg de cd’s na het beluisteren op in de doosjes om te voorkomen dat er vlekken of krassen op komen die ervoor kunnen zorgen dat de cd’s overslaan; ❒ stel de cd’s nooit lange tijd bloot aan direct zonlicht, hoge temperaturen of vocht omdat ze anders vervormd kunnen raken; ❒ plak geen labels op de cd en schrijf niet met een stift of pen op de beschreven zijde.

Druk, om de cd uit het doosje te verwijderen, in het midden van het doosje en til de cd op terwijl u hem voorzichtig bij de buitenrand vasthoudt. Houd de cd altijd bij de buitenrand vast. Raak het oppervlak nooit aan. Verwijder vingerafdrukken en stof met een zachte doek vanuit het midden van de cd naar buiten. Gebruik nooit cd’s met krassen, scheurtjes, vervormingen, enz. Hierdoor kan de speler beschadigd raken of niet goed functioneren. Gebruik voor de beste geluidsweergave originele cd’s. Een juiste werking kan niet worden gegarandeerd als cd-r/rwmedia worden gebruikt die niet op de juiste manier gebrand zijn en/of een maximumcapaciteit van meer dan 650 MB hebben. WAARSCHUWING Gebruik geen in de handel verkrijgbare beschermende folie voor cd’s of disks met stabilisatoren omdat deze vast kunnen gaan zitten in het interne mechanisme en de disk kunnen beschadigen.

WAARSCHUWING Als een multisessiedisk wordt geplaatst, kan alleen de eerste sessie worden afgespeeld. PLAATSEN AUDIOSYSTEEM (indien van toepassing) Het systeem bestaat uit: – voedingskabels radio; – voedingskabels luidsprekers voor; – antennekabel;

Bovendien is bij beveiligde cd’s de cd (of het bijbehorende opbergdoosje) vaak niet voorzien van het audiodiskidentificatiesymbool:

Luidsprekerset hifi-audio (indien van toepassing) Luidsprekers voor 2 tweeters ø 38 mm; 2 midwoofers ø 165 mm. Luidsprekers achter 2 full-range-luidsprekers ø 130 mm. 1 versterker; 1 basluidspreker. AUX-IN-AANSLUITING (indien van toepassing) fig. 1 Bevindt zich op de middenconsole en dient voor het aansluiten van een extern apparaat (bijvoorbeeld MP3speler).

– radiobehuizing; – antenne op dak. RADIO (indien van toepassing) Luidsprekerset Standaard audio Luidsprekers voor 2 tweeters ø 38 mm; 2 midwoofers ø 165 mm.

fig. 1

VOORWOORD

Luidsprekers achter 2 full-range-luidsprekers ø 130 mm.

QUICK GUIDE

WAARSCHUWING De cd-speler kan bijna alle compressiesystemen die momenteel op de markt zijn, lezen (bijvoorbeeld: LAME, BLADE, XING, FRAUNHOFER) maar, op basis van de ontwikkeling van deze systemen, kan het afspelen van alle compressieformaten niet worden gegarandeerd.


WAARSCHUWING Als een cd met kopieerbeveiliging wordt gebruikt, kan het een paar seconden duren voordat het systeem deze gaat afspelen. Daarnaast kan dankzij de opkomst van nieuwe en afwijkende beveiligingsmethoden niet gegarandeerd worden dat de cd-speler elke beveiligde disk kan afspelen. Informatie over kopieerbeveiliging wordt vaak heel klein of moeilijk leesbaar weergegeven op het opbergdoosje of de cd zelf, of duidelijk gemaakt met uitdrukkingen als “COPY CONTROL”, “COPY PROTECTED”, “THIS CD CANNOT BE PLAYED ON A PC/MAC”, of aangegeven met symbolen als:

Pagina 5

RADIO

15:55

KA00127m


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


5


24-07-2008

15:55

Pagina 6

VOORWOORD

QUICK GUIDE

QUICK GUIDE

CD V+ ON/OFF VMENU

FUNCTIES EN INSTELLINGEN RADIO CD EN CD-MP3SPELER DIEFSTALBEVEILIGING PROBLEMEN OPLOSSEN

6

AUD

1

AS

2

3

FM

AM

4

5

6

MUTE

KA00103m

AUDIO

RADIO

CD/MP3

❒ Loudness-functie ❒ Gekalibreerde equalisatie ❒ Aan te passen equalisatie ❒ Automatische volumeregeling op basis van rijsnelheid (SVC) ❒ MUTE-functie

❒ Ontvangst van verkeersinformatie (TA) ❒ Automatisch opslaan van 6 zenders in de opgegeven FM-band FMT (AS – Autostore, automatisch voorkeuzetoetsen toekennen)

❒ Play/Pause ❒ Kies vorige/volgende map ❒ FF/FR ❒ Kies vorige/volgende

Toets ON/OFF V+ / V–

BELANGRIJKSTE FUNCTIES

Procedure

Inschakelen (ON)

Druk op toets

Uitschakelen (OFF)

Druk een aantal seconden op toets

Volumeregeling

Druk op toets V+: verhoogt volume Druk op V–: verlaagt volume

Procedure

FM AS AM CD MUTE

Kiezen van FM1, FM2, FM Autostore

Druk herhaaldelijk op toets

Kiezen van MW, LW

Druk herhaaldelijk kort op toets

Kiezen van radio/cd Volume aan/uit (MUTE/PAUSE)

Druk herhaaldelijk kort op toets

AUD

Audio-instellingen: lage tonen (BASS), hoge tonen (TREBLE), geluidsverdeling links/rechts (BALANCE), geluidsverdeling voor/achter (FADER)

Activeren menu: druk kort op toets Kiezen soort instelling: druk op de toets ▲ of ▼ Aanpassen van de instellingen: druk op de toets ÷ of ˜

MENU

Instellen geavanceerde functies

Activeren menu: druk kort op toets Kiezen soort instelling: druk op de toets ▲ of ▼ Aanpassen van de instellingen: druk op de toets ÷ of ˜

Toets

RADIOFUNCTIES

Procedure

Zoeken radiozender: • Automatisch zoeken • Handmatig zoeken

Automatisch zoeken: druk op de toets ÷ of ˜ (lang indrukken voor snel vooruit) Handmatig zoeken: druk op de toets ▲ of ▼ (lang indrukken voor snel vooruit)

Opslaan huidige radiozender

Druk een aantal seconden op de toetsen voor respectievelijk automatisch opslaan/vastleggen van 1 tot en met 6

Kiezen van een opgeslagen zender

Druk kort op de toetsen voor respectievelijk automatisch opslaan/vastleggen van 1 tot en met 6

Toets

CD-FUNCTIES

Procedure

˚

Uitwerpen CD

Druk kort op toets

Afspelen vorige/volgende muziekstuk

Druk kort op toets ÷ of ˜

CD-/CD-MP3-muziekstuk terugspoelen/vooruitspoelen

Druk lang op toets ÷ of ˜

Speel vorige/volgende map (CD-MP3)

Druk kort op toets ▲ of ▼

÷

▲

˜

▼ 123456

÷ ˜ ▲ ▼

Druk kort op toets

QUICK GUIDE

BELANGRIJKSTE FUNCTIES


Toets

VOORWOORD

Pagina 7

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


7

24-07-2008

15:55

Pagina 8

STUURWIELTOETSEN

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


8

KA00119m

Toets

Ω

FUNCTIE ESC

Geluid in-/uitschakelen (met radio aan)

Procedure Druk kort op toets

+ –

Volume verhogen

Druk op toets

Volume verlagen

Druk op toets

SRC/OK

Toets selecteren frequentieband (FM1, FM2, FMT, MW, LW) en bron (Radio - CD - MP3)

Druk op toets

▲

Radio: selecteren voorkeuzezenders (van 1 tot en met 6) CD-speler: selecteren volgend muziekstuk

Druk op toets

▼

Radio: selecteren voorkeuzezenders (van 6 tot en met 1) CD-speler: selecteren vorig muziekstuk

Druk op toets

}

Spraakcommandotoetsen Management of Ford Audio (indien van toepassing)

Druk op toets

ß/MAIN

Hoofdmenu Management of Ford Audio (indien van toepassing)

Druk op toets

Het apparaat heeft de volgende functies:

❒ Directe diskselectie;

Radio

❒ Zoeken van een muziekstuk (vooruit/terug);

❒ PLL-tuning met frequentieband FM/AM/MW/LW;

❒ Snel zoeken van een muziekstuk (vooruit/terug);

❒ RDS (Radio Data Systeem) met TA(verkeersinformatie) - TP(verkeersprogramma’s) - EON(Enhanced Other Network) - REG(regionale programma’s) functies;

❒ Functie cd-weergave: weergave van disknaam/tijd verstreken sinds start van het muziekstuk;

❒ AF: selecteren zoeken alternatieve frequentie in RDS-modus; ❒ vastleggen calamiteitenuitzending; ❒ automatisch/handmatig afstemmen op zender; ❒ FM Multipath-detectie; ❒ handmatig opslaan van 36 zenders: 18 op de FM-band (6 op FM1, 6 op FM2, 6 op FMT), 6 op de MW-band en 6 op de LW-band; ❒ automatisch opslaan (AUTOSTOREfunctie) van 6 zenders in de opgegeven FM-band; ❒ SVC-functie: automatische volumeregeling op basis van rijsnelheid; ❒ automatische selectie stereo/mono

Multimedia-cd’s bevatten naast audiotracks ook opgenomen datatracks. Het afspelen van dit soort cd’s kan een sissend geluid veroorzaken op een dusdanig geluidsniveau dat het de verkeersveiligheid in gevaar kan brengen en het apparaat en de luidsprekers kan beschadigen.

❒ Afspelen audio-CD, CD-R en CD-RW.

Audio

CD-MP3

❒ Functie Soft Mute;

❒ Selecteren map (vorige/volgende); ❒ Zoeken van een muziekstuk (vooruit/terug); ❒ Snel zoeken van een muziekstuk (vooruit/terug); ❒ Functie MP3 DISP: weergave van mapnaam, ID3-tag-informatie, tijd verstreken sinds start van het muziekstuk, bestandsnaam); ❒ Afspelen audio- of data-CD, CD-R en CD-RW.

❒ Functie Mute/Pause; ❒ Loudness-functie; ❒ 7 Graphic band equaliser:

QUICK GUIDE

CD


ALGEMENE INFORMATIE

VOORWOORD

Pagina 9

RADIO

15:55

❒ Gescheiden toonregeling bass/treble; ❒ Kanaalbalans rechts/links. AUX-IN


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


9

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


24-07-2008

15:55

Pagina 10

FUNCTIES EN INSTELLINGEN Inschakelen van de autoradio De autoradio wordt ingeschakeld als op de toets ON/OFF wordt gedrukt. Als de autoradio wordt ingeschakeld, wordt het volume beperkt tot 20 als het volume hoger was toen de radio voor het laatst werd gebruikt. Als de autoradio wordt ingeschakeld terwijl de sleutel niet in het contactslot zit of met het contact in de stand STOP, wordt deze na ongeveer 20 minuten automatisch uitgeschakeld. Als de radio automatisch is uitgeschakeld, kan hij na 20 minuten weer worden ingeschakeld door op de toets ON te drukken (zie “IGN TIME-functie”). Uitschakelen van de autoradio Houd de toets ON/OFF ingedrukt. Selecteren van radiofuncties Door herhaaldelijk kort op de toets FMAS te drukken kunnen de volgende audiobronnen worden geselecteerd:

PROBLEMEN OPLOSSEN

– TUNER (“FM1”, “FM2”, “FMT”);

10

Door herhaaldelijk kort op de toets AM te drukken kunnen de volgende audiobronnen worden geselecteerd: – TUNER (“MW”, “LW”).

Selecteren van cd en AUX-IN-functies Door herhaaldelijk op de toets CD te drukken, kan de audiobron cd of AUXIN worden geselecteerd. Geheugenfunctie audiobron Als een andere functie (bijvoorbeeld de radio) wordt geselecteerd terwijl naar een cd wordt geluisterd, wordt het afspelen onderbroken. Het afspelen wordt vanaf dezelfde positie hervat als de cd-speler weer wordt geselecteerd. Als tijdens het luisteren naar de radio een andere functie wordt geselecteerd, wordt de laatste zender ingeschakeld als de radiofunctie weer wordt geactiveerd.

Volumeregeling Druk op de toets V+ en V- om het volume aan te passen. Als het volume wordt gewijzigd tijdens het oversturen van verkeersinformatie, dan wordt de nieuwe instelling alleen gehandhaafd totdat de informatie is beëindigd. SVC-functie Met deze functie kan het volume worden aangepast aan de rijsnelheid. Het volume stijgt als de snelheid toeneemt om het in balans te houden met het geluidsniveau in het interieur. Zie het gedeelte Menu voor het in- en uitschakelen van de functie.

Druk nogmaals op de toets MUTE om de functie MUTE uit te schakelen. Het volume neemt langzaam toe totdat het het ingestelde niveau bereikt. Als het volume wordt gewijzigd met de desbetreffende toetsen, wordt de functie MUTE uitgeschakeld en wordt het volume aangepast aan het nieuw ingestelde niveau. Met de functie MUTE ingeschakeld: – als er verkeersinformatie is (als de TA-functie is ingeschakeld) of als er een calamiteitenuitzending is, wordt de functie MUTE genegeerd. De functie wordt weer geactiveerd als de informatie is beëindigd.

Welke functies via het audiomenu kunnen worden geselecteerd, is afhankelijk van de toepassing: AM/FM/CD.

Ga als volgt te werk:

Druk kort op de toets AUD om de audiofuncties te wijzigen. BASS verschijnt op het scherm.

– druk op de toets ÷ of ˜ om de lage of hoge tonen te verhogen/verlagen.

Gebruik de toets ▲ of ▼ om door de menufuncties te scrollen. Gebruik de toets ÷ of ˜ om de instellingen van de geselecteerde functies te wijzigen. De huidige status van de geselecteerde functie wordt op het scherm weergegeven. De functies die worden geregeld via het menu, zijn: – BASS (regelen van de bastonen); – TREBLE (regelen van de hoge tonen); – BALANCE (regelen van de geluidsverdeling links-rechts); – FADER (regelen van de geluidsverdeling voor-achter); – LD (activeren/deactiveren van de Loudness-functie); — PRESET (activeren en selecteren van fabrieksinstellingen equalisatie); – XX USER (persoonlijke instellingen equalisatie).

– Selecteer met behulp van de toets ▲ of ▼ BASS of TREBLE in het audiomenu;

Door de toetsen kort in te drukken worden deze geleidelijk in stappen aangepast. Door de toetsen langer ingedrukt te houden verandert het niveau sneller.

VOORWOORD

Toonregeling (bass/treble)

QUICK GUIDE

Druk kort op de toets MUTE om de functie MUTE in te schakelen. Het volume neemt langzaam af en MUTE (in radiomodus) of PAUSE (in cd-modus) verschijnt op het scherm.

Audio-instellingen


Functie Mute/pause (volume op nul zetten of onderbreken)

Pagina 11

Geluidsverdeling links-rechts Ga als volgt te werk: – Selecteer met behulp van de toets ▲ of ▼ BALANCE in het audiomenu; – druk op de toets ÷ om het volume van de rechter luidsprekers te verhogen en op de toets ˜ om het volume van de linker luidsprekers te verhogen. Door de toetsen kort in te drukken wordt het volume geleidelijk in stappen aangepast. Door de toetsen langer ingedrukt te houden, verandert het niveau sneller. Kies de waarde “÷ o ˜” om het geluidsniveau links en rechts gelijk te houden.

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


11

24-07-2008

15:55

Pagina 12

Geluidsverdeling voor-achter Ga als volgt te werk:

– druk op de toets ÷ om het volume van de luidsprekers achter te verhogen of op de toets ˜ om het volume van de luidsprekers voor te verhogen. Door de toetsen kort in te drukken wordt het volume geleidelijk in stappen aangepast. Door de toetsen langer ingedrukt te houden, verandert het niveau sneller.

RADIO

QUICK GUIDE

– Selecteer met behulp van de toets ▲ of ▼ FADER in het audiomenu;


VOORWOORD


Kies de waarde “÷ o ˜” om het geluidsniveau voor en achter gelijk te houden.

CD EN CD-MP3SPELER

Selecteer om deze functie in of uit te schakelen met de toets ▲ of ▼ LD in het audiomenu. Om de status van de functie (aan of uit) aan te geven wordt op het scherm enkele seconden LD ON of LD OFF weergegeven.

PROBLEMEN OPLOSSEN

De Loudness-functie verbetert het geluidsniveau tijdens het luisteren bij laag volume door de lage en hoge tonen te versterken.

DIEFSTALBEVEILIGING

LD-functie

12

PRESET/XX EQ SET*/ CLASSIC/ ROCK/JAZZ-functie (equalizer aan/uit)

*XX EQ SET-functie (equalizerinstellingen als de instelling USER is geselecteerd)

De ingebouwde equalizer kan worden in-/uitgeschakeld. Als de equalizerfunctie is uitgeschakeld, kunnen de audioinstellingen alleen worden gewijzigd met BASS en TREB, terwijl als de functie is ingeschakeld de akoestische curves kunnen worden aangepast.

Selecteer om de equalizer zelf in te stellen met de toets ▲ of ▼ USER en houd de toets ▼ ingedrukt.

Kies om de equalizer uit te schakelen de functie PRESET met de toets÷ of ˜. Selecteer om de equalizer in te schakelen met de toets ÷ of ˜ een van de volgende instellingen: — USER (aanpassing van de 7 equalizerbanden die de gebruiker kan wijzigen); — CLASSIC (equalizerinstelling voor optimaal geluid bij klassieke muziek); — ROCK (equalizerinstelling voor optimaal geluid bij rock en popmuziek); — JAZZ (equalizerinstelling voor optimaal geluid bij jazzmuziek); Als een van de opgeslagen equalizerinstellingen actief is, verschijnt EQ op het scherm.

XX EQ SET verschijnt ongeveer 2 seconden op het scherm, gevolgd door een diagram met 7 staven, waarin elke staaf een frequentie vertegenwoordigt. Selecteer de staaf die u wilt aanpassen met de toets ÷ of ˜; de geselecteerde staaf gaat knipperen en kan worden aangepast met de toets ▲ of ▼. Druk om de instelling in het geheugen op te slaan nogmaals op de toets AUD en wacht ongeveer 10 seconden. MEN verschijnt op het scherm samen met het diagram met 7 staven.

Gebruik de toets ▲ of ▼ om door de menuopties te scrollen. Gebruik de toets ÷ of ˜ om de geselecteerde instelling te wijzigen De huidige status van de geselecteerde functie wordt op het scherm weergegeven. De functies die worden geregeld via het menu, zijn: – AF (zoeken naar alternatieve frequentie); – TA (verkeersinformatie); – REG (regionale programma’s); – MP3 DISP (weergave van CD-MP3gegevens); – SVC (automatische afstemming snelheid-volume); – EXT VOL (regeling externe audiobron); – IGN TIME (modus radio uitschakelen); – DEFAULT (fabrieksinstellingen). Druk nogmaals op de toets MENU om de functie MENU uit te schakelen.

Met het RDS-systeem kan de radio in twee verschillende modi werken: – AF ON: actief zoeken naar alternatieve frequenties (op het scherm wordt AF weergegeven); – AF OFF: zoeken naar alternatieve frequentie niet geactiveerd. Door de functie in te schakelen (AF ON) zal de autoradio automatisch afstemmen op de zender met het sterkste signaal die hetzelfde programma uitzendt. Tijdens het rijden kunt u blijven luisteren naar dezelfde zender zonder dat u steeds de frequentie hoeft te wijzigen als u in een andere zone komt. Uiteraard moet het wel mogelijk zijn om de zender waar u naar luistert te ontvangen in het gebied waar u doorheen rijdt. Druk om de AF-functie in of uit te schakelen op de toets MENU en selecteer AF ON of AF OFF. Als de AFfunctie is ingeschakeld, verschijnt AF op het scherm. Als de radio is afgestemd op een AMzender, zal deze worden afgestemd op de laatst gekozen FM-zender als de AFfunctie wordt ingeschakeld.

Sommige FM-zenders (FM1, FM2 en FMT) kunnen verkeersinformatie uitzenden. In dat geval verschijnt TP op het scherm. Druk om de TA-functie in of uit te schakelen kort op de toets MENU en selecteer TA ON of TA OFF. BELANGRIJK Als de TA-functie (verkeersinformatie) is ingeschakeld, met de cd-, telefoon- of Mute/Pausemodus actief: wordt automatisch gezocht naar een actieve zender. Met de TA-functie is het mogelijk om: – alleen te zoeken naar RDS-zenders die uitzenden op de FM-band en verkeersinformatie kunnen uitzenden; – zelfs verkeersinformatie te ontvangen als de cd-speler is ingeschakeld; – verkeersinformatie te ontvangen op een vooraf ingesteld minimumvolume zelfs als het geluid is onderbroken.

VOORWOORD

Druk kort op de toets MENU om de functie MENU in te schakelen. MENU verschijnt op het scherm.

TA-functie (verkeersinformatie)

QUICK GUIDE

Functies toets MENU

AF-functie (zoeken naar alternatieve frequentie)


MENU

Pagina 13

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


13

15:55

Pagina 14

BELANGRIJK In sommige landen zijn er radiozenders die de TP-functie activeren (TP verschijnt op het scherm), maar geen verkeersinformatie uitzenden. Als de radio is afgestemd op een AMzender, zal deze worden afgestemd op de laatst gekozen FM-zender als de TAfunctie wordt ingeschakeld.

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


VOORWOORD

24-07-2008

QUICK GUIDE


14

Het volume van de verkeersinformatie is afhankelijk van het ontvangstvolume: – afspeelvolume lager dan 20: volume verkeersinformatie gelijk aan 20 (vaste waarde); – afspeelvolume hoger dan 20: volume verkeersinformatie +1 vergeleken met afspeelvolume. Als het volume wordt aangepast tijdens de verkeersinformatie, wordt het niveau niet weergegeven op het scherm; het nieuwe niveau wordt alleen gehandhaafd tijdens de verkeersinformatie. De TA-functie kan worden onderbroken door op een willekeurige toets van de autoradio te drukken.

REG-functie (ontvangst regionale uitzending)

Functie MP3 DISP (weergave van CD-MP3-gegevens)

Sommige nationale omroepen zenden op bepaalde tijden van de dag regionale programma’s uit (die variëren van regio tot regio). Deze functie maakt het mogelijk om automatisch af te stemmen op lokale (regionale) omroepen (zie gedeelte EON-functie).

Met deze functie kan de informatie worden gekozen die wordt weergegeven op het scherm bij het afluisteren van een cd met mp3bestanden.

Als u wilt dat de radio automatisch wordt afgestemd op de regionale zenders die beluisterd kunnen worden op het gekozen netwerk, moet de functie worden geactiveerd. Schakel de functie in/uit met de toets ÷ of ˜. De huidige status van de functie verschijnt: – REG ON: functie ingeschakeld. – REG OFF: functie uitgeschakeld. Als de functie is uitgeschakeld en u hebt afgestemd op een regionale zender die wordt doorgegeven in een bepaald gebied, dan zal als u een ander gebied binnenrijdt de regionale zender die wordt ontvangen in het nieuwe gebied, worden weergegeven. BELANGRIJK Als de AF- en REGfunctie tegelijkertijd zijn geactiveerd en de grens tussen twee regio’s wordt gepasseerd, schakelt de radio mogelijk niet correct over naar de juiste alternatieve frequentie.

Deze functie kan alleen worden gebruikt als een cd met mp3-bestanden is geladen: In dat geval verschijnt MP3 DISP op het scherm. De functie kan gewijzigd worden met de toets ÷ of ˜. Er zijn zes instellingen mogelijk: – TITLE (titel muziekstuk, ID3-TAG indien beschikbaar) – AUTHOR (naam artiest, ID3-TAG indien beschikbaar) – ALBUM (titel album, ID3-TAG indien beschikbaar) – FOLDER (naam toegekend aan de map); – FILENAME (naam toegekend aan het MP3-bestand); – TIME (verstreken tijd sinds start muziekstuk).

Met deze functie wordt automatisch het volume aangepast aan de snelheid van de auto. Het volume stijgt als de snelheid toeneemt om het geluidsniveau in het interieur hetzelfde te houden.

Deze functie wordt gebruikt om een externe audiobron aan te passen (instelling van 0 tot 40) of uit te schakelen (instelling UIT).

Schakel de functie in/uit met de toets ÷ of ˜. De huidige status van de functie verschijnt: – SVC OFF:

functie uitgeschakeld

– SVC LOW: functie ingeschakeld. (gevoeligheid laag) – SVC HIGH: functie ingeschakeld. (gevoeligheid hoog)

Schakel de functie in/uit met de toets ÷ of ˜. De huidige status van de functie verschijnt: – EXT VOL:

functie ingeschakeld.

– EXT OFF:

functie uitgeschakeld.

– EXT 23:

functie ingeschakeld met volume op 23.

IGN TIME-functie (modus radio aan uit) Met deze functie kan gekozen worden tussen twee procedures voor het uitschakelen van de radio. De functie kan gewijzigd worden met de toets ÷ of ˜. Op het scherm wordt IGN TIME weergegeven en vervolgens: – 00 MIN: het uitschakelen van de radio is gekoppeld aan de stand van het contact; de radio wordt automatisch uitgeschakeld zodra het contact in stand STOP wordt gezet;

– 20 MIN: de radio wordt onafhankelijk van de stand van het contact uitgeschakeld; de radio blijft nog maximaal 20 minuten aan nadat het contact in stand STOP is gezet; BELANGRIJK Als de radio automatisch is uitgeschakeld nadat het contact in stand STOP is gezet (direct of na 20 minuten), wordt hij automatisch weer ingeschakeld als het contact in stand MAR wordt gezet. Als de radio daarentegen is uitgeschakeld met de toets ON/OFF en het contact wordt in stand MAR gezet, wordt de radio niet ingeschakeld. RESTORE-functie Met deze functie worden alle fabrieksinstellingen hersteld. De opties zijn: – NO: niet herstellen; – YES: de standaardinstellingen worden hersteld. In dat geval verschijnt RESTORE op het scherm. Na afloop blijft de bron onveranderd en wordt de vorige situatie weergegeven.

QUICK GUIDE

EXT-functie (regeling externe audiobron)


SVC-functie (afstemming snelheid-volume)

VOORWOORD

Pagina 15

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


15


24-07-2008

15:55

VOORWOORD

Als de autoradio wordt ingeschakeld, wordt de laatste functie die was geactiveerd vóór het uitschakelen (radio, cd) actief.

Zodra de radiomodus is geactiveerd, worden op het scherm de naam (alleen RDS-zenders) en de frequentie van de geselecteerde radiozender, de gekozen frequentieband (bijvoorbeeld FM1) en het nummer van de voorkeuzetoets (bijvoorbeeld P1) weergegeven. Selecteren van de frequentieband

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

RADIO

Druk afhankelijk van de gewenste band kort op de toets FM of AM om de radiofunctie te selecteren als naar een andere audiobron wordt geluisterd.

CD EN CD-MP3SPELER


QUICK GUIDE

R A D I O ( Tu n e r ) INLEIDING

16

Pagina 16

Druk als de radiomodus actief is herhaaldelijk kort op de toets FMAS of AM om de gewenste frequentieband te selecteren. Elke keer dat op de toets wordt gedrukt, wijzigt de band in de volgende volgorde: – Toets FMAS: FM1, FM2, FMT; – Toets AM: MW en LW.

Elke band wordt weergegeven op het scherm.

De laatst gekozen zender in het geheugen opslaan

Op de laatste zender die was gekozen op de desbetreffende frequentieband wordt afgestemd.

De radio slaat automatisch de laatste zender die voor elke frequentieband was geselecteerd op en geeft die weer als de radio wordt ingeschakeld of de frequentieband wordt gewijzigd.

De FM-band is verdeeld in de volgende secties: FM1, FM2 en FMA; de FMTband is voorbehouden aan zenders die automatisch zijn opgeslagen met de autostore-functie. Voorkeuzetoetsen De toetsen 1 tot en met 6 worden gebruikt voor het opslaan van de volgende instellingen: – 18 op de FM-band (6 in FM1, 6 in FM2, 6 in FMT); – 6 op de MW-band; – 6 op de LW-band; Kies om naar een vastgelegde zender te luisteren de gewenste frequentieband en druk vervolgens kort op de overeenkomstige voorkeuzetoets (1 tot en met 6). Door langer dan 2 seconden op de voorkeuzetoets te drukken wordt de zender waarop is afgestemd opgeslagen. Het opslaan wordt bevestigd met een geluidssignaal.

Automatisch afstemmen Druk kort op de toets ÷ of ˜ om het automatisch zoeken van de volgende zender in de gekozen richting te starten. Als de toets ÷ of ˜ langer wordt ingedrukt, wordt het snelzoeken gestart. Als de toets wordt losgelaten, stopt het afstemmen bij de volgende zender die wordt ontvangen. Als de TA-functie (verkeersinformatie) is ingeschakeld, wordt alleen gezocht naar zenders die verkeersinformatie uitzenden.

Kies de gewenste frequentieband en druk vervolgens herhaaldelijk kort op de toets ▲ of ▼ om het zoeken in de gewenste richting te starten. Als de toets ▲ of ▼ langer wordt ingedrukt, wordt het snelzoeken gestart. Het snelzoeken stopt zodra de toets wordt losgelaten.

BELANGRIJK Als de A-STORE-functie is ingeschakeld, worden de zenders die eerder waren opgeslagen op de FMT-band gewist. Als de TA-functie is ingeschakeld (verkeersinformatie), worden alleen zenders die verkeersinformatie uitzenden, opgeslagen. Tijdens het automatisch opslaan wordt A-STORE knipperend weergegeven op het scherm. Druk nogmaals op de toets FMAS om de A-STORE-functie te onderbreken: er wordt weer afgestemd op de zender waar naar werd geluisterd voordat de functie werd geactiveerd.

De zenders met het sterkste signaal op de geselecteerde band op dat moment worden automatisch opgeslagen onder de toetsen met nummer 1 tot en met 6. Als de A-STORE-functie wordt geactiveerd terwijl de MW- of LW-band is geselecteerd, wordt automatisch de FMT-band gekozen waarin de functie wordt uitgevoerd. BELANGRIJK Soms kan de A-STORE-functie geen 6 zenders vinden met een sterk signaal. In dat geval worden de sterkste zenders opgeslagen onder de vrije voorkeuzetoetsen.

VOORWOORD

Druk om de A-STORE-functie in te schakelen de toets FMAS in totdat u een geluidssignaal hoort. Met deze functie slaat de radio automatisch de 6 zenders met het sterkste signaal op in aflopende volgorde op de FMTfrequentieband.

Als A-STORE is afgerond, wordt de radio automatisch afgestemd op de eerste opgeslagen zender op de FMT-band.

QUICK GUIDE

Hiermee kan handmatig worden gezocht naar zenders op de geselecteerde band.

A-STORE-functie (automatisch opslaan van zenders)


Handmatig afstemmen

Pagina 17

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


17

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


18

24-07-2008

15:55

Pagina 18

Calamiteitenuitzending In de RDS-modus kan de radio in uitzonderlijke omstandigheden en bij gevaarlijke situaties (aardbeving, overstroming, enz.) noodoproepen ontvangen als deze worden uitgezonden door de omroep waarop is afgestemd. De functie wordt automatisch geactiveerd en kan niet worden uitgeschakeld. Als een noodoproep wordt uitgezonden, verschijnt ALARM op het scherm. Tijdens de oproep wordt het volume van de autoradio aangepast, vergelijkbaar met wanneer verkeersinformatie wordt ontvangen (zie “TA-functie”).

EON-functie (Enhanced Other Network) In sommige landen zijn er circuits waarin een aantal omroepen die verkeersinformatie uitzenden, worden samengevoegd. In dat geval wordt het programma van de zender waar naar wordt geluisterd tijdelijk onderbroken: – ontvangen verkeersinformatie (alleen met TA-functie actief); – luisteren naar regionale verkeersinformatie als deze wordt uitgezonden door een van de omroepen in hetzelfde circuit.

Stereofonische uitzendingen Als het inkomende signaal zwak is, wordt de weergave automatisch gewijzigd van stereo naar mono.

Selecteren CD-speler

Laden/uitwerpen van een CD

In dit hoofdstuk worden alleen zaken beschreven die specifiek gelden voor de bediening van de cd-speler: voor de werking van de radio, zie de beschrijving in het hoofdstuk “Functies en instellingen”.

Ga als volgt te werk om de ingebouwde cd-speler in te schakelen:

Plaats de cd om hem te laden voorzichtig in de opening om het gemotoriseerde laadsysteem te activeren dat ervoor zorgt dat de cd juist wordt geplaatst.

— plaats een cd met het apparaat ingeschakeld: het eerste muziekstuk wordt afgespeeld; of — druk als er al een cd is geplaatst kort op de toets CD om de cd-modus te selecteren. Het laatst beluisterde muziekstuk wordt afgespeeld. Voor optimale afspeelkwaliteit wordt het gebruik van originele cd’s aangeraden. We raden u bij gebruik van cd-r/rw’s aan media van goede kwaliteit te gebruiken die gebrand zijn op een zo laag mogelijke snelheid.

Druk als het apparaat is ingeschakeld op de toets ˚ om het cd-uitwerpsysteem te activeren. Na het uitwerpen wordt overgeschakeld op de audiobron die was ingeschakeld voordat een cd werd beluisterd. Als de cd niet wordt verwijderd, wordt hij na ongeveer 20 seconden opnieuw geladen en wordt overgeschakeld op de tunermodus (radio). De cd kan niet worden uitgeworpen als de autoradio is uitgeschakeld. Als de uitgeworpen cd opnieuw wordt geladen zonder dat hij verwijderd is geweest uit de opening, zal de cd-speler niet worden ingeschakeld.


Inleiding

CD EN CD-MP3SPELER

CD EN CD-MP3-SPELER

VOORWOORD

Pagina 19

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


19

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


20

24-07-2008

15:55

Pagina 20

Mogelijke foutmeldingen Als de cd niet gelezen kan worden (bijvoorbeeld: er is een cd-rom geladen of de cd is met de verkeerde kant boven geladen of er is een afspeelfout), verschijnt ongeveer 2 seconden de melding CD ERROR op het scherm. Vervolgens wordt de cd uitgeworpen en overgegaan op de audiobron die was geselecteerd voordat de cd-speler werd geselecteerd. Scherminformatie Als de cd-speler actief is, wordt de volgende informatie op het scherm weergegeven met de volgende betekenis:

Zoeken van een muziekstuk (vooruit/terug) Druk kort op de toets ÷ om het vorige muziekstuk op de cd af te spelen en op de toets ˜ om het volgende muziekstuk af te spelen. Zoeken van een muziekstuk gebeurt cyclisch: na het laatste muziekstuk wordt het eerste muziekstuk geselecteerd en andersom. Door als er meer dan 3 seconden van een muziekstuk zijn afgespeeld op de toets ÷ te drukken wordt het muziekstuk vanaf het begin herhaald. Druk daarom tweemaal op de toets als u het vorige muziekstuk wilt afspelen.

“T05”: geeft het nummer van het muziekstuk op de cd aan;

Muziekstuk vooruitspoelen/terugspoelen

“03:42”: geeft de tijd aan die is verstreken sinds het begin van het muziekstuk (als de desbetreffende menufunctie is ingeschakeld);

Houd de toets ˜ ingedrukt om het geselecteerde muziekstuk vooruit te spoelen en houd de toets ÷ ingedrukt om het muziekstuk terug te spoelen. Het vooruit- of terugspoelen wordt onderbroken zodra de toets wordt losgelaten.

Pauze-functie Druk om de cd-speler op pauze te zetten op de toets MUTE. PAUSE verschijnt op het scherm. Druk nogmaals op de toets MUTE om het afspelen te hervatten. Als een andere audiobron wordt geselecteerd, wordt de pauze-functie uitgeschakeld.

In dit hoofdstuk worden alleen zaken beschreven die specifiek gelden voor de bediening van de CD-MP3-speler: voor de werking van de radio, zie de beschrijving in het hoofdstuk “Functies en instellingen”. AANWIJZING MPEG Layer-3 audiocompressietechnologie in licentie gegeven door Fraunhofer IIS en Thomson multimedia.

Voor optimale geluidsweergave raden wij u aan kwalitatief goede media te gebruiken die op een zo laag mogelijke snelheid zijn gebrand. De bestanden op de CD bevinden zich in mappen, met geordende lijsten met MP3-bestanden (mappen en submappen bevinden zich allemaal op hetzelfde niveau). Mappen die geen MP3bestanden bevatten, kunnen niet worden geselecteerd. De voorwaarden en specificaties voor het afspelen van MP3-bestanden zijn: — de CD-ROM’s moeten gebrand zijn volgens de ISO9660-specificatie; — de muziekbestanden moeten de extensie “.MP3” hebben: bestanden met andere extensies kunnen niet worden afgespeeld; — het samplingfrequentiebereik dat kan worden gereproduceerd is: 44,1 kHz, stereo (96 tot 320 kbit/s) - 22,05 kHz, mono of stereo (32 tot 80 kbit/s); — bestanden met verschillende bitrates kunnen worden gereproduceerd.

VOORWOORD

De autoradio kan niet alleen normale audio-CD’s afspelen maar ook cd-rom’s met gecomprimeerde MP3-bestanden. De autoradio werkt in de modi beschreven in het hoofdstuk “CDspeler” als een gewone audio-cd wordt geplaatst.

BELANGRIJK Namen van muziekstukken mogen niet de volgende karakters bevatten: spaties, ’ (apostrof), ( en ) (haakje openen en haakje sluiten). Zorg er bij het branden van MP3bestanden op een CD voor dat deze karakters niet in de bestandsnamen voorkomen; anders kan de autoradio deze muziekstukken niet afspelen.


Inleiding

Mp3-modus

CD EN CD-MP3SPELER

CD-MP3-SPELER (indien aanwezig)

Pagina 21

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


21

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


22

24-07-2008

15:55

Pagina 22

SCHERMINFORMATIE

Selecteren van volgende/vorige map

Weergave van informatie ID3-tag (informatie over muziekstuk)

Druk op de toets ▲ om de volgende map te selecteren of op ▼ om de vorige map te selecteren. De naam van de geselecteerde map wordt op het scherm weergegeven.

De autoradio kan niet alleen omgaan met informatie betreffende verstreken afspeeltijd, mapnaam en bestandsnaam, maar ook met ID-3 tag-informatie met betrekking tot titel van muziekstuk, artiest, auteur (zie gedeelte “Functie MP3 DISP”). De naam van de MP3-map die wordt weergegeven op het scherm, komt overeen met de naam waarmee de map is opgeslagen op de CD, gevolgd door een sterretje. Voorbeeld van volledige mp3-mapnaam: BEST OF *. Als u een bepaald soort ID3-taginformatie wilt weergeven (titel, artiest, album) en deze is niet opgenomen voor het muziekstuk dat wordt afgespeeld, dan wordt de informatie vervangen door informatie met betrekking tot de naam van het bestand.

Selecteren van een map gebeurt cyclisch: na de laatste map wordt de eerste map geselecteerd en andersom. Als binnen 2 seconden geen andere map of ander muziekstuk wordt geselecteerd, wordt het eerste muziekstuk in de nieuwe map afgespeeld. Als het laatste muziekstuk uit de huidige map is afgespeeld, wordt de volgende map afgespeeld.

Dit systeem garandeert maximale veiligheid en maakt het invoeren van een geheime code telkens als de voeding van de radio onderbroken is geweest, overbodig. Als de uitkomst van de controle positief is wordt de radio geactiveerd, terwijl als de codes na vergelijking niet gelijk blijken te zijn of als de elektronische regeleenheid (body-ECU) is vervangen, wordt de gebruiker geïnformeerd dat hij de geheime code op onderstaande wijze moet invoeren.

Invoeren van de geheime code Als bij het inschakelen van de radio om een code wordt gevraagd, verschijnt gedurende ongeveer 2 seconden CDC CODE op het scherm, gevolgd door vier streepjes “- - - -”. Op de plaats van elk streepje moet een cijfer komen van 1 tot 6. Druk om het eerste cijfer in te voeren op de corresponderende voorkeuzetoets (1 tot en met 6). Voer de overige cijfers op dezelfde wijze in. Als de vier cijfers niet binnen 20 seconden zijn ingevoerd, verschijnt gedurende 2 seconden CDC CODE opnieuw op het scherm, gevolgd door vier streepjes “- - - -”. Dit wordt niet gezien als onjuist invoeren van de code. Zodra het vierde cijfer is ingevoerd (binnen 20 seconden), gaat de radio aan.

Als een foute code wordt ingevoerd, geeft de radio een geluidssignaal en wordt CDC CODE gedurende 2 seconden weergegeven op het scherm, gevolgd door vier streepjes “- - - -” om de gebruiker erop te wijzen de juiste code in te voeren. Elke keer dat de gebruiker een verkeerde code invoert, wordt de wachttijd langzaam groter (1 min, 2 min, 4 min, 8 min, 16 min, 30 min, 1 uur, 2 uur, 4 uur, 8 uur, 16 uur, 24 uur), met een maximum van 24 uur. De wachttijd wordt op het scherm weergegeven samen met de melding CDC WAIT. Als de melding verdwenen is, kan de procedure voor het invoeren van de code worden herhaald. Codekaart Dit document bevestigt het eigendom van de radio. Op de codekaart staan het model van de radio, het serienummer en de geheime code. IMPORTANT Bewaar de codekaart op een veilige plaats zodat u bij diefstal de juiste informatie kunt overleggen.

QUICK GUIDE

De radio is uitgerust met een beveiligingssysteem dat is gebaseerd op de uitwisseling van informatie tussen de radio en de elektronische regeleenheid (body-ECU) van de auto.


D I E F S TA L B E V E I L I G I N G

VOORWOORD

Pagina 23

RADIO

15:55


24-07-2008

PROBLEMEN OPLOSSEN


23

PROBLEMEN OPLOSSEN

DIEFSTALBEVEILIGING

CD EN CD-MP3SPELER

RADIO


QUICK GUIDE

VOORWOORD


24

24-07-2008

15:55

Pagina 24

PROBLEMEN OPLOSSEN Algemeen

CD-speler

Lezen MP3-bestand

Geluidsvolume laag

De CD wordt niet afgespeeld

De geluidsverdeling voor-achter moet worden ingesteld op “F” (voor) om afname van uitgangsvermogen en onderbreken van het volume bij een niveau van R+9 te voorkomen.

De CD is vuil. Maak de cd schoon.

muziekstuk slaat over tijdens afspelen MP3-bestand

Er kan geen bron worden geselecteerd

Er is al een cd geladen. Druk op de toets ˚ en verwijder de cd.

Er is niets geladen. Laad een CD of CD met MP3-bestanden om deze af te spelen.

Er zitten krassen op de CD. Probeer een andere cd te laden. De CD kan niet worden geladen.

De cd is vuil of er zitten krassen op. Maak de cd schoon, zie “Tips” in het hoofdstuk “CD”. De duur van een MP3-muziekstuk wordt niet juist weergegeven In sommige gevallen (ten gevolge van de manier van opnemen) kan de duur van de MP3-muziekstukken niet juist worden weergegeven.


24-07-2008

15:55

Pagina 25

AANWIJZINGEN


24-07-2008

15:55

Pagina 26


24-07-2008

15:55

Pagina 27


24-07-2008

15:55

Pagina 28

Print nr. 603.83.889 - 07/2008 - 1e editie

VOORWOORD... 3 Tips Verkeersveiligheid Ontvangstcondities Verzorging en onderhoud CD... 4 Technische specificaties

Recommend Documents