Uitvoeringsplan ‘Omvorming Openbare Ruimte’
Datum: 23-10-14
Pagina 1 van 25
Inhoud 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Inleiding Visie Proces en participatie Voorstellen op hoofdlijnen Uitvoering 2014 fase 1 Uitvoering 2015 fase 2 Groen Platform IJsselstein
Bijlagen: 1. 2. 3. 4.
Richtlijnen leidraad bomen Beleidskaders Groen / Biodiversiteit Kaart Groenstructuur IJsselstein Begrippenlijst
Pagina 2 van 25
Inleiding Vanuit het project Keuzes Maken heeft de gemeenteraad in 2010 het besluit genomen om een structurele taakstelling ad 800.000 op het beheer en het onderhoud van de openbare ruimte te realiseren. In 2011 is € 75.000 van deze taakstelling gerealiseerd d.m.v. het werkbudget mobiliteit. In 2012 heeft de raad twee nota’s vastgesteld over het beheer van de openbare ruimte:.
Het Integraal Beheerkwaliteitplan 2011 Notitie Omvorming Openbare Ruimte
Het implementeren van de keuzes uit beide nota’s moest invulling geven aan de resterende taakstelling van € 725.000. Het overgrote deel van de taakstelling is ingevuld door aanpassing van de onderhoudsniveaus ‘integraal beheerkwaliteitplan 2011’. Lagere onderhoudskosten door omvormingen in de openbare ruimte moet voor het laatste deel zorgen. De in 2012 vastgestelde notitie ‘ Omvorming openbare ruimte’ geeft een indicatie van de verwachte besparing op beheer en onderhoud van structureel € 93.000 per jaar. Het nu voorliggende uitvoeringsplan ‘Omvorming openbare ruimte’ geeft invulling aan de besparing. In het uitvoeringsplan wordt toegelicht vanuit welke visie het is opgesteld, licht het proces en participatietraject toe en geeft inzicht in de voorstellen en fasering van de uitvoering. Met het implementeren van de nieuwe voorstellen wordt een nullijn bereikt, verdere bezuinigingen op het gebied van beheer en onderhoud van de openbare ruimte is niet mogelijk zonder de groene identiteit van IJsselstein aan te tasten. Bij het opstellen van de omvormingsplannen is gekozen voor een kwalitatieve benadering. Het doel is om een gezonde, vitale en duurzame groenstructuur voor de toekomst te realiseren. Van alle bomen is bekeken wat er bekend is van de huidige staat, of er meldingen zijn van overlast, of ze momenteel in goede vitale staat verkeren en of de plek een goede groeiplaats biedt. Ook de beeldkwaliteit en de plek in de groenstructuur is daarbij afgewogen. Voor de bestaande bomen is de leidraad-richtlijnen bomen (bijlage 1) soepel geïnterpreteerd en per situatie beoordeeld. Bij een strikte toepassing moeten meer bomen worden verwijderd, bijvoorbeeld omdat ze te dicht bij gevels staan of te dicht op elkaar. Bij grote herstructureringsplannen zal de bomenstructuur in lijn met de richtlijn bomen duurzaam op orde worden gebracht. In het voortraject zijn de omvormingsvoorstellen tijdens 11 inloopbijeenkomsten in alle wijken besproken, hiervoor zijn de inwoners per folder en brief uitgenodigd. Ook zijn de plannen gepubliceerd op de website en is er melding van gemaakt op de gemeentepagina. Mede op verzoek van de gemeenteraad is de gemeente in overleg gegaan met het Groen Platform IJsselstein (GPIJ). In het GPIJ zitten vertegenwoordigers van de Vogelwacht, Bijenhouders vereniging, IVN (Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid), Bomenridders en enkele experts op gebied van duurzaamheid en inrichting openbare ruimte. Hiermee is een inhaalslag gemaakt op het gebied van de communicatie en is draagvlak ontstaan voor de voorliggende plannen. In samenwerking met het GPIJ zijn de beleidskaders groen /biodiversiteit (bijlage 2) opgesteld. Deze beleidskaders zijn gebruikt bij de definitieve voorstellen in het uitvoeringsplan en van belang bij voor de toekomst Bij de verdere uitvoering van de plannen zal extra aandacht worden geschonken aan de communicatie. De uitvoering van de omvormingsplannen wordt door de gemeente en het GPIJ niet als eindpunt gezien, veeleer wordt hiermee een nieuw startpunt bereikt. Door de implementatie van de omvormingsplannen wordt het achterstallig onderhoud op het groen (bomen en heesters) in belangrijke mate afgerond, daarmee wordt een nieuwe situatie gecreëerd. De gemeente en het GPIJ
Pagina 3 van 25
hebben de intentie uitgesproken om in het voorjaar 2015 opnieuw met elkaar in gesprek te gaan met de blik gericht naar de toekomst. Als eerste prioriteiten voor die gespreken zijn de verbinding van het groen met het buitengebied, biodiversiteit en de lijst met bijzondere bomen benoemd. Tijdens deze overleggen wordt de mogelijkheid onderzocht om op de lange termijn stapsgewijs een natuurkaart te ontwikkelen. Afhankelijk van de gesprekken wordt besloten welke vervolgstappen worden ondernomen en eventueel welke gesprekspartners nog worden uitgenodigd.
Het GPIJ heeft voorgesteld om de beleidskaders groen (Bijlage 2) te gebruiken bij het beoordelen van projecten in de openbare ruimte. Hiermee hebben projectontwikkelaars een handzaam overzicht met richtlijnen groen. De gemeente zal de beleidskaders gebruiken bij het beoordelen van nieuwe projectvoorstellen.
Pagina 4 van 25
Visie op groen (Betreft op hoofdlijnen visie groen zoals vastgesteld GSP 2009) De visie op groen wordt door vier pijlers gedragen. 1. Karakter en identiteit van IJsselstein De woorden karakter en identiteit zijn belangrijke begrippen die iets zeggen over de samenhang van het groen en de sfeer van de totale openbare ruimte. In IJsselstein wordt betekenis gegeven aan deze begrippen doordat stevige boomstructuren kenmerkend zijn langs de wegen, dat oude hoogstam boomgaarden onderdeel vormen van de stad en het stadsgroen en dat het landschap de drager is van de stedelijke en groene structuur. Het is groen waarin de cultuurhistorische waarden naar voren komen, waarmee het karakter en identiteit van IJsselstein vorm wordt gegeven. Het is belangrijk de waardevolle kenmerken in de karakteristieke IJsselsteinse groenstructuur te behouden, beschermen en te verbeteren. 2. Natuur Er is grote waardering voor de waarden van de natuur. De ligging van IJsselstein in het landelijke gebied van de Lopikerwaard en de EHS verbinding bieden veel potentiële mogelijkheden voor het verhogen van deze natuurlijke waarden in de stad. De mogelijkheden moeten worden benut voor het creëren van geschikte leefgebieden voor planten en dieren binnen de bebouwde kom, zowel in kwaliteit als in kwantiteit. En daarbij en bijdrage te leveren aan de biodiversiteit van IJsselstein. Dit is niet op alle locaties mogelijk, maar waar mogelijk wordt serieus gekeken of het groen in en aan de randen van de stad zo kan worden beheerd zodat voor planten en dieren geschikte leefgebieden ontstaan. 3. Stad en landschap De verbinding tussen de stad en landschap zijn stedenbouwkundig gelegd. Vanuit de geschiedenis speelt het ontstaan en de eigenschappen van de grond een voorname rol in het gebruik en het uiterlijk van het landschap. Belangrijke kenmerken die gebaseerd zijn op de eigenschappen van de grond en het gebruik zijn de diverse oude wegen en historische elementen in de stad zoals de Poortdijk met de Uitspanning of de Paardenlaan met oude Lindebomen. De huidige situatie laat zien ste dat vele van deze elementen worden begeleid met boomstructuren bestaande uit bomen van de 1 de en 2 omvang. Het is de ambitie de verbinding tussen de stad en het landschap te behouden en te versterken. Dit gebeurt onder andere door onderbroken lanen aan te vullen, de toegankelijkheid en bruikbaarheid van het groen te verbeteren, kleine landschapselementen te verbeteren en de overgang van stad naar landschap te accentueren en te benadrukken. Daarnaast worden verbindingen gelegd met de Ecologische Hoofdstructuur van de provincie. 4. Waardevol, bruikbaar en leefbaar De stedelijke problematiek en claims op het groen in de openbare ruimte en binnen de rode contouren wordt groter. Het is zaak een goede balans te vinden tussen “rood”, “groen” en “blauw” waarbij gekeken wordt naar de lokale situatie. De inzet is om de openbare ruimte bruikbaar, waardevol en daarmee de wijken leefbaar te houden. De waarde van groen zit enerzijds in de functionaliteit en anderzijds in de technische kwaliteit, met andere woorden: de waarde zit in een goed ontwerp en een adequaat beheer. De mate van toegankelijkheid van het groen is voor de bruikbaarheid een wezenlijk onderdeel. Een integrale benadering (IBOR systematiek) van het groen en de rest van de openbare ruimte is bij deze pijler noodzakelijk. Investeren in groen is investeren in welzijn, woon en vestigingsmilieu. Groen is een waardevol goed en zeer belangrijk bij het leefbaar houden van de stad, stadsmilieu (temperatuurverlaging) en waterschapstaken (afwatering).
Pagina 5 van 25
Vanuit de verschillende pijlers worden een aantal aandachtspunten beschreven die zijn betrokken bij het opstellen van de omvormingsplannen. Het is de bedoeling dat bij de uitvoering van de uitvoeringsplannen rekening wordt gehouden met en indien mogelijk uitvoering wordt gegeven aan de aandachtpunten die vanuit de visie zijn gedestilleerd. Aandachtspunten. Vanuit de pijler Karakter en Identiteit worden de volgende aandachtspunten meegegeven:
De bebouwingslinten tot een geheel maken en visueel doortrekken met groen en laanbomen, Aandacht voor en verbetering van de oude boomgaarden, Het completeren van de boomstructuren, Aandacht voor karakter en historie bij nieuwe projecten o.a. Kasteelterrein, Landschap is drager voor de stedenbouwkundige en de groenstructuur, Bevorderen van diverse soorten oude bomen in de openbare ruimte.
Vanuit de pijler Natuur worden de volgende punten meegegeven:
Het groen en langzaam verkeerroutes van IJsselstein laten aansluiten op het Groot groengebied Aanbrengen verbindingen tussen EHS (Ecologische Hoofdstructuur) (bijlage 3) en het groen binnen de stad,
Vanuit de pijler Stad en landschap worden de volgende punten meegegeven:
Op de ontbrekende locaties de relatie tussen stad en land aanbrengen (Bijlage 3), Verbeteren boomstructuren langs de historische linten in buitengebied, Verbeteren van de kwaliteit van landschapselementen.
Vanuit de pijler Waardevol, bruikbaar en leefbaar worden de volgende punten meegegeven:
Aandacht voor duurzaam groen bij nieuwe projecten, Aandacht voor vormgeving van rotondes, Integraal beheerkwaliteitsplan (IBOR), Ondergrondse standplaatsverbetering bomen.
Pagina 6 van 25
Proces en participatie De omvorming van groen vindt plaats door heel IJsselstein, maar is tegelijkertijd lokaal. In het besluit ten aanzien van de ‘notitie omvorming openbare ruimte’ is bepaald dat de vraagstukken in samenwerking met direct betrokken omwonenden worden opgepakt. Dit sluit aan bij het uitgangspunt om inwoners bij hun woonomgeving te betrekken en hun wensen mee te nemen. De volgende werkwijze is gevolgd: Medewerkers van Realisatie & Beheer hebben op kaart aangegeven op welke plekken zij willen omvormen. Dit zijn de plekken waar relatief (te) veel onderhoudsinspanning nodig is om de afgesproken onderhoudskwaliteit te behalen. Daarnaast is aangegeven welke bomen in een slechte staat verkeren of overlast veroorzaken. Deze voorstellen zijn gecontroleerd, aangevuld en aangepast. Daarbij is de hele openbare ruimte bekeken, zowel door de groenontwerper als de bomenbeheerder van de gemeente. Hierbij is een bredere afweging gehanteerd, zoals in het hoofdstuk ‘Voorstellen op hoofdlijnen’ is omschreven. De voorstellen zijn op kaart gezet en er zijn lijsten gemaakt van de voorstellen met reden voor aanpassing. Deze voorstellen zijn in 2013 middels bijeenkomsten met de inwoners besproken. De bijeenkomsten zijn over het algemeen druk bezocht; een schatting is tussen de 100 en 200 mensen per bijeenkomst. Voorzichtig geschat kwamen minimaal 800 inwoners uit heel IJsselstein op de 7 inloopbijeenkomsten van de eerste ronden. e
Alle reacties zijn beoordeeld en waar mogelijk verwerkt in de voorstellen. Het 2 concept is opnieuw gepubliceerd op de gemeentelijke website. Daarnaast zijn de kaarten met de voorstellen in de hal e van het gemeentehuis ter inzage opgehangen. Op deze 2 serie bijeenkomsten zijn minder mensen gekomen, de inschatting is circa 200-250. Op basis van de reacties op deze ronde zijn de definitieve voorstellen opgesteld. Vanuit het comité ‘Stop Bomenkap IJsselstein’ is in 2013 aan het college en Cluster Ruimte de vraag gesteld om een deskundigenplatform rondom biodiversiteit op te richten. Het groenplatform IJsselstein is opgericht met o.a. vertegenwoordigers van de Vogelwacht, IVN en bijenvereniging. Het GPIJ heeft geparticipeerd in het traject voor het opstellen van de beleidskaders Groen Biodiversiteit (Bijlage 2). Tevens heeft het GPIJ de kans gekregen om hun zienswijze te geven op de ingetekende omvormingsplannen. Dit traject heeft geresulteerd in het nu voorliggende uitvoeringsplan. Na besluitvorming door de Raad worden de plannen gepubliceerd op de gemeentesite. Via de gemeentepagina Zenderstreeknieuws, gemeentesite en gemeentelijke nieuwsbrief worden de inwoners op de hoogte gebracht van de plannen. Tijdens de uitvoering van het omvormen van heestervakken en kapen van bomen worden de direct omwonenden geïnformeerd.
Pagina 7 van 25
Voorstellen op hoofdlijnen De maatregelen in het uitvoeringsplan voor de omvormingen hebben betrekking op de volgende onderdelen. Bomen De voorstellen voor het verwijderen en vervangen van bomen zijn de meest ingrijpende van de uitwerking van de notitie omvorming. Het betreft aanzienlijke aantallen bomen en is daarmee zichtbaar in de stad. IJsselstein heeft op dit moment ongeveer 16.000 bomen. In 2006 in de Leidraad Bomen (bijlage 1) en in 2009 in het Groenstructuurplan zijn knelpunten ten aanzien van de bomenstructuur in IJsselstein omschreven. De omvormingen en voorgestelde maatregelen moeten er voor zorgen dat deze knelpunten in de toekomst worden voorkomen. De knelpunten op een rij gezet:
Te veel bomen zijn aangeplant op te korte afstand van elkaar en van bebouwing. In diverse lanen staan de bomen zo dicht op elkaar dat een continue concurrentie om water en licht plaatsvindt. Elke individuele boom heeft daardoor relatief weinig kroonvolume. Bij gebouwen veroorzaken de bomen schade aan gebouw of fundering. Bomen staan op of vlakbij kabels- en leidingentracés. De boomwortels veroorzaken schade aan de leidingen, terwijl werkzaamheden en opgraven van leidingen schade aan bomen en boomwortels veroorzaakt. Bomen staan op of vlakbij riolering en veroorzaken schade doordat wortels in de riolering groeien. Veel bomen in verharding zijn minder vitaal en hebben groeiproblemen. De boomspiegels zijn regelmatig te klein. De bomen hebben last van de verdichting van de ondergrond door verharding en auto’s, waardoor ze onvoldoende wortelen. Waar bomen dicht op de weg en verhardingen staan is er kans op aanrijschade en een opgedrukte verharding. IJsselstein heeft weinig oude bomen oftewel maar weinig bomen bereiken een hoge leeftijd. Dit komt o.a. doordat relatief veel snelle groeiers zijn aangeplant met een korte levensduur. Met name in IJsselveld zijn veel ‘snelle groeiers’ geplant, met de bedoeling om deze te verwijderen zodra ze volwassen waren (20-30 jaar).
Bij de planvorming is rekening gehouden met de belangrijke waarden van de boomstructuur, met name:
Boomstructuren langs de wegen. De boomgaarden en fruitbomen zijn belangrijke historische elementen.
Het doel is om een gezonde, vitale en duurzame boomstructuur voor de toekomst te realiseren. Dit betekent dat individuele bomen een plek hebben in deze structuur waar ze tot volle wasdom kunnen komen en voldoende boven- en ondergrondse ruimte hebben om hun natuurlijke habitus en omvang te bereiken. De gemeente IJsselstein heeft een lijst met bijzondere bomen. Vanuit deze lijst is één boom op de lijst van te kappen bomen terecht gekomen. Het betreft een kastanjeboom die ziek is. In de ‘Leidraad bomen’ (2006) zijn richtlijnen benoemd voor ‘toekomstbomen’; bomen die lange tijd meekunnen. Centraal daarin staat het creëren van een goede standplaats passend bij de grootte
Pagina 8 van 25
van de boom. Dit betekent voldoende ruimte bovengronds (onderlinge afstand, afstand tot gevels, tot verharding, etc.), ondergrondse ruimte, boomspiegel en breedte van het plant vak. Bij het opstellen van de omvormingsplannen is gekozen voor een kwalitatieve benadering. Van alle bomen is bekeken wat er bekend is van de huidige staat, of er meldingen zijn van overlast, of ze momenteel in goede vitale staat verkeren en of de plek een goede groeiplaats biedt. Natuurlijk is ook de beeldkwaliteit en de plek in de groenstructuur daarbij afgewogen. Met name het in stand houden van de laanstructuren heeft daarbij aandacht. De (toekomstige) kwaliteit van bomen is daarbij verkozen boven het aantal bomen. Al deze afwegingen samen leiden uiteindelijk tot de voorgestelde maatregelen. Voor de bestaande bomen zijn de leidraad-richtlijnen soepel geïnterpreteerd. Bij een hele strikte toepassing moeten meer bomen worden verwijderd, bijvoorbeeld omdat ze te dicht bij gevels staan. Dit is nu per situatie beoordeeld. Rooien van bomen (Nu 16.000) Een aanzienlijk deel van de voorstellen betreft het rooien van bomen en daarna niet vervangen. Hiervoor is doorgaans gekozen bij een combinatie van slechte vitaliteit en een slechte standplaats. Daarnaast gaat het om bomen die wijken om ruimte te maken voor anderen.
Bomen met een slechte vitaliteit; ze leven nog wel, maar groeien niet (kwarren). Bomen die overlast veroorzaken aan gebouwen, ondergrondse of bovengrondse infrastructuur. Over dergelijke bomen zijn vaak klachten over de schade en overlast. Het gaat om bomen die te weinig afstand hebben tot rioleringen, verhardingen en gebouwen. De grootste prioriteit zijn bomen die nu al schade veroorzaken. Omdat een nieuwe boom op deze plekken op termijn dezelfde problemen veroorzaakt worden hier geen nieuwe bomen geplant. Andersom zorgen werkzaamheden aan de weg, riool of kabels en leidingen ook schade aan bomen, bijvoorbeeld door kappen van wortels. Daar waar bomen te weinig ruimte hebben om volwaardig uit te groeien (ondergronds of bovengronds) en zijn natuurlijke habitus te ontwikkelen. Een voorbeeld van te weinig ruimte zijn bomen in lanen of in boomgroepen die dicht op elkaar zijn geplant. Als deze bomen ouder worden ontstaat veel dood hout door lichtgebrek. Binnen de laan en boomgroep worden toekomstbomen aangewezen. Deze blijven staan, waarbij de dichtbijstaande ‘buur’ bomen worden gerooid. Dit geeft de toekomstbomen de ruimte. Ondanks dat het een aanzienlijk aantal bomen betreft is de verwachting dat de gezamenlijke kroonomvang zich voor een groot deel herstelt.
Geen reden voor kap zijn overlast door pollen en zaden, luizen, ziektes en plagen die geen gevaar opleveren, normale bladval, en (lichte) schade door vallende zaden en vruchten. Voor de aanpak van de bomen geldt een prioriteitsvolgorde die wordt ingegeven door de volgende afwegingen: 1. Veiligheid, bomen die gevaar opleveren of waarvoor het claimrisico toeneemt moeten worden verwijderd. Bij acute gevaarzetting wordt niet gewacht, maar direct verwijderd. 2. Samenloop met grotere en civieltechnische projecten. 3. Gemaakte afspraken over het verwijderen van bomen in geval van overlast of schade. 4. Bereiken van de taakstelling op de onderhoudskosten. 5. Spreiding van aanpak over de wijken en jaren om kaalslag zoveel mogelijk te voorkomen. Heesters, hagen en gras. (Nu 373.000 m2)
Pagina 9 van 25
De redenen voor omvorming heesters, hagen en gras en de gekozen oplossingen op hoofdlijnen zijn:
Heesters: o IJsselstein heeft heestervakken waarvan de beplanting is ‘versleten’. De beplanting is aan het aftakelen, de vitaliteit is verdwenen. Er vallen gaten in de beplanting. Het beeld is niet meer in stand te houden. De oplossing is het omvormen naar gras/gazon of in opnieuw aanplanten (vervangen heesters). o Hardnekkige (wortel)onkruiden (heermoes, kweekgras, zevenblad) in een vak maken dat het vak niet meer onderhoudbaar is op het afgesproken niveau. De oplossing is het vak (tijdelijk) omvormen naar gras. Pas als de onkruiden zijn verdwenen uit de grond kan een vak opnieuw worden aangeplant met heesters. o Er zijn vakken waar de toegepaste soorten niet passen. In diverse wijken is bij de ontwikkeling van de wijk gebruik gemaakt van snel- en hooggroeiend groen om op een kortere termijn een groen uiterlijk te verkrijgen. Deze beplanting wordt nu vaak te hoog en te breed, waardoor o.a. problemen optreden met sociale veiligheid. Er moet in dergelijke vakken (te) vaak worden ingegrepen om paden toegankelijk te houden of zichtlijnen (verkeer, vanuit woningen) vrij te houden. Het leidt tot oneigenlijke onderhoudsmaatregelen, zoals het afmaaien van heestervakken om enige controle te houden. Oplossing is vervangen waar beplantingen gewenst zijn met passende soorten of door gras/gazon. Dit is een correctie van de ooit gekozen inrichting. o In beperkte mate worden heesters ook omgevormd tot bestrating. Dit betreft doorgaans smalle strookjes tussen parkeerplaatsen of kleine hoekjes bij paden.
Hagen: o Hagen zijn karakteristieke elementen in een aantal buurten van IJsselstein. Ze vragen echter aandacht om mooi te blijven en zijn daardoor relatief duur in onderhoud. Er is daarom kritisch naar het areaal hagen gekeken en waar deze weinig toevoegen aan de karakteristiek en identiteit (bijvoorbeeld omdat er 2 hagen naast elkaar staan) en geen andere functie vervullen, zoals afscherming. Het betekent veelal dat de haag wordt verwijderd en het aanliggende gras wordt uitgebreid.
Gras: o
o
Voor de grootste oppervlakte omvorming wordt gazon (kort gemaaid gras) omgevormd naar een langer natuurlijker gras. Dit gebeurt vooral bij grotere oppervlakten en betekent dat het gras een gevarieerder, natuurlijker beeld krijgt. In enkele gevallen wordt gras ook omgevormd naar heesters of haag, bijvoorbeeld om een afscheiding te maken of aan te sluiten bij andere beplanting.
Niet alle heestervakken met een slechte vitaliteit of veel onkruid zijn opgenomen in de lijst voor omvorming. Er zijn ook vakken waar extra onderhoudsinspanning (inhaalslag) nodig is om de te lage kwaliteit op te heffen. Door heesters eens in de vier jaar tot kort bij de grond te snoeien wordt een besparing gerealiseerd. Dit heeft ertoe geleid dat ten opzichte van de eerste omvormingsplannen 3500 vierkante meter heesters niet hoeft te worden omgevormd .
Speeltoestellen, banken en afvalbakken
Pagina 10 van 25
Het verminderen van de hoeveelheid te onderhouden meubilair is een maatregel die direct effect heeft op de kosten. Maar banken, afvalbakken en speeltoestellen zijn ook niet voor niets geplaatst. Er heeft daarom een zorgvuldige afweging plaatsgevonden naar gebruik en spreiding van de voorzieningen. De voorgestelde maatregelen betreffen het verminderen van het aantal banken, afvalbakken en speeltoestellen in de openbare ruimte. Bij de afweging tot verwijderen is de afweging gemaakt over de mate van gebruik en de spreiding. Indien een bank, afvalbak of speeltoestel weinig wordt gebruikt komt deze voor verwijdering in aanmerking. Vervolgens is gekeken of er in de omgeving dan voldoende overblijft en een spreiding blijft over IJsselstein. Speeltoestellen In IJsselstein staan 570 speeltoestellen, zowel geconcentreerd op grotere speelplaatsen als verspreid in de buurten. Afwegingen voor het verminderen van het aantal toestellen zijn: o o o
Beperkte speelwaarde (bijvoorbeeld eenzame wipkippen); Ligging en bereikbaarheid; Alternatieve speelvoorzieningen in de omgeving
De voorgestelde maatregelen betreffen het weghalen van verspreide speeltoestellen, die vaak alleen of met een of twee andere toestellen op een veldje of in een straat staan. Vaak is de speelwaarde van die kleine speelplekken gering en ze worden verwijderd indien in de omgeving andere speelplekken te vinden zijn. Voor de kleinste kinderen kan het echter betekenen dat de speelplek die ze zelfstandig kunnen bereiken in de directe woonomgeving, verdwijnt. De toestellen worden niet meer vervangen. Dit betekent dat ze worden verwijderd op het moment dat ze vernieuwd moeten worden en niet meer aan de veiligheidsnormen voldoen (hetzij versleten, hetzij beschadigd of vernield). In z’n totaliteit gaat het over 58 kleinere speelplekken die verdwijnen. Indien zich buurtbewoners melden die de speelplek willen adopteren, wordt dat waar mogelijk gehonoreerd. Bij vervanging van speeltoestellen worden, indien dit binnen de financiële kaders past, natuurlijke speeltoestellen geplaatst. Afvalbakken In IJsselstein staan zo’n 322 afvalbakken. De voorstellen voor het weghalen van afvalbakken betreft weinig gebruikte bakken en plekken met meerdere bakken bij elkaar. Tijdens de inloopbijeenkomsten is de tegenstrijdigheid met de opruimplicht in het hondenbeleid genoemd. Mensen geven aan ook waar geen opruimplicht is, toch de afvalbak daarvoor te gebruiken. Ook in de raad is de wens uitgesproken om juist bakken bij te plaatsen (kadernota 2014). De afweging voor het verwijderen van afvalbakken moet daarom opnieuw worden gemaakt bij het nog op te stellen hondenbeleid. De voorstellen voor het verwijderen van afvalbakken worden daarom voorlopig niet in de uitvoering opgenomen. Banken In IJsselstein staan zo’n 200 banken. Of een bank wel of niet kan blijven staan is afgewogen op:
De gebruiksfrequentie; De ligging van de banken en afvalbakken t.o.v. wandel- en fietsroutes en speelplekken. De ligging van de banken op weg naar het centrum.
Pagina 11 van 25
Waar deze weinig wordt gebruikt of met meerdere bij elkaar staan worden banken niet meer vervangen. Er worden stapsgewijs 42 banken verwijderd of niet meer vervangen. Voordat we starten met het verwijderen van bankjes wordt nog een keer overlegd met vertegenwoordigers van de ouderen over welke banken zeker moeten blijven staan om de mobiliteit van den ouderen te beschermen. Zelfbeheer en verkoop De gemeente IJsselstein biedt al langere tijd de mogelijkheid aan inwoners om delen van de openbare ruimte in eigen beheer te nemen of om –daarvoor geschikte stukken- te kopen. In het kader van de omvorming en de communicatie over deze plannen is ook de aanbieding van zelfbeheer en de verkoop van grond onder de aandacht gebracht. Zelfbeheer Bij zelfbeheer krijgen bewoners van Ijsselstein meer directe invloed op hun eigen omgeving, waardoor men de openbare ruimte beter kan laten aansluiten op de eigen wensen. De randvoorwaarden zijn dat de ruimte openbaar (dus voor een ieder toegankelijk) blijft en dat een wijziging in inrichting in overleg met de gemeente plaatsvindt. Voor het zelfbeheer wordt een overeenkomst afgesloten. Een voorbeeld van een dergelijke afspraak is dat heesters niet worden omgevormd tot gras als de aanwonenden het onderhoud (schoffelen, snoeien) overnemen. Zij mogen andere beplanting aanbrengen, maar niet de strook bij hun tuinen trekken. In hofjes met kleine, versnipperde stukjes openbaar groen kunnen bewoners door het beheer zelf over te nemen de eigen woonomgeving veel aantrekkelijker maken dan mogelijk is met door de gemeente onderhouden groen. Verkoop Groenvakken die weinig betekenis hebben voor de groenstructuur en in de toekomst niet nodig zijn voor openbare functies kunnen worden verkocht. Het mes snijdt dan aan twee kanten. De kopers krijgen een grotere tuin, en de gemeente verkleint het areaal openbaar groen dat ze moeten onderhouden. Bij elke aanvraag voor verkoop wordt een afweging gemaakt. Niet verkocht wordt: o o o o
Groen dat niet grenst aan het eigendom van de aanvrager; Groen dat behoort tot de hoofdgroenstructuur of van belang is voor de stedenbouwkundige structuur. Groenstroken die in de toekomst nog nodig kunnen zijn als openbare grond, bijvoorbeeld voor parkeerplaatsen. Groenstroken waarin kabels of leidingen liggen.
Op de kaarten met omvormingsvoorstellen zijn stukken grond opgenomen die aan deze voorwaarden voldoen. Een deel van deze groenvakken wordt, indien ze niet worden verkocht, conform de plannen omgevormd.
Pagina 12 van 25
Uitvoering 2014/2015 fase 1 Met de maatregelen in 2014/2015 wordt getracht een zo groot mogelijk deel van de besparingen op beheer en onderhoud te realiseren en daarmee aan de taakstelling te voldoen. Deze fase wordt gekenmerkt door de aanpak van onveilige bomen en de omvormingen van overlast gevende heesters en groen. Financiering omvorming Voor fase 1 is € 196.000 beschikbaar (najaarsrapportage 2014), het betreft middelen ‘ uitgestelde prestaties’ voorjaarsrapportage 2014. Met de inzet van deze middelen verwachten wij een belangrijk deel van de taakstelling ‘ Keuzes maken’ te kunnen realiseren. Maatregelen In tabel 1 staan de geplande omvormingen voor het voorjaar 2015. Uitgaande van de beschikbare middelen voor de uitvoering is de doelstelling om onveilige en onbeheersbare situaties op te heffen én een zo groot mogelijk deel van de taakstelling te bereiken. Fase 1 2015
Investering (eenmalig
Bomen verwijderen (250)
Besparing op onderhoud structureel 50.000
7.000
Bomen verwijderen projecten (230)
6.440
Bomen vervangen (112)
56.000
0
3.000
(neg.) 280
(11.75/m2) 86.500
(0.92/m2) 6.770
Bomen planten (10) Heesters en hagen omvormen (7.360m2) Bepaalde heestervakken worden voortaan elke vier jaar kort afgesnoeid i.p.v. behandeld als blokhaag Gazon naar lang gras omvormen
1.750 500
350
Banken verwijderen (43 op termijn)
3.500
Speelplekken opheffen (58 op termijn)
14.000
Zelfbeheer/verkoop
4.375
Totaal
196.000
43.905
Na de winter 2014-2015 zijn de meeste onveilige, dode en in slechte staat verkerende bomen verwijderd. Omvormingskosten De omvormingskosten voor FASE 1 betreffen € 196.000. Dit zijn beschikbare middelen en na besluitvorming gemeenteraad wordt een groot deel van het werk aanbesteed. In de planning zal dit eind 2014/begin 2015 gebeuren.
Pagina 13 van 25
Taakstelling Met de investering van de beschikbare middelen kan in fase 1 bijna de helft van de taakstelling worden gerealiseerd in 2015. Het grootste deel van de besparingen komt voort uit het omvormen van bomen, heesters en het verwijderen van meubilair als banken en speelvoorzieningen.
Uitvoering 2015/2016 fase 2 Fase 2 moet zorgen dat de volledige taakstelling van € 93.000 wordt bereikt. De uitvoering van de maatregelen is gepland voor 2015/2016. Financiering omvorming Zoals in de notitie omvorming al is aangegeven zijn investeringen nodig om de taakstelling te kunnen behalen (frictiekosten). De kosten van investeringen voor fase 2 worden geraamd op € 308.734. Maatregelen In tabel staan de geplande omvormingen voor fase 2, uitvoeringsperiode winter 2015-2016. Om de taakstelling te bereiken worden bomen, afvalbakken en speelvoorzieningen verwijderd en worden heesters vervangen. Hierdoor worden de resterende beplantingen in slechte technische staat aangepakt. Met het uitvoeren van de maatregelen in fase 2 is daarbij ook een slag gemaakt in de verbetering van heesters en hagen. Aangenomen is dat ook in 2015 nog gronden in zelfbeheer worden gegeven en worden verkocht. Fase 2 2016
Investering
Bomen verwijderen (450)
Besparing 90.000
12.600
Bomen verwijderen projecten (70)
-
1.960
Afvalbakken verwijderen (42)
-
11.750
53.000
14.383
(11.75/m2) 165.734
(0.92/m2) 12.977
-
4.375
308.734
58.045
Nader in te vullen, bv bomen verw (265) Heesters en hagen omvormen (14.105m2) Zelfbeheer / verkoop Totaal
Omvormingskosten De omvormingskosten voor FASE 2 betreffen € 308.734. Daarvan gaat het grootste deel naar het verwijderen van bomen ( besparing 450 bomen ad € 28 per jaar structureel) en het vervangen van heesters. Taakstelling Met de investering van de beschikbare middelen in fase 2 kan het resterende deel van de taakstelling worden gerealiseerd in 2016. De besparingen komen met name voort uit het verwijderen van bomen en daarnaast het omvormen van heesters en het verwijderen van meubilair als afvalbakken en speelvoorzieningen. Ook is een buffer opgenomen om tijdens de uitwerking van de e 2 fase te kunnen anticiperen op verzoeken van inwoners en betrokken partijen.
Pagina 14 van 25
Communicatie Voordat projecten worden uitgevoerd worden omwonenden op de hoogte gebracht. Communicatie verloopt op verschillende manieren. De inwoners van IJsselstein worden via Zenderstreeknieuws, gemeentelijke internetpagina en nieuwsbrief op de hoogte gesteld over de plannen. De plannen kan men via de gemeentepagina op internet inzien, indien gewenst kan men ook een afspraak maken op het stadhuis. Daarnaast worden de direct omwonenden op de hoogte gebracht op het moment dat er bomen worden gekapt of heestervakken worden omgevormd.
Groenplatform IJsselstein Het groenplatform IJsselstein is een platform van deskundigen waarin o.a. het IVN, IJsselsteinse Bijenvereniging, Vogelwacht Utrecht en Bomen Ridders zijn vertegenwoordigd. Het platform is gevraagd mee te denken over de invulling van de uitvoeringsplannen. Dit is een lastige positie gebleken voor het GPIJ. Men wil aan de ene kant graag meedenken over het groenbeleid van de gemeente IJsselstein, maar men wil liever niet meewerken aan een bezuinigingsoperatie op het groen. Toch is het gelukt om binnen dit spanningsveld invulling te geven aan de beleidskaders (bijlage 2) bij de uitvoering omvorming groen. En men is zeer nauw betrokken geweest bij de definitieve plannen voor de omvorming. Over de omvormingsplannen voor Fase 1 is op grote lijnen overeenstemming bereikt, over de omvormingsplannen voor fase twee wordt op detailniveau nog overleg gevoerd. Het GPIJ is tevreden over de wijze waarop de samenwerking gestalte heeft gekregen en ziet uit naar de afronding van het traject omvorming groen. Vervolgens wil men de blik op de toekomst richten, daarbij is de afspraak gemaakt dat het GPIJ in nauwe samenwerking met de gemeente stapsgewijs voorstellen gaat ontwikkelen om te komen tot een gezonde, vitale en duurzame groenstructuur. Hierover worden in het voorjaar 2015 nadere afspraken gemaakt.
Pagina 15 van 25
Bijlage 1. Tabel richtlijnen leidraad bomen
Pagina 16 van 25
Bijlage 2. Beleidskaders ’Groen’ (Bio-diversiteit) Inleiding In 2010 heeft de gemeenteraad een besluit genomen m.b.t. ‘Keuzes maken’. Een onderdeel van dit besluit betreft het realiseren van een besparing op het beheer en onderhoud van het groen. Met het invoeren van het IBOR, het beeldkwaliteitsplan op het beheer en onderhoud van de openbare ruimte is het grootste gedeelte van de besparing gerealiseerd. Het resterende deel van de taakstelling betreft het omvormen van de openbare ruimte. Middels omvorming wordt een taakstelling van structureel € 93.000 per jaar gerealiseerd. In de programma begroting 2014 is opgenomen dat hiervoor een beleidskader biodiversiteit wordt opgesteld. Dit beleidskader wordt ingezet als richtlijn bij het opstellen van de uitvoeringsplannen ‘omvorming’. Daarbij is het de wens van het GPIJ om de beleidskaders in de toekomst te gebruiken als richtlijn bij het opstellen van projectplannen in de openbare ruimte. Wij hebben het beleidskader biodiversiteit ondergebracht in een bredere notitie ‘Beleidskaders Groen’ waarin alle beleidskaders, die zijn gehanteerd bij het opstellen van de omvormingsplannen, zijn opgenomen. Naast de beleidskaders is een groenstructuurkaart opgesteld waarop de belangrijkste laanstructuren, boomgaarden, ecologische hoofdstructuur en groene verbindingen met het buitengebied staan aangegeven. In 2013 en 2014 heeft regelmatig overleg plaatsgevonden met het Groen Platform IJsselstein. Daarbij is uitgebreid stilgestaan bij de beleidskaders Groen en men heeft ook bijgedragen aan het leveren van input op de verschillende beleidskaders. Dit is een lastige rol voor het GPIJ. Aan de ene kant is men kritisch over de plannen van de gemeente m.b.t. tot de omvorming/projecten en aan de andere kant heeft men er belang bij dat als deze plannen daadwerkelijk worden uitgevoerd dit zoveel mogelijk gebeurt in lijn met heldere beleidskaders. Bij het opstellen van de nu voorliggende notitie heeft de GPIJ actief geparticipeerd en in belangrijke mate is het GPIJ het eens met de nu voorliggende beleidskaders. Tegelijkertijd heeft men aangegeven dat men van mening is dat de nu voorliggende notitie niet ver genoeg gaat. Het G.P.IJ heeft behoefte aan instrumenten waarmee de plannen van de gemeente in de openbare ruimte (groen en gebouwen) getoetst kunnen worden. Echter men realiseert zich goed dat de huidige notitie in belangrijke mate is opgesteld ten behoeve van de opdracht ‘Omvorming groen’. Het beleidskader Groen betreft een levend document dat tweejaarlijks wordt geëvalueerd in samenwerking met het GPIJ en indien nodig aangepast aan nieuwe inzichten en ervaringen. Tevens wordt getracht om lerende wijs de beleidskaders meer SMART te formuleren.
Pagina 17 van 25
Beleidskaders ‘Groen’ 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Sober en doelmatig Kwaliteit voor kwantiteit Gebruikswaarde en veiligheid Beheersbare openbare ruimte Beeldkwaliteit, karakteristiek en identiteit Biodiversiteit Luchtkwaliteit en gezondheid Voorkomen van kaalslag Invloed op de eigen woonomgeving Bestrijding ongewenst groen (onkruidbestrijding)
1. Sober en doelmatig Een sobere en doelmatige inrichting met een bijpassend beheer en onderhoud vormen het uitgangspunt. Het doel is te komen tot een gezonde en toekomstgerichte groenstructuur. Een dergelijke groenstructuur geeft de diverse beplantingen, als heesters, bomen en hagen, voldoende ruimte en groeiplaats, zodat ze voor langere tijd in stand kunnen worden gehouden. Onnodig ingrijpen en onderhoud door ‘overkoken’ van groenvakken, schade aan bovengrondse of ondergrondse infrastructuur of overlast bij gebouwen, wordt hierdoor zo veel mogelijk voorkomen. Daarbij wordt aangesloten bij het door de raad vastgestelde beheerkwaliteitsplan. 2. Kwaliteit voor kwantiteit Uitgangspunt is liever één element met een hoge kwaliteit dan meerdere met een lage kwaliteit. Dit betekent kiezen voor een bruikbare bank in plaats van twee onverzorgde banken, maar ook voor het weghalen van bomen die zeer dicht bij elkaar staan en elkaar beperken in de groei. Een boom moet de ruimte hebben om oud te worden en uit te groeien met zijn natuurlijke kroonvolume en habitus. 3. Gebruikswaarde en veiligheid Vanuit de toekomstvisie van IJsselstein wordt aandacht gevraagd voor de gebruikswaarde van het groen in de woonwijken. Groen is er niet alleen om naar te kijken en voor het zicht, maar ook als plek voor spelen, ontmoeting en vertier. In de directe woonomgeving gaat het daarbij natuurlijk om de wensen van de bewoners. Een groene omgeving heeft ook een economische waarde, woningen zijn meer waard in een groene omgeving. De gemeente heeft een wettelijke zorgplicht voor de openbare ruimte. Veiligheid vormt daarom altijd een belangrijke afweging. Mensen in een groene omgeving zijn minder snel geïrriteerd en zodoende minder snel geneigd om agressief gedrag te vertonen. Ingrijpen is noodzakelijk als er direct gevaar is, zoals takken die op de weg vallen. Maar ook ten aanzien van sociale veiligheid, verkeersveiligheid en speelveiligheid speelt groen een rol. Afscherming of juist overzicht zijn daarbij afwegingen. 4. Een beheerbare openbare ruimte Doelstelling is om te komen tot duurzaam (voor langere periode) en efficiënt te beheren groen. De omvorming vormt een inhaalslag voor het openbare groen. Om het groen op het
Pagina 18 van 25
afgesproken onderhoudsniveau te onderhouden moet de uitgangssituatie voldoende zijn. Momenteel voldoet een deel van areaal groen hier niet aan. Waar de kwaliteit te laag of juist te hoog is moet door middel van de omvorming naar ander areaal, verwijderen of door middel van extra onderhoud een voldoende uitgangssituatie worden bereikt. Dit is zowel noodzakelijk om het onderhoud voor de beschikbare budgetten en mankracht te kunnen uitvoeren én voor de overdracht naar RMN. 5. Beeldkwaliteit, karakteristiek en identiteit Het openbare groen is een belangrijk onderdeel van de identiteit en uitstraling van IJsselstein. De toekomstvisie 2025 geeft aan dat historie en groen als beeldbepalende elementen voor de stad meer tot uitdrukking moeten komen. Het groenstructuurplan (2009) beschrijft deze karakteristieken en waarden. De omvormingsvoorstellen moeten aansluiten bij deze identiteit en deze voor de toekomst behouden en bestendigen. Hoofdonderdelen van deze karakteristiek zijn o.a.: Stevige boomstructuren langs de wegen. Het onderliggende landschap als drager van de groene structuur met het groene buitengebied dichtbij. De ecologische verbindingszones zijn van belang. De groene door-adering binnen en tussen de wijken en met de groene verbindingen naar het buitengebied; Herkenbare verschillen in de wijken in uiterlijk en sfeer. Fruitbomen en de hoogstamboomgaarden als onderdeel van de stad. De structuur moet bijdragen aan de doelstelling uit het groenstructuurplan om te zorgen voor meer oude bomen in de stad, door de keuze van soorten en standplaatsen. 6. Biodiversiteit Het effect op biodiversiteit. Uitgangspunt is dat binnen een stedelijke context, de uitvoeringsplannen zo veel mogelijk bijdragen aan het verbeteren van de biodiversiteit. In algemene zin betekent dit:
aandacht voor soortenrijkdom en gevarieerde flora. leefruimte voor vogels, insecten (bijen, vlinders) en kleine zoogdieren, door middel van nestel-, broed-, schuilgelegenheid en voedsel.
De omvormingsvoorstellen verminderen de hoeveelheid groen als gekeken wordt naar aantallen bomen en heesters. Vanuit het principe ‘kwaliteit voor kwantiteit’ is op de volgende manier rekening gehouden met de biodiversiteit:
In stand houden van lanen en boomstructuren. In laanstructuren wordt het aantal bomen verminderd, maar blijft de structuur in stand. Dit geeft de resterende bomen de ruimte om uit te groeien naar een groter kroonvolume. Van aan te planten bomen en heesters moet zorgvuldig worden bepaald welke soorten het meest bijdragen aan de soortenrijkdom of leefruimte. Dit betekent een soortenrijke(re) inrichting van het groen met aandacht voor de waarde die bomen en heesters hebben voor voedsel, schuilgelegenheid en nest/broedgelegenheid. Het groenplatform IJsselstein adviseert ten aanzien van deze keuzen. Veel van de bomen die worden verwijderd kennen een verminderde kwaliteit of staan te dicht op elkaar. Waar gezonde bomen worden verwijderd vanwege een minder geschikte standplaats wordt onderzocht (financieel/technisch) of deze kunnen worden verplaatst. Indien mogelijk wordt op de nieuwe plek direct geprofiteerd van het plaatsen van grotere bomen.
Pagina 19 van 25
De concrete invulling en specifieke doelstellingen van biodiversiteit zijn samen met het Groen Platform IJsselstein uitgewerkt. In het Groen Platform IJsselstein hebben deskundigen vanuit diverse organisaties plaatsgenomen die veel kennis hebben over biodiversiteit. In bijlage ‘Bevordering biodiversiteit in IJsselstein’ worden gewenste aandachtspunten biodiversiteit genoemd. 7. Luchtkwaliteit en gezondheid Een goede luchtkwaliteit heeft invloed op de gezondheid van de inwoners, dit is met name voor mensen met luchtwegproblemen belangrijk. De luchtkwaliteit is gebaat bij bomen, heesters en hagen, maar vooral bij grote, volwassen bomen. Ten aanzien van de luchtkwaliteit kent IJsselstein beperkt hinder en er zijn volgens de huidige gegevens lokaal geen extra maatregelen noodzakelijk. Wel is het zo dat IJsselstein zich bevindt in de fijnstof-driehoek van de A2, A12 en A27. Het accent van de voorstellen ligt op het bereiken van een kwalitatief goede en volwaardige bomenvoorraad (kwaliteit voor kwantiteit). In het groenstructuurplan is als knelpunt aangegeven dat bomen in IJsselstein weinig kans hebben om een hoge leeftijd te bereiken. De uitdaging, mede gelet op de luchtkwaliteit, ligt in het zorgen voor bomen op goede groeiplaatsen in IJsselstein, waar deze hoge(re) leeftijden en grotere kroonvolumes bereiken. Door minder, maar tevens grotere, bomen te realiseren op de doorgaande routes, wordt door een verbeterde luchtcirculatie de uitstoot van de auto’s eerder en beter verspreid. 8. Voorkomen van kaalslag Elke boom of heester die definitief verdwijnt, laat een lege plek achter. Zeker de eerste tijd na kap of omvorming zal menigeen zijn oude uitzicht missen. Het is een niet te voorkomen effect als in de groenstructuur wordt ingegrepen. Op veel plekken, zoals in de lanen of in boomgroepen, nemen de overblijvende bomen de nieuwe ruimte weer in door grotere kronen te vormen. Op andere plekken moet worden gewacht tot de nieuwe aanplant weer volume heeft. Door de maatregelen te verdelen over heel IJsselstein en in de tijd te faseren kunnen de effecten zoveel mogelijk worden verspreid. Met het opstellen en uitvoeren van onderhoudsplannen wordt voorkomen dat in de toekomst omvormingsoperaties nodig zijn i.v.m. de kwaliteit van het groen. 9. Invloed op de eigen woonomgeving In het collegeprogramma 2010-2014 wordt voor het programma woon- en leefomgeving ingezet op participatie. De gemeente wil samenwerken met bedrijven en inwoners. Uitgangspunt is dat bewoners invloed hebben op hun directe woonomgeving. In het project ‘andere kijk op groen’ is dit uitgangspunt in de planfase geweest, door inwoners van IJsselstein de gelegenheid te geven om mee te praten over de plannen en de plannen aan te passen op basis van de gegeven reacties. Daarnaast wordt de bestaande mogelijkheid om zelf onderdelen van de openbare ruimte te gaan beheren, actief gestimuleerd in de planvorming.
De inwoners van IJsselstein zijn in 2012 en 2013 nadrukkelijk betrokken bij de plannen die zijn opgesteld voor de verschillende wijken. Men heeft kennis genomen van de plannen en mede op basis van de opmerkingen van de inwoners zijn nu definitieve plannen opgesteld. Tevens hebben inwoners informatie aangeleverd over hun wensen op het gebied van het groen in de openbare ruimte, deze informatie wordt meegenomen bij het verdere jaarlijkse onderhoudsplanningen.
Pagina 20 van 25
10. Bestrijding ongewenst groen (onkruidbestrijding) Met betrekking tot de onkruidbestrijding is wetgeving in voorbereiding, waarbij het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen wordt verboden. De gemeente zal deze wetgeving volgen. In de aanloop daar naartoe worden de belangrijkste ontwikkelingen m.b.t. alternatieve bestrijdingsmethoden gevolgd. Bijlage Bevorderen Biodiversiteit Deze bijlage is een aandachtspuntenlijst van het Groen Platform IJsselstein die gebruikt kan worden bij de omvormingsplannen Groen, maar ook bij nieuwbouw- en renovatieprojecten van gebouwen en hun omgeving. Het wordt beschouwt als een levend document dat aangepast kan worden aan de actualiteit en voortschrijdende inzichten. Beplanting, snoeibeleid, maaibeleid, onderhoud van het groen
Gevarieerde, inheemse, vogelvriendelijke beplanting wat betreft solitaire bomen (meidoorn, zomereik, fruitdragende bomen etc.) hagen (haagbeuk, liguster etc.), heesters (hulst, hazelaar, sleedoorn etc.), klimplanten (hop, hedera etc.), vaste planten (koninginnekruid, judaspenning etc.), één/tweejarige planten (teunisbloem, grote kaardenbol etc.) Vogelbescherming Nederland heeft een zeer uitgebreide beplantingslijst opgesteld: www.vogelbescherming.nl/tuinvogel/tuininrichting/beplantingslijst. Denk ook aan de juiste drachtplanten voor bijen, aan vlindervriendelijke struiken en vlindervaste planten. Zowel nectarplanten als waardplanten (voedselplanten voor de rupsen). Zie hiervoor site vlinderstichting: http://www.vlinderstichting.nl/steunDVS.php?id=84 (o.a. vlinderplanten top10 ; ook geschikt voor andere insecten). Doorzoekbaar overzicht bijenplanten staat op http://www.drachtplanten.nl/. Op plaatsen waar dat mogelijk is, een mantel-/zoomvegetatie aanleggen ipv. louter gras met bomen. Dit is opeenvolgend en aansluitend, een bosschage, een laag met struiken, een (inheemse) kruidenlaag, overlopend in gras. Heeft ook veel belevingswaarde. Gefaseerd snoeibeleid bomen en struiken. (bv. niet alle knotwilgen in één jaar snoeien i.v.m. het verdwijnen van broedgelegenheid). Bij snoei van struiken is het belangrijk om in grotere plantvakken selectief te snoeien en niet alle struiken ineens . Bij snoeiwerkzaamheden niet alle takken versnipperen. Bouw van gesnoeid hout zogenaamde ‘takkenrillen’ (schuilplaatsen voor vogels, egels etc. / nestgelegenheid voor kleine zangvogels, overwinteren van insecten). Een zorgvuldig maaibeleid: niet maaien voordat planten zijn uitgebloeid/in broedseizoen slootkanten niet maaien i.v.m. daar aanwezige nesten van watervogels. Bij het maaibeleid dient duidelijk onderscheid te worden gemaakt tussen intensief en extensief grasbeheer. Intensief daar waar gazon aanwezig is, extensief waar mogelijk. Extensief grasbeheer. Hier past bij voorkeur niet vaker dan 2x maaien per jaar (in juni en sept/okt) en afvoeren van het maaisel. Afvoeren van het maaisel. Het is belangrijk dat maaisel wordt afgevoerd. In het algemeen echter geldt dat het voor insecten en de vegetatie gunstig is om het maaisel een paar dagen te laten liggen. Doordat het een tijdje blijft liggen kunnen de zaden rijpen en uit het maaisel vallen. Dit is goed voor de zaadvoorraad in de bodem. Bovendien krijgen dieren die de maaibeurt overleefd hebben de kans een nieuw plekje te zoeken. Maaien en direct afvoeren is dus nadelig voor flora en fauna. Het is echter ook niet goed om het maaisel te lang te laten liggen. De voedingsstoffen uit het maaisel komen namelijk snel weer terecht in de bodem en dit is niet gunstig voor het ontwikkelen of behouden van een schrale vegetatie. Om dit te voorkomen is het beter om het maaisel binnen een week af te voeren. Bij voorkeur niet klepelen.
Pagina 21 van 25
Zoveel mogelijk overhoekjes laten staan en deze helemaal niet maaien> voedsel voor vogels in de winter, overwinteren insecten (in holle stengels etc.) Geen gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen zoals Round-up, haalbaarheidsstudie naar eerder stoppen met Roundup dan wettelijk aangegeven heeft nadrukkelijke voorkeur GPIJ. Leg bij waterpartijen geleidelijk aflopende natuurvriendelijke oevers aan > toename waterdiertjes en insecten > meer voedsel voor vogels, meer plek voor insecten en gemakkelijker bereikbaar. Bij het maaien minimaal 2 meter van de slootkant blijven, vooral bij natuurvriendelijke oevers. Slootkanten met riet gefaseerd maaien, zodat er altijd schuil- en fourageermogelijkheid voor (riet-) vogels beschikbaar blijft. Herfstbladeren niet opruimen indien niet strikt noodzakelijk > insecten worden eveneens opgeruimd > voedselgebrek vogels. Dergelijke bladerhopen bieden ook overwinteringsmogelijkheden voor (kleine) zoogdieren zoals egels, muizen. Het stimuleren van zogenaamde ‘tijdelijke natuur’ op bijvoorbeeld bedrijventerreinen. Zorg dat de bodem niet dichtgereden wordt door materieel, rijd niet over boomspiegels en stapel er geen zwaar materiaal op > beschadiging bodemleven en boomwortels.
Renovatie, nieuwbouw en stadsuitbreiding
Bij renovatie, nieuwbouw en stadsuitbreiding wordt door het GPIJ geadviseerd gebruik te maken van de ‘Checklist natuurvriendelijke maatregelen aan gebouwen’ (coproductie Vogelbescherming en BAM). De uitgebreide checklist en toelichting is online te vinden: http://issuu.com/bouwput/docs/checklistnatuurvriendelijkbouwen
Voorlichting aan inwoners
Bij bewoners stimuleren van groene gevels (nest- en schuilgelegenheid). Inwoners stimuleren tot het aanleggen van vogelvriendelijke tuinen (zie brochure Vogelbescherming). Minder betegelde tuinen betekent minder wateroverlast voor de gemeente. Het simuleren van het ophangen van nestkasten. Stimuleren gebruik milieuvriendelijke bestrijdingsmiddelen voor behoud insecten, slakken, vogels.
Pagina 22 van 25
Bijlage 3. Groenstructuur IJsselstein
Pagina 23 van 25
Bijlage 4 Begrippenlijst Achterstallig onderhoud
Areaal
Het langdurig niet of weinig uitvoeren van onderhoudsactiviteiten, waardoor onherstelbare schade of slijtage is ontstaan. “Alles dat tijdens een inspectie niet voldoet aan het gestelde onderhoudsniveau”. Dit zijn dus alle beheerelementen met een onvoldoende beheerkwaliteit. 2 Ruimtebeslag (m ) of hoeveelheid (stuks) van een bepaald beheerelement.
Beheer en onderhoud
Maatregelen om de bestaande openbare ruimte in stand te houden op een gewenst niveau. Het gaat zowel om het in technisch goede staat houden (‘heel’ en ‘veilig’ houden) als om de reiniging en verzorging (‘schoon’ houden). Beheer en onderhoud bestaat daarbij uit dagelijks onderhoud (DO), groot onderhoud (GO) en vervanging (VV).
Beheercategorie
Een hoofdgroep binnen het beheer van de openbare ruimte, bijvoorbeeld ‘verhardingen’, ‘groen’ of ‘reiniging’. Een beheercategorie bestaat uit meerdere onderdelen (beheerelementen)
Beheerelement
Onderdelen van een beheercategorie. Bij de beheercategorie ‘groen’ horen de beheerelementen heesters, gras, hagen etc..
Dagelijks onderhoud
Binnen Dagelijks Onderhoud vallen onderhoudsactiviteiten
Gazon, gras
die binnen de cycli van een jaar worden uitgevoerd aan voorzieningen, die voornamelijk betrekking hebben op netheid (reiniging, onkruidbeheersing, maaien e.d. ), reparaties aan voorzieningen in kader van “heel” en “veilig” en acties ten behoeve van calamiteiten voornamelijk in het kader van “veilig”. Gazon: kortgemaaid gras. Bermgras/ ruw gras / lang gras: extensief gemaaid gras, meestal 2x per jaar.
Groot onderhoud
Onderhoudsactiviteiten die meerjaarlijks en planmatig uitgevoerd worden aan voorzieningen. Hier vallen geen (nood) reparaties en calamiteiten in kader van “veilig” onder.
Heester
Houtachtige gewassen die doorgaans dicht bij de grond vertakken en met een maximale hoogte van 3 tot 4 meter. Veel soorten blijven echter veel lager of zijn bodembekkend. Ze kunnen zowel bladhoudend als bladverliezend zijn..
Omvormen
Het opnieuw inrichten van groen. Omvormen betekent het vervangen van het ene beheerelement door een ander beheerelement. Bijvoorbeeld een heestervak wordt gras, of een haag wordt bestrating.
Onderhoudsniveau
Het visuele kwaliteitsniveau waarop een beheerelement wordt onderhouden, conform de gehanteerde systematiek loopt deze kwaliteit van A+ (zeer hoog) tot en met D (zeer laag).
Onderhoudskwaliteit Vervangen
Het één op één vervangen van de voorziening (aan het einde van de (technische) levensduur); De inrichting blijft hetzelfde: een heestervak wordt gerooid en opnieuw met heesters ingeplant. De soort kan wisselen.
Pagina 24 van 25
Vervangingskosten
Kosten om een voorziening één op één te vervangen (aan het einde van de levensduur van die voorziening.)
Verwijderen
Definitief verwijderen van een object, zoals bomen of afvalbakken, uit de openbare ruimte. Er komt geen nieuw object terug.
(kappen, vellen, rooien) Zelfbeheer
Het door bewoners in onderhoud nemen van een deel van de openbare ruimte in eigendom van de gemeente. Voor zelfbeheer wordt een overeenkomst afgesloten.
Pagina 25 van 25