Versnelling en versterking Position paper hoger onderwijs Limburg
Versnelling en versterking Position paper hoger onderwijs Limburg
2
Inleiding Dit position paper hoger onderwijs Limburg formuleert de ambitie van de vier samenwerkende hogeronderwijsinstellingen Universiteit Maastricht, Hogeschool Zuyd, Open Universiteit en Fontys Hogescholen om een bijdrage te leveren aan de versnelling van de sociaal-economische ontwikkeling van de regio en van Nederland. De noodzaak te investeren in de sociaal-economische ontwikkeling wordt mede ingegeven door de demografische krimp waar Limburg als één van de eerste regio’s in Nederland mee te maken heeft. De kerngedachte van dit position paper is dat de hogeronderwijssector, door verdere versterking, het voortouw neemt bij de versnelde ontwikkeling van Limburg naar een toonaangevende kennisregio met een vergrote bijdrage aan de economische dynamiek van Nederland. Het hoger onderwijs kan die trekkersrol op zich nemen door de excellente kwaliteit van de afzonderlijke instellingen, hun complementaire onderwijs- en onderzoeksaanbod en de onderlinge samenwerking. De financiering van dit plan gaat de draagkracht van de samenwerkende partijen te boven en vergt financiële steun van het Rijk.
Position paper hoger onderwijs Limburg
Versnelling en versterking
Versnelling en versterking Position paper hoger onderwijs Limburg
3
In dit position paper beschrijven we allereerst de visie van de hogeronderwijssector, de urgentie van de plannen en de concrete doelstellingen. Vervolgens gaan we in op de financieringsvraag en op de kracht en de mogelijkheden van Limburg die dit plan motiveren. Tenslotte presenteren we de agenda die uitvoering geeft aan het plan. Het plan sluit aan bij de Versnellingsagenda Limburg waar het regionale bedrijfsleven, provincie en gemeenten elkaar in gevonden hebben.
De provincie heeft in de ‘Versnellingsagenda Limburg’ de doelstellingen van de nota ‘Pieken in de Delta’ vertaald. De ‘Versnellingsagenda 2008 – 2011, naar een hogere versnelling’ vormt hierop het vervolg. Het verbindende thema van deze agenda is: Gezond, duurzaam, biobased innoveren op een Europees kruispunt. Hieraan wordt uitvoering gegeven door drie economische ‘clusters van kracht’ te weten Health Care, Chematerials & Energy en Agro & Food. Daarnaast wordt ingezet op een vitaal en dynamisch midden- en kleinbedrijf en een sterke onderwijssector.
Versnelling en versterking
Versnelling en versterking
4
Visie
Afbeelding 1:
De vier Limburgse hogeronderwijsinstellingen vormen met elkaar een uitermate krachtige kennispartner voor bedrijven en overheid, die het voortouw neemt bij de verdere ontwikkeling van Limburg tot een belangrijke kennisregio in Nederland.
Hoger onderwijs en economische clusters in de Euregio
Dit leidt er toe dat het hoger onderwijs in Limburg in 2020 een toonaangevende sector voor onderwijs en onderzoek is, met open verbindingen naar economie en maatschappij. Het hoger onderwijs gebruikt daarbij haar kracht vanuit vier concentraties van hoger onderwijs- en onderzoeksactiviteiten: Maastricht, Venlo, SittardGeleen en Heerlen/Avantis. Studenten uit de hele wereld komen naar Limburg, om als de beste hoger opgeleiden uit Nederland weer over de hele wereld uit te vliegen. Onderzoekers bewegen zich aan de frontlinie op een aantal strategische onderzoeksterreinen waarvan het bedrijfsleven in heel Limburg en Nederland profiteert door toepassing van het open- innovatiemodel. Limburg: hèt hoger onderwijsgebied van Nederland met internationale allure.
5
Euregio Rijn-Waal
Euregio Benelux Middengebied
Hoger onderwijsinstelling
Euregio Rijn-MaasNoord
Euregio Maas-Rijn
Economisch cluster
De hogeronderwijssector in Limburg bestaat uit vier grote instellingen: Universiteit Maastricht, Open Universiteit, Hogeschool Zuyd en Fontys Hogescholen. Deze instellingen worden deels publiek gefinancierd en zijn verantwoordelijk voor dit position paper. Daarnaast leveren de privaat gefinancierde instellingen ECDPM, EIPA en MSM een eigen waardevolle bijdrage aan het hoger onderwijs in Limburg. Gezamenlijk dragen de onderwijsinstellingen bij aan een hoogopgeleide beroepsbevolking voor Limburg, maar ook voor Nederland en de wereld en aan een sterke onderzoeksinfrastructuur. Elk van de instellingen voor hoger onderwijs in Limburg kent daarnaast een eigen en unieke profilering, zowel qua type onderwijs, als ook in reikwijdte en de toegevoegde waarde die zij levert aan de maatschappij door de eigen kernkwaliteiten en -activiteiten. De instellingen versterken elkaar, vullen elkaar aan en worden bij de samenwerking niet gehinderd door onderlinge concurrentie. De inzet van hun expertise naast elkaar vergroot de gezamenlijke toegevoegde waarde. Zo biedt de Universiteit Maastricht probleemgestuurd onderwijs en hoogwaardig onderzoek, de hogescholen praktijkgericht onderwijs en onderzoek en de Open Universiteit open en flexibel hoger afstandsonderwijs en onderzoek. De verbinding van hoger onderwijs met het bedrijfsleven en de regionale overheden is met de Versnellingsagenda Limburg gegarandeerd.
Position paper hoger onderwijs Limburg
Versnelling en versterking
6
Uit ambitie en uit noodzaak Dit position paper hoger onderwijs is opgesteld vanuit de ambitieuze visie Limburg tot een belangrijke kennisregio in Nederland uit te laten groeien, om zo versneld en versterkt bij te kunnen dragen aan oplossingen voor vraagstukken van lokale, regionale en nationale strekking. Ambitie en noodzaak gaan hand in hand: •
•
•
1
Het is voor Nederland en voor Limburg van groot belang om economisch zo snel mogelijk weer een stijgende lijn in te zetten en daarmee uit de recessie te komen. Innovatie en kennisvalorisatie zijn daarvoor van groot belang. De bijdrage van het hoger onderwijs aan kenniscreatie en innovatie is daarvoor essentieel. De regio Limburg beschikt over een excellente hogeronderwijssector, economische clusters met een grote potentie en een krachtig samenwerkingsmodel tussen onderwijs, overheid en bedrijfsleven. Tegelijkertijd heeft Limburg als een van de eerste provincies in Nederland te maken met demografische krimp, ontgroening en vergrijzing. Oplossingen die hiervoor met bijdrage van het hoger onderwijs ontwikkeld worden, kunnen later ook elders in Nederland worden toegepast 1. Zonder extra maatregelen stevent Nederland volgens het CBS af op een structureel tekort aan hoger opgeleiden in met name de sectoren zorg,
Per 1 januari 2010 is het Nederlands kennisinstituut maatschappelijke effecten demografische krimp (NEIMED) van start gegaan. NEIMED is een initiatief van de regio Parkstad, de Provincie Limburg, de Open Universiteit en de Hogeschool Zuyd.
2. Bijdragen aan het versterken van het MKB en het sti-
techniek, de bouw en het onderwijs. Dit vraagt om passend aanbod van het hoger onderwijs en passende capaciteit vanuit het hoger onderwijs. •
Nederland wil weer een koploper worden in de internationale kenniseconomie en krijgt daarbij in toenemende mate te maken met de wereldwijde ‘battle for talent’, de door de globalisering steeds sterkere internationale concurrentie om de beste kenniswerkers. Het verkrijgen van een goede positie in deze strijd om talent is voor Nederland en voor de provincie Limburg zeer belangrijk.
Scope van het position paper hoger onderwijs Limburg De ambitie van het position paper is vertaald naar de volgende zes doelstellingen: 1. Versterken innovatiekracht door onderzoek en ken-
nisontwikkeling. Het doel is om fundamenteel en toegepast onderzoek naadloos aan te laten sluiten bij de drie Limburgse economische clusters (het cluster Health Care, het cluster Chematerials & Energy en het cluster Agro & Food). Hiermee willen we onderzoeksresultaten praktisch toepasbaar maken en structureel samenwerken met R&D-instellingen en bedrijfsleven volgens het open-innovatiemodel. De rollen van universiteiten, hogescholen, R&D-instellingen en bedrijfsleven zijn daarbij complementair. Werkelijke innovatiekracht ontstaat immers in de wisselwerking tussen bedrijfsleven, het hoger onderwijs en de onderzoekswereld.
muleren van nieuwe bedrijvigheid. Het is van groot belang dat het MKB, regionale banenmotor bij uitstek, de aansluiting vindt bij de regionale economische clusters en deelneemt aan de structuren van open innovatie. Het hoger onderwijs heeft daarbij de taak de toegankelijkheid voor de ondernemers in de regio te vergroten en te zoeken naar vormen van samenwerking die bijdragen aan het doorstromen en het gezamenlijk ontwikkelen van kennis. 3. Bijdragen aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat.
Het hoger onderwijs draagt bij aan de aanwezigheid van voldoende hoogopgeleide kenniswerkers, de werknemers voor de bedrijven. Ook zorgt het hoger onderwijs voor de aanwezigheid en ontwikkeling van kennis die onmisbaar is voor innovatie en vitaliteit van het bedrijfsleven. 4. Doorontwikkelen van een sterke en vitale hogeron-
derwijssector. De hogeronderwijssector is een economische factor van belang, alleen al door de gezamenlijke omzet in de regio van meer dan een half miljard euro. Ook qua werkgelegenheid (met directe werkgelegenheid in de regio voor ruim 6.000 mensen) behoort de hogeronderwijssector tot de grotere partijen in Limburg. 5. Inrichten van onderwijs op maat. De flexibilisering
van de arbeidsmarkt vraagt een aanbod van hoger onderwijs op maat. Standaardprogramma’s kunnen niet meer leveren wat studenten willen en wensen en wat de arbeidsmarkt vraagt. Studenten met verschillende economische, sociaal-culturele en etnische achtergronden en in verschillende levensfasen komen met andere
vragen, verwachtingen, kennis en vaardigheden de opleidingen binnen. Er is een groeiende vraag van bedrijfsleven en van werknemers naar scholing en vorming. Het hoger onderwijs moet zich niet langer afvragen welke opleidingen het aan moet bieden, maar welke capaciteiten het in huis moet hebben om aan de maatschappelijke vraag naar onderwijs en kennis te kunnen voldoen. 6. Versterken maatschappelijke structuur. Het hoger
onderwijs draagt verantwoordelijkheid voor het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden aan mensen en emancipatie van specifieke doelgroepen in het bijzonder. Juist in Limburg, waar de geschetste demografische vraagstukken aan de horizon opdoemen, dient de rol van het (hoger) onderwijs in het versterken van sociale structuren prominente aandacht te krijgen. De hogeronderwijsinstellingen in Limburg zijn door hun sterke profiel bij uitstek geschikt om deze zes doelstellingen waar te maken en die handen en voeten te geven in gezamenlijke projecten.
7
Versnelling en versterking
Versnelling en versterking
8
Regionale inzet en financiële armslag De hogeronderwijssector in Limburg zet in op de genoemde doelstellingen en sluit daarbij aan bij de Versnellingsagenda, die gedragen wordt door het succesvolle samenwerkingsmodel van de provincie. Limburg kan zo de sprong maken naar de positie van vooraanstaande kennisregio in Nederland (en Europa) met een belangrijke bijdrage aan de economische ontwikkeling. Dit is zowel een kans voor Limburg als voor Nederland. Centraal daarbij staan een aantal groeimotoren die het mogelijk maken die sprong te maken: de grote kennisconcentraties in Limburg (Chemelot en Life & Science-campus 2, Greenport Venlo en het Educatief Centrum Limburg). Zulke kennisconcentraties vormen clusters van activiteiten waar volgens het principe van open innovatie overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen met elkaar samenwerken. Om de innovatiedoelstelling van de provincie te halen zullen er in deze concentraties van kennis de komende tien jaar in totaal 4.000 kenniswerkers bij moeten komen 3. Het realiseren van deze ambitie vraagt een financiële armslag die de regionale draagkracht te boven gaat en waarvoor een bijdrage van het Rijk gevraagd wordt. Om deze ambitie waar te maken is een
2
Volgens een recent rapport van Buck Consultants International wordt Chemelot tot één van de zes campussen in Nederland gerekend die van manifest nationaal belang zijn. De Life & Science campus heeft de potentie uit te groeien tot een campus van nationaal belang.
3
Rekening houdend met ingroeieffecten komt dit neer op ongeveer 30.000 mensjaren werk in de komende tien jaar. Het betreft zowel directe als indirecte werkgelegenheid.
9
budget nodig dat geraamd wordt op 1,25 miljard euro voor een periode van tien jaar. Het hoger onderwijs in Limburg onderneemt zelf de acties die binnen het bereik van de sector liggen. Zie hiervoor ook de doelstellingen in de vorige paragraaf. Behalve de financiële bijdrage die nodig is, vormt samenwerking in effectieve netwerken tussen overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen de sleutel voor de beoogde versnelde ontwikkeling. Alle partijen blijven zich daarbij richten op hun eigen kerndoelen en worden verbonden door een gemeenschappelijke focus op de geformuleerde speerpunten. Voorbeelden hiervan zijn: •
Provincie en gemeenten richten zich in de komende jaren op de realisatie van een hoogwaardige infrastructuur die een voorwaarde is voor verdere ontwikkeling van de regio.
•
Kenniswerkers moet een warm kennisnest worden aangeboden door een goede ontsluiting via hoogwaardige infrastructuren, upgrading en thematisering van bedrijventerreinen en met een sociale en culturele infrastructuur.
•
Bedrijven richten zich op open innovatie en samenwerking waardoor een versnelling van kennisontwikkeling en economische toepassing mogelijk wordt.
•
Kennisinstellingen zorgen voor een programmering van onderzoek- en onderwijsactiviteiten; in onderlinge afstemming en in samenwerking met overheden en bedrijfsleven.
Position paper hoger onderwijs Limburg
Position paper hoger onderwijs Limburg
10
De kracht en mogelijkheden van de regio Limburg
11
De provincie Limburg en haar hoger onderwijs hebben een bewezen waarde en de potentie om de sprong te maken naar een toonaangevende kennisregio in Nederland. Het hoger onderwijs in Limburg behoort nu al nationaal en internationaal tot de top, zoals keer op keer blijkt uit de onderwijsrankings. De onderwijsinstellingen zijn complementair en er bestaan reeds jaren goede samenwerkingsbanden. De regio kent een grote concentratie van private en publieke kennisinstellingen.
•
Provincie en de gemeenten profiteren van toename van de aantrekkelijkheid voor bewoners, nieuwe dynamiek en bedrijvigheid, positieve demografische effecten (verjonging) en van onderwijs als sterke economische speler.
•
Bedrijven hebben belang bij (open) innovatie, goed gekwalificeerde mensen in de buurt en samenwerking met en nabijheid van hoogwaardige kennisinstellingen.
Limburg herbergt voorts een aantal forse en dynamische economische en maatschappelijke clusters: Health Care, Chematerials & Energy en Agro & Food. Limburg bundelt in de Versnellingsagenda op effectieve wijze de krachten tussen economische clusters, hoger onderwijs en regionale overheden (provincie en gemeenten).
•
Het hoger onderwijs heeft belang bij een versterkte profilering van de sector, bij meer evenwicht tussen in- en uitstroom van hoogwaardige kenniswerkers en bij samenspel met bedrijven bij kenniscreatie, kennisvalorisatie en innovatie.
De uitvoering van het in dit position paper gepresenteerde plan dient de belangen van de betrokken spelers uit de Versnellingsagenda:
Position paper hoger onderwijs Limburg
Versnelling en versterking
12
Projecten
13
Fontys Hogescholen
Hogeschool Zuyd
Zuyd en OU
Open Universiteit
Healt Care
UM
Universiteit Maastricht
Educatieve ontwikkeling
Chematerials & Energy
Instellingen Educatieve ontwikkeling
Agro & Food:
Beeldbepalende projecten in de vier programma’s zijn de Chemelot Campus en de Life & Science Campus, Greenport Venlo en het Educatief Centrum Limburg. In Venlo gaat het naast het Agro & Food cluster ook om nieuwe (opleidings-) initiatieven, o.a. op het terrein van energie en duurzaamheid en nadrukkelijke verdere verbreding van het opleidingenaanbod. De projecten hebben verschillende accenten en zijn gericht op kenniscreatie, op kennisdisseminatie en kennisvalorisatie. Kenniscreatie betreft bijvoorbeeld fundamenteel onderzoek in samenwerking met bedrijfsleven (zoals bijvoorbeeld Chemelot Campus), wetenschapsontwikkeling en toegepast onderzoek (zoals Life & Science campus), kennisoverdracht (zoals bijvoorbeeld Versterking Natuurwetenschappen) en projecten als de Service Academy waarin hogeronderwijsinstellingen en bedrijfsleven zich richten op
Programma’s Chematerials & Energy
Fontys
Op deze manier kan het hoger onderwijs in Limburg optimaal een bijdrage leveren aan de economische ontwikkeling van Limburg, en daarmee ook van Nederland. Het hoogwaardige profiel van de kennisinstellingen en de goede aansluiting op het bedrijfsleven in de provincie stelt Limburg onder meer in staat zich te ontwikkelen tot een regio die op grote schaal maatwerk kan leveren (‘mass customization’).
Locaties
Health Care
Afbeelding 2: Programma’s en hogeronderwijsinstellingen
De wijze waarop de programma’s en de hogeronderwijsinstellingen verder zijn gespreid over meerdere locaties is aangegeven in de nevenstaande tabel.
Agro & Food
De doelstellingen uit dit position paper krijgen handen en voeten in vier programma’s die zijn verbonden aan de economische clusters. In afbeelding 2 is de spreiding van deze programma’s over Limburg aangegeven. Het programma Chematerials & Energy heeft het zwaartepunt in Sittard/ Geleen; de bijdrage van Heerlen/Avantis en van Venlo ligt op het terrein van het programmaonderdeel ‘Energy’. Het programma Health Care heeft het zwaartepunt in Maastricht. Het programma Agro & Food heeft het zwaartepunt in Venlo. Het programma Educatieve ontwikkeling omvat de ontwikkeling van nieuwe onderwijsvormen en de inrichting van het nieuwe onderwijs en heeft het zwaartepunt in Sittard/Geleen.
X = hoofdlocatie x = gelijkwaardige nevenlocatie 0 = nevenlocatie
o
Sittard Geleen Maastricht
o
X
Venlo
X
o
Heerlen/ Avantis
X
X
x
o
X
x*)
o
o
x*)
o
open innovatie. Kennisdisseminatie vindt plaats in het project het Educatief Centrum en via projecten als bijvoorbeeld blended learning en open leermiddelen. Tenslotte wordt via verschillende valorisatieprojecten de in de projecten opgedane kennis ter beschikking gesteld aan de maatschappij.
x
x
x*) betreft alleen ‘Energy’-deel van het programma
X X
X
In alle vier de programma’s zijn de vier kennisinstellingen vertegenwoordigd en betrokken, evenals provincie, bedrijven en stedelijke agglomeraties. In de onderstaande tabel zijn per programma de andere participanten en de financieringsbehoefte aangegeven.
Participanten naast de vier hoger-onderwijsinstellingen
Health Care Internationaal toonaangevend hoger onderwijs, wetenschappelijk en klinisch onderzoek en daaraan gerelateerde kennisintensieve bedrijvigheid. ‘Gezond zijn, gezond blijven en gezond worden’ zijn ankerpunten voor verdere ontwikkeling.
14
450 Maastricht Universitair Medisch Centrum + Forschungszentrum Jülich, Hoogstarters Limburg, Arcuscollege, Leeuwenborgh Opleidingen, MKBLimburg, Limburgse Werkgeversvereniging, Syntens Limburg, Industriebank LIOF, Kamer van Koophandel, Provincie Limburg, Biopartner Center Maastricht, Brainport International Community, gemeenten Maastricht, Sittard-Geleen en Heerlen, TCZL-TOA Limburg.
Chematerials & Energy Innovatie in de chemie en de biotechnologie door hogeronderwijsinstellingen en startende bedrijven die toegang hebben tot een infrastructuur rondom onderzoek en ontwikkeling en tot relevante kennisbronnen.
Maastricht Universitair Medisch Centrum+, RWTH Aachen, Université de Liege, Universiteit Hasselt, DSM, Provincie Limburg, Hoogstarters Limburg, Arcuscollege, Leeuwenborgh Opleidingen, MKBLimburg, Limburgse Werkgeversvereniging, Syntens Limburg, Industriebank LIOF, Kamer van Koophandel, Biopartner Center Maastricht, Brainport International Community, gemeenten Maastricht, Sittard-Geleen en Heerlen, TCZL-TOA Limburg.
300 Maastricht Universitair Medisch Centrum +, RWTH Aachen, Université de Liege, Universiteit Hasselt, DSM, Provincie Limburg, HAS Den Bosch, Van Hall Larenstein, Hochschule Rhein Waal, Starterscentrum, Hoogstarters Limburg, Arcuscollege, Leeuwenborgh Opleidingen, Gilde Opleidingen, Citaverde College, MKBLimburg, Limburgse Werkgeversvereniging, Syntens Limburg, Industriebank LIOF, Kamer van Koophandel, Biopartner Center Maastricht, Brainport International Community, gemeenten Maastricht, Sittard-Geleen en Heerlen, TCZL-TOA Limburg.
Educatieve Ontwikkeling Bundelt de ontwikkeling van nieuwe onderwijsvormen en het inrichten van het nieuwe onderwijs.
15
350
Agro & Food In de agro-food sector hebben de hogeronderwijsinstellingen een leidende rol bij het ontwikkelen van onderwijsaanbod, in een omgeving met een hoge concentratie van agrofoodverwante bedrijven.
Benodigd budget (M€) Position paper hoger onderwijs Limburg
Position paper hoger onderwijs Limburg
De economische clusters/programma’s
150 Besturen voor het primair en voortgezet onderwijs in Limburg, de Limburgse ROC’s, de partners in Xperience Parkstad, het Ministerie van OCW, OpenCourseWare Consortium.
De tabel laat zien dat de hogeronderwijsinstellingen in deze vier programma’s een breed spectrum aan samenwerkingspartners weten te mobiliseren.
De concrete activiteiten worden geclusterd in vier te onderscheiden kennisconcentraties die elk hun eigen karakteristiek kennen en tegelijkertijd hun echte waarde ontlenen aan de interactie tussen de diverse kernen: Maastricht, Sittard-Geleen, Heerlen/Avantis en Venlo. Op elk van deze locaties worden onderzoek en onderwijs gecombineerd op een manier die past bij het karakter van het gebied. Zo vinden we bijvoorbeeld in Venlo een concentratie op het Agro-Food-cluster, heeft de Life and
Science-campus Maastricht een accent op Health Care en is de Chemelot campus in Sittard primair verbonden met Chematerials & Energy. Energy & Sustainability staat centraal in de aandacht in Heerlen op het Avantis terrein en is gericht op de transitie van fossiele brandstof naar gebruik van duurzame energie. Alle programma’s hebben de gemeenschappelijke profielkenmerken internationaal, kwalitatief hoogstaand en duurzaam.
Position paper hoger onderwijs Limburg
16
Regie Het realiseren van de ambities en het succesvol bundelen van krachten door meer samenspel vergt een krachtige regie. Deze regie is gericht op de additionele inspanningen die om een overkoepelende sturing vragen. De samenwerkende organisaties committeren zich aan de strategische agenda en maken dit ook zichtbaar in hun eigen plannen, programma’s en projecten. Samenwerking tussen overheden, bedrijven en kennisinstellingen gaat uit van twee principes: Wanneer samenwerking nuttig en wenselijk is wordt er gezamenlijk opgetrokken. Waar bij het nastreven van eigen doelen samenwerking geen meerwaarde biedt, wordt een eigen weg bewandeld. Deze twee principes zijn leidend in de samenwerking. De versnelling en versterking van economische innovatie en hoger onderwijs in Limburg wordt gevoed door gezamenlijke activiteiten van overheden, bedrijfsleven en hogeronderwijsorganisaties. Aanvullende investeringen in de focusgebieden worden voorzien van sturing en monitoring. Deze sturing heeft betrekking op het maken en realiseren van gemeenschappelijke afspraken. Alle betrokken organisaties participeren in dit sturingsorgaan. Het voorzitterschap wordt onafhankelijk ingevuld. De voorzitter is verantwoordelijk voor besluitvorming en bewaking van de programma’s van de investeringsagenda. Hij of zij zorgt voor monitoring en geeft waar nodig bijsturingsimpulsen. Verder is de voorzitter het gezicht van de investeringsagenda en vervult de rol van hogeronderwijsambassadeur namens alle participanten.
De ondersteuning vindt plaats vanuit een coördinerend secretariaat dat zorg draagt voor de facilitering van de voorzitter en voor de afstemming tussen de participanten met betrekking tot besluitvorming en uitvoering. Uitvoering op projectniveau is een verantwoordelijkheid van de samenwerkende organisaties.
Tot slot Met een krachtige regionale samenwerking, gerichte inzet van de excellente hogeronderwijssector en een investering kan Limburg de sprong maken naar de positie van een toonaangevende kennisregio die bijdraagt aan de economische dynamiek van Nederland. Limburg wil het, Limburg kan het, Limburg doet het!
2
Position paper hoger onderwijs Limburg