Vacatures in Nederland 2008 ⁄ De vacaturemarkt en personeelswerving in beeld
Vacatures in Nederland 2008 ⁄ De vacaturemarkt en personeelswerving in beeld
-Colofon Uitgave CWI Postbus 58191 1040 HD Amsterdam Contactpersonen Karin Pilgram Telefoon: 020-7515037 E-mail:
[email protected] Medewerkers aan dit onderzoek Peter Donker van Heel (ECORYS, Rotterdam) Martin van der Ende (ECORYS, Rotterdam) Erwin Hazebroek (ECORYS, Rotterdam) Veldwerk uitgevoerd door: Heliview, Breda Extra exemplaren kunt u bestellen bij Pondres Pondres o.v.v. bestelnummer CWI 330 Fax: 013-595 3563 E-mail:
[email protected]
Alles uit deze uitgave mag worden overgenomen, echter uitsluitend met bronvermelding. © CWI, december 2008, Amsterdam
2
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄3
4
Ten geleide Op de arbeidsmarkt zijn, op het moment van schrijven van dit rapport (oktober 2008), de gevolgen van de financiële crisis nog maar beperkt merkbaar. Het aantal niet werkende werkzoekenden daalt nog steeds, zij het in een lager tempo dan een jaar geleden. Ook is het aantal openstaande vacatures medio 2008 op hetzelfde niveau gebleven als een jaar eerder. Vacatures staan in 2008 langer open dan in 2007, het aandeel moeilijk vervulbare vacatures neemt nog steeds toe en ook het aantal ingetrokken vacatures steeg flink. Wel is de verwachting dat het aantal ontstane en vervulde vacatures in 2008 zal dalen. Bedrijven blijken vooral behoefte te hebben aan goed opgeleid personeel (voor 65% van de vervulde vacatures wordt minimaal mbo-niveau vereist). Het aanbod van niet-werkende werkzoekenden bestaat steeds minder uit personen met dit opleidingsniveau en steeds meer uit personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (laagopgeleid, hogere leeftijd en langdurig werkloos). De toenemende kwalitatieve discrepantie tussen vraag en niet werkend aanbod vormt daarmee een groot probleem voor de arbeidsmarkt van vandaag. Dit vraagt om extra aandacht en inzet voor vraaggerichte scholing van niet-werkende werkzoekenden. Uit het rapport blijkt verder dat 64 procent van de aangenomen 55-plussers werd aangenomen op een moeilijk vervulbare vacature. Bij CWI staan relatief veel 55-plussers ingeschreven en zijn vacatures vaak moeilijk vervulbaar. CWI heet vanaf 2009 UWV WERKbedrijf en is een onderdeel van UWV. Voor UWV WERKbedrijf is het een grote uitdaging zoveel mogelijk matches tussen deze twee categorieën tot stand te brengen. Het onderzoek ‘Vacatures in Nederland 2008’ is door Ecorys uitgevoerd in opdracht van CWI. Dit rapport is een goede aanvulling op onderzoeken over werving en vacaturevervulling. Ik kan u dit rapport van harte aanbevelen. Dr. J. Linthorst Voorzitter Raad van Bestuur CWI
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄5
Inhoud 5
Ten geleide
8
Conclusies
8 8 9 10 10 10 11
Vacatures Knelpunten vacaturevervulling Aangenomen personen Wervingskanalen Kansen van niet-werkende werkzoekenden Dubbele uitdaging voor het CWI Uitzendarbeid
12 1
Vacatureontwikkelingen
12 14 16
Openstaande, ontstane en vervulde vacatures in 2008 Kenmerken van werkgevers, vacatures en aangenomen personen Aangenomen personen
1.1 1.2 1.3
18 2
Knelpunten
18 18 22
Moeilijk vervulbare vacatures Kenmerken moeilijk vervulbare vacatures Knelpunten als gevolg van vergrijzing
2.1 2.2 2.3
24 3
Wervingskanalen en aannamekanalen
24 26
Marktpositie en succesquote van wervingskanalen CWI en moeilijk vervulbare vacatures
3.1 3.2
27 4
Vergelijking aangenomen personen en het nww-bestand
27 29 30
Aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden (nww) naar kenmerk De factor leeftijd nader bekeken De factor opleiding nader bekeken
4.1 4.2 4.3
31 5
Uitzendarbeid
31 32 33 34
Bedrijfskenmerken uitzendarbeid Motieven om uitzendkrachten in te lenen Moeilijk vervulbare uitzendvacatures Uitzendkrachten uit Oost-Europa
6
5.1 5.2 5.3 5.4
36 Bijlage 1. Onderzoeksvragen 36 36 36
Achtergrond Doel van het onderzoek Probleemstelling en onderzoeksvragen
37 Bijlage 2. Opzet en werkwijze onderzoek 38 Bijlage 3. Begripsomschrijving 39 Bijlage 4. Tabellen 40 43 46 49 52 55 58 61 62
Tabel B4.1: Vervulde vacatures naar sector en achtergrondkenmerken Tabel B4.2: Vervulde vacatures naar grootteklasse en achtergrondkenmerken Tabel B4.3: Vervulde vacatures naar regio en achtergrondkenmerken Tabel B4.4: Vervulde vacatures naar functiegroep en achtergrondkenmerken Tabel B4.5: Vervulde vacatures naar gevraagd opleidingsniveau en achtergrondkenmerken Tabel B4.6: Vervulde vacatures naar leeftijd aangenomen personen en achtergrondkenmerken Tabel B4.7: Vervulde vacatures door etnische minderheden Tabel B4.8: Specifieke vacature-eisen naar functiesoort Tabel B4.9: Specifieke vacature-eisen naar functiesoort in procenten van het totale aantal vervulde vacatures
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄7
Conclusies Vacatures Daling ontstane en vervulde vacatures Door de grote economische groei de afgelopen jaren en de daarmee samenhangende groei van de werkgelegenheid is het aantal vacatures tot en met het jaar 2007 toegenomen. In 2008 is echter een daling ingezet. Het aantal openstaande vacatures is met 417.000 per medio 2008 nog wel op hetzelfde niveau als een jaar eerder (416.000), maar het aantal ontstane en vervulde vacatures is afgenomen. In de periode juli 2007 -juni 2008 zijn 1,352 miljoen vacatures ontstaan, een daling met 2,4 procent ten opzichte van een jaar eerder. Ook het aantal vervulde vacatures daalde van 1,189 miljoen in 2007 tot 1,039 miljoen in 2008.
Arbeidsmarkt verkrapt nog steeds Opvallend is dat de vacatures in 2008 gemiddeld langer openstonden dan in 2007: 146 dagen in 2008 tegen 128 dagen in 2007. Ook het aandeel moeilijk vervulbare vacatures nam iets toe van 39 procent in 2007 naar 40 procent in 2008. Dit duidt nog steeds op een krapper wordende arbeidsmarkt.
Kwalitatieve discrepantie neemt toe Ook het aandeel ingetrokken vacatures nam toe van 15 procent in 2007 naar 23 procent in 2008. Deze ontwikkelingen wijzen op een steeds groter wordende kwalitatieve discrepantie tussen vraag en aanbod. Zo wordt voor 67 procent van de vacatures mbo-niveau en hoger geëist, terwijl het aanbod van niet-werkende werkzoekenden voor 58 procent bestaat uit personen met hooguit een vmbo opleiding. In 2006 bestond het aanbod voor 50 procent uit laaggeschoolde personen.
Knelpunten vacaturevervulling Moeilijk vervulbare vacatures iets toegenomen Aan werkgevers is gevraagd of zij de vervulde vacatures als moeilijk vervulbaar beschouwden. Van de in totaal 1,039 miljoen vervulde vacatures werden er 413.000
8
door werkgevers aangemerkt als moeilijk vervulbaar. Dat komt overeen met 40 procent van alle vervulde vacatures. In 2006 was dit nog 27 procent. Net als in voorgaande jaren hadden vooral werkgevers in de bouw en de industrie moeite om hun vacatures vervuld te krijgen, maar het aandeel van moeilijk vervulbare vacatures in deze sectoren nam in 2008 wel af. Werkgevers in de handel/horeca en de overheid hadden daarentegen in 2008 juist meer moeite om hun vacatures te vervullen. De belangrijkste reden waarom werkgevers een vacature als moeilijk vervulbaar beschouwen, is het gebrek aan kandidaten. Dit gold voor 55 procent van de moeilijk vervulbare vacatures, in 2006 was dat nog 40 procent. Verder zijn niet passende opleidingen (15%) en een gebrek aan werkervaring (9%) redenen die werkgevers aangeven waarom zij moeite hadden de vacature te vervullen. Werkgevers zoeken verschillende oplossingen om een moeilijk vervulbare vacature toch te vervullen. Zo worden bij 21 procent van de moeilijk vervulbare vacatures de eisen bijgesteld, vooral voor wat betreft de opleiding en de beloning. Voor 34 procent van de moeilijk vervulbare vacatures worden andere maatregelen genomen, zoals het werven onder nieuwe doelgroepen en het om/bijscholen van de aangenomen kandidaten. Een kwart van de werkgevers met moeilijk vervulbare vacatures is van plan uitkeringsgerechtigden in dienst te nemen en deze geschikt te maken voor de functie. Van degenen die niet van plan zijn om uitkeringsgerechtigden aan te nemen, is 37 procent van mening dat uitkerings-gerechtigden niet geschikt zijn voor de functie.
Kans voor ouderen Op moeilijk vervulbare vacatures zijn in 2008 relatief veel ouderen aangenomen. Van de aangenomen 55-plussers blijkt 64 procent aangenomen te zijn op een moeilijk vervulbare vacature.
Knelpunten door vergrijzing Er zijn in 2008 naar schatting 252.000 bedrijven die 55plussers in dienst hebben, daarvan verwacht 13 procent in de problemen te komen bij het vervullen van vacatures die oudere werknemers achterlaten. Vorig jaar was dat 14 procent. In de bouw en industrie komen niet alleen de meeste moeilijk vervulbare vacatures voor. In deze sectoren worden ook de meeste knelpunten verwacht als gevolg van vergrijzing. De meest genoemde oplossingen voor knelpunten in verband met vergrijzing zijn bijscholing (20%) en omscholing (10%) van aangenomen kandidaten. Het werven onder nieuwe doelgroepen wordt minder vaak als maatregel genoemd (8% versus 22% in 2006).
leiding. Dat betekent dat 100.000 kansen voor ongeschoolden niet werden benut, omdat werkgevers blijkbaar bij het aannemen van personeel toch de voorkeur geven aan iemand die een vervolgopleiding heeft genoten. Ondanks de steeds krapper wordende arbeidsmarkt blijft er nog steeds sprake van een grootschalige verdringing van ongeschoolden door geschoolden.
Veel minder werklozen aangenomen Van de aangenomen personen in 2008 bestond 20 procent uit personen die werkloos waren, in 2006 was dat nog 29 procent. Het grootste deel van de aangenomen personen bestaat net zoals in voorgaande jaren uit baanwisselaars (61% in 2008). Het aandeel van schoolverlaters is toegenomen van 7 procent in 2007 naar 11 procent in 2008. Bekend is dat schoolverlaters zich in een periode van hoogconjunctuur eerder aanbieden op de arbeidsmarkt in plaats van door te studeren.
Aangenomen personen Meer ouderen aangenomen In de periode juli 2007 - juni 2008 zijn door werkgevers 1,039 miljoen mensen aangenomen, 12 procent minder dan in 2007 Het aantal aangenomen personen in de categorie 40-54 jaar steeg met 11 procent tot 176.000 en het aantal aangenomen 55-plussers nam toe met 10 procent tot 22.000. Het aandeel van 55-plussers in het totale aantal aangenomen personen blijft met 2 procent laag.
Verdringing ongeschoolden blijft groot ondanks krappe arbeidsmarkt Ten opzichte van 2007 zijn in 2008 minder mensen aangenomen met een opleiding op vmbo- of mbo-niveau. Dit wordt veroorzaakt door de afgenomen vraag naar deze opleidingscategorieën. Waarschijnlijk verlagen werkgevers in tijden van krapte hun opleidingseisen. Zo is de vraag naar personeel met maximaal basisonderwijs in 2008 met 13 procent toegenomen tot 182.000. Daar staat tegenover dat er 81.000 vacatures daadwerkelijk zijn vervuld door personen met maximaal een basisop-
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄9
Wervingskanalen ‘Eigen website’ verdringt advertentie Vacatureadvertenties zijn als belangrijkste wervingskanaal verdrongen door eigen websites van bedrijven. Voor het eerst worden meer vacatures op de eigen website van bedrijven geplaatst dan er personeelsadvertenties worden geplaatst. Het marktbereik van ‘eigen website’ steeg van 17 procent in 2007 naar 34 procent in 2008, dat van advertenties nam af van 42 procent tot 28 procent. De score van personeelsadvertenties is nog wel het hoogst als het gaat om marktpenetratie en marktaandeel. Zo wordt door 41 procent van de bedrijven met vervulde vacatures een personeelsadvertentie geplaatst en wordt 19 procent van de vacatures vervuld via de personeelsadvertentie. Het werven van personeel via de eigen website past in een trend waarin vacatures steeds vaker zonder intermediair worden vervuld. In 2003 werd 40 procent van de vacatures vervuld zonder tussenkomst van een intermediair en nu is dat 51 procent. Het belang van werving via de eigen website wordt nog eens onderstreept door het feit dat 50 procent van deze vacatures moeilijk vervulbaar waren. Alleen voor vacatures die via CWI zijn vervuld, was het aandeel moeilijk vervulbare vacatures vergelijkbaar (49%).
Kansen van niet-werkende werkzoekenden Het aantal bij CWI ingeschreven niet-werkende werkzoekenden (NWW), is fors gedaald in de afgelopen jaren. Medio 2006 kwam het NWW-aantal uit op 613.000 en medio 2008 op 420.000. De kans op het vinden van werk blijft klein voor 55plussers, maar is wel iets groter geworden. In 2008 hebben 22.000 personen van 55 jaar en ouder een baan
10
gevonden, dat is 10 procent meer dan in 2007. Ook het aantal werknemers in deze leeftijdsklasse steeg volgens het CBS met 10 procent. Het aantal werkloze baanvinders van 55 jaar en ouder nam in een jaar tijd toe met 50 procent tot 15.000. Ook bij CWI daalde het NWW-aantal van 55-plussers van 122.000 in 2007 naar 109.000 in 2008 (-11%). Maar het aandeel van 55-plussers in het totale aantal aangenomen personen blijft gering: 2 procent. Een lage opleiding vormt net als een hoge leeftijd een belemmering voor werkzoekenden om een baan te vinden. Het aantal NWW met maximaal een vmbo-opleiding is twee maal groter dan het aantal werkloze baanvinders op dat opleidingsniveau. Het aantal NWW met minimaal een hbo-opleiding is twee maal kleiner dan het aantal hoog opgeleide werkloze baanvinders. Deze uitkomsten bevestigen het beeld dat lager opgeleiden in het NWW-bestand een kleinere kans hebben op een baan dan hoger opgeleiden. De verhoudingen zijn duidelijk scherper geworden dan een jaar geleden. De samenstelling van het NWW-bestand is de afgelopen jaren sterk gewijzigd. Het NWW-bestand bestaat steeds meer uit mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt (66 procent is 40 jaar of ouder en 58 procent is laag opgeleid). Het is de oudere ‘blue collar’ man, zonder een afgeronde opleiding, die de meeste moeite heeft om weer een baan te vinden. Waarschijnlijk gaat het om mensen die op latere leeftijd werkloos zijn geworden. Het belang van preventief arbeidsmarktbeleid voor deze groep werknemers is evident.
Dubbele uitdaging voor het CWI De dubbele uitdaging waarvoor CWI zich ziet geplaatst, is nog groter geworden dan voorgaande jaren. Enerzijds worden moeilijk vervulbare vacatures steeds meer gemeld bij het CWI en tegelijkertijd wordt het profiel van de nietwerkende werkzoekenden steeds ongunstiger.
Uitzendarbeid In 2008 heeft een kleiner aandeel bedrijven uitzendkrachten ingeleend dan vorig jaar (22% versus 27%). Grote bedrijven maken meer gebruik van uitzendkrachten dan kleine bedrijven. Veruit het belangrijkste motief van werkgevers om uitzendkrachten in te zetten, is een piek in de productie (44%). Een kwart van de bedrijven (25%) gebruikt uitzendarbeid om personeel te werven. Een substantieel gedeelte van de werkgevers maakt structureel gebruik van uitzendarbeid (15%). Net als vorig jaar kan driekwart van de bedrijven de uitzendvacatures altijd of bijna altijd vervullen. Voor een kwart van de werkgevers zijn uitzendvacatures moeilijk vervulbaar (vaak niet of nooit vervuld). Het verschil met vorig jaar is klein. In totaal 23 procent van de bedrijven die gebruikmaken van uitzendwerk, werkt met uitzendkrachten uit OostEuropa (21% in 2007). Een toenemend aandeel werkgevers in de industrie, bouw, handel en horeca en zakelijke dienstverlening maakt gebruik van Oost-Europese uitzendkrachten. De agrarische sector blijft de sector waarin de meeste bedrijven met deze groep uitzendkrachten werken (62%).
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 11
Hoofdstuk 1
Vacatureontwikkelingen 1.1 Openstaande, ontstane en vervulde vacatures in 2008 Meer bedrijven met openstaande vacatures Het aantal bedrijven met openstaande vacatures nam toe van 136.000 in juni 2007 naar 139.000 in juni 2008, dat is een toename van 2,2 procent. Bij deze 139.000 bedrijven stonden dit jaar in totaal 417.000 vacatures open, bijna evenveel als vorig jaar. Gemiddeld stonden per bedrijf 3 vacatures open, iets minder dan vorig jaar toen het gemiddelde per bedrijf uitkwam op 3,1.
Aantal ontstane vacatures neemt in 2008 af In 2008 zullen naar schatting 1,352 miljoen vacatures ontstaan, 3 procent minder dan in 2007. Het cijfer is opgebouwd uit de realisatie van de eerste helft van 2008 en de verwachting van werkgevers voor de tweede helft van 2008. In de eerste helft van het jaar zijn 716.000 vacatures ontstaan, 15 procent minder dan in de eerste helft van 2007. Naar verwachting van de werkgevers komen hier in de tweede helft van 2008 nog 636.000 vacatures bij, 18 procent meer dan in de tweede helft van 2007 verwacht werd. In voorgaande jaren bleken de verwachtingen vrij goed overeen te komen met de realisaties. Dit jaar moet nadrukkelijk worden vermeld dat de verwachtingen zijn uitgesproken medio 2008, toen de crisis in de financiële wereld voor het Nederlandse bedrijfsleven nog onvoldoende zichtbaar was. Het is niet uitgesloten dat de verwachtingen van het aantal ontstane vacatures dit jaar achteraf te hoog blijken te zijn.
Daling van aantal vervulde vacatures In de periode juli 2007 tot juni 2008 zijn 1,039 miljoen vacatures vervuld, 13 procent minder dan een jaar eerder (1,189 miljoen) en vergelijkbaar met twee jaar eerder (1,007 miljoen). Er zijn 426.000 vacatures vervuld in de tweede helft van 2007 en 613.000 in de eerste helft van 2008. Het jaar 2007 vormt waarschijnlijk de top van een conjunctuurgolf in termen van de vervulling van vacatures.
12
Vacatieduur neemt verder toe Gemiddeld hebben vervulde vacatures in 2008 146 dagen opengestaan, dat is veel langer dan in 2007, toen de vacatieduur gemiddeld uitkwam op 128 dagen. Als een vacature langer openstaat, is dat een indicatie dat deze moeilijk vervulbaar is en een signaal dat de arbeidsmarkt krapper wordt: werkgevers kunnen vacatures steeds moeilijker vervullen.
Veel meer ingetrokken vacatures Een andere indicatie van de vervulbaarheid van vacatures is het aandeel ingetrokken vacatures. Voor een deel heeft het intrekken van vacatures te maken met ontmoediging, doordat werkgevers geen aanbod kunnen vinden. Het aandeel ingetrokken vacatures loopt op van 12 procent in 2006 via 15 procent in 2007 naar 23 procent in 2008. De grote toename in 2008 wordt verklaard door de positieve verwachting van de werkgevers ten aanzien van het aantal ontstane vacatures voor de tweede helft van 2008. Wanneer alleen naar de realisaties wordt gekeken in de eerste helft van elk jaar, dan is er geen sprake van een toename (respectievelijk 12%, 15% en 14% in de eerste helft van 2006, 2007 en 2008). De resultaten duiden er op dat werkgevers in de tweede helft van 2008 vacatures nog moeilijker zullen kunnen vervullen.
Tabel 1.1
Vervulde vacatures naar kenmerken 2008
Aantal (x1.000) 2007
2006
2008
Aandeel (%) 2007
2006
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening 2-19 werknemers 20-99 werknemers 100 en meer werknemers Noord Oost Zuid Oost Noord West Midden West Zuidwest
35 72 66 270 437 119 39 337 317 384 79 158 199 170 264 169
59 75 59 260 500 188 42 345 283 555 92 234 239 164 258 197
40 67 54 264 399 134 49 330 281 395 119 154 162 187 213 172
3 7 6 26 42 12 4 33 31 37 8 15 19 16 25 16
5 6 5 22 42 16 4 29 24 47 8 20 20 14 22 17
4 7 5 26 40 13 5 33 28 39 12 15 16 19 21 17
Functie
Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel Verzorging en (para)medisch Onderwijzend personeel Overig personeel
27 69 167 43 89 90 269 46 33 207
45 91 194 55 102 75 307 85 30 200
32 80 155 52 81 99 246 58 21 183
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
4 8 16 5 9 6 26 7 3 17
3 8 15 5 8 10 24 6 2 18
Gevraagde opleiding
Max. basisonderwijs Vmbo Havo, vwo Mbo Hbo, wo Wel gevraagd Niet gevraagd Vast Tijdelijk, uitzicht op vast Tijdelijk Korter dan een half jaar Een half tot één jaar Langer dan één jaar Korter dan 12 uur 12-31 uur 32 uur en langer
182 162 17 368 311 650 389 188 672 179 98 402 350 95 217 727
161 229 43 407 343 702 481 171 810 201 83 381 548 76 260 848
165 172 24 389 257 673 334 178 668 161 103 409 317 79 195 733
17 16 2 35 30 63 37 18 65 17 9 39 34 9 21 70
14 19 4 34 29 59 41 14 69 17 7 32 46 6 22 72
16 17 2 39 26 67 33 17 66 16 10 41 32 8 19 73
Kenmerken werkgevers Sector
Grootteklasse
Kenmerk vacatures
Werkervaring gevraagd Aard van het contract
Looptijd tijdelijke contracten
Duur werkweek
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 13
Tabel 1.1 (vervolg)
Vervulde vacatures naar kenmerken Kenmerken aangenomen personen Geslacht Leeftijd
Etniciteit
Opleiding aangenomen
Arbeidsmarktpositie
Totaal vervulde vacatures
Man Vrouw Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder Geen etnische minderheid Etnische minderheid w.v. Marokkanen w.v. Turken w.v. Surinamers en Antillianen w.v. overig Max. basisopleiding Vmbo Havo en vwo Mbo Hbo en wo Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, hoofdtaak is student
2008
Aantal (x 1.000) 2007
2006
2008
Aandeel (%) 2007
2006
612 427 325 516 176 22 900 139 31 36 20 52 81 190 35 385 348 633 207 113 86
682 501 335 670 158 20 1.034 149 37 41 27 44 68 227 71 412 404 729 292 84 77
579 428 321 521 153 12 928 79 60 202 42 406 297 583 291 73 60
59 41 31 50 17 2 87 13 3 3 2 5 8 18 3 37 34 61 20 11 8
58 42 28 57 13 2 87 13 3 4 2 4 6 19 6 35 34 62 25 7 7
58 43 32 52 15 1 92 8 6 20 4 40 30 58 29 7 6
1.039
1.183
1.007
100
100
100
1.2 Kenmerken van werkgevers, vacatures en aangenomen personen Alleen in de sectoren bouw en handel/horeca is het aantal vervulde vacatures in 2008 toegenomen, terwijl met name de agrarische sector en de overheid een sterke daling van het aantal vervulde vacatures lieten zien. Naar grootteklasse bezien valt vooral de sterke daling op van het aantal vervulde vacatures bij grote bedrijven. Het aantal door het MKB vervulde vacatures nam gestaag toe van 611.000 in 2006 naar 654.000 in 2008. Kenmerken van de vervulde vacatures: • Naar functie is een (lichte) afname te zien van het aantal vervulde vacatures voor agrarische functies,
14
productiepersoneel, transportpersoneel en verzorgend en (para)medisch personeel. Het gaat om kleine verschuivingen, waarbij ook nog rekening moet worden gehouden met statische marges. Uit andere bronnen blijkt een lichte toename van het aantal baanopeningen (ontstane vacatures) in de zorgsector. Een daling van het aantal aangenomen personen met een verzorgende of (para)medische functie kan duiden op alternatieven voor werving van deze categorie personeel, bijvoorbeeld door het opplussen van contracten, het tegengaan van ziekteverzuim, overwerk en inzet van uitzendkrachten. • Opvallend is dat er meer vacatures zijn vervuld, waarvoor maximaal basisonderwijs wordt gevraagd. Het aantal vervulde vacatures op vmbo-niveau is afgenomen, wat ook te maken kan hebben met een afnemende instroom in de vmbo-opleidingen. Het is
Tabel 1.2
Specifieke functie-eisen vervulde vacatures
Geen specifieke eisen Relevante werkervaring Vakdiploma Specifieke vakkennis Communicatieve vaardigheden Overige opleidingseisen Commerciële vaardigheden Zelfstandig werken Klantgerichtheid Flexibele instelling Samenwerken in teamverband Rijbewijs BE Groot rijbewijs Leiding geven Stressbestendigheid Certificaat Overige eisen
Aantal
Aandeel
209 256 210 158 85 82 58 53 53 48 43 28 23 21 21 16 161
20% 25% 20% 15% 8% 8% 6% 5% 5% 5% 4% 3% 2% 2% 2% 2% 16%
niet uitgesloten dat werkgevers voor dit niveau hun opleidingseisen naar beneden bijgesteld hebben, dit kan de toename verklaren van het aantal vacatures waarvoor maximaal basisonderwijs wordt gevraagd. • Voor 63 procent van de vervulde vacatures is werkervaring vereist, een toename ten opzichte van een jaar geleden toen dit ‘slechts’ voor 59 procent van de vervulde vacatures gold. Het aandeel waarvoor geen werkervaring is gevraagd is afgenomen van 41 procent in 2007 naar 37 procent in 2008.
eisen worden gesteld (bijlage B4.8 en B4.9). Vooral voor agrarische functies worden geen specifieke eisen gesteld (63%). Relevante werkervaring is voor horecafuncties (33%) meer van belang dan bij andere genoemde functies. Een vakdiploma wordt meer dan gemiddeld vereist voor verzorgend en (para)-medisch personeel (43%), technisch- en bouwpersoneel (37%) en onderwijzend personeel (36%). Specifieke vakkennis speelt vooral een rol bij technisch- en bouwpersoneel (30%).
In het Vacature Onderzoek 2008 is voor het eerst ook gevraagd of er specifieke functie-eisen van toepassing waren op de vervulde vacature. Voor 20 procent van de vervulde vacatures worden geen specifieke eisen gesteld, bij 80 procent is dat wel het geval. Van de genoemde specifieke eisen is relevante werkervaring de belangrijkste (25%), gevolgd door een vakdiploma (20%) en specifieke vakkennis (15%). In de bijlage is een uitgebreide tabel opgenomen waarin per functiegroep is aangegeven welke specifieke functie-
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 15
1.3 Aangenomen personen Meer 40-plussers aangenomen Het aandeel ouderen (40-plus) dat een baan heeft gevonden is net als vorig jaar toegenomen. Het gaat hierbij om 19 procent van alle aangenomen personen (16% in 2006). Het aantal aangenomen 55-plussers nam toe met 10 procent tot 22.000, maar het aandeel van 55plussers in het totaal aantal aangenomen personen blijft met 2 procent laag.
Aangenomen etnische minderheden minder dan gemiddeld gedaald Net als vorig jaar behoorde 13 procent van de aangenomen personen tot een etnische minderheid. Het aantal aangenomen etnische minderheden nam minder dan gemiddeld af: een daling van 7 procent voor etnische minderheden tegen een daling met 11 procent voor het totale aantal aangenomen personen. Naar opleiding van de aangenomen kandidaat zijn de verschillen groter dan naar leeftijd en etniciteit. Het aandeel aangenomen personen met maximaal basisonderwijs (ongeschoolden) is toegenomen. Niet bekend is in hoeverre het hier gaat om personen uit Nederland of daarbuiten. Het is niet uitgesloten dat deze vacatures worden vervuld door mensen zonder opleiding uit Oost-Europa. Het beeld dat meer ongeschoolde personen zijn aangenomen dient te worden genuanceerd. Er zijn weliswaar 81.000 personen aangenomen zonder voortgezette opleiding, maar daar staat tegenover dat 182.000 vacatures zijn vervuld, waarvoor oorspronkelijk geen voortgezette opleiding was gevraagd. Dat betekent dat 100.000 kansen door ongeschoolden niet konden worden benut. Het aantal aangenomen personen met een mbo-opleiding of hoger is weliswaar afgenomen ten opzichte van 2007, maar is wel hoger dan in 2006.
16
Minder werklozen aangenomen Van de aangenomen personen in 2008 bestond 20 procent uit personen die werkloos waren, in 2006 was dat nog 29 procent. Het grootste deel van de aangenomen personen bestaat net zoals in voorgaande jaren uit baanwisselaars (61% in 2008). Het aandeel van schoolverlaters is toegenomen van 7 procent in 2007 naar 11 procent in 2008. Bekend is dat schoolverlaters zich in een periode van hoogconjunctuur eerder aanbieden op de arbeidsmarkt in plaats van door te studeren. Per saldo duiden deze uitkomsten erop dat de (steeds kleiner wordende) groep mensen zonder werk steeds minder goed past in de vraag naar arbeid.
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 17
Hoofdstuk 2
Knelpunten 2.1 Moeilijk vervulbare vacatures
2.2 Kenmerken moeilijk vervulbare vacatures
Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures is toegenomen van 27 procent in 2006 via 39 procent in 2007 tot 40 procent in 2008. In totaal gaat het om 413.000 van de 1,039 miljoen vacatures die moeilijk vervulbaar waren.
Vooral vacatures in de bouw (58%) en industrie (48%) zijn moeilijk vervulbaar, maar het aandeel moeilijk vervulbare vacatures is in deze sectoren, in vergelijking met 2007, wel afgenomen. Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures in de handel en horeca (35% in 2008) en de zakelijke dienstverlening (41% in 2008) neemt steeds verder toe.
De belangrijkste reden waarom een vacature door een werkgever als moeilijk vervulbaar wordt aangemerkt, is het gebrek aan kandidaten. Dit aandeel is toegenomen van 40 procent in 2006 tot 55 procent in 2008. Een nietpassend opleidingsniveau en onvoldoende werkervaring zijn ook belangrijke redenen waarom vacatures moeilijk vervulbaar zijn. De motivatie van de sollicitanten is steeds minder een reden voor het moeilijk vervulbaar zijn van een vacature.
Moeilijk vervulbare vacatures komen vooral voor bij technische functies, bouwfuncties en horecafuncties. Relatief eenvoudig is het om vacatures voor agrarisch, winkel- en onderwijspersoneel te vervullen. Maar vooral vacatures voor winkelpersoneel zijn in 2008 wel moeilijker te vervullen dan in 2007. Bij een aantal van
Tabel 2.1
Aandeel moeilijk vervulbare vacatures 2008
Aantal (x 1.000) 2007
2006
2008
Aandeel (%) 2007
2006
Ontwikkeling (%) 2007-2008
Ja, zeer moeilijk vervulbaar Moeilijk vervulbaar Niet moeilijk/niet eenvoudig vervulbaar Nee, eenvoudig vervulbaar Nee, zeer eenvoudig vervulbaar
82 331 188 350 89
138 318 326 343 58
78 202 141 444 141
8 32 18 34 9
12 27 28 29 5
7 20 14 44 14
-41 4 -42 2 53
Totaal
1.039
1.183
1.007
100
100
100
-12
Tabel 2.2
Redenen moeilijk vervulbare vacatures 2008
Aandeel (%) 2006
2006
Gewenste arbeidstijden/uren per week Onvoldoende kandidaten Opleidingsniveau kandidaten niet-passend Opleidingsrichting kandidaten niet-passend Nederlandse taalbeheersing van sollicitanten Gebrekkige instelling (motivatie) van sollicitanten Sollicitanten hadden te weinig werkervaring Sollicitanten stelden te hoge financiële eisen Overig
2 55 12 3 0 3 9 3 13
2 52 12 4 1 5 11 2 11
3 40 14 6 1 9 14 1 11
Totaal
100
100
100
18
Tabel 2.3
Aandeel (%) moeilijk vervulbare vacatures per kenmerk vervulde vacatures Kenmerk werkgevers Sector
Grootteklasse
Regio
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening 2-19 werknemers 20-99 werknemers 100 en meer werknemers Noord Oost Zuidoost Noordwest Middenwest Zuidwest
Kenmerk vacatures Functie
Gevraagde opleiding
Werkervaring gevraagd Aard van het contract
Looptijd tijdelijke contracten
Duur werkweek
Totaal (%) Totaal (x 1.000)
Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel Basisonderwijs/geen opleiding Vmbo Havo, vwo Mbo Hbo, wo Wel gevraagd Niet gevraagd Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk Korter dan 1/2 jaar 1/2 tot 1 jaar Langer dan een jaar Korter dan 12 uur 12-31 uur 32 uur en langer
2008
2007
2006
29 48 58 35 41 37 29 38 38 43 23 43 44 37 40 41
25 50 63 30 39 40 34 39 45 36 37 39 28 42 46 40
27 35 46 22 29 21 25 25 29 32 21 33 33 30 25 21
2008
2007
2006
24 36 65 38 27 49 31 41 26 35 32 36 24 37 46 44 33 47 38 31 41 34 42 21 24 45
24 24 71 50 12 34 41 48 24 30 29 33 30 39 49 44 29 43 38 38 40 40 40 28 25 44
33 27 49 20 19 18 24 37 24 25 20 25 16 29 33 30 22 30 30 14 29 26 27 15 20 31
40 N=1.039
39 N=1.183
28 N=1.007
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 19
deze functies wordt gebruikgemaakt van alternatieve methoden om vacatures te vervullen, zoals de inzet van uitzendkrachten (agrarisch personeel) en het anders organiseren van het werk (onderwijs).
Vacatures waarvoor een hbo-diploma of wo-diploma is vereist, zijn moeilijker te vervullen dan vacatures voor lager opgeleiden.
Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures is toegenomen bij grote bedrijven (100 en meer werknemers), terwijl het totale aantal vacatures is gedaald. De invloed van alternatieve oplossingen kan zich hier doen gelden. Het kan zijn dat grote bedrijven meer in staat zijn dan kleine bedrijven om alternatieven voor werving door te voeren, zoals een andere organisatie van het werk en het opplussen van contracten van zittend personeel. Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures is bij de kleinere bedrijven gelijk gebleven.
Werkgevers zoeken verschillende oplossingen om een moeilijk vervulbare vacature toch te vervullen. In de eerste plaats kunnen de vacature-eisen worden bijgesteld. Dit gebeurt bij 21 procent van de moeilijk vervulbare vacatures. Het bijstellen van opleidingseisen is daarbij de belangrijkste maatregel.
Maatregelen moeilijk vervulbare vacatures
Voor 32 procent van de moeilijk vervulbare vacatures zijn andersoortige maatregelen getroffen, zoals werving onder nieuwe doelgroepen (9%) en om- of bijscholing van de aangenomen kandidaat (7%).
Naar regio zijn er geen grote verschillen, hoewel het aandeel moeilijk vervulbare vacatures in de regio Noord relatief laag is. Vacatures waarvoor werkervaring wordt gevraagd, zijn moeilijker te vervullen dan vacatures waarvoor geen werkervaring wordt gevraagd.
Voor moeilijk vervulbare vacatures zijn in het afgelopen jaar relatief veel ouderen aangenomen. Het blijkt dat bijna twee op de drie vacatures (64%) waar uiteindelijk een 55-plusser is aangenomen, moeilijk vervulbaar was.
Tabel 2.4
Aanpassing vacature-eisen om moeilijk vervulbare vacature te vervullen (meer dan 1 antwoord mogelijk)
Nee Ja, opleidingseisen bijgesteld Ja, werktijden aangepast Ja, salaris/beloning aangepast Ja, overige eisen aangepast
Aantal (x1000)
Kolompercentage
328 27 6 14 41
79% 7% 1% 3% 10%
Tabel 2.5
Andere maatregelen om moeilijk vervulbare vacatures toch te vervullen (meer dan 1 antwoord mogelijk)
Nee Ja, om- of bijscholen van de aangenomen kandidaat Ja, werving onder nieuwe doelgroepen Ja, overig
20
Aantal (x1000)
Kolompercentage
280 30 38 71
68% 7% 9% 17%
Tabel 2.6
Moeilijk vervulbare vacatures naar leeftijd van baanvinders Aandeel Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
34 43 45 64
Tabel 2.7
Redenen geen uitkeringsgerechtigde bij moeilijk vervulbare vacature Aandeel Uitkeringsgerechtigde is niet geschikt voor de functie Onbekend met regelingen Teveel administratieve rompslomp Andere redenen (niet verder bekend) Totaal
37 6 3 54 100
Ongeveer een kwart van de werkgevers (23%) heeft overwogen om voor de moeilijk vervulbare vacatures een uitkeringsgerechtigde in dienst te nemen en deze geschikt te maken voor de functie. Verreweg de meeste werkgevers zijn niet bereid om uitkeringsgerechtigden in dienst te nemen. De reden die hiervoor relatief vaak wordt gegeven is dat uitkerings-gerechtigden niet geschikt worden geacht voor de aangeboden functie (een kwalitatieve mismatch). Het geschikt maken van uitkeringsgerechtigden door middel van scholing lijkt hier een aangewezen weg. Onbekendheid met de regelingen en de eventuele administratieve rompslomp blijken in elk geval geen grote belemmering te zijn.
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 21
2.3 Knelpunten als gevolg van vergrijzing Huidige problemen met vergrijzing
Verwachte problemen met vergrijzing
In 2008 zijn er naar schatting 252.000 bedrijven die 55plussers in dienst hebben (vorig jaar 250.000). Daarvan heeft 13 procent soms of vaak problemen met het vervullen van vacatures die 55-plussers achterlaten. In totaal gaat het in 2008 om 33.000 bedrijven en in 2007 om 35.000 bedrijven. Het aantal bedrijven dat problemen ondervindt met het vervangen van ouder personeel is dus afgenomen.
Iets meer dan een kwart (27%) van de bedrijven geeft aan in de toekomst problemen te ondervinden met het vervangen van 55-plussers. Vooral agrarische, industriële en bouwbedrijven verwachten hierdoor in de problemen te komen. De helft van de bedrijven in de agrarische sector die 55-plussers in dienst hebben, verwacht binnen de twee jaar in problemen te komen bij de vervanging van 55-plussers, vorig jaar was dit slechts 10 procent.
Tabel 2.8
Aandeel bedrijven dat problemen verwacht met het vervullen van vacatures die 55-plussers achterlaten %
2008
2007
2006
Vaak problemen Soms problemen Weet niet Geen problemen
4 9 2 85
3 10 2 85
3 10 2 89
Totaal
100
100
100
Tabel 2.9
Bedrijven die binnen twee jaar problemen verwachten met vervanging van 55-plussers naar sector %
Agrarisch
Industrie
Bouw
Handel, horeca
Zakelijke diensten
Overheid
Overige diensten
Totaal 2008
Totaal 2007
Ja, zeker problemen Ja, misschien problemen Weet niet Nee, geen problemen
20 30 0 49
18 16 3 63
20 21 3 56
9 10 1 79
14 15 2 69
10 10 2 78
3 7 5 84
13 14 2 71
15 18 2 65
Totaal
100
100
100
100
100
100
100
100
100
22
Maatregelen vergrijzing Voor 2008 geldt dat 36 procent van de bedrijven wel en 56 procent van de bedrijven geen maatregelen treft wegens de vergrijzing. De overige 8 procent kan dit niet aangeven.
leeftijd is een steeds meer voorkomende maatregel (3% in 2006 en 10% in 2008). Het zoeken naar nieuwe doelgroepen bij de werving wordt als maatregel juist steeds minder ingezet. In 2006 werd deze maatregel nog bij 22 procent van alle bedrijven getroffen, in 2008 is dit bij 8 procent van de bedrijven het geval.
Veruit de meest genomen maatregel is het bijscholen (20%) en omscholen (10%) van zittend personeel. De extra beloning om door te werken na de pensioen-
Tabel 2.10
Wel of geen maatregelen van bedrijven met wervingsproblemen wegens vergrijzing 2008
2007
2006
Geen maatregelen vergrijzing Weet het niet Maatregelen vergrijzing
56 8 36
55 8 37
44 22 34
Totaal (%)
100
100
100
Tabel 2.11
Aard maatregelen van bedrijven met wervingsproblemen wegens vergrijzing (meer dan één antwoord mogelijk) 2008
2007
2006
Zittend personeel bijscholen Zittend personeel omscholen Extra beloning om door te werken na pensionering Zoeken nieuwe doelgroepen bij werving Aanpassen werktijden Zittend personeel meer laten werken Aanpassen functie-eisen Werven in het buitenland Andere maatregelen (niet verder bekend)
20 10 10 8 7 3 2 2 69
26 12 6 15 5 9 1 7 54
24 10 3 22 5 2 5 2 51
Totaal (%)
130
135
122
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 23
Hoofdstuk 3
Wervings- en aannamekanalen 3.1 Marktpositie en succesquote van wervingskanalen1
en kennissen is nog steeds een goede tweede met een marktaandeel van 15 procent.
Inzet wervingskanalen
In de afgelopen 25 jaar hadden advertenties het grootste marktbereik. Dat houdt in dat dit kanaal het vaakst werd ingezet bij werving. Dit jaar is de advertentie (28%) voor het eerst verdrongen van de eerste plaats en wel door de eigen website van bedrijven (34%).
Recent is een secundaire analyse uitgevoerd van de data van dit vacatureonderzoek en de voorloper Hoe werven bedrijven?. Daarvoor is een tijdreeks van 1984-2006 geanalyseerd. Uit deze analyse is gebleken dat de inzet van wervingskanalen in de onderzoeksperiode niet structureel is veranderd. Het aandeel van elk wervingskanaal is over de gehele periode constant. Er zijn wel duidelijke conjuncturele invloeden. In een opgaande conjunctuur wordt actiever geworven, minder informeel, minder via gratis wervingskanalen en wordt vaker een professionele intermediair ingezet2. In 2008 is het gemiddelde aantal ingezette wervingskanalen per vervulde vacature 1,80. Dat is lager dan vorig jaar (2,11), maar vergelijkbaar met de inzet van 2006 (1,84). Advertenties hebben het grootste marktaandeel in de vervulde vacatures (19%). Van alle vervulde vacatures is de advertentie het meest voorkomende aannamekanaal. Informele werving via zakenrelaties, vrienden, familie
Anders is nu dat de eigen website van bedrijven en het werven via het internet een stevige positie hebben ingenomen. Wanneer werk.nl van het CWI ook wordt meegerekend, dan is in 2008 een kwart (25%) van alle vacatures vervuld via de elektronische snelweg. Vorig jaar was dat nog 15 procent. De opkomst van internet als wervingskanaal is ten koste gegaan van de positie van advertenties. Bij de interpretatie van de marktpositie moet bedacht worden dat de wervingskanalen een verschillend karakter hebben en verschillende doelgroepen hebben. De advertentie wordt gebruikt om een breed bereik te hebben en informele werving om kosten te besparen. Voorts moet bedacht worden dat intermediairs als uitzendbureaus, werving- en selectiebureaus en CWI
Tabel 3.1
Marktpositie en succesquote wervingskanalen 2008 (en 2007), gesorteerd naar marktaandeel % Advertentie Relaties (zakelijk, vrienden, familie, kennissen) Internet, eigen website Uitzendbureau Overig internet Werving- en selectiebureau Via spontane/open sollicitatie Via eigen personeel CWI (niet internetsite) Onder eigen personeel (interne werving) Internet, werk.nl School, opleiding Detacheringbureau Overig
Marktpenetratie
Marktbereik
Marktaandeel
Succesquote
41 (43) 30 (29) 21 (17) 15 (18) 15 (15) 8 (10) 14 (11) 9 (11) 13 (15) 8 (6) 7 (10) 6 ( 5) 2 ( 3) 13 (12)
28 (42) 19 (27) 34 (21) 14 (18) 19 (17) 8 (12) 7 (10) 8 (10) 14 (15) 6 ( 6) 7 (11) 3 ( 4) 2 ( 3) 11 (11)
19 (23) 15 (18) 15 ( 7) 10 (10) 8 ( 6) 6 ( 8) 6 ( 6) 5 ( 4) 3 ( 4) 2 ( 3) 2 ( 2) 2 ( 2) 1 ( 1) 5 ( 6)
68 (54) 80 (67) 44 (32) 70 (56) 40 (34) 68 (64) 89 (62) 64 (45) 23 (29) 36 (41) 28 (21) 62 (66) 51 (43) 49 (52)
1) Een begripsomschrijving is gegeven in bijlage 3. 2) P.A. Donker van Heel, R. Legerstee en M. van der Ende, ‘Veranderingen in wervingsgedrag van werkgevers’, in: ESB nr. 4543, 19 september 2008, jaargang 93.
24
geheel verschillende klanten hebben aan de vraagzijde en de aanbodzijde van de arbeidsmarkt.
cent. De succesquote van CWI is 34 procent, een verbetering ten opzichte van vorig jaar (29%).
Groepen wervingskanalen
In 51 procent van de gevallen is een vacature vervuld zonder tussenkomst van een intermediair (vorig jaar 46%). Dit percentage is opgebouwd uit de marktaandelen van werving via relaties, via eigen personeel, spontane sollicitaties/open sollicitaties, via eigen website bedrijf, via internet en via werk.nl. Met intermediair wordt bedoeld: advertenties, CWI, detacherings-, werving- en selectiebureau, uitzendbureau en school. In 41 procent van de gevallen is de vacature vervuld met behulp van een intermediair. De categorieën overig en werving onder eigen personeel zijn buiten beschouwing gelaten.
Er is een vergelijking gemaakt van vier groepen wervingskanalen: CWI, inclusief werk.nl, advertenties, internet (vacaturesites of eigen site van het bedrijf) en uitzendbureaus. De samenvoeging van individuele wervingskanalen tot groepen intermediairs heeft gevolgen voor het gezamenlijke marktbereik. Als voor een vacature twee wervingskanalen worden ingezet die vervolgens worden samengenomen, dan daalt het gezamenlijke marktbereik voor die ene vacature. Het marktbereik van het ene wervingskanaal kan dus niet zonder meer worden opgeteld bij dat van de andere3. De resultaten zijn gepresenteerd in tabel 3.2. Internet en advertenties hebben een vergelijkbaar marktaandeel van circa 20 procent. Advertenties worden door meer bedrijven ingezet (marktpenetratie 41%, tegen vorig jaar 43%), maar bedrijven zetten advertenties wel selectiever in dan vorig jaar (marktbereik 28% tegen 42% in 2007). De succesquotes van advertenties, internet en uitzendbureaus bedragen alle tussen 65 procent en 70 proTabel 3.2
Marktpositie en succesquote van groepen wervingskanalen 2008 (en 2007) % Advertentie CWI (inclusief werk.nl) Internet (exclusief werk.nl) Uitzendbureau
Marktpenetratie
Marktbereik
Marktaandeel
Succesquote
41 (43) 18 (23) 29 (26) 15 (18)
28 (42) 15 (25)4 34 (29) 14 (18)
19 (23) 5 ( 7) 22 (12) 10 (10)
68 (54) 34 (29) 66 (43) 70 (56)
3) De berekeningen zijn zodanig uitgevoerd dat alle vier de meetpunten (en verdere uitsplitsingen) betrekking hebben op een en dezelfde groep vervulde vacatures. Dat betekent dat als er ergens sprake is van partiële non-respons (bijvoorbeeld een gegeven ontbreekt in een teller of een noemer), dat deze vacature niet in de berekening is meegenomen. Er is uiteindelijk wel opgehoogd naar de populatieaantallen, met iets aangepaste wegingsfactoren. 4) Dit cijfer kan niet worden vergeleken met het transparantiebereik dat CWI als indicatie van het transparant maken van de vacaturemarkt opneemt in officiële rapportages zoals het jaarverslag. Dat transparantiebereik is berekend op basis van vacatures die werkgevers en andere intermediairs – zoals uitzendbureaus – bij de CWI-vestigingen gemeld hebben, dan wel rechtstreeks op werk.nl hebben geplaatst. Volgens de door CWI gekozen methodiek gaat het hier om twee groepen vacatures die elkaar niet of nauwelijks overlappen. Deze aantallen worden vervolgens gerelateerd aan het officiële cijfer van de vacaturemarkt van het CBS. Het verschil ontstaat vooral doordat vacatures die uitzendbureaus en andere intermediairs aanmelden bij het CWI, of plaatsen op werk.nl (een substantieel aantal volgens CWI) in het marktbereik van het vacatureonderzoek voor CWI niet worden meegeteld. Voor CWI is dit een secundaire markt.
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 25
3.2 CWI en moeilijk vervulbare vacatures In hoofdstuk 2 is aangeven welke vervulde vacatures bedrijven moeilijk vervulbaar vinden. Uit tabel 3.3 blijkt dat de helft van de vacatures die bedrijven via CWI (49%) of via internet (50%) hebben vervuld moeilijk vervulbaar waren. Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures dat via CWI vervuld was, is daarmee voor het derde opeenvolgende jaar toegenomen, van 33 procent in 2006 en 46 procent in 2007 naar 49 procent nu. De dubbele uitdaging waarvoor CWI zich ziet geplaatst, is daarmee nog groter geworden dan voorgaande jaren. Enerzijds worden moeilijk vervulbare vacatures steeds meer gemeld bij CWI en tegelijkertijd wordt het profiel van de niet-werkende werkzoekenden, steeds ongunstiger. Op dit laatste onderwerp wordt in hoofdstuk 4 nader ingegaan.
Tabel 3.3
Moeilijk vervulbare vacatures en wervingskanalen 2008 (en 2007) %
Ja, zeer moeilijk vervulbaar Ja, moeilijk vervulbaar Niet moeilijk/niet makkelijk vervulbaar Nee, makkelijk vervulbaar Nee, zeer makkelijk vervulbaar
26
Advertentie
10 (11) 33 (28) 19 (27) 32 (30) 6 (5)
Via CWI of werk.nl
10 (18) 39 (29) 17 (26) 32 (22) 2 (4)
Internet (excl. werk.nl)
10 (11) 40 (30) 18 (23) 25 (29) 7 (6)
Uitzendbureaus
Overige wervingskanalen
10 (12) 33 (31) 18 (22) 35 (30) 4 (4)
5 (9) 21 (24) 18 (25) 42 (33) 14 (9)
Totaal
8 (11) 32 (27) 18 (25) 34 (30) 8 (6)
Hoofdstuk 4
Vergelijking aangenomen personen en het NWW-bestand 4.1 Aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden (NWW) naar kenmerk
tal gedaald tot 420.000. Het aantal mensen dat daadwerkelijk aan baan heeft gevonden, is niet gelijk aan de netto daling van het aantal ingeschreven NWW.
Het aantal bij CWI ingeschreven niet-werkende werkzoekenden (NWW), is fors gedaald in de afgelopen jaren. Medio 2006 waren er 613.000 NWW bij CWI ingeschreven (overigens inclusief 65-plussers), medio 2007 waren dat er 500.000 en medio 2008 was dit aan-
De samenstelling van het NWW-bestand is in de afgelopen jaren sterk veranderd. Zo steeg het aandeel van 40plussers van 60 procent in 2006 naar 66 procent in 2008 en het aandeel NWW met maximaal basisonderwijs nam toe van 18 procent naar 28 procent. Het NWW-bestand
Tabel 4.1
Vergelijking aangenomen personen en NWW-bestand % Geslacht Man Vrouw
Aandeel aangenomen personen
Ontwikkeling
Aandeel NWW
Ontwikkeling
2008
2007
2006
2007-2008
juni 2008
juni 2007
59 41
58 42
58 43
-10 -15
46 54
47 53
juni 2006* 48 52
2007-2008 -16 -15
31 50 17 2
28 57 13 2
32 52 15 1
-3 -23 +11 +11
6 28 40 26
7 29 40 24
8 32 39 21
-19 -19 -17 -9
8 15 19 16 25 16
8 20 20 14 22 17
12 15 16 19 21 17
-13 -33 -16 +4 +2 -15
12 18 18 16 18 18
12 19 18 15 19 18
12 18 18 14 18 19
-20 -16 -17 -6 -17 -17
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
4 8 16 5 9 6 26 7 3 17
3 8 15 5 8 10 24 6 2 18
-40 -24 -14 -23 -13 +19 -12 -46 +11 +4
3 16 13 7 6 5 20 6 2 22
3 15 14 7 6 5 21 6 2 21
3 13 14 8 6 5 22 6 3 17
-19 -8 -19 -17 -18 -16 -19 -15 -13 -9
8 18 40 34
6 19 41 34
6 20 44 30
+18 -17 -13 -14
28 30 29 13
25 31 31 14
18 32 35 16
-4 -18 -20 -19
1.039
1.183
1.007
-12
420
500
613
-16
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Regio Noord Oost Zuidoost Noordwest Middenwest Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel Verzorging en (para) medisch Onderwijzend personeel Overig personeel
Opleiding aangenomen Maximaal Basisonderwijs Vmbo Havo, vwo, mbo Hbo en wo
Totaal (x 1.000)
* 2006 is volgens oude definitie NWW (inclusief 65-plussers).
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 27
Tabel 4.2
Gevraagd opleidingsniveau en opleidingsniveau aangenomen persoon Opleidingsniveau Max. basisonderwijs Vmbo Havo, vwo, mbo Hbo/wo
Gevraagd
2008 Aangenomen
NWW
Gevraagd
2007 Aangenomen
NWW
Gevraagd
2006 Aangenomen
NWW
17 16 37 30
8 18 40 33
28 30 29 13
14 19 38 28
6 19 41 34
25 31 31 14
16 17 41 26
6 20 44 30
18 32 35 16
bestaat steeds meer uit mensen die moeilijk een baan kunnen vinden. Het is de oudere “blue collar” man, zonder een afgeronde opleiding, die de meeste moeite heeft om weer een baan te vinden. Hoewel hierover in dit kader geen gegevens bekend zijn, gaat het waarschijnlijk om mensen die op latere leeftijd werkloos zijn geworden. In vroegere conjunctuurgolven is deze ontwikkeling naar een harde kern eveneens geconstateerd. De uitkomsten sporen dan ook met onderzoek uit eerdere perioden5.
In de bovenstaande tabel is te zien dat het aandeel vacatures waarvoor maximaal vmbo wordt gevraagd (33%) aanmerkelijk lager is dan het aandeel in het NWWbestand (58%). Het aandeel vacatures op minimaal hboniveau is aanmerkelijk hoger. Deze verschillen zijn in de afgelopen jaren groter geworden. Dit geeft een indruk van de mismatch tussen enerzijds het type vacature dat wordt aangeboden en anderzijds het type niet-werkende werkzoekenden.
Door vergelijking tussen de aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden ontstaat meer inzicht in de kansen van niet-werkende werkzoekenden om een baan te vinden. Te zien is bijvoorbeeld dat het aandeel ongeschoolde baanvinders hoger is dan het aandeel NWW in die opleidingscategorie. Dat wijst erop dat niet-werkende werkzoekenden relatief weinig hebben geprofiteerd van de aangeboden banen. Relatief kansrijke NWW: • mannen; • jongeren tot 25 jaar en (in mindere mate) 25-39 jarigen; • administratief en commercieel personeel en (in mindere mate) horecapersoneel; • hoog opgeleiden (hbo en wo). Er is minder kans op een baan voor NWW met de volgende kenmerken: • 40-plussers; • productiepersoneel; • ongeschoolden en (in mindere mate) vmbo’ers.
5) R. Kloosterman, Achteraan in de rij? Een onderzoek naar factoren die herintreding van werklozen belemmeren, OSA, Den Haag, 1987. P.A. Donker van Heel, Nooit meer aan het werk? Een onderzoek naar factoren die herintreding van werklozen bevorderen, OSA, Den Haag, 1989.
28
4.2 De factor leeftijd nader bekeken De helft van de werknemers is 40 jaar of ouder en 66 procent van het NWW-bestand bestaat uit personen in deze leeftijdscategorie. De groep baanvinders bestaat echter maar voor 19 procent uit 40-plussers. Baanvinders zijn gemiddeld genomen jonger dan de zittende werknemers. Dit kan te maken hebben met vervanging van oudere werknemers die de pensioengerechtigde leeftijd bereiken, door jongere werknemers. Ook kan het samenhangen met een voorkeur van werkgevers voor jongere werknemers in verband met loonkosten. De kansen op een baan voor niet-werkende werkzoekenden nemen af naarmate men ouder is, zoals dat ook in 2006 en 2007 het geval was. Dit jaar zijn de baankansen voor niet-werkende werkzoekenden in de leeftijdscategorie 40-54 jaar licht verbeterd. Vorig jaar was 13 procent
van de aangenomen personen tussen de 40 en 54 jaar, dit jaar is dat 17 procent. De kans op het vinden van werk blijft klein voor 55-plussers, maar is in 2008 wel iets groter geworden. In 2008 hebben 22.000 personen van 55 jaar en ouder een baan gevonden, dat is 10 procent meer dan in 2007. Ook het aantal werknemers in deze leeftijdsklasse steeg volgens het CBS met 10 procent. Het aantal werkloze baanvinders van 55 jaar en ouder nam in een jaar tijd zelfs toe met 50 procent tot 15.000. Ook bij CWI daalde het NWW-aantal van 55-plussers van 122.000 in 2007 naar 109.000 in 2008 (11%). Maar het aandeel van 55-plussers in het totaal aantal aangenomen personen blijft gering 2 procent.
Tabel 4.3
Werknemers, aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden (NWW) naar leeftijd 2008 (en 2007) %
Werknemers
Aangenomen personen
NWW
Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
12 (12) 38 (39) 38 (38) 12 (11)
31 (28) 50 (57) 17 (13) 2 ( 2)
6 ( 7) 28 (29) 40 (40) 26 (24)
Totaal
100 (100)
100 (100)
100 (100)
Bron: CBS (werknemers), Vacature Onderzoek (aangenomen personen) en CWI (NWW) Tabel 4.4
Werknemers, aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden naar leeftijd: aantallen 2008 (en 2007) (x 1000)
Werknemers
Aangenomen personen
Aangenomen personen zonder baan
NWW juni 2008
NWW/aangenomen personen zonder baan
Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
773 ( 730) 2.445 (2.436) 2.453 (2.354) 741 ( 675)
325 ( 335) 516 ( 670) 176 ( 158) 22 ( 20)
197 (180) 139 (213) 55 ( 51) 15 ( 10)
26 ( 33) 116 (143) 168 (202) 109 (122)
0,1 (0,2) 0,7 (0,7) 3,1 (4,0) 7,3 (12,2)
6.412 6.195
1.039 1.183
406 469
420 500
1,0 1,1
Totaal 2008 Totaal 2007
Bron: CBS (werknemers), Vacature Onderzoek (aangenomen personen) en CWI (NWW)
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 29
4.3 De factor opleiding nader bekeken De verdeling naar opleiding van de werkzame beroepsbevolking komt altijd vrij goed overeen met de verdeling naar opleiding van de aangenomen personen. De werkzaamheden zijn kennelijk meer afhankelijk van het opleidingsniveau dan van de leeftijd van de werknemer (de verschillen naar leeftijd zijn groter: zie 4.2). Uit tabel 4.5 blijkt dat 58 procent van de niet-werkende werkzoekenden ten hoogste een vmbo-opleiding heeft en dat 26 procent van de aangenomen personen tot deze groep behoort. Voor hoger opgeleiden (hbo en wo) is het beeld juist omgekeerd. Het aandeel hoger opgeleiden in de groep baanvinders is met 33 procent veel groter dan het aandeel van hoger opgeleiden in het NWW-bestand (13%). Deze uitkomsten laten zien dat de kansen van niet-werkende werkzoekenden om een baan te vinden, toenemen naarmate het opleidingsniveau hoger is.
Het NWW-aantal (420.000) is ongeveer even groot als aantal aangenomen personen zonder baan (406.000). De ratio is (afgerond) 1,0. Het aantal personen laag opgeleiden (maximaal vmbo) in het NWW-bestand is bijna twee maal (1,9) groter dan het aantal werkloze baanvinders (incl. scholieren en studenten). Het aantal hoger opgeleiden (HBO/WO) in het NWW-bestand is de helft (0,5) van het aantal hoger opgeleide werkloze baanvinders. Deze uitkomsten bevestigen het beeld dat lager opgeleiden in het NWW-bestand een kleinere kans hebben op een baan dan hoger opgeleiden. De ratio is voor laag opgeleiden verslechterd ten opzichte van een jaar geleden. De gegevens voor mensen zonder opleiding of alleen basisonderwijs zijn op dit moment niet beschikbaar bij het CBS. Analyses in 2006 en 2007 lieten zien dat de positie van deze groep duidelijk nog minder sterk was dan de NWW met een vmbo-opleiding.
Tabel 4.5
Werknemers, aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden (NWW) naar opleiding 2008 (en 2007) %
Werknemers
Aangenomen personen
NWW
Max. basisonderwijs/vmbo* Havo/vwo/mbo Hbo/wo
24 ( 24) 44 ( 45) 32 ( 32)
26 ( 25) 40 ( 41) 33 ( 34)
58 ( 56) 29 ( 31) 13 ( 14)
Totaal
100 (100)
100 (100)
100 (100)
Bron: CBS (werknemers), Vacature Onderzoek (aangenomen personen) en CWI (NWW) Tabel 4.6
Werknemers, aangenomen personen en niet-werkende werkzoekenden naar opleiding 2008 (en 2007) (x 1000)
Max. basisonderwijs/vmbo Havo/vwo/mbo Hbo/wo
Totaal
Werknemers
Aangenomen personen
Aangenomen personen zonder baan
NWW juni 2008
NWW/ aangenomen personen zonder baan
1.549 (1.461) 2.818 (2.748) 2.045 (1.952)
271 ( 296) 420 (483) 348 (404)
124 (174) 180 (175) 102 (105)
242 (277) 122 (153) 56 (69)
1,9 (1,6) 0,7 (0,9) 0,5 (0,7)
6.412 (6.195)
1.039 (1.183)
406 (469)
420 (500)
1,0 (1,1)
Bron: CBS (werknemers), Vacature Onderzoek (aangenomen personen) en CWI (NWW)
30
Hoofdstuk 5
Uitzendarbeid 5.1 Bedrijfskenmerken uitzendarbeid In de eerste helft van 2008 zijn door alle bedrijven samen 679.000 nieuwe uitzendopdrachten uitgezet, 2 procent meer dan vorig jaar. Dit aantal is hoger dan het aantal uitzendkrachten, omdat een uitzendkracht meer dan een uitzendopdracht kan vervullen. Deze uitkomsten sporen vrij goed met de schattingen van het aantal uitzendopdrachten dat door de uitzendbranche wordt gepresenteerd (ABU Instroomonderzoek). In 2008 heeft een kleiner aandeel bedrijven uitzendkrachten ingeleend dan vorig jaar (22% versus 27%). Omdat het aantal uitzendopdrachten (iets) groter is dan vorig jaar, is de conclusie dat het gemiddelde aantal uitzendkrachten per inleenbedrijf groter is dan vorig jaar. Dit zegt overigens niets over het totale uitzendvolume per inlener. Volume-gegevens zijn niet verzameld in het Vacatureonderzoek.
Het aandeel bedrijven dat gebruikmaakt van uitzendkrachten is het hoogst in de industrie en de bouw. In de handel, horeca en overige dienstverlening is het aandeel relatief laag. Het aandeel van bedrijven in de agrarische sector dat gebruikmaakt van uitzendkrachten, is sterk teruggelopen van 43 procent in 2007 naar 27 procent in 2008. Grote bedrijven maken veel meer gebruik van uitzendkrachten dan kleine bedrijven. Bedrijven in de regio Noord maken vaker gebruik van uitzendkrachten dan bedrijven in andere regio’s. Het aandeel bedrijven met uitzendkrachten is in de regio Oost duidelijk gedaald. Over de gehele linie is het aandeel werkgevers dat uitzendkrachten heeft ingezet, afgenomen ten opzichte van een jaar eerder.
Tabel 5.1
Aandeel bedrijven met ingehuurde uitzendkrachten naar sector, bedrijfsgrootte en district in de eerste helft van het jaar %
2008
2007
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
27 34 37 14 25 20 13
43 44 40 19 28 24 16
2-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
16 44 81
18 48 71
District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
26 20 23 21 21 21
25 32 25 26 27 25
Totaal
22
27
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 31
5.2 Motieven om uitzendkrachten in te lenen Werkgevers kunnen verschillende motieven hebben om uitzendkrachten in te lenen. Veruit het belangrijkste motief is een piek in de productie (44%). Een kwart van de bedrijven (25%) gebruikt uitzendarbeid om personeel te werven. Dit houdt in dat een bedrijf een uitzendkracht inzet en deze vervolgens in eigen dienst neemt. Een substantieel gedeelte van de werkgevers maakt structureel gebruik van uitzendarbeid (15%). Dat houdt in dat arbeidsplaatsen structureel worden bezet door uitzendkrachten, niet noodzakelijkerwijs dezelfde persoon. Vervanging
wegens ziekte van eigen werknemers is voor 8 procent van de werkgevers een motief, zwangerschap voor 2 procent en vakantie voor 3 procent. Een piek in de productie is vooral in de agrarische sector het belangrijkste motief voor uitzendarbeid (71%). Dit geldt ook voor de bouw, maar dan in minder mate (53%). De overheid maakt relatief vaak gebruik van uitzendarbeid als het gevolg van ziekte van zittend personeel (34%). Grote bedrijven, die het meeste gebruikmaken van uitzendwerk, scoren op vijf van de zes motieven het hoogst. Duidelijk te zien is dat ook voor grote bedrijven het “piekmotief” veruit het belangrijkst is.
Tabel 5.2
0 2 2 1 2 17 3
2 2 2 4 2 11 5
13 28 27 29 25 14 19
17 16 16 13 18 11 10
9 23 21 33 25 28 32
2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
43 45 42 49
3 6 10 18
0 1 3 10
1 5 3 6
17 32 27 25
19 9 13 23
29 19 27 21
District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
49 48 51 39 45 31
7 7 11 7 10 6
3 2 2 2 4 2
2 2 5 3 4 3
33 20 22 29 17 31
8 15 19 13 10 24
23 28 21 26 31 22
Totaal 2008 Totaal 2007
44 49
8 11
2 4
3 6
25 24
15 19
25 24
32
Andere reden
3 7 5 5 8 34 10
Structureel met uitzendarbeid
Manier om personeel te werven
71 47 53 35 42 33 43
Ziekte van zittend personeel
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Piekperiode
Vakantie van zittend personeel
(%)
Zwangerschap van zittend personeel
Reden inlenen uitzendkrachten (meer dan 1 antwoord mogelijk)
5.3 Moeilijk vervulbare uitzendvacatures Hoe moeilijker uitzendvacatures zijn te vervullen, hoe krapper de arbeidsmarkt in de betreffende sector, grootteklasse of district is. Net als vorig jaar kan driekwart van de bedrijven de uitzendvacatures altijd of bijna altijd vervullen. Voor een kwart van de werkgevers zijn uitzendvacatures moeilijk vervulbaar (vaak niet of nooit vervuld). Het verschil met vorig jaar is klein.
Kleine bedrijven hebben meer moeite met het vervullen van uitzend-vacatures dan grote bedrijven. Naar regio geldt dat uitzendvacatures moeilijk vervulbaar zijn in district Oost en in mindere mate in district Zuidwest.
Relatief veel bedrijven in de bouw hebben te maken met moeilijk vervulbare uitzendvacatures (31%). Net als vorig jaar komen moeilijk vervulbare uitzendvacatures het minst voor in de agrarische sector (15%). Dit percentage is in deze sector het afgelopen jaar toegenomen van 9 procent tot 15 procent.
Tabel 5.3
Kunt u altijd voldoende uitzendkrachten vinden als u ze nodig heeft? Nooit
Vaak niet
Bijna altijd
Altijd
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
3 4 4 5 5 3 3
12 22 27 20 18 21 14
27 32 34 29 32 35 31
58 43 36 45 45 41 52
2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
2 8 4 5
26 18 16 15
27 34 30 40
44 40 50 39
District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
4 5 2 6 4 5
20 27 18 11 19 23
28 26 33 37 31 33
48 42 48 45 46 39
Totaal 2008 Totaal 2007
4 3
20 22
31 28
45 47
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 33
5.4 Uitzendkrachten uit Oost-Europa In totaal 23 procent van de bedrijven die gebruik maken van uitzendkrachten, werkt met uitzendkrachten uit Oost-Europa. Vorig jaar was dat 21 procent. OostEuropese uitzendkrachten worden in toenemende mate ingezet door werkgevers in de industrie, bouw, handel en horeca en zakelijke dienstverlening. De agrarische sector blijft de sector waarin de meeste bedrijven met uitzendkrachten uit Oost-Europa werken (62%). Verder maakt een toenemend aandeel grote bedrijven gebruik van uitzendwerkers uit Oost-Europa. Naar regio geldt dat district zuidoost (33%) en in mindere mate district middenwest (27%) relatief veel ervaring met deze uitzendkrachten hebben. Het aandeel bedrijven in district Noord is in 2008 laag (10%).
Tabel 5.4
Uw bedrijf werkt met uitzendkrachten; werkt u binnen uw vestiging met uitzendkrachten uit Oost-Europa? 2008
2007
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
62 32 24 18 18 4 9
63 25 16 10 21 5 8
2-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
22 22 28
17 27 25
District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
10 23 33 19 27 18
24 25 22 18 22 17
Totaal
23
21
34
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 35
Bijlage 1
Onderzoeksvragen Achtergrond
Probleemstelling en onderzoeksvragen
CWI heeft onder meer tot taak zorg te dragen voor een transparante arbeidsmarkt. Dat wil zeggen dat CWI moet voorzien in informatie over vraag- en aanbodontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Om deze reden is CWI in 2006 gestart met een omvangrijk onderzoek naar vacatures, knelpunten in de personeelsvoorziening en wervings- en aannamegedrag van werkgevers.
De algemene probleemstelling luidt als volgt:
Doel van het onderzoek Het doel van het onderzoek is een representatief beeld te geven van vacatures in Nederland, stromen en stand, uitgesplitst naar diverse achtergrondkenmerken. Het bepalen van de omvang en aard van de vacaturemarkt is onder meer van belang om de marktpositie van CWI te bepalen en op basis daarvan marketingbeslissingen te nemen, bijvoorbeeld op het gebied van sectorbeleid, regiobeleid, relatiemanagement en vacatureacquisitie.
36
Wat is de behoefte aan personeel in Nederland in 2008, waar zitten de knelpunten en in hoeverre en op welke manier voorzien werkgevers in de personeelsbehoefte? De volgende onderzoeksvragen zijn geformuleerd: 1. Wat is de omvang en samenstelling van de vacaturemarkt naar sector, grootteklasse, beroep, opleiding en regio? 2. Welke wervingskanalen gebruiken werkgevers om aan personeel te komen en via welke aannamekanalen hebben zij personeel aangenomen? 3. Welke personen hebben zij aangenomen (geslacht, leeftijd, opleiding, beroep, arbeidsverleden, dienstverband vast/tijdelijk, arbeidstijd (minder dan 20 uur per week en 20 en meer uur per week)? 4.Welke sectoren hebben te maken met moeilijk vervulbare vacatures en wat is daarvan de oorzaak? 5. Wat zijn de kenmerken van moeilijk vervulbare vacatures (beroep, opleiding)? 6.Zijn sectoren van plan om in de toekomst (op welke termijn) personeel te werven (beroep, opleiding)? 7. Welke sectoren verwachten problemen met personeelsvoorziening door de vergrijzing? 8.Worden door bedrijven maatregelen getroffen om de problemen van de vergrijzing aan te pakken? Zo ja, welke maatregelen? 9.In welke mate worden uitzendkrachten ingehuurd? Voor welke werkzaamheden worden uitzendkrachten ingehuurd? Wat is de belangrijkste reden om uitzendkrachten in te huren?
Bijlage 2
Opzet en werkwijze onderzoek Het Suwi Bedrijvenregister (SBR) vormt het uitgangspunt van de steekproeftrekking. Het SBR betrekt de gegevens uit het Handelsregister van de Kamers van Koophandel. Voor de overheid, zorg en onderwijssector is de informatie aangevuld met een bestand van Heliview, dat is samengesteld op basis verschillende bronnen zoals het Adresboek VVZS en de Gids van gemeentebestanden van de VNG. Voor de agrarische sector is PROSU gebruikt. Bedrijven met één werknemer zijn buiten beschouwing gelaten. In totaal heeft dit geresulteerd in een populatiebestand van 536.002 (521.000 in 2007). Er is bij de steekproeftrekking gestratificeerd naar grootteklasse, sector en regio. Uiteindelijk zijn netto 8.189 bedrijven telefonisch bereikt (8.089 in 2007). De steekproefuitkomsten zijn opgehoogd naar de totale populatie.
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 37
Bijlage 3
Begripsomschrijving De marktpositie van CWI en andere wervingskanalen wordt beoordeeld aan de hand van de volgende drie meetpunten: de marktpenetratie, het marktbereik en het marktaandeel: • De marktpenetratie is het aantal bedrijven met vacatures dat gebruikmaakt van het betreffende wervingskanaal ten opzichte van het totale aantal bedrijven met vacatures. • Het marktbereik is het totale aantal vacatures waarvoor het wervingskanaal is ingeschakeld ten opzichte van alle vacatures. • Het marktaandeel is het aandeel vacatures waarbij het aannamekanaal is genoemd ten opzichte van alle vervulde vacatures. Daarnaast wordt de succesquote bekeken: • De succesquote is het aantal vacatures dat via het wervingskanaal is vervuld ten opzichte van alle bij het wervingskanaal gemelde vacatures. De succesquote is berekend door het marktaandeel te delen door het marktbereik. Omdat de operationalisering iets afwijkt van de gangbare, wordt hier gebruikgemaakt van de term succesquote en niet vervullingquote6.
Bij de interpretatie is het van belang alle meetpunten tegelijkertijd in ogenschouw te nemen. Een hoge succesquote is in praktijk eenvoudiger te realiseren bij een laag marktbereik. Een hoog marktbereik betekent een hogere taaklast en betekent ook dat steeds moeilijker segmenten van de arbeidsmarkt worden bediend zowel aan de vraagzijde als aan de aanbodzijde. Een wervingskanaal met een hoge succesquote en tegelijkertijd een hoog marktbereik moet dan ook hoger worden gewaardeerd. Het marktaandeel is het product van het marktbereik en de succesquote. Een laag marktaandeel kan verklaard worden door een lage prestatie op de arbeidsmarkt (marktbereik) en door een gering succes bij het vervullen van vacatures. Alleen naar het marktaandeel kijken is dan ook niet voldoende. Er dient altijd te worden gekeken of een hoog marktaandeel gepaard gaat met een hoog marktbereik.
6) In dit onderzoek is de succesquote berekend door het marktaandeel te delen door het marktbereik. De vervullingquote (van het CWI) wordt meestal berekend door als teller uit te gaan van het aantal geregistreerde vervulde vacatures en als noemer het aantal administratief afgehandelde vacatures (al of niet exclusief ingetrokken vacatures).
38
Bijlage 4
Tabellen • Tabel B4.1: Vervulde vacatures naar sector en achtergrondkenmerken • Tabel B4.2: Vervulde vacatures naar grootteklasse en achtergrond-kenmerken • Tabel B4.3: Vervulde vacatures naar regio en achtergrondkenmerken • Tabel B4.4: Vervulde vacatures naar functiegroep en achtergrond-kenmerken • Tabel B4.5: Vervulde vacatures naar gevraagd opleidingsniveau en achtergrondkenmerken • Tabel B4.6: Vervulde vacatures naar leeftijd aangenomen persoon en achtergrondkenmerken • Tabel B4.7: Vervulde vacatures door etnische minderheden • Tabel B4.8: Specifieke vacature-eisen naar functiesoort • Tabel B4.9: Specifieke vacature-eisen naar functiesoort in percentage van het totale aantal vervulde vacatures
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 39
Tabel B4.1
Vervulde vacatures naar sector en achtergrondkenmerken % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Agrarische sector
Industrie
Bouw
Handel en Horeca
Zakelijke dienstverlening
Overheid
Overige dienstverlening
Totaal
100
3 7 6 26 42 12 4
100 100 100 100 100 100
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
51 27 15 7
13 12 32 43
21 11 24 45
30 18 36 17
15 11 32 43
6 5 20 69
28 15 36 21
20 13 31 37
16 11 22 18 8 25
10 20 29 11 14 17
7 15 13 9 28 30
9 13 17 17 28 16
5 15 21 18 26 15
12 20 17 14 26 12
7 17 13 18 30 16
8 15 19 16 25 16
68 7 3 5 1 1 6 0 3 5
0 32 33 1 2 1 19 1 0 10
0 7 69 1 1 0 14 0 0 7
0 5 10 4 30 26 17 1 0 8
1 5 14 6 1 3 37 1 0 31
0 0 4 1 0 1 21 30 23 20
0 6 6 2 5 9 27 5 8 33
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
54 16 0 23 7
9 23 3 38 27
12 24 1 34 30
33 18 2 37 11
12 14 2 33 39
5 7 2 40 45
10 17 2 41 30
17 16 2 35 30
23 77
68 32
80 20
56 44
66 34
63 37
58 42
63 37
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
40
Tabel B4.1
Vervulde vacatures naar sector en achtergrondkenmerken % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
Bouw
Handel en Horeca
Overheid
Overige dienstverlening
11 28 62
21 68 11
33 60 7
15 59 27
18 72 11
21 66 13
11 61 28
18 65 17
58 14 28
6 42 52
9 38 53
14 56 30
8 51 41
6 32 62
12 43 46
12 47 41
7 18 75
1 7 92
0 3 97
20 26 54
7 15 78
4 42 54
10 39 51
9 21 70
68 32
77 23
91 9
53 47
62 38
36 64
41 59
59 41
42 29 25 3
21 57 20 2
23 55 20 2
51 35 12 2
24 57 17 2
20 55 22 3
34 47 18 1
31 50 17 2
86 14 3 0 0 11
88 12 2 3 2 5
94 6 1 1 1 3
87 13 3 2 2 6
84 16 3 6 2 5
89 11 3 2 2 3
94 6 1 1 2 3
87 13 3 3 2 5
32 27 4 29 9
4 27 1 38 30
5 26 0 34 34
7 25 7 44 18
9 15 2 32 41
3 5 3 42 47
2 16 2 39 40
8 18 3 37 34
35 33 13 19
73 20 5 3
84 11 4 1
46 23 15 17
64 21 10 5
71 12 12 4
64 16 12 8
61 20 11 8
Agrarische sector
Industrie
Zakelijke dienstverlening
Totaal
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een halfjaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 - 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antillianen/Surinamers Overige etnische minderheden
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 41
Tabel B4.1
Vervulde vacatures naar sector en achtergrondkenmerken % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
Agrarische sector
Industrie
3 30
9 11
53 5 2 4 8 3 1 0 6 1 8 4 6 4 2 1 13
22 22 1 2 1 13 1 2 19 1 4 6 4 24 3 4 13
Bouw
Handel en Horeca
Zakelijke dienstverlening
5 6
7 16
6 15
16 30 2 5 1 5 2 2 37 2 5 6 3 38 1 1 15
31 7 1 2 1 4 5 2 7 13 7 11 6 20 2 6 13
13 24 2 3 4 8 4 2 17 2 3 7 3 27 1 7 18
Overheid
Overige dienstverlening
Totaal
5 7
4 12
6 14
15 32 2 1 0 15 5 4 18 4 8 9 8 24 4 4 13
22 23 1 3 2 8 3 4 13 6 5 10 7 24 3 6 19
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
42
Tabel B4.2
Vervulde vacatures naar grootteklasse en achtergrondkenmerken % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
2-9 werknemers 9 5 7 39 32 4 5
10-19 werknemers
20-100 werknemers
100 of meer werknemers
7 7 5 37 35 4 5
2 7 5 31 44 7 4
1 8 8 12 48 22 2
3 7 6 26 42 12 4
100
20 13 31 37
Totaal
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
100 100 100
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
10 19 19 13 23 16
12 18 18 21 15 17
5 13 18 17 31 16
7 15 21 16 26 17
8 15 19 16 25 16
7 5 15 3 20 9 25 2 1 13
6 5 13 8 10 13 29 2 2 14
1 7 19 4 6 13 26 2 4 17
0 7 15 3 4 3 26 9 4 29
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
23 24 3 36 14
19 15 1 39 26
18 17 1 33 30
13 10 1 36 39
17 16 2 35 30
60 40
60 40
69 31
59 41
63 37
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 43
Tabel B4.2
Vervulde vacatures naar grootteklasse en achtergrondkenmerken % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
2-9 werknemers
10-19 werknemers
20-100 werknemers
100 of meer werknemers
Totaal
23 54 22
25 57 17
11 70 19
19 68 13
18 65 17
24 54 22
15 46 40
7 55 38
8 38 54
12 47 41
9 27 64
8 22 71
12 15 73
7 22 70
9 21 70
58 42
58 42
59 41
60 40
59 41
37 38 21 4
36 50 13 2
34 50 14 1
24 55 18 2
31 50 17 2
94 6 2 2 1 2
87 13 2 2 2 7
89 11 2 2 2 6
81 19 5 7 3 5
87 13 3 3 2 5
7 29 5 37 22
6 18 5 41 29
5 22 4 38 31
11 11 1 35 42
8 18 3 37 34
55 27 8 9
54 23 9 15
64 16 12 9
64 19 13 5
61 20 11 8
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 - 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antilianen / Surinamers Overig etnische minderheden
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
44
Tabel B4.2
Vervulde vacatures naar grootteklasse en achtergrondkenmerken % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
2-9 werknemers
10-19 werknemers
20-100 werknemers
100 of meer werknemers
Totaal
9 18
5 18
7 9
4 14
6 14
35 15 1 3 3 6 1 1 11 6 6 5 4 23 1 6 8
24 14 1 4 5 5 3 3 11 5 6 7 3 22 2 6 19
19 20 1 3 2 7 5 2 14 5 5 10 5 26 2 4 11
12 24 2 2 1 10 5 2 20 4 4 9 5 25 3 6 22
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 45
Tabel B4.3
Vervulde vacatures naar regio en achtergrondkenmerken % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
District Oost
District Zuidoost
District Noordwest
District Middenwest
District Zuidwest
Totaal
7 9 6 31 27 17 3
2 9 6 23 41 15 4
4 10 4 22 46 10 3
4 5 3 28 47 10 4
1 4 7 28 43 12 5
5 7 12 25 39 8 4
3 7 6 26 42 12 4
27 19 21 33
25 15 25 35
19 12 29 40
15 16 32 36
18 7 37 37
20 13 30 38
20 13 31 37
100
8 15 19 16 25 16
District Noord
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
100 100 100 100 100
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
5 8 14 1 9 9 22 11 3 17
3 6 22 6 9 3 20 5 5 20
2 11 13 7 7 11 24 4 2 19
3 6 8 4 11 4 37 4 2 21
1 4 16 3 8 14 26 4 3 22
4 6 23 3 9 6 24 2 4 18
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
18 11 5 47 19
21 18 2 35 24
20 15 0 34 31
13 12 2 33 41
17 16 2 37 28
16 19 1 31 33
17 16 2 35 30
63 37
57 43
58 42
66 34
66 34
64 36
63 37
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
46
Tabel B4.3
Vervulde vacatures naar regio en achtergrondkenmerken % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
District Oost
District Zuidoost
District Noordwest
District Middenwest
District Zuidwest
Totaal
26 48 27
18 64 18
13 74 13
20 61 19
16 66 18
22 64 14
18 65 17
18 41 41
18 40 41
9 47 45
10 54 36
9 54 37
12 40 48
12 47 41
11 36 53
15 17 68
8 19 72
7 18 74
10 25 65
4 15 81
9 21 70
57 43
61 39
64 36
55 45
54 46
63 37
59 41
43 42 14 1
30 50 18 1
30 49 19 3
28 57 13 2
34 46 17 3
27 52 19 2
31 50 17 2
88 12 2 2 1 6
87 13 1 7 1 4
91 9 3 2 1 3
86 14 3 3 2 5
83 17 5 3 2 7
86 14 3 3 4 4
87 13 3 3 2 5
12 13 7 43 26
10 22 3 37 27
11 18 2 37 32
6 14 3 34 43
4 19 3 40 34
8 20 4 32 35
8 18 3 37 34
51 17 20 13
65 17 9 9
62 20 10 7
62 18 12 8
58 21 12 9
63 23 8 6
61 20 11 8
District Noord
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 - 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antillianen/Surinamers Overige etnische minderheden
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 47
Tabel B4.3
Vervulde vacatures naar regio en achtergrondkenmerken % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
District Noord
District Oost
District Zuidoost
District Noordwest
District Middenwest
District Zuidwest
Totaal
7 10
5 12
7 14
5 13
3 19
11 12
6 14
28 8 1 2 0 6 2 1 13 6 11 9 3 32 3 5 8
21 25 1 5 5 9 3 1 16 4 5 6 5 16 3 3 19
15 23 1 3 3 7 6 1 12 6 6 7 7 30 2 3 18
24 13 2 2 2 5 8 3 16 6 6 7 6 26 2 10 12
18 22 2 2 2 9 3 2 14 6 4 12 2 20 2 7 15
23 23 2 3 1 9 2 2 21 2 3 6 5 29 1 4 18
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
48
Tabel B4.4
Technisch en bouw personeel
Transport personeel
Winkel personeel
Horeca personeel
Administratief en commercieel personeel
Verzorging en (para)-medisch personeel
Onderwijzend personeel
Overig personeel
Totaal
Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Productie personeel
% Sector
Agrarisch personeel
Vervulde vacatures naar functiegroep en achtergrondkenmerken
88 0 1 1 8 2 0
3 34 7 21 31 1 3
1 14 27 16 37 3 1
4 2 2 23 65 2 2
0 1 1 91 4 1 2
0 1 0 77 16 2 4
1 5 4 17 61 9 4
0 1 0 5 12 77 5
4 0 1 1 3 82 10
1 4 2 10 66 11 6
3 7 6 26 42 12 4
51 28 16 5
16 10 34 40
19 10 36 35
17 24 32 27
46 14 23 18
22 19 47 13
19 14 30 37
9 5 12 74
8 7 43 42
13 9 25 53
20 13 31 37
13 20 16 20 7 24
10 15 33 14 15 15
7 21 16 8 25 23
3 22 33 15 16 12
8 16 15 20 23 18
8 6 24 8 42 12
7 12 18 23 25 15
20 19 16 14 23 8
6 22 14 12 26 19
7 16 18 18 28 15
8 15 19 16 25 16
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
100
3 7 16 4 9 9
100 100 100 100 100 100
26 100 100
4 3 20
20 10 1 33 36
17 16 2 35 30
100
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
59 26 0 14 1
40 35 1 21 3
8 25 1 36 30
25 33 0 41 1
22 30 3 39 6
53 20 2 21 4
3 2 3 43 49
3 6 6 57 28
3 2 0 16 79
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 49
Tabel B4.4
Technisch en bouw personeel
Transport personeel
Winkel personeel
Horeca personeel
Administratief en commercieel personeel
Verzorging en (para)-medisch personeel
Onderwijzend personeel
Overig personeel
Totaal
Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
Productie personeel
% Werkervaring
Agrarisch personeel
Vervulde vacatures naar functiegroep en achtergrondkenmerken
17 83
38 62
80 20
44 56
35 65
65 35
75 25
65 35
49 51
55 45
63 37
6 26 68
10 71 19
25 64 11
18 77 5
15 61 24
2 58 40
22 68 10
25 71 4
11 58 31
16 71 13
18 65 17
68 19 13
16 59 25
10 37 53
9 34 56
8 79 13
16 49 36
10 34 56
5 18 77
2 29 69
5 26 69
12 47 41
6 17 76
7 8 85
0 3 97
2 10 88
27 38 36
29 24 47
3 18 79
3 53 45
14 43 44
15 25 60
9 21 70
68 32
85 15
95 5
93 7
37 63
45 55
48 52
22 78
33 67
54 46
59 41
49 22 27 3
34 45 16 5
23 56 19 1
33 40 23 4
65 22 11 3
63 32 5 0
20 60 18 2
25 54 19 2
29 49 19 3
25 61 12 2
31 50 17 2
87 13 1 0 0 12
83 17 5 5 2 5
88 12 2 3 2 5
94 6 2 1 0 3
86 14 3 2 2 7
79 21 8 2 2 9
92 8 1 2 2 3
91 9 4 1 2 2
94 6 2 1 2 2
77 23 7 8 2 6
87 13 3 3 2 5
38 36 4 21 1
27 42 1 25 4
4 27 0 36 33
8 38 0 52 2
4 35 9 38 14
8 30 13 39 10
1 3 3 44 50
1 5 6 60 28
0 2 0 15 83
15 12 2 32 39
8 18 3 37 34
Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 - 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antilianen / Surinamers Overig etnische minderheden
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
50
Tabel B4.4
Technisch en bouw personeel
Transport personeel
Winkel personeel
Horeca personeel
Administratief en commercieel personeel
Verzorging en (para)-medisch personeel
Onderwijzend personeel
Overig personeel
Totaal
Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
Productie personeel
% Arbeidsmarktpositie voor de baan
Agrarisch personeel
Vervulde vacatures naar functiegroep en achtergrondkenmerken
33 35 12 20
64 29 4 4
78 13 7 2
55 24 20 0
30 29 19 22
34 17 21 27
75 14 8 3
68 9 21 2
64 11 15 9
49 29 11 11
61 20 11 8
3 32
10 19
5 7
6 18
9 20
4 13
3 11
2 8
2 9
9 20
6 14
63 11 2 5 0 0 0 0 8 1 5 1 7 4 0 0 14
37 26 2 1 0 5 2 1 9 2 6 2 2 10 1 1 10
13 37 2 4 0 7 2 1 30 2 4 3 2 29 1 2 12
8 15 3 37 45 5 0 2 3 1 3 4 2 8 1 1 26
35 4 0 1 0 2 4 2 6 23 7 10 11 16 1 3 14
27 17 0 0 0 1 8 1 2 7 7 17 5 33 3 0 10
15 14 1 0 0 10 7 3 19 3 5 11 2 30 2 11 15
8 43 2 1 0 14 4 2 13 7 18 11 12 30 5 1 11
22 36 2 3 0 16 6 5 15 1 3 8 5 16 3 2 15
19 12 3 2 1 7 2 1 15 3 3 6 4 23 2 7 31
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 51
Tabel B4.5
Vervulde vacatures naar gevraagd opleidingsniveau en achtergrondkenmerken % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Max. basisonderwijs
Vmbo
Havo/vwo
Mbo
Hbo/wo
Totaal
10 4 4 47 29 3 2
3 10 10 29 38 5 4
0 11 2 24 42 17 5
2 7 6 27 40 13 4
1 6 6 10 56 18 4
3 7 6 26 42 12 4
26 13 32 29
29 12 34 25
36 11 20 33
19 14 29 38
9 10 30 50
20 13 31 37
8 18 22 12 25 15
6 17 19 12 26 20
23 15 2 17 32 11
10 15 18 15 27 14
5 12 20 22 24 18
8 15 19 16 25 16
8 15 7 6 10 25 5 1 1 23
4 15 26 9 15 11 3 2 0 14
0 3 6 0 15 10 44 16 0 6
1 4 17 5 9 5 31 7 1 19
0 1 16 0 2 1 42 4 8 25
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
100
17 16 2 35 30
78 22
63 37
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
100 100 100 100
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
52
37 63
52 48
54 46
73 27
Tabel B4.5
Vervulde vacatures naar gevraagd opleidingsniveau en achtergrondkenmerken % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
Max. basisonderwijs
Vmbo
Havo/vwo
Mbo
Hbo/wo
Totaal
7 69 24
14 70 16
32 63 5
16 69 14
28 63 8
18 65 17
14 53 33
11 58 31
10 63 27
9 45 46
4 36 60
12 47 41
22 28 50
8 18 74
11 16 72
4 24 72
2 14 84
9 21 70
50 50
71 29
37 63
49 51
68 32
59 41
44 37 16 3
39 41 17 3
31 50 15 3
27 50 21 2
19 59 20 2
31 50 17 2
76 24 3 11 2 8
85 15 4 3 4 5
84 16 4 4 5 2
88 12 3 3 2 4
94 6 1 1 1 3
87 13 3 2 2 5
51 21 6 18 3
3 82 4 10 2
0 6 52 17 24
1 4 1 84 10
0 0 1 5 94
8 18 3 37 34
41 32 11 16
56 28 12 4
50 23 18 9
69 21 7 3
72 11 13 4
61 20 11 8
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 – 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antilianen / Surinamers Overig etnische minderheden
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 53
Tabel B4.5
Vervulde vacatures naar gevraagd opleidingsniveau en achtergrondkenmerken % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
Max. basisonderwijs
Vmbo
Havo/vwo
Mbo
Hbo/wo
Totaal
15 17
11 17
2 21
6 15
2 9
6 14
39 8 1 4 4 2 4 0 3 6 3 9 7 11 0 4 20
25 27 3 8 6 5 2 2 9 6 2 4 4 16 0 1 15
21 7 3 0 1 15 2 3 20 6 9 17 3 28 1 5 20
16 22 1 2 1 10 3 3 15 5 7 9 5 26 2 5 15
9 17 2 1 0 12 5 2 26 4 4 8 3 32 5 10 19
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
54
Tabel B4.6
Vervulde vacatures naar leeftijd aangenomen persoon en achtergrondkenmerken % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Jonger dan 25 jaar
25 t/m 39 jaar
40 t/m 54 jaar
55 jaar en ouder
Totaal
4 5 5 43 32 7 4
2 8 7 19 49 12 4
5 8 8 18 43 15 4
5 6 5 28 39 16 2
3 7 6 26 42 12 4
24 14 33 29
16 13 31 41
26 10 26 39
33 9 17 41
20 0 31 37
10 15 18 15 27 14
6 16 19 20 23 17
6 17 21 13 25 19
5 10 28 12 33 12
8 15 19 16 25 16
3 7 11 5 17 17 16 4 3 17
1 6 17 4 4 5 31 5 3 25
4 7 19 7 6 3 30 5 4 16
3 17 9 9 11 1 22 5 4 20
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
21 18 2 33 26
12 13 1 40 34
15 12 1 41 31
35 17 1 24 23
17 16 2 35 30
42 58
70 30
74 26
52 48
63 37
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 55
Tabel B4.6
Vervulde vacatures naar leeftijd aangenomen persoon en achtergrondkenmerken % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
Jonger dan 25 jaar
25 t/m 39 jaar
40 t/m 54 jaar
55 jaar en ouder
Totaal
10 71 19
21 69 10
21 67 12
21 69 9
18 65 17
12 46 42
8 46 47
11 46 44
4 36 60
12 47 41
13 21 66
3 19 77
2 25 73
7 17 76
9 21 70
60 40
59 41
62 38
72 28
59 41
100
31 50 17 2
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 – 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
100 100 100
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antillianen/Surinamers Overig etnische minderheden
88 12 3 2 2 6
87 13 3 4 2 4
89 11 1 3 1 5
89 11 0 1 4 6
87 13 3 3 2 5
9 22 4 36 29
7 14 1 41 37
8 14 1 41 36
31 13 0 29 28
8 18 3 37 34
41 18 27 15
74 19 5 2
71 26 2 1
72 27 1 1
61 20 11 8
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
56
Tabel B4.6
Vervulde vacatures naar leeftijd aangenomen persoon en achtergrondkenmerken % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
Jonger dan 25 jaar
25 t/m 39 jaar
40 t/m 54 jaar
55 jaar en ouder
Totaal
3 15
7 12
9 17
11 16
6 14
24 19 2 3 1 7 2 2 11 5 5 9 4 17 1 3 20
16 21 2 3 2 8 5 2 18 5 6 7 5 28 2 7 16
18 23 2 3 3 12 2 3 15 5 6 8 4 30 4 5 13
11 44 3 4 4 5 0 1 8 4 3 3 4 18 1 9 13
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 57
Tabel B4.7
Vervulde vacatures naar etniciteit % Sector Agrarische sector Industrie Bouw Handel en Horeca Zakelijke dienstverlening Overheid Overige dienstverlening
Behoort tot etnische minderheid
Behoort niet tot etnische minderheid
Totaal
3 6 3 25 52 10 2
3 7 6 26 41 12 4
3 7 6 26 42 12 4
9 12 26 53
22 13 31 34
20 13 31 37
7 15 14 17 32 16
8 16 21 17 24 15
8 15 19 16 25 16
2 8 13 2 8 13 15 3 1 34
2 7 16 5 8 8 27 5 3 18
3 7 16 4 9 9 26 4 3 20
24 18 1 38 19
16 15 2 36 31
17 16 2 35 30
54 46
64 36
63 37
Grootteklasse 2-9 werknemers 10-19 werknemers 20-100 werknemers 100 of meer werknemers
District District Noord District Oost District Zuidoost District Noordwest District Middenwest District Zuidwest
Functie Agrarisch personeel Productiepersoneel Technisch en bouwpersoneel Transportpersoneel Winkelpersoneel Horecapersoneel Administratief en commercieel personeel Verzorging en (para)medisch personeel Onderwijzend personeel Overig personeel
Gevraagde opleiding Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Werkervaring Werkervaring gevraagd Geen werkervaring gevraagd
58
Tabel B4.7
Vervulde vacatures naar etniciteit % Aard van het contract Vast Tijdelijk met uitzicht op vast Tijdelijk
Behoort tot etnische minderheid
Behoort niet tot etnische minderheid
11 68 20
17 66 17
18 65 17
14 51 35
10 47 42
12 47 41
15 22 63
8 21 71
9 21 70
58 42
59 41
59 41
34 48 16 1
31 49 18 2
31 50 17 2
100
87 13 3 3 2 5
12 21 3 39 25
6 18 3 38 34
8 18 3 37 34
50 27 13 10
62 19 11 8
61 20 11 8
Totaal
Looptijd tijdelijke contracten Korter dan een half jaar Half tot een jaar Langer dan een jaar
Duur werkweek Korter dan 12 uur 12 - 31 uur 32 uur of meer
Geslacht Man Vrouw
Leeftijd Jonger dan 25 jaar 25-39 jaar 40-54 jaar 55 jaar en ouder
Etniciteit Behoort niet tot etnische minderheid Behoort tot etnische minderheid Marokkanen Turken Antilianen / Surinamers Overig etnische minderheden
100 19 24 15 42
Opleiding aangenomen kandidaat Max. basisonderwijs Vmbo Havo/vwo Mbo Hbo/wo
Arbeidsmarktpositie voor de baan Had een baan Nee, zat zonder werk Nee, was schoolverlater Nee, is student
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 59
Tabel B4.7
Vervulde vacatures naar etniciteit % Uitkeringssituatie voor de baan Zat zonder werk en had een uitkering Zat zonder werk en had geen uitkering
Behoort tot etnische minderheid
Behoort niet tot etnische minderheid
Totaal
8 19
5 14
5 15
20 22 2 2 1 9 3 1 10 7 5 11 4 16 1 5 20
20 20 1 3 2 8 4 2 15 5 5 7 4 25 2 6 15
20 20 2 3 2 8 4 2 15 5 5 8 5 25 2 6 16
Specifieke eisen Geen specifieke eisen Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Samenwerken in teamverband Stressbestendigheid Specifieke vakkennis Klantgerichtheid Zelfstandig werken Communicatieve vaardigheden Flexibele instelling Relevante werkervaring Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
60
Tabel B4.8
Agrarisch personeel
Productie personeel
Technisch en bouw personeel
Transport personeel
Winkel personeel
Horeca personeel
Administratief en commercieel personeel
Verzorging en (para)-medisch personeel
Onderwijzend personeel
Overig personeel
Totaal
Specifieke vacature-eisen naar functiesoort (meerdere antwoorden mogelijk)
Nee Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Moet kunnen werken in teamverband /goed kunnen samenwerken Moet stressbestendig zijn Beschikt over specifieke vakkennis Is klantgericht Moet zelfstandig kunnen werken Beschikt over communicatieve vaardigheden /goede contactuele vaardigheden Moet flexibel zijn Moet over relevante werkervaring beschikken Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
17 3 0 1 0 0
26 18 1 1 0 3
22 63 4 6 0 12
3 6 1 16 19 2
31 3 0 1 0 2
25 15 0 0 0 1
39 37 1 1 0 26
4 20 1 1 0 6
7 12 1 1 0 5
39 25 6 5 1 14
213 202 16 33 21 73
0 0 2 0 1
1 1 6 1 4
3 2 50 3 6
0 1 1 0 1
4 2 6 21 6
7 1 2 6 6
19 8 52 9 13
2 1 6 3 8
2 2 5 0 1
3 3 31 7 7
41 20 162 51 53
0 2 1 0 0 4
1 1 7 1 1 7
6 4 48 2 3 20
2 1 3 1 0 11
9 10 14 1 3 12
15 4 30 3 0 9
29 6 80 7 29 39
5 6 14 2 1 5
3 2 5 1 1 5
13 9 47 4 15 63
83 45 250 21 53 176
Totaal genoemde eisen Totaal vacatures
33 27
81 69
253 167
70 43
126 89
125 90
396 269
85 46
52 33
293 207
1.514 1.039
Aantal x1000
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 61
Tabel B4.9
Agrarisch personeel
Productie personeel
Technisch en bouw personeel
Transport personeel
Winkel personeel
Horeca personeel
Administratief en commercieel personeel
Verzorging en (para)-medisch personeel
Onderwijzend personeel
Overig personeel
Totaal
Specifieke vacature-eisen naar functiesoort in procenten van het totale aantal vervulde vacatures (meerdere antwoorden mogelijk)
Nee Vakdiploma Certificaat Rijbewijs BE Groot rijbewijs Overige opleidingseisen Moet kunnen werken in teamverband /goed kunnen samenwerken Moet stressbestendig zijn Beschikt over specifieke vakkennis Is klantgericht Moet zelfstandig kunnen werken Beschikt over communicatieve vaardigheden /goede contactuele vaardigheden Moet flexibel zijn Moet over relevante werkervaring beschikken Leiding geven Commerciële vaardigheden Overige eisen
63 11 0 4 0 0
38 26 1 1 0 4
13 38 2 4 0 7
7 14 2 37 44 5
35 3 0 1 0 2
28 17 0 0 0 1
14 14 0 0 0 10
9 43 2 2 0 13
21 36 3 3 0 15
19 12 3 2 0 7
21 19 2 3 2 7
0 0 7 0 4
1 1 9 1 6
2 1 30 2 4
0 2 2 0 2
4 2 7 24 7
8 1 2 7 7
7 3 19 3 5
4 2 13 7 17
6 6 15 0 3
1 1 15 3 3
4 2 16 5 5
0 7 4 0 0 15
1 1 10 1 1 10
4 2 29 1 2 12
5 2 7 2 0 26
10 11 16 1 3 13
17 4 33 3 0 10
11 2 30 3 11 14
11 13 30 4 2 11
9 6 15 3 3 15
6 4 23 2 7 30
8 4 24 2 5 17
Totaal aantal vacatures in %
121
117
152
163
141
139
147
184
157
142
146
%
62
CENTRUM VOOR WERK EN INKOMEN
⁄ 63
64
CWI Postbus 58191 1040 HD Amsterdam www.werk.nl
CWI 330, december 2008