U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor KONICA MAGICOLOR 1690MF. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de KONICA MAGICOLOR 1690MF in de gebruikershandleiding (informatie, specificaties, veiligheidsaanbevelingen, maat, accessoires, enz.). Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing KONICA MAGICOLOR 1690MF Gebruikershandleiding KONICA MAGICOLOR 1690MF Handleiding KONICA MAGICOLOR 1690MF Bedieningshandleiding KONICA MAGICOLOR 1690MF Instructiehandleiding KONICA MAGICOLOR 1690MF
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Handleiding samenvatting: @@@@@@Alle rechten voorbehouden. U mag dit document zonder uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van KONICA MINOLTA BUSINESS TECHNOLOGIES, INC., noch geheel, noch gedeeltelijk in n of andere vorm of op n of ander medium of in n of andere taal vermenigvuldigen. Mededeling KONICA MINOLTA BUSINESS TECHNOLOGIES, INC. behoudt zich het recht voor de inhoud van deze handleiding en ook het daarin beschreven apparaat zonder vooraankondiging te wijzigen. Onnauwkeurigheden en fouten werden zoveel mogelijk vermeden. KONICA MINOLTA BUSINESS TECHNOLOGIES, INC. aanvaardt echter voor deze handleiding geen aansprakelijkheid, met inbegrip van, echter niet beperkt tot, stilzwijgende garanties betreffende verkoopbaarheid of de geschiktheid voor een bepaald doel. KONICA MINOLTA BUSINESS TECHNOLOGIES, INC. aanvaardt verder geen verantwoording respectievelijk aansprakelijkheid voor in deze handleiding aanwezige fouten respectievelijk voor bijkomstig ontstane, concrete of gevolgschade, die voortvloeien uit de beschikbaarstelling van deze handleiding respectievelijk het gebruik van deze handleiding bij de werking van het systeem respectievelijk samen met de systeemuitvoering bij de werking van het systeem volgens de handleiding. x-1 LICENTIECONTRACT VOOR DE SOFTWARE Dit pakket bestaat uit de volgende inhoud en wordt door KONICA MINOLTA BUSINESS TECHNOLOGIES, INC. (KMBT) beschikbaar gesteld: software als bestanddeel van het printersysteem ("Afdruksoftware"), de digitaal gecodeerde machinaalleesbare outline-gegevens, gecodeerd in een speciaal formaat en versleuteld ("Lettertypeprogrammas"), andere software die op een computersysteem is genstalleerd en in combinatie met de Afdruksoftware wordt gebruikt ("Hostsoftware"), en ook verklarend schriftelijk materiaal ("Documentatie"). De term "Software" betekent de Afdruksoftware, de Lettertypeprogrammas en/of de Hostsoftware, met inbegrip van eventuele actualiseringen, gemodificeerde versies, aanvullingen en kopien van de Software. De Software wordt u overeenkomstig de voorwaarden van dit betreffende contract in licentie beschikbaar gesteld. KMBT stelt u een eenvoudige sublicentie ter beschikking voor het gebruik van de Software en Documentatie, voor zover u akkoord gaat met de volgende voorwaarden: 1. U mag de Software en de erbij behorende Lettertypeprogrammas uitsluitend voor uw eigen, interne, zakelijke doeleinden voor de printeruitvoering op het u in licentie verschafte uitvoerapparaat / uitvoerapparaten gebruiken. 2. Als aanvulling op de licentie voor Lettertypeprogrammas volgens alinea 1 hierboven mag u met Roman Lettertypeprogrammas alfanumerieke tekens en symbolen in verschillende dikten, stijlen en versies ("Typefaces") voor uw eigen interne zakelijke doeleinden op het beeldscherm respectievelijk monitor aangeven. 3. U mag een reservekopie van de Hostsoftware maken, mits deze reservekopie niet op een computer genstalleerd respectievelijk gebruikt wordt. Ondanks de hierboven staande beperkingen mag u de Hostsoftware op een willekeurig aantal computers installeren, waar deze uitsluitend voor het gebruik met n of meer afdruksystemen wordt gebruikt, waarop de Afdruksoftware is genstalleerd. 4. U mag de u als Licentienemer volgens dit contract geoorloofde eigendoms- en andere rechten op de Software en Documentatie aan een rechtsopvolger ("Cessionaris") overdragen, voor zover u alle kopien van dergelijke Software en Documentatie aan de Cessionaris overdraagt en deze zich verplicht zich te houden aan dit Contract. 5. U verplicht zich de Software en de Documentatie noch te modificeren noch aan te passen of te vertalen. 6. U verplicht zich geen poging te ondernemen, de Software te wijzigen, te disassembleren, te decoderen, terug te ontwikkelen of de decompileren. 7. Het eigendom van de Software en de Documentatie en ook bij daarvan gemaakte reproducties blijft bij KMBT. 8. Handelsmerken dienen te worden gebruikt overeenkomstig de geldende praktijk daarvoor die onder andere voorziet in de aanduiding met de naam van de bezitter van het handelsmerk. Handelsmerken mogen alleen voor de identificatie van afdrukresultaten worden gebruikt, die met de Software werden vervaardigd. Een dergelijk gebruik van handelsmerken verschaft u geen eigendomsrechten op deze handelsmerken. 9. U mag geen versies of kopien van de Software die de Licentienemer niet nodig heeft respectievelijk software die zich op een niet gebruikte gegevensdrager bevindt verhuren, leasen respectievelijk subleasen, uitlenen of versturen, tenzij in het kader van een definitieve overdracht van alle Software en Documentatie zoals hierboven is beschreven. x-2 10. IN GEEN ENKELE SITUATIE IS KMBT OF HAAR LICENTIEGEVER AANSPRAKELIJK TE STELLEN TEN OPZICHTE VAN U VOOR DE GEVOLG-, TERLOOPS ONTSTANE, INDIRECTE OF CONCRETE SCHADE RESPECTIEVELIJK SCHADEVERGOEDING MET STRAF INCLUSIEF VERLOREN WINSTEN OF BESPARINGEN, ZELFS WANNEER KMBT OVER DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE WERD GENFORMEERD. DEZE UITSLUITING VAN AANSPRAKELIJKHEID GELDT OOK VOOR AANSPRAKEN DIE DOOR DERDEN WERDEN GEMAAKT. KMBT, DIENS AANGESLOTEN ONDERNEMINGEN EN DE LICENTIEGEVER VAN KMBT WIJZEN ALLE GARANTIES MET BETREKKING TOT DE SOFTWARE, EXPLICIET OF IMPLICIET, INCLUSIEF ZONDER BEPERKING, IMPLICIETE GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, AANSPRAAK EN NIET-SCHENDING VAN RECHTEN VAN DERDEN. IN ENIGE STATEN RESPECTIEVELIJK JURISDICTIES IS DE UITSLUITING RESPECTIEVELIJK DE BEPERKING VAN TERLOOPS ONTSTANE, GEVOLG- OF CONCRETE SCHADE NIET TOEGESTAAN, ZODAT DE BOVENSTAANDE BEPERKINGEN MOGELIJKERWIJS OP U NIET VAN TOEPASSING ZIJN. 11. Bericht voor eindgebruikers van een regeringsinstantie van de Verenigde Staten van Amerika: de Software is een "product" overeenkomstig de definitie van dit begrip in 48 C.F.R.2. 101, bestaande uit "commercile computersoftware" en "commercile computersoftware-documentatie" overeenkomstig het gebruik van deze begrippen in 48 C.F.R. 12.212. Overeenkomstig 48 C.F.R. 12.212 en 48 C.F.R. 227.7202-1 tot 227.7202-4 verkrijgen alle eindgebruikers van de VS-regering de Software alleen met de rechten die in dit Contract zijn vastgelegd. 12. U verplicht zich de Software in welke vorm ook, geenszins door overtreding van de van toepassing zijnde exportcontrolewetten en -bepalingen van een land te exporteren. x-3 Wettelijke bepalingen met betrekking tot kopiren Bepaalde documenten mogen nooit worden gekopieerd met het doel de gemaakte kopien van dergelijke documenten als originelen te verstrekken. Gebruik de volgende lijst, die niet volledig is, als leidraad voor het verantwoordingbewust kopiren. Financile instrumenten Persoonlijke cheques Reischeques Betalingsopdrachten Depositocertificaten Leningen en andere executoriale titels Aandelen Wetsdocumenten Levensmiddelmerken Postzegels (ongestempeld of gestempeld) Cheques of wissels van overheidsinstanties Interne belasting- of stempelmerken (gestempeld of ongestempeld) Paspoorten Immigratiepapieren Rijbewijzen en voertuigpapieren Uittreksels van het kadaster, legitimatiebewijzen en aktes Algemeen Identiteitspapieren, onderscheidingen, of insignes Auteursrechtelijk beschermd materiaal zonder toestemming van de eigenaar van het auteursrecht Bovendien is het kopiren van binnen- en buitenlandse bankbiljetten en ook het kopiren van kunstwerken zonder toestemming van degene aan wie het auteursrecht toebehoort verboden.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Bestaan er twijfels over het soort document, dan moet u een advocaat raadplegen. Dit apparaat is voorzien van een anti-vervalsingssysteem om illegale verspreiding van bepaalde documenten, zoals bankbiljetten, te verhinderen. Dit systeem verhindert dergelijke vervalsingen, door de documenten te vervormen. x-4 Uitsluitend voor lidstaten van de Europese Unie Dit symbool betekent: voer het product nooit af met het gewone huisvuil! Bij de lokaal verantwoordelijke autoriteit krijgt u informatie met betrekking tot een milieuvriendelijke verwijdering. Bij de aankoop van een nieuw apparaat neemt uw dealer het oude apparaat voor een vakkundige verwijdering in. De recycling van dit product reduceert het verbruik van natuurlijke grondstoffen en vermijdt potentieel negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid door ondeskundige afvalverwijdering. Dit product voldoet aan de eisen betreffende de RoHS (2002/95/EG) richtlijn. x-5 Inhoudsopgave 1 Inleiding ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........ 1-1 Functies en onderdelen van het apparaat .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... .... 1-2 Ruimte die het apparaat nodig heeft . .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ... 1-2 Onderdelen .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..... 1-5 Vooraanzicht ..... .......... ..... ..... .......... ..........
..... ..... .......... .......... ..... ..... .... 1-5 Achteraanzicht ...... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 1-6 Voorkant met opties .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 1-7 Achterkant met opties .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ... 1-8 Drivers CD/DVD ....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... . 1-10 Printerstuurprogramma's (Printer Drivers) ......... .......... ..... .....
.......... ... 1-10 Stuurprogramma's voor de scanner....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..... 1-10 Stuurprogramma's voor PC Fax ..... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 1-11 Applications CD/DVD ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 1-12 Toepassingen (Applications)... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... 1-12 Documentation CD/DVD ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... 1-13 Documentatie.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... ...... 1-13 Systeemeisen.... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........ 1-14 x-6 Inhoudsopgave 2 Bedieningspaneel en configuratiemenu .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 2-1 Het bedieningspaneel ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... . 2-2 Bedieningspaneellampjes en -toetsen .... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 2-2 Het bedieningspaneel ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 2-5 Hoofdscherm (kopieermodus)....... .....
..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 2-5 Hoofdscherm (scanmodus).... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ... 2-7 Hoofdscherm (faxmodus).. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... . 2-10 Printerscherm......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 2-13 Instellingen en status van het apparaat controleren ... .......... .......... ..... .... 2-14 Menu PRINTER MODE. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 2-14 TONER REMAINING .... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...... 2-15 T/C CHANGE .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........ 2-15 Menu REPORT/STATUS .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 2-17 TOTAL PRINT... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ....... 2-17 SUPPLY STATUS... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...... 2-18 TX/RX RESULT .... ..........
..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ... 2-18 REPORT .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... . 2-18 Overzicht van het configuratiemenu ......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .... 2-20 Menu UTILITY. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ....laatsen. .......... .......... ..... ..... .......... 3-27 Een te kopiren document plaatsen .......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
........ 3-29 Een document op de glasplaat plaatsen .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... .... 3-29 Een document in de ADI plaatsen. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 3-30 4 Het printerstuurprogramma gebruiken .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... . 4-1 Opties van printerstuurprogramma's / standaardwaarden selecteren (voor Windows) .... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 4-2 Het printerstuurprogramma verwijderen (voor Windows) .......... .......... ..... 4-3 Windows Vista/XP/Server 2003/2000 ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 4-3 Instellingen voor het printerstuurprogramma weergeven .... ..... ..... .......... . 4-4 Windows Vista ......... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ....... 4-4 Windows XP/Server 2003 ... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 4-4 Windows 2000 .... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .. 4-4 Instellingen van het printerstuurprogramma ........ ..... ..... .......... .......... ..... ... 4-5 Algemene knoppen .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ... 4-5 Tabblad Basic .. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .....
..... .......... .......... ..... . 4-6 Tabblad Layout .... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 4-7 Tabblad Overlay... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 4-7 Tabblad Watermark... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 4-7 Tabblad Quality ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ... 4-8 Tabblad Version .. ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ... 4-8 x-8 Inhoudsopgave 5 Het kopieerapparaat gebruiken .. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... . 5-1 Eenvoudige kopien maken ......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .... 5-2 Het maken van eenvoudige kopien...... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 5-3 De kopieerkwaliteit instellen....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... 5-5 Het documenttype selecteren ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..........
..... ... 5-5 De kopieerdichtheid (bedekking) specificeren .. .......... .......... ..... ..... ...... 5-5 De zoomfactor definiren .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 5-5 Vooraf ingestelde zoomfactor kiezen... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .... 5-5 Een aangepaste zoomfactor instellen...... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..... 5-6 De medialade selecteren ..... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... . 5-6 Geavanceerd kopiren .... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 5-7 Instellen van 2-in-1 kopiren ....... ..... .....
.......... .......... ..... ..... .......... .......... .... 5-7 2-in-1 kopiren vanuit de ADI . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 5-7 2-in-1 kopiren vanaf de glasplaat... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ... 5-7 Een kopieerfunctie instellen .. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..... 5-8 Identiteitskaart-kopiren..... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ....... 5-9 Herhaald kopiren... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...... 5-10 Poster-kopiren....
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .... 5-11 Het maken van dubbelzijdige kopien (Duplexfunctie) . .......... .......... ..... ... 5-12 Duplex kopiren via de ADI .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 5-12 Duplex (dubbelzijdig) kopiren vanaf de glasplaat ........ .......... ..... ..... . 5-13 Gesorteerd kopiren (Collate) instellen......... .......... ..... ..... .......... .......... .... 5-14 Gesorteerd kopiren vanuit de ADI. ..... .......... .......... ..... ..... .......... ....... 5-14 Gesorteerd kopiren vanaf de glasplaat ... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 5-14 De scanner gebruiken ........ .......... ..... ..... .......... .......... .....
..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 6-1 Scannen vanuit een computerapplicatie .... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ......... 6-2 Eenvoudige scanhandelingen . .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 6-2 Windows TWAIN stuurprogramma-instellingen .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... 6-3 Windows WIA-stuurprogramma-instellingen .......... .......... ..... ..... .......... ....... 6-5 Macintosh TWAIN-stuurprogramma-instellingen ... ..... ..... .......... .......... ..... .. 6-6 Scannen met het apparaat ... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 6-8 Eenvoudige scanhandelingen ....... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... .. 6-8 De gegevenslocatie specificeren ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .... 6-10 Gegevens opslaan op een aangesloten computer (Scan to PC) . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... . 6-10 Gegevens opslaan op een USB-geheugenapparaat (Scan to USB Memory) .... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 6-11 Het bestemmingsadres specificeren (Scan to E-mail/FTP/SMB)........ ...... 6-11 Het e-mailadres direct invoeren .... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .... 6-12 Bestemmingen uit de favorietenlijst selecteren...... ..... ..... .......... ......... 6-13 Een snelkiesbestemming selecteren . ..... ..... .......... ..........
..... ..... ......... 6-13 Een groepskiesbestemming selecteren . .......... ..... ..... .......... .......... ..... 6-14 Uit het adresboek selecteren ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 6-15 Het adresboek doorzoeken... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .. 6-16 6 Inhoudsopgave x-9 Een LDAP-server zoeken ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ......... 6-17 Meerdere bestemmingsadressen specificeren . .......... ..... ..... .......... .... 6-18 Een gespecificeerd bestemmingsadres bewerken ...... ..... ..... .......... ... 6-19 Een gespecificeerd bestemmingsadres verwijderen....... ..... ..... .......... 6-19 Adressen opslaan / bewerken.......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
.......... ....... 6-20 Registreren in de favorietenlijst... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 6-21 Uit de favorietenlijst verwijderen .... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 6-21 Snelkiesbestemmingen opslaan (rechtstreeks invoeren) ....... ..... ..... .. 6-22 Een snelkiesbestemming opslaan (LDAP-zoekactie) ........ .......... ..... .. 6-23 Snelkiesbestemmingen bewerken / wissen ... .......... .......... ..... ..... ....... 6-25 Groepskiesbestemmingen opslaan... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 6-26 Groepskiesbestemmingen bewerken / wissen.......... .......... ..... ..... ...... 6-27 Het gegevensformaat selecteren .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........ 6-28 De scankwaliteit selecteren.. .......... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... ......... 6-29 De resolutie selecteren . ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 6-29 De scanmodus selecteren .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...... 6-29 De scandichtheid selecteren.... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ......... 6-29 De scanafmeting instellen . .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 6-30 De scankleur instellen ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... . 6-30 Het onderwerp specificeren ......... .....
..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... . 6-30 Een verzendtaak in de wachtrij verwijderen.... ..... .......... .......... ..... ..... ....... 6-31 7 Verbruiksmaterialen vervangen ... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .... 7-1 Verbruiksmaterialen vervangen ...... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... . 7-2 De tonercartridges.... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 7-2 Een tonercartridge vervangen.. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 7-5 Alle tonercartridges tegelijk vervangen ... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... 7-10 De beeldcartridge vervangen ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ... 7-11 De fixeereenheid vervangen .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ....... 7-15 Onderhoud ... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 8-1 Onderhoud van het apparaat .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 8-2 Het apparaat reinigen .......... .......... ..... ..... .......... ..........
..... ..... .......... .......... .... 8-5 Buitenkant . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ... 8-5 Mediarollen....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... . 8-6 De mediatoevoerrol reinigen......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 8-6 De mediatoevoerrollen voor de ADI reinigen .... ..... ..... .......... .......... .... 8-11 Mediatoevoerrollen voor lade 2 reinigen. ..... .......... .......... ..... ..... ......... 8-12 De mediatoevoerrollen van de onderbouw reinigen . .......... ..... .....
...... 8-14 De mediatoevoerrollen voor de Duplex reinigen.... .......... ..... ..... ......... 8-16 Printkopscherm . .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........ 8-17 Het printkopscherm reinigen .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... . 8-17 8 x-10 Inhoudsopgave 9 Problemen oplossen ......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...... 9-1 Inleiding .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .. 9-2 Een configuratiepagina afdrukken ... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... 9-3 Het vastlopen van papier vermijden ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... 9-4 Het mediatraject begrijpen ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... . 9-5 Vastgelopen papier verwijderen ......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ....... 9-5 Meldingen van vastgelopen papier en het oplossen daarvan ... ..... ..... ........ 9-7 Vastgelopen papier uit het apparaat verwijderen.. .......... ..... ..... .......... .. 9-8 Vastgelopen papier in lade 1 verwijderen ........ ..... ..... .......... .......... ..... 9-16 Vastgelopen papier in lade 2 verwijderen ..... .......... .......... ..... ..... ........ 9-17 Vastgelopen papier uit de ADI verwijderen.. .......... .....
..... .......... ......... 9-20 Vastgelopen papier in de optionele duplexeenheid verwijderen. ..... ... 9-22 Problemen bij het vastlopen van papier oplossen .. .......... .......... ..... ..... ... 9-24 Andere problemen oplossen ....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ... 9-28 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ....... ..... ..... .......... .......... ..... ... 9-35 Status-, storings- en servicemeldingen .. .......... .......... ..... ..... .......... .......... . 9-42 Statusmeldingen .... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 9-42 Storingsmeldingen .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..........
.. 9-44 Onderhoudsmeldingen........ ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 9-52 10 Accessoires installeren .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ......... 10-1 Inleiding . ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ... 10-2 Lade 2 (onderste toevoereenheid) ....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .... 10-3 Inhoud van het pakket...... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..........
... 10-3 Lade 2 installeren.. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ......... 10-4 Duplexoptie . ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .. 10-7 Inhoud van het pakket... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...... 10-7 De onderbouw installeren .... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .... 10-8 De duplexoptie installeren. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
.......... 10-10 A Appendix .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ....A-1 Technische specificaties . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..A-2 Vermoedelijke levensduur van het verbruiksmateriaal........ ..... ..... .......... ....A-5 Door de gebruiker te vervangen .
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
..... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...A-5 Door de servicemonteur te vervangen....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...A-5 Tekst invoeren ....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........A-6 Toetsfunctie.. .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .....A-6 Faxnummers invoeren ..... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ....A-6 Namen invoeren. .......... .......... .....
..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ...A-7 E-mailadressen invoeren .. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...A-7 Invoermodus wijzigen....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... A-8 Voorbeeld..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .....A-8 Tekst corrigeren en tips voor de invoer..... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... A-9 Onze bijdrage aan de bescherming van het milieu .......... .......... ..... ..... ....A-10 Wat is een ENERGY STAR product? ......
.......... ..... ..... .......... .......... ...A-10 Inhoudsopgave x-11 x-12 Inhoudsopgave 1Inleiding Functies en onderdelen van het apparaat Ruimte die het apparaat nodig heeft Houd u aan de hieronder weergegeven afstanden om de printer probleemloos te kunnen bedienen en onderhouden. 505 mm (19,9") 405 mm (15,9") 100 mm (3,9") Vooraanzicht 238 mm (9,4") 160 mm (6,3") 100 mm (3,9") 405 mm (15,9") 765 mm (30,1") 100 mm (3,9") Zijaanzicht 1-2 Functies en onderdelen van het apparaat 432 mm (17,0") 670 mm (26,4") 238 mm (9,4") 160 mm (6,3") 100 mm (3,9") 430 mm (16,9") 947 mm (37,3") 157 mm (6,2") 100 mm (3,9") Zijkant met opties (wanneer lade 2 en de duplexoptie genstalleerd zijn) De optie is in de bovenstaande illustratie in grijs weergegeven. Functies en onderdelen van het apparaat 548 mm (21,6") 786 mm (30,9") 1-3 238 mm (9,4") 160 mm (6,3") 100 mm (3,9") 947 mm (37,3") 430 mm (16,9") 157 mm (6,2") 100 mm (3,9") Zijkant met opties (wanneer de onderbouw en de duplexoptie genstalleerd zijn) De optie is in de bovenstaande illustratie in grijs weergegeven. 1-4 Functies en onderdelen van het apparaat 493 mm (19,4") 731 mm (28,8") Onderdelen De volgende afbeeldingen tonen de belangrijkste onderdelen van uw apparaat. Neem de tijd om ze te leren kennen. Vooraanzicht 1Bedieningspaneel 2Automatische DocumentInvoer (ADI) 2a: ADItoevoerdeksel 2b: Documentgeleiders 2c: Toevoerlade document 2d: Uitvoerlade voor document 2e: Documentaanslag De ADI kan in sommige status- en foutmeldingen "document cover" heten. Druk de documentaanslag naar beneden voor het scannen van Legal-formaat papier met de ADI. 3Stofdeksel 4Lade 1 (lade voor handmatige toevoer) 5Uitvoerlade 6Uitschuiflade 7Glasplaat voor origineel 8Bovenklep 9Scaneenheid 10USB-poort 4 6 1 2-a 2-b 2-c 2-d 2-e 8 7 9 5 3 10 Functies en onderdelen van het apparaat 1-5 11--Fixeereenheid 12--Scheidingshendels fixeereenheid 13--Hendel fixeereenheiddeksel 14--Beeldcartridge 15--Tonercartridge 16--Voorklep 11 12 13 12 11 14 14 15 16 15 Achteraanzicht 1Hoofdschakelaar 2Netaansluiting 3TEL-aansluiting (telefoon) 4LIJN-aansluiting (telefoonlijn) 5USB-poort 610Base-T/100Base-TX (IEEE 802.3) Ethernet interfaceaansluiting 3 4 5 6 2 1 1-6 Functies en onderdelen van het apparaat Voorkant met opties (wanneer lade 2 is genstalleerd) 1--Onderste toevoereenheid (lade 2) 1 (wanneer lade 2 en de duplexoptie genstalleerd zijn) 1--Duplexoptie 2--Onderste toevoereenheid (lade 2) 1 2 (wanneer de onderbouw en de duplexoptie genstalleerd zijn) 1--Duplexoptie 2--Onderbouw 1 2 Functies en onderdelen van het apparaat 1-7 Achterkant met opties (wanneer lade 2 is genstalleerd) 1--Onderste toevoereenheid (lade 2) 2--Borgpen 2 1 2 (wanneer lade 2 en de duplexoptie genstalleerd zijn) 1--Duplexoptie 2--Onderste toevoereenheid (lade 2) 2 1 1-8 Functies en onderdelen van het apparaat (wanneer de onderbouw en de duplexoptie genstalleerd zijn) 1--Duplexoptie 2--Onderbouw 1 2 Functies en onderdelen van het apparaat 1-9 Drivers CD/DVD Printerstuurprogramma's (Printer Drivers) Stuurprogramma's Windows Vista/XP/Server 2003/ 2000 Inzet / gebruik Deze stuurprogramma's geven u toegang tot alle mogelijkheden van de Windows Vista/XP/Server 2003 voor printer. Voor details leest u "Instellingen voor het printerstuurprogramma 64bit weergeven" op pagina 4-4. Macintosh OS X (10.2.8/10.3/10.4/ 10.5) Stuurprogramma's voor de scanner Stuurprogramma's TWAIN-stuurprogramma voor Windows Vista/XP/Server 2003/ 2000 TWAIN-stuurprogramma voor Macintosh OS X (10.2. 8/10.3/10.4/ 10.5) WIA-stuurprogramma voor Windows XP/Vista WIA-stuurprogramma voor Windows Vista/XP voor 64bit Inzet / gebruik Met deze stuurprogramma's kunt u scanfuncties instellen, zoals kleur- en formaatinstellingen. Voor details leest u "Windows TWAIN stuurprogramma-instellingen" op pagina 6-3. Met dit stuurprogramma kunt u scanfuncties instellen, zoals kleur- en formaatinstellingen. Voor details leest u "Windows WIA-stuurprogrammainstellingen" op pagina 6-5. 1-10 Functies en onderdelen van het apparaat Stuurprogramma's voor PC Fax Stuurprogramma's Windows Vista/XP/Server 2003/ 2000 Inzet / gebruik Met behulp van deze stuurprogramma's kunt u faxinstellingen realiWindows Vista/XP/Server 2003 voor seren, zoals de papierinstellingen voor het verzenden van faxen en de 64 bit instellingen voor het bewerken van het adresboek. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Raadpleeg voor details betreffende de installatie van de stuurprogramma's de Installatiehandleiding. Meer informatie over de Macintosh-stuurprogramma's leest u in de Referentiehandleiding op de Documentation CD/DVD. Het Windows TWAINstuurprogramma is geen 64-bit toepassing, maar een 32-bit toepassing die ook op 64-bit-systemen functioneert. Functies en onderdelen van het apparaat 1-11 Applications CD/DVD Toepassingen (Applications) Toepassingen PaperPort SE Inzet / gebruik Bij deze software gaat het om een pakket voor het documentbeheer, waarmee u uw digitale en conventionele documenten via uw PC kunt scannen, organiseren, oproepen, vrijgeven en beheren. Verdere informatie krijgt u via de PaperPort SE User's Guide in het menu Help. Local Setup Utility (LSU) Deze software maakt het mogelijk om vanaf de computer bestemmingen (scannen en faxen) te creren of te bewerken in de favorietenlijst, in snelkiezen en in groepskiezen. Bovendien kunt u de status van dit apparaat controleren. Voor details leest u de Referentiehandleiding op de Documentation CD/DVD. LinkMagic Met deze software kunt u gescande documenten als bestand opslaan, verwerken, als e-mailbijlage verzenden of afdrukken. Voor details leest u de Referentiehandleiding op de Documentation CD/DVD. PageScope Net Care Biedt printerbeheerfuncties zoals statuscontrole en netwerkinstellingen. Verdere informatie vindt u in de PageScope Net Care Quick Guide (Snelgids) op de Applications CD/DVD. PageScope Network Setup Met behulp van TCP/IP kunt u algemene instellingen voor netwerkprinters instellen. Verdere informatie vindt u in de Gebruikershandleiding PageScope Net Care op de Applications CD/DVD. 1-12 Functies en onderdelen van het apparaat Documentation CD/DVD Documentatie Documentatie Installatiehandleiding Inzet / gebruik Deze handleiding biedt installatiedetails die verricht moeten worden om dit apparaat te gebruiken, zoals het instellen van het apparaat en het installeren van de stuurprogramma's.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Gebruikershandleiding voor de prin- Deze handleiding biedt details over ter / kopieerapparaat / scanner (deze algemene dagelijkse handelingen, handleiding) zoals het gebruik van de programma's en het bedieningspaneel, en het vervangen van verbruiksmaterialen. Gebruikershandleiding voor de fax Deze handleiding biedt details over algemene faxhandelingen, zoals het verzenden en ontvangen van faxen, en het gebruik van het bedieningspaneel. Deze handleiding biedt details over het installeren van de Macintosh-stuurprogramma's en over het specificeren van netwerkinstellingen, Local Setup Utility (LSU), LinkMagic, en het printerbeheerprogramma. De Snelgids biedt eenvoudige procedures voor kopieer-, fax- en scanhandelingen, en voor het vervangen van verbruiksmaterialen. De bijlage Need Assistance geeft informatie over productondersteuning en service. Deze handleiding biedt details over gebruikscondities en voorwaarden. Lees deze informatie beslist voordat u het apparaat gebruikt. Referentiehandleiding Snelgids Handleiding voor service en ondersteuning Readme Functies en onderdelen van het apparaat 1-13 Systeemeisen Personal computer Voor Windows Pentium II: 400MHz of hoger (Pentium 3: aanbevolen is 500MHz of hoger) PowerPC G3 of later (G4 of later wordt aanbevolen) Intelprocessor Microsoft Windows Vista Home Basic/Home Premium/Ultimate/ Business/Enterprise, Windows Vista Home Basic/Home Premium/ Ultimate/Business/Enterprise x64 Edition, Windows XP Home Edition/ Professional (Service Pack 2 of later), Windows XP Professional x64 Edition, Windows Server 2003, Windows Server 2003 x64 Edition, Windows 2000 (Service Pack 4 of later) Mac OS X (10.2.8 of later; we adviseren de nieuwste patch te installeren) Voor Macintosh Besturingssysteem Vrije ruimte op de vaste schijf 256 MB of meer RAM 128 MB of meer CD/DVD-station I/O-interface 10Base-T/100Base-TX (IEEE 802.3) Ethernet interfaceaansluiting USB versie 2.0 en USB versie 1.1 compatibele poort De Ethernet- en USB-kabel moet u er los bij kopen. Meer informatie over de Macintosh-stuurprogramma's leest u in de Referentiehandleiding op de Documentation CD/DVD. 1-14 Functies en onderdelen van het apparaat 2Bedieningspaneel en configuratiemenu Het bedieningspaneel 1 2 5 7 68 79 11 12 13 14 3 4 10 15 16 17 18 Bedieningspaneellampjes en -toetsen Nr. 1 Naam Functie Toets Address- Toont de informatie die is geregistreerd in de favoriebook tenlijst, snelkiesbestemmingen en groepsbestemmingen. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 2 Auto RX-indica- Licht op wanneer automatische ontvangst is gesetor lecteerd. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 3 Toets Redial/ Pause Kiest het laatst gekozen nummer opnieuw. Voegt bij het kiezen van een nummer een pauze in. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 4 Toets On hook Verzenden en ontvangen van faxdocumenten met de hoorn op de haak. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 5 Berichtenvenster Toont instellingen, menu's, en berichten. 2-2 Het bedieningspaneel Nr. 6 7 8 9 10 Naam +/, toetsen */) toetsen Toets Select Error-indicator Toets Back Functie Omhoog en omlaag bewegen door menu's, opties of keuzemogelijkheden. Naar links en rechts bewegen in menu's, opties of keuzemogelijkheden. Indrukken om de instelling die wordt weergegeven te selecteren. Geeft een foutconditie aan. Wist het opgegeven aantal kopien en de ingevoerde tekst. Indrukken om terug te gaan naar het vorige scherm. Indrukken om de getoonde instelling te annuleren. 11 Cijferblok Voert het gewenste aantal kopien in. Voor de invoer van faxnummers, e-mailadressen en namen van ontvangers. Naar de faxmodus gaan. Is groen verlicht, wanneer het apparaat in de faxmodus staat. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 12 Toets Fax met LED 13 Toets Scan met Activeert de scanmodus. (scannen naar e-mail, naar LED FTP, naar een gedeelde map op een computer, naar PC, of naar een USB-geheugen). Is groen verlicht om aan te geven dat het apparaat in de scanmodus staat. Meer informatie over scannerfuncties vindt u onder hoofdstuk 6, "De scanner gebruiken". 14 Toets Copy met Naar de kopieermodus gaan. LED Brandt groen wanneer het apparaat in de kopieermodus staat. Meer informatie over kopieerfuncties vindt u onder hoofdstuk 5, "Het kopieer- apparaat gebruiken". 15 Toets Start (B&W) Start zwart-wit kopiren, scannen of faxen. Het bedieningspaneel 2-3 Nr. 16 Naam Start-indicator Functie Licht blauw op wanneer kopiren en faxen mogelijk zijn. Licht oranje op wanneer kopiren en faxen niet mogelijk zijn, bijvoorbeeld bij het opwarmen, of wanneer er een fout is opgetreden. 17 18 Toets Start (Color) Toets Stop/ Reset Start kopiren, scannen of faxen in kleur. Instellingen terugzetten naar de standaardwaarden en functies beindigen. 2-4 Het bedieningspaneel Het bedieningspaneel Hoofdscherm (kopieermodus) 3 1 2 4 Nr. 1 Aanduiding Beschrijving Kopieerinstellin- Hiermee kunt u de huidige instellingen controleren gen en verscheidene instellingen veranderen. Voor details leest u "Kopieerinstellingen" op pagina 2-6. Status Afhankelijk van de situatie kan de apparaatstatus of een foutmelding verschijnen. 2 3 KopieerdichtGeeft de bedekkingsgraad van een kopie aan. heid (bedekking) AUTO verschijnt wanneer DENSITY is ingesteld op AUTO en de kopieermodus TEXT is geselecteerd. Aantal kopien Geeft het aantal kopien weer. 4 Het bedieningspaneel 2-5 Kopieerinstellingen 1 2 3 Druk op +/, 4 5 6 Druk op +/, 7 8 9 Nr. 1 Aanduiding Medialade Beschrijving Geeft de geselecteerde papierlade weer. Details over het selecteren van de papierlade leest u onder "De medialade selecteren" op pagina 5-6. Geeft de geselecteerde zoomfactor weer. Details over het specificeren van de zoomfactor leest u onder "De zoomfactor definiren" op pagina 5-5. 2 Zoomfactor 3 Kopieerkwaliteit Geeft de geselecteerde kopieerkwaliteit aan. Details over het selecteren van de kopieerkwaliteit leest u onder "De kopieerkwaliteit instellen" op pagina 5-5. Gesorteerd kopiren Geeft aan of het apparaat het drukwerk ordent (sorteert). Details over het instellen van de sorteerfunctie leest u onder "Gesorteerd kopiren (Collate) instellen" op pagina 5-14. Geeft aan of 2-in-1 kopiren is geselecteerd of niet. Details over het selecteren van 2-in-1 kopiren vindt u onder "Instellen van 2-in-1 kopiren" op pagina 5-7. 4 5 2-in-1 kopiren 2-6 Het bedieningspaneel Nr. 6 Aanduiding Dubbelzijdig kopiren Beschrijving Dit verschijnt alleen wanneer de duplexoptie genstalleerd is.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Geeft aan of dubbelzijdig kopiren is geselecteerd of niet. Als dubbelzijdig kopiren is geselecteerd, wordt de gespecificeerde bindpositie aangegeven. Meer informatie over het selecteren van dubbelzijdig kopiren vindt u onder "Het maken van dubbelzijdige kopien (Duplexfunctie)" op pagina 5-12. Geeft de geselecteerde kopieerfunctie aan. Details over het instellen van de kopieerfunctie leest u onder "Een kopieerfunctie instellen" op pagina 5-8. Selecteer dit menuonderdeel om de verschillende apparaatinstellingen te veranderen. Voor details leest u "Menu UTILITY" op pagina 2-20. 7 Kopieerfunctie 8 UTILITY 9 REPORT/STA- Selecteer dit menuonderdeel om het totale aantal pagina's weer te geven dat dit apparaat heeft afgeTUS drukt, het aantal verzonden / ontvangen faxen, en het afdrukken van rapporten. Voor details leest u "Menu REPORT/STATUS" op pagina 2-17. Hoofdscherm (scanmodus) 3 1 2 Nr. 1 Aanduiding Beschrijving Scaninstellingen Hiermee kunt u de huidige instellingen controleren en verscheidene instellingen veranderen. Voor details leest u "Scaninstellingen" op pagina 2-8. Status Beschikbaar geheugen Afhankelijk van de situatie kan de apparaatstatus of een foutmelding verschijnen. Geeft het percentage geheugen aan dat beschikbaar is voor scanhandelingen. 2 3 Het bedieningspaneel 2-7 Scaninstellingen 1 2 3 Druk op +/, 4 5 6 Druk op +/, 7 8 9 Nr. 1 Aanduiding Gegevensformaat Beschrijving Geeft de geselecteerde gegevensindeling aan. Details over het selecteren van de gegevensindeling leest u onder "Het gegevensformaat selecteren" op pagina 6-28. Geeft de geselecteerde scankwaliteit aan. Details over het selecteren van de scankwaliteit leest u onder "De scankwaliteit selecteren" op pagina 6-29. Geeft de gespecificeerde bestemming voor de scangegevens aan. Details voor het specificeren van de gegevensbestemming leest u onder "De gegevenslocatie specificeren" op pagina 6-10 en "Het bestemmingsadres specificeren (Scan to E-mail/ FTP/SMB)" op pagina 6-11. Wanneer u geen bestemming hebt gespecificeerd, verschijnt SCAN TO. 2 Scankwaliteit 3 Bestemming scandata 2-8 Het bedieningspaneel Nr. 4 Aanduiding Scanafmeting Beschrijving Geeft de geselecteerde scanafmetingen aan. Details over het selecteren van de scanafmetingen leest u onder "De scanafmeting instellen" op pagina 6-30. Geeft de geselecteerde scankleur aan. Details over het selecteren van de scankleur leest u onder "De scankleur instellen" op pagina 6-30. Selecteer dit menuonderdeel om het onderwerp te specificeren. Details voor het specificeren van het onderwerp leest u onder "Het onderwerp specificeren" op pagina 6-30. Dit menuonderdeel verschijnt niet als er een FTP- of SMP-adres is gespecificeerd als bestemming. 5 Scankleur 6 SUBJECT 7 CANCEL RESERV. Selecteer dit menuonderdeel om de wachtrij van verzendtaken weer te geven en om een taak te annuleren. Voor details leest u "Een verzendtaak in de wachtrij verwijderen" op pagina 6-31. Dit menuonderdeel verschijnt niet wanneer er een e-mail-, FTP- of SMB-adres is gespecificeerd als bestemming. 8 UTILITY Selecteer dit menuonderdeel om de verschillende apparaatinstellingen te veranderen. Voor details leest u "Menu UTILITY" op pagina 2-20. Dit menuonderdeel verschijnt niet wanneer er een e-mail-, FTP- of SMB-adres is gespecificeerd als bestemming. 9 REPORT/ STATUS Selecteer dit menuonderdeel om het totale aantal pagina's weer te geven dat dit apparaat heeft afgedrukt, het aantal verzonden / ontvangen faxen, en het afdrukken van rapporten. Voor details leest u "Menu REPORT/STATUS" op pagina 2-17. Dit menuonderdeel verschijnt niet wanneer er een e-mail-, FTP- of SMB-adres is gespecificeerd als bestemming. Het bedieningspaneel 2-9 Hoofdscherm (faxmodus) 1 2 3 4 Nr. 1 Aanduiding Tijd Beschrijving Geeft de actuele tijd aan die u hebt geconfigureerd in ADMIN. MANAGEMENT/USER SETTING/ DATE&TIME in het menu UTILITY. Geeft het percentage geheugen aan dat beschikbaar is voor faxhandelingen. Hiermee kunt u de huidige instellingen controleren en verscheidene instellingen veranderen. Voor details leest u "Faxinstellingen" op pagina 2-11. Afhankelijk van de situatie kan de apparaatstatus of een foutmelding verschijnen. 2 3 Beschikbaar geheugen Faxinstellingen 4 Status 2-10 Het bedieningspaneel Faxinstellingen 1 2 Druk op +/, 3 4 Memo. Timer TX Memoria TX Druk op +/, 5 6 Druk op +/, 7 Nr. 1 Aanduiding Faxkwaliteit Beschrijving Geeft de geselecteerde faxkwaliteit aan. Voor details over het selecteren van de faxkwaliteit leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. 2 Faxbestemming Geeft de gespecificeerde faxbestemming weer. Voor details over het specificeren van de bestemming, leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Als er geen bestemming is gespecificeerd, verschijnt FAX TO. Het bedieningspaneel 2-11 Nr. 3 Aanduiding Beschrijving Selecteer dit menuonderdeel om het tijdstip in te stellen waarop u de fax wilt verzenden. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Geeft de geselecteerde fax-transmissiemodus aan. Voor details over het selecteren van de transmissiemodus leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Selecteer dit menuonderdeel om de wachtrij van verzendtaken weer te geven en om een taak te annuleren. Voor details leest u "Een verzendtaak in de wachtrij verwijderen" op pagina 6-31. Dit menuonderdeel verschijnt niet als er een bestemming is gespecificeerd. TIMER TX 4 Transmissiemodus 5 CANCEL RESERV. 6 UTILITY Selecteer dit menuonderdeel om de verschillende apparaatinstellingen te veranderen. Voor details leest u "Menu UTILITY" op pagina 2-20. Dit menuonderdeel verschijnt niet als er een bestemming is gespecificeerd. 7 REPORT/STA- Selecteer dit menuonderdeel om het totale aantal pagina's weer te geven dat dit apparaat heeft afgeTUS drukt, het aantal verzonden / ontvangen faxen, en het afdrukken van rapporten. Voor details leest u "Menu REPORT/STATUS" op pagina 2-17. Dit menuonderdeel verschijnt niet als er een bestemming is gespecificeerd. 2-12 Het bedieningspaneel Printerscherm Wanneer een afdruktaak is ontvangen, verschijnt PRINTER: Printing in het statusgedeelte van het hoofdscherm. Wanneer u het printerscherm wilt weergeven (zie hieronder), drukt u op de toets * wanneer PRINTER: Printing verschijnt. Wanneer u het afdrukken wilt annuleren, drukt u op de toets Stop/Reset wanneer het printerscherm verschijnt. Druk op de toets Select om YES te selecteren. 1 2 Nr. 1 Aanduiding Status Beschrijving Geeft meldingen aan van de op dat moment uitgevoerde processen, zoals Printing (afdrukken).
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Geeft de geselecteerde papierlade en het geselecteerde papierformaat aan. 2 Medialade / mediaformaat Wanneer er een afdruktaak van het printerstuurprogramma ontvangen wordt, heeft het papierformaat zoals gespecificeerd in het stuurprogramma voorrang op de instelling van het bedieningspaneel via TRAY1 PAPER SETUP in het menu UTILITY. Het bedieningspaneel 2-13 Instellingen en status van het apparaat controleren Menu PRINTER MODE Druk in het hoofdscherm op de toets * om het scherm PRINTER MODE op te roepen. Vanuit dit menu kan een schatting van de resterende hoeveelheid toner bekeken worden en kan de printermodus veranderd worden. Er is een printermodus voor het vervangen van n tonercartridge tegelijk (REPLACE MODE), een printermodus voor het vervangen van alle tonercartridges tegelijk (EJECT MODE) en een printermodus voor het reinigen van het printkopscherm (P/H CLEAN MODE). Het menu PRINTER MODE is als volgt gestructureerd. Met de toets Back keert u terug naar het vorige scherm. Met de toets Stop/Reset geeft u het hoofdscherm weer. PRINTER MODE TONER REMAINING T/C CHANGE REPLACE MODE Y TONER EJECT MODE M TONER P/H CLEAN MODE C TONER K TONER 2-14 Instellingen en status van het apparaat controleren TONER REMAINING Dit scherm toont de geschatte hoeveelheid toner die nog aanwezig is in de tonercartridges. Wanneer u bij het hierboven beschreven scherm de toets Select minimaal 2 seconden ingedrukt houdt, drukt het apparaat de configuratiepagina af. T/C CHANGE REPLACE MODE Schakelt het apparaat om naar de REPLACE MODE. Deze modus wordt gebruikt voor het vervangen van een tonercartridge. Details over het vervangen van een tonercartridge leest u onder "Een tonercartridge vervangen" op pagina 7-5. Om vanuit de REPLACE MODE terug te keren naar de normale modus, drukt u op de toets Stop/Reset. EJECT MODE Schakelt het apparaat om naar de EJECT MODE. Deze modus wordt gebruikt wanneer alle tonercartridges tegelijk worden vervangen. Details over het vervangen van alle tonercartridges vindt u onder "Alle tonercartridges tegelijk vervangen" op pagina 7-10. Om vanuit de EJECT MODE terug te keren naar de normale modus, drukt u op de toets Stop/Reset. Instellingen en status van het apparaat controleren 2-15 P/H CLEAN MODE Schakelt het apparaat om naar de P/H CLEAN MODE. De P/H CLEAN MODE is een modus die de gebruiker in staat stelt om het printkopscherm eenvoudig te reinigen. Het printkopscherm wordt niet automatisch gereinigd. Details over het reinigen van het printkopscherm leest u onder "Het printkopscherm reinigen" op pagina 8-17. Lees "Het printkopscherm reinigen" op pagina 8-17 om te zien hoe u vanuit de P/H CLEAN MODE terugkeert naar de normale modus. 2-16 Instellingen en status van het apparaat controleren Menu REPORT/STATUS Wanneer u het scherm REPORT/STATUS wilt weergeven, selecteert u REPORT/STATUS in het hoofdscherm, en drukt u op de toets Select. In dit menu ziet u het totale aantal pagina's dat dit apparaat heeft afgedrukt, en het aantal verzonden / ontvangen faxen. Bovendien kunt u de rapporten afdrukken. Het menu REPORT/STATUS heeft onderstaande structuur. Met de toets Back keert u terug naar het vorige scherm. Met de toets Stop/Reset geeft u het hoofdscherm weer. REPORT/STATUS TOTAL PRINT SUPPLY STATUS TX/RX RESULT REPORT TOTAL PRINT U kunt het totaal aantal pagina's bekijken voor de volgende onderdelen. TOTAL PRINT MONO COPY COLOR COPY MONO PRINT COLOR PRINT FAX PRINT TOTAL SCAN Het totaal aantal afgedrukte pagina's. Het totaal aantal gekopieerde pagina's in zwartwit. Het totaal aantal gekopieerde kleurenpagina's. Het totaal aantal afgedrukte pagina's in zwartwit. Het totaal aantal afgedrukte kleurenpagina's. Het totaal aantal gefaxte pagina's. Het totaal aantal gescande documentpagina's. Instellingen en status van het apparaat controleren 2-17 SUPPLY STATUS Het scherm kan de resterende hoeveelheid toner in de tonercartridges en de resterende levensduur van de beeldcartridges aangeven als een percentage. C TONER M TONER Y TONER K TONER I/C De resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge voor cyaan (C) in procenten. De resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge voor magenta (M) in procenten. De resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge voor geel (Y) in procenten. De resterende hoeveelheid toner in de tonercartridge voor zwart (K) in procenten. De resterende levensduur van de beeldcartridge in procenten. TX/RX RESULT Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. REPORT U kunt apparaatinstellingen, lijsten en verslagen van het faxen afdrukken. Deze rapporten kunnen alleen afgedrukt worden vanuit lade 1. TX RESULT REPORT Drukt de resultaten van de faxverzendingen af. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/ DVD. Drukt de resultaten van faxontvangsten af. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Drukt de resultaten van de faxverzendingen en -ontvangsten af. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Drukt informatie over de faxverzendingen in de wachtrij af. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. RX RESULT REPORT ACTIVITY REPORT MEMORY DATA LIST 2-18 Instellingen en status van het apparaat controleren MEMORY IMAGE PRINT Drukt de informatie en een gereduceerde startpagina van faxverzendingen in de wachtrij af. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/ DVD. FAVORITE LIST Drukt een lijst met bestemmingen af die in de favorietenlijst staan. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Drukt een lijst af van de bestemmingen die zijn geprogrammeerd voor snelkiezen. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/DVD. Drukt een lijst af van de voorkeursgroepen. Voor details leest u de Gebruikershandleiding voor het faxapparaat op de Documentation CD/ DVD. Drukt het menu UTILITY met alle instellingen af. terende toner en de instellingen, informatie en status van dit apparaat. SPEED DIAL LIST GROUP DIAL LIST UTILITY MAP CONFIGURATION PAGE Drukt een schatting af van het percentage res- DEMO PAGE Drukt een demopagina af. Instellingen en status van het apparaat controleren 2-19 Overzicht van het configuratiemenu Wanneer u het instelmenu voor dit apparaat wilt weergeven, selecteert u UTILITY in het hoofdscherm, en drukt u op de toets Select. In het menu UTILITY kunt u de instellingen voor de verschillende apparaatfuncties veranderen. Menu UTILITY In dit menu kunt u verschillende apparaatinstellingen veranderen. Het menu UTILITY heeft onderstaande structuur. Met de toets Back keert u terug naar het vorige scherm in het menu UTILITY.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
(Als u de toets Back indrukt, terwijl u instellingen specificeert, slaat het apparaat deze instellingen niet op.) Uitsluitend de beheerder mag het menu ADMIN. MANAGEMENT openen. Om de instellingen voor dit menu weer te geven, selecteert u ADMIN. MANAGEMENT, en toetst u de zescijferige toegangscode van de beheerder in op het cijferblok (standaard: 000000), en drukt u op de toets Select. UTILITY MACHINE SETTING TRAY1 PAPER SETUP ADMIN. MANAGEMENT COPY SETTING DIAL REGISTER FAX TX OPERATION FAX RX OPERATION 2-20 Overzicht van het configuratiemenu REPORTING SCAN SETTING Overzicht van het configuratiemenu 2-21 Menu MACHINE SETTING MACHINE SETTING AUTO PANEL RESET ENERGY SAVE MODE LCD CONTRAST KEY SPEED TIME TO START INTERVAL LANGUAGE BUZZER VOLUME INITIAL MODE TONER OUT STOP TONER LOW AUTO CONTINUE DUPLEX SPEED*1 2-22 Overzicht van het configuratiemenu CALIBRATION *1 Dit verschijnt alleen wanneer de duplexoptie genstalleerd is. De fabrieksinstellingen verschijnen in vet schrift. AUTO PANEL RESET Instelling OFF / 30sec / 1min / 2min / 3min / 4min / 5min Specificeer de tijdsduur waarna alle instellingen die niet geprogrammeerd zijn, zoals aantal kopien, gewist worden en teruggezet naar hun standaardinstellingen wanneer geen handelingen uitgevoerd worden. Wanneer u het apparaat zodanig wilt instellen dat het de bedieningspaneelinstellingen terugzet op de standaardwaarden selecteert u 30sec, 1min, 2min, 3min, 4min of 5min voor de tijdsduur tot de reset plaatsvindt. ENERGY SAVE MODE Instelling 5 min / 15 min / 30 min / 60 min Activeert de energiespaarstand om energie te besparen wanneer geen handelingen plaatsvinden. Geef de tijdsduur (in minuten) aan, waarna de printer, wanneer die niet gebruikt wordt, naar de energiespaarstand gaat. LCD CONTRAST Instelling (LIGHT) (DARK) Specificeer de helderheid van het berichtenvenster. Overzicht van het configuratiemenu 2-23 KEY SPEED TIME TO START Instelling 0.1sec / 0. 3sec / 0.5sec / 1.0sec / 1.5sec / 2.0sec / 2. 5sec / 3.0sec Geef de tijdsduur aan voordat de cursor continue gaat bewegen wanneer u een toets ingedrukt houdt. INTERVAL Instelling 0.1sec / 0.3sec / 0.5sec / 1.0sec / 1.5sec / 2.0sec / 2.5sec / 3. 0sec Geef de tijdsduur aan voordat de cursor continue gaat bewegen tussen instellingen of tekens. LANGUAGE Instelling ENGLISH / FRENCH / GERMAN / ITALIAN / SPANISH / PORTUGUESE / RUSSIAN / CZECH / SLOVAK / HUNGARIAN / POLISH / JAPANESE Selecteer de taal voor menu's en berichten in het berichtenvenster. BUZZER VOLUME Instelling OFF / LOW / HIGH Selecteer het volume van het geluid dat moet klinken wanneer u een toets indrukt, of het volume van het alarm wanneer er een storing optreedt. INITIAL MODE Instelling COPY / FAX Kies de standaardmodus bij het inschakelen van het apparaat of wanneer alle instellingen in het bedieningspaneel terugkeren naar hun standaardinstellingen. 2-24 Overzicht van het configuratiemenu TONER OUT STOP Instelling ON / ON(FAX) / OFF Selecteer of het afdrukken, kopiren en faxen moet stoppen wanneer de toner op is. Als ON is geselecteerd, stopt het afdrukken, kopiren en faxen wanneer de toner op raakt. Als ON(FAX) is geselecteerd, stopt alleen het faxen wanneer de toner op raakt. Het afdrukken en kopiren gaat door. Als OFF is geselecteerd, gaat het afdrukken, kopiren en faxen door, zelfs als de toner op raakt. TONER LOW Instelling ON / OFF Selecteren of er wel of niet een waarschuwingsboodschap verschijnt wanneer de toner bijna op is. AUTO CONTINUE Instelling ON / OFF Stel in of het afdrukken moet doorgaan wanneer zich een formaatfout voordoet gedurende het afdrukken. DUPLEX SPEED Instelling AUTOMATIC / SPEED / QUALITY Selecteer de afdruksnelheid voor dubbelzijdig afdrukken. Als AUTOMATIC is geselecteerd, wordt de afdruksnelheid automatisch geselecteerd. Als SPEED is geselecteerd, heeft de afdruksnelheid voorrang; de afdrukkwaliteit kan wel achteruit gaan. Als QUALITY is geselecteerd, heeft de afdrukkwaliteit voorrang; daardoor zal de afdruksnelheid afnemen terwijl de afdrukkwaliteit toeneemt. CALIBRATION Instelling ON / OFF Bepaalt of de beeldstabilisering plaatsvindt. Bij keuze van de optie ON start de beeldstabilisatie. Overzicht van het configuratiemenu 2-25 Menu TRAY1 PAPER SETUP TRAY1 PAPER SETUP De fabrieksinstellingen verschijnen in vet schrift. Mediatype PLAIN PAPER / LETTERHEAD / THICK1 / THICK2 / LABELS / ENVELOPE / POSTCARD Papierformaat Welke formaten beschikbaar zijn, hangt af van de instelling die is geselecteerd voor het mediatype. Instelling van het mediatype Beschikbare papierformaten PLAIN PAPER A4 / A5 / B5 / LEGAL / LETTER / G LETTER / STATEMENT / EXECUTIVE / FOLIO / OFICIO / G LEGAL / CUSTOM(PLAIN) A4 / A5 / B5 / LETTER / G LETTER / STATEMENT / EXECUTIVE / CUSTOM (THICK) THICK1, THICK2 LETTERHEAD, LABELS A4 / A5 / B5 / LETTER / G LETTER / STATEMENT / EXECUTIVE ENVELOPE POSTCARD C6 / DL Het scherm voor het selecteren van het papierformaat verschijnt niet: het volgende papierformaat wordt automatisch ingesteld. 100 148 mm [3,9 5,8 inch] 2-26 Overzicht van het configuratiemenu Selecteer het type en formaat van het papier dat wordt geladen in lade 1. Als u CUSTOM(PLAIN) of CUSTOM(THICK) hebt geselecteerd voor het papierformaat, specificeer dan de instellingen voor LENGTH en WIDTH afzonderlijk. Het instelbereik voor LENGTH is 195 tot 356 mm voor PLAIN PAPER, en 184 tot 297 mm voor THICK1 en THICK2. De standaardinstelling is 297 mm. Het instelbereik voor WIDTH is 92 tot 216 mm. De standaardinstelling is 210 mm. Na de selectie van een mediatype verschijnt een scherm met het beschikbare papierformaat. Welke formaten beschikbaar zijn, hangt af van het eerder gekozen mediatype. Het standaard papierformaat voor een andere instelling dan ENVELOPE of POSTCARD is LETTER voor 120 V modellen, en A4 voor 220 V modellen. Wanneer afgedrukt wordt via het printerstuurprogramma, hebben de instellingen van het stuurprogramma voorrang op de instellingen gemaakt in het menu TRAY1 PAPER SETUP. Controleer of lade 1 gevuld is met papier waarvan type en formaat overeenkomen met de specificaties in het printerstuurprogramma. De instelling voor CUSTOM wordt metrisch (mm) aangegeven, zelfs als ADMIN. MANAGEMENT/USER SETTING/PRESET ZOOM is ingesteld op INCH. Overzicht van het configuratiemenu 2-27 Menu ADMIN. MANAGEMENT Uitsluitend de beheerder mag het menu ADMIN. MANAGEMENT openen. Om de instellingen voor dit menu weer te geven, selecteert u ADMIN. MANAGEMENT, en toetst u de zescijferige toegangscode van de beheerder in op het cijferblok (standaard: 000000), en drukt u op de toets Select. ADMIN. MANAGEMENT ADMINISTRATOR NO. REMOTE MONITOR NETWORK SETTING TCP/IP IP ADDR. SETTING*1 DNS CONFIG.*1 DHCP*1 BOOTP*1 ARP/PING*1 HTTP*1 FTP*1 SMB*1 2-28 Overzicht van het configuratiemenu BONJOUR*1 IPP*1 SLP*1 SNMP*1 SPEED/ DUPLEX*1 E-MAIL SETTING SMTP SENDER NAME E-MAIL ADDRESS DEFAULT SUBJECT SMTP SERVER ADDR.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
SMTP PORT NO. SMTP TIMEOUT TEXT INSERT Overzicht van het configuratiemenu 2-29 POP BEFORE SMTP DISABLE/ENABLE POP3 SERVER ADDR. *2 POP3 PORT NO.*2 POP3 TIMEOUT*2 POP3 ACCOUNT*2 POP3 PASSWORD*2 SMTP AUTH. DISABLE/ENABLE SMTP USER NAME*3 SMTP PASSWORD*3 LDAP SETTING DISABLE/ENABLE LDAP SERVER ADDR.*4 LDAP PORT NO.*4 SSL SETTING*4 2-30 Overzicht van het configuratiemenu SEARCH BASE*4 ATTRIBUTE*4 SEARCH METHOD*4 LDAP TIMEOUT*4 MAX. SEARCH RESULTS*4 AUTHENTICATION*4 LDAP ACCOUNT*4 LDAP PASSWORD*4 DOMAIN NAME*4 USB SETTING COMM. SETTING TONE/PULSE LINE MONITOR PSTN/PBX Overzicht van het configuratiemenu 2-31 USER SETTING PTT SETTING DATE&TIME DATE FORMAT PRESET ZOOM USER FAX NUMBER USER NAME AUTO REDIAL NUMBER OF REDIAL INTERVAL *1 Dit menuonderdeel verschijnt wanneer ADMIN. MANAGEMENT/ NETWORK SETTING/TCP/IP is ingesteld op ENABLE. *2 Dit menuonderdeel verschijnt wanneer ADMIN. MANAGEMENT/ E-MAIL SETTING/POP BEFORE SMTP/DISABLE/ENABLE is ingesteld op ENABLE. *3 Dit menuonderdeel verschijnt wanneer ADMIN. MANAGEMENT/ E-MAIL SETTING/SMTP AUTH./DISABLE/ENABLE is ingesteld op ENABLE. *4 Dit menuonderdeel verschijnt wanneer ADMIN. MANAGEMENT/ LDAP SETTING/DISABLE/ENABLE is ingesteld op ENABLE. 2-32 Overzicht van het configuratiemenu De fabrieksinstellingen verschijnen in vet schrift. ADMINISTRATOR NO. REMOTE MONITOR Specificeer de nieuwe toegangscode voor de beheerder. Instelling OFF / ON Selecteer of u de besturing op afstand (remote monitor) wilt activeren. Als ON is geselecteerd, heeft de servicedienst toegang tot de menumodus. Als OFF is geselecteerd, heeft de servicedienst geen toegang tot de menumodus. Deze instelling is uitsluitend bedoeld voor de servicedienst. Verander de instelling alleen wanneer dat nodig is. NETWORK SETTING TCP/IP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer de instelling om dit apparaat aan te sluiten via een netwerk. IP ADDR. SETTING Instelling AUTO / SPECIFY Stel het IP-adres van dit apparaat op het netwerk in. Als AUTO is geselecteerd, wijst het apparaat het IP-adres automatisch toe. Als SPECIFY is geselecteerd, moet u de instellingen voor IP ADDRESS, SUBNET MASK en GATEWAY handmatig instellen. DNS CONFIG. Instelling DISABLE / ENABLE Bepaal of de DNS-serverinstelling wel of niet moet worden gespecificeerd. Als ENABLE is geselecteerd, dient u DNS-serveradressen in te voeren (maximaal drie). Overzicht van het configuratiemenu 2-33 NETWORK SETTING DHCP Instelling DISABLE / ENABLE Als er een DHCP-server op het netwerk aanwezig is, kunt u hier instellen of die server het IP-adres en andere netwerkinformatie automatisch toe moet wijzen. BOOTP Instelling DISABLE / ENABLE Als er een BOOTP-server op het netwerk aanwezig is, kunt u hier instellen of die server het IP-adres en andere netwerkinformatie automatisch toe moet wijzen. ARP/PING Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of de opdracht ARP/PING wordt gebruikt wanneer het IP-adres wordt toegewezen. HTTP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u HTTP wel of niet wilt inschakelen. FTP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u FTP wel of niet wilt inschakelen. SMB Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u SMB wel of niet wilt inschakelen. BONJOUR Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u Bonjour wel of niet wilt inschakelen. IPP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u IPP wel of niet wilt inschakelen. Als HTTP is ingesteld op DISABLE, kan IPP niet ingesteld worden. SLP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u SLP wel of niet wilt inschakelen. 2-34 Overzicht van het configuratiemenu NETWORK SETTING SNMP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u SNMP wel of niet wilt inschakelen. SPEED/DUPLEX Instelling AUTO / 10BASE-T FULL / 10BASE-T HALF / 100BASE-TX FULL / 100BASE-TX HALF Specificeert de transmissiesnelheid voor het netwerk en de transmissiemethode voor bi-directionele transmissie. E-MAIL SETTING SMTP Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u e-mailtransmissiebewerkingen voor dit apparaat wilt in- of uitschakelen. SENDER NAME Specificeer de naam van de e-mailafzender (maximaal 20 tekens) die wordt gebruikt voor het scannen van het netwerk. De standaardinstelling is "magicolor_1690MF". E-MAIL ADDRESS Specificeer het e-mailadres (maximaal 64 tekens) van de e-mailafzender die wordt gebruikt voor het netwerkscannen. De standaardinstelling is blanco. DEFAULT SUBJECT Specificeer het onderwerp (maximaal 20 tekens) van het emailbericht dat wordt gebruikt voor het netwerkscannen. De standaardinstelling is "From mc1690MF". SMTP SERVER ADDR. Specificeer het IP-adres of -hostnaam (maximaal 64 tekens) voor de SMTPserver. De standaardinstelling is "0.0.0. 0". Overzicht van het configuratiemenu 2-35 E-MAIL SETTING SMTP PORT NO. Instelling 1 tot 65535 (standaard: 25) Specificeer het poortnummer van de poort die communiceert met de SMTPserver. SMTP TIMEOUT Instelling 30 tot 300 sec (standaard: 60 sec) Selecteer de tijdsduur (in seconden) voordat het apparaat de verbinding met de SMTP-server onderbreekt. TEXT INSERT Instelling OFF / ON Selecteer of de gespecificeerde tekst wel of niet ingevoegd wordt in het emailbericht. Instelling POP DISADISABLE / ENABLE BEFORE BLE/ Selecteer of u POP Before SMTP wel of SMTP ENABLE niet wilt activeren. Als ENABLE is geselecteerd, specificeer dan de tijd (tussen 0 en 60 seconden). De fabrieksinstelling is 5sec. Specificeer de hostnaam of het IPPOP3 SERVER adres voor de POP3-server die wordt gebruikt voor verificatie met POP ADDR. Before SMTP. De standaardinstelling is "0.0.0.0". POP3 PORT NO. Instelling 1 tot 65535 (standaard: 110) Specificeer het poortnummer van de poort die communiceert met de POP3server. Instelling POP3 TIMEOUT 30 tot 300 sec (standaard: 30 sec) Selecteer de tijdsduur (in seconden), voordat het apparaat de verbinding met de POP3-server onderbreekt. 2-36 Overzicht van het configuratiemenu E-MAIL SETTING Specificeer de gebruikersnaam (maxiPOP POP3 BEFORE ACCOUNT maal 63 tekens) die wordt gebruikt voor verificatie met de POP3-server. SMTP De standaardinstelling is blanco. POP3 PASSWORD SMTP AUTH. Specificeer het wachtwoord (maximaal 15 tekens) dat wordt gebruikt voor verificatie met de POP3-server. De standaardinstelling is blanco. Instelling DISDISABLE / ENABLE ABLE/ Selecteer of u SMTP-verificatie wel of ENABLE niet wilt activeren. SMTP USERNAME SMTP PASSWORD LDAP SETTING Specificeer de gebruikersnaam (maximaal 63 tekens) die wordt gebruikt voor SMTP-verificatie. De standaardinstelling is blanco. Specificeer het wachtwoord (maximaal 15 tekens) dat wordt gebruikt voor SMTP-verificatie. De standaardinstelling is blanco. DISABLE/ENABLE Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u de LDAP-functie wel of niet wilt activeren.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
LDAP SERVER ADDR. Specificeer het adres (maximaal 64 tekens) dat wordt gebruikt voor de LDAP-server. De standaardinstelling is "0.0.0.0". LDAP PORT NO. Instelling 1 tot 65535 (standaard: 389) Specificeer het poortnummer van de LDAP-server. SSL SETTING Instelling DISABLE / ENABLE Selecteer of u SSL wel of niet wilt activeren. Overzicht van het configuratiemenu 2-37 LDAP SETTING SEARCH BASE Specificeer het startpunt voor de zoekactie (maximaal 64 tekens) in een hirarchische structuur op de LDAPserver. De standaardinstelling is blanco. ATTRIBUTE U kunt de voorwaarden voor zoekacties specificeren als een naam of e-mailadres (maximaal 32 tekens). De standaardinstelling is "cn". SEARCH METHOD Instelling BEGIN / CONTAIN / END De gespecificeerde tekens waarnaar u kunt zoeken aan het begin, tussenin, of aan het einde. LDAP TIMEOUT Instelling 5 tot 300 sec (standaard: 60 sec) Geef de maximale wachttijd op voor een zoekactie. MAX.SEARCH RESULTS Instelling 5 tot 100 (standaard: 100) Geef het maximaal aantal bestemmingen aan die na een zoekactie worden getoond. AUTHENTICATION Instelling ANONYMOUS / SIMPLE / DIGEST-MD5 / GSSSPNEGO Selecteer de verificatiemethode voor het aanmelden op de LDAP-server. LDAP ACCOUNT Specificeer het account (maximaal 64 tekens) dat wordt gebruikt voor de verbinding met de LDAP-server. De standaardinstelling is blanco. LDAP PASSWORD Geef het wachtwoord (maximaal 32 tekens) op dat wordt gebruikt voor de verbinding met de LDAP-server. De standaardinstelling is blanco. 2-38 Overzicht van het configuratiemenu LDAP SETTING DOMAIN NAME Voer de domeinnaam (maximaal 64 tekens) in, die wordt gebruikt voor de verbinding met de LDAP-server. De standaardinstelling is blanco. USB SETTING Instelling Windows / Mac Selecteer het besturingssysteem van de PC waarmee dit apparaat is verbonden via een USB-kabel. COMM. SETTING TONE/PULSE Instelling TONE / PULSE Selecteer het kiessysteem. Als deze parameter niet correct is ingesteld, kunnen geen faxdocumenten worden verzonden en ontvangen. Controleer welk kiessysteem uw telefooninstallatie gebruikt, en selecteer de juiste instelling. Wanneer PTT SETTING in het menu USER SETTING is ingesteld op U.S.A, CANADA of NEW ZEALAND, kunt u de instellingen niet veranderen. LINE MONITOR Instelling OFF / LOW / HIGH Selecteer het volume van de lijncontrole van het transmissiesignaal. PSTN/PBX Instelling PSTN / PBX Hier selecteert u of het apparaat is aangesloten op het openbare telefoonnet (PSTN) of op een priv-installatie (PBX). Voor een PBX-systeem kunt u het prefixnummer aangeven (exclusief het toegangsnummer voor de buitenlijn of toestelnummer). Overzicht van het configuratiemenu 2-39 USER SETTING PTT SETTING Instelling ARGENTINA / AUSTRALIA / AUSTRIA / BELGIUM / BRAZIL / CANADA / CHINA / CZECH / DENMARK / EUROPE / FINLAND / FRANCE / GERMANY / GREECE / HONG KONG / HUNGARY / IRELAND / ISRAEL / ITALY / JAPAN / KOREA / MALAYSIA / MEXICO / THE NETHERLANDS / NEW ZEALAND / NORWAY / PHILIPPINES / POLAND / PORTUGAL / RUSSIA / SAUDI ARABIA / SINGAPORE / SLOVAKIA / SOUTH AFRICA / SPAIN / SWEDEN / SWITZERLAND / TAIWAN / TURKEY / U.S. A / UNITED KINGDOM / VIETNAM Selecteer het land waarin het apparaat is genstalleerd. DATE&TIME Instelling TIME: 00:00-23:59 (standaard: 00:00) DATE: '00/01/01-'99/12/31 ZONE: GMT+12:00-GMT12:00 (in intervallen van 30 minuten) (standaard: GMT+00:00) Gebruik het cijferblok om de actuele datum, tijd en tijdzone in te voeren. DATE FORMAT Instelling MM/DD/YY, DD/MM/YY, YY/MM/DD Selecteer de datumaanduiding voor rapporten en lijsten. 2-40 Overzicht van het configuratiemenu USER SETTING PRESET ZOOM Instelling INCH / METRIC Selecteer de maateenheden voor de vooringestelde zoomfactoren. De standaardinstelling is INCH voor de VS en Canada, en METRIC voor andere landen. USER FAX NUMBER Voer hier uw faxnummer in. U kunt maximaal 20 tekens invoeren (waaronder getallen, spaties, + en -). Het ingevoerde nummer verschijnt in de kopregel van verzonden faxdocumenten. De standaardinstelling is blanco. Voer hier uw naam in. U kunt maximaal 32 tekens invoeren. Deze naam wordt in de kopregel van verzonden faxdocumenten afgedrukt. De standaardinstelling is blanco. Instelling USER NAME AUTO REDIAL NUMBER OF REDIAL 1 tot 10 (standaard: is afhankelijk van PTT SETTING) Voer hier in hoe vaak het apparaat het opnieuw moet proberen wanneer er geen antwoord komt (bijvoorbeeld wanneer de lijn bezet is). INTERVAL Instelling 2 tot 99 min (standaard: is afhankelijk van PTT SETTING) Specificeer het interval tussen de herhalingspogingen. Overzicht van het configuratiemenu 2-41 Menu COPY SETTING COPY SETTING PAPER PRIORITY QUALITY PRIORITY DENSITY PRIORITY DENSITY LEVEL AUTO MANUAL OUTPUT PRIORITY DUPLEX COPY*1 *1 Dit verschijnt alleen wanneer de duplexoptie genstalleerd is. De fabrieksinstellingen verschijnen in vet schrift. PAPER PRIORITY Instelling TRAY1 / TRAY2 Specificeer de papierlade die u normaliter gebruikt. Als er geen optionele onderste toevoereenheid is genstalleerd, is deze instelling niet beschikbaar. QUALITY PRIORITY DENSITY PRIORITY Instelling MIX , TEXT , PHOTO , FINE/MIX , FINE/TEXT , FINE/PHOTO AUTO / MANUAL Selecteer het type document dat u wilt kopiren. Instelling Selecteer de dichtheid (bedekking) die u normaliter gebruikt. 2-42 Overzicht van het configuratiemenu DENSITY LEVEL AUTO Instelling (LIGHT) (DARK) Stelt de dichtheid van de achtergrondkleur in. MANUAL Instelling (LIGHT) (DARK) Specificeer de standaard kopieerdichtheid (bedekking). OUTPUT PRIORITY DUPLEX COPY Instelling NON-SORT / SORT OFF / LONG EDGE / SHORT EDGE Selecteer of u kopien wel of niet per set wilt sorteren. Instelling Selecteer de standaardinstelling voor duplex kopiren (dubbelzijdig). Als u OFF hebt geselecteerd, wordt duplex (dubbelzijdig) kopiren niet standaard toegepast. Als LONG EDGE is geselecteerd, wordt duplex (dubbelzijdig) kopiren standaard toegepast, en de pagina's verlaten het apparaat met de bindrug aan de lange zijde. Als u SHORT EDGE hebt geselecteerd, wordt duplex (dubbelzijdig) kopiren standaard toegepast, en de pagina's verlaten het apparaat met de bindrug aan de korte zijde. Overzicht van het configuratiemenu 2-43 Menu DIAL REGISTER DIAL REGISTER FAVORITE SPEED DIAL GROUP DIAL FAVORITE Sla veelgebruikte faxnummers en e-mailadressen op in de favorietenlijst. In plaats van handmatig in te voeren, kunnen faxnummers en e-mailadressen eenvoudig opgeroepen worden om er zeker van te zijn dat de gegevens van de bestemming correct worden geregistreerd. U kunt maximaal 20 bestemmingen invoeren in de favorietenlijst. SPEED DIAL Sla veelgebruikte faxnummers en e-mailadressen op als snelkiesbestemmingen.
Uw gebruiksaanwijzing. KONICA MAGICOLOR 1690MF http://nl.yourpdfguides.com/dref/2822575
Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)