FORUM Verkenning Augustus 2012
Moslims in Nederland 2012
COLOFON Uitgave FORUM - Instituut voor Multiculturele Vraagstukken Postbus 201 3500 AE Utrecht www.forum.nl © Augustus 2012 FORUM, Instituut voor Multiculturele Vraagstukken
2
Inleiding Sinds een aantal jaren is de positie van moslims in Nederland onderwerp van een heftig debat in Nederland. De aard en omvang van dit debat vindt ook zijn weerklank in het buitenland, waar media regelmatig over berichten. Over de karakteristieken van dit debat, de oorzaken ervan en de feitelijke en waargenomen problemen die aan dit debat ten grondslag liggen, kan veel gezegd worden. Wij stellen dat het debat over moslims veelal is gebaseerd op beeldvorming die nauwelijks of geen verbinding heeft met de werkelijkheid, dat wil zeggen de feitelijke leefsituatie van moslims in Nederland. Wij achten het debat in een democratische rechtsstaat van essentieel belang. Om dat debat met het oog op de toekomst constructief te laten zijn, is het belangrijk dat feiten voldoende aan bod komen. In 2008 en 2010 verschenen factbooks over de positie van moslims in Nederland. Nieuwe gegevens en onderzoeksresultaten maken een actualisering zinvol. Voor deze update van gegevens hebben we nu gekozen voor een verkenning van beperktere omvang waarbij gefocust wordt op gegevens over het dagelijks leven van moslims die interessant zijn voor een constructief debat. Deze verkenning heeft tot doel gegevens te presenteren over moslims in Nederland. Op enkele – ook recente – publicaties na, wordt er in ons land geen onderzoek gedaan naar moslims. Wel worden met regelmaat gegevens verzameld en gepubliceerd over etnische groepen, met name over de vier grootste, waaronder Turken en Marokkanen. Moslims komen ook voor onder andere (etnische) groepen, zoals Irakezen, Afghanen, Iraniërs, Somaliërs. Zij figureren echter zelden als doelgroep van onderzoek en surveys, waardoor deze groepen grotendeels en noodgedwongen buiten beschouwing blijven. We hebben niet de pretentie van volledigheid, maar we menen wel dat deze verkenning een belangrijke rol kan spelen als achtergrondinformatie, context of feitenmateriaal voor journalisten en anderen die het debat in Nederland volgen en daarover berichten.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
3
INLEIDING ......................................................................................... 2 2. DE POLITIEKE SITUATIE ................................................................. 4 2.1. De politieke situatie in Nederland ..................................................4 2.2. Vrijheid van religie en onderwijs in de Grondwet ..........................4
3. HISTORIE ....................................................................................... 5 3.1. De komst van moslims naar Nederland..........................................5
4. MOSLIMS IN EUROPA...................................................................... 6 4.1. Spreiding .......................................................................................6 4.2. Immigratie naar Nederland en Europa...........................................7
5. AANTAL MOSLIMS IN NEDERLAND.................................................. 8 5.1. Etnische herkomst .........................................................................8 5.2. Prognoses ......................................................................................9 5.3. Minder waarschijnlijke scenario’s ..................................................9
6. BEVOLKINGSOPBOUW .................................................................. 10 7. KEUZE HUWELIJKSPARTNER......................................................... 11 7.1. Gemengde huwelijken .................................................................11 7.2. Vrije keuze huwelijkspartner .......................................................11
8. MOSKEEËN .................................................................................... 12 8.1. Aantal moskeeën ........................................................................12 8.2. Stromingen ..................................................................................12 8.3. Maatschappelijke functie .............................................................13
9. THUIS VOELEN.............................................................................. 14 9.1. Thuis voelen in de buurt ..............................................................14 9.2. Thuis voelen in Nederland ...........................................................14
10. TEVREDENHEID .......................................................................... 15 11. IDENTIFICATIE ........................................................................... 16 12. WEDERZIJDSE BEELDVORMING .................................................. 17 12.1 Autochtone Nederlanders over moslims .....................................17 12.2. Turken en Marokkanen over Nederlanders ................................17
13. CONTACTEN MET AUTOCHTONEN ................................................ 18 14. DISCRIMINATIE JEGENS MOSLIMS ............................................. 19 14.1. De omvang van discriminatie.....................................................19 14.2. Discriminatie op de arbeidsmarkt ..............................................20
LITERATUUR ..................................................................................... 21
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
4
2. De politieke situatie 2.1. De politieke situatie in Nederland Na de verkiezingen van 2010 werd de VVD de grootste partij van Nederland, met 31 van de 150 zetels. De partij die de grootste winst boekte was echter de Partij van de Vrijheid van Geert Wilders: deze behaalde 24 zetels. Omdat het toch al pluriforme politieke landschap in Nederland zozeer was versplinterd na deze verkiezingen, verliep het formatieproces uiterst moeizaam. Uiteindelijk werd er voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis voor een minderheidskabinet gekozen, zoals dat ook in Denemarken het geval is. Het nieuwe kabinet bestond uit de VVD en het CDA, en werd gedoogd door de PVV. In ruil voor zeggenschap over (onderdelen van) het beleid gaf de PVV structurele steun aan het kabinet waardoor diens beleid verzekerd was van een meerderheid. Een aantal maatregelen in het regeerakkoord waren dan ook een weerspiegeling van de wensen van de PVV. Zo werd er een verbod op gezichtsbedekkende kleding – waaronder de boerka - aangekondigd, werden er restrictieve maatregelen op het gebied van gezinsmigratie en toelating van asielzoekers in het akkoord opgenomen, en zou denaturalisatie voor mensen met een dubbele nationaliteit onder bepaalde omstandigheden mogelijk worden. Desalniettemin verschilden de coalitiepartijen en de PVV ook duidelijk van mening over een aantal punten, wat uiteindelijk de reden was om niet samen te regeren. Zo beschouwen het CDA en de VVD de islam als een religie, terwijl de PVV de islam ziet als een politieke ideologie. De partijen besloten dit meningsverschil echter te accepteren. Het kabinet hield ongeveer anderhalf jaar stand. Tijdens onderhandelingen over nieuwe bezuinigingen naar aanleiding van de economische crisis zegde de PVV haar steun op, en viel het kabinet niet lang daarna. Verschillende maatregelen van het gedoogakkoord zijn daardoor komen te vervallen, zoals het boerkaverbod en de beperking van het hebben van een dubbele nationaliteit. Omdat veel maatregelen op het gebied van migratie onverzoenbaar waren met de Europese regelgeving, waar ook Nederland aan gebonden is, waren deze sowieso niet realiseerbaar zonder medewerking van andere EU-lidstaten. Ook het verbod op onverdoofde rituele slacht is voorlopig van de baan; nadat de Tweede Kamer hiermee had ingestemd werd het alsnog tegengehouden door de Eerste Kamer, die het een onnodige inbreuk op de vrijheid van godsdienst vond. De Raad van State adviseerde in oktober 2008 tegen het ingediende wetsvoorstel. Mede op basis van een uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) is de Raad van State “dan ook van oordeel, dat een verbod op onbedwelmd ritueel slachten een beperking van de vrijheid van godsdienst vormt”. Sinds 23 april 2012 maakt de PVV weer onderdeel uit van de oppositie en regeert het demissionaire kabinet, bestaande uit het CDA en de VVD, verder tot de verkiezingen van 12 september 2012. 2.2. Vrijheid van religie en onderwijs in de grondwet In Nederland werd de vrijheid om op godsdienstig gebied te denken wat men wil (gewetensvrijheid) reeds in 1579 erkend. Een beperkte godsdienstvrijheid kwam er in 1796, toen Kerk en staat werden gescheiden. Sinds de Grondwet van 1948 wordt in artikel 6 het recht op vrijheid van godsdienst als volgt geformuleerd: “Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.” Het islamitisch onderwijs is, net als alle andere vormen van bijzonder onderwijs, gebaseerd op artikel 23, lid 2 van de Nederlandse Grondwet waarin staat: “Het geven van onderwijs is vrij, behoudens het toezicht van de overheid en, voor wat bij de wet aangewezen vormen van onderwijs betreft, het onderzoek naar de bekwaamheid en de zedelijkheid van hen die onderwijs geven, een en ander bij de wet te regelen.” Het islamitisch onderwijs wordt, net als al het onderwijs, gefinancierd door de Rijksoverheid.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
5
3. Historie 3.1. De komst van moslims naar Nederland In 1879 wordt voor het eerst melding gemaakt van moslims in Nederland. Bij de volkstelling van 1889 blijken er 49 ‘Mahomedanen’ te wonen. Deze eerste moslims waren immigranten uit Nederlands-Indië, en woonden in Den Haag. Tot de Tweede Wereldoorlog bedroeg het aantal moslims nooit meer dan enkele honderden. In de jaren vijftig van de vorige eeuw steeg het aantal moslims door immigratie uit Indonesië. De eerste (houten) moskee werd in 1951 gebouwd in het Friese Balk door een groep Molukse ex-KNIL-soldaten. De eerste stenen moskee - de Mobarak moskee in Den Haag - verrees in 1955. Na 1960 arriveerden jaarlijks tienduizenden Turkse en Marokkaanse gastarbeiders in Nederland om te werken in de Nederlandse industrie. In de jaren zeventig en tachtig lieten veel gastarbeiders hun gezinnen overkomen. De gedachte aan een spoedige terugkeer naar het vaderland verdween naar de achtergrond, en de gastarbeiders zochten, samen met hun gezinnen, een plek in de Nederlandse samenleving. Daar hoorde bij dat zij ruimte zochten voor hun geloofsbeleving. Het aantal moskeeën nam snel toe. De eerste moskeeën waren vaak ‘huiskamermoskeeën’; later werden bedrijfspanden, scholen en verenigingsgebouwen gehuurd of gekocht. In 1975 werd de ex-kolonie Suriname onafhankelijk. De Surinaamse bevolking was bevreesd dat de deur naar Nederland voorgoed op slot zou gaan. Tot aan de overgangsregeling van 1980 maakten 300.000 Surinamers gebruik van de mogelijkheid zich in Nederland te vestigen. Zo’n 10% van de Surinamers in Nederland is moslim. Het gaat voornamelijk om mensen die oorspronkelijk uit India of van Java kwamen. Niet alleen gastarbeid en gezinshereniging leidden tot een groei van de moslimbevolking; vanaf eind jaren tachtig nam hun aantal ook toe als gevolg van een groeiende stroom van vluchtelingen en asielzoekers uit het Midden-Oosten. Begin 2011 telde Nederland naar schatting ruim 950 duizend moslims en 450 moskeeën.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
6
4. Moslims in Europa 4.1. Spreiding In Europa is de islam na de christelijke religies de grootste godsdienst. Er zijn grote autochtone moslimminderheden op de Balkan en in andere Oost-Europese landen. In West-Europa bestaat de overgrote meerderheid van moslims uit migranten uit islamitische landen en hun nakomelingen. Deze migranten werden in de jaren zestig en zeventig aangetrokken als gastarbeiders vanuit Turkije en Marokko of maakten deel uit van de grote postkoloniale migratiestromen (onder meer uit Pakistan, Algerije en Suriname). Door gezinshereniging ontstonden sinds de tweede helft van de jaren zeventig substantiële gemeenschappen van Turken en Marokkanen in Nederlandse steden, die verder in omvang toenamen door geboorte en door huwelijk met personen uit de landen van herkomst. Verder groeide de moslimgemeenschap in Nederland door de komst van politieke vluchtelingen uit landen zoals Irak en Afghanistan. Tabel 1 Moslims in geselecteerde landen van Europa, naar geschat aantal en percentage van de bevolking, 2010
Land
Aantal
% inwoners
Frankrijk
4.704.000
7,5
Duitsland
4.119.000
5
Verenigd Koninkrijk
2.869.000
4,6
Italië
1.583.000
2,6
Spanje
1.021.000
2,3
Nederland
914.000
5,5
België
638.000
6,0
Griekenland
527.000
4,7
Oostenrijk
475.000
5,7
Zweden
451.000
4,9
Zwitserland
433.000
5,7
Denemarken
226.000
4,1
Noorwegen
144.000
3,0
Portugal
65.000
0,6
Ierland
43.000
0,9
Finland
42.000
0,8
Luxemburg
11.000
2,3
18.267.000
4,5
Totaal Europa
Bron: Pew Research Center’s Forum on Religion & Public Life, The future of the Global Muslim Januari 2011
Population,
In West-Europa heeft Frankrijk het grootste aantal moslims, gevolgd door Duitsland, het Verenigde Koninkrijk en Italië. Nederland neemt de zesde plek in. Het grootste aandeel moslims vinden we in Frankrijk (7,5%), gevolgd door België, Zwitserland en Oostenrijk, en door Nederland (5,5%).
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
7
4.2. Immigratie naar Nederland en Europa Vergeleken met andere Europese landen is de omvang van de immigratie van moslims naar Nederland relatief laag. De immigratie van moslims in Frankrijk, Italië en het Verenigd Koninkrijk bedroeg in 2010 naar schatting 60 tot 66 duizend moslimimmigranten per land. Nederland hoort met zo'n 3 duizend moslimimmigranten tot de hekkensluiters. Tabel 2 Netto migratie van moslims naar geselecteerde landen van Europa, 2010 Geschat aantal moslim immigranten
% nieuwe immigranten dat moslim is
% van de bevolking dat moslim is
West-Europa Frankrijk
66.000
68,5
7,5
Nederland
3.000
42,6
5,5
België
14.000
30,8
6,0
Oostenrijk
8.000
23.4
5,7
Zwitserland
2.000
19,0
5,7
Duitsland
22.000
14,7
5,0
Griekenland
12.000
29,7
4,7
Italië
60.000
23,7
2,6
Spanje
70.000
13,1
2,3
Zweden
19.000
45,4
4,9
Noorwegen
7.000
34,0
3,0
Verenigd Koninkrijk
64.000
28,1
4,6
Finland
2.000
20,6
0,8
Ierland
5.000
9,6
0,9
Denemarken
< 1.000
8,0
4,1
< 1.000
41,9
13,4
Zuid-Europa
Noord-Europa
Oost-Europa Bulgarije
Bron: Pew Research Center’s Forum on Religion & Public Life, The future of the Global Muslim Population, January 2011
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
8
5. Aantal moslims in Nederland 5.1. Etnische herkomst Op basis van CBS-cijfers1 wordt het aantal moslims in Nederland begin 2011 geschat op 950 duizend personen. Dat is afgerond 6% van de bevolking. De meeste recente schatting van het aandeel moslims per herkomstgroep is van 2006. Deze schatting valt wat hoger uit dan die van het PEW Research Center (in tabel 2.1), die uitkomt op 914 duizend. Tabel 3 Aantallen allochtonen en moslims in Nederland, per 1-1-2011 herkomstgroep 1-1-2011 (x 1.000) Autochtonen
moslims % moslims
schatting 2011 (x 1.000)
13.229
0,1
13
Westerse allochtonen
1.528
3
41
Niet-westerse allochtonen
1.899
47
897
Turken
389
87
338
Marokkanen
356
92
327
Surinamers
345
10
34
Afghanen
40
84
34
Irakezen
53
63
33
Somaliërs
31
95
29
Pakistani
19
100
19
Iraniërs
33
43
14
634
11
67
16.656
6
950
waarvan
Overige herkomst Totaal
Bron: Schatting van FORUM op basis van aantal inwoners 2011 (CBS/Statline) en schatting percentage moslims door CBS (CBS/POLS 2006)
Van alle moslims in Nederland is 70% van Turkse of Marokkaanse herkomst, de overige 30% is oorspronkelijk afkomstig uit een ander land. Naar schatting 47% van alle niet-westerse allochtonen is moslim. De 13 duizend moslims van autochtone herkomst betreffen zowel bekeerde autochtone Nederlanders als ‘derdegeneratieallochtonen’. Dat zijn kinderen van de tweede generatie nietwesterse allochtonen die volgens de CBS definitie2 niet tot de categorie allochtonen worden gerekend.
1
CBS vraagt in de enquête Permanent Onderzoek Leefsituatie naar de kerkelijke gezindte, waarbij de islam een aparte antwoordmogelijkheid is. De meest recente cijfers zijn van 2006. Op basis van deze cijfers wordt berekend welk percentage van een herkomstgroep moslim is. Het CBS kwam voor 2006 uit op 857 duizend moslims. Op basis van de bevolkinggroei schatten we het aantal moslims nu 40 duizend mensen hoger in. (Bron: CBS, Bevolkingstrends 3e kwartaal 2007, van Herten en Otten ‘Naar een nieuwe schatting van het aantal islamieten in Nederland’).
2
Het CBS definieert allochtonen als personen van wie tenminste één ouder in het buitenland is geboren. De derde generatie (van wie de ouders dus in Nederland zijn geboren) valt daarmee buiten de categorie allochtonen.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
9
Figuur 1 Moslims verdeeld naar herkomstgroep, 2011 2% 3%
autochtonen westerse allochtonen
4%
Turken Marokkanen
4%
1% 7%
1% 4%
4%
Surinamers
36%
Afghanen Irakezen Somaliers Pakistani Iraniers overige herkomst
34%
Bron: CBS/Statline en schatting percentage moslims door CBS (CBS/POLS 2006)
5.2. Prognoses Het NIDI3 heeft in een scenario doorgerekend hoe het aantal moslims zich zal ontwikkelen. De verwachting is dat in 2050 7,6% van de Nederlandse bevolking moslim zal zijn. In totaal gaat het dan om 1.339 duizend moslims, 432 duizend meer dan in 2009 (zie figuur 3.1). Het aantal moslims groeit zowel als gevolg van immigratie (eerste generatie) als van geboorte (tweede generatie). Het NIDI heeft in dit scenario geen rekening gehouden met factoren als geloofsafval en bekeringen. Figuur 2 Aantal moslims in Nederland, 1971 - 2009 en prognose 20504
1.800 1.600 1.400 1.200 1.000 800 600 400 200 0
2050
2046
2042
2038
2034
2030
2026
2022
2018
2014
2010
2006
2002
1998
1994
1990
1986
1982
1978
1974
1970
vanaf 2006 verbeterde rekenmethode
Bron: Statline/CBS
5.3. Minder waarschijnlijke scenario’s Naar aanleiding van discussies in de politiek over de groei van het aandeel moslims heeft het NIDI ook doorgerekend hoe groot dat aandeel zal zijn als de migratie- en geboortecijfers aanzienlijk hoger zouden zijn dan op dit moment waarschijnlijk wordt geacht. In dat geval wordt het aantal moslims in 2050 geschat op 2,1 miljoen personen (11% van de bevolking). Als bovenop deze aanname wordt verondersteld dat alle immigranten uit Afrika en Azië islamitisch zullen zijn, zou het aantal moslims in 2050 op 24% uitkomen. Het CBS schat de kans op een dergelijk scenario laag in.
3 4
J. de Beer, 2007. In het verleden is het aantal moslims te hoog ingeschat door het CBS. In 2007 is de
berekeningswijze
verbeterd. Daarom zijn de aantallen vóór 2007 niet goed vergelijkbaar met die van daarna.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
10
6. Bevolkingsopbouw Van alle moslims in Nederland is 48% vrouw en 52% man. Vergeleken met de gemiddelde Nederlandse bevolking heeft de groep moslims een jongere leeftijdsopbouw. De gemiddelde leeftijd is 25 jaar, terwijl de gemiddelde leeftijd van de hele Nederlandse bevolking 38 jaar is. Zo’n 310 duizend moslims zijn jonger dan 18 jaar, en 11 duizend zijn ouder dan 65 jaar. Figuur 3 Leeftijdsverdeling moslims (2007/8) en geheel Nederland (2009)
65 jaar en ouder
moslims totaal Nederland
45 tot 65 jaar 35 tot 45 jaar 18 tot 35 jaar 12 tot 18 jaar 0 tot 12 jaar 0
5
10
15
20
25
30
35
Bron: CBS (2009), Religie aan het begin van de 21e eeuw & CBS/Statline
Er is een positieve samenhang tussen geloof en kindertal. Het gemiddelde kindertal van vrouwen van 33 tot 42 jaar met een moslimvader is 2,8, terwijl het gemiddelde kinderaantal van alle vrouwen in die leeftijdscategorie 1,8 bedraagt. Het gemiddelde kindertal van Turkse en vooral Marokkaanse vrouwen is de afgelopen 10 jaar gedaald. Bij Marokkaanse vrouwen van 3,1 naar 2,6 en bij Turkse vrouwen van 2,2 naar 1,7.5
5
CBS, Statline.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
11
7. Keuze huwelijkspartner 7.1. Gemengde huwelijken Ruim 80% van de Turkse en Marokkaanse mannen en vrouwen kiest een huwelijkspartner met dezelfde etnische achtergrond als zijzelf. Zo’n 8 tot 9% kiest een autochtone partner, en respectievelijk 7 en 11% van de Marokkaanse en Turkse mannen huwt met een partner van andere etnische origine. Figuur 4 Marokkaanse en Turkse bruidegoms naar herkomst, 2001-2010, in procenten Marokkaanse bruidegommen
75
Turkse bruidegommen
75
50
50
25
25
0
0 '01
'02
'03
'04
'05
'06
'07
'08
'09
'10
Mar. bruid woonde in Nederland Mar. bruid woonde buiten Nederland autochtone bruid andere allochtone herkomst
'01
'02
'03
'04
'05 '06
'07
'08
'09
'10
Turk. bruid woonde in Nederland Turk. bruid woonde buiten Nederland autochtone bruid andere allochtone herkomst
Bron: CBS/Statline
Steeds vaker kiezen Turken en Marokkanen (vooral de tweede generatie) een partner die al in Nederland woont. In 2001 koos een derde van de Marokkaanse mannen een Marokkaanse bruid in Nederland, in 2010 is dat aandeel verdubbeld tot 61%. Vergeleken met 2007-2008 is er echter sprake van een daling. In die jaren vond 68% van de Marokkanen een bruid in Nederland. Turkse mannen hebben een vergelijkbaar patroon in keuze van de huwelijkspartner. 62% van hen huwt met een Turkse bruid uit Nederland, en 20% met een Turkse bruid uit Turkije of een ander land. Het partnerkeuzepatroon van Turkse en Marokkaanse vrouwen is vergelijkbaar met dat van mannen. In 2004 is de regelgeving voor immigratie van een huwelijkspartner aangescherpt. Vooral bij Turkse mannen lijkt dat bijgedragen te hebben aan een extra daling in de keuze van een partner uit Turkije. De nieuwe Wet Inburgering (2007), die het behalen van een inburgeringexamen in het land van herkomst als voorwaarde stelt voor immigratie, lijkt geen effect te sorteren, want het aantal bruiden uit het buitenland neemt weer toe. 7.2. Vrije keuze huwelijkspartner Turkse en Marokkaanse Nederlanders blijken een vrije keuze van huwelijkspartner steeds vanzelfsprekender te vinden6. Koerden, Hindoestanen (moslim, christen of hindoe) en Pakistani zitten in een tussenfase. Gearrangeerde huwelijken zijn voor hen nog wel de norm, maar hogeropgeleiden en economisch zelfstandigen hebben meer keuzevrijheid in deze. Bij kort in Nederland verblijvende groepen zoals de Afghanen wordt de discussie over vrije huwelijkskeuze nog nauwelijks gevoerd. Hoewel bij sommige groepen huwelijksdwang nog voorkomt, keuren alle onderzochte groepen dit gebruik breed af. Er is inmiddels ook een groep jongeren rond de 30 jaar met een hogere opleiding en goede baan van wie de familie accepteert dat zij ongehuwd zijn.
6
Bartels, 2008.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
12
8. Moskeeën 8.1. Aantal moskeeën Het aantal moskeeën in Nederland wordt geschat op 450.7 Ongeveer 300 ervan zijn gehuisvest in onofficiële gebouwen zoals oude scholen. Volgens dezelfde bron neemt hun aantal niet toe. Wel worden moskeeën verbouwd en vergroot omdat ze niet meer voldoen aan de standaarden of te klein zijn geworden. Tabel 4 Overzicht moskeeën naar herkomstgroep, 2007 Bevolkingsgroep
Aantal moskeeën
Percentage moskeeën
Aantal moskeeën per 10.000 moslims
Turks
242
51
6,7
Marokkaans
179
38
5,5
Surinaams
52
11
16,0
overig
2
0
0,1
Totaal
475
100
4,5
Bron: Van Oudenhove, et al. 2008
De helft van de moskeeën wordt beheerd door Turkse organisaties, ongeveer een derde door Marokkanen en 10% door Surinamers. Dat blijkt uit een inventarisatie uit 2007, waarin het aantal moskeeën geschat werd op 475.8 Bijna de helft van alle moskeeën staat volgens deze zelfde bron in Noord- en ZuidHolland.9 8.2. Stromingen De islam in Nederland kent verschillende bewegingen en stromingen, hetgeen zich vertaalt in het beheer en bestuur van de moskeeën. De onderstaande tabel is een poging de moskeeën in te delen naar de stroming. Tabel 5 Overzicht moskeeën per stroming moslims, 2007 Stroming Turks - Diyanet
Aantal
% van totaal
143
30.1
Turks - Süleymanlı’s
48
10.1
Turks - MilliGörüş
25
5.3
Turks - overig
26
5.5
179
37.7
Surinaams - Soenitisch
41
8.6
Surinaams - Ahmadijja
11
2.3
Overig
2
0.4
Totaal
475
100
Marokkaans
Bron: Van Oudenhove, et al. 2008
7
Metro, 4 januari 2011. De cijfers komen uit de koker van een grote verzekeraar van religieuze gebouwen.
8
Van Oudenhoven et al., Nederland deugt, 2008. De berekening is gemaakt op basis van een adreslijst van de ISBI, aangevuld met
9
Ibidem, p. 54.
andere adreslijsten. Ibidem, p 52-53.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
13
8.3. Maatschappelijke functie Anders dan in de herkomstlanden is de moskee in Nederland niet alleen een plaats waar men aan zijn of haar religieuze verplichtingen kan voldoen en religieus onderwijs kan krijgen (gebed, vrijdagspreek, Koranonderricht, Arabische les, lezingen over religieuze onderwerpen). Vaak is de moskee ook een ontmoetingsplaats waar leden van de gemeenschap terecht kunnen voor advies op uiteenlopende gebieden: voorlichting, sport, recreatie, ontspanning, voor een winkel of een maaltijd. Ook bestaan er contacten tussen moskeeën en kerken (soms ook synagogen) in het kader van een interreligieuze dialoog.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
14
9. Thuis voelen 9.1. Thuis voelen in de buurt Meer dan 80% van de Turken en Marokkanen voelt zich redelijk of helemaal thuis in de buurt waar zij wonen. Marokkanen zeggen vaker dan Turken zich geheel thuis te voelen in de wijk. Een minderheid (14-15%) voelt zich helemaal niet, of niet heel erg thuis. Hogeropgeleiden voelen zich vaker thuis in de wijk dan anderen. Figuur 5 Thuis voelen in de buurt, Marokkanen en Turken, 2011, in procenten
Marokkanen
4
11
46
39 helemaal niet thuis niet heel erg thuis redelijk thuis helemaal thuis
Turken 3
11
0%
54
20%
40%
32
60%
80%
100%
Bron: FORUM, 2012
9.2. Thuis voelen in Nederland Eenzelfde patroon van uitkomsten volgt op de vraag: voelt u zich thuis in Nederland? Opnieuw zegt meer dan 80% zich redelijk tot helemaal thuis te voelen. De verschillen tussen beide groeperingen zijn nu weggevallen. Figuur 6 Thuis voelen in Nederland, Marokkanen en Turken, 2011, in procenten
Marokkanen
6
9
51
34 helemaal niet thuis niet heel erg thuis redelijk thuis helemaal thuis
Turken 2
0%
13
51
20%
40%
34
60%
80%
100%
Bron: FORUM, 2012.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
15
10. Tevredenheid Zijn Turken en Marokkanen, als de omvangrijkste moslimgroepen in Nederland, tevreden met hun leven in Nederland? In een survey uit 201110 onder deze groepen werden zeven vragen voorgelegd over hun tevredenheid. Turken blijken meer tevreden te zijn over de Nederlandse samenleving dan Marokkanen, resp. 59 en 47%. Op de andere aspecten zijn de verschillen tussen beide groepen minder groot. Twee derde tot bijna driekwart van de Turken en Marokkanen zegt tevreden te zijn over hun werk, de buurt waarin zij wonen, hun woning en hun gezondheid. De tevredenheid over de mate van vrijheid om hun godsdienst te belijden scoort wat lager, vooral bij Marokkanen. Het meest ontevreden is men echter over het inkomen: 29% van de Turken en 21% van de Marokkanen is hierover ontevreden. Figuur 7a Tevredenheid van Turken over enkele aspecten van het leven, 2011
Nederlandse samenleving
9
32
59
Godsdienstvrijheid
12
23
65
Buurt
10
21
68
Woning
11
19
70
Gezondheid
12
16
72
Ontevreden
Inkomen
29
Werk
10
Tevreden
43 16
0%
Noch .. noch
48 74
20%
40%
60%
80%
100%
Bron: FORUM, 2012
Vergeleken met een onderzoek twee jaar eerder is de tevredenheid van Turken en Marokkanen met hun eigen leven licht gestegen, behalve op het aspect van godsdienstvrijheid. Op dit punt is sprake van een daling in tevredenheid, met name bij Turken.11 Figuur 7b Tevredenheid van Marokkanen over enkele aspecten van het leven, 2011
Nederlandse samenleving
17
Godsdienstvrijheid
17
Buurt
11
Woning
10
37
47
24
60
19
71 Ontevreden
Gezondheid
7
Inkomen
12 15 21
Werk
9 0%
78
Tevreden
78 32
15 20%
Noch .. Noch
47 76
40%
60%
80%
100%
Bron: FORUM, 2012
10
FORUM, 2012.
11
In de vergelijking betreft het de leeftijdsgroep 15-35 jarigen.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
16
11. Identificatie De mate waarin nieuwkomers en hun nakomelingen zich oriënteren op en zich thuis voelen in het nieuwe land wordt gezien als een belangrijke indicator van sociaalculturele integratie. Verwacht kan worden dat de tweede generatie moslims zich vaker identificeert met Nederland dan de eerste generatie. Dat wordt bevestigd door onderzoek uit 200912. De helft van de tweede generatie (Marokkanen wat meer dan Turken) zegt zich Nederlander te voelen, tegenover 12% van de eerste generatie Turken en 20% van de Marokkanen. Figuur 8 Identificatie van tweede generatie naar herkomst, 2006/07
100 80
Turks/Marokkaans
Amsterdammer/Rotterdammer
Nederlander
60 40 20
80
65
33
75
66
44
87
76
42
77
72
48
0 Turkse mannen
Turkse vrouwen
Marokkaanse mannen
Marokkaanse vrouwen
Bron: TIES (2008).
In een eerder onderzoek13 werd aan de tweede generatie Turken en Marokkanen in Rotterdam en Amsterdam gevraagd naar hun identificatie met zowel de etnische groep, de eigen stad als met Nederland. Het sterkst identificeerden de ondervraagden zich met de eigen etnische groep (77-87%), maar ook de identificatie met de stad/ woonplaats bleek sterk te zijn ((65-76%). Minder dan de helft beschouwde zichzelf als Nederlander.
12
SCP, Jaarrapport Integratie 2010, p. 169.
13
TIES (2008), The position of the Turkish an Moroccan Second Generation in Amsterdam and Rotterdam.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
17
12. Wederzijdse beeldvorming 12.1 Autochtone Nederlanders over moslims Het maatschappelijk debat wordt weerspiegeld in de houding van autochtonen ten opzichte van moslims. Een aanzienlijk deel van de autochtone Nederlanders oordeelt negatief over moslims, zoals blijkt uit de antwoorden die men geeft op enkele stellingen. Sinds 2006 is er een lichte verbetering in deze houding (zie figuur 10.1). Figuur 9 Opvattingen van autochtone Nederlanders (18-80 jaar) over de leefwijze van moslims, 1998-2008/9, in procenten 'mee eens' 90 80 70 60 50 40 30 Moslims in Nederland voeden hun kinderen op een autoritaire manier op De West-Europese leefw ijze en die van moslims gaan niet samen De meeste moslims in Nederland hebben respect voor de cultuur en leefw ijze van anderen Moslims kunnen veel bijdragen aan de Nederlandse cultuur
20 10 0
1998
2004
2006
2008/9
Bron: SCP, Jaarrapport Integratie 2009
Het SCP concludeert dat de negatieve economische conjunctuur, alsmede de instroom van nieuwe migranten, weinig invloed heeft op de opvattingen over moslims. (Veel) media-aandacht voor migrantenvraagstukken daarentegen heeft in de afgelopen decennia wel geleid tot negatievere opvattingen over migranten. 12.2. Turken en Marokkanen over Nederlanders Aan Turkse en Marokkaanse Nederlanders zijn soortgelijke stellingen voorgelegd over Nederlanders. Een veel kleiner deel dan van de autochtonen meent dat de westerse leefwijze niet te combineren is met moslim zijn. Een meerderheid van Turken en Marokkanen vindt dat in Nederland te negatief wordt aangekeken tegen de islam. Marokkanen vinden dat vaker dan Turken. Van de Marokkanen en Turken dacht in 2006 70% dat de spanningen tussen verschillende groepen in Nederland erger zouden worden. Figuur 10 Opvattingen van Turken en Marokkanen over spanningen en geweld tussen groepen, 2006, in procenten ‘(zeer) mee eens' 80 70 60 50 40 30 20 10 0
Turks
35
Marokkaans
28
25
17
Nederlandse kinderen Hoe mensen in het Westen luisteren niet goed genoeg leven en hoe moslims leven, naar hun ouders gaat niet samen
46
39
De meeste Nederlanders hebben respect voor de islamitische cultuur
61
72
In Nederland w ordt veel te negatief tegen de islam aangekeken
Bron: SCP, Jaarrapport Integratie 2009
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
18
13. Contacten met autochtonen Hoe groter de etnische groep, hoe minder de kans op een ontmoeting met een autochtoon.14 Daardoor neemt de kans dat allochtonen in de vier grote steden autochtonen ontmoeten, af. Zo daalde de statistische kans dat Turken autochtonen ontmoeten in Amsterdam van 51% in 1998 naar 43% in 2008. Tussen 1994 en 2006 is de samenstelling van vrienden- en kennissenkringen van de tweede generatie steeds eenzijdiger geworden, in de zin dat ze vaker bestaan uit personen van dezelfde herkomstgroep. Het meest geldt dat voor de Turkse tweede generatie. In 2011 is aan steekproeven van beide groepen gevraagd of zij autochtonen in vrienden- of kennissenkring hebben. Het valt op dat er relatief veel Marokkanen zijn (18%) die te kennen geven geen autochtoon in hun vrienden- of kennissenkring te hebben. Datzelfde geldt voor 7% van de Turken. Bijna de helft van de ondervraagde Turken zegt zelfs veel autochtonen in hun sociale omgeving te kennen, tegenover 35% van de Marokkanen. Deze uitkomst staat haaks op eerdere onderzoeken, waaruit steevast bleek dat Marokkanen méér contacten hadden met autochtonen, en dat Turken zich veel meer in eigen kring ophouden. Voor beide groepen geldt dat hoe hoger de opleiding van de ondervraagde is, hoe vaker deze autochtone vrienden zegt te hebben. (zie figuur 11.1) Figuur 11 Autochtonen in vrienden- en kennissenkring van Turken en Marokkanen, 2011
Marokkanen
18
47
35 Nee, helemaal niet Ja, een enkele Ja, veel
Turken
7
0%
44
20%
49
40%
60%
80%
100%
Bron: FORUM, 2012
14
SCP, Jaarrapport Integratie 2009.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
19
14. Discriminatie jegens moslims 14.1. De omvang van discriminatie In een survey uit 2009 gaf een derde van de ondervraagde Marokkanen en een vijfde van de Turken aan dat zij in de afgelopen twaalf maanden op straat discriminatie op grond van huidskleur, land van herkomst of geloof hadden ervaren.15 Vergeleken met een soortgelijk onderzoek vier jaar eerder betekende dat een lichte daling voor de Marokkanen, maar een sterke stijging voor de Turken. Figuur 12 Percentage respondenten dat in afgelopen 12 maanden gediscrimineerd is op grond van huidskleur, land van herkomst of geloof, naar etnische herkomt, 2005 en 2009. 35
33 30
30 25
21
20 18
20
2005
14
15
2009
10 5
1
2
0 Marokkanen
Turken
alle allochtonen
autochtonen
Bron: Monitor Rassendiscriminatie 2009.
De werkelijke omvang van discriminatie jegens moslims laat zich moeilijk meten. De betrouwbaarheid van registraties door antidiscriminatiebureaus en politie hangt samen met enerzijds de bekendheid ervan bij de slachtoffers en hun bereidheid om voorvallen van discriminatie te melden, anderzijds met de bereidheid bij de politie om incidenten te registreren. In 2009 registreerden de antidiscriminatiebureaus en meldpunten in 28 gemeenten in totaal 182 klachten over discriminatie op grond van ras, huidskleur of afkomst afkomstig van Turken en 349 afkomstig van Marokkanen.16 Van alle onderzochte groepen meldden Marokkanen verreweg de meeste klachten. Het aantal aangiftes van rassendiscriminatie van Marokkanen en Turken is sinds 2002 relatief stabiel. Uit een inventarisatie van incidenten van discriminatie door de politie in 201017 bleek dat 13% van de 2.238 incidenten gericht was tegen Turken, Marokkanen of moslims. Twee jaar eerder bedroeg dat percentage 15. De daadwerkelijke omvang van discriminatie wordt vele malen hoger ingeschat. Volgens het Meldpunt Discriminatie Internet (MDI) hadden de meeste meldingen over uitingen op internet en sociale media websites in 2011 betrekking op haat tegen moslims.18
15
Art. 1, Monitor Rassendiscriminatie 2009 .
16
Art. 1, Kerncijfers 2009. Landelijk overzicht van discriminatieklachten geregistreerd bij antidiscriminatie bureaus en meldpunten in Nederland, 2010.
17
Poldis 2010, Criminaliteitsbeeld Discriminatie, ITS, juni 2011.
18
MDI, Jaarverslag 2011. Het MDI registreert meldingen die per e-mail worden gedaan over uitingen van discriminatie en het zaaien van haat op Nederlandse websites, onderzoekt de meldingen, beoordeelt ze op strafbaarheid en onderneemt actie.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
20
Het aantal blijkt lager dan in 2007, hetgeen opmerkelijk wordt genoemd, omdat in 2008 het debat over moslims een hoogtepunt bereikte, o.a. door het verschijnen van de film Fitna. Wel blijkt het aantal uitingen van haat jegens Marokkanen te zijn toegenomen. Figuur 13 Aantal meldingen van discriminatie op internet, naar enkele gronden, 2010
500 400 300 200 100 0 2005
2006
Haat tegen moslims
2007
2008
2009
Discriminatie van Marokkanen
2010
2011
Discriminatie van Turken
Bron: Meldpunt Discriminatie Internet, 2011
14.2. Discriminatie op de arbeidsmarkt Het SCP19 heeft in 2008 een groot aantal praktijktests uitgevoerd om te toetsen of allochtone kandidaten evenveel kansen hebben om voor een sollicitatie te worden uitgenodigd als autochtonen met dezelfde kwalificaties. Daarvoor werden zowel schriftelijke als telefonische reacties op advertenties ingezet. Niet-westerse allochtonen bleken significant minder vaak te worden uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek. Discriminatie kwam vaker voor in lagere en middenfuncties, vaker bij mannen dan bij vrouwen, vaker in horeca en detailhandel, en vaker bij functies met klantencontacten. Opmerkelijk is overigens dat Marokkanen meer kans maakten om voor een gesprek te worden uitgenodigd dan Turken.20
19
SCP, Liever Mark dan Mohamed?, 2009.
20
51% versus 47%. Ibidem.
FORUM Instituut voor Multiculturele Vraagstukken - Verkenning Moslims in Nederland 2012 - Augustus 2012
21
Literatuur o o o o o o o o o o o o o o o o o
Art. 1, Kerncijfers 2009. Landelijk overzicht van discriminatieklachten geregistreerd bij antidiscriminatie bureaus en meldpunten in Nederland, 2010. Bartels, De keuze van een huwelijkspartner, 2008. Beer, J. de, Nederlandse moslims blijven in de minderheid, Demos, 2007, jaargang 23, nr. 9. Canatan, K., M. Popovic & R. Edinga, Maatschappelijk actief in moskeeverband. IHSAN, 2005. CBS: Religie aan het begin van de 21e eeuw, 2009. CBS, Jaarrapport Integratie 2008, november 2008. Europese Commissie tegen Racisme en Intolerantie (ECRI), Derde rapport over Nederland, 2008. FORUM/Motivaction, Het welbevinden van Nieuwe Nederlanders 2011, 2012 ITS, Poldis 2010. Criminaliteitsbeeld Discriminatie, juni 2011. Meldpunt Discriminatie Internet, 2011: Mainstreaming van discriminatie, Jaarverslag 2011, 2012. Metro, Nieuwe moskee is zeldzaamheid in Nederland, 4 januari 2011. Art. 1, Monitor Rassendiscriminatie 2009, 2010. Oudenhoven, J.P. van, et al., Nederland deugt’, Groningen, 2008. Pew Forum on Religion & Public Life, The, Mapping the Global Muslim Population, 2009. SCP, Jaarrapport Integratie 2009, 2009. SCP, Liever Mark dan Mohammed? Onderzoek naar arbeidsmarktdiscriminatie van niet-westerse migranten via praktijktests, 2009. TIES, The position of the Turkish and Moroccan Second Generation in Amsterdam and Rotterdam, 2008.
Websites o Centraal Bureau voor de Statistiek: www.cbs.nl o Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO): www.cmoweb.nl o FORUM, Expertisecentrum Religie en Samenleving: www.forum.nl/res o Landelijk Overleg Minderheden: www.minderheden.org o Nederlandse Moslim Omroep: www.nmo.nl o Parlement: www.parlement.com