TROMPENBURG ADVOCATEN
12 NOV, 2014
VIA FALK COURIER
Mr KW. Hulzinga Mr J.W. Spanjer Mr D.E.J. Maes Mr A. van der Weijden* Mr E.J. Huizinga aangesloten hi|: E.E.S.V. LAW LINK Advocaten *Lld Vereniging LeUselsrhadc Advocaten (LSA)
Het College van Burgemeester en Wethouders
Scholcrwcg 12
van de gemeente Heemstede
Postbus 2099 2002 CB Haarlem
De heer M. Jansen
Telefoon 023-5255959 Telefax 023-5255655
Raadhuisplein 1 2101 HA HEEMSTEDE
Haarlem
: 11 november 2014
Dossier
: Vogel/gem. Heemstede 3 (hb)
Tevens
: handhavingsverzoek
G ebouw Trora penbu rg
[email protected] www.lrompenhurgadvocalcn.ni
Geachte heer, Zoals u weet hebben de heer en mevrouw Koopman s-Vogel hoger beroep bij de Afdeling Bestuursrechtspraak ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank tot ongegrondverklaring van het beroep tegen de verleende omgevingsvergunning Jan van Goyenstraat nr. 2 te Heemstede. Bijgaand treft u aan een aanvulling van de beroepsgronden, naar de inhoud waarvan ik u kortheidshalve verwijs. Ik vraag voorts uw aandacht voor het volgende. Gebleken is dat de vergunninghouder de voorwaarden aan de omgevingsvergunning met voeten treedt. Zoals u weet exploiteert de vergunninghouder een terras hetgeen in strijd is met de omgevingsvergunning, nu dit terras niet vergund is. Gebleken is dat er inmiddels ook warmtelampen zijn aangebracht, waarmee feitelijk een uitbreiding van de horeca-inrichting heeft plaatsgevonden. Voorts is de inrichting stelselmatig na 18.00 uur open en zelfs tot circa 23.00 uur. Bijgaand treft u aan een print van de website van de inrichting, waaruit blijkt dat er geadverteerd wordt met besloten feestjes vanaf 20 personen. Kennelijk denkt de
-^LINK,^
De ;Kinspr;ikcliiklu*iH is hcpcrkt lol ht't heilrafi dat in ren voorkom end yeval door dc verzekeraar wordl uilyekeeid.
TROMPENBURG ADVOCATEN
vergunninghouder dat besloten feestjes niet vallen onder de vigeur van de omgevingsvergunning. Ik verzoek u uitdrukkelijk de vergunninghouder op zijn verplichtingen te wijzen en zo nodig te handhaven. Ik verzoek u mij daartoe binnen één week na heden te berichten. Cliënten hebben ook de politie herhaalde malen ingelicht over overtreding van de omgevingsvergunning, maar zoals volstrekt te doen gebruikelijk in Heemstede leidt dat niet tot enige actie. Indien ik niet binnen één week na heden bericht van u krijg heb ik opdracht om zowel het College als de uitbater in kort geding te betrekken. Ik ga er echter vanuit dat het College zich bewust is van zijn plicht om handhavend op te treden, ook wat betreft het illegale terras. In afwachting van uw berichten, met vriendelyk jke groet,
J.W. Spanjer
Bijl.
I^ JUNK
7
FEESTJE OF AFSCHEID VIEREN BIJ EEFIES? 20MEI2014EEF1ESCO
Wij kunnen dat bij Eefies ook geheel voor u verzorgen (besloten feest vanaf 20 personen) met verschillende hapjes (eventueel maaltijden) geheel naar uw wens en stijl en drankjes. Voor meer informatie kunt u ons mailen (
[email protected]) of bellen op 0237435320 of 06-14454441.
TROMPENBURG ADVOCATEN
Raad Van State Afdeling Bestuursrechtspraak Postbus 20019 2500 EA S-GRAVENHAGE
Haarlem
11 november 2014
Dossier
Vogel/gem. Heemstede 3 (hb)
Uw ref.
201408065/I/Al
Betreft
aanvulling gronden hoger beroepschrift
(tevens per fax verzonden op 11/11/2014) Geachte heer, mevrouw, Namens de heer C.H. KOOPMANS en mevrouw P.G. VOGEL, beiden wonende aan het Jan Miense Molenaerplein 7 te 2102 CE Heemstede, heb ik d.d. 30 september 2014 sauverend hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank NoordHolland, locatie Haarlem, d.d. 20 augustus 2014. Verweerder ten deze is:
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN HEEMSTEDE, zetelende te Heemstede aan het Raadhuisplein 1 te 2101 HA Heemstede. Onderstaand vul ik de gronden van onderhavig beroep aan. Inleiding 1.
In onderhavige
zaak
heeft de verweerder
een omgevingsvergunning
verkregen voor het wijzigen van het gebruik van een winkel naar een
-JUNK,,
TROMPENBURG ADVOCATEN daghorecabedrijf en het plaatsen van reclame op het perceel Jan van Goyenstraat 2 te Heemstede. De achtertuin van de woning van appellanten grenst direct aan de inrichting. De slaapkamer bevindt zich tevens aan de achterzijde. 2.
De rechtbank Noord-Holland heeft in haar beslissing van 20 augustus 2014 het beroep van appellanten ongegrond verklaard en daarbij overwogen dat verweerder op goede gronden het advies van het bureau Rho ten grondslag heeft kunnen leggen aan zijn beslissing, ondanks het tegenadvies van appellanten. Voorts heeft verweerder het belang van vergunninghouder zwaarder kunnen laten wegen dan het belang van appellanten, aldus de rechtbank.
3.
De rechtbank heeft daarbij voorts overwogen dat de daghoreca wordt gezien als ondersteunend voor het bestaande winkelpand waar essentieel is dat de inrichting om 18.00 uur wordt gesloten. Avondhoreca op deze locatie is ongewenst, omdat dit het woon- en leefklimaat van de Jan van Goyenstraat niet ten goede komt. Voorts is in de openbare ruimte voldoende parkeerruimte aanwezig om te parkeerdruk als gevolg van de komst van de lunchroom op te vangen.
Gronden van beroep Advies Rho en Bro 4.
Het advies van Rho houdt kort gezegd in, dat naast de aanwezigheid van twee restaurants en een café de Jan van Goyenstraat nog behoefte heeft aan: "horeca gericht op snelle service met concepten die zich richten op directe consumptie dan wel het afhalen van hoge kwaliteit versproducten" (blz 15 rapport).
Deze conclusie valt toch moeilijk te destilleren uit het rapport, waar tevens wordt gesproken over het feit dat de reeds aanwezige horeca een indicatie geeft dat het winkelcentrum een volwaardige verzorgingsfunctie heeft voor de buurt. Vanwaar dan een uitbreiding van de horeca? En vanwaar de constatering dat in kwalitatieve zin behoefte zou bestaan aan versterking
—'LINK
TROMPENBURG ADVOCATEN van het horeca-aanbod in de Jan van Goyenstraat. Een enkele verwijzing naar een "benchmark" van vergelijkbare gemeenten levert nog niet de vaststelling op dat dus in de Jan van Goyenstraat behoefte is aan horeca gericht op snelle service met concepten. De Jan van Goyenstraat kent al jaren geen leegstand. In het zeldzame geval van vrijkomende winkelpanden worden deze direct betrokken door nieuwe uitbaters. Waarom deze straat
dan versterking behoeft, is volstrekt
onduidelijk. 5.
Recent is het bestemmingsplan "Woonwijken Noordoost" vastgesteld. Het oude bestemmingsplan "Schilderswijk" gaf een uitsterfbeleid aan voor horeca in de Jan van Goyenstraat. In het nieuwe bestemmingsplan, dat is vastgesteld in 2013, is het uitsterfbeleid geschrapt en is uitbreiding van de horeca toegestaan, namelijk dat in elke winkelvestiging in de Jan van Goyenstraat ondergeschikte horeca zou kunnen worden toegestaan. Tegen het
laatste
bestemmingsplan
werd
beroep
ingesteld.
Tijdens
de
beroepsprocedure is de aanvraag voor daghoreca, zijnde niet ondergeschikt, binnengekomen. De Afdeling rechtspraak
heeft op 14 januari 2014
(201305646/1/R1) het beroep ongegrond verklaard, maar wel overwogen, dat het bestemmingsplan een overwegend conserverend karakter heeft. 6.
Het zeer recente bestemmingsplan en zijn conserverend karakter maken dat verweerder niet direct daarvan mag afwijken. Afwijking zou alleen mogelijk mogen zijn indien de belangen van omwonenden, in dit geval appellanten, op geen enkele wijze worden geschaad en daarvan is hier geen sprake. Immers,
in vervolg
van
daghoreca
is
het
ook
mogelijk
dat
de
vergunninghouder een terras exploiteert hetgeen ook feitelijk, zonder vergunning, plaatsvindt. Juist dit terras grenst direct aan de achtertuin van appellanten en is er zelfs een inkijk mogelijk vanaf het terras in de achtertuin van appellanten. De rechtbank heeft met geen woord gerept over deze situatie, maar heeft slechts geconcludeerd dat een rapport (wie schrijft, die blijft), dat aangeeft dat in de Jan van Goyenstraat daghoreca tot de mogelijkheden behoort én de parkeernormen niet worden overschreden, voldoende is om te concluderen dat dus de belangen van appellanten niet worden geschaad.
-"LINK,,,.
TROMPENBURG ADVOCATEN 7.
Voorts is van belang, dat niet onderzocht is of de uitbreiding van de aanwezige horeca met ondergeschikte horeca, zoals toegestaan wordt in het vigerende bestemmingsplan kan voldoen aan de kennelijke behoefte aan: "horeca gericht op snelle service met concepten die zich richten op directe consumptie dan wel het afhalen van hoge kwaliteit versproducten" (blz 15 rapport).
8.
Het rapport Bro , bevattende een contra-expertise omgevingsvergunning Jan van Goyenstraat 2 te Heemstede, geeft als conclusie aan dat niet voldoende onderzoek is gedaan naar de ruimtelijke aanvaardbaarheid van de activiteit in het kader van de afwijking van het bestemmingsplan. Ook wordt in het rapport Rho uitgegaan van verkeerde uitganspunten en redeneringen waarbij gesteld wordt dat de Jan van Goyenstraat naar analogie van andere winkelstraten behoefte zou hebben aan uitbreiding van de horeca
in deze straat,
horecagelegenheden
integendeel.
Uitsluitend de bestaande 3
zijn in het bestemmingsplan opgenomen, met een
uitbreidingsmogelijkheid naar ondergeschikte horeca. Dat is niet voor niets zo. 9.
Met andere woorden: de rechtbank heeft ten onrechte overwogen dat verweerder zijn beslissing heeft kunnen baseren op het rapport Rho. Nu er voorts een rapport voorhanden is, dat anders uitwijst, zou Uw Afdeling kunnen overwogen om de Stichting Advisering Bestuursrechtspraak in te schakelen voor een deskundigenrapport.
Belangenafweging 10.
De overwegingen van de rechtbank bevatten geen enkel woord over de afweging van het belang van de vergunninghouder en het belang van appellanten, maar geeft aan dat daghoreca elke dag, dus ook zondag, tot 18.00 uur open is en dat gelet op deze beperkte openingstijd kennelijk het belang van vergunninghouder mag prevaleren. Dat is echter onbegrijpelijk op grond van het volgende.
-JLINK,
TROMPENBURG ADVOCATEN 11.
Er vindt geen afweging plaats tussen de belangen van vergunninghouder, die immers de winkelruimte ook conform het bestemmingsplan zou kunnen exploiteren, en de belangen van appellanten. De rechtbank heeft voorts in aanmerking genomen dat in feite alleen het belang van appellanten wordt geraakt nu hun woning een eindwoning betreft en daarmee als het ware de overgang vormt tussen het woon- en winkelgebied. Wat de rechtbank daarmee bedoelt, is echter onduidelijk.
12.
De woning van appellanten bevindt zich in het gebied dat gekwalificeerd kan worden als rustig woongebied. Direct grenzend aan de achtertuin en slaapkamer begint de winkelstraat. Er is dan ook geen sprake van een overgang tussen beide gebieden, maar van een strikte scheiding. Kennelijk zou de situatie in de optiek van de rechtbank anders zijn geweest, indien ook andere bewoners van woonhuizen bezwaar hadden gemaakt, maar dat zou betekenen dat indien bijvoorbeeld vijf bewoners bezwaren hadden geuit, het beroep wel gegrond zou zijn verklaard terwijl het in wezen gaat om een enkel belang van de vergunninghouder ten opzichte van het belang van appellanten. Overigens hebben circa 100 bewoners zienswijzen en bezwaren ingediend, maar hebben appellanten als enigen beroep aangetekend. Die belangenafweging moet in het voordeel vallen van appellanten. Immers, zij hebben bij aankoop van hun woning het oude bestemmingsplan "Schilderwijk" onderzocht, waaruit bleek dat er een uitsterfbeleid voor wat betreft de Horeca werd gehanteerd door de gemeente Heemstede. Bij het nieuwe en thans vigerende bestemmingsplan is overwogen dat slechts ondergeschikte horeca tot de mogelijkheden zou behoren. Thans is de inkt van dit bestemmingsplan nauwelijks droog of een enkele vergunninghouder bewerkstelligt dat de ondergeschikte horeca wordt omgezet in volledige horeca met terras, direct grenzend aan de tuin van appellanten. De gemeente realiseert zich voorts niet dat met de vergunningverlening in wezen het gehele bestemmingsplan wordt ondergraven in die zin, dat voor het gehele gebied thans zou kunnen gelden dat volledige horeca wordt toegestaan. Toekomstige aanvragers kunnen zich immers beroepen op het gelijkheidsbeginsel.
L •-N IK .,. I^
7
TROMPENBURG ADVOCATEN 13. Tot slot: thans is gebleken dat de horeca-inrichting ernstige overlast veroorzaakt.
Op zondagen
worden
kinderfeestjes georganiseerd
met
gebruikmaking van het illegale terras. De inrichting is regelmatig tot laat in de avond (circa 23.00 uur) geopend, althans in werking, waar zogenaamde "besloten"
feestavonden
worden georganiseerd.
De gemeente weigert
handhavend op te treden. Appellanten overwegen de uitbater in kort geding te betrekken ten einde een verbod te bewerkstelligen.
CONCLUSIE Het is op deze gronden dat appellanten concluderen tot gegrondverklaring van het beroep en vernietiging van de uitspraak van de rechtbank en het college van burgemeester en wethouders van Heemstede te veroordelen tot vergoeding van bij appellanten in verband met de behandeling van het beroep en hoger beroep opgekomen
proceskosten,
deskundigenonderzoek. Met vriendelijke groet,
-'LINK,...
waaronder
begrepen
de
kosten
van
het