vaccinatierapport 2009

vaccinatierapport 2009

Ingrid Testelmans, Stafmedewerker Databeheer preventieve gezinsondersteuning (PGO)

Bea Buysse wetenschappelijk adviseur

Inhoudsopgave INLEIDING EN SITUERING .................................................................................................... 4 SCHEMA VAN DE AANBEVOLEN VACCINATIES, MERKEN EN INJECTIEPLAATS ......................... 5 1.

PERCENTAGE KINDEREN IN VLAANDEREN GEVACCINEERD BINNEN KIND EN GEZIN: aantal kinderen gevaccineerd op de consultatiebureaus (CB) t.o.v. het aantal geboorten ...... 9

1.1. Vaccins toe te dienen in het 1e levensjaar .......................................................................11 1.2. Vaccins toe te dienen in het 2e levensjaar .......................................................................12

2.

PERCENTAGE KINDEREN IN VLAANDEREN GEVACCINEERD IN HET EERSTE LEVENSJAAR BINNEN KIND EN GEZIN NAAR KANSENGROEPEN .........................................................13

2.1. Inleiding .....................................................................................................................14 2.2. Vaccinatiepercentage in het eerste levensjaar gerealiseerd binnen kind en gezin, gedifferentieerd naar kansarmoede en origine van de moeder ...........................................15

3.

MATE VAN VACCINEREN VAN DE KINDEREN INGESCHREVEN IN DE CONSULTATIEBUREAU.17

3.1. Vaccins toe te dienen in het 1e levensjaar .......................................................................18 3.2. Vaccins toe te dienen in het 2e levensjaar .......................................................................19 3.3. Vaccins toe te dienen in het 1e levensjaar naar pariteit .....................................................20 3.4. Vaccins toe te dienen in het 2e levensjaar naar pariteit .....................................................21

4.

HET VOLGEN VAN DE AANBEVOLEN LEEFTIJDSRANGE .................................................23

4.1. Toediening van vaccins binnen de aanbevolen leeftijdsrange naar provincie van vaccinatie ..24 Leeftijdsgroep 2, 3 en 4 maanden ...........................................................................24 Leeftijdsgroep 12 maanden......................................................................................25 Leeftijdsgroep 15 maanden......................................................................................25 4.2. Toediening van vaccins binnen de aanbevolen leeftijdsrange naar provincie van vaccinatie en naar kansarmoede. ......................................................................................................26 Leeftijdsgroepen 2, 3 en 4 maanden .........................................................................26 Leeftijdsgroep 12 maanden......................................................................................27 Leeftijdsgroep 15 maanden......................................................................................27 4.3. Kinderen in kansarme gezinnen: toediening van vaccins binnen de aanbevolen leeftijdsrange, naar provincie van toediening en naar origine van de moeder. ...........................................29 Leeftijdsgroep 2, 3 en 4 maanden ............................................................................29 Leeftijdsgroep 12 maanden......................................................................................30 Leeftijdsgroep 15 maanden......................................................................................30

Kind en Gezin Vaccinatierapport 2009

2

5.

MATE WAARIN KINDEREN OP DE LEEFTIJDEN VAN 6, 12 EN 18 MAANDEN ALLE AANBEVOLEN VACCINS KREGEN DOOR KIND EN GEZIN ...............................................32

5.1. Mate waarin de vaccinatiestatus in orde is binnen K&G, naar provincie van woonplaats. .......33 Vaccinatiestatus in orde op 6, 12 en 18 maanden ......................................................33 5.2. Mate waarin de vaccinatiestatus in orde is binnen kind en gezin bij kinderen in kansarme gezinnen en in allochtone gezinnen, naar provincie van woonplaats. ..................................35

6.

TOEGEDIENDE VACCINS IN 2009 ................................................................................38

6.1. Overzicht per (combinatie)vaccin .....................................................................................39 6.2. Totaaloverzicht 2009 ......................................................................................................42 6.3. Overzicht vaccins voor de periode 1999-2009, Vlaams en Brussels gewest ............................44

BIJLAGE 1 : .........................................................................................................................47 VACCINATIESCHEMAS EN TOTAALOVERZICHT VAN 1999 TOT 2008 .......................................47 BIJLAGE 2 : .........................................................................................................................68 AANTAL TOEGEDIENDE VACCINS PER LOGO ........................................................................68 BIJLAGE 3 : .........................................................................................................................74 LIJST VAN TABELLEN EN GRAFIEKEN ..................................................................................74


3

INLEIDING EN SITUERING


4

SCHEMA VAN DE AANBEVOLEN VACCINATIES, MERKEN EN INJECTIEPLAATS

ALGEMEEN SCHEMA VAN TOEPASSING OP 1 JANUARI 2009:

8w

12w

16w

12 mnd

Polio(myelitis): IPV (volgens Salk - geïnactiveerd inspuitbaar) Difterie

x

x

x

15 mnd x

5-7 jr1 x

x

x

x

x

x

x5

Tetanus

x

x

x

x

x

x

Kinkhoest (acellulair)

x

x

x

x

x

x5

Haemophilus Influenzae B

x

x

x

x

Hepatitis B

x

x

x

x x

x2

Bof

x

x2

Rodehond

x

x2

Pneumokokken 7-valent

x x

x

x

Humaan Papillomavirus Rotavirus (oraal)

2 3 4 5

xx3

Mazelen

Meningokokken C

1

10-13 14-16 jr jr4

xxx x

x

(x)

eerste leerjaar vijfde leerjaar eerste jaar secundair onderwijs derde jaar secundair onderwijs het difterie- en pertussisgedeelte in verdunde vorm (Tdap) : in één prik

Door de Vlaamse gemeenschap gratis beschikbaar gestelde vaccins: Imovax Polio (geïnactiveerd Poliovaccin IPV, voor wie andere vaccins weigert) (IM of SC) Infanrix hexa (DTPa IPV HIB HepB) MMRVAXPRO (vanaf juli 2008) (Mazelen Bof Rodehond) Neisvac C (Meningokokken C) Prevenar (Pneumokokken) Infanrix-IPV (DiTePa IPV op 5-6 jr) Engerix B-20µg/ml (Hepatitis B in eerste jaar secundair onderwijs) Boostrix (Tdap) (derde jaar secundair onderwijs)

Door K&G toegediend, maar door de ouders zelf aan te kopen vaccin met voorschrift: 5RWDWHTLQGRVLVVHQRSZZHQZ¼UHPJHOGYRRUGH 5RWDUL[LQGRVLVVHQRSZHQZ¼UHPJHOGYRRUGH


5

Wettelijk is enkel de poliovaccinatie verplicht. Alle inentingen in het schema zijn sterk aanbevolen door de Hoge Gezondheidsraad van België.

Gebruikte afkortingen Hexa 2m : 1e dosis hexavalent vaccin op 2 maand MBR : mazelen, bof, rubella (rodehond) combinatievaccin Mec C : Meningokokken C vaccin

Dode vaccins en levende verzwakte vaccins in het basisschema x

Gedode vaccins bevatten geen levend element van de ziekteverwekker. De vaccins tegen polio (IPV) bevatten de volledige gedode microbe; Tetanus, difterie, acellulaire kinkhoest en hepatitis B bevatten bepaalde antigenen van de ziekteverwekker (sub-unit vaccins); HIB, pneumokokken en meningokokken C zijn geconjugeerde vaccins van een kapselpolysaccharide gekoppeld aan een dragerproteïne. Bij vaccinatie maakt het kind de ziekte niet door, maar wordt het immuunsysteem geactiveerd. Het kind kan zich licht ziek voelen en er kunnen in de eerste 24 uur plaatselijke reacties en koorts optreden

x

De vaccins tegen mazelen, bof en rodehond, Rotavirus zijn levende vaccins die verzwakte virussen bevatten. Na vaccinatie maakt het kind de ziekte in heel lichte vorm door en maakt zo antistoffen aan. De bijwerkingen treden pas op na de incubatietijd (tussen de vijfde en twaalfde dag na de vaccinatie). Het kind kan wat huiduitslag krijgen zoals bij mazelen en soms koorts.

Injectieplaats Kind en Gezin volgt de wetenschappelijk gefundeerde aanbeveling over de injectieplaats, namelijk de anterolaterale dijspier voor kinderen jonger dan 12 maanden en de deltaspier (schouderspier) voor kinderen boven 12 maanden.

Methodiek In dit rapport worden de gecombineerde vaccins, zoals bv. het hexavalent vaccin en het mazelen-bof-rubella-vaccin, als één vaccin geteld en niet meer als 6 en 3 vaccins tegen respectievelijk de 6 en 3 ziekten. Hierdoor is het niet altijd mogelijk om het aantal inentingen te vergelijken met de beginjaren van registratie, waar andere combinaties werden gebruikt. In de afgeleide analyses werd deze telling reeds toegepast sinds het rapport van 2005, wat een vergelijking vanaf dan mogelijk maakt. Om reden van verwerking wordt in de tabellen gebruik gemaakt van de leeftijden 2, 3 en 4 maand i.p.v. 8, 12 en 16 weken.


6

Het vaccinatiegebeuren in 2009

In het jaar 2009 roerde heel wat in het vaccinatielandschap. Naast vaccin-stockbreuken werden we geconfronteerd met de uitbraak van het H1N1-griepvirus en werden een aantal specifieke aanbevelingen voor het werkveld en de kinderopvang geformuleerd.

In opvolging van de Hoge Gezondheidsraad (HGR) werd de vaccinatieleeftijd in het eerste levensjaar (op 2, 3 en 4 maanden) nu uitgedrukt in weken: 8, 12 en 16 weken. Dit moet, vooral voor de eerste dosis, de vroegtijdige start en de snelle opbouw van immuniteit in de hand werken. Ook bij de afspraken voor de consultatiebureaus (&%¶V) en in het UHJLVWUDWLHV\VWHHPZHUGRYHUJHVFKDNHOGQDDUµZHNHQ¶ Alle actualiteiten over vaccinatie verschijnen steeds op het Intranet voor de regioverpleegkundigen (59¶V) en op het Extranet voor de CB-artsen.

Het enkelvoudig poliovaccin (Imovax Polio) was in januari voor korte tijd niet beschikbaar omdat de aanbestedingsprocedure nog niet was afgerond. Ouders konden het vaccin in de apotheek kopen, maar hHWDDQNRRSEHGUDJ¼ NRQQLHWZRUGHQWHUXJJHYRUGHUG Het gebruik van dit vaccin is echter uitzonderlijk, zodat de implicatie van deze stockbreuk verwaarloosbaar is. Geïnteresseerde ouders werden geïnformeerd over de bewaring van het vaccin (tussen 2 en 8°C). Begin maart was er gedurende 4 weken een stockbreuk voor Infanrix Hexa, omwille van bijkomende controles op de loten voor de Europese markt. Om de zittingen zo weinig mogelijk extra te belasten, werd een eventuele vaccinatieachterstand van één of meer van de 3 basisinentingen (8, 12 en 16 weken) weggewerkt op de eerstvolgende normaal geplande consultmomenten, met inbegrip van het consult van 6 maand en 9 maand. Voor een gemist vaccin op 15 maand werd een extra afspraak vastgelegd op 18 maand. Daar dit geen standaard-vaccinatiemoment is moeten de ouders extra gemotiveerd worden en is de kans op afhaken groter. Ook op 24 september was er een stockbreuk voor Infanrix Hexa, deze keer voor 3 weken. Hier werd dezelfde houding aangenomen voor het inhalen van gemiste dosissen.

Eind 2008 besliste K&G, conform het advies van de HGR, de kinkhoestvaccinatie van YULMZLOOLJHUVHQDUWVHQYDQGH&%¶VWHVWLPXOHUHQYLDGHRUJDQLVHUHQGHEHVWXUHQDit werd begin 2009 uitgevoerd. Sinds meerdere jaren wordt er immers in verschillende landen met een goede vaccinatiegraad een algemene toename van het aantal gerapporteerde kinkhoestgevallen vastgesteld. De ziekte kan al bij zeer jonge (nog niet ingeënte) baby¶s voorkomen, met vrij hoge sterfte.


7

,QGH]HOIGHOLMQNRRVGH9ODDPVHYDFFLQDWLHNRHSHOµNLQNKRHVWYDFFLQDWLH¶DOVKHWWKHPDYDQ de Europese vaccinatieweek (20-26 april 2009), om (aanstaande) ouders eraan te herinneren hun baby tijdig te laten vaccineren, en om ze aan te sporen ook zichzelf te laten inentenYROJHQVKHWSULQFLSHYDQGHµFRFRRQYDFFLQDWLH¶. Ook alle andere personen die vaak met baby's in contact komen (en meer specifiek de regioteamleden), werden aangeraden zich te laten vaccineren tegen kinkhoest. Kind en Gezin steunde de Vaccinatieweek en verspreidde folders en affiches naar de kinderopvangvoorzieningen en de consultatiebureaus.

In april 2009 werd iedereen geconfronteerd met de uitbraak van de Mexicaanse H1N1 griep. Binnen K&G ging dit gepaard met een intensieve en repetitieve informatieflow naar personeelsleden en vooral naar de voorzieningen en de kinderopvang. Er kwam een YORHGYDQYUDJHQRYHUULVLFR¶V voor jonge kinderen, preventiemaatregelen en vaccinatie. Dr. De Ronne verzekerde vanuit de Medische Beleidscel de coördinatie van de medische informatie in overleg met Toezicht Volksgezondheid en Prof. Van Ranst. Daarbij aansluitend werd er in juli naar het werkveld en de kinderopvang informatie verspreid over handhygiëne en in augustuVRYHUµZDWWHGRHQRSKXLVEH]RHN"¶ Het wetenschappelijk dossier over handhygiëne werd in oktober verspreid. Vanaf november werden alle ouders en verzorgers van kinderen jonger dan 6 maand uitgenodigd om zich door de huisarts te laten vaccineren.

Een correct stockbeheer en koudeketenbewaking zijn essentieel in een kwaliteitsvol vaccinatieprogramma. In januari werden de documenten van 2004 geactualiseerd en opnieuw aan de regioteamleden bezorgd, samen met een meldformulier voor problemen. Een ander aandachtspunt, op aanbeveling van het Federaal kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE), was de vaccinatie tegen hepatitis A, vooral voor allochtone gezinnen die met kinderen naar hun herkomstland reizen. Die gezinnen werden naar de huisarts verwezen voor inenting.

Als we de vaststelling dat er in 2009 weerom een groter aantal inentingen werden toegediend op een rij zetten met de veelheid aan initiatieven en niet geplande voorvallen, dan is de geleverde prestatie indrukwekkend. Vooral de sterke motivatie van onze regioteamleden staat garant voor dit kwalitatieve en kwantitatieve resultaat. Dit is alvast een grote proficiat waard voor al de medewerkers.

Erwin Van Kerschaver Wetenschappelijk adviseur-hoofdarts Kind en Gezin


8

1. PERCENTAGE KINDEREN IN VLAANDEREN

GEVACCINEERD BINNEN KIND EN GEZIN: aantal kinderen gevaccineerd op de consultatiebureaus (CB) t.o.v. het aantal geboorten


9

In dit hoofdstuk bekijken we de toegediende spuiten en niet het aantal ziekte-antigenen waartegen wordt gevaccineerd.

We plaatsen hier het aantal op de consultatiebureaus (CB) van Kind en Gezin gevaccineerde kinderen in 2009 tegenover het aantal geboorten1,2 in 2009 (voor vaccins in het eerste levensjaar) of 2008 (voor vaccins in het tweede levensjaar). In de hierna volgende tabellen worden de cijfers geteld volgens de provincie van de woonplaats bij geboorte.

In de loop van 2009 werden nog een aantal correcties doorgevoerd aan de registratie van vaccinaties in 2008 (foute registraties gecorrigeerd, ontbrekende registraties aangevuld). De cijfers van 2008 verschillen daardoor licht van de cijfers vermeld in het vaccinatierapport 2008.

Het Rotavirusvaccin werd niet opgenomen in de analytische hoofdstukken. Het vaccin wordt alleen in hoofdstuk 6 vermeld bij het totaal aantal toegediende dosissen.

1

Het aantal geregistreerde geboorten in de databank van Kind en Gezin is hoger dan het aantal officieel

geboren kinderen in Vlaanderen, ondermeer omdat ook geboorten bij asielzoekers en illegaal verblijvenden zijn opgenomen in de databank. 2

We tellen enkel (vanuit de Ikaros databank van Kind en Gezin) de levend geboren kinderen die bij hun

geboorte in Vlaanderen wonen, dus geen inwijkelingen, buitenlandse adoptiekinderen enz...


10

1.1. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 1e LEVENSJAAR

Prov incie geboorte ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

Aantal geboorten Pneumo 2m Hexa 2m Hexa 3m Hexa 4m Pneumo 4m in 2009 in % in % in % in % in % 20 11 11 16 8 69

973 637 678 477 949 714

84,3 74,1 86,5 81,0 90,4 83,0

% % % % % %

84,3 74,0 86,6 81,0 90,3 83,0

% % % % % %

83,2 72,5 85,5 80,1 89,4 81,9

% % % % % %

82,0 70,9 83,9 79,0 88,2 80,5

% % % % % %

81,9 70,8 84,0 78,9 88,3 80,5

% % % % % %

Tabel 1: Percentage kinderen op CB gevaccineerd ten opzichte van het aantal kinderen geboren in 2009

% gevaccineerd in 1ste levensjaar door Kind en Gezin - Vlaams Gewest 85 84 83 82 81 80 79 78 77 76 75

% % % % % % % % % % %

Hexa 2m in % Hexa 3m in % Hexa 4m in % Pneumo 2m in % Pneumo 4m in %

2007

2008

2009

Grafiek 1: Evolutie van het percentage kinderen in het eerste levensjaar gevaccineerd op CB (Vlaams Gewest, geboren 2007 - 2009)

Bespreking: In het eerste levensjaar staan de consultatiebureaus van Kind en Gezin (CB) in voor het inenten van - 83,0% van de kinderen voor de 1e vaccinaties op 2 maanden, - 81,9% van de kinderen voor de 2e vaccinatie en - 80,5% van de kinderen voor de 3e vaccinaties. Naar provincie is dit percentage sterk verschillend, van 74,0% gevaccineerd met eerste dosis in Vlaams-Brabant tot 90,3% in Limburg. Met 86,6% scoort ook West-Vlaanderen vrij hoog. In Antwerpen bedraagt het 84,3% en in Oost-Vlaanderen 81,0%. Ten opzichte van de kinderen geboren in 2008 zien we voor alle dosissen een min of meer lichte daling. Het percentage kinderen op CB gevaccineerd voor de eerste drie dosissen bedroeg in 2008 respectievelijk 83,2%, 82,3% en 81,1% voor het hexavalent vaccin. Dat het pneumokokkenvaccin op hetzelfde niveau zit als het hexavalente vaccin is bijzonder wanneer we beseffen dat het pas sinds januari 2007 als gratis vaccin door de Vlaamse overheid beschikbaar werd gesteld.


11

1.2. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 2e LEVENSJAAR

Prov incie geboorte ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

Aantal geboorten Pneumokok MBR 12m % Mec C 15m % Hexa 15m % in 2008 12m % 20 11 12 16 8 70

993 724 057 615 930 319

80,1 67,9 80,9 77,8 87,2 78,6

% % % % % %

79,6 67,7 80,7 77,8 87,0 78,3

% % % % % %

78,0 66,6 78,0 76,0 85,2 76,5

% % % % % %

78,1 66,8 78,3 76,1 85,4 76,7

% % % % % %

Tabel 2: Percentage kinderen op CB gevaccineerd ten opzichte van het aantal kinderen geboren in 2008.

% gevaccineerd in 2de levensjaar door K&G - Vlaams Gewest 85 84 83 82 81 80 79 78 77 76 75

% % % % % % % % % % %

P neumokok 12m % MBR 12m % Mec C 15m % H exa 15m % 2006

2007

2008

Grafiek 2: Evolutie van het percentage kinderen in het tweede levensjaar gevaccineerd op CB (Vlaams Gewest, geboren 2006 - 2008)

Bespreking: In het -

2e levensjaar staat Kind en Gezin (CB) in voor het inenten van 78,6% voor Pneumokokken op 12 maand en 78,3% voor MBR op 12 maand en 76,5% Meningitis C op 15 maand en 76,7% voor het hexavalent vaccin op 15 maand.

Ook in het tweede levensjaar is er een verschil tussen de Vlaamse provincies: waar in de provincie Vlaams-Brabant 66,8% van de kinderen door K&G worden gevaccineerd voor het hexavalent vaccin op 15 maand, is dit in de andere provincies 76,1% voor de provincie Oost-Vlaanderen of meer. Het hoogste percentage zien we in Limburg met 85,4%. Ten opzichte van de kinderen geboren in 2007 zien we in het tweede levensjaar een min of meer constante situatie voor mazelen-bof rubella en pneumokokken. Voor het hexavalent vaccin en meningokokken C zien we een lichte daling van 0,5% resp. 0,3%. Het percentage kinderen op CB gevaccineerd bedroeg in 2007 respectievelijk 78,2% voor MBR, 78,5% voor Pneumokokken op 12 maand, 77,2% voor het hexavalent vaccin en 76,8% Meningitis C.


12

2. PERCENTAGE KINDEREN IN VLAANDEREN GEVACCINEERD IN HET EERSTE LEVENSJAAR BINNEN KIND EN GEZIN NAAR KANSENGROEPEN


13

2.1. INLEIDING Met het oog op speciale aandacht of specifieke acties naar bepaalde bevolkingsgroepen, wordt hier de analyse gemaakt van het vaccinatiepercentage (percentage kinderen gevaccineerd binnen Kind en Gezin in het Vlaamse Gewest) naargelang het kind woont in een kansarm gezin of niet. We spreken van een kansarm gezin indien het gezin beantwoordt aan minimum 3 van de 6 criteria (beschikbaar maandinkomen, opleiding ouders, arbeidssituatie ouders, laag stimulatieniveau kinderen, huisvesting, gezondheid). Binnen deze groep wordt verder gedifferentieerd naar de origine van de moeder, respectievelijk Belg of niet-Belg (allochtoon). We spreken van een autochtoon kind wanneer de moeder bij haar geboorte de Belgische nationaliteit had, en van allochtoon kind wanneer de moeder bij haar geboorte niet de Belgische nationaliteit had. Telkens wordt per provincie het aantal betrokken kinderen en het percentage van de gevaccineerden (coverage gerealiseerd door Kind en Gezin) weergegeven.

Voor het beter begrip van de verdere tabellen geven we hier enige informatie over de verhouding al dan niet kansarmoede en al dan niet Belg. In 2009 bedraagt het aantal kinderen uit kansarme gezinnen 5 502 of 8,0% van de kinderen jonger dan 1 jaar geboren in 2009. Tegenover 2008 (7,6%) is het percentage kinderen geboren in een kansarm gezin licht toegenomen. Van de Belgische kinderen is 4,1% kansarm, van de niet-Belgische 22,5%. Van de kansarmen is 39,6% Belg en bij de niet-kansarmen is 81,9% Belg.

2009 Belg Kansarm Niet kansarm Som:

2 181 39,6 % 51 625 81,9 % 53 806

Niet-Belg 4,1 % 95,9 %

100,0 %

3 321 60,4 % 11 417 18,1 % 14 738

Som 22,5 %

5 502 100,0 %

77,5 %

63 042 100,0 % 68 544

100,0 %

100,0 %

Tabel 3: Aantal kinderen geboren in 2009 in het Vlaamse Gewest naar kansarmoede en origine moeder.


14

2.2. VACCINATIEPERCENTAGE IN HET EERSTE LEVENSJAAR GEREALISEERD BINNEN KIND EN GEZIN, GEDIFFERENTIEERD NAAR KANSARMOEDE EN ORIGINE VAN DE MOEDER

2009 Kansengroepen

Aantal kinderen Pneumokok 2m Hexa 2m

Belg en kansarm Belg en niet-kansarm Totaal Belg Niet-Belg en kansarm Niet-Belg en niet-kansarm Totaal Niet-Belg

2 181 51 625 53 806 3 321 11 417 14 738

86,7 82,4 82,5 94,2 87,6 89,1

Algemeen totaal Vlaams Gewest

68 544

83,9 %

% % % % % %

86,7 82,5 82,6 93,8 87,4 88,8

% % % % % %

84,0 %

Hexa 3m Hexa 4m Pneumokok 4m 85,1 81,3 81,4 92,8 86,8 88,2

% % % % % %

82,9 %

82,9 80,0 80,1 90,3 85,8 86,8

% % % % % %

81,6 %

83,5 79,9 80,0 90,8 85,9 87,0

81,5 %

Tabel 4: Aantal kinderen gevaccineerd in het eerste levensjaar binnen Kind en Gezin (CB) naar kansengroepen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009).

Bespreking: De kinderen uit kansarme gezinnen zijn zowel voor de 1e, 2e als 3e dosis van het hexavalent vaccin als voor de 1e en 2e dosis van het pneumokokken vaccin in hogere mate gevaccineerd (2,9 ± 6,6 procentpunt) door Kind en Gezin dan de niet kansarmen. Dit geldt zowel voor de allochtone als voor de autochtone kinderen, dus los van de nationaliteit van de moeder bij haar geboorte. Bij de allochtone kinderen ligt het vaccinatiepercentage voor de 1e, 2e als 3e dosis van het hexavalent vaccin en voor de 1e en 2e dosis van het pneumokokken vaccin gerealiseerd door Kind en Gezin eveneens 6,2 ± 7,0 procentpunt hoger dan bij de kinderen waar de moeder de Belgische nationaliteit had bij haar geboorte. De terugval van het vaccinatiepercentage tussen de eerste en de derde dosis bedraagt bij kansarme kinderen 3,5-3,8 procentpunt en bij de niet kansarme 1,6-2,5 procentpunt. De terugval is dus 1,3-1,9 procentpunt hoger bij de kansarmen. Ter informatie geven we hierna dezelfde tabel weer gedifferentieerd naar provincie. De algemene trend is in alle provincies gelijklopend. Onderling bekeken scoort Limburg het hoogst voor alle groepen.


% % % % % %

15

Kansengroepen

Prov incie w oonplaats

ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN Belg en kansarm OOST-VLAANDEREN LIMBURG Vlaams Gew est ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN Belg en niet-kansarm OOST-VLAANDEREN LIMBURG Vlaams Gew est Totaal Belg Vlaams Gew est ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN Niet-Belg en kansarm OOST-VLAANDEREN LIMBURG Vlaams Gew est ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN Niet-Belg en niet-kansarm OOST-VLAANDEREN LIMBURG Vlaams Gew est Totaal Niet-Belg Vlaams Gew est Algemeen totaal Vlaams Gew est

Aantal kinderen 513 276 510 514 368 2 181 13 990 8 411 9 971 12 873 6 380 51 625 53 806 1 586 354 222 670 489 3 321 4 493 2 154 871 2 258 1 641 11 417 14 738 68 544

Pneumo Hexa 2m kok 2m 88,3 82,6 87,6 84,8 89,1 86,7 82,9 75,4 86,7 79,3 89,8 82,4 82,5 94,5 91,0 91,9 94,9 95,5 94,2 88,8 75,7 90,5 90,1 94,9 87,6 89,1 83,9

% % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % %

87,7 82,6 87,6 84,8 89,4 86,7 83,0 75,5 86,9 79,4 89,6 82,5 82,6 94,1 90,1 90,5 94,8 95,5 93,8 88,6 75,4 90,2 89,9 94,8 87,4 88,8 84,0

% % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % %

Hexa 3m 86,0 82,2 87,3 82,7 86,7 85,1 81,8 73,8 85,6 78,5 88,9 81,3 81,4 93,3 89,5 91,4 92,4 94,9 92,8 88,4 74,0 89,9 89,7 93,8 86,8 88,2 82,9

% % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % %

Hexa 4m

Pneumo kok 4m

83,4 80,4 84,1 79,8 86,7 82,9 80,8 71,8 84,1 77,5 87,7 80,0 80,1 90,9 87,0 90,1 89,3 92,2 90,3 87,0 73,4 88,3 89,3 92,9 85,8 86,8 81,6

84,8 80,1 84,3 80,9 86,7 83,5 80,5 71,8 84,1 77,3 87,8 79,9 80,0 91,1 87,3 90,1 90,6 92,6 90,8 87,3 73,3 88,3 89,3 93,0 85,9 87,0 81,5

% % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % %

Tabel 5: Aantal kinderen gevaccineerd in het eerste levensjaar binnen Kind en Gezin (CB) naar kansengroepen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009) en gedifferentieerd naar provincie.


16

% % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % % %

3. MATE VAN VACCINEREN VAN DE KINDEREN INGESCHREVEN IN DE CONSULTATIEBUREAUS


17

3.1. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 1e LEVENSJAAR In dit hoofdstuk bekijken we de mate waarin we ons cliënteel daadwerkelijk zelf vaccineren. Alle kinderen die naar het CB van K&G komen krijgen de vaccinaties aangeboden. Het staat de ouders echter volledig vrij hun kind te laten vaccineren door de pediater of huisarts. De regioverpleegkundigen zetten de ouders aan tot vaccinatie van de kinderen en volgen dit ook op. Tabel 6 geeft per provincie het percentage kinderen weer bij wie door K&G het hexavalent vaccin werd toegediend. De noemer bevat kinderen die minstens eenmaal op consult bij Kind en Gezin geweest zijn in het 1e levensjaar. Een aantal hiervan kwam mogelijks niet meer op consult op de leeftijd waarop de 2 e dosis wordt toegediend. Voor het doelbereik van de 2e dosis is die noemer daarom vermoedelijk overschat en het procentueel doelbereik dus onderschat.

Hexavalent vaccin op 2, 3 en 4 maanden

Tabel 6: Percentage ingeschreven kinderen geboren in 20091, gevaccineerd in het eerste levensjaar voor Hexa op CB volgens de provincie van consult.

Bespreking: Op de leeftijd van 2 maanden krijgen 90,9% van de kinderen die naar het CB van K&G komen ook daar hun eerste hexavalent vaccin. Dit percentage daalt tot 89,8% voor de 2e dosis op 3 maanden en tot 88,2% voor de 3 e dosis op 4 maanden. Dit betekent dat 9,1% van de kinderen die een CB bezochten geen eerste hexavalent vaccin op het CB krijgen en mogelijks elders werden ingeënt. Dit resultaat is op hetzelfde niveau als in 2008. Ook hier zijn er provinciale verschillen die in de lijn liggen van de verschillen vastgesteld in punt 1.1. Ook ten opzichte van de ingeschreven kinderen op het consultatiebureau scoort Vlaams-Brabant lager en haalt Limburg het hoogste percentage.

1

Kinderen geboren in 2009 en minstens 1 consult bij Kind en Gezin tussen 0-12 maanden.


18

3.2. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 2e LEVENSJAAR De noemer van tabellen 7 en 8 is het aantal kinderen geboren in 2008 dat zich minstens eenmaal in de periode tussen 12 en 18 maanden op een CB heeft aangeboden. Dit aantal is lager op 15 maanden dan op 12 maanden. Daardoor is de noemer op 15 maanden overschat en het procentueel doelbereik dus onderschat. Anderzijds zijn er nagenoeg geen kinderen die op 15 maanden voor het eerst worden ingeschreven.

MBR op 12 maanden

Tabel 7: Percentage van de ingeschreven kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 12m voor MBR op CB volgens de provincie van consult.

Mec C en Hexavalent vaccin op 15 maanden

Tabel 8: Percentage van de ingeschreven kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 15m voor Men C en Hexavalent op CB volgens de provincie van consult.

Bespreking: Bij de ingeschreven kinderen in de consultatiebureaus bereiken we op de leeftijd van 12 maanden 91,6% voor MBR. Op 15 maanden bereiken we 88,9% voor Mec C en 88,8% voor het hexavalent vaccin. Opmerkelijk is dat de provinciale verschillen veel kleiner zijn dan in het eerste levensjaar. Ten opzichte van 2008 zien we enkele wijzigingen. MBR blijft gelijk. Meningitis C stijgt lichtjes met 0,2 terwijl het hexavalent vaccin lichtjes daalt met 0,2 procentpunt.


19

3.3. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 1e LEVENSJAAR NAAR PARITEIT In dit hoofdstuk bekijken we de mate waarin we ons cliënteel daadwerkelijk zelf vaccineren volgens de pariteit eerste of volgend kind.

Hexavalent vaccin op 2, 3 en 4 maanden

Tabel 9: Percentage ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 20091, gevaccineerd in 1e levensjaar op consultatiebureau volgens de provincie van consult.

Tabel 10: Percentage ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 20091, gevaccineerd in 1e levensjaar op consultatiebureau volgens de provincie van consult.

Bespreking: Op de leeftijd van 2, 3 en 4 maanden zien we dat de volgende kinderen beter gevaccineerd worden dan de eerste kinderen. Het percentage ligt resp. 2,6, 2,1 en 1,3 procentpunten hoger bij de volgend geboren kinderen.

1

Kinderen geboren in 2009 en minstens 1 consult bij Kind en Gezin tussen 0-12 maanden.


20

3.4. VACCINS TOE TE DIENEN IN HET 2e LEVENSJAAR NAAR PARITEIT In dit hoofdstuk bekijken we de mate waarin we ons cliënteel daadwerkelijk zelf vaccineren volgens de pariteit eerste of volgend kind.

MBR op 12 maanden

Tabel 11: Percentage van de ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd voor MBR op CB volgens de provincie van consult.

Tabel 12: Percentage van de ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd voor MBR op CB volgens de provincie van consult.1


21

Mec C en Hexavalent vaccin op 15 maanden

Tabel 13: Percentage van de ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 15m op CB volgens de provincie van consult.

Tabel 14: Percentage van de ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 15m op CB volgens de provincie van consult.

Bespreking: Op de leeftijd van 12 maanden zien we dat de volgende kinderen evenveel gevaccineerd worden dan de eerste kinderen. Op de leeftijd van 15 maanden worden de eerstgeboren kinderen het best gevaccineerd, resp. 93,8% en 93,7%. Dit is 2,3 procentpunt beter dan de volgend geboren kinderen.


22

4. HET VOLGEN VAN DE AANBEVOLEN LEEFTIJDSRANGE


23

4.1. TOEDIENING VAN VACCINS BINNEN DE AANBEVOLEN LEEFTIJDSRANGE NAAR PROVINCIE VAN VACCINATIE Bij de berekening van het opvolgen van de aanbevolen vaccinatieleeftijd binnen K&G werd voor elk vaccin een range vastgelegd waarbinnen de inenting moet gebeuren. Diezelfde range werd in alle vorige rapporten gehanteerd, waardoor de resultaten vergelijkbaar zijn. Voor Voor Voor Voor Voor

de de de de de

inentingen inentingen inentingen inentingen inentingen

op op op op op

2 maanden: leeftijdsrange van 1 ½ tot 4 maanden (45-120d). 3 maanden: leeftijdsrange van 2 ½ tot 5 maanden (75-150d). 4 maanden: leeftijdsrange van 3 ½ tot 6 maanden (105-180d). 12 maanden: leeftijdsrange van 12 tot 18 maanden (360-540d). 15 maanden: leeftijdsrange van 12 tot 18 maanden (360-540d).

De leeftijdsrange is breder genomen voor het tweede levensjaar omdat het toedieningmoment dan minder kritisch is en er de voorbije jaren verschuivingen in de aanbevolen leeftijd van toediening waren. De tabel over de basisvaccinaties van het eerste levensjaar verwijst naar de kinderen geboren in 2009, terwijl die van het tweede levensjaar verwijst naar de kinderen geboren in 2008. LEEFTIJDSGROEP 2, 3 EN 4 MAANDEN (8,12 en 16w)

2009 % Op tij d toegediend Prov incie v accinatie

Hexa 2m

ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

98,3 99,3 99,2 98,8 99,5 98,9

Hexa 3m % % % % % %

95,5 97,7 97,7 96,8 98,0 96,9

% % % % % %

Hexa 4m 87,4 92,9 92,8 90,8 92,7 90,7

% % % % % %

Tabel 15: Percentage hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009.


24

LEEFTIJDSGROEP 12 MAANDEN

2008 % Op tij d toegediend Prov incie v accinatie

MBR 12m

ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

98,3 98,7 98,7 98,3 98,7 98,5

% % % % % %

Tabel 16: Percentage MBR vaccins binnen K&G toegediend in de vastgelegde leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008.


2008 % Op tij d toegediend Prov incie v accinatie % MEC C 15m % Hexa 15m ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

92,9 93,5 94,7 93,8 94,4 93,7

% % % % % %

92,2 93,3 94,5 93,6 94,4 93,4

% % % % % %

Tabel 17: Percentage Meningokokken C en hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de vastgelegde leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008.

Bespreking: We stellen vast dat in dit rapport de vooropgestelde leeftijden voor het toedienen van de vaccins zeer goed worden nageleefd. De toediening op de juiste leeftijd gebeurde bij: - 98,9% van de vaccinatie op 2 maanden, - 96,9% van de vaccinatie op 3 maanden, - 90,7% van de vaccinatie op 4 maanden, - 98,5% van de MBR op 12 maanden, - 93,7% van de Meningokokken C op 15 maanden en - 93,4% van het hexavalent vaccin op 15 maanden. De naleving is beter op 2 en 3 maanden dan op 4 maanden en op 12 maanden dan op 15 maanden. Als we de procenten vergelijken met 2008, dan zien we in het eerste levensjaar een gelijke toestand voor de eerste en tweede dosis en een lichte afname voor de derde dosis op 4 maanden (0,4 procentpunt). In het tweede levensjaar zien we een stijging van alle percentages; voor MBR met 0,4 procentpunt; voor Meningitis C met 0,9 en voor het hexavalent vaccin met 0,8 procentpunt. Zoals in Hst 3 toegelicht zijn, door overschatting van de noemer, de reële procenten op 4m en op 15m vermoedelijk hoger.


25

4.2. TOEDIENING VAN VACCINS BINNEN DE AANBEVOLEN LEEFTIJDSRANGE NAAR PROVINCIE VAN VACCINATIE EN NAAR KANSARMOEDE. We willen hier nagaan in welke mate kinderen in een kansarm gezin worden gevaccineerd binnen de vooropgestelde leeftijdsgrenzen van toediening van de vaccins.

LEEFTIJDSGROEPEN 2, 3 EN 4 MAANDEN

2009 Kansarmoede in gezin Prov incie v accinatie ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

Ja

Nee

% Hexa 2m % Hexa 3m % Hexa 4m % Hexa 2m % Hexa 3m % Hexa 4m 95,8 % 86,8 % 73,3 % 98,7 % 96,6 % 89,2 % 97,8 % 92,6 % 84,2 % 99,5 % 98,1 % 93,5 % 98,2 % 92,3 % 80,3 % 99,3 % 98,1 % 93,7 % 95,8 % 89,6 % 77,5 % 99,1 % 97,4 % 91,9 % 98,5 % 94,1 % 85,7 % 99,6 % 98,5 % 93,5 % 96,8 %

89,9 %

78,3 %

99,1 %

97,5 %

91,9 %

Tabel 18: Percentage hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie.

% juist e leef tijdsrange gevaccineerd - hexavalent - 1e levensjaar - Vlaams gewest - naar kansarmoede 100 % 95 % 90 %

Ka Niet Ka

85 % 80 % 75 % 70 % 2m

3m

4m

Grafiek 3: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 1e levensjaar, ten opzichte van niet kansarme kinderen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009).


26



Ja

Nee

% MBR 12 % MBR 12 95,9 % 98,6 % 95,6 % 98,9 % 96,5 % 98,8 % 95,8 % 98,5 % 97,0 % 98,9 % 96,1 %

98,7 %

Tabel 19: Percentage MBR vaccins binnen K&G toegediend in de leeftijdsrange 12 tot 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie.



Ja

Nee

% Mec C 15m % Hexa 15m % Mec C 15m % Hexa 15m 85,3 % 84,0 % 93,9 % 93,3 % 89,3 % 88,0 % 93,8 % 93,6 % 87,7 % 87,8 % 95,0 % 94,9 % 87,4 % 86,4 % 94,3 % 94,1 % 87,8 % 87,6 % 95,1 % 95,0 % 86,8 %

85,9 %

94,4 %

94,1 %

Tabel 20: Percentage Meningokokken C en hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de leeftijdsrange 12 tot 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie.

% juist e leef tijdsrange gevaccineerd 2e levensjaar Vlaams Gewest - naar kansarmoede 100 % 95 % 90 % 85 %

Ka Niet Ka

80 % 75 % 70 %

Mazelen

Meningokokken C

12m

Pertussis (Kinkhoest) 15m

Grafiek 4: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 2e levensjaar, ten opzichte van niet kansarme kinderen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008)


27

Bespreking: Bij de kinderen uit kansarme gezinnen wordt de door K&G gehanteerde leeftijdsrange voor toediening van de vaccins minder goed opgevolgd dan bij de niet-kansarme groep. -

-

-

-

-

In de kansarme groep wordt 96,8% van de vaccinatie op 2 maanden op de juiste leeftijd toegediend. Dit is 2,3 procentpunt lager dan bij de niet-kansarme populatie en een lichte daling met 0,2 procentpunt ten opzichte van vorig jaar. Op 3 maanden zien we dat bij de kansarmen 89,9% op de juiste leeftijd wordt toegediend. Dit is 7,6 procentpunt lager dan bij de niet kansarme populatie en een daling met 0,9 procentpunt ten opzichte van het vorige jaar. Op 4 maanden wordt 78,3% van de vaccinatie op de juiste leeftijd toegediend. Dit is 13,6 procentpunt lager dan bij de niet-kansarme populatie en 1,7 procentpunt lager dan het vorige jaar. Op 12 maanden wordt 96,1% van de MBR op de juiste leeftijd toegediend. Dit is 2,6 procentpunt lager dan bij de niet-kansarme populatie, maar 0,4 procentpunt hoger dan het vorige jaar. Op 15 maanden tenslotte wordt 85,9% van het hexavalent vaccin en 86,8% van het Meningokokken C op de juiste leeftijd toegediend. Dit is voor het hexavalent vaccin 8,2 procentpunt lager dan bij de niet-kansarme populatie, maar 1,4 procentpunt hoger dan het vorige jaar. Voor Meningokokken C is dit 7,6 procentpunt lager dan bij de niet-kansarme groep, maar 1,5 procentpunt hoger dan het vorige jaar.


28

4.3. KINDEREN IN KANSARME GEZINNEN: TOEDIENING VAN VACCINS BINNEN DE AANBEVOLEN LEEFTIJDSRANGE, NAAR PROVINCIE VAN TOEDIENING EN NAAR ORIGINE VAN DE MOEDER. Met deze analyse willen we nagaan in hoeverre binnen de groep kansarme gezinnen de vooropgestelde leeftijdsgrenzen voor het toedienen van de inentingen worden gevolgd naargelang de moeder Belg of niet-Belg is van origine.

2009 Origine moeder

Belg

Niet-Belg

Op tijd toegediend Provincie vaccinatie

Hexa 2m

Hexa 3m

Op tijd toegediend Hexa 4m

Hexa 2m

Hexa 3m

Hexa 4m

ANTWERPEN

95,8 %

84,5 %

71,8 %

95,8 %

87,4 %

73,7 %

VLAAMS-BRABANT

98,3 %

92,2 %

84,1 %

97,5 %

93,0 %

84,3 %

WEST-VLAANDEREN

98,0 %

91,1 %

78,5 %

98,6 %

94,8 %

84,1 %

OOST-VLAANDEREN

96,3 %

89,4 %

74,8 %

95,5 %

89,8 %

79,4 %

LIMBURG

98,8 %

93,8 %

85,0 %

98,4 %

94,4 %

86,1 %

VLAAMS GEWEST

97,3 %

89,8 %

78,0 %

96,5 %

90,0 %

78,5 %

LEEFTIJDSGROEP 2, 3 EN 4 MAANDEN Tabel 21: Percentage vaccins in het 1e levensjaar binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, naar origine moeder en naar provincie.

Kansarmen naar origine: % juiste leef t ijdsrange gevaccineerd 1e levensjaar - Vlaams Gewest 100 % 95 % 90 % 85 %

Belg

80 %

N iet-Belg

75 % 70 % 2m

3m

4m

Grafiek 5: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 1e levensjaar, naar origine moeder en naar provincie (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009)


29


2008 Origine moeder

Belg

Prov incie v accinatie ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

% Tij dig MBR 12m 95,9 % 92,6 % 95,7 % 94,9 % 96,1 % 95,3 %

Niet-Belg % Tij dig MBR 12m 96,0 % 98,1 % 98,7 % 96,7 % 97,7 % 96,7 %

Tabel 22: Percentage vaccins op 12 maand binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar origine moeder en naar provincie.


2008 Origine moeder

Belg

Niet-Belg

% Op tij d toegediend % Op tij d toegediend Prov incie v accinatie Mec C 15m Hexa 15m Mec C 15m Hexa 15m ANTWERPEN 83,3 % 81,6 % 86,0 % 84,8 % VLAAMS-BRABANT 86,9 % 86,0 % 91,2 % 89,6 % WEST-VLAANDEREN 88,0 % 88,3 % 87,0 % 86,4 % OOST-VLAANDEREN 85,7 % 84,8 % 88,9 % 87,8 % LIMBURG 87,7 % 86,7 % 87,8 % 88,4 % VLAAMS GEWEST

86,0 %

85,1 %

87,3 %

86,4 %

Tabel 23: Percentage vaccins op 15 maand binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar origine moeder en naar provincie.

Kansarmen naar origine: % juiste leef t ijdsrange gevaccineerd - 2e levensjaar - Vlaams Gewest 100 %

95 % Belg Niet-Belg

90 %

85 % 80 % Mazelen

Meningokokken C

12m

Difterie 15m

Grafiek 6: Kansarme kinderen geboren in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 2e levensjaar, naar origine moeder en naar provincie (kinderen geboren in 2008)


30

Bespreking: Kansarme allochtone en kansarme autochtone kinderen worden over het algemeen vrij goed op de juiste leeftijd gevaccineerd. Globaal genomen worden kansarme allochtone kinderen meer binnen de vooropgestelde leeftijdsgrenzen gevaccineerd dan autochtone kinderen. We stellen wel enkele verschillen vast per dosis. - Op de leeftijd van 2 maanden worden de kansarme Belgische kinderen beter op de juiste leeftijd gevaccineerd dan de niet-Belgische, maar op 3 en 4 maanden worden ze iets minder op de juiste leeftijd gevaccineerd. Het verschil bedraagt resp. 0,2 en 0,5 procentpunt. Als we vergelijken met vorig jaar, dan zien we dat dit jaar de verschillen minder groot zijn en dat de niet-Belgische kinderen dalen tot het niveau van de Belgische kinderen. - Op de leeftijd van 12 maanden worden de kansarme niet-Belgische kinderen beter op correcte leeftijd gevaccineerd dan de Belgen: voor MBR is dit 96,7% voor niet-Belgische kinderen tegenover 95,3% voor Belgische kinderen. Ten opzichte van vorig jaar is dit een daling met 0,5 tot 1,1 procentpunt. - Op 15 maanden tenslotte worden weerom de kansarme allochtone kinderen meer op correcte leeftijd gevaccineerd. Voor Meningokokken C is dit 87,3% voor nietBelgische kinderen tegenover 86,0% voor Belgische kinderen. Voor het hexavalente vaccin is dit 86,4% voor niet-Belgische kinderen tegenover 85,1% voor Belgische. Ten opzichte van vorig jaar zien we zowel voor het Meningokokken C als voor het hexavalente vaccin een daling zowel voor de Belgische als voor de niet-Belgische kinderen, met resp. 0,9-1,8 procentpunt voor Meningokokken en 1,2-2,0 procentpunt voor het hexavalent vaccin. In de groep niet-Belgen zitten ook vluchtelingen. Indien de vaccinatiestatus niet gekend is, begint de arts opnieuw met het schema en vallen de vaccins buiten de aanbevolen leeftijdsrange. De specifieke situatie van de vluchtelingen is mogelijks een reden waarom het cijfer van vaccinatie op correcte leeftijd lager ligt dan de totale populatie (Ze hebben wel een hogere vaccinatiegraad door K&G). Samenvattende tabel: Hieronder geven we een overzicht van het percentage van op correcte leeftijd door Kind en Gezin toegediende inentingen, naar origine en kansarmoede. Kansengroepen

% Hexa 2m % Hexa 3m % Hexa 4m % MBR 12m % Hexa 15m % Men C 15m

Belg en niet-kansarm

99,2 %

98,1 %

93,1 %

98,8 %

94,7 %

95,0 %

Niet-Belg en niet-kansarm

98,7 %

95,1 %

86,6 %

97,9 %

91,1 %

91,6 %

Belg en kansarm

97,3 %

89,8 %

78,0 %

95,3 %

85,1 %

86,0 %

Niet-Belg en kansarm

Totaal

96,5 %

90,0 %

78,5 %

96,7 %

86,4 %

87,3 %

98,9 %

96,9 %

90,7 %

98,5 %

93,4 %

93,7 %

Tabel 24: Percentage vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009 en 2008, naar origine moeder en kansarmoede.

Samenvattend zien we dat de kansarmen minder op de correcte leeftijd zijn gevaccineerd dan de niet-kansarmen, vooral voor het hexavalent vaccin op 4 maand en op 15 maand. Binnen de kansarmen zijn de niet-Belgen beter op de juiste leeftijd gevaccineerd dan de Belgen, behalve voor het hexavalente vaccin op 2 maand.


31

5. MATE WAARIN KINDEREN OP DE LEEFTIJDEN VAN 6, 12 EN 18 MAANDEN ALLE AANBEVOLEN VACCINS KREGEN DOOR KIND EN GEZIN


32

5.1. MATE WAARIN DE VACCINATIESTATUS IN ORDE IS BINNEN KIND EN GEZIN, NAAR PROVINCIE VAN WOONPLAATS.1 In hoofdstuk 3 beschreven we het percentage van de ingeschreven kinderen op CB die werden gevaccineerd door Kind en Gezin en in hoofdstuk 4 de mate waarin de aanbevolen leeftijdsrange werd gevolgd. In dit hoofdstuk brengen we beide elementen samen en bekijken we het percentage kinderen waarvan op welbepaalde leeftijden (6m, 12m en 18m) de vaccinatiestatus volledig in orde is na inenting door Kind en Gezin. Met andere woorden: hoeveel kinderen hadden bij het bereiken van de leeftijd van 6, 12 en 18 maanden alle in het aanbevolen schema voorziene vaccins binnen Kind en Gezin gekregen (Pneumokokken en Rotavirus zijn niet opgenomen in deze berekening omdat ze meer dan 1 schema hebben).

VACCINATIESTATUS IN ORDE OP 6, 12 EN 18 MAANDEN Jaar geboorte

2008

2009

Prov incie w oonplaats % Op schema op 6m % Op schema op 6m ANTWERPEN 73,2 % 70,4 % VLAAMS-BRABANT 64,0 % 63,5 % WEST-VLAANDEREN 75,9 % 76,4 % OOST-VLAANDEREN 71,3 % 70,1 % LIMBURG 80,2 % 81,0 % VLAAMS GEWEST

72,6 %

71,5 %

Verschil -2,8 -0,5 0,5 -1,2 0,8 -1,1

Tabel 25: Percentage kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2008.

Jaar geboorte

2007

2008

Prov incie w oonplaats % Op schema ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

op 12m % Op schema 81,9 % 67,1 % 82,8 % 77,6 % 88,5 % 79,4 %

op 12m 80,8 % 68,2 % 82,4 % 77,6 % 86,5 % 79,0 %

Verschil -1,1 1,1 -0,4 0,0 -2,0 -0,4


Jaar geboorte

2007

2008

Prov incie woonplaats % Op schema ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

op 18m % Op schema 69,6 % 56,1 % 70,7 % 66,2 % 77,6 % 67,8 %

op 18m 67,8 % 56,4 % 70,0 % 66,6 % 76,5 % 67,2 %

Verschil -1,8 0,3 -0,7 0,4 -1,1 -0,6


1

Geen NICU-kindjes, geen overleden kindjes


33

Bespreking Wanneer we naar de tabellen kijken, zien we dat: - 71,5% van de kinderen op de leeftijd van 6 maanden een correcte vaccinatiestatus heeft door vaccinatie binnen Kind en Gezin. De cijfers dalen met 1,1 procentpunt ten opzichte van de kinderen geboren in 2008. - 79,0% van de kinderen kregen op de leeftijd van 12 maanden alle aanbevolen vaccins door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 0,4 procentpunt minder dan vorig jaar. - 67,2% van de kinderen kregen op de leeftijd van 18 maanden alle aanbevolen vaccins door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 0,6 procentpunt minder dan vorig jaar. - Ten slotte zien we op elke leeftijd grote provinciale verschillen. De provincie Limburg scoort het beste, gevolgd door West Vlaanderen. De provincie VlaamsBrabant scoort het laagst. Gezien de lagere vaccinatiecoverage door K&G in de provincie Vlaams-Brabant (hoofdstuk 1), is het te verwachten, dat het aantal kinderen met een correcte status er op de drie leeftijden geringer is.

EVOLUTIE MET DE LEEFTIJD 2008 Op schema op 6 maanden Op schema Op schema Niet op schema Niet op schema Niet op schema Niet op schema

bij bij bij bij

Kind Kind Kind Kind

en en en en

Op schema op 12 maanden

Op schema op 18 maanden

Aantal kinderen

Op schema Op schema Op schema Niet op schema bij Kind en Gezin GezinOp schema Op schema GezinOp schema Niet op schema bij Kind en Gezin GezinNiet op schema bij Kind en GezinOp schema GezinNiet op schema bij Kind en GezinNiet op schema bij Kind en Gezin

42 6 2 1

086 707 976 319 44 14 073 67 205

Perc 62,6 % 10,0 % 4,4 % 2,0 % 0,1 % 20,9 % 100,0 %

Tabel 28: Evolutie van de vaccinatiestatus van 6 maanden naar 12 maanden en naar 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008 en ingeënt door Kind en Gezin.

Bespreking: Wanneer we naar de tabellen kijken, zien we dat: - 62,6% van de kinderen is in orde met zijn vaccinatiestatus op de drie leeftijden door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit een daling met 1,0 procentpunt ten opzichte van vorig jaar. - 6,4% (4,4%+2,0%) van de kinderen waarvan de vaccinatiestatus niet in orde is op de leeftijd van 6 maanden halen dit nog in op de leeftijd van 12 maanden. Een aantal kinderen was op 18 maanden weerom niet op schema. - Het aantal kinderen dat op geen van de leeftijden op schema is binnen Kind en Gezin stijgt lichtjes van 20,6% voor de kinderen geboren in 2007 naar 20,9% voor de kinderen geboren in 2008.


34

5.2. MATE WAARIN DE VACCINATIESTATUS IN ORDE IS BINNEN KIND EN GEZIN BIJ KINDEREN IN KANSARME GEZINNEN EN IN ALLOCHTONE GEZINNEN, NAAR PROVINCIE VAN WOONPLAATS.1 VACCINATIESTATUS KANSARME KINDEREN IN ORDE OP 6, 12 EN 18 MAANDEN

Jaar geboorte

2008

2009


69,5 %

66,7 %

Verschil -7,2 -1,5 0,0 -2,5 5,5 -2,8

Tabel 29: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2008.

Jaar geboorte 2007 Prov incie w oonplaats % Op schema ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST

2008 op 12m % Op schema op 12m 88,6 % 87,1 % 77,0 % 78,6 % 81,4 % 83,2 % 85,6 % 81,9 % 87,7 % 85,7 % 85,9 % 84,4 %

Verschil -1,5 1,6 1,8 -3,7 -2,0 -1,5

Tabel 30: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 12m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2007 .


2008 op 18m % Op schema op 18m 69,7 % 66,4 % 58,1 % 58,7 % 61,1 % 60,2 % 67,6 % 64,3 % 68,7 % 67,3 % 67,0 % 64,5 %

Verschil -3,3 0,6 -0,9 -3,3 -1,4 -2,5

Tabel 31: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 18m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2007 .

Bespreking: Wanneer we de resultaten van de kansarme kinderen bekijken dan zien we dat - 66,7% op de leeftijd van 6 maanden een correcte vaccinatiestatus heeft door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 4,8 procentpunt lager dan de totale populatie en 2,8 procentpunt lager ten opzichte van 2008.

1

Geen NICU-kindjes, geen overleden kindjes;


35

-

Op de leeftijd van 12 maanden heeft 84,4% van hen een correcte vaccinatiestatus via de vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 5,4 procentpunt hoger dan de totale populatie, maar 1,5 procentpunt lager ten opzichte van vorig jaar.

-

Op de leeftijd van 18 maanden hebben 64,5% van de kansarme kinderen alle aanbevolen inentingen gekregen door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 2,7 procentpunt lager dan de totale populatie. Ten opzichte van vorig jaar dalen we met 2,5 procentpunt.

VACCINATIESTATUS ALLOCHTONE KINDEREN IN ORDE OP 6, 12 EN 18 MAANDEN1

Jaar geboorte

2008

2009


73,3 %

71,4 %

Verschil -5,1 2,9 1,4 -1,4 0,3 -1,9

Tabel 32: Percentage kinderen in allochtone gezinnen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2008.


2008 op 12m % Op schema 86,2 % 66,0 % 85,1 % 87,0 % 92,2 % 84,0 %

op 12m 86,4 % 68,5 % 85,5 % 86,8 % 90,8 % 84,2 %

Verschil 0,2 2,5 0,4 -0,2 -1,4 0,2



2008 op 18m % Op schema 71,5 % 53,8 % 71,1 % 72,9 % 80,4 % 70,3 %

op 18m 69,7 % 54,4 % 69,2 % 72,8 % 80,0 % 69,4 %

Verschil -1,8 0,6 -1,9 -0,1 -0,4 -0,9


1

Geen NICU-kindjes, geen overleden kindjes.


36

Bespreking: Voor de allochtone kinderen zien we dat: - 71,4% op de leeftijd van 6 maanden een correcte vaccinatiestatus hebben door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is evenveel als de totale populatie. Ten opzichte van de kinderen geboren in 2008 is dit een daling met 1,9 procentpunt. - Op de leeftijd van 12 maanden heeft 84,2% van hen een correcte vaccinatiestatus door vaccinatie binnen Kind en Gezin. Dit is 5,2 procentpunt hoger dan de totale populatie. In vergelijking met vorig jaar is dit een stijging met 0,2 procentpunt. - Op 18 maanden ten slotte is dit niveau 69,4%. Dit is 2,2 procentpunt hoger dan de totale populatie. In vergelijking met vorig jaar is dit een daling met 0,9 procentpunt.

Samenvatting:

Kansarme

6 maanden (kinderen geboren 2009) 66,7% (-2,8)



Allochtone

71,4% (-2,1)

84,2% (-0,2)

69,3% (-0,8)

Alle kinderen

71,5% (-1,1)

79,0% (-0,4)

67,1% (-0,4)

Tabel 35: Overzicht van de correcte vaccinatiestatus op 6, 12 en 18 maanden voor de totale populatie kinderen en voor de kansarme en de allochtone, met evolutie t.o.v. vorig jaar.

Ten opzichte van vorig jaar is er op de beschouwde leeftijden een trend tot afname in correcte vaccinatiestatus door vaccinatie binnen K&G.


37

6. TOEGEDIENDE VACCINS IN 2009


38

Aantal vaccins toegediend in 2009 op de consultatiebureaus van Kind en Gezin, naar provincie van toediening.

6.1. Overzicht per (combinatie)vaccin In dit hoofdstuk geven we een kwantitatief beeld van de vaccinatieactiviteit van onze regioteams. Het gaat hierbij niet om de doelgroep en het bereik, maar louter over het aantal inentingen per (combinatie)vaccin. Telkens wordt ook de evolutie van het aantal dosissen weergegeven. In 2009 werden in totaal 633 402 dosissen vaccin of combinatievaccin toegediend op de consultatiebureaus van Kind en Gezin in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 (in totaal 622 978) zien we een stijging met 10 424 vaccins of 1,7%. De aantallen zijn geteld volgens de provincie van toediening.

HEXAVALENT VACCIN In 2009 werden er in totaal 234 168 hexavalente vaccins toegediend in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 zien we een stijging met 259 dosissen of 0,1%. In 2008 werden er in totaal 233 909 hexavalente vaccins toegediend. De evolutie per dosis in het Vlaamse Gewest ziet er als volgt uit: Hexa 2m : - 164 (-0,3%) Hexa 3m : - 371 (-0,6%) Hexa 4m : - 506 (-0,8%) Hexa 15m : +1300 (+2,4%) In het eerste levensjaar is er ten opzichte van 2008 een daling met 1042 dosissen of ongeveer 0,6%. Dit komt overeen met de lichte daling van de geboorten met 614 kinderen of 0,9%. In het tweede levensjaar zien we hetzelfde fenomeen maar omgekeerd. In het tweede levensjaar komt de stijging overeen met de stijging van de geboorten in 2008.

Tabel 36: Aantal hexavalente vaccins toegediend in 2009.


39

Polio werd zelden als afzonderlijk vaccin toegediend. Dit komt voor wanneer de ouders elk ander vaccin weigeren en alleen het verplicht vaccin in orde willen stellen, ofwel bij medische tegenindicaties voor een van de overige componenten in het hexavalente vaccin. Dit was in 2009 het geval bij een 110-tal kinderen (Imovax 1). In 2008 waren er 95 kinderen met Imovax1. Dit betekent een lichte stijging van het gebruik van Imovax. Het Imovax vaccin werd ook in 2009 door de overheid gratis beschikbaar gesteld.

Tabel 37: Aantal Imovax vaccins toegediend in 2009.

PNEUMOKOKKEN VACCIN In 2009 werden er in totaal 176 720 pneumokokken vaccins toegediend in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 zien we een stijging met 214 dosissen of 0,1%. In 2008 werden er in totaal 176 506 pneumokokken vaccins toegediend. Dit was toen een toename vooral door de gratis ter beschikking stelling van het vaccin door de Vlaamse overheid in januari van dat jaar. De evolutie per dosis in het Vlaamse Gewest ziet er als volgt uit: Pneumo 2m : - 131 (-0,2%) Pneumo 4m : - 115 (-0,2%) Pneumo 12m : + 460 (+0,8%)

Tabel 38: Aantal pneumokokken vaccins toegediend in 2009.


40

MAZELEN BOF RUBELLA (rodehond) In 2009 werden in totaal 57 507 MBR vaccins toegediend in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 (in totaal 55 899) is dit een stijging met 1608 MBR vaccins of 2,9%.

Tabel 39: Aantal MBR vaccins toegediend in 2009.

MENINGOKOKKEN C In 2009 werden in totaal 56 048 Meningokokken C vaccins toegediend in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 (in totaal 53 182) zien we een stijging met 2866 vaccins of 5,4%.

Tabel 40: Aantal Meningokokken C vaccins toegediend in 2009.


41

ROTAVIRUS In 2009 werden 108 654 orale dosissen rotavaccins toegediend. Ten opzichte van 2008 (in totaal 103 193) zien we een stijging met 5461 vaccins of 5,3%. Deze toename is opmerkelijk, zeker als er mee rekening gehouden wordt dat dit vaccin niet door de overheid gratis beschikbaar gesteld wordt en er dus voor elk kind een voorschrift moet worden gemaakt waarmee het vaccin bij de apotheker moet worden aangekocht. Een eventuele shift van het 2-dosissen naar het 3-dosissen vaccin zou kunnen interfereren met deze toename.

Tabel 41: Aantal Rotavirus vaccins toegediend in 2009.

6.2. Totaaloverzicht 2009 In 2009 werden in totaal 633 402 dosissen vaccin of combinatievaccin toegediend op de consultatiebureaus van Kind en Gezin in het Vlaamse en het Brusselse Gewest. Ten opzichte van 2008 (in totaal 622 978) zien we een stijging met 10 424 vaccins of 1,7%. Dit betekent dat onze regioteams weer een zeer grote inspanning hebben opgebracht om de vaccinaties van de kinderen in orde te brengen, maar ook dat de werkbelasting voor vaccinatie opnieuw is toegenomen.

Tabel 42: Totaal overzicht van de toegediende dosissen.


42

TOTAALOVERZICHT VACCINATIES 2009

Tabel 43: Totaal aantal (combinatie)vaccindosissen toegediend in 2009


43

6.3. Overzicht vaccins voor de periode 1999-2009, Vlaams en Brussels gewest Hier geven we in de volgende grafieken een overzicht van de evolutie van het aantal toegediende inentingen in de consultatiebureaus van Kind en Gezin, per vaccin (Pertussis voor het hexavalent vaccin, Pneumokokken, MBR en Meningokokken C). We geven ook in de laatste grafiek de evolutie van het totaal aantal inentingen volgens de huidige combinaties. We zien duidelijk de invloed van de verschuiving van de toedieningsleeftijd van 13 naar 15 maanden voor het hexavalent vaccin in 2003, waardoor in dat jaar een 2 maandcohorte van kinderen minder werd gevaccineerd. De algemene lijn voor alle vaccins is er een van toenemend aantal inentingen.

Hexavalent vaccin 70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000

2009

2007

2005

2003

2001

15m 1999

2008

2006

2004

2002

2000

2009

4m

2007

2005

2003

2001

2008

2006

2004

2002

3m 1999

2m

0

2000

10.000

Grafiek 7: Aantal hexavalente vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest


44

Pneumokokken vaccin 70.000 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000

2009

2008

2007

2006

2005

12m 2004

2009

2008

2007

2006

2005

4m 2004

2009

2008

2007

2006

2005

0

2m 2004

10.000

Grafiek 8: Aantal Pneumokokken vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest.

Op de grafiek is duidelijk de inhaal-vaccinatieactie te zien bij de start van de gratis ter beschikking stelling van het pneumokokkenvaccin door de Vlaamse overheid in januari 2007.

MBR vaccin

60.000 50.000 40.000 30.000 20.000

2009

2008

2007

2006

2005

2004

2003

2002

2001

2000

0

1999

10.000 MBR 12m

Grafiek 9: Aantal Mazelen-Bof-Rubella vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest.

De eenmalige bijzondere toename van het aantal MBR-vaccins in 2003 is te wijten aan de verschuiving van de toedieningsleeftijd van 15 naar 12 maanden voor MBR en Meningokokken C, waardoor in dat jaar een 3 maand-cohorte van kinderen supplementair werd gevaccineerd.


45

MENINGOKOKKEN vaccin

60.000 50.000 40.000 30.000 20.000

Men C 15m

2009

2008

2007

2006

2005

2004

2003

2002

2001

2000

0

1999

10.000

Grafiek 10: Aantal Meningokokken C vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest.

Als we alle inentingen samen beschouwen zien we elk jaar een toename van het aantal door Kind en Gezin toegediende dosissen:

700 000 600 000 500 000 400 000 300 000 200 000

2009

2008

2007

2006

2005

2004

2003

2002

2001

2000

0

1999

100 000 A antal v accinaties

Grafiek 11: Totaal aantal (combinatie)inentingen toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest (inclusief pneumokokken en rotavirus)

In bijlage 1 zijn vergelijkbare jaartabellen van de totaal toegediende dosissen opgenomen. Voor de jaren 1999 tot 2004 werden Polio, DTP en Hepatitis B afzonderlijk geteld. Vanaf 2005 wordt gerekend met het hexavalent vaccin.


46

BIJLAGE 1 : VACCINATIESCHEMAS EN TOTAALOVERZICHT VAN 1999 TOT 2008


47

Vaccinatieschema januari 1999

3 mn Polio(myelitis): OPV

x

Difteria

x x x x

Tetanus Pertussis (acellular) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B Mazelen Bof Rubella

* **

4 mn

x x x x x

5 mn

13 mn

x

x

x x x x x

x x x x x

15 mn

6y x

11-12 y 15-16 y

x

x*

x

x

xxx**

x x x

x x x

Het difteriegedeelte in verdunde vorm Tijdelijke campagne


48

OVERZICHT VACCINATIES 1999 POL1

POL2

POL3

POL4

POL5

POLIO

Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest

12.963 6.372 8.212 9.878 6.414 43.839

12.032 5.454 7.720 9.314 5.959 40.479

11.158 4.833 7.237 8.386 5.728 37.342

15 49 6 31 25 126

5 28 26 178 16 253

36.173 16.736 23.201 27.787 18.142 122.039

DTP1 12.961 6.348 8.242 9.867 6.391 43.809 100 43.909

DTP2 12.518 5.835 7.936 9.578 6.143 42.010 103 42.113

DTP3 12.053 5.502 7.794 9.392 5.995 40.736 113 40.849

DTP4 11.081 4.779 7.194 8.355 5.672 37.081 160 37.241

DT5

DT6

Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest DT DTP+DT

45 45

2 2


HEP1 12.331 5.663 7.558 9.716 6.067 41.335

HEP2 12.007 5.369 7.353 9.511 5.936 40.176

HEP3 10.872 4.598 6.500 8.380 5.541 35.891

HEP4 108 84 184 304 67 747

HEP 35.318 15.714 21.595 27.911 17.611 118.149


HIB1 12.709 6.196 8.110 9.675 6.338 43.028

HIB2 12.162 5.665 7.815 9.337 6.065 41.044

HIB3 11.696 5.302 7.564 9.059 5.884 39.505

HIB4 10.651 4.565 6.977 8.007 5.490 35.690

HIB 47.218 21.728 30.466 36.078 23.777 159.267


MBR 10.902 4.723 7.122 8.260 5.667 36.674

MBR 10.902 4.723 7.122 8.260 5.667 36.674


Andere 110 133 53 184 58 538

Andere 110 133 53 184 58 538

Toegediend in 1999 Brussels Gewest Totaal in 1999


DTP 48.613 22.464 31.166 37.192 24.201 163.636 523 164.159

600.826 9.567 610.393

49


3 mn

4 mn

5 mn

13 mn

Polio(myelitis): OPV

x

x

x

x

Difter ia

x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x

Tetanus Per tussis (acellular ) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B Measles Mumps Rubella


15 mn

6y x

11-12 y 15-16 y

x

x*

x

x

xxx**

x x x

x x x

50

OVERZICHT VACCINATIES 2000


Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest DT DTP+DT





POL1

POL2

POL3

POL4

POL5

POLIO

12.939 6.331 8.567 9.995 6.426 44.258

11.959 5.632 8.100 9.328 6.105 41.124

11.327 5.263 7.235 8.907 5.771 38.503

12 12 3 22 31 80

6 38 6 137 9 196

36.243 17.276 23.911 28.389 18.342 124.161

DT5

DTP1

DTP2

DTP3

DTP4

12.909 6.267 8.563 9.955 6.407 44.101 91 44.192

12.361 5.869 8.250 9.479 6.249 42.208 71 42.279

12.087 5.588 8.095 9.374 6.096 41.240 69 41.309

11.338 5.213 7.233 8.892 5.765 38.441 67 38.508

27 27

DT6

DTP

3 3

48.695 22.937 32.141 37.700 24.517 165.990 328 166.318

HEP1

HEP2

HEP3

HEP4

HEP

12.231 5.843 8.218 9.542 6.276 42.110

11.969 5.638 8.056 9.313 6.085 41.061

11.173 5.049 7.029 8.693 5.539 37.483

59 99 35 284 40 517

35.432 16.629 23.338 27.832 17.940 121.171

HIB1

HIB2

HIB3

HIB4

HIB

12.668 6.261 8.489 9.728 6.351 43.497

12.074 5.803 8.132 9.283 6.176 41.468

11.694 5.529 7.954 9.042 5.971 40.190

10.936 5.055 7.043 8.552 5.602 37.188

47.372 22.648 31.618 36.605 24.100 162.343

MBR

MBR

11.123 4.994 7.008 8.636 5.707 37.468

11.123 4.994 7.008 8.636 5.707 37.468

Andere

Andere

87 190 36 246 36 595

87 190 36 246 36 595

Toegediend in 2000 Brussels Gewest Totaal in 2000


612.056 11.280 623.336

51


2 mnd Polio(myelitis): IPV (Salk inactivated injec table) Difteria Tetanus Pertussis (acellular) Haemophilus Influenzae B

3 mnd 4 mnd 13 mnd

x

x

x

x

x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x

Hepatitis B Measles Mumps Rubella Meningitis C


(x)

(x)

(x)

15 mnd

6 jaar x

11-12 jr 15-16 jr

x

x*

x

x

xxx**

x x x (x)

x x x

52

OVERZICHT VACCINATIES 2001 Polio 1 Polio 2 Polio 3 Polio 4 Polio herh 14.425 14.070 13.664 11.717 1 7.334 7.022 6.659 5.320 2 9.685 9.374 9.091 7.842 2 11.386 11.198 10.941 9.223 1 7.276 7.184 6.952 6.063 29 50.106 48.848 47.307 40.165 35 DTP 1 DTP 2 DTP 3 DTP 4 DT5 Antwerpen 14.406 14.105 13.719 11.723 Vlaams-Brabant 7.308 7.018 6.675 5.346 West-Vlaanderen 9.651 9.388 9.118 7.818 Oost-Vlaanderen 11.359 11.177 10.954 9.281 Limburg 7.265 7.174 6.994 6.038 Vlaams Gewest 49.989 48.862 47.460 40.206 DT 17 13 21 23 28 DTP+DT 50.006 48.875 47.481 40.229 28 HIB 1 HIB 2 HIB 3 HIB 4 Antwerpen 14.326 13.811 13.418 11.437 Vlaams-Brabant 7.287 6.961 6.615 5.258 West-Vlaanderen 9.626 9.297 9.022 7.711 Oost-Vlaanderen 11.267 10.949 10.701 9.082 Limburg 7.266 7.112 6.930 5.930 Vlaams Gewest 49.772 48.130 46.686 39.418 HEP 1 HEP 2 HEP 3 HEP 4 Antwerpen 10.029 8.268 7.115 15 Vlaams-Brabant 5.608 4.137 3.266 59 West-Vlaanderen 6.883 5.431 4.740 4 Oost-Vlaanderen 8.515 6.925 5.828 78 Limburg 4.813 4.074 3.501 14 Vlaams Gewest 35.848 28.835 24.450 170 MBR Antwerpen 11.339 Vlaams-Brabant 5.086 West-Vlaanderen 7.496 Oost-Vlaanderen 8.899 Limburg 5.907 Vlaams Gewest 38.727 MEC1 MEC2 MEC3 MEC >1j Antwerpen 248 113 88 5.336 Vlaams-Brabant 80 30 25 2.813 West-Vlaanderen 27 14 17 3.153 Oost-Vlaanderen 128 67 39 5.384 Limburg 60 35 21 4.138 Vlaams Gewest 543 259 190 20.824 Andere1 Antwerpen 314 Vlaams-Brabant 252 West-Vlaanderen 57 Oost-Vlaanderen 365 Limburg 229 Vlaams Gewest 1.217 Totaal Vlaams Gewest in 2001 Brussels Gewest Totaal in 2001 Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest

1

DT6

1 1

POLIO 53.877 26.337 35.994 42.749 27.504 186.461 DTP 53.953 26.347 35.975 42.771 27.471 186.517 103 186.620 HIB 52.992 26.121 35.656 41.999 27.238 184.006 HEP 25.427 13.070 17.058 21.346 12.402 89.303 MBR 11.339 5.086 7.496 8.899 5.907 38.727 MEC 5.785 2.948 3.211 5.618 4.254 21.816 Andere 314 252 57 365 229 1.217 708.150 14.721 722.871

Andere zijn: Pneumococcen, Tetanos, Hepatitis A, Mazelen (apart), Rubella (apart), Dtip (Revaxis), Varicella.


53


2 mnd Polio(myelitis): IPV (Salk inactivated injec table) Difteria Tetanus Pertussis (acellular) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B Measles Mumps Rubella Meningitis C


3 mnd 4 mnd 13 mnd

x

x

x

x

x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x

15 mnd

6 jaar x

11-12 jr 15-16 jr

x

x*

x

x

xxx**

x x x x

x x x

54

OVERZICHT VACCINATIES 2002 Polio 1 Polio 2 Polio 3 Polio 4 Polio herh POLIO Antwerpen 14.222 13.843 13.159 11.931 4 53.159 Vlaams-Brabant 7.211 7.005 6.622 5.591 0 26.429 West-Vlaanderen 8.834 8.704 8.444 8.079 0 34.061 Oost-Vlaanderen 10.710 10.651 10.315 9.536 2 41.214 Limburg 6.880 6.719 6.582 6.151 10 26.342 Vlaams Gewest 47.857 46.922 45.122 41.288 16 181.205 Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest DT DTP+DT

DTP 1 14.165 7.186 8.803 10.688 6.858 47.700 8 47.708

DTP 2 13.789 6.990 8.677 10.630 6.705 46.791 13 46.804

DTP 3 13.133 6.607 8.426 10.300 6.573 45.039 9 45.048

DTP 4 11.909 5.574 8.062 9.521 6.142 41.208 6 41.214

HIB 1

HIB 2 HIB 3 HIB 4

DT5

12 12

DTP 52.996 26.357 33.968 41.139 26.278 180.738 48 180.786 HIB

Antwerpen 14.163 13.730 12.994 11.707 Vlaams-Brabant 7.178 6.974 6.588 5.526 West-Vlaanderen 8.796 8.678 8.403 7.990 Oost-Vlaanderen 10.689 10.604 10.230 9.424 Limburg 6.843 6.703 6.543 6.104 Vlaams Gewest 47.669 46.689 44.758 40.751

52.594 26.266 33.867 40.947 26.193 179.867

HEP 1 HEP 2 HEP 3 HEP 4 15.698 14.244 5.975 3 7.412 7.320 3.453 6 10.059 9.705 4.258 0 12.136 12.044 6.535 5 8.209 7.764 4.031 5 53.514 51.077 24.252 19

HEP 35.920 18.191 24.022 30.720 20.009 128.862


MBR Antwerpen 11.424 Vlaams-Brabant 5.545 West-Vlaanderen 7.895 Oost-Vlaanderen 9.367 Limburg 6.083 Vlaams Gewest 40.314 Antwerpen Vlaams-Brabant West-Vlaanderen Oost-Vlaanderen Limburg Vlaams Gewest

MEC1 323 80 30 127 224 784

MBR 11.424 5.545 7.895 9.367 6.083 40.314 MEC2 279 63 29 107 177 655

MEC3 322 63 20 90 200 695

Andere1 Antwerpen 137 Vlaams-Brabant 89 West-Vlaanderen 74 Oost-Vlaanderen 50 Limburg 28 Vlaams Gewest 378 Toegediend in 2002 Brussels Gewest Totaal in 2002

1

MEC11 12.655 7.254 10.982 12.561 7.088 50.540

MEC 13.579 7.460 11.061 12.885 7.689 52.674 Andere 137 89 74 50 28 378 764.086 17.005 781.091

Andere zijn: Pneumococcen, Tetanos, Hepatitis A, Mazelen (apart), Rubella (apart), Dtip (Revaxis), Varicella


55


2 mnd Polio(myelitis): IPV (Salk inactivated injectable) Difteria Tetanus Pertussis (acellular) Haemophilus Influenzae B

x x x x x

Hepatitis B Measles Mumps Rubella Meningitis C


3 mnd 4 mnd 12 mnd 15 mnd 6 jaar 11-12 jr 15-16 jr x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x x x x x

x

x*

x

x

xxx** x x x

56

OVERZICHT VACCINATIES 2003 Poliomyelitis 2

Poliomyelitis 3

Poliomyelitis 4

Poliomyelitis 15

Totaal

ANTW ERPEN VLAAMS-BRABANT W EST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG

14 748 7 415 9 017 11 062 6 722

14 425 7 185 8 993 11 020 6 690

14 043 6 839 8 825 10 747 6 599

10 528 5 053 6 611 8 107 5 303

53 744 26 492 33 446 40 936 25 314

VLAAMS GEW EST

48 964

48 313

47 053

35 602

179 932

10 505 5 039 6 602 8 089 5 293 35 528

Totaal 53 590 26 419 33 346 40 858 25 248 179 461

DTP 2 ANTW ERPEN VLAAMS-BRABANT W EST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEW EST

DTP 3 14 706 7 399 8 984 11 042 6 704 48 835

Haemophilus Influenzae type b 2 ANTW ERPEN VLAAMS-BRABANT W EST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEW EST

ANTW ERPEN VLAAMS-BRABANT W EST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEW EST


14 677 7 390 8 965 11 028 6 691 48 751

DTP 4 14 379 7 164 8 964 10 997 6 672 48 176

Haemophilus Influenzae type b 3

DTP 15 14 000 6 817 8 796 10 730 6 579 46 922


14 344 7 148 8 940 10 990 6 667 48 089

Hepatitis B 3 14 793 7 243 9 065 11 253 6 902 49 256

Hepatitis B 4 16 079 7 396 9 938 11 849 7 551 52 813

Meningokokken C 2 188 109 27 126 199 649

Meningokokken C 3 103 74 8 95 99 379


13 933 6 806 8 773 10 706 6 567 46 785

10 437 5 014 6 584 8 040 5 281 35 356

Hepatitis B 15 17 245 7 658 11 353 12 352 8 584 57 192 Meningokokken C 4 89 75 34 100 161 459

Totaal 53 391 26 358 33 262 40 764 25 206 178 981

Totaal 48 117 22 297 30 356 35 454 23 037 159 261 Meningokokken C 12 15 861 7 426 10 299 11 980 7 671 53 237

Totaal 16 241 7 684 10 368 12 301 8 130 54 724

MBR 12 ANTW ERPEN VLAAMS-BRABANT W EST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEW EST

16 069 7 550 10 303 12 219 8 090 54 231 Totaal


241 152 116 800 151 081 182 532 115 025 806 590


57


2 mnd Polio(myelitis): IPV (Salk inactivated injec table) Difteria Tetanus Pertussis (acellular) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B

x x x x x x

Measles Mumps Rubella Meningitis C


3 mnd 4 mnd 12 mnd 15 mnd 6 jaar 11-12 jr 15-16 jr x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x x x x x

x

x*

x

x

xxx** x x x

58



59


2 mnd Polio(myelitis): IPV (volgens Salk geïnactiveerd inspuitbaar) Difterie Tetanus Kinkhoest (acellulair) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B

3 mnd

4 mnd

15 mnd

5-6 jr*

x

x

x

x

x

x x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x x x

x x x

Mazelen

12 mnd

x x x

Bof Rodehond Meningokokken C

11-12 jr 14-16 jr****

x***** x

xxx*** x** x** x**

x


x

(x)

Rotavirus (oraal)

x

x


x

x

60

OVERZICHT VACCINATIES 2005: (combinatie)vaccins

Provincie vaccinatie ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST BRUSSELS GEWEST ALGEMEEN TOTAAL

Volgens de historische combinaties: Provincie vaccinatie

Totaal aantal

ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST BRUSSELS GEWEST ALGEMEEN TOTAAL

285 520 147 064 174 107 220 667 136 275 963 633 23 295 986 928


Aantal Pneumokokken 14 205 11 349 10 554 13 365 8 808 58 281 648 58 929

Provincie vaccinatie Algemeen totaal ANTWERPEN 103.423 VLAAMS-BRABANT 55.851 WEST-VLAANDEREN 64.607 OOST-VLAANDEREN 81.962 LIMBURG 51.015 VLAAMS GEWEST 356858 BRUSSELS GEWEST 8.009 ALGEMEEN TOTAAL 364867

61

Vaccinatieschema januari 2006 2 mnd Polio(myelitis): IPV (volgens Salk geïnactiveerd inspuitbaar) Difterie Tetanus Kinkhoest (acellulair) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B

3 mnd

4 mnd

x

x

x x x x x

x x x x x

15 mnd

5-6 jr*

x

x

x

x x x x x

x x x x x

x x x

Mazelen

12 mnd

x x x


x***** x

xxx*** x** x** x**

x


x

(x)

Rotavirus (oraal)

x

x


11-12 jr 14-16 jr****

x

x

62

OVERZICHT VACCINATIES 2006: (combinatie)vaccins

Provincie vaccinati ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG

Aantal Rotavaccins 667 589 675 1 099 727

VLAAMS GEWEST

3 757

BRUSSELS GEWEST

20

ALGEMEEN TOTAAL

3 777


Provincie vaccinatie ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG

TOTAAL AANTAL 132 70 82 103 65

393 056 735 919 961

VLAAMS GEWEST BRUSSELS GEWEST

455 064

ALGEMEEN TOTAAL

464 775

9 711

63

Vaccinatieschema januari 2007 2 mnd Polio(myelitis): IPV (volgens Salk geïnactiveerd inspuitbaar) Difterie Tetanus Kinkhoest (acellulair) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B

3 mnd

4 mnd

x

x

x x x x x

x x x x x

15 mnd

5-6 jr*

x

x

x

x x x x x

x x x x x

x x x

Mazelen

12 mnd

x x x


x***** x

xxx*** x** x** x**

x


x

(x)

Rotavirus (oraal)

x

x


11-12 jr 14-16 jr****

x

x

64


Provincie vaccinatie ANTWERPEN VLAAMS-BRABANT WEST-VLAANDEREN OOST-VLAANDEREN LIMBURG VLAAMS GEWEST BRUSSELS GEWEST ALGEMEEN TOTAAL


Algemeen Totaal 177 525 87 559 104 767 135 498 84 396 589 745 13 990 603 735

65


Poliomyelitis - IPV Difterie Tetanus Kinkhoest (acellulair) Haemophilus Influenzae B Hepatitis B Mazelen Bof Rodehond Meningokokken C Pneumokokken 7 serotypes Rotavirus

2 mnd x x x x x x

3 mnd x x x x x x

4 mnd x x x x x x

12 mnd

15 mnd x x x x x x

x x x

5-7 jr1 10-13 jr x x x x

14-16 jr4 x5 x x

xxx3 x2 x2 x2

x x x

Humaan Papillomavirus


x

x x6

x

xxx

66

TOTAALOVERZICHT VACCINATIES 2008


67

BIJLAGE 2 : AANTAL TOEGEDIENDE VACCINS PER LOGO


68

De aantallen per Logo liggen lager dan in het 5e KRRIGVWXN³$DQWDOOHQSHUSURYLQFLH´'LWNRPW RPGDWZHGH/RJR¶VVDPHQVWHOOHQSHU1,6-code van de woonplaats binnen Vlaanderen of Brussel. Voor de kindjes die verhuisd zijn naar het buitenland is geen NIS-code ingevuld en voor de kindjes woonachtig in of verhuisd naar Wallonië is dit een andere NIS-code. Het rotavirusvaccin werd in dit hoofdstuk niet opgenomen.

/2*2¶6$17:(53(1


69

/2*2¶69/$$06-BRABANT


70

/2*2¶6:(67-VLAANDEREN


71

4/2*2¶62267-VLAANDEREN


72

5/2*2¶6/,0%85*


73

BIJLAGE 3 : LIJST VAN TABELLEN EN GRAFIEKEN


74

TABELLEN Tabel 1: Percentage kinderen op CB gevaccineerd ten opzichte van het aantal kinderen geboren in 2009-------------------------------------------------------------------------------------------- 11 Tabel 2: Percentage kinderen op CB gevaccineerd ten opzichte van het aantal kinderen geboren in 2008-------------------------------------------------------------------------------------------- 12 Tabel 3:

Aantal kinderen geboren in 2009 in het Vlaamse Gewest naar kansarmoede en origine moeder ----------------------------------------------------------------------------------------- 14

Tabel 4: Aantal kinderen gevaccineerd in het eerste levensjaar binnen Kind en Gezin (CB) naar kansengroepen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009------------------------ 15 Tabel 5: Aantal kinderen gevaccineerd in het eerste levensjaar binnen Kind en Gezin (CB) naar kansengroepen (kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009) en gedifferentieerd naar provincie --------------------------------------------------------------------------------- 16 Tabel 6: Percentage ingeschreven kinderen geboren in 2009, gevaccineerd r in het 1e levensjaar voor Rota op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------ 18 Tabel 7: Percentage van de ingeschreven kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 12m voor MBR op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------------------ 19 Tabel 8: Percentage van de ingeschreven kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 15m op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------------------------- 19 Tabel 9: Percentage ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 2009, gevaccineerd in 1e levensjaar op consultatiebureau volgens de provincie van consult ------------------------- 20 Tabel 10: Percentage ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 2009, gevaccineerd in 2e levensjaar op consultatiebureau volgens de provincie van consult ------------------------- 20 Tabel 11: Percentage van de ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd voor MBR op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------ 21 Tabel 12: Percentage van de ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd voor MBR op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------ 21 Tabel 13: Percentage van de ingeschreven eerstgeboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op 15m op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------------ 22 Tabel 14: Percentage van de ingeschreven volgend geboren kinderen geboren in 2008, gevaccineerd op CB volgens de provincie van consult ------------------------------------------------------ 22 Tabel 15: Percentage hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009 ------------------------------------------ 24 Tabel 16: Percentage MBR vaccins binnen K&G toegediend in de vastgelegde leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008 ------------------------------------------ 25 Tabel 17: Percentage Meningokokken C en hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de vastgelegde leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008 --------- 25 Tabel 18: Percentage hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie --------------------------------------------------------------------------------------- 26 Tabel 19: Percentage MBR vaccins binnen K&G toegediend in de leeftijdsrange 12 tot 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie --------------------------------------------------------------------------------------- 27


75

Tabel 20: Percentage Meningokokken C en hexavalente vaccins binnen K&G toegediend in de leeftijdsrange 12 tot 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar kansarmoede in het gezin en naar provincie ------------------------------------------- 27 Tabel 21: Percentage vaccins in het 1e levensjaar binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, naar origine moeder en naar provincie --------------------------------------------------------------------- 29 Tabel 22: Percentage vaccins op 12 maand binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar origine moeder en naar provincie --------------------------------------------------------------------- 30 Tabel 23: Percentage vaccins op 15 maand binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen uit kansarme gezinnen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, naar origine moeder en naar provincie --------------------------------------------------------------------- 30 Tabel 24: Percentage vaccins binnen K&G toegediend in de juiste leeftijdsrange bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2009 en 2008, naar origine moeder en kansarmoede --------- 31 Tabel 25: Percentage kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2008 --------- 33 Tabel 26: Percentage kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 12m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2007 --------- 33 Tabel 27: Percentage kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 18m alle aanbevolen vaccins kregen binnen Kind en Gezin, in vergelijking met 2007 --------- 33 Tabel 28: Evolutie van de vaccinatiestatus van 6 maanden naar 12 maanden en naar 18 maanden bij kinderen geboren in het Vlaamse Gewest in 2008 en ingeënt door Kind en Gezin -------- 34 Tabel 29: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, en vergelijking met 2008 ---------- 35 Tabel 30: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 12m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, in vergelijking met 2007 --------- 35 Tabel 31: Percentage kansarme kinderen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 18m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, in vergelijking met 2007 --------- 35 Tabel 32: Percentage kinderen in allochtone gezinnen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2009, die op de leeftijd van 6m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, en vergelijking met 2008-------------------------------------------------------------------------------------------- 36 Tabel 33: Percentage kinderen in allochtone gezinnen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 12m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, in vergelijking met 2007. ------------------------------------------------------------------------------------------- 36 Tabel 34: Percentage kinderen in allochtone gezinnen, geboren in het Vlaamse Gewest in 2008, die op de leeftijd van 18m alle aanbevolen vaccins kregen binnen K&G, in vergelijking met 2007 -------------------------------------------------------------------------------------------- 37 Tabel 35: Overzicht van de correcte vaccinatiestatus op 6, 12 en 18 maanden voor de totale populatie kinderen en voor de kansarme en de allochtone, met evolutie t.o.v. vorig jaar 37 Tabel 36: Aantal hexavalente vaccins toegediend in 2009 -------------------------------------------- 39 Tabel 37: Aantal Imovax vaccins toegediend in 2009 -------------------------------------------------- 40 Tabel 38: Aantal pneumokokken vaccins toegediend in 2009 ----------------------------------------- 40 Tabel 39: Aantal MBR vaccins toegediend in 2009 ----------------------------------------------------- 41


76

Tabel 40: Aantal Meningokokken C vaccins toegediend in 2009 -------------------------------------- 41 Tabel 41: Aantal Rotavirus vaccins toegediend in 2009 ----------------------------------------------- 42 Tabel 42: Totaal overzicht van de toegediende dosissen ---------------------------------------------- 42 Tabel 43: Totaal aantal (combinatie)vaccindosissen toegediend in 2009 ----------------------------- 43


77

GRAFIEKEN Grafiek 1:

Evolutie van het percentage kinderen in het eerste levensjaar gevaccineerd op CB (Vlaams Gewest, geboren 2007 ± 2009) -------------------------------------------------- 11

Grafiek 2:

Evolutie van het percentage kinderen in het tweede levensjaar gevaccineerd op CB (Vlaams Gewest, geboren 2006 ± 2008) -------------------------------------------------- 12

Grafiek 3: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 1e levensjaar, ten opzichte van niet kansarme kinderen (kinderen geboren in 2009) ---------------------------------------------------------------------------- 26 Grafiek 4: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 2e levensjaar, ten opzichte van niet kansarme kinderen (kinderen geboren in 2008) ---------------------------------------------------------------------------- 27 Grafiek 5: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 1e levensjaar, naar origine moeder en naar provincie (kinderen geboren in 2009) ---------------------------------------------------------------------------- 29 Grafiek 6: Kansarme kinderen in het Vlaamse Gewest: procent in de juiste leeftijdsrange gevaccineerd in het 2e levensjaar, naar origine moeder en naar provincie (kinderen geboren in 2008) ---------------------------------------------------------------------------- 30 Grafiek 7: Aantal hexavalente vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest ---- 44 Grafiek 8: Aantal Pneumokokken vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest- 45 Grafiek 9: Aantal MBR vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest------------- 45 Grafiek 10: Aantal Meningokokken C vaccins toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest ----------------------------------------------------------------------------------------------- 46 Grafiek 11: Totaal aantal (combinatie)inentingen toegediend op CB in het Vlaamse en Brusselse Gewest (inclusief pneumokokken en rotavirus) ------------------------------------------- 46


78

vaccinatierapport 2009

Recommend Documents