VERSLAG JAARLIJKS BEZOEK BIJ BERECHJA COLLEGE
Inspectie van het Onderwijs Zwolle, 11 september
VASTSTELLING VERSLAG Dit verslag bevat de weergave van het jaarlijks bezoek dat de inspectie op 11-9-2007 aan Berechja College bracht.
Tijdens een jaarlijks bezoek presenteert de inspectie aan het management van de instelling de uitkomsten van een risicoanalyse. Deze is uitgevoerd op grond van verantwoordingsinformatie van de instelling en van haar eigen gegevens. Daarvoor is ten eerste samen met de Auditdienst en CFI bepaald in welke mate zich risico's voordoen op het niveau van de instelling als geheel op de terreinen governance, continuïteit, rechtmatigheid en kwaliteit. Ten tweede heeft de inspectie op basis van documenten bepaald welke risico's zich voordoen bij de instellingsonderdelen op de terreinen governance en kwaliteit. De analyse heeft geleid tot een voorlopig toezichtarrangement, dat wil zeggen een overzicht van waar wel en waar geen onderzoek plaats zal vinden. Bij bve-onderdelen waar geen risico gesignaleerd wordt, dan wel waar een mogelijk risico in voldoende mate beheerst wordt, vindt geen kwaliteitsonderzoek plaats. Bij bve-onderdelen waar wel een risico gezien wordt dat bovendien onvoldoende beheerst wordt, vindt een kwaliteitsonderzoek plaats. Ook kan een kwaliteitsonderzoek naar een aspect bij de gehele instelling plaatsvinden. Voor de onderdelen met vo-onderwijs kan het onderzoek bestaan uit een jaarlijks onderzoek (in de vorm van een bureauonderzoek of door een bezoek aan de vo-school), dan wel uit een periodiek kwaliteitsonderzoek. Dit voorlopige toezichtarrangement wordt bij het jaarlijks bezoek besproken. Voorts bespreekt de inspectie bij het bezoek de ontwikkeling van de governance van de instelling. Waar dat relevant is, besteedt de inspectie aandacht aan verbeteracties die voortvloeien uit eerder inspectieonderzoek. Na bespreking van het voorlopige toezichtarrangement tijdens het jaarlijks bezoek, stelt de inspectie het definitieve arrangement vast.
3
INHOUDSOPGAVE VASTSTELLING VERSLAG ............................................................................... 3 1 INLEIDING ................................................................................................... 7 2 ONTWIKKELING VAN GOVERNANCE BIJ BERECHJA COLLEGE ................ 11 3 TOEZICHTARRANGEMENT ........................................................................ 13 3.1 Overzicht ........................................................................................... 13 3.2 Instellingsonderdeel bve: MBO: Berechja College................................ 13 3.3 Instellingsonderdeel vo: Berechja College ........................................... 14 3.4 Instellingsbreed onderzoek naar kwaliteitsaspecten............................ 15 4 AFSPRAKEN .............................................................................................. 17
5
1 INLEIDING 1.1 De instelling Het Berechja College op Urk is een school van protestants christelijke signatuur, bestaande uit een vmbo- en een mbo-afdeling. De vmbo-afdelingvan het Berechja verzorgt onderwijs in de basisberoepsgerichte, kaderberoepsgerichte en theoretische leerweg. Daarnaast heeft de afdeling ook havo-gerichte klassen in het eerste en tweede leerjaar. Sinds een jaar heeft de instelling een lwoo-licentie. In de beroepsgerichte stromingen is het mogelijk te kiezen voor een nautisch profiel, de nadruk ligt hierbij op de zeevisvaart. Het vmbo omvat ongeveer 500 leerlingen. De mbo-afdeling van het Berechja College kent twee opleidingen; een niveau 2 opleiding (SW6) en een niveau 3 opleiding (SW 5). Deze laatste is een experimentele, competentiegerichte opleiding. Incidenteel worden er deelnemers op niveau 4 (SW4) opgeleid. In totaal zijn er ongeveer 60 deelnemers. Naast de reguliere opleidingen worden er contractcursussen aangeboden door de Stichting Urk Maritiem. Het Berechja College is verantwoordelijk voor de examinering van deze deelnemers. Het aantal leerlingen op de vmbo-afdeling van het Berechja College is dalend. De eerste, forse, daling na de start van de dependance van het Pieter Zandt College enkele jaren geleden, is nu tot stilstand gekomen. De leerlingenaantallen lijken voor de nabije toekomst stabiel. Het mbo heeft nog steeds te kampen met een teruglopend aantal deelnemers. De verwachting is dat deze daling ook de komende jaren zal doorzetten. De terugloop in het aantal leerlingen op beide afdelingen heeft dankzij natuurlijk verloop geen ernstige gevolgen voor het personeel gehad. Het Berechja College is één van de vijf visserijscholen in Nederland, de visserijsector staat echter onder druk. In het recente verleden kende de instelling een tweehoofdige directie. Na het vertrek van één van de directieleden is de organisatiestructuur gewijzigd. De school wordt aangestuurd door één directeur. Hij heeft een aantal taken gedelegeerd aan de sectorhoofden onder- en bovenbouw vmbo en het sectorhoofd mbo. De sectorhoofden hebben ook lesgevende taken. Tijdens het vorige inspectiebezoek was er nog sprake van een eventuele besturenfusie tussen Berechja College, Emelwerda College, Bonifatius Mavo en Zuyderzeecollege. Deze is niet doorgegaan. Het bestuur van Berechja ligt nu in handen van de vereniging 'Berechja'. De vmbo-leerlingen krijgen hun lessen aan de locatie Waaiershoek en de mnoleerlingen aan de Lange Riet. 1.2 De risicoanalyse
7
Jaarlijks in oktober vindt voor alle bve-instellingen een risicoanalyse plaats door de Auditdienst, CFI en de Inspectie van het Onderwijs. Hiervoor is gebruik gemaakt van externe verantwoordingsdocumenten van de instelling waaronder het jaarverslag, CFI- gegevens en een vragenlijst. De uitkomsten bepalen mede de volgorde waarin de instellingen in het kalenderjaar daarna geplaatst worden voor de volgende stap in de analyse. In het najaar van 2006 heeft als overgang een voorlopige analyse mede een rol gespeeld bij het bepalen van de volgorde. In augustus 2007 is een risicoanalyse bij de organieke eenheden van Berechja College uitgevoerd. Hiervoor is informatie van de instelling opgevraagd die betrekking heeft op de interne en externe verantwoording. Er is gebruik gemaakt van onder meer de volgende documenten: - 'Kwaliteitszorg'; - 'Handboek kwaliteit'; - 'Onderwijs en Examenregeling'; - 'Verklaring Netherlands Certificate Institute inzake INK'; - 'Audit Log Shipping Inspectorate'; - 'Opzet zelfevaluatie'; - Schoolgids; - Schoolplan. Op basis van de informatie van Berechja College en de bij de inspectie reeds aanwezige informatie is bovengenoemde risicoanalyse opgesteld. Hierbij zijn de volgende kernonderwerpen onderzocht: 1. het beheersings- en verantwoordingsniveau (governance) bij de organieke eenheden; 2. het interne rendement; 3. de tevredenheid van de deelnemers ; 4. de toegankelijkheid van het onderwijs; 5. eventuele signalen van ernstige problemen. Daarnaast zijn de volgende onderwerpen bij de analyse betrokken: resultaten van het KCE-onderzoek, eerdere kwaliteit, ontwikkelingen bij het personeel, de inschrijvingen en de opleidingen en tenslotte mogelijke grote veranderingen in de organisatie en het management. veranderingen in de organisatie en het management. 1.3 Het jaarlijks bezoek Tijdens het jaarlijks bezoek op 11 september bij Berechja College sprak de inspectie met de directeur, het sectorhoofd mbo, het sectorhoofd onderbouw vmbo en de voorzitter van het bestuur. Besproken zijn: • de ontwikkeling van de governance van de instelling; • de uitkomsten van de risicoanalyses, met aandacht voor zwakke punten bij organieke eenheden die over het geheel genomen niet als risicovol gezien worden; • het daaruit voortvloeiende toezichtarrangement; • de onderwijskundige veranderingen.
8
9
2 ONTWIKKELING VAN GOVERNANCE BIJ BERECHJA COLLEGE Beoordeling van de kwaliteit van de prestaties Berechja College is, binnen het vmbo, recentelijk gestart met de afname van enquetes onder brugklasleerlingen, ouders en schoolverlaters. De eerste experimenten worden in schooljaar 2007/2008 naar meer klassen uitgebreid. Hoe de uitkomsten zullen worden verwerkt in het systeem voor kwaliteitszorg moet nog nader worden uitgewerkt. Het tweede halfjaar van 2007 wordt ook besteed aan het maken van een zelfevaluatie en een sterkte/zwakte analyse, ondersteund door een organisatieadviesbureau. In januari volgt een visitatie van Fricolore. De mbo-afdeling heeft sinds kort een bedrijvenraad. In deze groep wordt onder meer gewerkt richting de proeven van bekwaamheid. Naast deze groep zijn er nog enkele andere externe belanghebbenden die, ontwikkelingsgericht, adviezen verstrekken. Daarnaast werken de deelnemers één keer per twee jaar mee aan de JOB Odin enquete. Het is nog niet gebruikelijk om met deze belanghebbenden prestaties af te spreken, of ze te betrekken bij de bepaling van de kwaliteit van deze prestaties. Verantwoording tegenover de omgeving De uitkomsten van het voorgenomen beleid en eventuele beoordelingen daarvan maken geen onderdeel uit van het jaarverslag. Deze is een voornamelijk financieel jaarverslag. Tijdens de jaarlijkse ouderavonden geeft de directie een mondelinge terugkoppeling aan ouders, maar er is geen sprake van een duidelijke externe verantwoording over de kwaliteit van het onderwijs naar diverse belanghebbenden. Verbeteringen In het schoolplan heeft de directie aangegeven aan welke activiteiten zij komend schooljaar ontwikkelingsprioriteit geeft. Deze verbeteractiviteiten worden niet verder uitgewerkt in een werkplan. Evaluatie van de ingezette verbeteringen vindt doorgaans mondeling plaats in lerarenvergaderingen en vergaderingen met het bestuur. De uitkomsten van evaluaties en reacties van belanghebbenden spelen op dit moment nog een marginale rol in de formulering van verbeteractiviteiten. Een voorbeeld hiervan is dat de achterblijvende examenresultaten in de beroepsgerichte stroming wel zijn geanalyseerd, maar niet hebben geleid tot een uitgewerkte verbeterdoelstelling. De directie heeft zich voorgenomen de kwaliteitszorgcyclus in het schooljaar 2007-2008 volledig in te richten. De eerste stappen hiervoor zijn gezet. Intern toezicht De verantwoordelijkheid voor het Berechja College wordt gedragen door het bestuur van de vereniging Berechja. Dit bestuur bestaat uit 9 (gekozen) leden. Het bestuur opereert op afstand en heeft het grootste gedeelte van de bevoegdheden gemandateerd aan de directie. Het bestuur heeft ervoor gekozen voornamelijk toe te zien op de bewaking van de identiteit van Berechja College.
11
Tijdens de tweemaandelijkse bestuursvergaderingen worden ontwikkelingen rondom onderwijsvernieuwingen doorgesproken, personele- en financiële kwesties en jaarlijks de examenresultaten. Er is geen sprake van managementcontracten, of afgesproken doelen en prestaties. De sectorhoofden hebben regelmatig overleg met de directeur, hier gelden ook geen afspraken rondom prestatiedoelen of verantwoordingsinformatie. Het bestuur wordt geinformeerd door de directeur van Berechja. Er is geen sprake van intern toezicht of ontwikkelingen richting governance zoals beschreven in de code bve.
12
3 TOEZICHTARRANGEMENT In dit hoofdstuk wordt het toezichtarrangement van de instelling beschreven. Dit arrangement is gedifferentieerd naar de onderdelen van de instelling.
3.1 Overzicht ___________________________________________________________________________________ kwaliteitsonderzoek ___________________________________________________________________________________ Geen Wel Instellingsonderdelen KO KO ___________________________________________________________________________________ mbo
X
vmbo X ___________________________________________________________________________________
Aangezien de onderzoeken plaatsvinden op grond van een vermoeden van tekortschietende kwaliteit, omvat het uit te voeren onderzoek tegelijk het nader onderzoek zoals bedoeld in artikel 11 lid 2 van de WOT.
3.2 Instellingsonderdeel bve: MBO: Berechja College Toezichtarrangement: De inspectie ziet over het geheel genomen geen risico's voor de kwaliteit van het onderwijs van deze organieke eenheid. Er vindt daarom bij deze eenheid geen kwaliteitsonderzoek plaats. Onderbouwing: Zowel het hoge rendement, het ontbreken van ernstige signalen, als de grote tevredenheid van de deelnemers die blijkt uit de tevredenheidsonderzoeken maken dat de inspectie bij deze eenheid geen risico voor de kwaliteit van het onderwijs heeft kunnen waarnemen. Het rendement van de opleidingen is, met dank aan een aantal ingrepen vooral bij de SW6 opleiding, sterk toegenomen en ligt nu op of net boven het landelijk gemiddelde. Twee jaar geleden is Berechja College gestart met een experimentele opleiding voor SW5. De omslag naar competentiegericht onderwijs heeft, na wat startproblemen, geleid tot een interactievere opleiding tot grotere tevredenheid bij de deelnemers en het bedrijfsleven. De omzetting van SW6 naar een competentiegerichte structuur laat, vanwege het ontbreken van een kwalificatiedossier, nog op zich wachten.
13
Alhoewel de aard van de opleiding wel enigszins als verklaring kan dienen, is het toch opvallend dat de opleiding geen vrouwelijke of allochtone deelnemers bevat. Er heeft recentelijk geen specifieke werving voor deze doelgroepen plaatsgevonden. Experimenten in het verleden hebben weinig succes gehad. Hiertegenover staat echter wel een bovengemiddeld percentage deelnemers met een beperkte vooropleiding. Eén van de mogelijke toekomstige risico's is de kleinschaligheid van de opleiding en het dalend aantal deelnemers; een klein team staat voor een groot aantal taken, onder andere de omslag naar competentiegericht opleiden en het inhoud geven aan een cyclisch werkend kwaliteitszorgsysteem. De mbo-afdeling heeft te maken met diverse inspecties, onder andere de scheepvaartinspectie. Vanuit deze verschillende inspecties wordt de nadruk gelegd op een systeem voor kwaliteitszorg. Binnen de mbo-afdeling zijn hiertoe diverse activiteiten ontplooid. Zo is er gestart met het invoeren van het INK managementmodel. Door verschillende oorzaken is de voortgang hierin wisselend geweest in de laatste jaren. Een externe beoordeling van mei j.l. geeft aan dat het kwaliteitssysteem zich in een beginfase bevindt. De activiteiten die sinds kort zijn gestart voor het gehele Berechja College haken deels aan bij al eerder ingezette ontwikkelingen in het mbo. Bij de overige onderwerpen die bij de analyse betrokken zijn, heeft de inspectie geen bijzondere aandachtspunten waar kunnen nemen.
3.3 Instellingsonderdeel vo: Berechja College Toezichtarrangement: De inspectie ziet over het geheel genomen geen risico's voor de kwaliteit van het onderwijs van deze organieke eenheid. Er vindt daarom bij deze eenheid geen kwaliteitsonderzoek plaats. Onderbouwing: Uit de risicoanalyse van de inspectie blijkt dat de opbrengsten van de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo zwak zijn. De centraal eindexamencijfers zijn op de beroepgerichte leerwegen voor bijna alle vakken beneden het landelijke gemiddelde en voor het vak Engels ruim beneden het landelijke gemiddelde. Bovendien zijn voor het vak Engels de verschillen tussen schoolexamen en centraal eindexamen te groot. Uit het gesprek met directie en bestuur en de documentenanalyse blijkt dat de opbrengsten geen onderdeel zijn van het kwaliteitszorgsysteem. Zo zijn er bijvoorbeeld geen doelen geformuleerd waarmee de gerealiseerde opbrengsten kunnen worden vergeleken.
14
Desondanks heeft de inspectie besloten geen kwaliteitsonderzoek uit te voeren op Berechja college. Hiervoor zijn twee redenen. Ten eerste zitten twee derde van de leerlingen van Berechja College op de theoretische leerweg van het vmbo. Van deze leerweg zijn de opbrengsten op het niveau van het landelijke gemiddelde. Ten tweede is het duidelijk dat de school wel bezig is met de ontwikkeling van een systematische kwaliteitszorg. Zo zijn er al meerder landelijk genormeerde enquêtes afgenomen en is er begonnen aan een cyclus van gesprekken met vaksecties over de kwaliteit van toetsen en examens. De school directie heeft aangekondigd dat er binnenkort wél doelen zullen worden geformuleerd voor de opbrengsten, onder andere voor de verschillen tussen schoolexamen en centraal eindexamen. De opbrengsten van de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo, een analyse hiervan door het Berechja College en de kwaliteitszorg omtrent de opbrengsten zullen centraal staan in het volgende jaarlijks bezoek.
3.4 Instellingsbreed onderzoek naar kwaliteitsaspecten Er zijn in de risicoanalyses geen aspecten aangetroffen die instellingsbreed als risicovol gezien worden. Er vindt daarom geen onderzoek in deze zin plaats.
15
4 AFSPRAKEN De uitkomsten van de risicoanalyses geven geen aanleiding om een kwaliteitsonderzoek bij Berechja uit te voeren. In 2008 zal opnieuw een risicoanalyse uitgevoerd worden en een jaarlijks bezoek gebracht worden aan de instelling. Hierover wordt de instelling te zijner tijd nader geïnformeerd.
17